NL8500545A - Inrichting voor het verzamelen van bladen. - Google Patents
Inrichting voor het verzamelen van bladen. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8500545A NL8500545A NL8500545A NL8500545A NL8500545A NL 8500545 A NL8500545 A NL 8500545A NL 8500545 A NL8500545 A NL 8500545A NL 8500545 A NL8500545 A NL 8500545A NL 8500545 A NL8500545 A NL 8500545A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- bottom plate
- edge
- receptacle
- viewed
- horizontal
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65H—HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
- B65H31/00—Pile receivers
- B65H31/02—Pile receivers with stationary end support against which pile accumulates
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65H—HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
- B65H31/00—Pile receivers
- B65H31/34—Apparatus for squaring-up piled articles
- B65H31/36—Auxiliary devices for contacting each article with a front stop as it is piled
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65H—HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
- B65H2404/00—Parts for transporting or guiding the handled material
- B65H2404/10—Rollers
- B65H2404/11—Details of cross-section or profile
- B65H2404/111—Details of cross-section or profile shape
- B65H2404/1114—Paddle wheel
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65H—HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
- B65H2801/00—Application field
- B65H2801/03—Image reproduction devices
- B65H2801/06—Office-type machines, e.g. photocopiers
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65H—HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
- B65H2801/00—Application field
- B65H2801/24—Post -processing devices
- B65H2801/27—Devices located downstream of office-type machines
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Pile Receivers (AREA)
Description
# ............ t -1- üitvinders: M.Bouwen3 F.Hooghiemstra L.van Ruiten
Océ-Nederland B.V., te Venlo Inrichting voor het verzamelen van bladen
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het verzamelen van bladen, omvattende een opvangbak die een bodemplaat omvat die, gezien in een eerste richting, vlak is en waarvan de effectieve lengte in die richting correspondeert met de lengte van op te nemen 5 bladen, welke opvangbak verder een wandplaat omvat die onder een rechte hoek aansluit op een eerste rand van de bodemplaat welke rand zich uit3trekt in een tweede richting dwars op de eerste richting, welke inrichting verder ten minste een transportrol waarvan de as zich uitstrekt in een richting evenwijdig aan de eerste rand omvat, welke 10 transportrol zich bevindt aan de van de opvangbak afgekeerde zijde van de wandplaat en een op de rol liggend blad in de richting van de opvangbak kan voeren.
Een dergelijke inrichting is bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 3 840 222.
15 Daarin wordt een inrichting beschreven met een opvangbak die wordt gevormd door een geheel vlakke bodemplaat en een geheel vlakke wandplaat die onder een rechte hoek op elkaar aansluiten en een transportrol die bladen boven langs de wandplaat in de opvangbak voert.
Wanneer in deze bekende inrichting een blad met relatief grote snelheid 20 in de opvangbak wordt gevoerd kan het blad op de bodemplaat tot stilstand komen in een positie waarbij het blad op enige afstand van de wandplaat ligt en/of scheef ten opzichte daarvan ligt. Deze positie wordt mede bepaald door de mate waarin het blad in de opvangbak wordt afgeremd bij het schuiven over de bodemplaat of over daarop liggende bladen.
25 Deze afremming wordt beheerst door de hellingshoek waaronder de bodemplaat is opgesteld, door de wrijvingscoSfficient tussen een blad en de bodemplaat, respectievelijk tussen bladen onderling, en door het gewicht van een blad. Zulk een foutieve positionering van bladen kan zich in het bijzonder voordoen ingeval lichte en gladde bladen worden 30 afgelegd op een bodemplaat, die, gezien in de eerste richting, slechts 85 0 05 A 5 • · -2- in geringe mate oploopt, of afloopt.- Daarbij komt nog dat bij een in geringe mate oplopende bodemplaat na het tot stilstand komen van een blad in zo'n foute positie he.t blad niet gemakkelijk in de richting van de wandplaat kan terugglijden.
5 Een ander bezwaar van de bekende inrichting is dat de laatste bladen die wel goed in de opvangbak zijn beland, gemakkelijk verschoven kunnen worden door een volgend blad dat bij het in de opvangbak voeren over het vorige blad schuift.
De uitvinding stelt zich onder meer tot doel een inrichting te 10 verschaffen die deze bezwaren niet heeft.
Dit doel wordt in een inrichting volgens de aanhef bereikt doordat een tweede rand van de bodemplaat, die evenwijdig is aan de eerste rand, voorzien is van een aanslaglijst waarvan de naar de transportrol gekeerde zijde een deel vormt van een cylinderoppervlak waarvan de 15 aslijn samenvalt met de aslijn van de transportrol en de kortste afstand tussen de rolomtrek en de tweede rand is ingesteld op de lengtemaat van de op te vangen bladen.
Hierdoor wordt bereikt dat elk blad dat in de richting van de bodemplaat in de opvangbak wordt gevoerd door de transportrol wordt 20 aangedreven vrijwel totdat de voorlopende rand van het blad tegen de aanslaglijst stuit. Aldus is verzekerd dat de bladen in de opvangbak een ordelijke stapel vormen.
Tevens wordt hierdoor bereikt dat ook bladen die samen een bundel vormen als een geheel in de opvangbak kunnen worden gevoerd zonder dat ze 25 door hun relatief grote gewicht de bovenste in de opvangbak liggende bladen kunnen meennemen en aldus de orde van de gevormde stapel zouden kunnen verstoren.
Het aantrekkelijke van de uit voornoemd Amerikaans octrooischrift bekende uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de aanhef, waarbij 30 genoemde eerste rand het laagste punt vormt van de bodemplaat, is, dat bij plaatsing van de inrichting op de bovenzijde van een bladver-werkend apparaat, zoals een kopieerapparaat, enerzijds een relatief korte opvoerbaan tussen de bovenzijde van het apparaat en de eerder genoemde transportrol bij de opvangbak nodig is en anderzijds de 35 ruimte tussen de opvangbak en de bovenzijde van het apparaat goed toegankelijk is voor het onderbrengen en het bereiken van andere voorzieningen bij het apparaat en/of de inrichting.
8500545 • ♦ -3-
Bij deze bekende uitvoeringsvorm is niet verzekerd dat bladen die in een foutieve positie op de bodemplaat zijn terechtgekomen omlaag kunnen glijden om in contact te komen met de wandplaat.
Met name bij een weinig hellende opvangbak kunnen relatief zware en 5 3tugge bladen gemakkelijk op de bodemplaat blijven hangen.
Een ander doel van de uitvinding is om een inrichting volgens de aanhef, waarbij de eerste rand het laagste punt van de bodemplaat vormt, te verschaffen, welke inrichting de genoemde bezwaren niet heeft.
10 Dit andere doel wordt volgens een ander aspect van de uitvinding bereikt doordat de wandplaat een deel vormt van een cylinderoppervlak waarvan de aslijn samenvalt met de tweede rand.
Hierdoor wordt bereikt dat bladen in de opvangbak goed opgesloten zijn tussen de wandplaat en de aanslag, waardoor de bewegingsvrijheid van 15 bladen die in de opvangbak liggen minimaal is zodat het behoud van een ordelijke bladstapel gewaarborgd is.
De uitvinding stelt zich verder tot doel een inrichting volgens de aanhef te verschaffen waarin tevens bundels bladen die in een hoek met een nietje zijn samengehecht, kunnen worden opgevangen zonder de 20 orde van bladen, respectievelijk bundels, in de opvangbak te verstoren.
Dit doel wordt bereikt doordat, gezien in de tweede richting, het middengedeelte van de bodemplaat hoger ligt dan de randgedeelten van de bodemplaat.
