NL8101976A

NL8101976A - Ruimtelijk logisch speelgoed.

Info

Publication number: NL8101976A
Application number: NL8101976A
Authority: NL
Original assignee: Politechnika Ipari Szovetkezet
Priority date: 1980-10-28
Filing date: 1981-04-22
Publication date: 1982-05-17
Also published as: CU35486A; FR2492675A1; US4378116A; ES258378U; AU6965181A; IT8121566A0; DD158739A5; FI811295L; PT72912A; ES502315A0; RO84980B; IT8121672V0; BE889103A; PT72912B; IL62670A0; GR74510B; ES8203623A1; JPS5775678A; EG15235A; BR8103135A

Description

‘ *x 4 - 1 -

Ruimtelijk logisch speelgoed

De uitvinding heeft betrekking op ruimtelijk logisch speelgoed, dat gevormd is van in totaal achttien speelgoedelementen, die een regelmatig of een onregelmatig ruimtelijk lichaam, bij voorkeur een langwerpig lichaam, vormen in een samengestelde toestand.

5 Ruimtelijk logisch speelgoed is welbekend. Gewezen kan worden op hetgeen beschreven is in het Hongaarse octrooischrift 170 062 (van dezelfde aanvrager en uitvinder), dat betrekking heeft op ruimtelijk logisch speelgoed, bestaande uit zeventwintig lichamen, die een kubus vormen in een samengestelde toestand. De speelgoedelementen — 10 de kleine kubussen — kunnen gedraaid worden langs de ruimtelijke assen van de kubus door middel van de verbindingselementen die aangebracht zijn in het geometrische midden van de grote kubus. De vlakken van de kleine kubussen, die telkens één vlak van de grote kubus vormen, zijn gekleurd of dragen nummers, figuren of willekeurige andere sym-15 bolen, welke samengesteld kunnen worden in de bepaalde logische rangschikking of volgorde door het tegelijk draaien van de negen speelgoedelementen, die de vlakken van de "grote kubus" vormen.

Het logische speelgoed volgens de uitvinding vertegenwoordigt een ontwikkelde vorm van het eerder beschreven ruimtelijke logische 20 speelgoed.

De constructie is gebaseerd op dezelfde beginselen, maar de inwendige verbinding wordt uitgevoerd door middel van absoluut nieuwe en bijzondere lichamen.

Met de identieke constructie wordt bedoeld dat elke zes 25 of negen speelgoedelementen van de speelgoedelementen, die de vlakken van het baksteenvormige lichaam vormen, tegelijk gedraaid kunnen worden rond elk van de ruimtelijke assen van dit lichaam. Op een dergelijke wijze leveren de kleuren, figuren, nummers of willekeurige andere symbolen (bijvoorbeeld domino 's) op de buitenvlakken van de 30 speelgoedelementen, die het oppervlak van het ruimtelijke logische speelgoed volgens de uitvinding vormen, ontelbare mogelijke variaties op, die in het bijzonder voor het stimuleren van het logische denken van tieners dienen, onder het tegelijk mogelijk maken van het opstellen van regels van verschillende binnenshuisspellen, alsmede het gedrag 8101976 4 X - 2 - daarvan.

Het oogmerk van de uitvinding bestaat uit het ontwikkelen van ruimtelijk logisch speelgoed, dat opgebouwd is uit in totaal achttien speelgoedelementen, die een lichaam (een regelmatig of vorm-5 looslichaam) vormen, bij voorkeur een baksteenvormig lichaam, in een samengestelde toestand, terwijl deze speelgoedelementen onderling verbonden worden in het midden van het lichaam zonder afzonderlijke verbindingsprofielen te gebruiken, louter door het model van de lichamen van de speelgoedelementen zelf; langs de ruimtelijke assen 10 van het ruimtelijke logische speelgoed kunnen zes of negen speelgoedelementen tegelijk gedraaid worden, onder het opleveren van de mogelijkheid van verscheidene spelvariaties door middel van de symbolen, nummers, kleuren enz. die op het buitenvlak te vinden zijn, d.w.z. door de daardoor gedragen inhoud.

15 Volgens de uitvinding is het gestelde oogmerk op een zodanige wijze gerealiseerd dat van de achttien speelgoedelementen acht speelgoedelementen op een identieke wijze gemodelleerd zijn, terwijl twee identieke speelgoedelementen zo gevormd zijn dat hierdoor de centrale bevestiging gerealiseerd wordt. Eén hoek resp. één zijde van de iden-20 tiek gemodelleerde acht speelgoedelementen — die bij voorkeur kleine kubussen zijn — die naar het geometrische midden van het samengestelde lichaam gekeerd is, is gevormd als een beweegbare lichaamsgeleding, die wederzijds verbonden wordt en zich aangrenzend bevindt aan de twee voorkeursspeelgoedelementen en.bij bevestiging met één enkele 25 veerschroef het ruimtelijke logische speelgoed volgens de uitvinding vormen.

De oplossing volgens de uitvinding, d.w.z. model, wijze van onderlinge verbinding en centrale bevestiging zullen in detail beschreven worden aan de hand van twee in de tekening weergegeven 30 voorkeursuitvoeringen daarvan.

Fig. 1 toont het ruimtelijke logische speelgoed in een samengestelde toestand, fig. 2 toont een van de identieke acht speelgoedelementen, die tot de eerste groep behoren, in een schematische afbeelding, 35 fig. 3 is een schematische afbeelding van een van de acht 8101976 - 3 - 1 λ ν identiek gemodelleerde speelgoedelementen, die tot de tweede groep behoren, twee fig. 4 toont een van de/speelgoedelementen, die voor de centrale bevestiging dienen, 5 fig. 5 is een doorsnede over het speelgoed dat samengesteld is in de zin van de uitvinding, fig. 6 is een langsaanzicht daarvan, fig. 7 toont een van de acht identieke speelgoedelementen, die tot de eerste groep behoren, in het geval van een verdersvoorkeurs-10 uitvoering, fig. 8 toont een van de speelgoedelementen, die tot de tweede groep behoren, fig. 9 toont een van de speelgoedelementen, die de verbinding tussen de speelgoedelementen tot stand br'engen, 15 fig. 10 is een doorsnede over het speelgoed volgens de tweede uitvoering van de uitvinding, fig. 11 is een langsaanzicht daarvan, en fig. 12 toont de halve doorsnede van de elkaar snijdende assen die de speelgoedelementen bevestigen.

20 De acht identiek gemodelleerde speelgoedelementen 1, die tot de eerste groep behoren, bestaan uit kubussen; aan de rand van een van de hoeken van deze kubussen is een lichaam 2 verbonden. Het lichaam 2 heeft twee begrenzingsvlakken, die op een bepaalde eenheids-afstand van het oppervlak van de kubus liggen en evenwijdig lopen met 25 het begrenzingsvlak van de kubus, en zodoende omsluiten zij een rechthoek met elkaar. Het derde vlak van het lichaam 2 ligt in hetzelfde vlak als het vierkante vlak bij een gegeven hoek van de kubus, en zodoende heeft het lichaam 2 in hoofdzaak het model van een hoekprofiel en worden de vlakken, die evenwijdig liggen met de begrenzingsvlakken 30 van de kubus, begrensd door een kromme van de vorm van een kwart van een ellips, terwijl de dikte van het vlak gelijk is aan de eenheids-afstand van de kubus gemeten. Op een dergelijke wijze vormt het hoekprofiel een holte met een gekromd vlak en is het aan de kubus verbonden door tussenkomst van het lichaam dat zich aangrenzend bevindt aan 35 de twee vlakken.

8101976 t ι - 4 -

De acht identiek gemodelleerde speelgoedelementen 3, die tot de tweede groep behoren, zijn ook dobbelsteenvormig, en in feite bestaan zij uit de'kubus en het dicht daaraan verbonden lichaam 4. Het lichaam ligt op de eerder ve&ozen eenheidsafstand van een van de be-5 grenzingsvlakken van de kubus. Een van de begrenzingsvlakken 5, dat uit het vlak van de kubus steekt, vormt een plat vlak, dat evenwijdig loopt met het begrenzingsvlak van de kubus, ruw genomen is het langwerpig, is de onderste grenslijn daarvan recht en wordt hierdoor een vlak gesloten dat identiek is met het onderste begrenzingsvlak van de 10 kubus. De bovenste grenslijn is gekromd, terwijl de frezing met een evenwijdig bolrond gekromd vlak de voorverkozen eenheidsafstand verzekert, en zodoende zal de dikte van het vlak, dat naast de frezing ligt, van dezelfde afmeting zijn. De derde en vierde begrenzingsvlak-ken van het lichaam zijn vlakken die evenwijdig lopen met de corres-15 ponderende zijvlakken van de kubus en zij zijn met het voorvlak van de kubus verbonden via de holte die gevormd is met het bolronde vlak dat in overeenstemming is met de afmeting die als een eenheid verkozen is. Op een dergelijke wijze worden de andere zijden van deze holten gevormd door de tegenovergesteld liggende vlakken van de kubus, waar-20 van de hoeken af gesneden zijn door de holrond gekromde lijn 6.

De derde groep van de speelgoedelementenvan het logische speelgoed volgens de uitvinding omvatten twee identieke speelgoedelementen 7, die aangebracht zijn in het middendeel van het lichaam. Deze elementen vertonen in zijaanzicht een T-model met een dikke verticale 25 steel. De verticale steel van het T-model wordt gevormd door het prisma 8 met een vierkante basis, terwijl de horizontale steel van het T-model gevormd wordt door een lichaam, dat in bovenaanzicht een vierkante basis vertoont. De afmeting van dit vierkant correspondeert met de afmeting van de kubussen die de twee eerdergenoemde speelgoedele-30 menten vormen. Langs de omtrek van het prisma bevindt zich een gekromde groef, waarvan de afmeting correspondeert met de afstand, die als een eenheid verkozen is, terwijl de breedte van de horizontale "steel" zo gekozen is, dat het bovenste deel van de rechthoek, begrensd door een gekromde bolronde lijn, gevormd door het lichaam van het speelgoed-35 element, dat tot de tweede groep behoort, uit een van de begrenzings- 8101976 - 5 - tl vlakken van de kubus steekt — die gescheiden zijn van dit begrenzings-vlak van de kubus door de bolronde holte, die als de eenheid verkozen is --- nauwkeurig passen moet in de holte naast de horizontale steel van het T-model en op een zodanige wijze, dat de begrenzingsvlakken 5 onder de passend aangebrachte delen van de lichamen in hetzelfde vlak moeten liggen.

De bevestiging wordt uitgevoerd door de schroef, die omsloten is door de veer 8, en die geschroefd wordt in de van schroefdraad voorziene boring van het centraal aangebrachte speelgoedelement 7; 10 deze schroef 9 gaat ook door de doorgaande boring van het tegenoverliggende, identiek gemodelleerde speelgoedelement 7. Het speelgoed wordt op· een zodanige wijze samengesteld, dat het speelgoedelement 7, dat met de van schroefdraad voorziene boring uitgevoerd is, op het lichaamsdeel geplaatst wordt, dat de horizontale steel van het T-15 model vormt. Na aanbrenging van het langwerpige uitstekende deel van de speelgoedelementen 3, dat begrensd wordt door een gekromde lijn, in de holten van het speelgoedelement 7, die evenwijdig lopen met de zijvlakken van het vierkante prisma, worden de vier zijden verbonden.

Over dergelijke wijze wordt een ingewikkeld lichaam in de vorm van een 20 Grieks kruis verkregen. Hierna worden de twee helften onderling bevestigd, en wordt de schroef 9 met de veer 8 door de doorgaande boring van het tweede speelgoedelement 7 gevoerd en in de van schroefdraad voorziene boring van het eerste speelgoedelement 7 geschroefd. Bij voorkeur wordt de boring op het speelgoedelement 7 gesloten door 25 middel van een dicht passende plug.

Op een dergelijke wijze vormt het logische speelgoed volgens de uitvinding een onverbreekbare eenheid. Door het verbinden van de holten met de gekromde vlakken kunnen de speelgoedelementen 1, 3 in elke richting van de ruimtelijke assen van het logische speelgoed 30 gedraaid worden. Een volledige bevestiging kan uitgevoerd worden door middel van één enkele schroef: de verbinding tussen de speelgoedelementen - op een draaibare maar tegelijk onverbreekbare wijze - kan tot stand gebracht worden door middel van de lichamen.

Een verdere voorkeursuitvoering van het ruimtelijke logische 35 speelgoed kan opgebouwd zijn uit de volgende speelgoedelementen: 8101976 * 1 --6-

Het speelgoedelement 10 dat tot de eerste groep behoort (fig. 7) bestaat uit een kubus, bij de hoek waarvan het lichaam 11 aangebracht is. Een van de begrenzingsvlakken van dit lichaam ligt in één vlak met het begrenzingsvlak van de kubus, terwijl de verdere 5 twee begrenzingsvlakken uit uitstekende platte vlakken bestaan, maar tegelijk lopen zij evenwijdig met de vlakken van de kubus; de derde en vierde begrenzingsvlakken worden gevormd door de gekromde bolronde vlakken 12, en bijgevolg vormt het lichaam 11 een V-vormig uitbouwsel bij de hoek van de kubus.

10 Het speelgoedelement 13, dat door de tweede groep behoort, bestaat, uit een beweegbare lichaamsgeleding en is in hoofdzaak afgeleid van een kubus (fig. 8). In een van de begrenzingsvlakken van de kubus bevindt zich de holte 14; het kanaal 15 met een halfrond profiel verloopt loodrecht op de holte 14, maar de lengte daarvan zet zich 15 voort in de volle lengte van het lichaam dat uit het vlak van het andere begrenzingsvlak van de kubus steekt. Een van de begrenzingsvlakken van dit uitstekende lichaam 16 wordt gevormd door een vlak dat evenwijdig loopt met het begrenzingsvlak van de kubus, waaraan vlakken, die' evenwijdig met elkaar lopen, verbonden zijn aan weers-20 zijden en daarnaast zijn de zijden van de kubus gefreesd met de holronde verbindingsvlakken 17.

De speelgoedelementen 18 die de verbindingselementen vertegenwoordigen (fig. 9) zijn identiek met de lichamen die eerder beschreven zijn in samenhang met de eerste uitvoering van de uitvinding 25 (fig. 4).

Fig. 12 toont de halve doorsnede van de elkaar snijdende assen 19. De elkaar snijdende assen worden gevormd door de vier cilinders die verbonden zijn aan het centraal aangebrachte platte prisma en door de schijven, aangebracht aan het einde van deze cilinders, 30 die als een onafscheidelijk deel daarvan gevormd zijn. De elkaar ·· snijdende assen passen in de holte 14, d.w.z. een cilindrisch deel past bij het kanaal 15.

De samenstelling wordt uitgevoerd op dezelfde wijze als eerder beschreven is in samenhang met de eerste uitvoering. De schroef, 35 die door de veer omsloten is, wordt geschroefd in de boring, die gaat 81019 7 6 .......... - .. -3

- 7 - r J

door het verbindingselement en het centraal aangebrachte prisma van de elkaar snijdende assen 19; na het aanhalen van de schroef wordt het speelgoed onlosmaakbaar en kan het alleen gedemonteerd worden na het verwijderen van de schroef. Draaiing wordt mogelijk - overeenkom-5 stig aan de eerste uitvoering - in elke richting langs de ruimtelijke assen van het ruimtelijke logische speelgoed.

Door het draaien van het speelgoedelement kunnen verscheidene variaties verkregen worden.

Het grootste voordeel van de uitvinding ligt hierin dat op 10 het vlak van de speelgoedelementen reliëfachtige vormgevingen (symbolen, figuren, letters enz.) gevormd kunnen worden, en bijgevolg kan speelgoed gecreëerd worden voor blinde mensen, dat absoluut gelijkwaardig is aan het logische speelgoed*voor diegenen met een volmaakt zicht.

Op grond van de goede geschiktheid kunnen de speelgoedele-15 menten die het ruimtelijke logische speelgoed vormen - in het bijzonder kubussen - geproduceerd worden van een kunststof door spuitgieten.

Met het oog op materiaal^besparing kunnen de elementen met een hol inwendige vervaardigd worden.

Kort samenvattend wordt gezien dat de uitvinding betrekking 20 heeft op ruimtelijk logisch speelgoed , dat de ontwikkelde vorm van het in het Hongaarse octrooischrift 170 662 geopenbaarde speelgoed vertegenwoordigt.

Als kenmerkend voor de uitvinding kan vermeld worden dat het ruimtelijke logische speelgoed gevormd wordt door in totaal acht-25 tien speelgoedelementen (zestien speelgoedelementen en twee verbindingselementen), elk van welke acht speelgoedelementen en twee verbindingselementen uit identiek gemodelleerde bouwelementen bestaat. Deze elementen worden elk tot één geheel verenigd met een beweegbare lichaams-geleding, met holten met bolronde of holronde vlakken daartussenin.

30 De elementen worden met behulp van de lichamen verbonden aan de centraal aangebrachte identieke verbindingselementen, die in zijaanzicht een T-model vertonen en bij samenstelling vormen zij een regelmatig of een onregelmatig lichaam. De bevestiging wordt uitgevoerd door middel van één enkele schroef, die door de boringen in de verbindingselementen 35 gaat. Op een dergelijke wijze kunnen de speelgoedelementen, die de zij- 8101976 ί » - 8 - vlakken van het ruimtelijke logische speelgoed vormen, gedraaid worden langs de ruimtelijke assen en door het opleveren van verscheidene variatiemogelijkheden is het speelgoed heel geschikt voor het stimuleren van logische denkactiviteit.

5 Het kenmerkende voordeel van het speelgoed ligt hierin dat door het vormen van de-reliefachtige vormgevingen (figuren, letters, nummers enz.) op het buitenvlak van de speelgoedelementenh'et tot een gemakkelijk te beheersen speelgoed voor blinde mensen gemaakt kan worden dat gelijkwaardig is aan dat voor diegenen met een gezond 10 zicht.

.. - _______ ____:22 8101976

Claims

1. Ruimtelijk logisch speelgoed, dat samengesteld wordt uit speelgoedelementen, waarbij de speelgoedelementen in een bepaald aantal gedraaid kunnen worden in de richting van de ruimtelijke assen te beginnen bij het geometrische midden van het logische speelgoed, 5 gekenmerkt doordat het ruimtelijke logische speelgoed gevormd wordt door in totaal achttien speelgoedelementen, waarvan acht speelgoedelementen elk (1,3) bestaan uit kubussen, voorzien van identiek gemodelleerde lichamen en onderling verbonden door middel van een speelgoedelement (7), dat als een verbindingselement dient en bij 10 samenstelling met de verbindingselementen en elkaar de lichamen een tot één geheel verenigd regelmatig of onregelmatig lichaam vormen, dat bevestigd wordt door middel van één enkele schroef (9),die omslo- een . ten is door^veer (8).

2. Ruimtelijk logisch speelgoed volgens conclusie 1, geken-15 merkt doordat in een samengestelde toestand het speelgoed het model van een regelmatig geometrisch lichaam heeft, waarbij de speelgoedelementen (1) daarvan, die tot de eerste groep behoren, gevormd worden door acht kubusvormige overeenkomstige speelgoedelementen, terwijl aan een van de hoeken van de kubussen lichaam (2) verbonden is, waar-20 van de twee begrenzingsvlakken op een eenheidsafstand van het vlak van de kubus liggen en evenwijdig lopen met de begrenzingsvlakken van de kubus en deze afgesneden zijn in de vorm van een ellips-kwart, terwijl het derde begrenzingsvlak in één vlak ligt met de basis van de kubus en tussen de twee begrenzingsvlakken van het lichaam, die evenwijdig 25 lopen met de kubus, en de kubus er een holte met een bolrond vlak optreedt .

3. Ruimtelijk logisch speelgoed volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat acht absoluut identiek gemodelleerde kubusvormige speelgoedelementen (1) behoren tot de tweede groep van de speelgoedelementen 30 die het samengestelde logische speelgoed vormt, terwijl uit het vlak van een van de vlakken van de kubus een lichaam (4) steekt op een eenheidsafstand van het vlak van de kubus, waarbij het lichaam uit een rechthoek met een bovenste gekromde bolronde grenslijn bestaat en zich tussen de kubus en de rechthoek een holte met een gekromd vlak bevindt, 8101976

4. Ruimtelijk logisch speelgoed volgens een der conclusies 1 t/m 3, gekenmerkt doordat de elementen, die tot de derde groep behoren, gevormd zijn door twee identiek gemodelleerde speelgoedelementen 10 (7), bestaande uit twee prisma’s met een vierkante basis en hét daar aan verbonden lichaam ook met een vierkante basis, waarbij langs de omtrek van het prisma de groef met een holrond vlak gefreesd is in het vierkante lichaam, terwijl de vierkante vorm van het lichaam van dezelfde afmeting is als de vierkante begrenzingsvlakken van de speelgoedelemen-15 ten, die tot de eerste en de tweede groepen behoren, en voorts in een van de verbindingselementen er een doorgaande boring en in het prima-tische deel van het andere verbindingselement een· van schroefdraad , voorziene boring optreedt, die onderling verbonden zijn door middel van de schroef (9), die omsloten is door de veer (8).

4· J « - 10 - terwij 1 de derde en vierde begrenzingsvlakken van het lichaam gevormd worden door vlakken die evenwijdig lopen met het corresponderende zijvlak en zich tussen de kubus en de vlakken holten met een bolrond vlak bevinden, en tegelijk de andere zijden van de holte gevormd wor-5 den door de vlakken van de kubus die tegenover elkaar liggen en de hoeken van de vlakken afgesneden zijn langs een gekromde lijn (6).

5. Ruimtelijk logisch speelgoed volgens conclusie 1, geken merkt doordat de speelgoedelementen (10), die tot de eerste groep behoren, gevormd zijn door kubussen, die voorzien zijn van een uitstekend lichaam (11) bij een van de hoeken, waarbij een van de begrenzingsvlakken van het lichaam in één vlak ligt met een van de begrenzings--25 vlakken van de kubus, terwijl voorts twee begrenzingsvlakken uit vlakken bestaan, die uit de corresponderende vlakken van de kubus steken maar daarmee evenwijdig lopen, terwijl de derde en vierde begrenzingsvlakken van het lichaam gevormd worden door een bolrond gekromd vlak (12) (fig. 7).

6. Ruimtelijk logisch speelgoed volgens conclusie 1, geken merkt doordat de identiek gemodelleerde speelgoedelementen (13), die tot de tweede groep behoren, uit beweegbare lichaamsgeledingen bestaan, die van een kubus afgeleid zijn, welke op een zodanige wijze gemodelleerd zijn, dat op een van de begrenzingsvlakken van de kubus een holte 35 (14) optreedt en een halfrond kanaal (15) loodrecht daarop verloopt en 8101976 » - f - 11 - de lengte van het kanaal zich voortzet in de volle lengte van het lichaam (16), dat uit het andere begrenzingsvlak van de kubus steekt, en tegelijk het voorste begrenzingsvlak van het lichaam (16) evenwijdig loopt met het corresponderende begrenzingsvlak van de kubus, terwijl er 5 aan weerszijden begrenzingsvlakken te vinden zijn, waar-naast de zijden van de kubus gefreesd zijn met een holrond verbindingsvlak (17).

7. Ruimtelijk logisch speelgoed volgens conclusie 5 of 6, gekenmerkt doordat de speelgoedelementen onderling verbonden zijn door middel van elkaar snijdende assen (19), bestaande uit cilinders, waar- 10 bij schijven bevestigd zijn op het einde van deze cilinders en een plat prisma, alsmede door middel van de daardoor gevoerde schroef. *

8. Inrichting, in hoofdzaak zoals voorgesteld in de beschrijving en/of tekening. 8101976