NL8500468A

NL8500468A - Magneetband-cassettehuis met deksel voor bandtoegangsopenining.

Info

Publication number: NL8500468A
Application number: NL8500468A
Authority: NL
Original assignee: Sony Corp
Priority date: 1984-02-22
Filing date: 1985-02-19
Publication date: 1985-09-16
Also published as: GB2154545B; GB8504492D0; AU3898385A; GB2154545A; FR2559937A1; JPS60140272U; DE3505294A1; CA1248224A

Description

* c

Magneetband-cassettehuis met deksel voor bandtoegangsopening.

De onderhavige uitvinding heeft in het algemeen betrekking op een magneetbandcassette, in het bijzonder voor het registreren van pulscode-gemoduleerde (PCM) signalen.

Meer in het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op een 5 bandcassette die is voorzien van een deksel voor het beschermen van daarin opgesloten magneetband, wanneer deze niet in gebruik is, en welke automatisch naar buiten getrokken wordt voor het toegankelijk maken van de band, wanneer deze voor gebruik in een opneem- en weergeefsysteem wordt geplaatst.

10 In de laatste jaren zijn verscheidene opneem- en weergeefsystemen voorgesteld voor het omzetten van analoge signalen, zoals audio-signalen, in binair gecodeerde of digitale signalen, zoals PCM-signalen, en het opnemen van de omgezette digitale signalen. Deze onlangs ontwikkelde digitale 15 opneem- en weergeefsystemen maken in het algemeen gebruik van magneetbanden als registratiemedium voor het registreren van de in digitale signalen omgezette analoge signalen.

Bij dergelijke digitale opneem- en weergeefsystemen kunnen olieachtige afzettingen, zoals vingerafdrukken of der-20 gelijke, en/of aan het bandoppervlak klevend stof verlies of verstoring van de weergegeven signalen veroorzaken.

Dit nadeel of probleem bij digitale registratie kan worden opgelost door het aanbrengen van een beschermings-deksel tegen olie- en stofneerslag voor alle bandcassettehuizen 25 teneinde een opening, waardoor de magneetband in de bandcassette bereikt kan worden, af te sluiten en welke opening hierna de "band-toegangsopening" genoemd zal worden. Het deksel kan beweegbaar zijn tussen een gesloten positie waarin de bandtoegangsopening wordt afgesloten teneinde de afzetting van 30 olie en stof op het bandoppervlak te voorkomen wanneer de band niet in gebruik is, en een open positie, waarin een mag-neetkop van de digitale opneem- en weergeefinrichting toegang heeft tot de band, in de gebruikstoestand daarvan.

BAD ORIGINAL jn ^e stand van de techniek is een nadeel bekend, 35 dat voor het mogelijk maken van een zwenkbeweging van het - 2 - deksel tussen de gesloten positie en de open positie het nodig is om een aanzienlijke vrije ruimte tussen het deksel en het daarmee samenwerkende oppervlak van het bandcassette-huis in de gesloten positie van het deksel, aan te brengen.

5 Dit betekent dat de ruimte in het opneem- en weergeefsysteem die nodig is voor het opnemen van de magneetbandcassette, ongewenst groot moet zijn. Bij de conventionele cassette-huisconstructie kan het deksel bovendien onbedoeld uit zijn gesloten positie in de open positie worden gezwenkt, wanneer 10 de cassette niet in gebruik is.

Om deze nadelen te verhelpen, is in de Amerikaanse octrooiaanvrage No. 679.240 van Aanvraagster een andere benadering voorgesteld. In de beschrijving daarvan wordt een magneetbandcassette voorgesteld met een huis, dat een omtreks-15 wand heeft, die in een in hoofdzaak rechte zijde daarvan een opening heeft voor het verkrijgen van toegang tot de in het huis tussen de boven- en onderwand opgesloten magneetband, welke boven- en onderwanden buiten de omtreksband Icings de rechte zijde uitstekende randdelen heeft, en waarbij een 20 deksel met een langwerpig plaatdeel is aangebracht, dat zodanig is gedimensioneerd, dat dit zich langs de rechte zijde van het huis kan uitstrekken en nauw kan passen tussen de uitstekende randdelen en aan weerseinden van het plaatdeel uitstekende ogen, welke tegen respektieve einddelen van de 25 omtrekswand geplaatst kunnen worden. Scharnierpennen zijn los opgenomen in respektieve, bij voorkeur driehoekige openin-gen, teneinde de oren van het deksel met het huis te verbinden en daarbij een zwenkbeweging van het deksel en de verplaatsing in het geheel daarvan ten opzichte van het huis 30 in richtingen loodrecht op de zwenkas mogelijk te maken. Het deksel is dus beweegbaar door een combinatie vein de zwenkbeweging en de verplaatsing in zijn geheel daarvan, tussen een gesloten positie waarin het plaatdeel zich tussen de uitstekende rand aan de rechte zijde van het huis bevindt voor het 35 afsluiten van de opening daarin, en een open positie waarin BAlfceftlGftöHtdQel van het deksel zich aan de buitenzijde van de boven- of onderwand van het huis bevindt nabij het respektieve randdeel. Schroefveren zijn aangebracht tussen het huis en het

. a Λ Λ f Λ A

r - 3 - deksel teneinde dit laatste in een neutrale zwenkstand te dwingen, waarin het plaatdeel tussen de uitstekende randdelen is gecentreerd en het deksel in zijn neutrale zwenkstand in zijn geheel naar de rechte zijde van de omtrekswand van het 5 huis wordt gedwongen.

Voor het bedienen van het deksel moet het opneera-en/of weergeefsysteem voorzien zijn van een bedieningspen voor het automatisch in de open positie bewegen van het deksel wanneer de bandcassette voor gebruik in het opneem- en/of weergeef-10 systeem wordt gestoken. Aangezien het deksel, en in het bijzonder het plaatdeel daarvan, de vorm heeft van een relatief dunne plaat, is in deze gevallen de positionering van de bandcassette zodanig, dat het plaatdeel daarvan zich nauwkeurig tegenover de bedieningspen bevindt, tamelijk moeilijk. Tenzij het gedeelte van het deksel, dat met de bedieningspen moet samenwerken, zich nauwkeurig tegenover de bedieningspen bevindt, kan het deksel niet automatisch worden geopend.

Het is derhalve een doel van de onderhavige uitvinding een magneetbandhuis te verschaffen met een deksel voor 20 een bandtoegangsopening, die het automatisch openen van het deksel met slechts eenvoudige constructieve wijzigingen mogelijk maakt. Een ander en meer specifiek doel van de uitvinding is het verschaffen van een bandcassettehuis, dat het gebruik toelaat van een dikkere bedieningspen teneinde het automatisch ope-25 nen van het deksel te verzekeren, zonder dat een bredere band-cassetteopening van het opneemr-en/of weergeefsysteem nodig is.

Om de genoemde en andere doeleinden te bereiken, wordt een bandcassettehuis volgens de onderhavige uitvinding voorzien van een omtreksuitsparing tegenover een bedieningspen 30 van een opneem- en/of weergeefysteem, die gebruikt wordt voor het in zijn open positie bewegen van een op het cassettehuis aangebracht deksel voor de bandtoegangsopening. Het inspringende gedeelte op de uitsparing kan zich over de gehele lengte van een voorste vertikale wand van het huis uitstrekken, ten-35 einde de bedieningspen daar doorheen te laten bewegen.

Volgens een aspect van de uitvinding omvat een BAI^Qg^iyy^ttehuis een huis met een opening in een voorvlak daarvan, waardoorheen een magneetband toegankelijk is, een paar o k η n /. β o - 4 - bandspoelen waar omheen de magneetband is gewikkeld, en welke in het huis zijn aangebracht, een scharnierend aan het huis bevestigd deksel nabij het eerste vlak voor het bedekken en vrijlaten van de opening van het huis, een in een bandaandrijf-5 systeem aangebrachte bedieningsstang voor het in de open stand bewegen van het deksel, wanneer de cassette in het bandaan-drijfsysteem wordt gestoken, en een in het eerste vlak van het huis gevormd inspringend gedeelte, waarbij dit inspringende gedeelte de bedieningsstang opneemt, wanneer de cassette in 10 het bandaandrijfsysteem wordt gestoken teneinde de bedieningsstang daar doorheen te laten bewegen terwijl het deksel wordt bediend.

Volgens een ander aspect van de uitvinding omvat een magneetbandcassette een huis met een voorvlak waarin een 15 opening is gevormd die toegang geeft tot een magneetband, een deksel met een langwerpig plaatdeel dat zodanig gedimensioneerd is, dat dit het voorvlak van het huis kan bedekken en dat voorzien is van aan weerseinden van het langwerpige plaatdeel Uitstekende oren, die in hoofdzaak loodrecht staan op het voor-20 vlak, samenwerkende aangrijpingsmiddelen voor het met een tegenoverliggende omtrekswand van het huis verbinden van elk van de oren, waarbij elk van de samenwerkende aangrijpingsmiddelen omvatten een scharnier en een opening waarin de pen los wordt opgenomen teneinde een zwenkbeweging van het deksel ten op-25 zichte van het huis om een as, die evenwijdig loopt aan het voorvlak, mogelijk te maken, en een verplaatsing van het deksel ten opzichte van het huis in een vlak in hoofdzaak loodrecht op de hartlijn mogelijk te maken, waarbij het deksel door een combinatie van de zwenkbeweging en de verplaatsing 30 in zijn geheel beweegbaar is tussen een gesloten positie, waarin het langwerpige plaatdeel de vooropening bedekt en een open positie waarin het plaatdeel van het deksel de vooropening vrijlaat teneinde toegang te verlenen tot de magneetband, terwijl voorts belastingsmiddelen aangebracht zijn tussen het 35 huis en het deksel voor het scharnierend in een neutrale zwenk- van ket deksel, in welke zwenkstand het langwerpige plaatdeel zich in zijn gesloten positie bevindt, en waarbij de voorbelastingsmiddelen op het deksel in zijn geheel rt C r» A L C Ö - 5 - werken, in de neutrale zwenkstand, teneinde het langwerpige plaatdeel naar de vooropening toe te dwingen, en aan het voorvlak van het huis aangebrachte bedieningspen-geleidingsmidde-len, waarmee een in een opneem- en weergeefinrichting aange-5 brachte bedieningspen, die het deksel uit de gesloten positie in de open positie kan bewegen, wanneer de cassette in de opneem- en weergeefinrichting wordt geplaatst, daar doorheen kunnen laten bewegen en in kontakt kunnen laten komen met de tegenoverliggende rand van het deksel.

10 Volgens een verder aspect van de uitvinding omvat in een combinatie van een opneem- en weergeefinrichting voor een magneetband en een de band daarin bevattende bandcassette de bandcassette een huis met een opening in een eerste vlak, waar doorheen een magneetband toegankelijk is, een paar band-15 spoelen, waar omheen de magneetband is gewikkeld en welke zijn aangebracht in een huis, een scharnierend aan het huis nabij het eerste vlak aangebracht deksel voor het bedekken en het vrijlaten van de opening van het huis, een in een bandaandrijf-systeem aangebrachte bedieningsstang voor het naar de open 20 positie bewegen van het deksel, wanneer de cassette in het bandaandrijfsysteem wordt geplaatst, en een inspringend gedeelte in het eerste vlak van het huis, welk inspringend gedeelte de bedieningsstang kan opnemen wanneer de cassette in het bandaandrijf systeem wordt gestoken, teneinde de bedieningsstang 25 daar doorheen te laten bewegen wanneer het deksel wordt bewogen.

Volgens weer een ander aspect van de uitvinding omvat in een combinatie van een opneem- en weergeefinrichting voor een magneetband en een de magneetband bevattende cassette 30 de bandcassette een huis met een voorvlak, dat is voorzien van een vooropening, die toegang geeft tot een magneetband, een deksel met een langwerpig plaatdeel dat zodanig is gedimensioneerd, dat dit het voorvlak van het huis bedekt en aan weerseinden van het langwerpige plaatdeel in hoofdzaak loodrecht op 35 het voorvlak daarvan uitstekende oren, samenwerkende aangrijp-bare middelen voor het met een tegenoverliggende oratrekswand van het huis verbinden van de oren, waarbij elk van de samen-aangrijpbare middelen een scharnier en een opening omvatten, waarin de pen los opgenomen wordt voor het mogelijk 85 o o A fia - 6 - maken van een zwenkbeweging van het deksel ten opzichte van het huis, om een aslijn, die zich evenwijdig uitstrekt aan het voorvlak, en een verplaatsing van het deksel in zijn geheel ten opzichte van het huis in een vlak in hoofdzaak loodrecht 5 op de aslijn, waarbij het deksel door de combinatie van de zwenkbeweging en de verplaatsing in zijn geheel beweegbaar is tussen een gesloten positie waarin het langwerpige plaatdeel de vooropening bedekt, en een open positie, waarin het plaatdeel van het deksel de vooropening vrijlaat, voor het verschaf-fen van toegang tot de magneetband, tussen het huis en het deksel aangebrachte voorbelastingsmiddelen voor het scharnierend naar een neutrale zwenkstand dwingen van het deksel waarbij het langwerpige plaatdeel zich in zijn gesloten stand bevindt, en in zijn geheel op het deksel inwerkt in de neutrale zwenkstand, 15 teneinde het langwerpige plaatdeel naar de opening toe te dwingen, terwijl bedieningspen-geleidingsmiddelen aangebracht zijn aan het voorvlak van het huis welke een in een opneem- en weergeefinrichting aangebrachte bedieningspen, die het deksel uit de gesloten positie naar de open positie kan bewegen, 20 wanneer de cassette in de opneem- en weergeefinrichting wordt gestoken, daardoorheen kan laten bewegen en in kontakt kan laten komen met de tegenoverliggende rand van het deksel.

De onderhavige uitvinding zal beter worden begrepen uit de volgende gedetailleerde beschrijving en uit de bijge-25 voegde tekeningen van de voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding, die echter niet opgevat moeten worden als beperking van de uitvinding tot de specifieke uitvoeringsvormen, maar slechts ter verduidelijking en begrip zijn gegeven.

In de tekening toont: 30 Fig. 1 een perspektivisch aanzicht van de voorkeurs uitvoeringsvorm van een magneetbandcassettehuis volgens de onderhavige uitvinding, weergegeven in de niet-gebruikstoestand;

Fig. 2 een met Fig. 1 overeenkomend perspektivisch aanzicht van de cassette in de gebruikstoestand; 35 Fig. 3 een perspektivisch aanzicht met uiteengenomen delen van de bandcassette van Fig. 1.; BAD ORIG(f4g£.. 4 een gedeeltelijk doorgesneden aanzicht dat een groot deel van het bandcassettehuis toont in relatie tot een in een opneem- en/of weergeefsysteem aangebrachte bedieningspen; - 7 -

Fig. 5 een bovenaanzicht van de in Fig. 4 getoonde elementen;

Fig. 6 een gedeeltelijke weergave van een opneem- en weergeefinrichting, waarbij de voorkeursuitvoeringsvorm van 5 de magneetbandcassette volgens de uitvinding kan worden toegepast, en

Fig. 7 een met Fig. 5 overeenkomend bovenaanzicht, dat echter een wijziging van de voorkeursuitvoeringsvorm van Fig. 5 toont.

10 De eerdergenoemde Amerikaanse octrooiaanvrage 679.240 beschrijft in het algemeen een concept van de magneetbandcassette van het type, waarop de verbetering van de onderhavige uitvinding toegepast kan worden. Voor een beter begrip wordt hierbij naar deze aanvrage verwezen.

15 In de figuren, en in het bijzonder in Fig. 1 tot en met 3, is te zien dat de bandcassette een huis 10 heeft, dat is vervaardigd van een kunsthars en in het algemeen bestaat uit een bovenste sectie 12 en een onderste sectie 14, die in een matrijs in een gewenste vorm zijn gebracht en met elkaar 20 zijn verbonden door schroeven, teneinde daarin roteerbare spoelnaven 16 en 18 op te nemen, waarop een magneetband 20 wordt gewikkeld. Zoals is weergegeven, heeft het huis 10 in hoofdzaak de vorm van een rechthoekig prisma, dat wordt bepaald door de boven- en ondersecties, welke in hoofdzaak rechthoekige 25 boven- en onderwanden vormen en zich daarvan uitstrekkende randflenzen hebben, welke tegen elkaar aanliggen en een omtreks-wand bepalen, waarmee de boven- en onderwanden op een afstand en evenwijdig aan. elkaar worden gehouden. Langs de in hoofdzaak rechte voorrand van het huis 10 is de omtrekswand voorzien van 30 een opening 22 zoals in Fig. 2 getoond, waardoor een magneet-kop van een opneem- en/of weergeefsysteem (niet getoond) toegang kan verkrijgen tot een in het huis opgenomen band 24. De magneetbandcassette heeft eveneens een deksel 26, dat een langwerpig dun plaatdeel 28 heeft, welk plaatdeel zodanig is gedimen-35 sioneerd, dat dit zich langs de rechte voorzijde van het huis 10 met de opening daarin uitstrekt, welke zijde hierna de BAD OfttOiNAljde -sectie 30" genoemd zal worden, terwijl bovendien oren 32 én 34 zich loodrecht uitstrekken vanaf weerseinden 8500468 - 8 - van het plaatdeel 28 tegenover de weerseinden van de omtreks-wand van het huis nabij de overeenkomende einden van de voorzijdesectie 30. De oren 32 en 34 zijn scharnierend gemonteerd aan de aangrenzende einddelen van de omtrekswand 5 van het huis 10 zodat het dekselorgaan 26 een zwenkbeweging kan uitvoeren om een vaste aslijn tussen de in Fig. 1 getoonde gesloten positie, waarin de bandtoegangsopening 24 wordt afgesloten, en de in Fig. 2 getoonde open positie, waarin de bandtoegangsopening 24 in hoofdzaak onbelemmerd is 10 voor een gemakkelijke toegang tot de band.

Wanneer de magneetbandcassette buiten gebruik is, moet het deksel 26 in zijn gesloten positie (fig. 1) verkeren . zodat de vingers van een de cassette hanterende persoon niet door de bandtoegangsopening 24 met de band 22 in kontakt 15 kunnen komen.

Het langwerpige plaatdeel 28 van het dekselorgaan 26 is enigszins breder dan de opening 24. De breedte of hoogte van het plaatdeel 28 is ongeveer gelijk aan de verti-kale afstand tussen de boven- en onderwanden van het huis 10.

20 De oren 32 en 34 strekken zich onder rechte hoeken op de weerseinden van het langwerpige plaatdeel 28 uit en zijn in hoofdzaak D-vormig, met in hoofdzaak rechthoekige voorste gedeelten, die enigszins breder zijn dan de breedte van het plaatdeel 28 en het half-cirkelvormige achterdeel. In de 25 getoonde uitvoeringsvorm heeft elk oor 32 en 34 een scharnier-pen (alleen in Fig. 3 zichtbaar), die binnenwaarts uitsteekt vanaf nabij het middelpunt van het half-cirkelvormige gedeelte waarbij de scharnierpennen coaxiaal zijn. Een voorbelastings-veer, zoals een schroeftorsieveer, bladveer of dergelijke, 30 werkt met elke scharnierpen samen, teneinde de zwenkbeweging van het dekselorgaan 26 te begrenzen. In de praktijk houdt een noktandmechanisme voor het deksel dit deksel 28 in zijn gesloten positie (Fig. 1), in een eerste open positie waarin het plaatdeel 28 op de voorste sectie van het bovendeel (Fig. 35 2), rust, of in een tweede open positie, waarin het deksel op de voorste sectie van het onderste gedeelte (Fig. 2) rust.

BAD ORIGINAL zoals het beste wordt getoond in de figuren 2 en 3 is in de voorzijde-sectie 30 van het huis 10 een paar uit- 85 0 0 ά fia / V ^ - 9 - sparingen 38 en 40 gevormd. De uitsparingen 38 en 40 strekken zich over de gehele hoogte van de voorzijdesectie 30 uit en bevinden zich nabij weerseinden van de voorzijdesectie.

De diepte van de uitsparingen 38 en 40 is zodanig gekozen, dat 5 het plaatdeel 28 van het dekselorgaan 26 nabij zijn middelpunt in kontakt komt met een bedieningspen 42, zoals in Fig.

4 en 5 wordt getoond.

Zoals duidelijk zal zijn, kan de diameter van de bedieningspen 42 voldoende groot worden gekozen teneinde een 10 succesvolle beweging van het deksel 28 uit de gesloten positie naar een open positie te verzekeren, wanneer de cassette in het opneem- en/of weergeefsysteem wordt geplaatst. De bedieningspen 42 steekt door de uitsparingen 38 en 40, waardoor dus de samenwerkende randen van het deksel 26 dichterbij de 15 middelpunten daarvan kunnen vallen. Dit verzekert een juiste beweging van het deksel 28 zonder extra constructiecomponent.

Fig. 6 toont kort de PCM-recorder, waarop de hierboven beschreven voorkeursuitvoeringsvormen van de magneet-bandcassette volgens de onderhavige uitvinding kunnen worden 20 toegepast. Zoals uit Fig. 6 duidelijk zal zijn, steekt de bedieningspen 42 omhoog uit vanaf de bodem van de recorder.

De bedieningspen 42 bevindt zich nabij het vooreinde van een cassettehouder 44, welke zwenkbaar is om een zwenkas 46. De cassettehouder 44 werkt samen met een bedieningsmechanisme 25 met een niet-getoonde aandrijfmotor, een tandwiel 48 en een tandwielhefboom 50, welke is bevestigd aan de bodem van de cassettehouder. Het instellen van de band in een positie voor opname of weergave, en het uitstoten van de cassette kunnen geschieden op de op zichzelf algemeen bekende wijze. Het 30 eigenlijke bedieningsmechanisme zal bovendien een op zichzelf bekende constructie hebben en vereist geen verdere beschrijving.

In de toestand van Fig. 6 wordt de magneetband-cassette in de cassettehouder 44 gestoken. Vervolgens wordt 35 het bedieningsmechanisme in werking gesteld door de aandrijving van de motor voor het benedenwaarts verplaatsen van de BAD QfiU£ttN£fehouder waarbij de vooropening 22 van de cassette tegenover de magneetkop komt te liggen. Tijdens deze beneden-

AUilAfiO

V

- 10 - waartse beweging van de cassettehouder 44 komt de bedienings-pen 42 in kontakt met de onderrand van het deksel 8 via de uitsparing 38 en 40. 3ij een verdere benedenwaartse beweging van de cassettehouder 44 met de daarin gestoken magneetband-5 cassette wordt het deksel 26 opengeduwd in de stand, waarin de magneetkop de in de cassette opgenomen magneetband kan bereiken.

Aangezien de uitsparingen 38 en 40 aan het vooreinde van de cassette zijn gevormd teneinde de bedieningspen 10 42 daar doorheen te kunnen laten bewegen om in kontakt te komen met de onderrand van het deksel 26, zal het duidelijk zijn dat het deksel automatisch geopend kan worden op succesvolle en bevredigende wijze.

Alhoewel de voorkeursuitvoeringsvorm beschreven 15 is in termen van de specifieke constructie van de uitsparingen voor de bedieningspen hierboven, kan deze op elke wijze worden aangepast zonder het principe van de uitvinding te verlaten.

Pig. 7 toont een modificatie van de hierboven 20 beschreven voorkeursuitvoeringsvorm van het bandcassettehuis volgens de onderhavige uitvinding. Bij deze modificatie zijn de uitsparingen 52 precies aan weerseinden van de voorzijde-sectie gevormd. De uitsparingen 44 vervangen de uitsparingen 38, 40 in de voorkeursuitvoeringsvorm van Fig. 1 tot en met 5. 25 Zoals bij de voorgaande uitvoeringsvorm kan met deze constructie van het cassettehuis de bedieningspen worden vergroot teneinde te verzekeren dat het deksel wordt geopend, wanneer de bandcassette in het opneem/weergeefsysteem wordt gestoken.

BAD ORIGINAL

Claims

1. Magneetbandcassette gekenmerkt door een huis met een opening in een eerste vlak, waardoorheen een magneetband toegankelijk is; een paar in het huis opgenomen bandspoelen, 5 waaromheen de magneetband is gewikkeld; een scharnierend nabij het eerste vlak aan het huis bevestigd deksel voor het bedekken en vrijlaten van de opening van het huis; een in een bandaandrijfsysteem geplaatste 10 bedieningsstang voor het in de open positie bewegen van het deksel, wanneer de cassette in het bandaandrijfsysteem wordt geplaatst; en een in het eerste vlak van het huis vervormd inspringend gedeelte dat de bedieningsstang kan opnemen 15 wanneer de cassette in het bandaandrijfsysteem wordt gestoken, teneinde de bedieningsstang daar doorheen te laten bewegen terwijl het deksel wordt bediend.

2. Magneetbandcassette volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het inspringende gedeelte zich in de axiale 20 richting van de bedieningsstang uitstrekt.

3. Magneetbandcassette volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het inspringende gedeelte aangebracht is tussen de opening en de omtreksrand van het voorvlak.

4. Magneetbandcassette volgens conclusie 2, met 25 het kenmerk, dat het inspringende gedeelte gevormd is aan een rand vein het voorvlak.

5. Magneetbandcassette omvattende: een huis, dat een voorvlak heeft met een voorste opening, waar doorheen een magneetband toegankelijk is; 50 een deksel met een langwerpig plaatdeel, dat zodanig is gedimensioneerd dat dit het voorvlak van het huis kan bedekken, en met aan weerseinden van het langwerpige plaatdeel en in hoofdzaak loodrecht op het voorvlak uitstekende oren; 55 samenwerkende aangrijpingsmiddelen voor het ®^^me?^een*”tegenover liggende omtrekswand van het huis verbinden 8500468 - 12 - van de oren# waarbij elk van de samenwerkende aangrijpings-middelen een scharnier en een opening omvat, waarin de pen los wordt opgenomen voor het toelaten van een zwenkbeweging van het deksel ten opzichte van het huis om een aslijn, die 5 evenwijdig is aan het voorvlak en een verplaatsing van het deksel in zijn geheel ten opzichte van het huis in een vlak in hoofdzaak loodrecht op de aslijn, waarbij het deksel door een combinatie van de zwenkbeweging en de verplaatsing in zijn geheel beweegbaar is tussen een gesloten positie waarin het 10 langwerpige plaatdeel de vooropening bedekt en een open positie waarin het plaatdeel van het deksel de vooropening vrijlaat tenei&de toegang te verlenen tot de magneetband; tussen het huis en het deksel aangebrachte voorbe-lastingsmiddelen voor het zwenkbaar voorbelasten van het 15 deksel naar een neutrale zwenkstand, waarin het langwerpige plaatdeel zich in zijn gesloten positie bevindt en werkend op het deksel in zijn geheel in de neutrale zwenkstand voor het naar de vooropening toe dwingen van het langwerpige plaatdeel; en 20 aan het voorvlak van het huis aangebrachte pengelei- dingsmiddelen, waarmee een in een opneem- en weergeefinrichting aangebrachte bedieningspen, die het deksel uit de gesloten positie in de open positie kan bewegen, wanneer de cassette in de opneem- en weergeefinrichting wordt gestoken, door 25 kunnen laten en in kontakt kunnen laten komen met de tegenoverliggende rand van het deksel.

6. Magneetbandcassette volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de bedieningspengeleidingsmiddelen zich in de axiale richting van de bedieningsstang uitstrekken.

7. Magneetbandcassette volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de bedieningspengeleidingsmiddelen aangebracht zijn tussen de opening en de omtreksrand van het voorvlak.

8. Magneetbandcassette volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de bedieningspengeleidingsmiddelen op een hoek 35 van het voorvlak zijn aangebracht. BAD ORIGINAL 8500468