NL8502206A - Werkwijze en inrichting voor het buigen van plaatvormige werkstukken. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het buigen van plaatvormige werkstukken. Download PDF

Info

Publication number
NL8502206A
NL8502206A NL8502206A NL8502206A NL8502206A NL 8502206 A NL8502206 A NL 8502206A NL 8502206 A NL8502206 A NL 8502206A NL 8502206 A NL8502206 A NL 8502206A NL 8502206 A NL8502206 A NL 8502206A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
workpiece
frame
stop
clamping
mold
Prior art date
Application number
NL8502206A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Liet Cornelis Hendricus
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Liet Cornelis Hendricus filed Critical Liet Cornelis Hendricus
Priority to NL8502206A priority Critical patent/NL8502206A/nl
Priority to EP86201380A priority patent/EP0213667A3/en
Publication of NL8502206A publication Critical patent/NL8502206A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B21MECHANICAL METAL-WORKING WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL; PUNCHING METAL
    • B21DWORKING OR PROCESSING OF SHEET METAL OR METAL TUBES, RODS OR PROFILES WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL; PUNCHING METAL
    • B21D5/00Bending sheet metal along straight lines, e.g. to form simple curves
    • B21D5/02Bending sheet metal along straight lines, e.g. to form simple curves on press brakes without making use of clamping means
    • B21D5/0281Workpiece supporting devices
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B21MECHANICAL METAL-WORKING WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL; PUNCHING METAL
    • B21DWORKING OR PROCESSING OF SHEET METAL OR METAL TUBES, RODS OR PROFILES WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL; PUNCHING METAL
    • B21D43/00Feeding, positioning or storing devices combined with, or arranged in, or specially adapted for use in connection with, apparatus for working or processing sheet metal, metal tubes or metal profiles; Associations therewith of cutting devices
    • B21D43/02Advancing work in relation to the stroke of the die or tool
    • B21D43/04Advancing work in relation to the stroke of the die or tool by means in mechanical engagement with the work
    • B21D43/10Advancing work in relation to the stroke of the die or tool by means in mechanical engagement with the work by grippers
    • B21D43/105Manipulators, i.e. mechanical arms carrying a gripper element having several degrees of freedom
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B21MECHANICAL METAL-WORKING WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL; PUNCHING METAL
    • B21DWORKING OR PROCESSING OF SHEET METAL OR METAL TUBES, RODS OR PROFILES WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL; PUNCHING METAL
    • B21D43/00Feeding, positioning or storing devices combined with, or arranged in, or specially adapted for use in connection with, apparatus for working or processing sheet metal, metal tubes or metal profiles; Associations therewith of cutting devices
    • B21D43/02Advancing work in relation to the stroke of the die or tool
    • B21D43/18Advancing work in relation to the stroke of the die or tool by means in pneumatic or magnetic engagement with the work

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Bending Of Plates, Rods, And Pipes (AREA)

Description

4 .. .......* NL 33017-dV/kvn
Werkwijze en inrichting voor het buigen van plaatvormige werkstukken.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het buigen van plaatvormige werkstukken in een inrichting, voorzien van een matrijs met een in de langsrichting verlopende groef, een stempel, een aanslag voor het bepalen 5 van de positie van een werkstuk ten opzichte van de matrijs, klemorganen voor het vastklemmen van een werkstuk en een frame, dat de aanslag en de klemorganen ondersteunt en dat zwenkbaar is om een zwenkas, die althans ongeveer samenvalt met de groef van de matrijs, alsmede op een inrichting voor 10 het toepassen van deze werkwijze.
In de Europese octrooiaanvrage 0 140 394 is een dergelijke inrichting beschreven, waarbij een werkstuk vanaf de voorzijde van de inrichting tegen de aanslag moet worden geschoven, waarna de klemorganen het werkstuk vastklemmen.
15 Tijdens het buigen van het werkstuk zwenkt het frame onder besturing van een besturingseenheid met het buigende werkstuk mee. De nauwkeurigheid van de verkregen produkten wordt \ bij deze bekende inrichting mede bepaald door de nauwkeurigheid, waarmede de bedienende personen het werkstuk tegen de 20 aanslag plaatsen. Bovendien moeten bij deze bekende inrichting doorlopend één of twee personen aanwezig zijn voor het bedienen van de inrichting en het invoeren van de werkstukken, waardoor de kostprijs van de verkregen produkten wordt verhoogd.
