NL8401400A

NL8401400A - Houder, in het bijzonder een silo.

Info

Publication number: NL8401400A
Application number: NL8401400A
Authority: NL
Original assignee: Wit Cornelis Leendert De
Priority date: 1984-05-02
Filing date: 1984-05-02
Publication date: 1985-12-02
Also published as: DE3515838A1; US4724641A

Description

J9 84.5065/M/Rdm/sme

Korte aanduiding: Houder, in het bijzonder een silo.

De uitvinding heeft betrekking op een houder, in het bijzonder een silo voor stortmateriaal, omvattende een ruimtelijke vormvaste skeletconstructie voorzien van draagmiddelen voor een binnen de skeletconstructie beweeglijk ondersteunde wand met, met de draagmiddelen samenwerkende steunmiddelen, 5 zoals bekend is uit het Nederlandse octrooischrift 161.226.

Bij deze bekende houder zijn ringvormige elementen voorzien van ringvormige steunmiddelen, die aan de beweeglijk ondersteunde wand een vormvast model geven, welke steunmiddelen rusten op de draagmiddelen in dé vorm van consoles binnen 10 de skeletconstructie. De ringvormige steunmiddelen zijn hierbij vrij op de consoles opgelegd. Dit is gewenst omdat bijvoorbeeld door zonnewarmte zijdelings werkende krachten op de wand kunnen werken, die bij een vaste verbinding met de skeletconstructie onregelmatige vervorming van de wand 15 zouden veroorzaken. Een dergelijke vervorming is vooral nadelig wanneer binnen de door de wand omsloten ruimte een rondlopende verspreidings- resp. afvoertransporteur moet werken.

Het nadeel van de bekende houder is, dat ten gevolge van de zeer langzaam optredende beweging tussen de steunmiddelen 20 en de draagmiddelen een vreten van het materiaal op de aan-rakingsvlakken optreedt. Het aanbrengen van voeringmateriaal heeft niet het gewenste resultaat opgeleverd.

De uitvinding heeft tot doel een houder te verschaffen, waarbij het vreten van het materiaal niet kan optreden.

25 Volgens de uitvinding wordt dit bereikt, met een houder van de aan het begin beschreven soort, die daardoor is gekenmerkt, dat de draagmiddelen aan de skeletconstructie zijn voorzien van hangorgangen die met de steundelen van de wand zijn verbonden, welke hangorganen een zijwaartse beweging van 30 hun ondereind ten opzichte van hun boveneind toelaten.

Het voordeel hiervan is, dat geen wrijvingsvlakken tussen de draagmiddelen en de steunmiddelen aanwezig zijn, terwijl toch een bewegingsmogelijkheid aan de binnenwand is gegeven.

8401400 jV *c - 2 -

De hangorganen kunnen hierbij kettingen of kabels zijn, maar ook schommelstangen die met hun einden aan de draagmiddelen resp. aan de steunmiddelen beweeglijk zijn bevestigd. Bij voorkeur is de lengte van het werkzame deel van de hangorganen 5 instelbaar, zodat eventuele afwijkingen in de constructie gemakkelijk kunnen worden gecompenseerd voor een goed uitrichten van de wand.

In veel gevallen bestaat de wand uit verticale planken, die met een messing-en groefverbinding op elkaar aansluitend !Q aan de ringvormige steunmiddelen zijn bevestigd. Deze messing-· en groefverbindingen tussen de planken moeten een zekere speling kunnen opnemen in verband met het trekken van het hout en het uitzetten en krimpen van de ringvormige steunmiddelen afhankelijk van de heersende omgevingstemperatuur. Het nadeel 15 hiervan is dat dikwijls stortgoed in de open naden van de messing- en groefverbinding kan dringen. Wanneer door de werking van het hout of door het krimpen van de ringvormige steunmiddelen deze naden kleiner worden, het hierbinnen gedrongen stortgoed dit verhindert waardoor zelfs planken van 20 de ringvormige steunmiddelen kunnen losspringen.

Dit bezwaar wordt bij een houder volgens de onderhavige uitvinding ondervangen, doordat de planken rabatdelen zijn, waarvan de vrijliggende messingzijde naar.het inwendige van de houder is gekeerd.

25 De uitvinding zal nu aan de hand van een tekening nader worden toegelicht. In de tekening tonen: fig. 1 een doorsnede van een houder uitgevoerd als silo voor stortmateriaal volgens de uitvinding; fig. 2 op grotere schaal het detail A van fig. 1; en 30 fig. 3 een doorsnede volgens de lijn III-III in fig. 2.

De in fig. 1 getekende houder is uitgevoerd als een silo voor stortmateriaal en omvat een ruimtelijke vormvaste skelet-constructie in de vorm van aan een fundatie 1 bevestigde verticale kolommen 2, bijvoorbeeld van H-profielstaal met een 35 dakconstructie 3 en een afvoerinrichting 4. Binnen deze ruimtelijke skeletconstructie is een beweeglijk ondersteunde wand 5 aangebracht. De silo heeft een ronde vorm, zodat de wand 5 een cilindermantel vormt. In de door de wand omsloten ruimte 8401400 - 3 - 5 bevindt zich een verspreidings- resp. afvoertransporteur 6. Deze transporteur draait in een horizontaal vlak om de afvoer-inrichting 4 in de vorm van een schijvenkolom en bovendien in verticale richting en wel omhoog wanneer de silo wordt gevuld 5 en omlaag wanneer het stortmateriaal uit de silo moet worden verwijderd. De werking hiervan zal niet nader worden toegelicht, omdat dit geen onderwerp van de uitvinding vormt.

Wel zal het duidelijk zijn, dat de ronde vorm van de silo behouden moet blijven. Voor dit doel is de skeletconstructie 10 aan de stijlen 2 voorzien van draagmiddelen-cohsoles 7· De wand 5 is voorzien van steunmiddelen in de vorm van ringvormige metalen profielen 8. De draagmiddelen 7 behoeven niet als consoles te zijn uitgevoerd, maar kunnen delen van de skelet-constructie zijn, bijvoorbeeld in de vorm van ringvormige 15 horizontale constructiebalken, bijvoorbeeld van een hoekpro-fiel.

Bij de houder volgens de uitvinding zijn de draagmiddelen 7 van de skel&constructie voorzien van hangorganen 9, die met de steunmiddelen 8 van de wand 5 zijn verbonden, welke hang-20 organen 9 een zijwaartse beweging van hun onderste eind ten opzichte van hun boveneind toelaten. De hangorganen 9 kunnen hierbij kettingen of kabels zijn. Bij voorkeur zijn de hangorganen schommelstangen, die met hun einden aan de draagmiddelen resp. aan de steunmiddelen zijn bevestigd, bijvoorbeeld in de 25 vorm van een bout die met zijn kop 10 in een aan de draagmiddelen 7 bevestigde beugel rust. De kop kan hierbij aan zijn onderzijde zijn afgerond of van een bolvormige ring hieronder zijn voorzien. Het onderste eind van het hangorgaan 9 is van schroefdraad voorzien en steekt door een gat van de steunmid-30 delen 8. Met een moer 12 kan nu de lengte van het werkzame deel van het hangorgaan 9 worden ingesteld. Tussen de moer 12 en de steunmiddelen 8 kunnen weer ringen met bolvormige kop-vlakken worden geplaatst.

Het is niet noodzakelijk dat de hangorganen 9 zuiver ver-35 ticaal staan, maar zij kunnen bijvoorbeeld met hun ondereind dichter bij het centrum van de houder liggen, zodat zij als-hetware beschrijvende lijnen van afgeknotte kegels vormen.

Ook kunnen in eenzelfde horizontaal vlak de benedeneinden van 84 0 1 4 0 0 - 4 - twee naburige hangorganen afwisselend' dichter bij elkaar en verder van elkaar zijn geplaatst dan de boveneinden van de hangorganen.

Wanneer de silo is voorzien van een wand opgebouwd uit 5 verticale planken, wordt hierbij gebruik gemaakt van rabat-delen 5a, zodat bij de messing- en groefverbinding 13 geen naad ontstaat, maar een holte 14, waarin geen inklemming van eventueel stortmateriaal mogelijk is. De rabatdelen 5a kunnen op de bekende wijze met nagels of bouten zijn bevestigd aan 10 de steunmiddelen 8.

§401400

Claims

1. Houder, in het bijzonder een silo voor stortmateriaal, omvattende een ruimtelijke vormvaste skeletconstructie voorzien van draagmiddelen voor een binnen de skeletconstructie beweeglijk ondersteunde wand met, met de draagmiddelen samen-5 werkende steunmiddelen, met het kenmerk, dat de draagmiddelen aan de skeletconstructie zijn voorzien van hangorganen die met de steunmiddelen van de wand zijn verbonden, welke hangorganen een zijwaartse beweging van hun ondereind ten opzichte van hun boveneind toelaten.

2. Houder volgens conclusie 1,met het kenmerk, dat de hangorganen kettingen of kabels zijn.

3. Houder volgens conclusie 1,met het kenmerk, dat de hangorganen schommelstangen zijn die met hun einden aan de draagmiddelen resp. aan de steunmiddelen beweeglijk 15 zijn bevestigd.

4. Houder volgens conclusie 1,met het kenmerk, dat de lengte van het werkzame deel van de hangorganen instelbaar is.

5. Houder volgens conclusie 1, waarbij de steunmiddelen 20. dienst doen voor het hieraan bevestigen van een beschot van evenwijdig aan elkaar verlopende planken, met het kenmerk, dat de planken rabatdelen zijn, waarvan de vrij liggende messingzijde naar het inwendige van de houder is gekeerd . 8401400