NL8403926A - Werkwijze voor het belichten van een lichtgevoelige laag en belichtingsinrichting. - Google Patents

Description

' t *·\ -1-

Uitvinder; Η. Reinten Ocê-Nederland B.V., te Venlo

Werkwijze voor het belichten van een lichtgevoelige laag en belichtings inrichting

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het belichten van een bewegende lichtgevoelige laag met behulp van een rechte rij LED' s waarmee telkens een beeldlijn op de lichtgevoelige laag kan worden belicht en waarbij, per beeldlijn, elke afzonderlijke LED in de 5 rij gedurende een variabele tijd kan worden bekrachtigd, en qp een be-lichtingsinrich ting voor het belichten van een beweegbare lichtgevoelige laag, waarbij de rij zich loodrecht uitstrekt op de bewegingsrichting van die lichtgevoelige laag, en middelen cm, per beeldlijn, elke afzonderlijke t.rd in de rij, gedurende een variabele 10 tijd overeenkomstig gecorrigeerde beeldsignalen te bekrachtigen.

Een dergelijke werkwijze en belichtingsinrichting is bekend uit de octrooiaanvrage GB-A 2104266.

Daarin wordt een printer beschreven, waarin een rechte rij lichtend tterende diodes (LED) wordt toegepast die gebruikt vrorden cm een 15 fotogeleider beeldmatig te belichten. Aangezien de uitgestraalde lichtintensiteiten van de afzonderlijke LED' s, bij bekrachtiging, niet gelijk zijn, is een schakeling toegepast waarbij de afzonderlijke LED* s gedurende een verschillende tijd per af te beelden beeldlijn worden bekrachtigd, zodat elke LED gedurende een af te beelden beeldlijn een 20 nagenoeg gelijke energie uitstraalt. De bekrachtigingstijd voor elke LED wordt aldus omgekeerd evenredig met de lichtintensiteit van die r.ren geregeld. In een geheugen is daartoe voor elke τ,τη een vier-bits correctiegetal opgeslagen dat in angékeerd evenredige relatie is met de relatieve energieafgifte van deze LED. Een beeldsignaal wordt aan dit 25 geheugen toegevoerd en vermenigvuldigd met het overeenkomstige vier-bits correctiegetal. Het resulterende gecombineerde signaal wordt vervolgens aan een schuifregister van het type serie-ir>-parallel-uit toegevoerd, steeds worden vier uitgangen van het schuifregister, elk 8403926 A ^ -2- via een Tri-state buffer, gecombineerd en toegevoerd aan een LED. De vier schakelingangen van genoemde buffers zijn elk aangesloten op een uitgang van een signaalgenerator. Deze levert per beeldlijn aan elk van de vier schakelingangen een tijdpuls. De tijdsduren van deze pulsen 5 verhouden zich als 8:4:2:1.

Overeenkomstig de irihoud van het aangesloten schuifregister wordt aldus elke LED gedurende een tijd die ligt tussen de 0 en 15 tijdseenheden bekrachtigd, zodanig dat de per beeldlijn afgegeven energie voor alle LED's gelijk is. Teneinde de lichtopbrengst van alle LED's tegelijker-10 tijd te regelen, kan de spanning over de rij LED's worden gevarieerd.

Een nadeel van de békende werkwijze en inrichting is dat bij een bewegende fotogeleider de gevormde beeldpunten, doordat de tijdsduren bij bekrachtiging verschillend zijn, niet qp een lijn konen te liggen. Qndat in principe alle LED's tegelijk bekrachtigd worden zeil er 15 door een lange rij LED' s een zeer grote inschakelstrocm vloeien, waardoor andere regelelectronica ernstig wordt gestoord. Bovendien zal bij het maken van grijstinten, verkregen door kleine en grote beeldpunten te genereren met behulp van de beschreven tijdsturing, het centrun van de kleine beeldpunten verschoven liggen ten opzichte van het centrun 20 van de grote beeldpunten. Hierdoor wordt een onnatuurlijke afbeelding verkregen wat vooral bij grotere optische dichtheidsovergangen een storend effect geeft.

Een ander nadeel van de bekende inrichting is, dat wanneer de lichtopbrengst van alle LED' s moet worden gewijzigd met behulp van een 25 verandering van de spanning over die LED's, andere correctiewaarden moeten worden toegepast, aangezien de lichtopbrengst als functie van de toegevoerde spanning, voor elke individuele LED verschillend is.

Het doel van de uitvinding is cm een werkwijze en een belichtingsinrichting volgens de aarihef te verschaffen waarin deze 30 nadelen zijn voorkomen.

Volgens de uitvinding wordt dit doel bereikt doordat in de werkwijze dé tijdsduur van de bekrachtiging, per beeldlijn, van elke afzonderlijke LED in de rij symmetrisch ten opzichte van een denkbeeldige lijn, welke zich evenwijdig uitstrekt aan die rij, kan geschieden, en doordat in de 35 belichtingsinrichting een schakeling is aangébracht die, per beeldlijn, elke afzonderlijke LED in de rij symmetrisch ten opzichte van een derik- 14 n ? ^ * * * - -· ··. ) ¥ '* -3- beeldige lijn welke zich evenwijdig uitstrekt aan die rij, kan bekrachtigen.'

Hiermee wordt bereikt dat de beeldpunten steeds symmetrisch cm een denkbeeldige lijn, evenwijdig aan de rij LED's worden afgebeeld.

5 Bovendien worden niet alle LED's tegelijkertijd bekrachtigd waardoor de inschakelstrocm afheemt.

Deze en andere voordelen zullen duidelijk worden uit de hierna volgende beschrijving aan de hand van de Figuren, waarin:

Fig. 1 een schematische weergave van een besturingsschakeling in een 10 belichtingsinrichting volgens de uitvinding is,

Fig. 2 een voorstelling is van de verschillende golfvonnen die optreden in de besturingsschakeling volgens Fig. 1,

Fig. 3 een LED-array voorstelt, en

Fig. 4 een schematische weergave van een digitale besturingsschakeling 15 in een belichtingsinrichting volgens de uitvinding is.

In Fig. 1 is een gedeelte van een rechte rij LED’ s aangegeven met de afzonderlijke LED's 24 tot en roet 27. Een dergelijke rechte rij LED's is gewoonlijk opgebouwd uit een groot aantal afzonderlijke LED's met een dichtheid van circa 10 LED' s per rtm. Indien een dergelijke rij 20 LED's wordt toegepast als belichtingsbron voor een electrofotografische printer, moet een rij circa 3000 LED's bevatten. De rij wordt op kleine afstand van de fotogeleidende laag aangebracht. Tussen de rij en de fotogeleidende laag is een rij van afbeeldende glasfibers aangebracht welke een afbeelding van elke LED op de fotogeleider kunnen maken.

25 In een geheugen 10 is voor elke LED 24 tot en met 27 een vier-bits correctiegetal qpgeslagen dat in omgekeerde evenredige relatie is met de relatieve energieafgifte van deze LED's. Via bus 13 zijn de uitgangen van geheugen 10 verbonden met een ccnfoinatieschakeling 11.

Deze carbinatieschakeling 11 bevat een A/D-cmzetter waarin het vier-30 bits correctiegetal omgezet wordt in een overeenkomstige gelijkspanning. Via lijn 12 wordt een geïnverteerd beeldsignaal even-eens aan carbinatieschakeling 11 toegevoerd en dit geïnverteerde beeldsignaal wordt met de genoemde gelijkspanning vermenigvuldigd. Is het geïnverteerde beeldsignaal een logische 1, dan wordt het gelijkspanningsignaal 35 via lijn 14 aan een analoog schuifregister 15 aangeboden. Is het geïnverteerde beeldsignaal logisch 0, dan kant geen signaal over lijn 14 8403923

* V

-4- beschikbaar. Het geheugen 10 wordt geaddresseerd door een teller welks inhoud synchroon met het toegevoerde beeldsignaal wordt opgéhoogd.

Het analoog schuif register 15 van het type serie-in-parallel-uit wordt aldus volgezet roet de gegevens ontrent een hele beeldlijn. De parallel 5 uitgangen van bet schuifregister zijn elk verbonden met een uitgang van plaats 16 van schuifregister 15 verbonden met een ingang van verge-lijkingsschakeling 20, plaats 17 van schuifregister 15 met een ingang van vergelijkingschakeling 21, enzovoort.

De uitgangen van de vergelijkingsschakelingen 20 tot en met 23 zijn 10 elk verbonden met een LED 24 tot en met 27. Signaalgenerator 30 geeft per af te beelden beeldlijn een puls af waarvan de vorm nog nader zal worden beschreven. Indien de waarde van het uitgangssignaal van plaats 16 van schuifregister 15 hoger is dan de momentane waarde van de puls van de signaalgenerator 30, zal de uitgang van de vergelijkingsscha-15 keling 20 "hoog" worden, en t.hd 24 zal worden bekrachtigd. Wanneer de manentane waarde van de puls van signaalgenerator 30 hoger wordt dan de waarde van het uitgangssignaal 16 van schuifregister 15, dan zal de uitgang van de vergelijkingsschakeling 20 "laag" worden, en LED 24 zal doven.

20 Op overeenkomstige wijze zullen de overige LED's 25 tot en met 27 gedurende een bepaalde tijd per beeldlijn worden bekrachtigd.

Om de gewenste intensiteit te verkrijgen is nog een regelbare voedingsbron 40 over de LED's aangesloten, die de spanning tussen de uitgangen van vergelijkingsschakelingen 20 tot en met 23 en de 25 gemeenschappelijke electrode van de rij LED's 24 tot en met 27 instelt.

In Fig. 2 is een voorstelling van de verschillende golfvormen die optreden in de schakeling volgens Fig. 1, gegeven.

Op tijdslijn 51 is met tl het tijdstip aangegeven waarop een beeldlijn 30 aan het schuifregister 15 is toegevoerd en met t6 het tijdstip waarop een volgende beeldlijn aan schuifregister 15 wordt toegevoerd. Signaalgenerator 30 genereert een signaal 50 waarvan de vorm Qvereerikarrt met een (omgekeerd) gelijkbenig trapezium, waarvan de sym-metrieas 57 tussen de tijdstippen tl en t6 ligt. Op de verticale as 52 35 is de spanning uitgezet welke op de uitgangen van schuifregister 15 beschikbaar kan zijn, waarbij met Vo de roimimum spanning en met vmax.

3403926 -5- de maximum spanning welke aanwezig kan zijn, wordt aangegeven. Golfvorm 55 geeft de waarde van de uitgang van vergelijkingsschakeling 20 en golfvorm 56 geeft de waarde van de uitgang van vergelijkingsschakeling 21. Indien de gelijkspanning van plaats 16 van schuifregister 15 5 overeenkomt met VI (op as 52), zal op tijdstip t3 deze spanning hoger zijn dan de momentane waarde van signaal 50, waardoor de uitgang van vergelijkingsschakeling 20 "hoog" wordt. Cp tijdstip t4 wordt de momentane waarde van signaal 50 weer hoger dan VI, zodat de uitgang van vergelijkingsschakeling 20 weer "laag" wordt.

10 Gedurende de tijd t3 tot t4 zal t.ïui 24 bekrachtigd worden. Evenzo de gelijkspanning van plaats 17 van schuifregister 15, overeenkomende met V2 (cp as 52), op tijdstip t2 hoger zijn dan de momentane waarde van signaal 50, waardoor de uitgang van vergelijkingsschakeling 21 "hoog" wordt. Cp tijdstip t5 wordt de momentane waarde van signaal 50 15 weer hoger dan V2 zodat de uitgang van vergelijkingsschakeling 21 weer "laag" wordt. Gedurende de tijd t2 tot t5 zal EED 25 bekrachtigd worden.

Cp deze wijze wordt bereikt dat alle EED' s symmetrisch rond as 57 worden bekrachtigd waardoor de beeldplaatsen van een beeldlijn cp de 20 fotogeleider, symmetrisch cm een denkbeeldige lijn, welke evenwijdig aan de rij LED'S ligt, worden afgébeeld.

De hoek in Fig. 2 hangt af van de grootte van de gewenste lichtenergie-variaties. Indien de verschillen in lichtafgiften van de afzonderlijke EED' s groot zijn, zal hoek klein moeten zijn, evenals 25 voor het weergeven van grijstinten met behulp van beeldpuntgrootte-variaties. Voor de huidige verkrijgbare rechte rijen EED's zal de hoek kleiner kunnen zijn dan ongeveer 70°.

In Fig. 3 is een LED array weergegeven welke is opgebouwd uit twee rijen EED' s 86 en 87 waarvan de even rij 86 blok 80 en 82 omvat en 30 waarvan de oneven rij 87 blok 81 en 83 bevat. Elk blok bevat 128 EED's welke per blók zijn onderverdeeld in even LED's 88 en oneven EED's 89. De afstand tussen de twee rijen 86 en 87 is aangegeven met d. Epu lichtgevoelige laag 85 wordt in de richting van pijl 84 langs het LED array bewogen.

35 Fig. 4 is een schematische weergave van een digitale besturings- schakeling in een belichtingsinrichting volgens de uitvinding welke 8403326 -6- dient cm een LED array zoals in Fig. 3 is weergegeven, aan te sturen.

In de nu volgende beschrijving van Fig. 4 zal gerefereerd worden aan het LED array volgens Fig. 3. Digitale beeldgegevens cmtrent een beeldlijn vrorden via lijn 61 met een frequentie van 16 MHz aan schake-5 keling 60 toegevoerd, welke de even en oneven beeldpunten scheidt en deze gescheiden gegevens over respectievelijk lijnen A en B aan schakeling 62 met een frequentie van 8 MHz toevoert. Schakeling 62 rangschikt deze gegevens in even blokken D, voor LED blokken 80 en 82, en oneven blokken C, voor LED blokken 81 en 83. De gegevens voor de oneven 10 LED blok-ken 81 en 83 worden via een uitlijnbuffer 63 zodanig vertraagd dat ze na een tijd die overeenkomt met de tijd die nodig is cm de lichtgevoelige laag 85 over een afstand d te verplaatsen aan t,fd blokken 81 en 83 worden toegevoerd. Met een frequentie van 4 MHz worden de even blokken over lijnen D, gescheiden in oneven en even beeldpun-15 ten aan een uniformiteitscompensatieschakeling 64 toegevoerd, terwijl ook de vertraagde oneven blokken over lijnen E, eveneens gescheiden in oneven en even beeldpunten aan uniformiteitsconpensatieschakeling 64 worden toegevoerd. De uni formiteitscompensatieschakeling 64 bevat een geheugen waarin voor elke LED gegevens cmtrent de relatieve energie-20 afgifte zijn opgeslagen. Dit is voor elke LED een vier-bits woord dat in cmgékeerd evenredige relatie is met de relatieve energieafgifte van die LED. Deze vier-bits woorden worden in de juiste volgorde en in afhankelijkheid van de beeldgegevens aan afwisselend een dubbel 64 x 4 bit schuifregister/ buffer 65 en aan een dubbel 64 x 4 bit schuifregis-25 ter/buffer 75 toege voerd. De dubbele 64 parallelle vier-bits uitgangen van schuifregister 65 zijn verbonden met ingangen van de dubbele 64 x 4 bits vergelijkingsschakelingen 67. Evenzo zijn de dubbele 64 parallele vier-bits uitgangen van schuifregister 75 verbonden met de ingangen van de dubbele 64 x 4 bits vergelijkingsschakelingen 74. Elke 30 uitgang van een vier-bits vergelijkingsschakeling is via een driver verbonden met een LED van het LED array, aangegeven in de Fig. met 73. Zo is Τ.ΕΠ blok 81 verbonden met vergelijkingsschakelingen 67 en rm blok 80 met vergelijkingsschakelingen 74.

De schakeling bevat dus voor elke LED blok twee 64 x 4 bit schuif-35 registers, twee 64 x 4 bit buffers, twee 64 x 4 vergelijkingsschakelingen en twee groepen van 64 drivers welke zijn aangesloten qp 64· even 840392ο -7- en 64 oneven LED's in een τ.επ blok. Het besturingsblök 66 levert een kloksignaal 70 en andere niet aangegeven besturingssignalen welke voor een juiste timing zorgdragen. Wanneer alle schuifregisters 75, 65, 72, enz. zijn geladen met 4 bits woorden op plaatsen die overeenkomen met 5 de beeldgegevens van een beeldlijn (beeldgegeven = 0, betekent een 4 bits voord van 0000 op de betreffende plaats in een schuifregister), worden deze woorden met behulp van een besturingssignaal, afkomstig van besturingsblök 66, in de overeenkomstige buffers doorgegeven. Een nieuwe beeldlijn kan dan weer aan de schuifregisters warden 10 toegevoerd.

Over bus 68 wordt een vier-bits tijdbasiswoord aan alle vergelijkingsschakelingen toegevoerd. De vergelijkingsschakelingen zijn van het gebruikelijke type waarmee twee vier-bits woorden met elkaar kunnen worden vergeleken, dus hier het tijdbasiswoord met een vier-bits woord 15 afkomstig van een van de schuifregisters (ccmpensatiewoord).

Indien het tijdbasiswoord kleiner is dan het ccnpensatiewoord, dan is het uitgangssignaal van de vergelijkingsschakeling "hoog", en de betreffende LED is aan. Is het tijdbasiswoord groter dan, of gelijk aan het ccnpensatiewoord, dan is het uitgangssignaal van de verlij-20 kingsschakeling "laag" en de betreffende LED is uit.

Voor de werking van de schakeling volgens de uitvinding wordt de ti jd-basis op hieronder beschreven wijze gevormd.

Op het tijdstip dat de vier-bits ccmpensatiewoorden aan de buffers zijn doorgegeven, en dus aangelegd aan de vier-bits ingangen van de 25 vergelijkingsschakelingen, wordt via bus 68 op de andere ingangen van de vergelijkingsschakelingen gedurende een bepaalde tijd het binaire tijdbasiswoord 1111 gezet, overeenkomende met het decimale getal 15. Vervolgens wordt gedurende een bepaalde tijd het binaire tijdbasiswoord 1110, overeenkomende met decimaal 14, op bus 68 gezet. Aldus wordt de 30 cyclus afgewerkt tot het decimale getal 0, overeenkomende met binair 0000. Dit binaire tijdbasiswoord 0000 wordt gedurende een wat langere tijd gehandhaafd, waarna de cyclus in omgekeerde volgorde plaatsvindt. Over bus 68 komen achtereenvolgens de binaire tijdbasiswoorden 0001, 0010, 0011, 0100, enz. tot 1111 beschikbaar.

35 Wanneer nu een vier-bits ccnpensatiewoord groter is dan het momentane afnemende tijdbasiswoord, dan wordt de uitgang van de vergelijkings- 8 4 0 3 i . „

W C

-8- schakeling "hoog" en de LED gaat aan. Deze toestand blijft gehandhaafd tot in de oplopende cyclus het tijdbasiswoord weer groter dan, of gelijk aan het betreffende compensatiewoord wordt. Cp dit mcment wordt de uitgang van de vergelijkingschakeling weer "laag" en de LED dooft.

5 Door nu de afnemende cyclus voor het ti jdbasi swoord even snel te laten verlopen als de toenemende cyclus wordt verkregen dat alle LED's symmetrisch ten opzichte van een vaste lijn worden bekrachtigd.

Voor het genereren van de reeksen ti jdbasiswoorden wordt een binaire 4-bits op- en afteller met voorinstelling toegepast. Deze teller wordt 10 bij elke beeldlijn zodanig voor ingesteld, dat aan de vier uitgangen die met bus 68 zijn verbonden de waarde 1111 ontstaat. Het besturingsblok 66 bevat een oscillator welke een reeks klokpulsen van hoge frequentie afgeeft. Deze klokpulsen worden via een instelbare deler aan de ingang van de teller toegevoerd. Staat de deler bijvoorbeeld ingesteld op 200, 15 dan zal na 200 klokpulsen aan de uitgang van de deler een puls optreden, welke de teller één stap terugzet, dus op 1110. Na weer 200 klokpulsen zal de teller opnieuw één stap worden teruggezet. Mn de uitgang ontstaat dan 1101. Dit gaat zo door tot na in totaal 15 terugzetstap-pen aan de uitgang van de teller 0000 verschijnt. Vervolgens wordt de 20 teller gestopt en een tweede voorinstelbare teller, welke met dezelfde gedeelde klokpulsen wordt aangestuurd, wordt gestart. Na het bereiken van de vooringestelde waarde, welke in het genoemde voorbeeld wordt bereikt na een veelvoud van 200 klokpulsen, wordt de op- en afteller omgeschakeld naar "optellen", en opnieuw gestart. Steeds na 200 klok-25 pulsen wordt de binaire uitgang van de teller met 0001 verhoogd en dit gaat zo door totdat de tellerstand na 15 stappen is opgelopen tot 1111. Hierop wordt de teller gestopt en blijft in deze toestand tot de volgende beeldlijn. Een reset-puls brengt dan de beide tellers weer in een start-positie voor de nieuwe beeldlijn.

30 Met de tweede teller wordt de tijd ingesteld die nodig is cm met de LED's die de hoogste lichtopbrengst afgeven, de lichtgevoelige laag juist uit te belichten. De instelling van de deler, het deeltal, bepaalt de helling van het opgaande en neergaande gedeelte van het tijdbasissignaal.

35 Met de beschreven schakeling kan zeer eenvoudig de belichtingstijd worden veranderd, indien bijvoorbeeld de lichtgevoeligheid van de 84 0 3 δ 23 » v -9- lichtgevoelige laag achteruit gaat. Hiertoe wordt het deeltal verhoogd, waardoor zcwel de af- en opgaande helling, als ook het hiertussen liggende vlakke stuk, in tijd wordt verlengd. De belichtingstijden van de afzonderlijke LED's worden aldus naar evenredigheid vergroot, zodat steeds van dezelfde correctiegetallen gébruik kan worden genaakt. De 5 plaats van de synmeterie-lijn 57 (Fig. 2), en dus de centra van de beeldpunten, verschuift weliswaar op de lichtgevoelige laag, maar de verschuiving is voor alle beeldlijnen gelijk.

Vanzelfsprekend is de werkwijze en inrichting niet beperkt tot de beschreven uitvoeringsvormen. Er zijn voor de vakman tal van uit-10 voeringsvormen te bedenken die echter alle onder de beschermingsanvang van de uitvinding vallen, welke nader gespecificeerd wordt in de navolgende conclusies.

3 4 0 7 ' ' '

Claims (8)

1. Werkwijze voor het belichten van een bewegende lichtgevoelige laag met behulp van een rechte rij LED's waarmee telkens een beeldlijn op de lichtgevoelige laag kan worden af geheeld en waarbij, per beeldlijn, elke afzonderlijke LED in de rij gedurende een variabele 5 tijd kan worden bekrachtigd, met het kenmerk, dat de tijdsduur van de bekrachtiging, per beeldlijn, van elke afzonderlijke Τ.ΕΠ in de rij symmetrisch ten opzichte van een denkbeeldige lijn, welke zich evenwijdig uitstrekt aan die rij, kan geschieden.

2. Belichtings inrichting voor het belichten van een beweegbare 10 lichtgevoelige laag, omvattende een rechte rij LED' s voor het lijns- gewijs belichten van de lichtgevoelige laag, waarbij de rij zich loodrecht uitstrekt op de bewegingsrichting van die lichtgevoelige laag, en middelen an, per beeldlijn, elke afzonderlijke τ,κη in de rij gedurende een variabele tijd overeenkomstig gecorrigeerde beeldsignalen 15 te bekrachtigen, met het kenmerk, dat een schakeling is aangebracht die, per beeldlijn, elke afzonderlijke LED in de rij symmetrisch ten opzichte van een denkbeeldige lijn, welke zich evenwijdig uitstrekt aan die rij, kan bekrachtigen.

3. Belichtingsinrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat 20 de schakeling een generator cmvat welke is verbonden met eertse ingangen van een aantal vergelijkingsschakelingen waarvan de uitgangen elk met een LED zijn verbonden en waarbij de andere ingangen van alle vergelijkingsschakelingen zijn verbonden met een overeenkomstig aantal buffers welke gegevens bevatten die representatief zijn voor de 25 gecorrigeerde beeldsignalen, en waarbij de generator een signaal afgeeft waarvan de waarde gedurende een bepaalde tijd gelijkmatig afneemt en daarna gedurende eenzelfde tijd gelijkmatig toeneemt tot de oorspronkelijke waarde.

4. Belichtingsinrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat 30 n-bits digitale vergelijkingsschakelingen zijn aangébracht die elk zijn verbonden met een buffer welke een n-bits gecorrigeerd beeldsignaal bevat en waarbij de generator een signaal afgeeft in de vorm van een reeks binaire getallen. 8403926 . * - * -//-.

5. Belichtingsinrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de generator per beeldlijn een gelijkmatig afnemende reeks n-bits binaire getallen, en vervolgens een met dezelfde frequentie weer toenemende reeks n-bits binaire getallen genereert.

6. Belichtingsinrichting volgaas conclusie 3, 4 of 5, met het ken merk, dat de generator tussen de gelijkmatige afnamen en de gelijkmatige toename van het- afgegeven signaal, gedurende enige tijd het afgencmen signaal handhaaft.

7. Belichtingsinrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat 10 de snelheid van afname en toename, alsmede de tijdsduur van het gehandhaafde signaal, kan worden ingesteld met behulp van een instelbare deler die aan zijn ingang wordt voorzien van klokpulsen afkomstig van een op een vaste frequentie ingestelde oscillator.

8 4 5 2 ? ? 6 7 -ii- * * '£ Verbetering van errata in de beschrijving behorende bij de octrooiaanvrage No. 8403926 ten name van Océ-Nederland B.V. Voorgesteld door Aanvraagster bij brief van 9 januari 1985. Blz. 1, regel 7 : na "laag", is in te voegen "omvattende een rechte rij LED's voor het lijnsgewijs belichten van de lichtgevoelige laag," Blz. 4, regel 5 ï na "een" is in te voegen "ingang van een vergelij-kingsschakeling 20 tot en met 23· Zo is de" Blz. 5, regels 22, 24 en 26: na "hoek" is telkens in te voegen Conclusie 3, regel 2: voor "eertse" is te lezen "eerste" 84 0 3 9 2 6