NL8201231A - Magneetkop. - Google Patents

Magneetkop. Download PDF

Info

Publication number
NL8201231A
NL8201231A NL8201231A NL8201231A NL8201231A NL 8201231 A NL8201231 A NL 8201231A NL 8201231 A NL8201231 A NL 8201231A NL 8201231 A NL8201231 A NL 8201231A NL 8201231 A NL8201231 A NL 8201231A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
magnetic
pole
coil
main
auxiliary
Prior art date
Application number
NL8201231A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Sony Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Sony Corp filed Critical Sony Corp
Publication of NL8201231A publication Critical patent/NL8201231A/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B5/00Recording by magnetisation or demagnetisation of a record carrier; Reproducing by magnetic means; Record carriers therefor
    • G11B5/127Structure or manufacture of heads, e.g. inductive
    • G11B5/1278Structure or manufacture of heads, e.g. inductive specially adapted for magnetisations perpendicular to the surface of the record carrier

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Manufacturing & Machinery (AREA)
  • Magnetic Heads (AREA)

Description

C/ ’tJ/eh/1393 J
Magneetkop.
De uitvinding heeft in het algemeen betrekking op een magneetkop en is meer in het bijzonder gericht op een magneetkop die bedoeld is om gebruikt te worden bij de zogenaamde registratie met een loodrechte of verticale magnetisatie-5 toestand.
Het is bekend dat voor het opnemen van een signaal met hoge frequentie (kleine golflengte) op een magnetische registratieband een zogenaamde opneemwijze met een loodrechte of verticale magnetisatietoestand gunstiger is dan een zoge-10 naamde opneemwijze met een longitudinale magnetisatietoestand, in welk eerste geval magnetisatie wordt toegepast in een richting loodrecht op een zijvlak van de magnetische registratieband, terwijl in het laatste geval magnetisatie in de richting van het zijvlak van een magneetband wordt gebruikt. Dit is zo 15 omdat in een magnetische laag Van de magnetische registratieband een zelf-demagnetisererend veld kleiner is bij de opneemwijze met loodrechte magnetisatie wanneer een golflengte van een registratiesignaal kleiner wordt, terwijl het. zelf-demag-netiserende veld in de opneemwijze met de langs-magnetisatie-20 toestand groter wordt.
Er zijn verscheidene magneetkoppen voorgesteld om gebruikt te worden bij deze opneemwijze met verticale magnetisatietoestand. Teneinde de registratie (of magnetisatie van de magnetische registratielaag van de magneetband) in de 25 opneemwijze met verticale magnetisatietoestand ideaal of perfect uit te voeren, moet een hoofdcomponent van het door de magneetkop veroorzaakte magneetveld zo goed mogelijk loodrecht op een magnetisch registratiemedium,zoals een band, staan.
Een voorbeeld van de magneetkop wordt in fig. 1 30 als h getoond, waarbij een hoofdmagneetpool 2 die vervaardigd is van een dunne folie van magnetisch materiaal met een hoge permeabiliteit zoals permalloy en een magnetische hulppool 3 aangebracht zijn aan weerszijden van een magnetisch registratiemedium 1, zodanig, dat deze tegenover elkaar staan. Om de mag-35 netische hulppool 3 is een spoel 4 gewikkeld.
In dit geval moet de magnetische hulppool echter 8201231 - 2 - , ? . r' aan de andere zijde van de magnetische hoofdpool 2 ten opzichte van het magnetische registratiemedium 1 eh nabij hetrmagnetische registratiemedium zijn gepositioneerd, hetgeen bij de montage en het gebruik, zoals het laden van het magnetische registratie-5 medium 1 tussen de magnetische hoofdpool 2 en de magnetische hulppool 3 moeilijkheden veroorzaakt.
Teneinde deze nadelen te verhelpen, wordt voorgesteld om een magnetisch registratiemedium 1 te gebruiken, dat, zoals in fig. 2 wordt getoond, vervaardigd is van een 10 niet-magnetische basis 5 en een laag materiaal 6 met hoge permeabiliteit, dat op de niet-magnetische basis 5 is aangebracht en een magnetische registratielaag 7 die op de laag materiaal 6 met hoge permeabiliteit is aangebracht. Wanneer in dit geval een van een dunne folie van zacht magnetisch materiaal ver-15 vaardigde magneetkop h van een type met een enkele pool tegenover de magnetische registratielaag 7 is aangebracht, en op de om de pool 2 gewonden winding 4 een signaal wordt gezet, teneinde het signaal op te nemen, kan een bevredigende opname-gevoeligheid en een uitstekende opnamekarakteristiek.worden be-20 reikt.
De magnetische hoofdpool 2 van de magneetkop h van deze soort is vervaardigd van een dunne folie van ferro-magnetisch materiaal zoals permalloy, Fe-Af.-Si-legering, een zogenaamde Sendust-legering van ongeveer 0,5-3 pm dikte. De 25 spoel 4 voor het magnetisch exciteren van de magnetische hoofdpool 2 van dunne folie, dat wil zeggen de opnamewinding, kan gevormd zijn van een spoel in dunne filmtechniek die door middel van een isolatiefolie zoals Si02, Al^O^, Si^N^ of dergelijke nabij de bovenkant van de magneetpool 2 is aangebracht. 30 Teneinde de magnetische hoofdpool 2 door middel van de spoel 4 doeltreffend te exciteren is het in dit geval gewenst, dat het vooreinde van de spoel 4 zodanig is geplaatst, dat dit samenvalt met de top van de magnetische hoofdpool 2, die naar het langsbewegende oppervlak van het magnetische registratie-35 medium 1 toegekeerd is. Wanneer de spoel 4 zich echter aan het vooreinde daarvan bevindt dat tegenover het langsbewegende oppervlak van het magnetische registratiemedium 1 is geplaatst, 8201231 ? i - 3 - » * zal de spoel 4 worden kortgesloten door het magnetische registratiemedium 1, wanneer de magnetische registratielaag 7 geleidend is. Zelfs wanneer het oppervlak van de magnetische registratielaag gevormd is van een isolatiemateriaal, bestaat 5 er een aanzienlijke kans dat de spoel 4 wordt kortgesloten, daar de spoel gewoonlijk gevormd wordt van een relatief zacht materiaal, zoals koper, aluminium, zilver, goud, enz., zodat de spoel bruggen kan vormen tussen de windingen van de spoel, door de wrijving van hét magnetische registratiemedium. Ook 10 wanneer de spoel 4 dicht nabij het magnetische registratiemedium 1 ligt, zoals boven beschreven, wordt een door de spoel 4 gevormd magnetisch veld direct afgegeven aan het magnetische registratiemedium 1 in aanvulling op het door de magnetische hoofdpool 2 veroorzaakte magneetveld. Het gebied van het door 15 de spoel 4 gevormde magneetveld is zo wijd verbreid, dat het magnetische opnameveld, dat aangelegd zal worden op het magnetische registratiemedium 1, gedwongen wordt te spreiden, waardoor de registratie met hoge dichtheid dus wordt verhinderd.
Dergelijke. nadelen kunnen worden vermeden door 20 de excitatiespoel 4 ©$► een afstand van het naar het magnetische registratiemedium toegekeerde einde van de hoofdpool 2 aan te brengen, dat wil zeggen, door te zorgen voor een tussenruimte tussen de bovenzijde van de excitatiespoel en het einde van de magnetische hoofdpool. Door voor deze tussenruimte te zorgen, 25 kan het directe contact van de excitatiespoel met het magnetische registratiemedium worden vermeden. Bovendien neemt het door de excitatiespoel opgewekte magneetveld snel op het magnetische registratiemedium af, wanneer de tussenruimte toeneemt.
Wanneer daarentegen de excitatiespoel 4 zodanig 30 is aangebracht, dat gezorgd is voor de tussenruimte ten opzichte van het magnetische registratiemedium, neemt het magnetisatie-niveau aan het einde van de magnetische hoofdpool 2 dat uitgaat
Cv van het gedeelte waaromheen de winding van de spoel 4 is aan- J gebracht snel af, alhoewel het gedeelte van de magnetische V 35 hoofdpool 2 waaromheen de winding 4 is aangebracht, sterk wordt \ gemagnetiseerd. Dit is in hoofdzaak zo omdat de excitatie spoel 4 nagenoeg strak om de magnetische hoofdpool 2 is gewikkeld, en de diametervan de daaromheen gewikkelde spoel 4 relatief J ‘ - 4 - klein gekozen is, zodat het door de spoel opgewekte magneetveld snel afneemt aan het gedeelte dat van het einde van de spoel verwijderd is, en de magnetische hoofdpool 2 van de dunne folie met magnetische weerstand is vervaardigd, enz.
5 Fig. 3 toont de relatie tussen een plaat in de magnetische hoofdpool 2 en de dichtheid van de magnetische flux By langs een as van de magnetische hoofdpool, waarbij de abscis de positie in de y-richting weergeeft, dat wil zeggen de as —ci0 van de magnetische hoofdpool 2, en de ordinaat/·dichtheid By 10 in de y-richting van de magnetische flux weergeeft. De getrokken lijn 8 toont een verdeling van By van de magneetkop in het geval dat de excitatiespoel zo stijf om de magnetische hoofdpool is gewikkeld dat de magnetische hoofdpool over 50 μ buiten de bovenzijde van de excitatiespoel uitsteekt. De 15 onderbroken lijn 9 toont de dichtheid By van de magnetische flux wanneer de magnetische hoofdpool geëxciteerd wordt in een parallel magnetisch veld in plaats van het geval dat de excitatiespoel 4 om de pool is gewikkeld.
Zoals uit de kromme 8 blijkt, neemt de magneti-20 satie aan de bovenzijde van de buiten de spoel 4 uitstekende magnetische hoofdpool 2 abrupt af. Zoals in fig. 3 met de kromme 9 wordt getoond, wordt de magnetische hoofdpool 2 daarentegen volledig tot aan zijn einde geëxciteerd door het evenwijdige magnetische veld. Het is dienovereenkomstig gewenst 25 dat de magnetische hoofdpool 2 op basis van het parallelle magnetische veld wordt geëxciteerd. Teneinde een dergelijk parallel magnetisch veld te bereiken moet de diameter van de windingen van de spoel 4 worden vergroot. Wanneer de winding-diameter van de spoel 4 echter zoals boven beschreven wordt 30 vergroot, wordt het opnamerendement ongunstig beïnvloed en is een grote opnamestroom vereist.
Teneinde dit nadeel te verhelpen wordt, zoals in fig. 4 wordt getoond, overwogen dat een hulpkern 10 van materiaal met een hoge permeabiliteit zodanig gepositioneerd 35 kan worden, dat dit aan één oppervlak of beide oppervlakken van de magnetische hoofdpool 2 van dunne folie is bevestigd, en zodanig dat de magnetische hoofdpool uitsteekt, met andere woorden, 8201231 I r T f - 5 - de hulpkernen worden op een afstand van het langsbewegende oppervlak van het magnetische registratiemedium 1 aangebracht.
In dit geval is het duidelijk dat het opnamerendement meer verbeterd zal worden wanneer de excitatiespoel 4 nabij de boven-5 zijde van de hulpkern 10, zo dicht mogelijk bij de bovenkant is aangebracht.
Het is dienovereenkomstig een doel van de onderhavige uitvinding een magneetkop te verschaffen die bedoeld is om gebruikt te worden met een opneemwijze met verticale 10 magnetisatietoestand.
Een ander doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een magneetkop voor gebruik met een opneemwijze met verticale magnetisatietoestand, met een hoog opnamerendement.
15 Een ander doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een magneetkopconstructie voor hét doel-..... matig magnetiseren van een enkelpolige magneetkern.
Volgens een aspect van de onderhavige uitvinding wordt een magneetkop verschaft met een magnetische hoofdpool 20 die vervaardigd is van een magnetisch materiaal van het dunne folietype, met een zijoppervlak en aan ëën einde daarvan naar een magnetsich registratiemedium gekeerd, terwijl een magnetische hulpkern is aangebracht nabij het zijoppervlak van de dunne folie magnetisch materiaal met een dikte a in een richting 25 loodrecht op het zijoppervlak, waarbij een einde van de magnetische hulpkern over een afstand £ verwijderd is van het einde van de magnetische hoofdpool, een spoel om de magnetische hoofdpool en de magnetische hulpkern is gewikkeld en aan het einde van de magnetische hulpkern, waarbij deze spoel een dikte b 30 heeft, en a, b en i- zodanig zijn gekozen, dat aan de voorwaarde wordt voldaan dat een waarde (a + b/2)>£ niet kleiner is dan 0,55 maar niet groter dan 2,4.
Andere doeleinden, kenmerken en voordelen van de onderhavige uitvinding zullen duidelijk worden uit de 35 volgende beschrijving aan de hand van de bijgevoegde tekeningen waarin dezelfde verwijzingscijfers telkenens dezelfde elementen en onderdelen aangeven.
8201231 ! _ ί - 6 -
Fig. 1, 2 en 4 zijn respectievelijk schema’s die elk een bekende magneetkop vertonen die bedoeld is om gebruikt te worden bij een opneemwijze met verticale magne-tisatietoestand; 5 fig. 3 toont een relatie tussen een magnetische fluxdichtheid in een magnetische hoofdpool en de positie in de pool; fig. 5,6 en 10 zijn.respectievelijk schema's die elk voorbeelden tonen van een magneetkop volgens de onder-10 havige uitvinding; fig. 7, 8 en 9 zijn grafieken voor het uiteenzetten van de onderhavige uitvinding, en fig. 11-17 schematische aanzichten die de fabricage van de magneetkop volgens de onderhavige uitvinding in 15 stappen tonen.
Bij de magneetkop met een dergelijke hulpkern, hangt de grootte van het magneetveld voor de opname in het bovenste gedeelte van de magnetische hoofdpool af van de grootte van het magnetische excitatieveld bovenaan de magnetische hoofd-20 pool, met andere woorden, de grootte van een magneetveld bovenaan de magnetische hoofdpool wanneer de magnetische hoofdpool wordt verwijderd maar in plaats daarvan de hulpkern waar de spoel omheen gewikkeld is alleen aanwezig is.
Teneinde op de meest doelmatige wijze het signaal 25 of het magnetische registratiemedium op te nemen, moet het sterkste magneetveld opgewekt worden bovenaan de magnetische hoofdpool, wanneer aan de excitatiespoel een bepaalde stroom wordt toegevoerd. Daar de diameter van de gewikkelde spoel groot wordt, wordt in het algemeen de verzwakking van het mag-30 netische veld op een afstand van de spoel op de centrale hartlijn van de spoel klein. Anderzijds wordt het magnetische veld op de centrale as van de spoel kleiner wanneer de diameter van de wijdingen van de spoel groter wordt. Het is daarom noodzakelijk om de constructie van de spoel, de positie van 35 de op de kern gewikkelde spoel, de diameter van de spoel enz. goed te beschouwen, teneinde het exciterende magneetveld te maximaliseren.
8201231 - 7 - * -1 *
Op basis van de boven gegeven overwegingen en verduidelijkingen en verder aan de hand van verschèidene proèfnemingen en besprekingen, wordt een magneetkop. voorgesteld .die bedoeld is om met een hoog opnamerendement gebruikt 5 te worden in een opneemwijze met verticale magnetisatie.
Hierna zullen uitvoeringsvormen van de magneet-kop volgens de onderhavige uitvinding aan de hand van fig. 5 en volgende fig. worden beschreven, waarbij verwijzingscijfers die overeenkomen met die welke gebruikt zijn in fig. 1, 2 en 10 4 dezelfde elementen en onderdelen aangeven.
In de fig. heeft de letter H betrekking op de gehele constructie van een magneetkop volgens de onderhavige uitvinding.
In de uitvoeringsvorm volgens de uitvinding is, 15 zoals bijv. in fig. 5 of 6 wordt getoond, de magnetische hoofdpool 2 gevormd van een magnetisch materiaal in de vorm van een dunne film, bijvoorbeeld van permalloy, Sendust-legering enz. van ongeveer 0,5 - 3 dik, waarbij de dikte hiervan in de fig. aangegeven is met de letter t. Aan beide oppervlakken 20 of aan één oppervlak van de magnetische hoofdpool 2 is een hulpkern of zijn hulpkernen 10 van materiaal met een hoge permeabiliteit zoals Mn-Zn ferriet, Ni-Zn ferriet of dergelijke magnetisch sluitend aangebracht. Deze hulpkern 10 is op een zodanige wijze gepositioneerd, dat de bovenzijde daarvan over 25 een afstand /beneden de bovenzijde van de magnetische hoofdpool 2 die naar het langsbewegende oppervlak van het magnetische registratiemedium (niet getoond) en waarlangs de magnetische hoofdpool 2 beweegt, is gekeerd.
De spoel 4 is zodanig op deze magnetische 30 hulpkern 10 aangebracht dat zowel de magnetische hulpkern 10 als de hoofdpool 2 daardoor wordt omschreven. Meer nauwkeurig, de spoel 4 is zo dicht mogelijk bij het einde van de hulpkern 10 daarop aangebracht, zodat het bovenoppervlak daarvan samen kan vallen met het bovenoppervlak van de magnetische hulpkern 35 10, waaromheen dan bijvoorbeeld een geleidende draad is gewikkeld.
De dikte van de hulpkern, dat wil zeggen de af- 8 2 0 1 2 3 f 1 ΐ - 8 - stand van één oppervlak van de magnetische hoofdpool waartegen een oppervlak van de magnetische hulppool aanligt tot het bin-nenoppervlak van de spoel wordt verder aangegeven met a, en de dikte van de spoel 4 met b. Volgens de uitvinding wordèn 5 de boven gedefinieerde afmetingen L, a en b zodanig gekozen, dat voldaan wordt aan de voorwaarde dat (a + b/2) /·£ niet groter is dan 2,4 maar niet kleiner dan 0,55, waarbij 4 in de praktijk tussen 10 en 200 ,um ligt. De reden waarom de afstand ü gekozen wordt zoals boven beschreven, is gebaseerd 10 op de resultaten zoals getoond in fig. 7 en 8, waarbij de component van het magneetveld in axiale richting bovenaan de magnetische hoofdpool 2 onderzocht wordt wanneer de waarde van (a + b/2)/(, in de magneetkop wordt gewijzigd, van welke mag-neetkop de constructie getoond wordt in fig. 5 en 6. In fig. 7 15 en 8 is het magneetveld uitgedrukt als een relatieve waarde uitgaande van 100% als de maximumwaarde. In fig. 7 beschrijven de krommen 11, 12 en 13 elk het geval waarin de posities van de bovenzijden van de gepaarde magnetische hulpkern 10, die symmetrisch zijn geplaatst en de magnetische hoofdpool 2 tussen 20 zich innemen zoals getoond wordt in fig. 5, zodanig gekozen worden dat de afstand 4. tussen de bovenzijde van de magnetische hoofdpool 2 en de bovenzijde van de magnetische hulpkern 10 respectievelijk 30 pm, 50 ;om en 100 ,ΰΐη is. De krommen 14, 15 en 16 van fig. 8 beschrijven het geval waarin de positie van de 25 bovenzijde van de magnetische hulpkern 10 aan één zijde van de magnetische hoofdpool 2, zoals getoond in fig. 6, zodanig wordt gekozen, dat de afstand JL tussen de bovenzijde van de magnetische hoofdpool 2 en de hulpkern 10 respectievelijk 30 pm, 50 en 100 jam kan zijn. In dit geval toont fig. 8 een verdeling van 30 het magneetveld bij de afstand d waarin geen magnetische hulpkern aanwezig is, gelijk gekozen wordt aan de afstand a.
Terugkerend naar fig. 7 zal het duidelijk zijn, dat het magneetveld het sterkste is wanneer (a + b/2)// 1,3 is, waarbij het magneetveld afneemt met ongeveer -2% (+ 1%) 35 van de maximumwaarde wanneer (a + b/2)//. in een gebied ligt van 0,8 - 2,0 en het veld met -4% (± 2%) van de maximumwaarde afneemt wanneer (a + b/2)/1 in een gebied ligt tussen 0,65 en 2,4. Ook is in fig. 8 te zien dat hetmagneetveld het sterkste wordt 8201231 - 9 -
1 ;S
wanneer (a + b/2)// 1,22 is, dit veld met ongeveer -2% (i 1%) van de maximumwaarde afneemt wanneer (a + b/2)/ A in een gebied ligt tussen 0,7 en 2,0 en met -4% (- 2%) van de maximumwaarde afneemt wanneer (a + b/2)L in een gebied van 0,55 - 2,42 ligt.
5 Wanneer de voor stellijn in fig. 7 worden vergeleken met dié in fig. 8, is een neiging van hoe de bovenzijde van de magnetische hoofdpool 2 het magneetveld beïnvloedt,nagenoeg in beide gevallen gelijk wanneer de magnetische hulpkern 10 aan beide oppervlakken van de magnetische hoofdpool 2 is aangebracht als 10 wanneer deze aan het ene oppervlak daarvan is aangebracht, zoals getoond in fig. 5 en 6. Uit fig. 7 en 8 wordt duidelijk dat het magneetveld bovenaan de magnetische hoofdpool 2 effectief wordt verbeterd wanneer (a + b/2)/t in het gebied van 0,55 - 2,4 ligt, hetgeen de reden is waarom het gebied van 15 (a +'b/2)/L tussen 0,55 en 2,4 wordt gekozen.
Zoals in fig. 6 getoond wordt, de hulp kern 10 aan één zijoppervlak van de magnetische hoofdpool 2 is aangebracht, hetzelfde magneetveld gemeten bovenaan de magnetische hoofdpool 2 terwijl de afstand d van het andere 20 zijoppervlak van de magnetische hpofdpool 2', waar de hulpkern 10 niet aan is bevestigd, tot het binnenoppervlak van de spoel 4 daartegenover selectief gewijzigd wordt met de in fig. 9 getoonde resultaten. In dit geval wordt voor^ genomen 50 pm, wordt voor a genomen 50 jam. en wordt voor b genomen 20 pm.
25 Bovendien wordt voor de lengte c van de spoel 4 50 /im genomen.
Zoals /fi^i 9 duidelijk zal zijn, wordt het magneetveld bovenaan de magnetische hoofdpool 2 groter wanneer d = b. Wanneer de magnetische hulpkern 10 dus aan één zijde van de magnetische hoofdpool 2 wordt aangebracht, is het dus 30 gewenst om de verhouding tussen de lengten d en b zodanig te kiezen, dat voldaan wordt aan d - b.
De diepte van de spoel 4, dat wil zeggen de door c in fig. 5 en 6 aangegeven afmeting beïnvloedt het opname-rendement niet zo erg. Wanneer de diepte c echter te groot is 35 in vergelijking met de dikte b, is dit niet gunstig omdat hierdoor het opnamerendement lager wordt. Voor de waarde c/b moet daarom 5 of minder, in het bijzonder bijvoorbeeld minder 8201231 , i - 10 - dan ongeveer 2-3 genomen worden.
Hoewel in de hulpkern 10 de afstand a aan de bovenzijde waar de spoel 4 is gewikkeld zodanig wordt gekozen dat (a + b/2)// in een gebied komt te liggen van 0,55 - 2,4, 5 kan de dikte aan de achterzijde vergroot worden met het oog op de mechanische sterkte.
Fig. 10 toont een voorbeeld van een dergelijk geval waarbij elk van niet-magnetisch materiaal zoals Zn ferriet gevormd versterkingsorgaan 17 verder zodanig met de bovenkant 10 van de magnetische hulpkern 10 is verbonden, dat dit zich uit-.strekt naar de bovenzijde van de magnetische hoofdpool 2, waardoor de bovenzijde van de magnetische hoofdpool 2 wordt versterkt.·.
Wanneer de hulpkern 10 aan één zijde van de 15 magnetische hoofdpool 2 is gevormd, is het versterkingsorgaan 17 dat aangebracht is aan de zijde waarde magnetische hulpkern 10 niet is aangebracht achterwaarts of benedenwaarst verlengd Zodanig, dat deze wordt verenigd met de magnetische hoofdpool 2, waardoor de spoel 4 zowel om dit verlengde ver-20 sterkingsorgaan 17 als de magnetische hulpkern 10 aan de andere zijde van de magnetische hoofdpool 2 gewonden kan worden.
Als voorbeeld zijn de afmetingen van de respectieve delen van de magneetkop H waarvan de constructie in fig.
10 wordt getoond hieronder aangegeven. 100 ^rai, a = 150 pm, 25 b = 50 ^jm en c = 1,5 mm. Bovendien is de dikte vanhet achterste gedeelte van de magnetische hulpkern 10, waarvan de dikte groot is en in fig. 10 met e^ is aangegeven, 1 mm worden genomen en de lengte daarvan die met f is aangegeven, kan 4 mm worden genomen.
30 In dit geval kan een magnetisch registratie medium 1 worden gebruikt waarvan de laag materiaal 6 van hoge permeabiliteit gevormd is van een permalloy-laag van 0,5 ^m dik en waarvan de magnetische registratielaag 7 gevormd is van een Co-Cr legeringlaag van 0,5 p dik.
35 Een voorbeeld van een werkwijze voor het ver vaardigen van een magneetkop volgens de onderhavige uitvinding zal nu in detail aan de hand van fig. 11 e.v. worden beschreven.
8201231 - 11 - I Λ
Eerst wordt, zoals in fig. 11 wordt getoond,. een samengesteld lichaam 30 vervaardigd door een blok magnetisch materiaal 20 met een rechthoekige vorm en een plaatvormig blok niet-magnetisch materiaal 27 met elkaar te verbinden. Het blok 5 magnetische materiaal 20 kan vervaardigd zijn van Mn - Zn ferriet of Ni - Zn ferriet, «n het blok niet-magnetisch materiaal kan van glas, keramiek, niet-magnetisch Zn ferriet enz. zijn. Het is echter gewenst dat zowel het magnetische als het niet-magnetisch materiaal een gelijke thermische uitzettingscoëfficient 10 heeft, waarbij het dus de voorkeur heeft dat de magnetisch en niet-magnetische blokken 20, 27 van respectievelijk magnetisch en niet-magnetisch ferriet zijn vervaardigd. Het blok 20 van . magnetisch materiaal en het blok 27 van niet-magnetisch materiaal kunnen met elkaar worden verbonden door een siaeltver-15 binding met glas, door waterglas, een organisch kleefmiddel zoals epoxyhars, of een anorganisch kleefmiddel.
Het van het blok 20 van magnetisch materiaal en het blok 27 van niet-magnetisch materiaal vervaardigde samengestelde lichaam 30 wordt uitgesneden langs oppervlakken die 20 aangegeven zijn met streep-stippellijnen m^, n^, m^,... in fig.
11, teneinde een aantal plaatorganen 31 te verkrijgen, elk met een bepaalde dikte, zoals in fig. 12 is weergegeven.
Een zijoppervlak 3la dat zich uitstrekt over het deel 20 van magnetisch materiaal en het deel 27 van niet-25 magnetisch materiaal wordt gepolijst zodat een spiegelend oppervlak wordt verkregen. Een isolatielaag 32 van bijvoorbeeld SiO2, Si^N^, α^2°3 Vergelijke wordt op dit zijoppervlak 31a aangebracht waarna een dunne film van magnetisch materiaal 22 van bijvoorbeeld permalloy- Sendust-legering enz. van 0,5 -30 3 ;am dikte door vacuum-opdampen, sputteren of dergelijke wordt aangebracht.
Zoals in fig. 13 wordt weergegeven, wordt de dunne film van magnetisch materiaal 22 plaatselijk verwijderd door gebruik te maken van een fotolythografische techniek waar-35 door bandvormige gedeelten 22', 22'*... overblijven die evenwijdig aan elkaar lopen en een bepaalde breedte en tussenruimte hebben. De gedeelten tussen de bandvormige dunne film 22', 22"....
8201231 - 12 - worden opgevuld met niet-magnetisch materiaal 34 zodat een vlak oppervlak wordt verkregen. Bovendien kunnen daarop materialen zoals SiC^, si3N4 en A<2 0^ of dergelijke worden aangebracht .
5 Zoals in fig. 14 wordt getoond wordt een ander plaatorgaan 31’, dat van hetzelfde samengestelde lichaam 30 als hierboven aan de hand van fig. 11 is beschreven en dat van het- deel 20 van magnetisch materiaal en het deel 27 van niet-magnetisch materiaal is vervaardigd, afgesneden. Een zij-10 oppervlak 31a' wordt op dezelfde wijze gepolijst teneinde een spiegelend oppervlak te krijgen en, zoals in fig. 14 wordt getoond, wordt dit zijoppervlak 31a' verbonden met de zijde van het plaatorgaan 31 waarop de dunne film magnetisch materiaal 22 en de niét-magnetische laag 34 zijn gevormd, zoals in fig.
15 13 wordt getoond. In dit geval is eerst een uitsparing of groef 35 in het zijoppervlak 31a’ van het plaatorgaan 31’ gevormd bijvoorbeeld door etsen en is een kleefmiddel 36 in deze uitsparing 35 aangebracht, waardoor de beide plaatorganen 31 en 31' stevig met elkaar kunnen worden verbonden.
20 Indien noodzakelijk worden, zoals weergegeven in fig. 15, de uitwendige oppervlakken van de beide plaatorganen 31 en 31' weggesneden aan de zijde van het niet-magne-tische orgaan 27, waarbij de dikte van het weggesneden gedeelte zodanig wordt gekozen, dat dit kleiner is dan de resterende 25 delen. Zoals met de punt-streeplijnen n^, n2,... in fig. 15 wordt getoond, zijn de met elkaar verbonden platen 31 en 311 weggesnedenmet inbegrip van de respectieve bandvormige dunne film van magnetisch materiaal 22', 22", ... waarbij de bovenoppervlakken elk geslepen of gepolijst zijn zodat een glijd-30 oppervlak S wordt verkregen dat in contact kan komen met het niet getoonde magnetische registratiemedium.
De magneetkop H volgens de onderhavige uitvinding kan dus zodanig worden vervaardigd, dat de magnetische hoofdpool 2 van de dunne film magnetisch materiaal 22 in con-35 tact kan komen met het langsglijdende oppervlak S van het magnetische registratiemedium, waarbij de versterkingsorganen 17 van het niet-magnetische orgaan 27 zich aan weerszijden van 8201231 1 Λ - 13 - de magnetische hoofdpool 2 bevinden waarbij de bovenzijde daarvan en waarbij de van het magnetische registratie-orgaan 20 gevormde hulpkernen 10 zich achter het versterkingsorgaan 17 bevinden.
5 In dit geval, waarin het niet-magnetische ma teriaal 34 zich nabij de magnetische hoofdpool 2 bevindt, is een tussenruimte of spleet tussen beide versterkingsorganen 17 aan weerszijden van de magnetische hoofdpool 2 die in contact is met het glijdoppervlak S voor het magnetische registratie-10 medium vrijwel geheel gevuld met het niet-magnetische materiaal 34, zodat een hoeveelheid van het kleefmiddel dat in. de eerder genoemde spleet aangebracht zal worden kleiner is, en met andere woorden het met het glijdoppervlak S voor het magnetische registratiemedium in contact komende oppervlak, waarin het 15 kleefmiddel wordt gebruikt, kleiner is dan in het geval wanneer het niet-magnetische materiaal 34 niet is aangebracht. Dichtslibben van de kop doordat veel kleefmiddel tegen het glijdoppervlak S aanligt, kan dus worden vermeden.
De spoel 4 is om de magneetkop H gewikkeld op 20 de plaatsen van het dunne gedeelten dat verder terug ligt dan het glijdoppervlak S. Zelfs wordt in dit geval voor de aldus vervaardigde magneetkop H een verhouding aangehouden voor de afmetingen en de onderlinge plaats van de respectieve delen, zoals eerder beschreven.
25 Deze magneetkop H is ook, zoals bijvoorbeeld in fig. 17 wordt getoond,.bevestigd aan een koppenhouder 43 waarin openingen 41 zijn aangebracht voor de bevestiging op een roterende trommel van een VTR (video tape recorder) en waarop geleidende aansluitsporen 42 zijn aangebracht. Elk aan-30 sluiteinde van de spoel 4 ter plaatse van de magneetkop H is electrisch met elk van de geleidende aansluitingssporen 42 verbonden, bijvoorbeeld door solderen.
Zoals boven werd beschreven is met de magneetkop volgens deonderhavige uitvinding het opnamerendement 35 hoog, alhoewel de spoel 4 zich verder van het glijdoppervlak S voor het/reg?sf riixêmedium bevindt.
Het is ook duidelijk dat hetzelfde effect kan 82 0 1 2 3 1 I * - 14 - worden bereikt wanneer de magneetkop volgens de onderhavige uitvinding toegepast wórdt voor een magneetkop van het type met meerdere elementen, waarin een aantal magnetische hoofdpolen 2 aanwezig zijn.
5 De bovenstaande beschrijving is gegeven aan de hand van de voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding; het zal echter duidelijk zijn dat vele modificaties en variaties door een deskundige aangebracht kunnen worden zonder de geest of het kader van de uitvinding te verlaten.
8201231

Claims (5)

1. Magneetkop, gekenmerkt doorr een magnetische hoofdpool, gevormd van een dunne film magnetisch materiaal met een zijoppervlak, en aan één einde naar een magnetisch registratiemedium gekeerd, door een 5 nabij het zijoppervlak van de dunne film magnetisch materiaal aangebrachte magnetische hulpkern met een dikte a in een richting loodrecht op dat zijoppervlak, waarbij een einde van de magnetische hulpkern zich op een afstand £ van het einde van de magnetische hoofdpool bevindt, om de magnetische hoofdpool en 10 de magnetische hulpkern een spoel gewikkeld, en de kern aan het einde van de magnetische hulpkern een dikte b heeft, waarbij de a, b en Z zodanig zijn gekozen, dat (a + b/2)/£ niet kleiner is dan 0,55 en niet groter dan 2,4.
2. Magneetkop volgens conclusie 1, met het 15 kenmerk, dat de magnetische hulpkern aan weerszijden van de magnetische hoofdpool is aangebracht.
3. Magneetkop volgens conclusie l,met het kenmerk, dat de magnetische hoofdpool aan één zijde van de magnetische hulpkern is voorzien en dat de andere zijde voor- 20 zien is van een niet-magnetisch afstandsstuk, waarvan de dikte groter is dan de b.
4. Magneetkop volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de magneetpool in een naar het magnetische registratiemedium gekeerde oppervlak voorzien is van een niet- 25 magnetisch materiaal aan weerszijden daarvan.
5. Magneetkop volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de magnetische hulpkern zodanig is uitgevoerd, dat een gedeelte dat verwijderd is van het naar het magnetische registratiemedium gekeerde oppervlak en waaromheen geen spoel 30 gewonden is een dikte heeft die groter is dan dié van het andere gedeelte waaromheen de spoel is gewikkeld. 8201231
NL8201231A 1981-03-30 1982-03-24 Magneetkop. NL8201231A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP4674681A JPS57162114A (en) 1981-03-30 1981-03-30 Magnetic head
JP4674681 1981-03-30

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8201231A true NL8201231A (nl) 1982-10-18

Family

ID=12755893

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8201231A NL8201231A (nl) 1981-03-30 1982-03-24 Magneetkop.

Country Status (6)

Country Link
JP (1) JPS57162114A (nl)
CA (1) CA1179771A (nl)
DE (1) DE3211581A1 (nl)
FR (1) FR2502824B1 (nl)
GB (1) GB2095888B (nl)
NL (1) NL8201231A (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS59157819A (ja) * 1983-02-25 1984-09-07 Sony Corp 垂直磁気記録用ヘツド
WO1984003788A1 (en) * 1983-03-22 1984-09-27 Sony Corp Single magnetic pole type of composite magnetic head for perpendicular recording
JPH07101483B2 (ja) * 1983-08-29 1995-11-01 ソニー株式会社 薄膜型磁気ヘッド
US4672494A (en) * 1983-09-01 1987-06-09 Matsushita Electric Industrial Co., Ltd. Magnetic head for effecting perpendicular magnetic recording
JPS60197914A (ja) * 1984-03-20 1985-10-07 Olympus Optical Co Ltd 垂直磁化型磁気ヘツド
JPS6134710A (ja) * 1984-07-26 1986-02-19 Akai Electric Co Ltd 磁気ヘツド

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS5810764B2 (ja) * 1977-09-30 1983-02-28 岩崎 俊一 磁気記録再生装置
JPS5584015U (nl) * 1978-12-07 1980-06-10
JPS56165918A (en) * 1980-05-23 1981-12-19 Ricoh Co Ltd Vertical magnetic recorder and reproducer

Also Published As

Publication number Publication date
CA1179771A (en) 1984-12-18
GB2095888B (en) 1984-09-26
JPH0157405B2 (nl) 1989-12-05
FR2502824B1 (fr) 1985-01-04
JPS57162114A (en) 1982-10-05
DE3211581A1 (de) 1982-12-02
FR2502824A1 (fr) 1982-10-01
GB2095888A (en) 1982-10-06

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0071489B1 (en) A perpendicular magnetic recording and reproducing head
EP0360978B1 (en) A thin film magnetic head for perpendicular recording and reproducing
EP0091812B1 (en) A playback head for perpendicular magnetic recordings
US6922316B2 (en) Thin-film magnetic head and method of manufacturing same
EP0222183B1 (en) Thin film magnetic head
EP0521564B1 (en) Thin-film magnetic head
JPH09120507A (ja) 磁気ヘッド・アセンブリ
EP0159039B1 (en) Magnetic recording and reproducing system with composite magnetic head
NL8201231A (nl) Magneetkop.
US4700252A (en) Magnetic thin film head
US4768118A (en) Floating-type magnetic head
EP0191635B1 (en) Magnetic head
EP0273496B1 (en) Magnetic head having an electro-chemically inert gap of hard material
US4768121A (en) Magnetic head formed by composite main pole film and winding core for perpendicular magnetic recording
US4972279A (en) Microminimonolithic magnetic head slider
US4700253A (en) Slanted pole head for magnetic recording
NL8403971A (nl) Magnetische transducentkop.
EP0574896A2 (en) Composite type thin film magnetic head
US6233126B1 (en) Thin film magnetic head having low magnetic permeability layer, and method of manufacturing the magnetic head
JPH0833977B2 (ja) 垂直磁化用磁気ヘッド及びその製造方法
EP0590791A1 (en) Magnetooptical recording magnetic head and magnetooptical recording apparatus
EP0101352A1 (en) Read/write head with a planar coil or coils
EP0170004A1 (en) Magnetic head
EP0600549A2 (en) Thin-film magnetic head and method of manufacturing the magnetic head
US5936815A (en) Magnetic head

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed