NL8104680A - Elektrische flitsinrichting. - Google Patents

Elektrische flitsinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL8104680A
NL8104680A NL8104680A NL8104680A NL8104680A NL 8104680 A NL8104680 A NL 8104680A NL 8104680 A NL8104680 A NL 8104680A NL 8104680 A NL8104680 A NL 8104680A NL 8104680 A NL8104680 A NL 8104680A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
circuit
oscillating
voltage
flash device
electric
Prior art date
Application number
NL8104680A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Fuji Koeki Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Fuji Koeki Corp filed Critical Fuji Koeki Corp
Publication of NL8104680A publication Critical patent/NL8104680A/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H05ELECTRIC TECHNIQUES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • H05BELECTRIC HEATING; ELECTRIC LIGHT SOURCES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; CIRCUIT ARRANGEMENTS FOR ELECTRIC LIGHT SOURCES, IN GENERAL
    • H05B41/00Circuit arrangements or apparatus for igniting or operating discharge lamps
    • H05B41/14Circuit arrangements
    • H05B41/30Circuit arrangements in which the lamp is fed by pulses, e.g. flash lamp
    • H05B41/32Circuit arrangements in which the lamp is fed by pulses, e.g. flash lamp for single flash operation
    • GPHYSICS
    • G03PHOTOGRAPHY; CINEMATOGRAPHY; ANALOGOUS TECHNIQUES USING WAVES OTHER THAN OPTICAL WAVES; ELECTROGRAPHY; HOLOGRAPHY
    • G03BAPPARATUS OR ARRANGEMENTS FOR TAKING PHOTOGRAPHS OR FOR PROJECTING OR VIEWING THEM; APPARATUS OR ARRANGEMENTS EMPLOYING ANALOGOUS TECHNIQUES USING WAVES OTHER THAN OPTICAL WAVES; ACCESSORIES THEREFOR
    • G03B15/00Special procedures for taking photographs; Apparatus therefor
    • G03B15/02Illuminating scene
    • G03B15/03Combinations of cameras with lighting apparatus; Flash units
    • G03B15/05Combinations of cameras with electronic flash apparatus; Electronic flash units
    • GPHYSICS
    • G03PHOTOGRAPHY; CINEMATOGRAPHY; ANALOGOUS TECHNIQUES USING WAVES OTHER THAN OPTICAL WAVES; ELECTROGRAPHY; HOLOGRAPHY
    • G03BAPPARATUS OR ARRANGEMENTS FOR TAKING PHOTOGRAPHS OR FOR PROJECTING OR VIEWING THEM; APPARATUS OR ARRANGEMENTS EMPLOYING ANALOGOUS TECHNIQUES USING WAVES OTHER THAN OPTICAL WAVES; ACCESSORIES THEREFOR
    • G03B2215/00Special procedures for taking photographs; Apparatus therefor
    • G03B2215/05Combinations of cameras with electronic flash units

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Stroboscope Apparatuses (AREA)
  • Discharge-Lamp Control Circuits And Pulse- Feed Circuits (AREA)

Description

A ^
VO 2kkQ
Betr'. : Elektrische flitsinrichting.
De onderhavige uitvinding heeft "betrekking op apparatuur voor het teweegbrengen van flitslicht, meer in het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op een elektrische flitsinrichting, waarbij door het schakelen van een flitsbuis flitslicht teweeg wordt gebracht.
5 Flitsapparatuur heeft een wijd verbreide toepassing gevonden bij verschillende soorten van optische inrichtingen voor de werking waarvan flitslicht vereist is. In het bijzonder wordt op het gebied van de fotografie gebruik gemaakt van kunstlicht om een te fotograferen object te belichten.Een thans veelal toegepaste bron voor het teweegbrengen 10 van zulk kunstlicht is een z.g. flitsbuis.
Bij elektrische flitsinrichtingen is het ter verkrijging van een voor fotografische doeleinden dienende belichting met hoge intensiteit gebruikelijk om een geladen condensator via een met gas gevulde flitsbuis te ontladen. Hierbij wordt in het algemeen gebruik gemaakt 15 van een combinatie van een laagspanningsgelijkstroombron en geschikte ketenvoorzieningen ter verkrijging van de betrekkelijk hoge gelijkspanning die nodig is om de flitscondensator voor het telkens doen ontsteken van de flitsbuis, te laden. Aangezien een elektrische flitsinrichting van deze soort in het algemeen draagbaar is, worden gewoonlijk bat-20 terijen toegepast als bron voor het afgeven van de lage gelijkspanning.
Een van de batterijspanning afgeleide hoge spanning wordt verkregen door toepassing van een spanningsomzetter. Een spanningsomzetter omvat een transformator via welke een lage wisselspanning wordt omgezet in een hoge wisselspanning, en een gelijkrichter, waarmede de hoge wisselspanning 25 wordt gelijk gericht, en welke gelijkgerichte spanning dan wordt aangelegd aan de flitscondensator teneinde deze op te laden.
Het zal duidelijk zijn dat onder normale omstandigheden, waarin gebruik wordt gemaakt van een elektrische flitsinrichting, een aanzienlijk gedeelte van de tijd gedurende welke de inrichting is ingescha-30 keld, paraattijd kan zijn, d.w.z. de tijd die verloopt vanaf het moment, waarop de energievoeding de condensator tot een geschikte waarde heeft opgeladen en het moment voorafgaande aan het tijdstip, waarop de kamera-sluiter wordt bediend en waarbij de condensator zich via de flitsbuis ontlaadt. Gedurende deze tijd verbruikt de voedingsinrichting energie 35 van de batterijen zonder dat van enig nuttig verbruik sprake is. Dit ener- 8104680 V · * - 2 - gi.everlies kan aanzienlijk zijn in het "bijzonder wanneer de inrichting transformatoren bevat. Naarmate de batterijen ouder worden daalt de uit-gangsspanning daarvan, hetgeen betekent, dat de tijd die nodig is om de flitsbuis· tot ontsteking te brengen, langer wordt. Naarmate de uit-5 gangsspanning van de batterijen met de oudering daarvan afneemt, zal de inrichting bovendien niet meer in staat zijn om de flitsbuis flitslicht te doen afgeven.
Bij een dergelijke bekende, elektrische flitsinrichting wordt de spanningsomzetketen, wanneer de hoofdopslagcondensator zich ontlaadt 10 voor het af geven van de flits, ongunstig beïnvloed, aangezien een gedeel- ' te van de tijdens de ontlading ontstane stroom via de transistor in de spanningsomzetketen vloeit. Wanneer de hoofdopslagcondensator zich ontlaadt, heeft de spanningsomzetketen verder de neiging om deze hoofdopslagcondensator opnieuw op te laden als voorbereiding voor de volgende :·" 15 flitsoperatie, zolang wanneer de schakelaar van de voedingsbron" niet in de uit-stand is geschakeld. Indien deze schakelaar van de voedingsbron gedurende een lang tijdsinterval in zijn in-stand blijft geschakeld, is de spanningsomzetketen bij voortduring werkzaam om de hoofdopslagcondensator op te laden, hetgeen betekent, dat vanaf de batterij stroom 20 vloeit, totdat de voedingsbronschakelaar in de uit-stand wordt geschakeld.
Gedurende een dergelijke tijd verbruikt de voedingsinrichting energie van de batterij zonder dat van enig nuttig resultaat sprake is. Uiteindelijk is de elektrische flitsinrichting niet meer in staat om te 25 werken.
Een methode om aan de in het voorafgaande beschreven bezwaren tegemoet te komen is gegeven door een elektrische flitsinrichting, welke is voorzien van middelen, die na afloop van een voorafbepaald tijdsinterval, gerekend vanaf het flitsen van de flitsbuis, een oscilleerwerking 30 van een oscilleerketen tot stilstand brengen, teneinde aldus te verhinderen, dat energie aan de batterij wordt onttrokken. Ten aanzien van een dergelijke elektrische flitsinrichting bestaat het verdere bezwaar, dat elektrisch vermogen automatisch aan de inrichting wordt toegevoerd nadat de vermogensbron is uitgeschakeld door gebruikmaking van een met 35 de hand bedienbare schakelaar. Hierbij geldt, dat wanneer de vermogensbron automatisch wordt ingeschakeld, de elektrische lading wordt opgeslagen in een hoofdopslagcondensator, waarbij de flitsinrichting een 8104680 - ' « * - 3 - flits teweeg "brengt in synchronisme met een Kamer asluit er, wanneer althans de flitsxnricirting op een kamera is gemonteerd.
Met de onderhavige -uitvinding is in de eerste plaats nu beoogd een verbeterde elektrische flitsinrichting beschikbaar te stellen, waar-5 mede aan de in het bovengeschetste bezwaren tegemoet wordt gekomen, met andere woorden is beoogd een elektrische flitsinrichting beschikbaar te stellen die een hoog prestatievermogen heeft en die kostenverlagend is, Meer in het bijzonder is met de onderhavige uitvinding beoogd een elektrische flitsinrichting met een hoog prestatieniveau teweeg 10 be brengen, welke inrichting, bij geforceerde onderbreking betrekkelijk weinig elektrische energie gebruikt van een batterij, gemakkelijk te bedienen is, en in hoge mate efficient is in gebruik.
Dergelijke doeleinden en bijbehorende voordelen van de onderhavige uitvinding wordt bereikt met een verbeterde, elektrische flits-15 inrichting, waarbij de spanning, zoals afkomstig van een vermogensbron die een relatief lage batterijspanning geeft, wordt omgezet in een betrekkelijk hoog gelijkgerichte uitgangsspanning, die geschikt is om te worden toegevoerd aan een hoofdopslagcondensator» De batterij spanning wordt • aangelegd, aan een getransistoriseerde oscilleerketen. Sen geschikte hulp-20 spanning wordt via een schakelaar aangelegd aan een besturingselektrode van de transistor die deel uitmaakt van de oscilleerketen, teneinde deze keten tot oscilleren te brengen.
Het uitgangssignaal van de oscillator wordt gelijkgericht en als een gelijkgerichte uitgangsspanning aangelegd over de gelijkstroom- ' 25 belasting, De over de belasting aanwezige spanning kan worden aangelegd aan een verbruiksketen, zoals een fotoflitslamp, of soortgelijke middelen.
Een elektrische flitsinrichting volgens de uitvinding omvat een gelijkstroomvoedingsketen met een batterij, een spanningsomzetketen 30 die is ingericht om een gelijkspanning, afkomstig van de gelijkstroom-voedingsketen om te zetten in een wisselspanning, een laadketen voor het opslaan van elektrische lading, alsook voor het toevoeren van elektrische energie aan een flitsbuis van een flitsbuisketen, een schakelsignaal-genererende keten voor het schakelen van de flitsbuis van de flitsbuis-35 keten, en tijdcontrolemiddeien voor het besturen van de operationele tempering van de spanningsomzenketen en de schakelsignaai-besturende keten, teneinde de werking van de schakelsignaal-genererende keten te stoppen.
8,3 ,Λ ’ f? Λ Λ i ij ·ί ύ ï- ;· - ij. -
Ter nadere toelichting van de uitvinding zal in het onderstaande een uitvoeringsvorm daarvan hij wijze van voorbeeld worden beschreven met verwijzing naar de tekening, waarin een gedetailleerd schema is weergegeven van een elektrische flit sinrichting volgens de uit-^ vinding.
Een elektrische flitsinrichting, zoals deze in de figuur schematisch is weergegeven, omvat een gelijkstroomvermogensbronketen A, een spanningsomzetketen B voor het omzetten respectievelijk verhogen van de spanning, zoals afkomtig van de gelijkstroomvermogensvoedings-^ keten A in een wisselspanning,een gelijkrichtketen C voor het gelijk-richten van de opgevoerde wisselspanning, zoals afkomstig van de spanningsomzetketen B, een laadketen D voor het opslaan van elektrische energie, die vanaf de gelijkrichtketen C in de vorm van gelijkstroom wordt toegevoerd, alsook voor het toevoeren van elektrische energie 15 . ...
aan een belastxngsketen F, waarvan een flxtsbuxs deel uxtmaakt, een schakelsignaal-genererende keten E voor het schakelen van de flits-buis,‘doordat een schakelsignaal wordt aangelegd aan een schakelelek-trode van de flitsbuis, een belastingsketen in de vorm van een flits- buisketen, waarvan een flitsbuis deel uxtmaakt, een signaal-instellende 20 . .
keten G voor het opnemen van pxekspannxngen, en een oscxllatxebestu- ringsketen H door middel waarvan de oscilleerwerking van de oscilleer-keten kan worden gestart.
De elektrische flitsinrichting volgens de uitvinding omvat verder tijdcontrolemiddelen voor het besturen van de operatione tempe- 25 . . .
rxng van de genoemde spannxngsomzetketen B en de schakelsxgnaal-besturen- de keten J teneinde de werking van de schakelsignaal-genererende keten E te besturen en tot stilstand te kunnen brengen.
De vermogensbronketen A omvat een batterij 10. De spannxngsomzetketen omvat in hoofdzaak een oscilleerketen 0C. Meer in het bijzon- 30 der omvat de spannxngsomzetketen B een osexlleertransformator 11 met tenminste twee wikkelingen, zoals een primaire wikkeling 11a en een secundaire wikkeling 11b, alsook een derde wikkeling 11c; oscilleerschakel-elementen, gevormd door silicium transistors 12 en 13 met hoog prestatieniveau, welke transistor in parallelverband in de keten zijn opgenomen, 35 een weerstand 1^ voor het stabiliseren van de oscilleerwerking van de oscilleerketen 0C, een condensator 15 voor het stabiliseren van de oscilleerwerking met een schakelbesturingsorgaan voor het besturen van de 8104680 / * - 5 - werking van de in de vorm van oscilleertransistors 12 en 13 uitgevoerde s chakelelementen.
De ene aansluiting van de primaire wikkeling 11 a is rechtstreeks verbonden met een positieve aansluiting van de batterij 10 en 5 de andere aansluiting van de primaire wikkeling 11a is verbonden met de collectorelektroden van de oscilleertransistors 12 en 13» zodat de os-cilleerketen OC is gevormd. De condensator 15 is parallel verbonden met de NPN-type transistors 12 en 13. De collectorelektroden van de bestu-ringstransistors 16 en 17 zijn verbonden met de derde wikkeling 11c van 10 de oseilleertransformator 11. De derde wikkeling 11c is door middel van de weerstand 14 verbonden met de positieve aansluiting van de batterij 10. Een emitter elektrode van de besturingstransistor 16 is verbonden met een basiselektrode van de besturingstransistor 17. Een emitter elektrode van de transistor 17 is verbonden met de basiselektroden van de transis-15 tors 12 en 13.
De spanningsomzetketen B is in hoofdzaak een oscilleerketen van het type met spanningsterugkoppeling. Zoals in het voorafgaande vermeld, zijn de oscilleertransistors 12 en 13 van het ΝΒΓ-type met hoog prestatievermogen, waarbij de inwendige weerstand hoog is wanneer de desbe-20 treffende transistor in de niet-geleidende toestand verkeert. Zulks betekent, dat de lekstroom van de transistors 12 en 13 bijzonder gering is en vrijwel gelijk is aan nul, in vergelijking met een lekstroom, zoals voorkomend bij een germanium transistor. Daardoor is het niet nodig om in de vermogenshronketen A gebruik te maken van een vermogensbronschake-25 laar. De lekstroom heeft een geringe waarde, zoals bijvoorbeeld een waarde met een grootte-orde van 0,1 - 0,2 ^uA, of vrijwel nul.
De gelijkrichtketen C omvat een elektrische klep in de vorm van een diode 21, waarvan de kathode-elektrode is verbonden met de andere aansluiting van de secundaire wikkeling 11b van de oscilleertransfor-30 mator 11, waarbij deze diode 21 met betrekking tot de polariteit van de batterij 10 in de tegengestelde richting is gepoold. De laadketen D omvat een hoofdopslagcondensator 22, een stroombegrenzende weerstand 23, alsook parallel met elkaar verbonden indicatielamp in de vorm van een neon gloeilamp 2b, en een condensator 25. De neon gloeilamp 2k en de condensa-35 tor 25 zijn via de weerstand 23 parallel verbonden met de hoofdopslagcondensator 22.
De schakelpuls-genererende keten E omvat een laadweerstand 26, 8104330 - 6 - waarvan de ene aansluiting is verbonden met de ene aansluiting van de hoofdopslagcondensator 22, een s chakelc ondens at or 27, waarvan de ene aansluiting is verbonden met de andere aansluiting van de laadweerstand 23. een schakeltransformator 28 met een primaire wikkeling 28a en een 5 secundaire wikkeling 28¾, alsook een parallelverbonden synchronisatie- ' schakelaar 29, die in synchronisme met de werking van den kamera- en c ontrole-to et s schakelaar 30 aan en uit wordt geschakeld. De primaire wikkeling 28a van de schakeltransformator 28 is aangesloten tussen de scha-kelcondensator 27 en de schakelaar 29 en 30. De flitsbuisketen F omvat 10 een met gas gevulde flitsbuis k2, De flitsbuis k2 is voorzien van een paar hoofdstroom-geleidende elektroden b2& en U2b, en een sehakelelektro-de k2c, die in de nabijheid van en buiten de flitsbuis h2 is aangebracht. De schakelelektrode ^2c is verbonden met de ene aansluiting van de secundaire wikkeling 28b van de schakeltransformator 28 en de ene 15 hoofdstroom-geleidende elektrode U2a is met de andere aansluiting van de secundaire wikkeling 28b verbonden.
De signaal-instellende keten'G omvat een condensator 18, die parallel is verbonden met de secundaire wikkeling 18b van de oscilleer-transformator 11, een stroom-begrenzende weerstand 19 en een in de vorm 20 van een neongloeilamp 20 uitgevoerde indicatielamp, die in serie met de stroom-begrenzende weerstand 19 parallel is verbonden met de condensator 18.
De oscilleerwerking-besturende keten H omvat een besturings-transistor 3^, een oscilleerwerking startende condensator 33 en een 25 weerstand 32. Een collector-emitterpad van de transistor 3^· is aangesloten tussen de collectorelektrode en de basiselektrode van de transistor 16. De ene aansluiting van de oscilleerwerking-startende condensator 33 is verbonden met de basiselektrode van de transistor 3^ en de andere aansluiting van de condensator 33 is via de laadweerstand 32 verbonden 30 met het verbindingspunt tussen de diode 21 en de hoofdopslagcondensator 22, zodat de oscilleerwerking-besturende keten H is gevormd. De voor de oscilleerwerking werkzame tijdeontroleketen I omvat een oscilleerwerking start-terugzetketen en een oscilleerwerking stoptempering-instellende keten. De oscilleerwerking stoptempering-instellende keten omvat een 35 eerste twee-standen schakelaar 35, een hulpcondensator 36, een weerstand 38, een variabele weerstand 39 en een diode Uo„ De oscilleerwerking start-terugzetketen omvat de eerstegenoemde twee-standen schakelaar 35 8104680 «- φ - 7 - en de weerstand 37. De oseilleerwerking stoptempering-terugstellende keten omvat de eerstgenoemde twee-standen schakelaar, een tempeerketen, waarvan de eerstgenoemde tvee-standenschakelaar 35 deel uitmaakt, de hulpcondensator 36, een weerstand 38, de variabele weerstand 39 en de 5 diode Uo. - - . r';=
De twee-standen schakelaar 35 is voorzien van een eerste vast contact 35a, dat is verbonden met de derde wikkeling 11c, een tweede vast contact 35¾ en een beweegbaar contact 35c. De hulpcondensator 36 is aangesloten tussen het beweegbare contact 35c van de twee-standen 10 schakelaar 35 en de basiselektrode van de transistor 16* De weerstand 37 is aangesloten tussen het tweede vaste contact 35¾ en de basiselek-trode van de transistor 16. De serieketen, bestaande uit de weerstand 38, de variabele weerstand 39 en de diode ko is verbonden tussen de hulpcondensator 36 en de negatieve aansluiting van de batterij 10. De 15 schakelsignaal-besturende keten J omvat een tweede--twee-standen schakelaar Ij-1 die gelijktijdig met de eerste twee-standen schakelaar 35 wordt bediend, en die is voorzien van een eerste vast contact l*1a, dat is verbonden met de positieve aansluiting van de batterij 10, een tweede vast contact Ulb, dat is verbonden met de laadweerstand 26 en de scha-20 kelcondensator 27 en een beweegbaar contact Hlc, dat is verbonden enerzijds met de controledruktoetssehakelaar 30 en de parallel daarmede verbonden schakeltransformator 28 van de schakelsignaal-genererende keten E, anderzijds met de neon gloeilamp 2k en de parallel daarmede verbonden condensator 25 van de elektrische lading-opslagketen D.
25 De eerste twee-standen schakelaar 35 wordt door handbediening omgelegd gelijktijdig met de tweede twee-standen schakelaar hl door middel van zijn aan-uit starter. Wanneer de eerste twee-standen schakelaar 35 in de uit-stand staat begint de oseilleerwerking van de oscilleerke-ten 0C nog niet, aangezien de elektrische lading niet is opgeslagen in 30 de hulpcondensator 36, zodat daardoor de transistors 16 en 17 niet-geleidend zijn. Door de twee-standen schakelaars 35 en M in de aan-stand te schakelen wordt de hulpcondensator 36 vanuit de batterij 10 van de vermogensbronketen A opgeladen. Door de laadspanning die over de hulpcondensator 36 wordt ontwikkeld, ontvangt de transistor 16 een 35 hulpspanning, waardoor deze transistor 16 geleidend wordt, aangezien deze spanning zodanig wordt aangelegd, dat de potentiaal van de basiselektrode van deze transistor 16 hoger wordt dan die van de emitter- 8104680 * 8 -, elektrode van deze translater 16. Doordat de transistor 16 geleidend is ontvangen de basiselektroden van de transistors 12 en 13 een hulp spanning, waardoor deze transistors 12 en 13 geleidend worden, aangezien een hasisstroom wordt toegevoerd aan deze transistors 12 en 13 vanaf 5 de "batterij van de vermogensbronketen A, en wel via de weerstand 1U, de derde wikkeling 11c van de oscilleertransformator Ï1 en de transistor 17. Wanneer de öscilleertransistors 12’ en 13 geleidend worden, vloeit vanaf de “batterij 10 stroom door de primaire wikkeling 11a van de oscilleertransformator 11', waardoor de oscilleerwerking aan de gang 10 wordt gezet, waarbij gelijktijdig stroom vloeit vanaf.de derde wikkeling 11c naar de hulpcondensator 36. Wanneer de hulpcondensator 36 met dé polariteit, zoals weergegeven in dé figuur geleidelijk wordt opgeladen op de voorafbepaalde spanningswaarde, is de transistor 16 niet-gelei-dend wegens· de door deze transistor dan ontvangen hulpspanning, waar-15 door de transistor 17 eveneens niet-geleidend is. In deze situatie vloeit geen stroom in de spanningsomzetketen B, aangezien de lekstroom van de transistors 12 en 13 zeer gering is.
In deze situatie is de oscilleerspanning, zoals veroorzaakt door de stroomcapaciteit van de wikkelingen van de transformator 11 of 20 door de condensator 15, tevens werkzaam om de öscilleertransistors 12 en 13 aan- en uit»- te schakelen. De hoge'wisselspanning wordt gelijkgericht door de diode 21 van de gelijkrichtketen C, zodat een hoge gelijkspanning teweeg wordt gebracht.
Aangezien elke wikkeling van de oscilleertransformator 11 zoda-25 nig is gewikkeld, dat de stroom toeneemt, worden de transistors 12 en 13 geleidend als gevolg van een positieve terugkoppelWerking van de transformator 11.
De piek-absorberende condensator 18 van de signaal-instellende keten G maakt een in de keerrichting werkzame spanning over de secundaire 30 wikkeling 11b klein en compenseert een signaal, zodat de piekspanning wordt geabsorbeerd. De over de condensator 18 ontwikkelde spanning wordt via de weerstand 19 toegevoerd aan de neon gloeilamp 20, waardoor deze lamp 20 oplicht, hetgeen een indicatie is, dat de oscilleerwerking van de oscilleerketen OC gaande is. Wanneer de neon gloeilamp 20 is gedoofd, 35 is zulks verder een indicatie dat de oscilleerketen OC niet actief is.
De hoofdopslagcondensator 22 van de elektrische ladingopslag-keten D wordt opgeladen door middel van de sterke gelijkstroom, afkomstig 8104680 ί* 9 ” yan de gelijkrichtketen C en met een polariteit zoals weergegeven in de tekening, waarbij op dezelfde tijd tevens elektrische lading wordt opgeslagen in de oscilleerwerking start-condensator 33 yan de oscilleerwer-king-besturende keten H. Verder wordt elektrische lading opgeslagen in 5 de schakelcondensator 27.
Wanneer de hoofdopslagcondensator 22 volledig is opgeladen tot de voorafbepaalde spanning is bereikt, licht de neon gloeilamp 2k continu op als gevolg van de elektrische lading van de condensator 25, waarmede wordt aangegeven, dat de inrichting gereed is om de flitsbuis h2 10 op ontsteking te brengen. Hierna kan de flitsbuis k2 worden ontstoken door het sluiten van de kamerasluiterschakelaar 29. Het zal duidelijk zijn, dat deze schakelaar slechts kortdurend gedurende de werking van de kamerasluiter behoeft te worden gesloten. Door het sluiten van de schakelaar 29 wordt de elektrische lading van de schakelcondensator 27 15 via de schakelaar 29 en de primaire wikkeling 28a opgevoerd. Hierdoor wordt over de secundaire wikkeling 28b van de schakeltransfirmator 28 een hoogspanningspuls met een waarde van bijvoorbeeld 3000 volt ontwikkeld. De aldus over de secundaire wikkeling 28b ontwikkelde hoge spanning wordt aangelegd aan de schakelelektrode k2c van de flitsbuis k2, 20 waardoor een gedeelte van het zich daarin bevindende gas wordt geïoniseerd. De hoofdopslagcondensator 22 van de laadketen D ontlaadt zich dan via het gas, dat zich tussen de hoofdstroom-geleidende elektroden ^2a en U2b bevindt, waardoor een andere lichtflits ontstaat. Nadat de lading van de hoofdopslagcondensator 22 gering is geworden, wordt de elektrische 25 lading, die is opgeslagen in de oscilleerwerking startcondensator 33 automatisch naar de batterij 10 opgevoerd en wel via het basis-emitter-pad van de besturingstransistor 3^, de weerstand 38, de variabele weerstand 39 en de diode 40. Door het ontladen van de oscilleerwerking startcondensator 33 verschijnt een positieve potentiaal in de basisketen van 30 de transistors 12 en 13. In deze situatie wordt de oscilleerwerking van de oscilleerketen 0C aan de gang gezet of wordt in sommige gevallen afgebroken. In beide gevallen worden de transistors 12 en 13 geleidend door de positieve potentiaal op hun basiselektroden, waarna de oscilleerwerking van de oscilleerketen OC opnieuw wordt gestart.
35 De werking van de oscilleerwerking stop-tempeerketen I en de sehakelsignaal-besturende keten J zal in het onderstaande nader gedetailleerd worden beschreven.
8104680 -+' w ----- * · · " 10 r
Wanneer de eerste twee-standen schakelaar 35 van de oscilleer-werking stop-tempeerwerking "besturende keten I in zijn uit-stand staat, is de laadspanning nul, -waardoor de transistor 16 in eerste aanleg niet-geleidend is. Wanneer de transistor 16 niet-geleidend is, is de tran-5 sistor 17 eveneens niet-geleidend, zodat de oscilieertransistors 22 en 13 in eerste aanleg niet-geleidend zijn. De spanningsomzetketen B wordt derhalve niet geactiveerd. Wanneer de eerste twee-standen schakelaar 35 in zijn aan-stand is- geschakeld wordt stroom toegevoerd aan de hulp-condensator 36 en de laadspanning van de hulpeondensator 36' neemt 10 enigszins toe, waardoor de transistors 16 en 17 in eerste aanleg geleidend worden. Door het geleidend worden van de transistor 17’ geven de oscilieertransistors 12 en 13 schakelwerking, waardoor de spanningsom-zetkeisnB wordt geactiveerd. De laadspanning van de condensator 36 neemt verder geleidelijk toe tot een voor afbepaalde waarde, bereikt 15 volgens een tijdconstante die is gegeven door de capaciteitswaarde van de condensator 36, én detveèrstandswaarden van de weerstanden 1U en 38 en de variabele weerstand 39 van de tempeerketen. Wanneer de laadspanning de voorafbepaalde waarde heeft bereikt wordt de transistor 16 niet-geleidend na het voorafbepaalde tijdsinterval, aangezien de 20 potentiaal van de collectorelektrode van de transistor 16 hoger wordt dan die van de basiselektrode van deze transistor. Wanneer de transistor 16 niet-geleidend wordt, wordt de transistor 17 eveneens niet-geleidend, waardoor de oscilieertransistors 12 en 13 niet-geleidend worden, waardoor de werking van de spanningsomzetketen B wordt gestopt. In deze situatie 25 kan de oscilleerwerking stop-tempering worden ingesteld door de variabele weerstand 39 op een bepaalde weerstandswaarde in te stellen. De oscilleerwerking stop-tempering is in het algemeen bij voorkeur ingesteld op ongeveer 1-3 minuten, aangezien, wanneer het oscilleertijdinterval betrekkelijk lang is, zoais 10 minuten, de vermogensbron veel energie moet leve-30 ren en aangezien, wanneer het oscilleertij dint erval relatief kort is, de verbinding met de vermogensbron wordt afgebroken voordat de hoofdop-slagcondensator 22 volledig is geladen.
Wanneer de eerste twee-standen schakelaar 35 in de uit-stand is geschakeld, wordt de elektrische lading afgevoerd via het beweegbare 35 contact 35c van de eerste twee-standenschakelaar 35, het tweede vaste contact 35b en de weerstand 37 van de oscilleerwerking terugzetketen, zodat de elektrische lading van de hulpeondensator 36 nul wordt en op 8104580 - 11 - dezelfde tijd vanaf de "batterij 10 van de vermogensbronketen A en via de diode b0t de variabele veerstand 39 en de veerstand 38, een negatieve spanning vordt aangelegd aan de basiselektrode van de transistor 16, vaardoor deze transistor 16 niet-geleidend vordt.
5 Wanneer de tveede tvee-standen schakelaar hl van de schakel- signaalbesturende keten J in de uit-stand staat, vordt een indicatie-keten van de elektrische lading opslagketen D ontkoppeld van de batterij 10 van de vermogensbronketen A, zodat de neon gloeilamp h2 niet langer oplicht. Wanneer de tveede tvee-standenschakelaar Ui in zijn 10 uit-stand staat is verder de primaire zijde van de schakelsignaal-genererende keten E ontkoppeld van de batterij 10, vaarbij op dezelfde tijd de primaire zijde van de schakelpuls-genererende keten E is kort gesloten via het beveegbare contact Mc en het tveede vaste contact Mb. Daardoor vordt de elektrische lading van de schakeleondensator af-15 gevoerd via de veerstand 31 en het beveegbare contact Mc en het tveede vaste contact Mb van de tveede tvee-standen schakelaar M, zodat de flitsbuis k2 van de flitsbuisketen F geen flits afgeeft, zelfs vanneer de synchroneschakelaar in de aan-stand staat.
In de omzetketen B zijn de oscilleertransistors 12 en 13 20 parallel met elkaar verbonden, zodat een sterkere stroom kan vloeien dan vanneer slechts van een oscilleertransistor gebruik zou zijn gemaakt. De transistors 16 en 17 zijn met elkaar verbonden, zoals in de figuur is veergegeven, vaarbij de ingangsimpedantie is vergroot.
Door een dergelijke vergroting van de ingangsimpedantie vordt de stroom-25 onderbrekingsverking sterk verbeterd.
In de bovenomschreven uitvoeringsvorm kunnen verder PNP-type transistors als oscilleertransistors vorden toegepast teneinde dezelfde functie te vervullen als die van de elektrische flitsinrichting, zoals is veergegeven in de tekening. Verder kan gebruik vorden gemaakt van een 30 vermogensbronschakelaar, indien zulks bij bepaalde soorten van elektrische flitsinrichtingen is vereist.
Een elektrische flitsinrichting volgens de onderhavige uitvinding levert de volgende voordelen op.
De elektrische flitsinrichting is gemakkelijk te bedienen, 35 aangezien het voor de fotograaf niet nodig is om handelingen te verrichten voor een volgende flits van de flitsbuis, aangesien de oseilleer-keten met oscilleren begint nadat de flitsbuis een flits heeft afgegeven 8104680 « 12. · en vel zo lang als de eerste Weerstanden schakelaar in zijn aan-stand staat en zelfs vanneer de stroom, afkomstig van de vermogensbronketen is onderbroken en de oscilleerwerking van de oscilleerketen is gestopt.
Aangezien de oscilleerwerking stop-tempering kan vorden inge-5 steld door middel van een oscileerverking stop-tempering instellende keten kan de flit sinrichting volgens de onderhavige uitvinding in ruime mate vorden toegepast op verschillende soorten van kamera’s.
Verdere nuttige voordelen van de onderhavige uitvinding zijn : vermogensverlies vordt vermeden; en verkeerde behandeling van de elek-10 trische flitsinrichting kan vorden uitgesloten, aangezien de verhing van de spannlngsomzetketen vordt gestopt vanneer een met de hand be-dienbare schakelaar in de uit-stand vordt geschakeld en aangezien de flitsbuis geen flits teveeg brengt, zelfs vanneer de synchronisatie-sehakelaar in zijn aan-stand is geschakeld vanneer een met de hand be-15 dienbare schakelaar in de uit-stand staat.
Uit het voorafgaande blijkt, dat de verschillende doeleinden van de uitvinding vorden bereikt en andere voordeel biedende resultaten vorden verkregen.
8104680

Claims (13)

1. Elektrische flitsinrichting, omvattende een gelijkstroomver- mogenshronketen met een batterij; een spanningscmzetketen voor het omzetten van een gelijkspanning, afkomstig van de gelijkstroomvermogens-bronketen, in een wisselspanning; een gelijkrichtketen voor het gelijk-5 richten van genoemde wisselspanning in een gelijkspanning; een laadke-ten voor het opslaan van elektrische lading en voor het toevoeren van elektrische energie aan een flitsbuis van een flitsbuisketen; en een schakelsignaal-genererende keten voor het schakelen van de flitsbuis van de flitsbuisketen, gekenmerkt door een tijdcontrole-inrichting voor het 10 besturen van de tempering van de werking van de spanningscmzetketen; genoemde spanningsomzetketen is voorzien van een oscilleerketen met een oscilleertransformator voor het genereren van een wisselspanning, en een oscilleerschakelorgaan voor het in- en uit-schakelen van een door genoemde oscilleertransformator vloeiende stroom; en genoemde tempering be-15 sturende inrichting is voorzien van een oscilleerwerking stop-tempering instellende keten voor het instellen van een tijdsinterval gedurende hetwelk het genoemde oscilleerschakelorgaan van genoemde oscilleerketen niet-actief is, en een oscilleerwerking terugzetketen voor het terugzetten van de werking van genoemde oscilleerwerking stop-tempering instellende Γ.?20 keten.
2. Elektrische flitsinrichting volgens conclusie 1 gekenmerkt door middelen voor het stoppen van de werking van genoemde schakelsignaal-genererende keten.
3. Elektrische flitsinrichting volgens conclusie 1 of 2 gekenmerkt 25 door een oscilleerwerking-besturende keten voor het besturen van de werking van genoemde spanningsomzetketen, wanneer de elektrische lading van genoemde laadketen is verminderd. U. Elektrische flitsinrichting volgens een van de voorafgaande con clusies met het kenmerk, dat genoemde spanningsomzetketen is voorzien van 30 een schakelbesturingsorgaan voor het besturen van de aan-uit-werkingen van genoemde oscilleerketen van de spanningsomzetketen.
5· Elektrische flitsinrichting volgens een van de voorafgaande conclusies gekenmerkt door een signaal-instellende keten voor het instellen van een spanningssignaal van een genoemde spanningsomzetketen-gegene-35 reerde wisselspanning. 8104680 — lit —
6. Elektrische flitsinrichting volgens een van de voorafgaande conclusies 2-5 met het kenmerk, dat genoemde middelen voor het stoppen van de werking van genoemde schakelsignaal-genererende keten een tweede twee-standen schakelaar omvatten die een primaire zijde van genoemde 5 schakelsignaal-genererende keten kunnen kortsluiten.
7. Elektrische flitsinrichting volgens een van de voorafgaande conclusies k - 6 met het kenmerk, dat het genoemde oscilleerwerking-schakelorgaan van de oscilleerketen NPH-type silicium transistors omvat met een hoge lekstroomweerstand. 10 8, Elektrische flitsinrichting volgens een van de voorafgaande conclusies k - 6 met het kenmerk, dat het genoemde oscilleerwerking-schakelorgaan van de oscilleerketen PNP-type silicium transistors omvat met een hoge lekstroomweerstand.
9. Elektrische flitsinrichting volgens een van de voorafgaande 15 conclusies k - 6 met het kenmerk, dat het genoemde schakelbesturings- orgaan besturingstransistors omvat voor het "besturen van de aan- en uitwerkingen van het genoemde oscilleerwerkingsschakelorgaan.
10. Elektrische flitsinrichting volgens een van de voorafgaande conclusies met het kenmerk, dat genoemde oscilleerwerking stop-tempering- 20 instellende keten omvat een tempeerketen met een eerste twee-standen schakelaar die is aangebracht tussen genoemde oscilleertransformator van de spanningsomzetketen en een hulpcondensator die met deze twee-standen schakelaar is verbonden, en eeh variabele weerstand die is aangesloten tussen deze hulpcondensator en de batterij van de vermogenbronketen.
11. Elektrische flitsinrichting volgens conclusie 10 met het kenmerk dat genoemde tempeerketen verder omvat een diode die is verbonden tussen genoemde variabele weerstand en genoemde batterij.
12. Elektrische flitsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies met het kenmerk, dat genoemde oscilleerwerking terugzetketen om- 30 vat een eerste twee-standen schakelaar, die is verbonden met de hulpcondensator en een weerstand die via deze eerste· twee-standen schakelaar parallel kan worden verbonden met deze hulpcondensator.
13. Elektrische flitsinrichting volgens conclusie 12 met het ken- merk, dat genoemde oscilleerwerking terugzetketen verder is voorzien van 35 een diode die is verbonden tussen genoemde weerstand en de batterij van de vermogensbronketen.
1 Elektrische flitsinrichting volgens een'van de voorafgaande 8104680 - 15 - conclusies 3-13 met het kenmerk, dat genoemde oseilleerwerking-besturende keten omvat een hesturingstransistor, die is ingericht om de spanningsomzetketen in -werking te "brengen, en een oscilleerverking startcondensator die is ingericht om genoemde hesturingstransistor in j. werking te stellen wanneer de laadspanning van genoemde laadketen afneemt.
15. Elektrische flitsinrichting volgens een van de voorafgaande conclusies 5-1^ met het kenmerk, dat genoemde signaal-instellende keten omvat een condensator die parallel is verbonden met een secundaire ^ wikkeling van de oscilleertransformator en een indicatielamp, die parallel is verbonden met deze condensator. 8104630
NL8104680A 1980-10-15 1981-10-14 Elektrische flitsinrichting. NL8104680A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP55144801A JPS5767918A (en) 1980-10-15 1980-10-15 Flash device
JP14480180 1980-10-15

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8104680A true NL8104680A (nl) 1982-05-03

Family

ID=15370773

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8104680A NL8104680A (nl) 1980-10-15 1981-10-14 Elektrische flitsinrichting.

Country Status (5)

Country Link
JP (1) JPS5767918A (nl)
DE (1) DE3140828A1 (nl)
FR (1) FR2492211A1 (nl)
GB (1) GB2088157A (nl)
NL (1) NL8104680A (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4530550A (en) * 1982-09-13 1985-07-23 Olympus Optical Company Ltd. Power supply unit for electronic flash
US4613847A (en) * 1983-08-08 1986-09-23 Life Light Systems Emergency signal

Also Published As

Publication number Publication date
FR2492211B3 (nl) 1983-08-19
JPS5767918A (en) 1982-04-24
GB2088157A (en) 1982-06-03
FR2492211A1 (fr) 1982-04-16
DE3140828A1 (de) 1982-07-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4275335A (en) Constant light intensity electronic flash device
US3846811A (en) Flash unit for use with camera
US4323822A (en) Electric flash device
US4626093A (en) Flash control device for electronic flash apparatus
US4847538A (en) Electronic flash equipment
US4404497A (en) Power supplying apparatus
US5046152A (en) Ignition circuit for a gas discharge lamp
NL8104680A (nl) Elektrische flitsinrichting.
NL8006077A (nl) Elektrische flitsinrichting.
US4942340A (en) Arrangement for displaying operation of booster circuit for flash device camera
US3675078A (en) Electronic lamp driving circuit for hand held lamp
US3422308A (en) Light intensifier circuit for flash photography
US4158155A (en) Ignition circuit for extinguishing tubes in electronic flash equipment
US4298826A (en) Automatic flash unit
GB2067032A (en) Power supply arrangement for electric flash device
US3805112A (en) Light source apparatus for endoscope
US4469989A (en) Electric flash apparatus
US5386180A (en) Strobo apparatus
JP2778778B2 (ja) 調光式ストロボの制御回路
NL7900275A (nl) Elektrische flitsinrichting.
GB2125978A (en) Photographic flash device
NL8101331A (nl) Electrische flitsinrichting.
KR920008986Y1 (ko) 카메라의 스트로브 발진 제어회로
CA1174267A (en) Electric flash device
CA1164521A (en) Power supply arrangement for an optical apparatus

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed