NL8402396A - Hoger rendement scorende verlichtingseenheid met gloeidraad. - Google Patents

Hoger rendement scorende verlichtingseenheid met gloeidraad. Download PDF

Info

Publication number
NL8402396A
NL8402396A NL8402396A NL8402396A NL8402396A NL 8402396 A NL8402396 A NL 8402396A NL 8402396 A NL8402396 A NL 8402396A NL 8402396 A NL8402396 A NL 8402396A NL 8402396 A NL8402396 A NL 8402396A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
filament
voltage
lighting unit
lamp
foot
Prior art date
Application number
NL8402396A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Gen Electric
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Gen Electric filed Critical Gen Electric
Publication of NL8402396A publication Critical patent/NL8402396A/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01KELECTRIC INCANDESCENT LAMPS
    • H01K1/00Details
    • H01K1/62One or more circuit elements structurally associated with the lamp
    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01KELECTRIC INCANDESCENT LAMPS
    • H01K1/00Details
    • H01K1/42Means forming part of the lamp for the purpose of providing electrical connection, or support for, the lamp
    • H01K1/46Means forming part of the lamp for the purpose of providing electrical connection, or support for, the lamp supported by a separate part, e.g. base, cap
    • H01K1/48Removable caps

Landscapes

  • Circuit Arrangement For Electric Light Sources In General (AREA)
  • Resistance Heating (AREA)
  • Non-Portable Lighting Devices Or Systems Thereof (AREA)

Description

V * J P & c
N 2348-1308 Ned.M/LdE
Korte aanduiding: Hoger rendement scorende verlichtingseenheid met gloei-draad.
De uitvinding heeft betrekking op een gloeidraadverlichtingseenheid voor 5 algemeen gebruik, en meer in het bijzonder op een hoger rendement scorende gloeidraadverlichtingseenheid voor algemeen gebruik, voorzien van een buitenste ballon, die coaxiaal is met een binnenste omhulling, waarbij de binnenste omhulling een halogeen atmosfeer omvat, tezamen met een relatief hogedruk vulgas en een coaxiaal daarin opgestelde laag-10 spannings gloeidraad.
Het voortdurend streven naar verbetering van het rendement van lampen is van toenemende betekenis wegens de toenemende energiekosten.
Eén uit de familie· van lampen, waarin men het rendement wenst te verbeteren, is de gloeidraadlamp. Ofschoon de gloeidraadlampen rendement-15 klasseringen hebben, die lager zijn dan die van fluorescerende lampen (TL-buizen) en hoge intensiteits ontladingslampen, hebben zij vele aantrekkelijke eigenschappen, zoals lage kosten, feompacte afmetingen, onmiddellijk licht, de mogelijkheid om te dimmen, gemak, aangename spectrale verdeling, en miljoenen bestaande aansluitbussen (stopkontakten) in 20 de huizen van gebruikers, die gewend geraakt zijn aan het type gloeidraad-verlichting.
Gloeidraadlampen zijn er in diverse typen, waarbijhet meest i de A-lijn bekend is , die typerend een gloeidraadlamp voor algemeen gebruik genoemd wordt met een wijd bereik aan nominale wattage. Voorts 25 heeft de gloeidraadlamp voor algemeen gebtuik een wolfram gloeidraad.
De wolframgloeidraad wordt eveneens veelvuldig toegepast in een relatief duurdere, maar doelmatige lamp van het halogeentype voor speciale doeleinden. In bedrijf over een uitgebreide tijdsperiode, verdampt.een kleine hoeveelheid wolfram uit de wolfram gloeidraad en zet zich af op 30 de ballonwand, die op haar beurt de ballonwand donker maakt, waardoor de lichtstroomuitvoer vermindert en dus het aantal lumens per Watt of het nuttig effect van de lamp achteruit gaat. Het is bekend, dat het donker worden van de ballonwand, veroorzaakt door een gloeidraad van het ; wolframtype, in hoofdzaak kan worden verminderd deor een gas atmosfeer 35 van het halogeentype te verschaffen, die de gloeidraad van het wolfram i ; type omgeeft en een regeneratieve (transport)cyclus verschaft, die de ·. ballonwand schoon houdt, hetgeen resulteert in een beter nuttig effect of lichtstroomuitvoer. De gelijktijdig ingediende aanvrage (docket no.LD 8976) beschrijft middelen zoals een halogeenatmosfeer, toegepast in een gloei-40 draadlamp voor algemeen gebruik ter verbetering van het nuttig effect 8402396 - 2 - * y ervan. Het wordt wenselijk geacht, dat middelen ter verbetering van het nuttig effect, zoals een atmosfeer van het halogéentype toegepast in een relatief dure lamp van het halogeentype voor speciale doeleinden aangepast wordt aan een gloeidraadlamp voor algemeen gebruik, terwijl 5 de relatief goedkope gloeidraadlamp voor algemene doeleinden gehandhaafd wordt.
Verdere verbeteringen zijn gewenst voor relatief goedkope gloeidraadlampen. Eén van dergelijke verbeteringen is het gebruik van een infrarood reflecterende film. De infrarood type film werkt zodanig 10 dat de infrarode straling teruggekaatst wordt naar de gloeidraad, waardoor het mogelijk gemaakt wordt dat zichtbare straling wordt uitgezonden door de gloèidraadlamp. De infrarode straling wordt teruggekaatst naar de gloeidraad, die de energie terugcirculeert, die anders verspeeld zou worden, waardoor het nuttig effect van de gloeidraadlamp voor algemeen 15 gebruik, toeneemt. Het wordt gewenst geacht een gloeidraadlamp te verschaffen, uitgerust met een infrarode straling reflecterende film.
Voorts met betrekking tot een gloeidraadlamp voorzien van een infrarode film om de werking van de gloeidraad te verbeteren, moet de gewenste werking van de infrarode film in aanmerking genomen worden met 20 betrekking tot de gloeidraad. Bijvoorbeeld indien de infrarode film bestaat 'uit een oxyde, zoals zinkoxyde, om de integriteit van de film te behoeden, is het gewenst de film te plaatsen en te laten werken in een oxyderende atmosfeer. Op soortgelijke wijze, indien de infrarode film bestaat uit een sulfide, zoals zinksulfide, is het gewenst de 25 film te plaatsen en te laten werken in een niet-oxyderende atmosfeer.
De gewenste werking van de infrarode film kan niet altijd worden bereikt, indien de infrarode film blootgesteld wordt aan een niet-oxyderende atmosfeer die geleverd wordt door een vulgas, zoals xenon, crypton en argon, die voordelig zijn voor de werking van de gloeidraad, maar niet 30 voor een oxyde infrarode film.' Dienovereenkomstig is het gewenst dat de ligging van de infrarode film van de gloeidraad verlichtingseenheid voor algemeen gebruik wordt voorzien van een atmosfeer geschikt voor de gewenste werking van de speciale infrarode film.
Voorts met betrekking tot de onderlinge relatie tussen de infra-35 rode film, gloeidraad en het huis voor de gloeidraad, moet de positie van de gloeidraad ten opzichte van de infrarode straling, teruggekaatst door de infrarode film, worden overwogen. Zo is het bijvoorbeeld gewenst dat de gloeidraad centraal geplaatst wordt ten opzichte van de gereflecteerde infrarode straling, zodat de stralen van de door de gloeidraad 40 uitgezonden infrarode straling kunnen worden gereflecteerd door de 8402396 \ V *' * - 3 - infrarode film op zodanige wijze, dat zij op de gloeidraad ballen of deze treffen. Dienovereenkomstig is het gewenst dat de gloeidraad tezamen met het huis ervan centraal geplaatst wordt ten opzichte van de door de infrarode film gereflecteerde infrarode straling. Dit wordt 5 bewerkstelligd door de binnenste en buitenste omhulling en de gloeidraad coaxiaal op te stellen.
Voorts met het oog op de onderlinge plaatsingsbetrekkingen tussen de infrarode film en de gloeidraad, moet de structurele stabiliteit van de gloeidraad worden beschouwd. Bijvoorbeeld indien een gloei-10 draad aanvankelijk voordelig gecentreerd is ten Opzichte van de gereflecteerde infrarode straling, en vervolgens ten gevolge van de werking ervan een vervorming of doorzakking ondervindt, gaat de gewenste centrering in kwaliteit achteruit. Dienovereenkomstig is het gewenst dat de gloeidraad in mechanisch opzicht stevig is met een zodanige 15 stabiele configuratie, als uitvoerig beschreven is in de hiervoor genoemde Amerikaanse octrooiaanvrage (docket no. LD 8976).
Deze octrooiaanvrage beschrijft een gloeidraad, die men laat werken bij lage spanning onder handhaving van het wattage en zelfs onder vergroting van het nuttig effect van de gloeidraadlamp voor algemeen 20 gebruik·;. Het wordt gewenst geacht een gloeidraad te verschaffen, die · een verlengde levensduur bezit en het wattage van de lamp handhaaft en zelfs het nuttig effect van de gloeidraadlamp vergroot, terwijl deze bij een lage spanning in bedrijf is.
Voorts wordt het gewenst geacht dat de middelen voor het 25 verlagen van de bedrijfsspanning inwendig binnen het huis gelegen zijn van een gloeidraad verlichtingseenheid voor algemeen gebruik, ter vorming van een integrale inrichting.
De werking van een wolfram gloeidraad kan verder verbeterd worden met betrekking tot het nuttig effect van de gloeidraad ver-30 lichtingseenheid door de gloeidraad onder te brengen in een geschikt efficiënt vulgas, zoals xenon, crypton of argon, dat onder een relatief hoge druk gébracht is. Het hoge druk vulgas verbetert de werking van de gloeidraad door de verdamping van het wolfram materiaal uit de gloeidraad te verminderen en door de werktemperatuur van de gloeidraad 35 hoger te laten zijn voor een gelijke lamplevensduur, waardoor bijgedragen wordt aan een verbetering van het nuttig effect van de lamp. De • 'arc-out' weerstand van de gloeidraad, d.w.z. de weerstand van de gloeidraad tegen opbranden ten gevolge van een boogconditie, kan worden verbeterd door de toevoeging van stikstof gas. Op een wijze, zoals eerder 40 beschreven voor de halogeenatmosfeer, beschrijft de verwante Amerikaanse 8402396 \
ί I
- 4 - octrooiaanvrage (docket no. LD 8976) middelen, zoals een hogedruk vul-' gas van xenon, crypton of argon, waarbij bij voorkeur stokstofgas wordt toegepast binnen een gloeidraadlamp voor algemeen gebruik ter verbetering van het nuttig effect ervan. Het wordt wenselijk geacht een gloei- 5 draad verlichtingseenheid voor algemeen gebruik te verschaffen, waarbij gebruik gemaakt wordt van de winst aan nuttig effect, gerealiseerd door Set hogedruk vulgas van xenon, .crypton of argon,en voor het verbeteren van de 1arc-out' weerstand van de gloeidraad door de toevoeging van het stikstofgas.
10 Daarnaast wordt het wenselijk geacht een aangepast huis te verschaffen, bevattende de hogedruk vulgassen met de stikstof toevoeging tezamen met het halogeen gas en een wolfram gloeidraad. Het huis is aangepast voor een gemakkelijk inbrengen in en verwijderen uit de gloeidraad verlichtingseenheid voor algemeen gebruik.
15 Voorts wordt het wenselijk geacht een infrarood type film te verschaffen voor een gloeidraad verlichtingseenheid voor algemeen gebruik op zodanige wijze, dat deze gemakkelijk kan worden bevestigd of kan worden losgemaakt uit een gloeidraad verlichtingseenheid voor algemeen gebruik zonder aanvankelijke fabricage en vervangingscondities.
20 Dienovereenkomstig is het een oogmerk van de onderhavige uitvinding het verschaffen van een relatief goedkope gloeidraad verlichtingseenheid voor algemeen gebruik, bevattende 1) een infrarood terugkaatsende film, die infrarode straling concentrisch naar de lamp gloeidraad terugkaatst en zichtbare straling doorlaat, 25 2) eenr.infrarood reflecterende film, die gelegen is in een positie, die voldoende verwijderd is van de gloeidraad van de gloeidraad verlichtingseenheid voor algemeen gebruik en in een voordelige atmosfeer om kwaliteitsachteruitgang van de film te vermijden, 3) een gloeidraad tezamen met zijn huis, dat centraal gelegen is 30 ten opzichte van de door de infrarood reflecterende film gereflec teerde infrarode straling, 4) een in mechanisch opzicht stevige gloeidraad, die zijn centrale positie ten opzichte van de gereflecteerde infrarode straling handhaaft tijdens het bedrijf van de gloeidraad, 35 5) een laag spanningsgloeidraad werkzaam bij· een verlaagde aangelegde spanning, terwijl- het zijn wattage handhaaft en zelfs het nuttig effect van de lamp verbetert.
6) middelen die inwendig gelegen zijn in de gloeidraad verlichtingseenheid voor algemeen gebruik om de spanning te verlagen die wordt 40 aangelegd aan de laagspanningsgloeidraad, 8402396 % 9 i - 5 - 7) een laagspanningsgloeidraad ondergebracht, in een atmosfeer, bestaande uit een halogeen en een relatief hogedruk vulgas, zoals xenon, crypton of argon en stikstofgas, 8) een licht doorlatende infrarood reflecterende film aangebracht op 5 een huis, dat gemakkelijk bevestigbaar aan en losneembaar is van de rest van de gloèïdraad verlichtingseenheid voor algemeen gebruik onder aanvankelijke fabricage- en vervangingscondities, en 9) bevattende een combinatie van de bijdragen uit de infrarood reflecterende film, de voordelige ligging van de: infrarode film, de * 10 centraal gelegen gloeidraad, de stevige laagspanningsgloeidraad, de middelen voor het verlagen van de aangelegde spanning, het huis van de gloeidraad met een atmosfeer bestaande uit een halogeen, een hogedruk vulgas zoals xenon, crypton of argon en de stikstof toevoeging, en' de infrarode film op het huis met middelen teneinde ge-15 makkelijk vastzetbaar aan en losneembaar van de gloeidraad ver lichtingseenheid voor algemeen gebruik te zijn op zodanige wijze dat het totale effect van de combinatie groter is dan verwachte opbrengsten, voorspeld uit de afzonderlijke bijdragende componenten.
Dienovereenkomstig verschaft de onderhavige uitvinding een 20 gloeidraad verlichtingseenheid voor algemeen gebruik, omvattende a) een voet met een electrisch geleidende inschroefbare sectie? b) een pp de voet gemonteerde buitenste omhulling; c) een co-axiaal binnen de buitenste omhulling aangebrachte binnenste omhulling, bevattende een halogene gasatmosfeer tezamen met een 25 hogedruk vulgas; d) een co-axiaal in de binnenste omhulling opgestelde draad; e) een infra-rood reflecterende film, die het binnenoppervlak van de buitenste omhulling bedekt en effectief is tijdens de werking van de verlichtingseenheid voor het in hoofdzaak doorlaten van zicht- 30 bare straling en het in hoofdzaak naar de draad terugkaatsen van de door de draad uitgezonden infrarode straling; en f) middelen gelegen in de voet en welke effectief zijn: tijdens de werking van de lamp voor het aanleggen van de spanning, met een waarde binnen het bereik van ca. 20 tot minder dan ca. 120 Volt 35 wissel- of gelijkspanning over de draad.
De uitvinding zal hieronder aan. de hand van enige in de figuren der bijgaande tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeelden nader worden toegelicht.
Pig. 1 toont een gloeidraadlamp voor algemeen gebruik volgens 40 een eerste uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding; 3402396 ί ' if - 6 -
Fig. 2 toont de lampvoet van dé lamp van fig. 1 over de lijnen II - II van fig. 1;
Fig. 3 toont een gloeidraadlamp voor algemeen gebruik in overeenstemming met een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding; 5 Fig. 4 toont de opstelling van de isolator van fig. 3;
Fig. 5 toont de bevestiging van de buitenste omhulling aan de voet van de lamp van fig. 3 over de lijnen V - V van fig. 3;
Fig. 6 toont een diagram van een eerste· uitvoeringsvorm voor het verlagen van een 120 Volt wisselspanningsbron en het regèlen en aan-10 leggen van de verlaagde spanning over de laagspanningsgloeidraad;
Fig. 7 is een grafiek als functie van de tijd, betrekking hebbend op de werking van de schakeling van fig. 6;
Fig. 8 is een grafiek van de trigger fasehoek OC die betrekking heeft op het tijddiagram van fig. 7; 15 Fig. 9 is een tweede schakelschema voor het verlagen van de spanning van een 120 Volt wisselstroombron en het regêlen van de verlaagde spanning, die wordt aangelegd over de laagspanningsgloeidraad; en
Fig. 10 is een .tijddiagram, dat betrekking heeft op de werking van het circuit van fig. 9.
20 Een gloeidraad verlichtingseenheid 10 voor algemeen gebruik is' weergegeven in fig. 1 en bevat een lampvoer 16 met een electrisch geleidende groef-in sectie 18. Een buitenste omhulling 12 is cilindrisch van vorm en is gemonteerd op de lampvoet 16. De verlichtingseenheid 10 bevat voorts een binnenste omhulling 20, die coaxiaal opgesteld is binnen 25 de buitenste omhulling 12 en een halogeen gasatmosfeer bevat tezamen met een hogedruk vulgas . Binnen de binnenste omhulling 20 is coaxiaal aangebracht een laagspannings wolfram gloeidraad 24. Een infrarood reflecterende film 14 bedekt het binnenoppervlak van de buitenste omhulling 12 en is werkzaam tijdens het bedrijf van de verlichtingseenheid 10 om in 30 hoofdzaak zichtbare straling door te laten en in. hoofdzaak door de gloeidraad 24 uitgezonden infrarode straling in hoofdzaak terug te kaatsen naar de gloeidraad 24. Zoals hierna beschreven zal worden zijn spannings-reducerende middelen 80 of 90 (weergegeven in fig. 6 of 9) gelegen in de lampvoet 16 en zijn werkzaam tijdens het bedrijf van de lamp 10 voor het 35 aanleggen van een spanning met een waarde binnen het bereik van ca. 20 tot minder dan ongeveer 120 Volt wisselspanning of gelijkspanning over de gloeidraad 24.
Fig. 1 laat zien dat de binnenste omhulling 20 een buis 22 van glas of quartz bevat en voorts de laagspanningsgloeidraad 24, een lamp-40 voet 26, en twee penvormige verbindingsorganen (connectors) 28 en 30.
8402396 V tt - 7 -
De kontaktpennen 28 en 30 zijn gemakkelijk insteekbaar in bijpassende busvormige verbindingsorganen 40 en 42, die met stippellijnen zijn aangegeven, gelegen in de voet 16 voor het huisvesten van de electro-nische elementen van de spannings reducerende middelen 80 op 90. De kon-5 taktbussen 40 en 42 zijn verbonden met de spannings reducerende middelen van de te beschrijven figuren 6 of 9, die op hun beurt geschikte verbindingen hebben met de electrische geleidende inschroefbare secties 18. De kontaktpennen 28 en 30 zijn electrisch verbonden (niet-weergegeven inyfig. 2) met tegengestelde zijden van de gloeidraad 24 via leidingen 23 en 21.
10 Fig. 1 laat verder zien dat de buitenste omhulling 12 de vorm heeft van een- pót:(’ jar*) . De·, buitenste omhulling 12 heeft een mond 32 met uitwendige schroefdraad, die samenwerkt met een sectie 44 met inwendige schroefdraad, in de voet 16 ter verschaffing van een losneembare koppeling tussen de buitenste omhulling 12 en de voet 16. Fig. 1 laat 15 zien dat de sectie binnenste gedeelte 44A heeft, dat op complementaire wijze past in de mond 32 van de buitenste omhulling 12, terwijl een buitenste gedeelte 44B het buitenste omtreksgedeelte van de sectie 44 bevat. Opgemerkt dient te worden, dat de&osneembaarheid tussen de i buitenste omhulling 12 en de voet 16 verschaft bruikbaarheids voordelen 20 voor de lamp 10 van fig. 1. Bijvoorbeeld, indien de gloeidraad 24 doorbrandt kan de binnenste omhulling 20 worden vervangen hetgeen een hergebruik van de andere onderdelen van de lamp 10 mogelijk maakt. Ook indien de buitenste omhulling 12 beschadigd is, is het gemakkelijk losneembaar van de voet 16 voor vervangingsdoeleinden, waardoor de noodzaak om een 25 complete lamp te vervangen vervalt, en, op soortgelijke wijze, indien de voet 16, waarin electrische inrichtingen zijn opgenomen, gebreken gaat vertonen, behoeft enkel de voet 16 te worden vervangen.
De glazen buis 22 van de binnenste omhulling 20 van fig. 1 bezit een binnenkamer met een relatief kleine volumetrische capaciteit, 30 zoals 5 cm^. Het relatief kleine volume van de binnenkamer is een complementair type kenmerk, voor het bevatten van relatief dure efficiënte vulgassen en halogeengas ter verschaffing van een relatief goedkope gloeidraadlamp voor algemeen gebruik. De efficiënte vulgassen en halogeengas omgeeft de laagspanningsgloeidraad gevormd uit een wolframmateriaal 24.
35 Zoals besproken in de ’achtergrond' sectie verschaft het halogeengas, dat de laagspannings wolfram gloeidraad omgeeft, een regeneratieve of transportcyclus dat de wanden van de binnenomhulling 20 schoon houdt, dat op zich het nuttig effect van de lamp 10 over haar levensduur gewaart.
De binnenste omhulling 20 is gevormd uit de relatief dik quartz 40 of glasmateriaal met typerende afmetingen, zoals die beschreven in de 8402396
V
- 8 - « φ verwante octrooiaanvrage (docket nummer LD 8976) waarin verdere details voorkomen over een binnenste omhulling 20 van quartz of glas» .. Voorts bevat de binnenste omhulling 20 een relatief hoge druk vulgas zoals xenon, crypton, argon tezamen met een bij voorkeur toegevoegd stikstofgas 5 voor boogweerstandsdoeleinden en welke alle beschreven zijn in de verwante Amerikaanse octrooiaanvrage (docket nummer LD 8976) waarin men nadere details kan vinden over gassen als xenon, crypton, argon en stikstof.
De laagspanningsgloeidraad 24 is van een mechanisch starttype dat van betekenis is met betrekking tot de onderlinge betrekkingen bij 10 de te beschrijven werking van de infrarood reflecterende film 14. De laagspanningsgloeidraad 24- is soortgelijk aan en wordt vollediger beschreven in de verwante Amerikaanse aanvrage (docket nummer LD 8976) waar naar verwezen wordt voor verdere bijzonderheden.
Zoals eerder vermeld is het binnenoppervlak van de buitenste 15 omhulling bedekt met een infrarood (IR) type film 14. De IR film 14 laat in hoofdzaak zichtbare straling door en kaatst in hoofdzake infrarode straling terug naar de lampgloeidraad 24 tijdens het bedrijf van de lamp 10. De infrarode straling die wordt teruggekaatst naar de gloeidraad, recirculeert de energie, die anders zou worden verspild en verhoogt daar-20 door het nuttig effect van de gloèidraad verlichtingseenheid 10 voor algemeen gebruik.
De ligging van de IR film 14 op het binnenoppervlak van de buitenste omhulling 12 is voordelig met het oog op twee faktoren: 1) de IR film 14 is verwijderd van de relatief hoge temperaturen van 25 de werkende gloeidraad 24, en 2} de IR film 14 kan voorzien worden van een geschikte atmosfeer, ingericht voor de eigenschappen van de speciale IR film 14.
Het plaatsen van de IR film 14 op verre afstand van de werkzame gloeidraad o 24 zorgt voor een relatief lage bedrijfstemperatuur, zoiets als 200 , 30 voor de IR film 14, die gunstig is voor zijn gedrag. Het plaatsen van de IR film 14 op de binnenwanden van de buitenste omhulling maakt het mogelijk een atmosfeer te verschaffen, die bij voorkeur geselecteerd kan worden op het individuele karakteristiek van diverse typen IR films. Bijvoorbeeld, indien de IR film 14 bestaat uit een oxyde, zoals zinkoxyde, 35 is het voordelig een oxyderende bedrijfsatmosfeer te verschaffen om de oxydatie-eigenschappen van de film 14 te behouden. Deze ocyderende atmosfeer kan verkregen worden door eenvoudigweg zuurstof toe te laten in de vorm van lucht, die kan worden opgenomen binnen de binnenste begrenzingen van de buitenste omhulling 12. Op soortgelijke wijze is 40 het voor een verbeterde hierna te beschrijven gloeidraad verlichtings- 84 0 2 3 9 6 i
, . ♦ A
- 9 - eenheid 50 van fig. 3 voor algemeen gebruik, indien de IR film 14 bestaat uit een sulfide, zoals zinksulfide, voordelig een niet-oxyderende werk-atmosfeer te verschaffen, teneinde de niet-oxydatie-eigenschappen van de film 14 te behouden. De niet-oxyderende atmosfeer kan worden verschaft 5 door eenvoudigweg de zuurstof te beperken van binnen de binnenste begrenzingen van de buitenste omhulling 52 door vul- en afdichttechnieken voor dè buitenste omhulling 52 van de lamp 50.·. Dé praktijk van de onderhavige uitvinding past de binnenste omgeving van de gloeidraad verlichtingseen-heid 10 en 50 voor algemeen gebruik aan aan de gewenste bedrijfsparameters 10 van het speciale type IR film 14. Voorts met betrekking tot de gewenste werking van de infrarode film 14 wordt de gloeidraad 24 centraal geplaatst ten opzichte van de totale hoeveelheid door de infrarode film 14 teruggekaatste infrarode straling. De centrale plaatsing van de gloeidraad 24 wordt verkregen door het insteken van de kontaktpennen 28 en 30 15 van de binnenste omhulling 20 van fig. 2 in de kontaktbussen 40 en 42 van het huis 16, weergegeven in fig. 2.
Meer in het bijzonder toont fig. 2, die een doorsnede is genomen over de lijnen II - II in fig. 1, een bovenaanzicht van de voet 16 met inlaatbussen 40 en 42 voor kontaktpennen 28 en 30 van de binnenste 20 omhulling 20 die centraal gelegen is over de diameter van de voet· .16, zodat wanneer de binnenste omhulling 20 geplaatst is ih het huis 16, door het insteken van de kontaktpennen 28 en 30, de gloeidraad 24 coaxiaal centraal gelegen is.ten opzichte van een cilindrisch infrarood straling reflecterend oppervlak, gedefinieerd door de infrarode film 14. Door de 25 centrale positie van de gloeidraad 24 kan een groot gedeelte van de stralen van de infrarode straling teruggekaatst worden door de infrarode film om de worden gedirigeerd terug naar de gloeidraad 24 en om op de gloeidraad 24 te vallen, waardoor op zijn beurt het werkzame nuttige effect van de gloeidraad 24 toeneemt. De toegenomen bedrijfstemperatuur 30 verschaft 1) een verbeterde werking door een gestegen temperatuur van de gloeidraad 24, die op zijn beurt bijdraagt tot het verbeteren van het nuttig effect van de gloeidraad verlichtingseenheid 10 voor algemeen gebruik, en 35 2) verlaagt het ingangsvermogen dat nodig is om de gewenste werking van de gloeidraad 24 te verkrijgen, die op zijn beurt de hoeveelheid ingangsvermogen vermindert, die vereist is voor de gloeidraad-verlichtingseenheid 10 voor algemeen gebruik.
Voorts, met betrekking tot de onderlinge betrekkingen tussen 40 de IR film 14 en de gloeidraad 24, is de mechanisch stevige eigenschap .84 023 9 6 * <i· ’ - 10 - van de gloeidraad 24 van betekenis met betrekking tot de door de IR reflecterende film 14 gereflecteerde IR stralen. De gloeidraad 24 als gevolg van zijn mechanisch stevige structuur, handhaaft zijn oriëntatie met betrekking tot zijn centrale positie tijdens bedrijf, zelfs wanneer 5 hij wordt onderworpen aan een normaal relatief hoge bedrijfstemperatuur.
De stabiele oriëntatie van de gloeidraad 24 zorgt voor een gehandhaafde positie van de gloeidraad, zodat deze wordt getroffen door een groot gedeelte van infrarode stralen die worden gereflecteerd door de IR film 14 tijdens het bedrijf van de gloeidraad verlichtingseenheid 10 voor 10 algemeen gebruik.
De IR film 14 kan zijn van een reflectief type, zoals geopenbaard in het Amerikaanse octrooischrift 4,229.066 van J.D. Rancourt et al, het Amerikaanse octrooischrift 4.017.758 van Aimer et al, het Amerikaanse octrooischrift 3,901.997 van R. Groth of het Amerikaanse octrooischrift 15 4.187.336.
Fig. 2 laat zien dat het huis 16 van de voet een deklaag 38 bezit, die aan het bovenoppervlak is aangebracht. De deklaag 38 is van een infrarood reflecterend type en kan zijn van het zelfde type als dat.van de infrarood reflecterende film 14. De infrarood reflecteren-20 de dèklaag 38 verschaft een aanvullend middel voor het reflecteren van de infrarode straling die op zijn oppervlak terug· .valt naar de gloeidraad 24 teneinde het rendement van de gloeidraad verder te verhogen op een gewenste wijze, hetgeen op zijn beurt het nuttig effect van de lamp 10 van fig. 10 verder vergroot.
25 Fig. 3 toont dat een gloeidraadverlichtingseenheid 50 voor alge meen gebruik een buitenste omhulling 52 bezit, waarvan de vorm van het algemeen bekende A-type is. De buitenste omhulling 52 bezit een infrarode film 54 gevormd van de zelfde samenstelling die eerder beschreven is voor de infrarode film 14 op de buitenste omhulling 12 van de lamp 10 van 30 fig. 1. Op soortgelijke wijze bezit de gloeidraad verlichtingseenheid 50 voor algemeen gebruik een binnenste omhulling 60 met coaxiaal daarin opgesteld een laagspanningsgloeidraad 61, die beide gevormd zijn uit soortgelijke materialen en soortgelijke afmetingen bezitten als hun respectieve elementen van die beschreven voor de.binnenste omhulling 20.
35 Anders dan de binnenste omhulling 20 van fig. 1, is de binnenste omhulling 60 star bevestigd-binnen de lamp 50 van fig. 3 in plaats vlan dat zij in een voet geplugd is.
De binnenste omhulling 60 is star bevestigd aan de steël 58 door electrische geleiders 51 en 53, die op hun beurt verbonden zijn met de 40 tegengestelde einden van de gloeidraad 61 door geschikte invoerdraden 8402396 β- » - 11 - van de binnenste omhulling 60. De star bevestigde binnenste omhulling 60 is axiaal zodanig uitgericht dat de gloeidraad 61 centraal geplaatst is ten opzichte van de film 54 en gefocuceerd is ten opzichte van de door de film 54 gereflecteerde infrarode stralen op soortgelijke wijze 5 als beschreven voor de gloeidraad 24 van de lamp 10.
De buitenste omhulling 52 in de onderhavige uitvoeringsvorm kan op losneembare wijze ontkoppeld worden van de electrisch geleidende voet 57, die een schroefbare sectie 59 bezit. De electrisch geleidende voet 57 verschaft een huis voor het huisvesten van de electrische componenten 10 van de nog te beschrijven schakelingen van fig. 6 of fig. 9.
Pig. 3 laat zien dat de invoerdraad 51 verbonden is met het spanningsregelorgaan door een electrische baan verschaft door een kontakt 68 en een voetkontakt 56. Op soortgelijke wijze laat fig. 3 zien dat de invoerdraad 53 verbonden is met het spanningsregelorgaan door een elec-15 trische baan verschaft door een kontakt 70 en een voetkontakt 72.
De invoerdraden 51 en 53 worden voorts weergegeven in fig. 3, waarbij zij zich uitstrekken door de steel 58 en een baan bezitten, die kontakt maakt met een kunststof isolator 66, die duidelijker weergegeven is in fig. 4.
20 Fig. 4 laat zien dat de invoerdraden 51 en 53 een baan hebben die ligt tussen en langs een binnenste holte van de kunststof isolator 66 en de lagere sectie van de steel 58 met een puntgedeelte 58a. De invoerdraden 51 en 53 zijn respectievelijk verbonden met lampkontakt 68 en 70 bij inlaten, die op geschikte wijze aangebracht zijn in de kunststof 25 isolator 66. De kunststof isolator 66, zoals weergegeven in fig. 3, verschaft een isolatie om te voorkomen dat de invoerdraden 51 en 53, de lampkontakten 68 en 70 en de voetkontakben 56 en 72 kontakt maken met de voet 57.
De kunststof isolator 66 kan aangepast zijn aan de buitenste om·* 30 hulling 52, die de steel 58 bezit, door aanvankelijk een geschikte kit aan te brengen op het bovenste gedeelte van de kunststof isolator 66 en vervolgens de kunststof isolator 66 mét perspassing te brengen in de passensecties van de buitenste omhulling 52 en de steel 58. De koppeling of bevestiging van de buitenste omhulling 54 en de kunststof isolator 66 35 aan de voet 57 kan het beste beschreven worden onder verwijzing naar fig. 5.
Pig. 5 is een bovenaanzicht over de lijnen V - V van fig. 3.
Pig. 5 toont dat de kunststof isolator 66 zich bevindt binnen de begrenzingen van de voet 57; dat de invoerdraden 51 en 53 van de binnenste omhulling 40 60 centraal gelegen zijn over de diameter van de voet 57; en toont voorts 8402396 --*· ' τ 12 - een intreeopening 74 naar een kanaal 75 in de- voet 57; een intree-opening 76 naar een kanaal 77 in de voet 57; en de lampkontakten 68 en 70. De oren 68 en 70 worden dan met de klok mee geroteerd in kanalen 75 en 77 en stuiten tegen eindgedeelten van de kanalen 75 resp. 77. Bij deze stuit-5 posities maken de oren 68 en 70 electrisch kontakt met voetkontakten 56 resp. 72. De opsluiting van de oren 68 en 70 binnen de kanalen 75 en 77 en door het kontakt maken met de voetkontakten 56 en 72, verbindt op een mechanische en electrische wijze de buitenste omhulling. 54, die de coaxiaal aangebrachte binnenste omhulling 60 bezit, met de voet 57.
10 Het zal nu duidelijk zijn dat de onderhavige uitvinding in haar diverse uitvoeringsvormen een gloeidraad verlichtingseenheid voor algemeen gebruik verschaft, met een losneembaarheid tussen de buitenste omhullingen 52 en 12 en hun voeten 57 resp. 16. Voorts bevat de onderhavige uitvinding binnenste omhullingen 20 en 60, die elk ruimtelijk daarin 15 opgestelde laagspannings gloeidraden 24 resp. 61 bezitten. Zoals eerder besproken, bevat de onderhavige uitvinding middelen gelegen binnen de voet 16 van fig. 1 of binnen de electrisch geleidende voet 57 van fig. 5 voor het ontwikkelen van de laagspanningsbekrachtiging van de laagspan-nings gloeidraden 24 en 61. Voor een eerste uitvoeringsvorm van de 20 onderhavige uitvinding bezit het middel voor het ontwikkelen van de laagspanningsbekrachtiging een schakeling 80, weergegeven in: fig. 6.
In het algemeen reduceert de schakeling 80 de amplitude van de voedingsspanning, zoals 120 Volt wisselspanning, normaal gebruikt voor het bekrachtigen van de gloeidraad van een gloeilamp voor algemeen gebruik 25 en legt een verlaagde wisselspanning aan over de laagspannings gloeidraad volgens de onderhavige uitvinding.
De schakeling 80 van fig. 6 is effectief tijdens de werking van de lamp voor het aanleggen van een effectieve spanning tussen het bereik van ca.
20 tot minder dan ca. 120 Volt wisselspanning over de gloeidraad 24 of 30 61, schematisch weergegeven als F.
De schakeling 80 bestaat uit een aantal elementen, waarvan typerende waarden zijn weergegeven in Tabel 1.
TABEL 1
Element_ Type of waarde 35 L 10/J h
Cj- 0.1 β. f R 155 K ü 'C^ 0..1 ju f DIAC inrichting van G..E. type ST-2.
40 S2 TRIAC inrichting (RCA) typeT2G00D
84 02 3 9 6 -13-.
De inductiespoel L verbonden met de ene zijde van de aangelegde wisselspanningsbron 82 verschaft een impedantie om de stijgsnelheid van de stroom te verlangzamen, die normaal plaatsvindt bij het aanvankelijke inschakelen van de lamp 10, teneinde beschadiging aan de schakelaar 5 S2 te voorkomen. Tezamen met de condensator C^, die geschakeld is over de wisselstroombron 82, verschaft de spoel L een impedantie om de elec-tromagnetische interferentie (EMI) te vermindéren,
De weerstand R, condensator C2 eu schakelaars en S^ bevatten een spanningsregelaar 88 en zijn op soortgelijke wijze ingericht als 10 weergegeven op blz. 192 als een DIAC-TRIAC fase besturingsnetwerk van het General Electric Company SCR handboek, gepubliceerd in 1979.
5ihet algemeen legt'-de schakeling 80 een effectieve wisselspanning'in het bereik van ca. 20 tot minder dan ca. 120 Volt aan over de gloeidraad. De spanning die wordt aangelegd over de gloeidraad wordt 15 bepaald door de waarden van R^, Cj en de doors lagspanning van de DIAC
Sj. Wanneer .de spanning over de condensator C2 de doorslagspanning bereikt van de DIAC , een bi-directionele trigger diode, wordt C2 gedeeltelijk ontladen via de DIAC S^ in de poort van TRIAC S2· Deze ontlading brengt (triggert)de TRIAC S2 in de geleidende mode.
20 De werking van de schakeling kan het beste beschreven worden onder verwijzing naar fig. 7. Fig. 7 is verdeeld in drie gedeelten: 1) figuur 7a, die de golfvoxm toont van de spanning 82 van de wisselstroombron tezamen met de fasehoek cc voor het triggeren van de schakelorganen S^ en S2, 25 2) figuur 7b toont het triggersignaal 84, opgewekt door het schakel- orgaan S^, dat is toegevoerd aan de poort van het schakelorgaan S2* en 3) figuur 7c toont de wisselspanning 86, die over de gloeidraad P wordt aangelegd.
Pig. 7>a toont een trigger fasehoek oC van ca. 135 gemeten vanuit o 30 de 0 en 180 fasehoek betrekkingen van de spanning 82 van de wisselstroom-brön, weergegeven in het bovenste gedeelte van fig. 7. uit de figuren 7a, b en c ziet met respectievelijk dat de trigger fasehoek cCvan 135° van fig. 7a correspondeert met de overgang van de opwekking van het triggersignaal 84 van fig. 7b en met de overgang van de opwekking van de spanning 35 86, die wordt aangelegd over de gloeidraad F. Uit figuren 7a en 7c ziet men dat de spanning 82 een periodiek optreden vertoont, met een duur die gestart wordt door de trigger fasehoek cc van 135° en wordt beëindigd door de 0 doorgangen in-fig. 7a van de spanning 82 van de wisselspanningsbron.
De triggerfasehoek Gc van 135° wordt verkregen door geschikte 40 selectie van waarden R en C2 met typerende waarden van 155 K SI en O.lfl £.
3402398 - 14 ~ Ψ 1» -.w-
De triggerfasehoek CC van 135 maakt dat de spanning 86 aangelegd over de gloeidraad F ongeveer 38 Volt is. De trigger fasehoek Qc kan worden geselecteerd om diverse waarden te hebben vanaf 0 tot 180°, weérgegeven in fig. 8.
5 In fig. 8 is de trigger fasehoek oC uitgezet langs de X-as in graden van 0 - 180°, terwijl langs de Y-as de wisselspanning 82 uitgezet is en wel de effectieve spanning aangelegd over de gloeidraad F^.
Uit fig. 8 ziet men dat de trigger fasehoek fiC kan worden gekozen van 0 - 180° en dat daardoor de wisselspanning 86 varieert tussen 120 Volt 10 en 0 Volt.
Ofschoon de onderhavige uitvinding een laagspanmingsgloeidraad bezit, die in staat is om te werken met een aangelegde spanning in het bereik groter dan 0 Volt en minder dan 120 Volt in een eerste uitvoeringsvorm, verdient het toch de voorkeur dat de wisselspanning, die wordt aan-15 gelegd over de gloeidraad, zich bevindt in het bereik van ca. 20 - 40 Volt effectieve wisselspanning.
Een tweede schakeling voor het aanleggen van de gewenste spanning over de laagspanningsgloeidraad wordt weergegeven in fig. 9 en aangeduid met het verwijzingscijfer 90.
20 In het algemeen werkt de schakeling 90 van fig. 9 op een wijze die verschilt van de schakeling 80 van fig. 6 doordat de schakeling 80 rechtstreeks gekoppeld is met de wisselspanningsbron 82, terwijl de schakeling 90 ten dele gekoppeld is met de wisselspanningsbron 82 door een dubbelzijdig gelijkrichtende diodebrug, weergegeven als dioden Dl, D2, 25 D3 en D4. De schakeling 90 is soortgelijk aan de schakeling 80 met uitzondering dat dioden Dl, D2, D3 en D4 opgesteld in de vorm van een dubbelzijdige gelijkrichter, geplaatst zijn tussen de uitgangstrap bestaande uit de gloeidraad en de spanningsregelaar 88 en de ingangstrap bestaande uit de spoel L en de condensator , zoals weergegeven in fig. 9.
30 De werking van de schakeling 90 kan het beste beschreven worden aan de hand van fig. 10. Fig. 10 is soortgelijk aan fig. 7 en is verdeeld in drie gedeelten: 1) fig. 10a, die de golfvorm vertoont van de wisselspanningsbron 82 tezamen met de trigger fasehoek CC en het schakelorgaan S^, beide 35 eveneens beschreven bij fig. 7a, '2) Fig. 10b, welke het triggersignaal 94 laat zien, opgewekt door het schakelorgaan S^, dat toegevoerd is aan de poort van het schakelorgaan 82/ en 3) Fig. 10c, die de gelijkspanning 96 toont, die wordt aangelegd over 40 de gloeidraad F.
8402396 - 15 -
Een vergelijking tussen figuren 7b en 7c en figuren 10b en 10c openbaart geheel soortgelijke golfvormen waarbij de verschillen zijn dat de signalen 84 (fig. Tb) en 86 (fig. 7c) zowel positief als negatief gaande signalen zijn, terwijl de signalen 94 (fig. 10b) en 96 (fig.10c) 5 alleen signalen van het positieve type zijn, De signalen 94 en 96 van het positieve type worden ontwikkeld door de schakeling 90 met de dubbelzijdig gelijkrichtende diodébrug Dl, D2, D3 en D4 geplaatst tussen de ingangs- en uitgangstrap, zoals hiervoor beschreven.
Op een wijze, soortgelijk aan die, welke eerder beschreven 10 is voor fig. 7a, toont fig. 10a een trigger fasehoek 0C van 135°, die wordt verkregen door geschikte selectie van de waarden van R en C^, teneinde te maken dat de spanning 96 een waarde krijgt van 38 Volt gelijkspanning die wordt aangelegd over de gloeidraad F. De geschikte waarde van R en C2 voor deze o£ = 135° zijn 270 K <R resp. 0,1 μ f. Voorts kan de 15 trigger fasehoek CC· zodanig geselecteerd worden, dat hij diverse waarden o aanneemt tussen 0 en 180 , op een wijze zoals eerder beschreven voor fig. 8, ter verkrijging van gelijkspanning 96 in een gewenst bereik van ongeveer 20 - ca. minder dan 120 Volt gelijkspanning. Ofschoon de onderhavige uitvinding een laagspanningsgloeidraad bezit die in staat is om 20 te werken met een aangelegde gelijkspanning van ongeveer 20 tot minder dan 120 Volt gelijkspanning, verdient het de voorkeur dat de gelijkspanning aangelegd over de gloeidraad zich bevindt in het bereik van ca. 20 tot ca. 40 Volt.
Het zal nu duidelijk zijn dat de praktijk van de onderhavige uit-25 vinding diverse schakelingen verschaft voor het accepteren van een aangelegde wisselspanningsbron, waarbij men ofwel 1) de wisselspanning omzet en reduceert tot een gelijkspanning in het bereik van ca. 20 tot minder dan ca. 120 Volt gelijkspanning om deze over de gloeidraad aan te leggen, danwel 30 2) de wisselspanning reduceert tot een waarde in het bereik van ca.
20 tot minder dan 120 Volt wisselspanning om deze over de gloeidraad aan te'.leggen. De wisselspanning of gelijkspanning aangelegd over de laag spanningsgloeidraad in samenwerking met de afmetingen van de laagspanningsgloeidraad verschaft een gloei-35 draad veüichtingseenheid voor algemeen gebruik met verbeterd nuttig effect. De totale verbeteringen verschaft door deze uitvinding voor de gloeidraad verlichtingseenheid voor algemeen gébruik waren buiten de verwachte opbrengsten, die voorspeld werden op grond van eerdere ervaring, zoals gebruikelijk gerealiseerd uit de bijdragen 40 van afzonderlijke faktoren. Voorts vormen de bijdragende faktoren 8402396 tut - 16 - eikaars complement. De praktijk van de onderhavige uitvinding past een laagspanningsgloeidraad toe met relatief kleine afmetingen teneinde op complementaire wijze geplaatst te worden binnen een relatief klein huis.
Het relatieve kleine huis is complementair aan het reduceren van de 5 gewenste hoeveelheid van het relatief dure halogeen en vulgassen, welke gassen alle het nuttig effect van de lamp verbeteren. De gloeidraad tezamen met het huis is centraal gelegen ten opzichte van de infrarode straling, teruggekaatst door de infrarood reflecterende film, die verder het nuttig effect van de lamp verbetert. De laagspannings-gloeidraad 10 binnen het relatief kleine huis isneen mechanisch stevige gloeidraad, 'die zijn centrale positie ten opzichte van de gereflecteerde infrarode straling handhaaft tijdens de werking van de gloéidraad ter verschaffing van een verbeterd nuttig effect tijdens de levensduur van de lamp. Voorts erkent de praktijk van deze uitvinding dat door het plaatsen van de infra-15 rood reflecterende film op een plaats verwijderd van de relatief hete gloeidraad en in een geschikte atmosfeer gekozen op grond van de kenmerken van de werking van de infrarode film zelf, de werking van de infrarode film wordt verbeterd, die op zijn beurt het nuttig effect van de lamp vergroot. Voorts is de infrarode film aangebracht op een buiten-20 ste omhulling, die gemakkelijk wordt gemonteerd aan of losgemaakt van de rest van de gloéidraad verlichtingseenheid voor algemeen gebruik onder respectieve beginfabricage en -vervangingsvoorwaarden. Het nuttig effect van de gloeidraad verlichtingseenheid vóór algemeen gebruik volgens de onderhavige-uitvinding wordt voorts verbeterd door de gloeidraad te 25 laten werken bij een gereduceerde spanning vanaf de normale 120 Volt wisselspanningsbron en het middel om de spanning te verlagen wordt bewerkstelligd op complementaire wijze teneinde een integraal deel te vormen van de lamp door deze te plaatsen in de lampvoet.
30 --------- 35 1 8402396

Claims (9)

1. Gloeidraad verlichtingseenheid voor algemeen gebruik, omvat-·; tende a) een voet met een electrisch geleidende inschroefbare sectie? b) een op de voet gemonteerde buitenste omhulling? 5 c) een co-axiaal binnen de buitenste omhulling aangebrachte binnenste omhulling, bevattende een halogene gasatmosfeer tezamen met een hogedruk vulgas? d) een co-axiaal in de binnenste omhulling opgestelde draad? d) een infrarood reflecterende film, die het binnenoppervlak van de bui-10 tenste omhulling bedekt en effectief is tijdens de werking van de verlichtingseenheid voor het in hoofdzaak doorlaten van zichtbare * straling en het in hoofdzaak naar de draad terugkaatsen van de door de draad uitgezonden infrarode straling? en f) middelen gelegen in de voet en welke effectief zijn tijdens de werking 15 van de lamp voor het aanleggen van de spanning, met een waarde binnen het bereik van ca. 20 tot minder dan ca. 120 Volt wissel- of gelijkspanning over de draad. * 2. Verlichtingseenheid volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de buitenste omhulling losneembaar is van de voet.
3. Verlichtingseenheid volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de buitenste omhulling de vorm heeft van een pot ('jar') en een mond met uitwendige schroefdraad, waarbij de voet een sectie heeft met inwendige schroefdraad voor het op complementaire wijze opnemen van de mond met uitwendige schroefdraad·.
4. Verlichtingseenheid volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat > de vorm van de buitenste omhulling van het A-type is.
5. Verlichtingseenheid volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de binnenste omhulling (20) een voet (26) bezit, waaraan bevestigd zijn kontaktpennen (28, 20), terwijl de voet (16) van de buitenste 30 omhulling (12) complementaire kontaktbussen (40, 42) bezit, terwijl de voet (16) voorts een dwarsoppervlak bezit, voorzien van een deklaag die effectief is voor het naar de gloeidraad reflecteren van door de gloeidraad uitgezonden infrarode straling.
6. Verlichtingseenheid volgens conclusie 4, met het kenmerk, 35 dat de buitenste omhulling met daarin coaxiaal opgestelde binnenste omhulling, een steel bezit voor het star bevestigen van een gedeelte van de invoerdraden van de binnenste omhulling en om de doorgang mogelijk 3402398 - 18 - •Η· jT ^ te maken van het resterende gedeelte van de invcerdraden naar koppelings-middelen. die bevestigbaar zijn aan de buitenste omhulling, waarbij de koppelingsmiddelen oren bezitten om respectievelijk verbonden te worden met een einde van elk der invoerdraden; 5 waarbij de voet voorzien is van gedeelten naar gerelateerde kanalen aan het bovenste oppervlak voor het accepteren van de oren, zodat bij het roteren van de buitenste omhulling, het kanaal een doorlaat verschaft voor het accepteren en op electrische en mechanische wijze verbindèn van de buitenste omhulling aan de voet.
7. Verlichtingseenheid volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het middel, dat tijdens de werking van de lamp effectief is om een spanning aan te leggen, middelen bevat die aangebracht zijn tussen de gloeidraad en een wisselspanningsbron die in staat is om de lamp te bekrachtigen, welk middel de spanning van de wisselspanningsbron reduceert 15 tot het bereik van ca. 20 tot minder dan 120 Volt wisselspanning, die wordt aangelegd over de gloeidraad.
8. Verlichtingseenheid, met het kenmerk, dat de middelen voor het aanleggen van de wisselspanning over de gloeidraad bijvoorkeur een spanning aanlegt in’het bereik van 20 - 40 Volt gelijkspanning.
20. Verlichtingseenheid volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het middel dat tijdens de werking van de lamp effectief is voor het aanleggen van een spanning, middelen bevat die aangebracht zijn tussen de gloeidraad en een wisselspanningsbron die in staat is de lamp te bekrachtigen, welk middel de spanning van de wisselspanningsbron 25 reduceert tot het bereik van 2.0 .tot minder dan 120 Volt gelijkspanning, die wordt aangelegd over de gloeidraad.
10. Verlichtingseenheid volgens- conclusie 9, met het kenmerk, dat het middel voor het aanleggen van de gelijkspanning over de gloeidraad bij voorkeur een spanning aanlegt in het bereik van 20 - 40 Volt 30 gelijkspanning. 35 40 3402395
NL8402396A 1983-08-01 1984-07-31 Hoger rendement scorende verlichtingseenheid met gloeidraad. NL8402396A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US06/519,162 US4547704A (en) 1983-08-01 1983-08-01 Higher efficiency incandescent lighting units
US51916283 1983-08-01

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8402396A true NL8402396A (nl) 1985-03-01

Family

ID=24067124

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8402396A NL8402396A (nl) 1983-08-01 1984-07-31 Hoger rendement scorende verlichtingseenheid met gloeidraad.

Country Status (8)

Country Link
US (1) US4547704A (nl)
JP (2) JPS6074259A (nl)
BE (1) BE900260A (nl)
BR (1) BR8403883A (nl)
DE (1) DE3428126A1 (nl)
FR (1) FR2550383A1 (nl)
GB (1) GB2145278B (nl)
NL (1) NL8402396A (nl)

Families Citing this family (35)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB8412699D0 (en) * 1984-05-18 1984-06-27 Gen Electric Co Plc Load supply circuit and lamp module
DE3439171A1 (de) * 1984-10-25 1986-05-07 Patent-Treuhand-Gesellschaft für elektrische Glühlampen mbH, 8000 München Einseitig gesockelte quecksilberdampfniederdruckentladungslampe
DE3440594A1 (de) * 1984-11-07 1986-05-22 Telefunken electronic GmbH, 7100 Heilbronn Leistungssteuerung fuer netzbetriebene niederspannungsgeraete
US4683397A (en) * 1986-04-14 1987-07-28 Gte Products Corporation Compact incandescent coiled coil filament
US4686412A (en) * 1986-04-14 1987-08-11 Gte Products Corporation Reflector-type lamp having reduced focus loss
US4822998A (en) * 1986-05-15 1989-04-18 Minolta Camera Kabushiki Kaisha Spectral sensor with interference filter
EP0271859B1 (en) * 1986-12-16 1997-04-02 Gte Products Corporation Compact coiled coil incandescent filament using pitch for sag control
EP0271857B1 (en) * 1986-12-16 1997-04-02 Gte Products Corporation Compact coiled coil incandescent filament with supports
DE3809160A1 (de) * 1988-03-18 1989-09-28 Leybold Ag Infrarot-strahlungsquelle, insbesondere fuer ein mehrkanaliges gasanalysegeraet
US4980607A (en) * 1988-06-17 1990-12-25 Miracle Products, Inc. Light bulb life extender
JPH02177248A (ja) * 1988-12-28 1990-07-10 Toshiba Corp ハロゲン電球
US4988921A (en) * 1989-01-09 1991-01-29 Gte Products Corporation Lamp with integral automatic light control circuit
US5339006A (en) * 1992-03-13 1994-08-16 U.S. Philips Corporation High pressure discharge lamp
US5206563A (en) * 1992-04-08 1993-04-27 Harold W. Glacken, Jr. Lightbulb life extender
EP0590602A1 (en) * 1992-09-28 1994-04-06 Toshiba Lighting & Technology Corporation Double-bulb halogen lamp and lighting system
AU677927B1 (en) * 1994-09-07 1997-05-08 Walter Oechsle Improvements in or relating to spotlights
WO1998014733A1 (fr) * 1996-09-30 1998-04-09 Moriyama Sangyo Kabushiki Kaisha Ampoule
US6225731B1 (en) * 1997-10-10 2001-05-01 General Electric Company Glass halogen lamp with internal ellipsoidal shroud
DE19853724A1 (de) * 1998-11-21 2000-05-25 Helmut Rein Eine von Abstrahlungen magnetischer Wechselfelder freie Glühbirne
HUP9900635A1 (hu) * 1999-03-16 2000-09-28 László Lévay Fényvibráció mentes, energiatakarékos izzólámpa
US6208090B1 (en) * 2000-05-05 2001-03-27 General Electric Company Reduced voltage and time delay to eliminate filament hot shock
US7098610B2 (en) * 2004-07-28 2006-08-29 Longlite, Llc Incandescent light power controller with predetermined off-state impedance
US7839095B2 (en) * 2004-10-16 2010-11-23 Osram Sylvania Inc. Lamp with integral voltage converter having phase-controlled dimming circuit containing a voltage controlled resistor
US7492079B2 (en) * 2005-06-14 2009-02-17 Osram Sylvania Inc. Tungsten halogen lamp having internal power supply including temperature relief
US20080122378A1 (en) * 2006-09-25 2008-05-29 Osram Sylvania Inc. Lamp having a power supply with RMS voltage regulated output
US7358689B1 (en) 2006-09-25 2008-04-15 Osram Sylvania Inc. Phase-control power controller for converting a line voltage to a RMS load voltage
US20080122377A1 (en) * 2006-09-25 2008-05-29 Osram Sylvania Inc. Method of operating a lamp having a power supply with RMS voltage regulated output
US7301291B1 (en) * 2006-10-02 2007-11-27 Osram Sylvania Inc. Power controller having current limited RMS regulated output
US7462996B2 (en) * 2006-10-02 2008-12-09 Osram Sylvania Inc. Method of operating a lamp with a power controller having current limited RMS regulated output
US7375475B2 (en) 2006-10-02 2008-05-20 Osram Sylvania Inc. Lamp containing power controller having current limited RMS regulated output
EP2124248A1 (en) * 2008-05-23 2009-11-25 Flowil International Lighting (HOLDING) B.V. Light bulb
WO2014121273A2 (en) * 2013-02-04 2014-08-07 The Regents Of The University Of California Heated and cooled chair apparatus
DE202014004861U1 (de) * 2014-06-10 2014-06-30 Vosla Gmbh Lampe und Adapter für eine Lampe
DE102016117450A1 (de) 2016-09-16 2018-03-22 Ledvance Gmbh Leuchtvorrichtung mit verbesserter Verbindung zur Stromzuführung
US10215343B2 (en) 2016-09-16 2019-02-26 Ledvance Gmbh LED lighting device having an improved LED holder

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE645457C (de) * 1935-12-15 1937-05-28 Karl Joswiak Elektrische Kleinleuchte
NL6407446A (nl) * 1964-07-01 1966-01-03
AU430218B2 (en) * 1969-08-20 1972-11-15 General Electric Company Compact bent end electric lamp
FR2253273B1 (nl) * 1973-11-30 1977-06-10 Central Eclairage Lab
NL7405071A (nl) * 1974-04-16 1975-10-20 Philips Nv Gloeilamp met infrarood filter.
US4256898A (en) * 1978-05-15 1981-03-17 The Upjohn Company α(substituted) Amino-3-substituted-2-isoxazoline-5-acetic acids (esters)
EP0015026B1 (de) * 1979-02-19 1983-05-25 Heinz Sovilla Glühfadenlampe
US4473776A (en) * 1982-06-11 1984-09-25 General Electric Company Disconnect means for capacitor ballast incandescent lamp
US4480212A (en) * 1982-06-14 1984-10-30 Diolight Technology, Inc. Extended life incandescent lamp with self contained diode and reflector

Also Published As

Publication number Publication date
BE900260A (fr) 1985-01-31
US4547704A (en) 1985-10-15
GB8419449D0 (en) 1984-09-05
JPS6074259A (ja) 1985-04-26
GB2145278B (en) 1986-12-17
BR8403883A (pt) 1985-07-09
DE3428126A1 (de) 1985-02-21
FR2550383A1 (fr) 1985-02-08
GB2145278A (en) 1985-03-20
JPS6074260A (ja) 1985-04-26

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8402396A (nl) Hoger rendement scorende verlichtingseenheid met gloeidraad.
US4270071A (en) Composite base and ballast member for compact single-ended fluorescent lamp
US20070228993A1 (en) High-Pressure Sodium Lamp
US6285119B1 (en) Light bulb having increased efficiency
JP2001035239A (ja) 照明器具
US3753036A (en) Integrated fluorescent lamp unit
JP3319460B2 (ja) 蛍光ランプ装置
JP2008084817A (ja) 電球形蛍光ランプ及び照明器具
US5179323A (en) Ballast for mini fluorescent lamp
US5412286A (en) Variable voltage ballast system for mini-fluorescent lamp
KR100722260B1 (ko) 교체 시기 표시등을 구비한 조명등기구
CN101015036A (zh) 卤素灯
HU192229B (en) High-pressure sodium discharge lamp with firing circuit
HU193458B (en) High-pressure discharge lamp with at least two discharge tube
US7049762B2 (en) Portable fluorescent task lamp
US7332873B2 (en) Electrical circuit for fluorescent lamps
US4740873A (en) Energy saving &#34;U&#34; shaped fluorescent lamp
EP0277659A2 (en) Electric lamp, base for use therewith and method of assembling same
EP0682355A1 (en) Bulb-form fluorescent lamp and method for its manufacture
EP2077575A2 (en) Discharge lamp
US20140035460A1 (en) High efficiency light bulb
JPH07262972A (ja) 無電極放電ランプと金属製取付部との間の電磁干渉を軽減するための擬似取付構造
JP2001126663A (ja) 高圧放電ランプ
US20100084972A1 (en) High-Efficiency Light Bulb
KR800001377Y1 (ko) 형광등의 점등회로장치

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed