NL8302207A - Inrichting voor het afscheiden van het vel van een deel van een vogel. - Google Patents

Description

* -a." 8350 -6-5/Timmer s

Korte aanduiding: Inrichting voor het afscheiden van het vel van een deel van een vogel.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het afscheiden van het vel van een deel van een vogel, b.v. een vogelborststuk.

Tot dusverre werd het aan vogeldelen nog aanhangend 5 vel met de hand verwijderd. Met deze werkwijze kan echter geen grote produktie worden bereikt omdat het, glibberige, vel meestal moeilijk is vast te grijpen terwijl het werk vermoeiend is en als onaangenaam wordt ervaren.

De uitvinding beoogt een inrichting te verschaffen 10 waarmee dit handwerk wordt ondervangen en onder arbeids-vriendelijke omstandigheden een grote produktie kan worden bereikt. Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt met een inrichting gekenmerkt door een invoergeleiding, aansluitend op een roterend aan te drijven van schroeflijn-15 vormige groeven voorziene rol en een met deze rol samenwerkend element dat vrijwel raakt aan een beschrijvende van de rol.

Wanneer het vogeldeel met het daaraan hangend vel via de invoergeleiding tot nabij de rol en het daarmee samen-20 werkend element wordt gebracht wordt een loshangend deel van het vel door de van schroeflijnvormige groeven voorziene rol gegrepen en tussen deze rol en het daarmee samenwerkende element getrokken. Het hele vel wordt daarna gelijkmatig van het vogeldeel weggetrokken.

25 Bij voorkeur wordt het tweede element gevormd door een tweede, om een met de as der eerste rol evenwijdige as aan te drijven rol die bij voorkeur een glad mantel-oppervlak heeft waardoor een gelijkmatig lostrekken van het vel zonder inscheuren daarvan wordt bevorderd. Het 30 element kan echter ook worden gevormd door een gebogen plaat.

Wanneer een rol wordt toegepast is bij voorkeur een met de eindrand tot nabij deze rol reikende schraper aahge-bracht waarmee het oppervlak der rol schoon wordt gehouden.

8302207 2

De inrichting welke onderwerp is van de niet vóórgepubliceerde Nederlandse octrooiaanvrage 8300907 maakt gebruik van een aantal onderling gekoppelde in een cirkelvormige configuratie opgestelde vlakke dragers voor 5 borststukken waarvan borstbeen en ribben moeten worden verwijderd. De inrichting volgens de uitvinding kan met voordeel met een dergelijke inrichting worden gecombineerd en daarbij zijn dan rol en element aangebracht nabij de buitenomtrek van het cirkelvormige stelsel 10 der rond de centrale as roterende borststukdragers.

De uitvinding wordt toegelicht aan de van de tekening.

Fig. is een vooraanzicht van een uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding; 15 fig. 2 is een bovenaanzicht van de daarbij toege paste rollen; fig. 3 is een zijaanzicht van deze inrichting; fig. 4 is een zijaanzicht van de inrichting gecombineerd met een stelsel voor het aanvoeren van de 20 borststukken.

De in de figuren afgebeelde inrichting is ingericht voor het verwerken van stuk voor stuk met de hand ingevoerde borststukken; een dergelijk borststuk is schematisch getekend en aangegeven met het verwijzingscijfer 1.

25 Aan de onderzijde van het borststuk is altijd een loshangend veldeel 2 aanwezig; de inrichting volgens de uitvinding is bestemd om in één enkele bewerking het gehele om het borststuk nog aanwezige stuk vel te verwijderen.

30 8302207 3

De inrichting omvat hiertoe twee roterend aan te drijven rollen met onderling evenwijdige assen, en wel een eerste, meeneemrol 3 die aan het buitenoppervlak is bezet met schroeflijnvormig gevormde meeneemgroeven 4 en 5 roterend wordt aangedreven rond de hartlijn 5 en een tweede, gladde, tegenrol 6 die roterend wordt aangedreven rond de met de hartlijn 5 evenwijdige hartlijn 7. Beide rollen zijn aangebracht aan het einde van een drageras waarvan er één, die voor de rol 6, in fig. 2, is afge-10 beeld en is aangegeven met het verwijzingscijfer 8; beide assen rusten in legers (aangegeven met 9, 10 voor de as 8) in het huis 11 en dragen aan het einde een tandwiel 12 resp. 13- De as 8 draagt bovendien het tandwiel 14 waarmee de beide rollen in onderling tegengestelde richtingen 15 roterend worden aangedreven.

Het huis 11 is opgenomen in een niet afgebeeld gestel dat tevens via de steunarm 15 enerzijds de steunplaat 16 en anderzijds de schraperplaat 17 draagt. Dé steunplaat 16 heeft een verdiept gedeelte 18 dat een invoergoot vormt; 20 de schraper 19 bevindt zich met het vooreinde 20 tot vlakbij de buitenomtrek van de rol 6.

De werking van de inrichting is als volgt:

Tijdens bedrijf worden de rollen tegengesteld roterend (in de richting van de pijlen 19 resp. 20) aange-25 dreven. Het te bewerken borststuk 1 wordt in het verdiepte gedeelte 18 gelegd met het kopdeel, waaraan zich het loshangend velstuk 20 bevindt, naar de rollen 7 en 6 gericht; dit velstuk komt tussen de rollen en wordt naar beneden weggetrokken in de richting van de pijl 21 ter-30 wijl het ontvelde borststuk 1 achterblijft; de vellen komen terecht in een geschikte niet afgebeelde opvanginrichting.

Fig. 4 toont hoe de inrichting volgens de uitvinding kan worden gecombineerd met een inrichting van de 35 soort die onderwerp is van de, niet vóórgepubliceerde, Nederlandse octrooiaanvrage 8300907 welke betrekking heeft op een inrichting voor het afscheiden van de vlees- 8302207 4 delen van het borststuk. In een dergelijke inrichting is een aantal onderling gekoppelde in een cirkelvormige configuratie opgestelde vlakke dragers aanwezig elk met aan de voorrand een paar naar elkaar toe en van elkaar af 5 beweegbare bekken. Fig. 4 toont een dergelijke drager, aangegeven met het verwijzingscijfer 25; de bekkens zijn aangegeven met het verwijzingscijfer 26. Het daartussen vastgeklemde borststuk wordt ondersteund door een geschikte ondersteuning 27.

10 . Door de beweging der dragers in de richting van de pijl 28 worden de daaraan aanwezige borststukken stuk voor stuk aan de afscheidingsinrichting aangeboden en daar van de aanhangende veldelen ontdaan.

Deze combinatie geeft de mogelijkheid de borststuk-15 ken eerst van het aanhangend veldeel te ontdoen en ze vervolgens verder te verwerken door het afscheiden van de vleesdelen.

- Conclusies - 8302207

Claims (6)

1. Inrichting voor het afscheiden van het vel van een deel van een vogel, bijv. een vogelborststuk, gekenmerkt door een invoergeleiding, aansluitend op een roterend aan te drijven van schroeflijnvormige groeven 5 voorziene rol en een met deze rol samenwerkend element dat vrijwel raakt aan een beschrijvende van de rol.

2. Inrichting volgens conclusie l,m e t het kenmerk, dat het element wordt gevormd door een tweede, om een met de as der eerste rol evenwijdige as 10 aan te drijven rol.

3. Inrichting volgens conclusie 2,m e t het kenmerk , dat de tweede rol een glad manteloppervlak heeft.

4. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, m e t het 15 kenmerk, dat het element wordt gevormd door een gebogen plaat.

5. Inrichting volgens conclusie 2 of 3, gekenmerkt door een met een eindrand tot nabij de tweede rol reikende schraper. 20

6. Inrichting volgens conclusies 1-5, met het kenmerk, dat rol en element zijn aangebracht nabij de buitenomtrek van een cirkelvormig stelsel van rond een centrale as roterende borststukdragers. 8302207