25 De uitvinding beoogt een werkwijze en inrichting van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, waarbij deze bezwaren op eenvoudige wijze zijn ondervangen.
Hiertoe heeft de werkwijze volgens de uitvinding het kenmerk, dat het frame in een vanaf de zwenkas schuin 30 omlaag gerichte stand wordt geplaatst en een werkstuk door een hefarm van een voorraadplaats wordt opgenomen en op het schuin geplaatste frame wordt gelegd, zodat het werkstuk automatisch tegen de aanslag schuift, waarna het werkstuk in de door de aanslag bepaalde positie wordt vastgeklemd en het 35 frame in een althans nagenoeg horizontale stand wordt gebracht.
-* "? Λ ^ p * 4« - 2 -
Hierdoor wordt bereikt, dat het werkstuk automatisch in de inrichting wordt ingevoerd en op de juiste wijze tegen de aanslag komt te liggen, zodat bij een zelfde serie produkten geen bediening van de inrichting meer nodig is en 5 de produkten met hoge nauwkeurigheid worden vervaardigd.
Bij voorkeur wordt het frame na het buigen van het werkstuk in een vanaf de zwenkas schuin omlaag gerichte stand geplaatst en wordt het gebogen werkstuk door de hefarm van het frame afgenomen en op een afvoerplaats neerge-10 legd.
De inrichting volgens de uitvinding is voorzien van een gestel, een matrijs met een in de langsrichting verlopende groef, een stempel, een aanslag voor het bepalen van de positie van een werkstuk ten opzichte van de matrijs, 15 klemorganen voor het vastklemmen van een werkstuk en een frame, dat de aanslag en de klemorganen ondersteunt en dat zwenkbaar is om een zwenkas, die althans ongeveer samenvalt met de groef van de matrijs en wordt gekenmerkt door een hefarm voor de werkstukken, die zwenkbaar met het gestel is 20 verbonden.
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm wordt de hefarm ondersteund door een draagplaat, die draaibaar om een verticale as in een houder is gelagerd. Hierdoor kan tijdens het buigen van het werkstuk, dit werkstuk door de hefarm van 25 het frame worden afgenomen en na een hoekverdraaiing over elke gewenste hoek weer op het frame worden geplaatst. Op deze wijze kunnen verschillende zijden van bijvoorbeeld een rechthoekig werkstuk worden gebogen.
Volgens een gunstige uitvoeringsvorm van de in-30 richting omvat de hefarm een op en neer beweegbare drager met een aantal op een onderdrukbron aansluitbare mondstukken, die cardanisch aan pennen van de drager zijn opgehangen. Hierdoor kan bij het opnemen en neerleggen van een werkstuk de stand van de mondstukken zich gemakkelijk aan de 35 stand van het werkstuk aanpassen.
Evenals de bekende inrichting kan het frame zijn voorzien van twee elk door een arm gedragen klembekken, welke armen in de langsrichting van en dwars op de matrijs verschuifbaar zijn, waarbij volgens de uitvinding het frame 8502206 «r - 3 - een aantal dwars op de matrijs verlopende steunarmen voor het ondersteunen van een werkstuk omvat, waarbij een steun-arm met elke klembekarm is verbonden, terwijl de overige steunarmen tussen de klembekarmen vast op het frame zijn 5 gemonteerd. Hierdoor wordt een stabiele ondersteuning van het werkstuk bereikt.
In dit geval zijn bij voorkeur de vaste steunarmen voorzien van vasthoudorganen voor het tijdelijk vasthouden van een werkstuk. Op deze wijze is het mogelijk het 10 werkstuk tijdelijk vast te houden door middel van de vasthoudorganen van de vaste steunarmen en de klembekken dwars op de matrijs te verschuiven, waarna de klembekken het werkstuk weer vastklemmen en een buigbewerking op een volgend gedeelte van het werkstuk kan worden uitgevoerd.
15 De uitvinding wordt hierna nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin een uitvoeringsvoorbeeld van de inrichting volgens de uitvinding schematisch is weergegeven.
Fig. 1 is een schematisch weergegeven dwarsdoor-20 snede van een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding voor het buigen van plaatvormige werkstukken, waarbij de hefarm'door een ononderbroken lijn in een eerste stand en door onderbroken lijnen in een tweede en een derde stand is afgebeeld.
25 Fig. 2 geeft schematisch een bovenaanzicht van het frame met de klembekken en steunarmen weer.
Fig. 3 is een dwarsdoorsnede van een mondstuk van de inrichting uit fig. 1.
Fig. 4 is een met fig. 3 overeenkomende dwars-30 doorsnede, waarbij het mondstuk op een schematisch aangegeven werkstuk aangrijpt.
In fig. 1 is schematisch een dwarsdoorsnede van een inrichting voor het buigen van plaatvormige werkstukken weergegeven, die is voorzien van een gestel 1 met twee aan 35 weerszijden van de inrichting gelegen lijfplaten 2, waarvan er in fig. 1 slechts één zichtbaar is. Het gestel 1 omvat voorts een onderbalk 3 en een bovenbalk 4, die met behulp van twee cilinder-zuigersamenstellen 5, waarvan er in fig. 1 eveneens slechts één zichtbaar is,in de richting van de on- 3«? 9 03
v V j. -U V J
* - 4 - derbalk 3 verplaatsbaar is. De onderbalk 3 en de bovenbalk 4 zijn elk voorzien van een draaibaar gemonteerde drager 6, welke dragers 6 elk een matrijsdeel 7 met een in de langsrich-ting verlopende groef en een stempeldeel 8 met lijnvormige 5 contactzone bezitten. Het matrijsdeel 7 en het stempeldeel 8 van elke drager kunnen elk in een naar de andere drager 6 gerichte werkstand worden gedraaid. Hierdoor kan de beschreven inrichting een werkstuk in elke gewenste vorm buigen. De constructie van dit gedeelte van de inrichting is nader be-10 schreven in de bovengenoemde Europese octrooiaanvrage.
De inrichting is voorts voorzien van een frame 9, dat in fig. 2 schematisch in bovenaanzicht is afgebeeld.
Het frame 9 is door middel van twee armen 10 op niet nader aangegeven wijze zwenkbaar om een zwenkas ondersteund door 15 het gestel 1. Deze zwenkas valt bij naar de drager 6 van de bovenbalk 4 gericht stempeldeel 8 althans nagenoeg samen met de lijnvormige contactzone van het stempeldeel 8. De beide armen 10 zijn door een kokerbalk 11 met elkaar verbonden. Dwars op de kokerbalk 11 zijn twee kokers 12 ge-20 monteerd, die een draagbalk 13 verschuifbaar ondersteunen.
De draagbalk 13 is verplaatsbaar door middel van schroef-spillen 14/ die aandrijfbaar zijn via aandrijfriemen 15 door middel van een door de kokerbalk 11 ondersteunde aan-drijfmotor 16. Op de draagbalk 13 zijn twee schuifblokken 17 25 verschuifbaar gemonteerd/ welke schuifblokken 17 elk een naar het matrijsdeel 7 of stempeldeel 8 gerichte arm 18 dragen. Op het uiteinde van elke arm 18 is een klembek 19 gemonteerd, die op de zijkant van een werkstuk kan aangrijpen. Door het verschuiven van de draagbalk 13 kan de afstand van 30 de klembekken 19 tot het matrijsdeel 7 of stempeldeel 8 worden gevarieerd.
Op elk schuifblok 17 is een steunarm 20 gemonteerd voor het ondersteunen van een op het frame 9 te plaatsen werkstuk. Voorts zijn twee vaste steunarmen 21 aange-35 bracht, die op de kokerbalk 11 zijn bevestigd. De bovenzijden van de steunarmen 20 en 21 liggen in één vlak en verschaffen aldus een stabiele ondersteuning voor een op het frame 9 te plaatsen werkstuk.
De schuifblokken 17 bezitten elk een verlaagd ge- 8502203 * Ά - 5 - deelte 22, waarvan het bovenoppervlak in één vlak ligt met de bovenzijden van de steunarmen 20 en 21. Bij geopende klembekken 19 kan een werkstuk met grote afmetingen zich zo nodig tot voorbij de schuifblokken 17 uitstrekken.
5 Zoals uit de fig. 1 en 2 blijkt dragen de kokers 12 elk een leirol 23, die langs een bijbehorende curvebaan 24 loopt. Het verzwenken van het frame 9 vindt plaats met behulp van een niet weergegeven bedieningsmechanisme, dat op elke gewenste wijze kan zijn uitgevoerd. De besturing ge-10 schiedt door middel van een programmeerbare besturingseenheid aan de hand van de verplaatsing van de bovenbalk 4 ten opzichte van de onderbalk 3. Deze verplaatsing kan op gebruikelijke wijze worden gemeten met behulp van twee door de lijfplaten 2 ondersteunde potentiometers, waarvan de ver-15 plaatsbare contacten zijn verbonden met de betreffende uiteinden van de bovenbalk 4. Hierdoor kan de besturingseenheid het frame 9 het buigen van het werkstuk nauwkeurig laten volgen, zodat geen ongewenste verbuiging van het werkstuk kan plaatsvinden en het werkstuk door de klembekken 19 door-20 lopend in positie wordt gehouden.
De inrichting is voorts voorzien van een hefarm 25, waarmede de plaatvormige werkstukken, die in fig. 1 schematisch met 26 zijn aangeduid van een voorraadplaats 27 kunnen worden opgenomen en op het frame 9 kunnen worden ge-25 legd. De hefarm 25 wordt ondersteund door een draagplaat 28, die draaibaar om een verticale as 29 in een houder 30 is gelagerd. Deze houder 30 is althans ongeveer in het midden van de inrichting opgehangen door middel van twee steunbalken 31, waarvan er in fig. 1 slechts één zichtbaar is. Deze 30 steunbalken 31 zijn elk met één uiteinde zwenkbaar verbonden met een looprol 32, die verplaatsbaar is in een draagrail 33. De dwars op het matrijsdeel 7 of stempeldeel 8 verlopende draagrail 33 is op de bijbehorende lijfplaat 2 gemonteerd. Het met de looprol 32 verbonden uiteinde van de 35 steunbalk 31 is door middel van een cilinder-zuigersamenstel 34 verbonden met een opstaande steun 35 van de draagrail 33. Voorts is dit uiteinde van de steunbalk 31 door een in de draagrail 33 verlopende staaf 36 verbonden met een tweede looprol 37. Tussen deze tweede looprol 37 en een aan het 8502206 - 6 - uiteinde van de steunbalk 31 bevestigde hefboom 38 is een tweede cilinder-zuigersamenstel 39 aangebracht.
Door middel van het cilinder-zuigersamenstel 39 kan de hefarm 25 met de steunbalken 31 in elke gewenste 5 stand worden gezwenkt. Een mogelijke stand is in fig. 1 met een onderbroken lijn 40 aangeduid. Door middel van het cilinder-zuigersamenstel 34 kan de hefarm 25 met de steunbalken 31 naar een afvoerplaats 41 worden bewogen/ welke stand met een onderbroken lijn 42 is aangeduid. De cilinder-zui-10 gersamenstellen 34 en 39 worden bestuurd door de reeds genoemde programmeerbare besturingseenheid.
De hefarm 25 omvat een cilinder-zuigersamenstel 43/ dat door de draagplaat 28 wordt ondersteund, waarbij een drager 44 op het vrije uiteinde van de zuigerstang van dit 15 cilinder-zuigersamenstel 43 is bevestigd. Op de drager 44 zijn aan weerszijden van de zuigerstang geleidingsstangen 45 gemonteerd, waarvan er in fig. 1 slechts één zichtbaar is.
Deze geleidingsstangen 45 zijn verschuifbaar door de draagplaat 28 geleid. De drager 44 is voorzien van pennen 46, die 20 tegen de werking van veren 47 in verschuifbaar in de drager 44 zijn gemonteerd. De omlaaggerichte uiteinden van de pennen 46 dragen mondstukken 48, die op een werkstuk 26 kunnen aangrijpen.
Wanneer een te buigen werkstuk 26 in de inrich-25 ting moet worden geplaatst, wordt het frame 9 door de besturingseenheid in een vanaf de zwenkas schuin omlaag gerichte stand gebracht; bijvoorbeeld in de in fig. 1 afgebeelde stand. De besturingseenheid bekrachtigt het cilinder-zuigersamenstel 43 van de hefarm 25, waardoor de mondstukken 48 op het 30 bovenste werkstuk 26 in de voorraadplaats 27 wordt gedrukt. Zoals hierna nog nader wordt beschreven, zijn deze mondstukken 48 op een niet weergegeven onderdrukbron aangesloten, zodat het werkstuk 26 tegen de mondstukken 48 wordt vastgezogen. De hefarm 25 kan dan in de in fig. 1 getekende stand 35 worden gebracht. Vervolgens wordt het cilinder-zuigersamenstel 39 bediend en komt de hefarm in de met de onderbroken lijn 40 aangeduide stand, waarna het werkstuk door het bekrachtigen van het cilinder-zuigersamenstel 43 op het schuin verlopende frame 9 wordt gelegd. De onderdruk wordt nu on- fCS ‘Λ ^ Λ Η ^ V £ J \j j » " *' - 7 - derbroken, zodat het werkstuk 26 wordt losgelaten en de besturingseenheid brengt de hefarm 25 weer in de vol getekende stand.
Door de schuine stand van het frame 9 schuift het 5 werkstuk 26 automatisch omlaag, totdat het op door de vaste steunarmen 21 gedragen aanslagnokken 49, 50 of 51 stuit.
Hierdoor wordt bereikt, dat een op het schuin geplaatste frame 9 gelegd werkstuk 26 met zekerheid tegen de aanslagnokken 49, 50 of 51 komt te liggen, zodat het werkstuk 26 10 een nauwkeurig bepaalde positie op het frame 9 inneemt.
De aanslagnokken 49 en 50, die het dichtst bij het matrijsdeel 7 of stempeldeel 8 liggen, zijn intrekbaar, bijvoorbeeld doordat zij tegen de werking van de veer in omlaag kunnen worden gedrukt. De aanslagnokken 51 zijn vast 15 gemonteerd. Werkstukken met geringe afmetingen zullen, nadat zij door de mondstukken 48 van de hefarm 45 zijn losgelaten op de aanslagnokken 49 stuiten, terwijl werkstukken met grotere afmetingen op de aanslagnokken 50 resp. 51 zullen stuiten. In de door de aanslagnokken 49, 50 of 51 bepaalde posi-20 tie wordt het werkstuk 26 vastgeklemd door de klembekken 19.
Het frame 9 wordt nu met het vastgeklemde werkstuk 26 in een althans nagenoeg horizontale stand gebracht, waarna het werkstuk in de gewenste vorm kan worden gebogen. Tijdens het buigen volgt het frame 9 onder besturing van de besturings-25 eenheid de beweging van het werkstuk 26. Doordat het ma-trijsdeel 7 en het stempeldeel 8 van de dragers 6 van de onderbalk 3 en de bovenbalk 4 kunnen worden omgewisseld, kan het werkstuk 26 in twee richtingen worden gebogen, zodat het werkstuk niet behoeft te worden omgekeerd. Hierdoor wordt de 30 nauwkeurigheid van het vervaardigde produkt zeer hoog.
Wanneer de draagbalk 13 niet meer dichter bij het matrijsdeel 7 of stempeldeel 8 kan worden gebracht, worden vasthoudorganen 52, die in de vaste steunarmen 21 zijn gemonteerd, bekrachtigd en de klembekken 19 geopend. Hierna 35 kan de draagbalk 13 achterwaarts worden verplaatst, waarbij de klembekken 19 in een nieuwe stand het werkstuk 26 weer vastklemmen en de bekrachtiging van de vasthoudorganen 52 wordt beëindigd. De benodigde buigbewerkingen kunnen nu op een volgend deel van het werkstuk 26 worden uitgevoerd. De $302205 - 8 - armen 18, die de klembekken 19 dragen zijn eveneens van vasthoudorganen 52 voorzien. Deze vasthoudorganen 52 kunnen bijvoorbeeld als op een onderdrukbron aansluitbare mondstukken zijn uitgevoerd.
5 Wanneer een buigbewerking op de zijde van het werkstuk 26 moet worden uitgevoerd, die van het matrijsdeel 7 of stempeldeel 8 af is gekeerd, wordt het frame 9 weer in een schuine stand geplaatst, waarna de hefarm 25 in de met 40 aangeduide stand wordt gebracht. Nadat het cilinder-zui-10 gersamenstel 43 is bekrachtigd en de mondstukken 48 op het werkstuk 26 aangrijpen, wordt de draagplaat 28 in de houder 30 over 180° geroteerd, zodat de genoemde zijde van het werkstuk naar het matrijsdeel 7 of stempeldeel 8 is gericht. Uiteraard is het ook mogelijk de draagplaat 28 over een 15 andere hoek, bijvoorbeeld 90°, te draaien, zodat een andere zijde van het werkstuk 26 kan worden bewerkt.
Wanneer alle bewerkingen op het werkstuk 26 zijn uitgevoerd en het produkt gereed is, wordt het frame 9 opnieuw in een schuine stand geplaatst, en het gerede produkt 20 met de hefarm 25 van het frame 9 afgenomen. Door bekrachtiging van het cilinder-zuigersamenstel 34 wordt de hefarm 25 in de met de onderbroken lijn 42 aangeduide stand gebracht en het produkt op de afvoerplaats 47 afgelegd.
Uit het voorgaande blijkt, dat de beschreven in-25 richting onder besturing van de besturingseenheid werkstukken geheel automatisch tot het gewenste eindprodukt kan buigen, waarbij de afmetingen van de eindprodukten aan hoge nauwkeurigheidseisen voldoen.
De stand van de hefarm 25, die door de onderbro-30 ken lijn 40 wordt aangeduid, zal zonder nauwkeurige hoekmetingen gewoonlijk niet geheel zijn aangepast aan de schuine stand van het frame 9. Ten einde de mondstukken 48 niettemin goed te laten aangrijpen op het oppervlak van een werkstuk 26, zijn de mondstukken 48 cardanisch opgehangen aan de pen-35 nen 46 van de drager 44. Zoals uit de fig. 3 en 4 blijkt, is elke pen 46 hiertoe voorzien van een afgeronde kop 53, die met speling is opgenomen in een kamer 54. Hierdoor is elk mondstuk 48 in alle richtingen vrij beweegbaar, zodat de stand van het mondstuk 48 zich kan aanpassen aan de stand 8502206 Λ - 9 - van een werkstuk 26.
Elk mondstuk 48 is voorzien van een lichaam 55/ dat een uit flexibel materiaal, bijvoorbeeld rubber, bestaande ring 56 bedraagt. De ring 56 bezit een afdichtvlak 5 57, dat vanaf een laagste cirkelvormige rand 58 schuin omhoog verloopt. De ring 56 omgeeft een open ruimte 59, welke via een doorlaatopening 60 en een kanaal 61 met een aan-sluitstuk voor een onderdrukbron is verbonden. De doorlaatopening 60 is normaal afgesloten door een afsluitklep 63, 10 die door een veer 64 in de gesloten stand wordt gehouden. De afsluitklep 63 bezit een omlaag gerichte bedieningspen 65.
Wanneer het mondstuk 48 tegen een werkstuk 26 wordt gedrukt, wo-rdt de in fig. 4 weergegeven stand bereikt.
Het werkstuk 26 drukt via de bedieningspen 65 de afsluitklep 15 63 open, waardoor de ruimte 59 op de onderdrukbron wordt aangesloten. De rand 58 komt hierbij in eerste instantie afdichtend op het oppervlak van het werkstuk 26 te liggen, waardoor de ring 56 enigszins naar binnen wordt gezogen en het afdichtvlak 57 afdichtend op het oppervlak van het werk-20 stuk 26 wordt getrokken. Hierdoor wordt een zeer goede afdichting op het oppervlak van het werkstuk 26 bereikt, zodat het mondstuk 48 niet gemakkelijk kan losraken. Betrekkelijk zware werkstukken 26 kunnen reeds met een gering aantal mondstukken 48 worden opgetild.
25 Opgemerkt wordt nog, dat als alternatief voor de drie aanslagnokken 49-51 op elke vaste steunarm 21 een verschuifbare aanslagnok kan worden gemonteerd.
De uitvinding is niet beperkt tot het in het voorgaande beschreven uitvoeringsvoorbeeld, dat binnen het 30 kader der uitvinding op verschillende manieren kan worden gevarieerd.
85Ö220S

Claims (18)

1. Werkwijze voor het buigen van plaatvormige werkstukken in een inrichting, voorzien van een matrijs met een in de langsrichting verlopende groef, een stempel, een aanslag voor het bepalen van de positie van een werkstuk ten 5 opzichte van de matrijs, klemorganen voor het vastklemmen van een werkstuk en een frame, dat de aanslag en de klemorganen ondersteunt en dat zwenkbaar is om een zwenkas, die althans ongeveer samenvalt met de groef van de matrijs, met het kenmerk, dat het frame in een vanaf de 10 zwenkas schuin omlaag gerichte stand wordt geplaatst en een werkstuk door een hefarm van een voorraadplaats wordt opgenomen en op het schuin geplaatste frame wordt gelegd, zodat het werkstuk automatisch tegen de aanslag schuift, waarna het werkstuk in de door de aanslag bepaalde positie wordt 15 vastgeklemd en het frame in een althans nagenoeg horizontale stand wordt gebracht.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat het frame na het buigen van het werkstuk in een vanaf de zwenkas schuin omlaag gerichte stand wordt 20 geplaatst en het gebogen werkstuk door de hefarm van het frame wordt afgenomen en op een afvoerplaats wordt neergelegd.
3. Inrichting voor het toepassen van de werkwijze volgens conclusie 1 of 2 voorzien van een gestel, een ma- 25 trijs met een in de langsrichting verlopende groef, een stempel, een aanslag voor het bepalen van de positie van een werkstuk ten opzichte van de matrijs, klemorganen voor het vastklemmen van een werkstuk en een frame, dat de aanslag en de klemorganen ondersteunt en dat zwenkbaar is om een zwenk- 30 as, die althans ongeveer samenvalt met de groef van de matrijs, gekenmerkt door een hefarm voor de werkstukken, die zwenkbaar met het gestel is verbonden.
4. Inrichting volgens conclusie 3, m e t het kenmerk, dat de hefarm wordt ondersteund door een 35 draagplaat, die draaibaar om een verticale as in een houder is gelagerd.
5. Inrichting volgens conclusie 4,met het 3 35 Π *> 9 0 -1 K*»« Vf 'om «k» v "-J 11. c kenmerk, dat de houder althans ongeveer in het midden van de inrichting is opgehangen door middel van twee steunbalken, die elk zwenkbaar zijn verbonden met een bijbehorende lijfplaat van het gestel.
6. Inrichting volgens conclusie 5, m e t het kenmerk, dat de beide lijfplaten van het gestel elk een dwars op de matrijs verlopende draagrail bezitten, waarin een uiteinde van de bijbehorende steunbalk draaibaar en verschuifbaar is gelegerd.
7. Inrichting volgens conclusie 6, m e t h e t kenmerk, dat het genoemde uiteinde van elke steunbalk met een looprol in de bijbehorende draagrail is geleid, welk uiteinde door middel van een cilinder-zuigersamenstel vast met de draagrail is verbonden en via een parallel aan de 15 draagrail verlopende staaf met een tweede in de draagrail gelegen looprol is verbonden, waarbij tussen de tweede looprol en een aan het genoemde uiteinde bevestigde hefboom een tweede cilinder-zuigersamenstel is aangebracht.
8. Inrichting volgens één der conclusie 3-7, 20 met het kenmerk, dat de hefarm een op en neer beweegbare drager omvat met een aantal op een onderdrukbron aansluitbare mondstukken, die cardanisch aan pennen van de drager zijn opgehangen.
9. Inrichting volgens conclusie 8,met het 25 kenmerk, dat de pennen tegen de werking van veren in verschuifbaar in de drager zijn gelegerd.
10. Inrichting volgens conclusie 8 of 9, m e t het kenmerk, dat de drager is bevestigd op het vrije uiteinde van de zuigerstang van een cilinder-zuigersa- 30 menstel, dat door de draagplaat wordt ondersteund, waarbij aan weerszijden van de zuigerstang een geleidingsstang op de drager is aangebracht, die verschuifbaar in de draagplaat is geleid.
11. Inrichting volgens één der conclusies 8-10, 35 met het kenmerk, dat elk mondstuk een uit flexibel materiaal bestaande ring bezit, die een open ruimte omgeeft en die is voorzien van een schuin verlopende afdicht-rand, welke afdichtend kan aangrijpen op het oppervlak van een werkstuk. 3302206 - 12 -
12. Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat elk mondstuk een afsluitklep bezit, die een doorlaatopenng tussen de ruimte en de aansluiting op de onderdrukbron afsluit, welke afsluitklep een ten opzichte 5 van de ring omlaag stekende bedieningspen draagt, waarmee de afsluitklep tegen de werking van een veer in naar een geopende stand verplaatsbaar is.
13. Inrichting volgens één der conclusies 3-12, waarbij het frame is voorzien van twee elk door een arm ge- 10 dragen klembekken, welke armen in de langsrichting van en dwars op de matrijs verschuifbaar zijn, met het kenmerk, dat het frame een aantal dwars op de matrijs verlopende steunarmen voor het ondersteunen van een werkstuk omvat, waarbij een steunarm met elke klembekarm is verbonden, 15 terwijl de overige steunarmen tussen de klembekarmen vast op het frame zijn gemonteerd.
14. Inrichting volgens conclusie 13,met het kenmerk, dat de vaste steunarmen zijn voorzien van vasthoudorganen voor het tijdelijk vasthouden van een werk- 20 stuk.
15. Inrichting volgens conclusie 13 of 14, m e t het kenmerk, dat de klembekarmen zijn voorzien van vasthoudorganen voor het tijdelijk vasthouden van een werkstuk.
16. Inrichting volgens conclusie 13, 14 of 15, met het kenmerk, dat de vaste steunarmen elk tenminste één aanslagnok dragen.
17. Inrichting volgens conclusie 16, m e t het kenmerk, dat de aanslagnok van elke vaste steunarm 30 dwars op de matrijs verplaatsbaar is.
18. Inrichting volgens conclusie 16, m e t het kenmerk, dat de vaste steunarmen elk twee of meer aan-slagnokken dragen, die op een afstand van elkaar zijn gelegen, waarbij de aanslagnokken die gezien vanaf de matrijs 35 tussen de achterste aanslagnok en de matrijs liggen, intrekbaar zijn. 3302206
NL8502206A 1985-08-08 1985-08-08 Werkwijze en inrichting voor het buigen van plaatvormige werkstukken. NL8502206A (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8502206A NL8502206A (nl) 1985-08-08 1985-08-08 Werkwijze en inrichting voor het buigen van plaatvormige werkstukken.
EP86201380A EP0213667A3 (en) 1985-08-08 1986-08-06 Method and apparatus for bending sheet-like work pieces

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8502206A NL8502206A (nl) 1985-08-08 1985-08-08 Werkwijze en inrichting voor het buigen van plaatvormige werkstukken.
NL8502206 1985-08-08

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8502206A true NL8502206A (nl) 1987-03-02

Family

ID=19846401

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8502206A NL8502206A (nl) 1985-08-08 1985-08-08 Werkwijze en inrichting voor het buigen van plaatvormige werkstukken.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL8502206A (nl)

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5619913A (en) Method and apparatus for changing dies in thermoforming presses
NL8004340A (nl) Inrichting voor het in een aantal rijen verdelen van houders, en machine, voorzien van een dergelijke inrichting.
CN106064401B (zh) 用于实施印刷产品的打开的式样边缘的切割操作的装置
JPH046514B2 (nl)
NL8403480A (nl) Uitneeminrichting voor voorwerpen verkregen onder toepassing van een warmvervormend apparaat.
GB2052436A (en) Labelling apparatus
US20200353653A1 (en) Press for a Casting Machine and Casting Machine
NL8001089A (nl) Inrichting voor het aanbrengen van versterkingsfilm- stukken op een paar ritssluitingbanden.
US4885926A (en) Apparatus for the production of spacer frames
US5185510A (en) Installation for cutting a workpiece and method for the control thereof
US4765215A (en) Device for advancing rod-shaped workpiece material in a cutting machine
US4064674A (en) Disc record manufacturing method and apparatus
NL8502206A (nl) Werkwijze en inrichting voor het buigen van plaatvormige werkstukken.
US3425687A (en) Handling apparatus for rigid sheet material
GB1392723A (en) Apparatus for supplying workpieces to a machine tool
KR102258634B1 (ko) 그리핑 시스템
EP0213667A2 (en) Method and apparatus for bending sheet-like work pieces
TW201739535A (zh) 用於在加工裝置中傳送工作件的運輸裝置
US5937992A (en) Assembling apparatus and process
US4313357A (en) Workpiece support and discharge system for power squaring shears
US5704758A (en) Article placing assembly and process
US5082271A (en) Procedure for the breaking up of a stack formed from material in sheet form and device for the implementation of the procedure
NL7900502A (nl) Inrichting voor het ontnesten en afgeven van telkens het onderste exemplaar van een stapel eierdraagramen.
NL1002552C1 (nl) Inrichting voor het buigen van een metaalplaat.
EP1002729A1 (en) Method and device for cutting tie bands of stacks or packs of labels and/or blanks, as well as a cutting unit of the bands binding the stacks of blanks in the cigarette packing machines

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed