NL8401529A - Verbeteringen met betrekking tot rookartikelen. - Google Patents

Description

J

Verbeteringen met betrekking tot rookartikelen.

: De uitvinding heeft betrekking op omwikkel- ; ' de rookartikelen, in het bijzonder sigaretten.

! Verscheidene voorstellen zijn gedaan voor si- i garetten die bij het roken daarvan verminderde hoeveelheden I 5 zijstroom-rookbestanddelen uitzenden, waarbij zijstroomrook de rook is, die uit het aangestoken einde van de sigaret voort-' komt. Zo is bijvoorbeeld in het Britse octrooischrift 2.094.130A een sigaret met verminderde zijstroomuitzending geopenbaard, | welke bestaat uit een stang van rookmateriaal, die gewikkeld is i 10 in een sigaretpapier, waarvan de doordringbaarheid voor lucht i | als gevolg van viskeuze stroming niet meer bedraagt dan ongeveer ! 3 CORESTA-eenheden en waarvan de ratio van de diffusiecoëffi- | ciënt van zuurstof door stikstof in het papier tot de dikte van 1 -1 het papier in de orde van 0,08 tot 0,65 cm sec bedraagt.

| 15 In het Amerikaanse octrooischrift 4.231.377 is voorgesteld om zijstroomrook te verminderen door het opnemen van een combinatie van magnesiumoxide en een zouttoevoegsel in sigaretpapier.

Gebruikelijk sigaretpapier bestaat uit cellu-; 20 losevezels en een anorganische vulstof, in het meest gebruike lijke geval krijt.. Een de brand regelende verbinding wordt ook vaak omvat.

De onderhavige uitvinding voorziet in een sigaret of dergelijke, waarvan de rookmateriaalstang gewikkeld : ! 25 is in een sigaretpapier, bestaande uit een of meer verbindingen van de groep, bestaande uit lithiumhydroxide, aluminiumhydroxide, calciumhydroxide, kaliumformiaat, natriumformiaat en natrium- | acetaat, waarbij de totale deeltjesmaterie in de zijstroomrook,: ; die uit het aangestoken einde van deze sigaret voorkomt bij het; | 30 roken daarvan met tenminste 30 % verminderd kan worden vergele-; ken met die welke voortkomt uit het aangestoken einde van een vergelijkbare sigaret, die gerookt wordt onder vergelijkbare ; rookgesteldheden, die gebruikelijk sigaretpapier behelzen. ' * ...........-.......................................................................De onvermijdelijk optredende doordringbaarheid 1401529 . - 2 - voor lucht van het papier, d.w.z. die als gevolg van viskeuze stroming, moet in de orde van 3 tot 45 CORESTA-eenheden bedra- ; gen maar bij voorkeur binnen een bereik van 3.tot 20 CORESTA-| eenheden en wat nog verkieslijker is binnen een bereik van 3 ! 5 tot 10 CORESTA-eenheden liggen. De doordringbaarheid voor lucht I van een papier, uitgedrukt in CORESTA-eenheden, is de hoeveel- | heid lucht in kubieke centimeters, die door één vierkante centi- i I meter van het papier gaat in één minuut bij een constant druk- ! verschil van 1,0 kilopascal. Voor details voor wat betreft het ; 10 beginsel van viskeuze stroming met betrekking tot sigaretpapier- doordringbaarheid wordt verwezen naar het in het voorgaande ; genoemde Britse octrooischrift 2.094.130A.

Bij voorkeur bestaat het sigaretpapier uit een aantal verbindingen van de genoemde groep, bij voorkeur tenmin-; 15 ste drie.

De onderhavige uitvinding voorziet ook in ! rookartikelomwikkelpapier, bestaande uit een of meer verbin dingen van de groep, bestaande uit lithiumhydroxide, aluminium-hydroxide, calciumhydroxide, kaliumformiaat, natriumformiaat i 20 en natriumacetaat.

De uitvinding voorziet voorts in aspecten van een werkwijze voor de produktie van sigaretpapier, sigaretten en/of rookmateriaalstang, in hoofdzaak zoals hier in het volgende beschreven in de bijgaande specificatie, en/of de aangehechte : 25 experimenten.

j Het of elk bestanddeel kan, in samenhang met ; een geschikt bindmiddel of oplosmiddel, als een bekleding op 1 ! het sigaretpapier op de ene of de andere zijde daarvan aangebracht ! worden. Als alternatief kan het in het papier opgenomen worden 1 I 30 in de papiervervaardigingsfase. De samenstelling(en) en vulniveau daarvan worden bij voorkeur zo gekozen dat dit resulteert in | een vermindering in zijstroomrook-totale deeltjesmaterie (TPM) j j van tenminste 50 % en bij voorkeur tenminste 60 %.

I De mate van produktie van zijstroom-TPM, \ /35 d.w.z. de zijstroom-TPM-afgifte per sigaret gedeeld door de tijd 84 0 1 5 2 9 - 3 - gedurende welke de sigaret gerookt wordt, correleert met de | hoeveelheid zichtbare zijstroomrook die uit de sigaret komend

Waargenomen wordt. Door toepassing van de onderhavige uitvinding is het mogelijk om maten van produktie van zijstroom-TPM te ; 5 verkrijgen die aanzienlijk minder zijn dan de typerende waarde j “1 ' van drie mg min die bij gebruikelijke sigaretten tegengekomen' | wordt.. Bij voorkeur moet de mate van zijstroom-TPM minder zijn i -1 ! dan twee mg min gemeten volgens een hier in het volgende voor ;

Experiment 1 beschreven procedure.

i 10 Enkele 'van de samenstellingen, die volgens de onderhavige uitvinding een vermindering in zijstroomrook-TPM .

• teweeg brengen, vertonen tegenstrijdige eigenschappen indien zij bij een te hoog vulniveau optreden. Zo kan bijvoorbeeld : lithiumhydroxide tot een breuk van de papierstructuur leiden i 15 en derhalve moet het vulniveau van deze verbinding beperkt wor-; den tot een niveau waaronder dit breukverschijnsel niet optreedt. Een vulniveaulimiet moet ook in acht genomen worden voor kalium-: formiaat, omdat hogere vulniveaus bleken te resulteren in een ! onaanvaardbare, kooksachtige asvorming bij het roken van proef- i 20 sigaretten. Een voordeel van het toepassen van een aantal, speciaal drie of meer, zijstroomrook verminderende verbindingen is dat een vereist totaal vulniveau bereikt kan worden zonder i een bovenste vulniveaulimiet van elk van de verbindingen te i overschrijden.

: 25 Op geschikte wijze omvat, van de in het voorgaande genoemde verbindingen, het omwikkelpapier tenminste i calciumhydroxide.

; Bij het roken van proefsigaretten werd vast

gesteld dat geen vermindering, of slechts een verwaarloosbare 30 vermindering, in zichtbare zijstroomrook resulteerde uit de toeL

passing van respectievelijk met magnesiumoxide, calciumcarbonaat, lithiumcarbonaat, kaliumnatriumtartraat, aluminiumammonium-sulfaat, magnesiumcitraat, magnesiumoxalaat, triammoniumcitraati, citroenzuur en zwaar magnesiumcarbonaat behandeld sigaretpapier;. i 35 Voorbeelden van de uitvinding zullen nu 8401529 - 4 - ψ ; verder bij wijze van voorbeeld aan de hand van een aantal ex- S perimenten beschreven worden.

EXPERIMENT 1 ; 70 mm lange sigaretten zonder mondstuk werden | 5 vervaardigd onder toepassing van in een rookgang verduurzaamde | tabak en een uit een enkele laag bestaande omwikkeling van siga^ j retpapier met een aanvankelijke doordringbaarheid voor lucht | van 26 CORESTA-eenheden en een gewicht van 23 g/m2. Het sigaret- papier was, vóór de sigaretvervaardiging, bekleed op de zijde, ; I 10 die bedoeld was om de binnenzijde in de vervaardigde sigaretten ! te zijn, met een bekleding, bestaande uit stijfsel (6 %) alu- ; I miniumhydroxide (12 %), magnesiumhydroxide (12 %), calcium- i | hydroxide (12 %), natriumformiaat (3 %) en natriumacetaat (3%).

| De percentagecijfers zijn de vulniveau's voor de respectieve j ; 15 verbindingen gebaseerd op het gewicht van het beklede papier.

Het totale bekledingsniveau bedroeg derhalve 48 %, dat wil zeggen 21,2 g/m2. Het stijfsel werd als een bindmiddel gebruikt.

i

De doordringbaarheid voor lucht van het beklede papier bedroeg 1 i 22 CORESTA-eenheden.

| 20 Elk van deze sigaretten werd gerookt onder standaardrookgesteldheden, d.w.z. elke minuut een trek van 35 : cc van 2 seconden duur, onder het zich uitstrekken daarvan tot in een vertikale flacon door een opening in de wand daarvan, die uitgerust was met een met de sigaret in contact te brengen : 25 dichting. Over de bovenopening van de flacon was een Cambridge- | filterkussen van 82 mm diameter aangebracht. Lucht en zijstroom-· rook werden omhoog gezogen onder de werking van een luchtpomp, ; 5 waarbij de stroming van lucht in een onderste opening van de ! flacon, welke stroming door de pomp opgewekt werd, op 1 liter/ i ! 30 minuut gehouden werd. De zijstroomrook-TPM werd op het filter- ! kussen verzameld.

Door het wegen van het filterkussen voor de ; : aanvang van het roken van een sigaret en na de voltooiing van de rookcyclus werd een bepaling uitgevoerd voor elke sigaret van ;·35 de totale hoeveelheid door de sigaret uitgezonden zijstroomrook- 8401529 - 5 - TPM. Gevonden werd dat het totaal gemiddeld 14,1 mg bedroeg.

Wanneer controlesigaretten, met onbekleed sigaretpapier, op dezelfde wijze gerookt werden, bleek dat de totale zijstroomrook-TPM 23,2 mg bedroeg. De aanbrenging op 5 het sigaretpapier van de proefsigaretten van de in het voor- i gaande in detail beschreven bekleding bracht derhalve een ver- i : mindering van ongeveer 39 % in zijstroomrook-TPM teweeg.

EXPERIMENT 2

De procedure van Experiment 1 werd gevolgd ; io behoudens dat de op het sigaretpapier aangebrachte bekleding bestond uit stijfsel (9 %), aluminiumhydroxide (18 %), calciumhydroxide (18 %), natriumformiaat (2,7 %) en natriumacetaat (2,7 %). Het vulniveau, afgezien van het stijfsel, bedroeg dus 17,3 g/mz. De doordringbaarheid voor lucht van het papier nadat ; 15 de bekleding was aangebracht bedroeg 18 CORESTA-eenheden. De totale zijstroomrook-TPM voor onbeklede controlesigaretten be-droeg 23,9 mg, terwijl die voor de proefsigaretten 13,9 mg bedroeg. De bekleding bracht derhalve een vermindering van on- : ! geveer 42 % teweeg.

I 20 EXPERIMENT 3 i De procedure voor Experiment 1 werd gevolgd | behoudens dat de bekleding bestond uit stijfsel.(9 %), calcium hydroxide (35 %), natriumformiaat (2,8 %) en natriumacetaat (2,8 %), hetgeen een vulniveau, afgezien van stijfsel, van 15,7 ; 25 g/m2 gaf. De totale zijstroomrook-TMG werd van 27,0 mg voor con trolesigaretten verminderd tot 14,5 mg voor de proefsigaretten, j hetgeen een vermindering van 46 % vertegenwoordigt. Experiment I 3 toont het vermogen van calciumhydroxide om een goede zijstroom- i vermindering tot stand te brengen wanneer deze overweegt in een ; 30 bekledingsmengsel.

EXPERIMENT 4

De procedure van Experiment 1 werd gevolgd behoudens dat de bekleding bestond Uit stijfsel (8 %), alu- j miniumhydroxide (16 %), magnesiumhydroxide (16 %) en calcium- j ' 35 hydroxide (16 %), hetgeen een vulniveau, afgezien van stijfsel,.

8401520 - 6 - van 21,2 g/m2 gaf. De bekleding verminderde de doordringbaarheid voor lucht van het papier tot 10 CORESTA-eenheden. De totale zijstroomrook-TPM voor controlesigaretten bleek 25,8 mg : te zijn en voor de proefsigaretten 16,9 mg, hetgeen een vermin- j 5 dering van 34 % vertegenwoordigt.

| EXPERIMENT 5 ! De procedure van Experiment 1 werd weer ' herhaald behoudens dat een sigaretpapier gebruikt werd, dat een j | aanvankelijke doordringbaarheid voor lucht van 5,2 CORESTA- ; io eenheden had en dat de bekleding alleen bestond uit natrium- formiaat (5 %) en natriumacetaat (5 %), hetgeen een vulniveau i van 2,6 g/m2 gaf. De doordringbaarheid voor lucht van het papier na het bekleden bedroeg 5,1 CORESTA-eenheden. De totale zijstroöm-rook-TPM bleek 28,8 mg te zijn voor controlesigaretten met het-! 15 zelfde sigaretpapier als voor de controle^-sigaretten van Experi ment 1 en 19,8 mg voor de onderhavige proefsigaretten, hetgeen een vermindering van 31 % vertegenwoordigt. Dit Experiment toont aan dat, door toepassing van een naar verhouding laag vul-| niveau (10 %) van zijstroom-verminderende verbindingen in combi- 20 natie met het gebruik van een papier van geringe doordringbaar- i heid, een aanzienlijke vermindering in zijstroom-TPM verkregen wordt. De mate van produktie van zijstroom-TPM voor de proef- -1 sigaretten bedroeg 2,0 mg min beschreven

Kort samengevat is in het voorgaande/dat bij ; 25 een rookartikel, zoals een sigaret, bestaande uit een rookma- teriaalstang, die gewikkeld is in een wikkelpapier, bestaande uit tenminste één verbinding van de groep of een aantal van deze i j verbindingen, bestaande uit lithiumhydroxide, aluminiumhydroxide, : calciumhydroxide, kaliumformiaat, natriumformiaat en natrium- j 1 30 acetaat, het vulniveau van de verbinding of totale vulniveau j van de verbindingen niet minder bedraagt dan twee g/mz en de | totale deeltjesmaterie (TPM) in de zijstroom-rook, die uit het i aangestoken einde van dit artikel voortkomt gedurende het roken | daarvan, met tenminste 30 % verminderd wordt ten opzichte van ! 35 de TPM die voortkomt uit het aangestoken einde van een overigens i 8401529 - 7 - I identiek rookartikel, bestaande uit gebruikelijk wikkelpapier en gerookt onder dezelfde rookgesteldheden. Bij voorkeur be-i draagt de vermindering in zijstroom-TPM tenminste 50 %. , j De onvermijdelijk optredende doordringbaar- : I 5 heid voor lucht van het wikkelpapier ligt binnen een bereik | | van 3 tot 45 coresta-eenheden of bij voorkeur binnen een bereik \ van 3 tot 20 van deze eenheden, of zelfs 3 tot 10 van deze een-' I heden. Bij voorkeur kan het wikkelpapier bestaan uit tenminste ëen of twee hydroxideverbindingen en/of tenminste een of twee 1 10 organische verbindingen van de genoemde groep. Op geschikte wijze | zal het vulniveau van elk van de organische verbindingen drie g/m2 niet overschrijden en zal het vulniveau van elk van de : hydroxideverbindingen tenminste twee g/m2 bedragen. De mate van -1 produktie van zijstroom TPM ligt niet boven ongeveer twee mg min ! 15 Het wikkelpapier kan uit calciumhydroxide bestaan.

De uitvinding kan bestaan uit een wikkel-! papier, bestaande uit tenminste één verbinding van de groep, be staande uit lithiumhydroxide, aluminiumhydroxide, calciumhydroxide, kaliumformiaat, natriumformiaat en natriumacetaat bij een ; 20 vulniveau van de verbinding, of een totaal vulniveau van de ver bindingen, van niet minder dan twee g/m2. De uitvinding kan ook bestaan uit sigaretpapier, dat behandeld is zoals beschreven in elk van de Voorbeelden 1-5.

i i ! . .. . j 8401529

Claims (12)

1. Rookartikel, bestaande uit een rookma-teriaalstang, die gewikkeld is in een wikkelpapier, gekenmerkt i | doordat het wikkelpapier bestaat uit tenminste één verbinding j j 5 van de groep, bestaande uit lithiumhydroxide, aluminiumhydroxide, calciumhydroxide, kaliumformiaat, natriumformiaat en natrium- i acetaat, bij een vulniveau van de verbinding of een totaal vul-; niveau van, de verbindingen, van niet minder dan twee g/m2, waarbij de totale deeltjesmaterie (TPM) in de zijstroomrook, die i . . I 10 uit het aangestoken einde van dit artikel voortkomt gedurende het roken daarvan, met tenminste 30 % verminderd wordt ten op- ^ zichte van de TPM, die voortkomt uit het aangestoken einde van I een overigens identiek rookartikel, bestaande uit gebruikelijk wikkelpapier en gerookt onder dezelfde rookgesteldheden. ' 15

2. Rookartikel volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de vermindering in zijstroom-TPM tenminste 50. bedraagt.

3. Rookartikel volgens conclusie 1 of 2, gekenmerkt doordat de onvermijdelijk optredende doordringbaar-1 20 heid voor lucht van het genoemde wikkelpapier binnen een bereik van 3 tot 45 Coresta-eenheden en bij voorkeur binnen een bereik > van 10 tot 20 Coresta-eenheden, of zelfs van 3 tot 10 Coresta- eenheden ligt.

4. Rookartikel volgens een der conclusies '25 1 tot en met 3, gekenmerkt doordat het genoemde wikkelpapier bestaat uit tenminste twee hydroxideverbindingen van de genoemde ; groep.

5. Rookartikel volgens een der conclusies ; 1 tot en met 4, gekenmerkt doordat het genoemde wikkelpapier be- 30 staat uit tenminste twee organische verbindingen van de genoemdè groep.

6. Rookartikel volgens een der conclusies ; 1 tot en met 5, gekenmerkt doordat het genoemde wikkelpapier be- ! staat uit tenminste één hydroxideverbinding van de genoemde groèp 5"35 en tenminste één organische verbinding van de genoemde groep. 14 0 1 5 2 § Μ - 9 - *

7. Rookartikel volgens een der conclusies j 1 tot en met 6, gekenmerkt doordat het vulniveau van elke organische verbinding van de genoemde verbindingen niet boven drie g/m2 ligt.

8. Rookartikel volgens een der conclusies I 1 tot en met 7, gekenmerkt doordat het vulniveau van elk van de! j - | genoemde hydroxideverbindingen tenminste twee g/m2 bedraagt.

9. Rookartikel volgens een der conclusies | 1 tot en met 8, gekenmerkt doordat de mate van produktie van ; 10 zij stroom «TPM niet boven twee mg min ligt.

10. Rookartikel volgens een der conclusies 1 tot en met 9, gekenmerkt doordat het genoemde wikkelpapier bestaat uit calciumhydroxide. 1 om

11. Rookartikel'wikkelpapier, gekenmerkt ; 15 door een gehalte van tenminste één verbinding van de groep, bestaande uit lithiumhydroxide, aluminiumhydroxide, calciumhydroxide, kaliumformiaat, natriumformiaat en natriumacetaat bij ' een vulniveau van de verbinding, of een totaal vulniveau van de verbindingen, van niet minder dan twee g/m2.

12. Produkt, in hoofdzaak zoals voorgesteld in de beschrijving. 8401528