25 Hierdoor wordt bereikt, dat, gezien in de tweede richting, de bladen in de opvangbak een gebogen vorm aannemen, waardoor een in de bak gevoerd blad, respectievelijk een bundel van ingevoerde bladen, alleen in het middengedeelte in contact kan komen met een reeds in de bak liggend los blad, respectievelijk geniete bundel, zodat het ingevoerde 30 blad, respectievelijk bundel, gemakkelijk tot tegen de aanslag door kan schuiven zonder daarbij te stuiten tegen een nietje dat eventueel aanwezig is in het bovenste blad van de bladstapel in de opvangbak.
Andere kenmerken en voordelen van de uitvinding zullen duidelijk worden uit de hierna volgende beschrijving van een uitvoeringsvorm van 35 een inrichting volgens de uitvinding, welke uitvoeringsvorm is weergegeven in bijgaande tekeningen waarin: 8500545 -4-
Fig. .1 een zijaanzicht is van een inrichting volgens de uitvinding, Fig. 2 een achteraanzicht is van de inrichting volgens de uitvinding, Fig. 3 een bovenaanzicht is van de inrichting volgens de uitvinding, en 5 Fig. 4 een doorsnede is volgens lijn IV-IV in Fig. 3.
De in de figuren weergegeven inrichting omvat een opvangbak 1 die is bevestigd aan een bladenverwerkingsinrichting, bijvoorbeeld een kopieerapparaat, waarvan het bladenuitvoergedeelte 2 is weergegeven.
In het bladenuitvoergedeelte 2 zijn transportrollen 3 draaibaar gela-10 gerd. Deze rollen 3 kunnen met niet-weergegeven middelen worden aangedreven. Aan weerszijden van de transportrollen 3 zijn in het bladenuitvoergedeelte 2 vrij draaibare rollen 4 gelagerd. De draaiingsas van deze rollen 4 is parallel aan de draaiingsas van de rollen 3· Het vlak dat gaat door de draaiingsassen van rollen 3 en 4 15 vormt een hoek van 25° met een verticaal vlak, in een zodanige richting dat tussen rollen 3 en 4 uitgevoerde bladen schuin omhoog worden uitgevoerd. De afstand tussen deze draaiingsassen is kleiner dan de helft van de som van de diameters van de rollen 3 en 4. Een tussen deze rollen gevoerd blad wordt daardoor gegolfd en krijgt aldus 20 een grotere stijfheid in de uitvoerrichting, zodat het voorbij de rollen 3 en 4 uitstekende bladgedeelde niet meteen door zijn eigen gewicht omlaag buigt, maar relatief lang schuin omhoog blijft bewegen. Het doel daarvan zal hierna worden uiteengezet. Rollen 4 zijn beweegbaar in verticale richting en kunnen worden opgetild door tussen de 25 rollen 3 en 4 gevoerde bladen die al voldoende eigen stijfheid bezitten, zodat deze bladen minder gegolfd worden om ze additioneel stijver te maken.
De opvangbak 1 bestaat uit een bodemplaat 6 en een wandplaat 7 die een vaste eenheid vormen, welke eenheid met niet-weergegeven mid-30 delen met het bladenverwerkingsapparaat is verbonden. De wandplaat 7 strekt zich vanaf de transportrollen 3 naar beneden uit over een afstand die corrspondeert met de hoogte van de stapel bladen die in de inrichting kan worden opgenomen. De vorm van de wandplaat 7 zal hierna worden toegelicht.
35 De bodemplaat 6 bestaat, zoals te zien in Fig. 2 en 3» uit drie gedeelten, een middendeel 8 en zijdelen 9 en 10,die in een richting 8500545 -5- dwars op de uitvoerrichting naast elkaar liggen. Het middendeel 8 van de bodemplaat 6 strekt zich vanaf het uitvoergedeelte 2 eerst over een gedeelte 11 schuin omhoog uit onder een hoek van 25° met een horizontaal en vervolgens over een gedeelte 12 horizontaal uit. Het midden-5 deel 8 wordt aan weerszijden begrensd door opstaande randen 13 en 14. Het zijdeel 9 van de bodemplaat 6 strekt zioh vanaf het uitvoergedeelte over een gedeelte 16 schuin omhoog uit onder een hoek van 25° met een horizontaal en verder horizontaal uit over een gedeelte 17. Het andere zijdeel 10 van de bodemplaat strekt zich vanaf het uit-10 voergedeelte 2 eerst over een gedeelte 18 onder een hoek van 20° met een horizontaal uit, welk gedeelte 18 korter is dan de gedeelten 11 en 16, en over een gedeelte 19 horizontaal uit, welk gedeelte 19 aldus lager ligt dan het horizontale gedeelte 17.
De opvangbak 1 is verder voorzien van een schuifstuk 21 dat 15 tussen de opstaande randen 13 en 14 en over het schuine gedeelte 11 van het middendeel 8 van de bodemplaat 6 heen en weer geschoven kan worden in een richting die in de figuren 1 en 4 met pijlen is aangegeven. Het schuifstuk 21 bestaat uit een bodemdeel 22 waarvan de bovenzijde 23 in de lengterichting recht en in een richting dwars daarop 20 bol is, zoals in het bijzonder in Fig. 2 goed te zien is, en een opstand 25 die een aanslagvlak 26 voor op te nemen bladen vormt zoals hierna zal worden uiteengezet. De opstand 25 heeft een breedte die overeenkomt met de breedte van het bodemdeel 22 en een lengte die correspondeert met de hoogte van de stapel bladen die in de 25 inrichting kan worden opgenomen. Het rechte bodemgedeelte 22 van het schuifstuk 21 heeft een lengte die overeenkomt met de maximale lengtemaat van de in de inrichting op te nemen bladen. In het schuine gedeelte 11 van het middendeel 8 is een slobgat 30 gevormd. Met een schroef 31» die door dit slobgat steekt, kan het schuifstuk 21 op de 30 bodemplaat worden vastgezet. Het schuifstuk 21 wordt in een zodanige stand vastgezet dat de afstand tussen het hoogste punt A van het bodemvlak 23 dat aansluit op het aanslagvlak 26 en het hoogste punt B van het bodemvlak 23 dat aansluit op het wanddeel 7» overeenkomt met de lengtemaat van de in de inrichting op te nemen bladen, bijvoorbeeld 35 op een maat tussen 203 en 216 mm. Het aanslagvlak 26 is cylindrisch gebogen waarbij in de stand van het schuifstuk 21 waarbij de afstand tussen A en B maximaal is, de middenlijn van de cylinder samenvalt met 85 0 05 4 5 -6- de draaiingsas van transportrollen 3 en de straal van de cylinder overeenkomt met de maxiale afstand tussen A en B vermeerderd met de straal van de transportrollen.
Het wanddeel 7 strekt zich langs de gehele breedte van de bodemplaat 6 5 uit. Het vlak 27 ervan dat een aanslagvlak vormt voor de achterranden van in de inrichting op te nemen bladen, sluit met een rechte hoek aan op het boderadeel 22 van schuifstuk 21. Het aanslagvlak 27 is evenals aanslagvlak 26 cylindrisch gebogen, waarbij de middenlijn van de cylinder door het punt A gaat wanneer het schuifstuk 21 in een stand 10 staat die correspondeert met het grootste bladformaat dat in de inrichting kan worden opgenomen en een straal die overeenkomt met deze maximale bladlengte. Het schuifstuk 21 is voorzien van rillen 28 (zie Fig. 3) die in de lengterichting over het bolvormige bodemdeel 22 en aansluitend over het aanslagvlak 26 van de opstand 25 lopen. Ook het 15 wanddeel 7 is voorzien van rillen (29), zoals in het bijzonder in Fig. 3 te zien is.
De inrichting werkt als volgt.
Door rollen 3 en 4 worden bladen uit het bladenverwerkingsapparaat gevoerd. Deze uitvoer kan bestaan uit een enkel blad, uit een bundel 20 losse bladen of uit een bundel door een niet samengehechte bladen.
Deze niet wordt in het bladenverwerkingsapparaat aangebracht in een hoekgedeelte van de bundel dat, gezien in het bovenaanzicht van de inrichting weergegeven in Fig. 3, links onder in de opvangbak terecht komt. Het schuifstuk 21 wordt ingesteld op de lengtemaat van 25 uit het bladenverwerkingsapparaat gevoerde bladen. De rollen 3 en 4 zijn zodanig ten opzichte van elkaar geplaatst dat, in geval de opvangbak leeg is het stijfste blad, respectievelijk de stijfste bundel bladen die uit het bladenverwerkingsapparaat wordt gevoerd net voldoende doorbuigt om, voordat het achtereinde van het blad of de bun-30 del niet meer gegrepen wordt door de rollen 3 en 4, nog met het bovenste gedeelte van het bodemvlak 23 van het schuifstuk 21 in contact te komen. Gemakshalve zal bij de verdere beschrijving van de werking van de inrichting worden uitgegaan van het opvangen van geniete bundels bladen. Door de snelheid die de bundel heeft en/of doordat de 35 achterrand van de bundel langs de omtrek van rollen 3 omlaag glijdt en daardoor door deze rollen verder in voorwaartse richting wordt gedrukt, zal de voorrand van de bundel nadat deze in contact is geko- 8500545 -7- men met bodemvlak 23 voortbewegen totdat de bundel tegen aanslagvlak 26 stuit. Op dat ogenblik komt de achterrand van de bundel vrij van de omtrek van rollen 3# waaropvolgend de2e achterrand langs het aanslagvlak 27 omlaag glijdt. Bij deze beweging fungeert punt A als 5 het ware als een scharnierpunt voor de bundel. Aan het einde van deze beweging rust de bundel over de gehele lengte op bodemvlak 23 van schuifstuk 21 en is de bundel spelingsvrij opgesloten tuseen de aanslagvlakken 26 en 27·
Gelijktijdig met of volgend op voornoemde beweging van de bundel bewe-10 gen de zijranden van de bundel verder omlaag, uiterlijk totdat deze op de zijdelen 9 en 10 van de bodemplaat 6 stuiten. Aangezien delen 18 en 19 van zijdeel 10 lager liggen dan delen 16 en 17 van zijdeel 9 kan de bundel aan de kant van zijdeel 10 verder doorhangen. De asymmetrische plaatsing van het middendeel 8 zorgt er daarbij voor dat 15 ondanks het verschil in doorhanging van de bundel de bundel in balans is en niet in de richting van zijdeel 10 van bodemplaat 6 kan glijden. Het hoekgedeelte van de bundel waarin zich de niet bevindt kan het verste doorhangen ten opzichte van een in zijdelingse richting horizontaal vlak dat raakt aan het bodemvlak 23 van schuifstuk 21.
20 Volgende bundels bladen, of enkele bladen, worden op de hiervoor beschreven wijze in de inrichting afgelegd, alleen met dit verschil dat deze bundels bladen over het bovenste voorafgaand afgelegde blad tot bij aanslagvlak 26 schuiven. Doordat de voorgaand afgelegde bladen opgesloten zijn tussen aanslagen 26 en 27 kunnen zij nauwe-25 lijks meeschuiven en doordat een eventueel voorafgaand afgelegde bundel sterk doorhangt kan een nog vooruitschuivend relatief vlakgehouden blad niet stuiten tegen een nietje, dat eventueel in een voorafgaand afgelegde bundel aanwezig is, waardoor de oriëntatie van bladen in de opvangbak verstoord zou kunnen worden.
30 Het horizontale deel 19 van zijdeel 10 bevindt zich op een zodanige hoogte dat een hand gemakkelijk tussen het deel 19 en het daarboven neerhangende deel van de afgelegde stapel bladen (die in Fig. 2 en 3 met onderbroken lijnen is weergegeven) gestoken kan worden voor het beetpakken en uit de bak nemen van de bladstapel.
35 Voor het vormen van een bladstapel bestaande uit bundels bladen die in een richting dwars op de uitvoerrichting ten opzichte van elkaar verschoven liggen, kan de opvangbak 1, met behulp van niet weergegeven middelen, voorafgaand aan de uitvoer van een bundel in de dwarsrichting over korte afstand verschoven worden.
8500545
Claims (11)
1. Inrichting voor het verzamelen van bladen, omvattende een opvangbak (1) die een bodemplaat (6) omvat die, gezien in een eerste richting, vlak is en waarvan de effectieve lengte in die richting correspondeert met de lengte van op te nemen bladen, welke 5 opvangbak (1) verder een wandplaat (7) omvat die onder een rechte hoek aansluit op een eerste rand van de bodemplaat (6), welke rand zich uitstrekt in een tweede richting dwars op de eerste richting, welke inrichting verder ten minste een transportrol (3) waarvan de as zich uitstrekt in een richting evenwijdig aan de eerste rand omvat, welke 10 transportrol (3) zich bevindt aan de van de opvangbak (1) afgekeerde zijde van de wandplaat (7) en een op de rol (3) liggend blad in de richting van de opvangbak (1) kan voeren, met het kenmerk, dat een tweede rand van de bodemplaat (6) evenwijdig is aan de eerste rand en voorzien van een aanslaglijst (25) waarbij de naar de transportrol 15 gekeerde zijde (26) een deel vormt van een cylinderoppervlak waarvan de aslijn samenvalt met de aslijn van de transportrol (3) en de kortste afstand tussen de rolomtrek en de tweede rand is ingesteld op de lengtemaat van op te vangen bladen.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de eerste rand het 20 laagste punt vormt van de bodemplaat (6), met het kenmerk, dat de wandplaat (7) een deel vormt van een cylinderoppervlak waarvan de aslijn samenvalt met de tweede rand.
3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat, gezien in de eerste richting van de bodemplaat (6), ten minste een deel van de 25 bodemplaat (6) een hoek van 10 tot 50° met een horizontaal insluit.
4. Inrichting volgens een der voorafgaande conclusies, met het kenmerk dat, gezien in de tweede richting, het middendeel (8) van de bodemplaat (6) hoger, ligt dan de zijdelen (9,10) van de bodemplaat.
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat een van de 30 zijdelen (10) lager ligt dan het andere zijdeel (9).
6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat, gezien in de tweede richting, het lager gelegen zijdeel (10) korter is dan het hoger gelegen zijdeel (9).
7. Inrichting volgens conclusie 3 en conclusie 5 of 6, met het 35 kenmerk, dat, gezien in de eerste richting, het deel (18) van het 85 υ 0 5 4 5 -9- lager gelegen zijdeel (10) van de bodemplaat (6) dat aansluit op de wandplaat (7) een kleinere hoek met de horizontaal insluit dan de andere delen (11,16) van de bodemplaat die aansluiten op de wandplaat (7).
8. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de hoger gelegen delen (17,19) van elk van de zijdelen (9,10) zich in horizontale richting uitstrekken.
9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat gezien in de eerste richting, het horizontaal gedeelte (19) van het lager gele- 10 gen zijdeel (10) langer is dan het horizontaal gedeelte (17) van het hoger gelegen zijdeel (9).
10. Inrichting volgens een der conclusies 4-9, met het kenmerk, dat het middendeel (8) van de bodemplaat (6) en de aanslaglijst (25) een geheel vormen dat ten opzichte van de rest van de bodemplaat (6) 15 verstelbaar is in de eerste richting.
11. Inrichting volgens een der conclusies 4-10, met het kenmerk, dat de aanslaglijst (25) zioh alleen langs het middendeel (8) van de bodemplaat uitstrekt. 8500545
Priority Applications (5)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8500545A NL8500545A (nl) | 1985-02-27 | 1985-02-27 | Inrichting voor het verzamelen van bladen. |
DE8686200259T DE3664450D1 (en) | 1985-02-27 | 1986-02-20 | A device for collecting sheets |
EP86200259A EP0193986B1 (en) | 1985-02-27 | 1986-02-20 | A device for collecting sheets |
US06/833,852 US4664368A (en) | 1985-02-27 | 1986-02-26 | Device for collecting sheets |
JP61041347A JPH0641341B2 (ja) | 1985-02-27 | 1986-02-26 | シート収集装置 |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8500545A NL8500545A (nl) | 1985-02-27 | 1985-02-27 | Inrichting voor het verzamelen van bladen. |
NL8500545 | 1985-02-27 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8500545A true NL8500545A (nl) | 1986-09-16 |
Family
ID=19845595
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8500545A NL8500545A (nl) | 1985-02-27 | 1985-02-27 | Inrichting voor het verzamelen van bladen. |
Country Status (5)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US4664368A (nl) |
EP (1) | EP0193986B1 (nl) |
JP (1) | JPH0641341B2 (nl) |
DE (1) | DE3664450D1 (nl) |
NL (1) | NL8500545A (nl) |
Families Citing this family (18)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS62244864A (ja) * | 1986-04-17 | 1987-10-26 | Totani Giken Kogyo Kk | シ−ト材料集積装置 |
JP2727079B2 (ja) * | 1988-04-07 | 1998-03-11 | コニカ株式会社 | 記録紙処理装置 |
US5061146A (en) * | 1988-06-10 | 1991-10-29 | Systems Mailing Research, Inc. | Envelope opener and load separator |
JPH02291353A (ja) * | 1989-01-19 | 1990-12-03 | Ricoh Co Ltd | 画像形成装置用の用紙後処理装置 |
JP4221413B2 (ja) * | 2006-02-13 | 2009-02-12 | シャープ株式会社 | シート堆積装置およびそれを備えてなる画像形成装置 |
JP4804217B2 (ja) * | 2006-05-10 | 2011-11-02 | シャープ株式会社 | 排紙構造及びこれを用いた画像形成装置 |
JP2007323130A (ja) * | 2006-05-30 | 2007-12-13 | Laurel Seiki Kk | 紙幣処理装置 |
JP6047401B2 (ja) | 2012-12-29 | 2016-12-21 | ユニ・チャーム株式会社 | 開繊された繊維束の製造方法、清掃部材の製造方法、繊維束の開繊装置、及び清掃部材の製造システム |
JP6057707B2 (ja) | 2012-12-29 | 2017-01-11 | ユニ・チャーム株式会社 | 開繊された繊維束の製造方法、清掃部材の製造方法、繊維束の開繊装置、及び清掃部材の製造システム |
US20140182767A1 (en) | 2012-12-29 | 2014-07-03 | Unicharm Corporation | Method of producing cleaning member |
JP6073128B2 (ja) | 2012-12-29 | 2017-02-01 | ユニ・チャーム株式会社 | 切断装置及び切断装置を用いた清掃部材の製造方法 |
US20140187406A1 (en) | 2012-12-29 | 2014-07-03 | Unicharm Corporation | Method of producing cleaning member |
JP6047400B2 (ja) | 2012-12-29 | 2016-12-21 | ユニ・チャーム株式会社 | 清掃部材を製造する方法及び装置 |
JP6037828B2 (ja) | 2012-12-29 | 2016-12-07 | ユニ・チャーム株式会社 | 開繊された繊維束の製造方法、清掃部材の製造方法、繊維束の開繊装置、及び清掃部材の製造システム |
JP6116589B2 (ja) | 2012-12-29 | 2017-04-19 | ユニ・チャーム株式会社 | 清掃部材を製造する方法、及び清掃部材を製造するシステム |
JP6103945B2 (ja) * | 2013-01-10 | 2017-03-29 | ユニ・チャーム株式会社 | 積み重ね装置及びウェブ部材を製造する方法 |
JP6141023B2 (ja) | 2013-01-10 | 2017-06-07 | ユニ・チャーム株式会社 | トウを含むウエブ部材の製造方法 |
US9302876B2 (en) * | 2013-12-19 | 2016-04-05 | Ncr Corporation | Media presenter |
Family Cites Families (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US1750396A (en) * | 1927-09-28 | 1930-03-11 | American Sheet & Tin Plate | Piling and packing apparatus |
US3160413A (en) * | 1961-01-31 | 1964-12-08 | Time Inc | Method and apparatus for supporting stacks of signatures |
US3840222A (en) * | 1972-02-16 | 1974-10-08 | Dick Co Ab | Document feeder for electrostatic copier |
US3907128A (en) * | 1973-12-13 | 1975-09-23 | Ppg Industries Inc | Lead edge stop device |
DE2814383C3 (de) * | 1978-04-04 | 1981-03-26 | Voest-Alpine Ag, Linz | Vorrichtung zum gerichteten Ablegen von einzeln angeförderten biegeweichen Folien o. dgl. |
JPS6228621Y2 (nl) * | 1979-09-29 | 1987-07-22 | ||
US4380332A (en) * | 1981-03-13 | 1983-04-19 | Stone Container Corporation | Snubbing device for blank conveyor apparatus |
-
1985
- 1985-02-27 NL NL8500545A patent/NL8500545A/nl not_active Application Discontinuation
-
1986
- 1986-02-20 EP EP86200259A patent/EP0193986B1/en not_active Expired
- 1986-02-20 DE DE8686200259T patent/DE3664450D1/de not_active Expired
- 1986-02-26 US US06/833,852 patent/US4664368A/en not_active Expired - Lifetime
- 1986-02-26 JP JP61041347A patent/JPH0641341B2/ja not_active Expired - Fee Related
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP0193986A1 (en) | 1986-09-10 |
JPH0641341B2 (ja) | 1994-06-01 |
EP0193986B1 (en) | 1989-07-19 |
DE3664450D1 (en) | 1989-08-24 |
US4664368A (en) | 1987-05-12 |
JPS61203064A (ja) | 1986-09-08 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL8500545A (nl) | Inrichting voor het verzamelen van bladen. | |
US10266354B2 (en) | Device for handling single sheets, for introducing and distributing rectangular single sheets, especially bank notes, respectively into and out of a container | |
US5026034A (en) | Document output apparatus having anti-dishevelment device | |
RU2401791C2 (ru) | Устройство для подборки плоских предметов и перемещения подобранных предметов | |
JP2004075394A (ja) | 受動型の用紙分離装置 | |
US20100042254A1 (en) | Method of feeding flattened cardboard cartons in a carton opening machine in a bottle, container, or article packaging plant, and a device therefor | |
JP2770208B2 (ja) | 枚葉状の記録媒体をさばく方法および装置 | |
US8434609B2 (en) | Method for aligning flat products on a side edge and conveying device for realizing the method | |
US4052053A (en) | Stacker drum of sheet accumulating device | |
US5503518A (en) | Apparatus for transferring sheets from a succession of stacks | |
NL9100487A (nl) | Werkwijze en inrichting voor afzonderlijk transport van offset-drukplaten. | |
US4989854A (en) | Document set delivery apparatus | |
NL8601449A (nl) | Apparaat en werkwijze voor het verwerken van vellen van verschillende lengten. | |
NL1030437C2 (nl) | Inrichting voor het registreren van vellen. | |
DK2616340T3 (en) | Apparatus and method for packing substantially flat products in a box | |
US8262085B2 (en) | Decurler and stabilizer for light-weight papers | |
US6692220B2 (en) | Device for transporting printed products placed in a stack on a support | |
EP1593634A1 (en) | A device and method for forming a stack of sheets on a delivery surface | |
US20020121738A1 (en) | Flat mail anti-rollover mechanism | |
EP0897885B1 (en) | Method and apparatus for transporting sheet like products | |
US20200369488A1 (en) | Paper sheet accumulating device and control method of paper sheet accumulating device | |
US4830359A (en) | Sheet collector | |
JP7204212B2 (ja) | 物品集積搬出装置 | |
CA2185954A1 (en) | Sheet receiving tray | |
NL1015230C2 (nl) | Inrichting voor het van elkaar scheiden van in een magazijn gestapelde producten. |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BV | The patent application has lapsed |