NL8101221A - Verlichtingsarmatuur. - Google Patents

Description

, * t * * PHN 9971 1

NoV. Philips' Gloeilampenfabrieken te Eindhoven "Verlichtingsarmatnur"

De uitvinding heeft betrekking op een verl ich-hi ng^anmhmr voor een buisvormige ontladingslanp, met een langwerpig dunwandig huis, dat aan zijn uiteinden is voorzien van nagenoeg dwars op de lengte-as van het huis geplaatste eindschotten, waarbij zich in de door 5 de wand van het huis en de eindschotten begrensde ruimte althans een elektrische component voor het bedrijven van de lamp bevindt, welk huis is voorzien van bedrading voor het aansluiten aan een voedingsnet van de component en de in het armatuur te plaatsen lamp, waarbij de door het huis en de eindschotten begrensde ruimte is gevuld met een uitge-10 harde kunststofschuim. Een dergelijk armatuur is bekend uit DE-05 1.914.094.

Het hierbovengenoemde armatuur wordt toegepast als draagbalk van buisvormige cntladingslampen, zoals lagedrukkwikdampontladings-lampen. Dergelijke lampen warden veelal toegepast voor algemene ver-15 lichtingsdoeleinden (zoals in kantoren e.d.), maar ook voor speciale doeleinden, bijvoorbeeld voor bestraling van mensen, dieren of planten.

Een dunwandig armatuur dat is gevuld met een massa van uitgeharde kunststofschuim is door zijn relatief geringe gewicht voor een gebruiker zeer handzaam. Onder een elektrische component die voor het bedrij-20 van van een in het armatuur te plaatsen lamp noodzakelijk is, wordt verstaan bijvoorbeeld een elektrische component voor het stabiliseren van een ontladingslairp (een elektrische stabilisatieballast), een starter of een condensator. Voor de verbinding van de lamp, een of meer van de componenten en het voedingsnet is in het huis elektrische 25 bedrading aanwazig. De component (en) en de bedrading zijn daarbij door het schuim cmgeven. Bij het vervaardigen van het in het genoemde Qffen-legungsschrift beschreven armatuur wordt uitgegaan van een U-vormig dunwandig deel waarin de componenten, en de daarbij behorende elektrische bedrading warden aangebracht. Vervolgens wordt het U-vormige 30 deel door een metalen deksel afgesloten waarna kunststofschuim als vloeibare massa via een opening in het deksel of in de wand van het U-vormige deel in de door deze wanden cmsloten ruimte gespoten wordt.

810 1 2 2 1 EHN 9971 2 * *

Daarna schuimt de vloeibare massa qp en hardt uit.

Het plaatsen van de opponenten in het ü-vormige deel en het inleggen van de bedrading alsmede het verbinden van de bedrading net de aansluitorganen van de ccmponenten is bij het vervaardigen van het 5 bekende armatuur een gecompliceerde en tijdrovende procedure.

De uitvinding beoogt een verlichtingsarmatuur te verschaffen dat handzaam is en zodanig is gevormd, dat het vervaardigen op eenvoudige wijze te mechaniseren en derhalve voor massafabricage geschikt is.

Een verlichtingsarmatuur van de in de aanhef genoemde soort Μ wordt daartoe volgens de uitvinding daardoor gekenmerkt,, dat de bedrading per in het armatuur op te nemen lamp twee zich tussen de eind- nagenoeg schotten van het huis uistrekkende/evenwijdig aan de lengte-as van het huis verlopende in het schuim gelegen elektrische draden bevat, waarbij een eerste draad althans tussen twee stroomaansluitorganen van een 15 component is onderbroken, welke stroomaansluitorganen zijn gelegen qp een denkbeeldige lijn welke met de eerste draad samenvalt, waarbij het huis is voorzien van middelen, die samenwerken met vattingen ter opname van de lamp, welke vattingen stroomaansluitorganen dragen, die aan de evenwijdige draden elektrisch bevestigbaar zijn.

20 Een armatuur volgens de uitvinding is qp eenvoudige wijze in massafabricage te vervaardigen.

Het armatuur is zo gevormd en bemeten, dat het vervaardigen van het dunwandige huis , het aanbrengen van de bedrading en de componenten, en het verbinden van de componenten met de bedrading alsmede het 25 volschuimen van het huis gemakkelijk kunnen worden geïntegreerd tot een gemechaniseerd proces. Daarbij zijn geen speciale maatregelen, zoals het tijdelijk fixeren van de bedrading en de componenten in het huis . (bijvoorbeeld tijdens het aanbrengen van de verbinding tussen de aansluitorganen van de componenten en de bedrading ofwel tijdens het in-30 schuimen) noodzakelijk.

De aansluitorganen van de ccmponenten zijn bijvoorbeeld uitgevoerd als dunne metalen hoefijzervormige snij- en steekklerrmen (zoals bijvoorbeeld is beschreven in het Duitse Gehrauchsmuster 7508503). Dergelijke klemmen zijn bij uitstek geschikt te worden toegepast cm in 35 een gemechaniseerd proces in hoog tempo de ccmponenten en de draden met elkaar te verbinden. De verbindingsplaatsen tussen de aansluitorganen en de bedrading zijn daarbij volledig door het schuim cmgeven. Zij zijn 8101221 , * PHN 9971 3 derhalve weinig kwetsbaar voor trillingen e.d. Het gebruik van een speciale afsluitende tovenplaat van het huis zoals is beschreven in het genoemde DE-OS 1.914.094 kan worden vermeden. Het dunwandige huis van een armatuur volgens de uitvinding is bij voorkeur in dwarsdoor-5 snede U-vormig, zodat het huis tijdens de fabricage gemakkelijk over de componenten en de draden kan worden geplaatst. Bovendien is het schuim (als vloeistof) dan eenvoudig te doseren in de door de wand van het huis en de eindschotten begrensde ruimte.

Het huis is voorzien van middelen, waarbij vattingen ter opnaire to van de lamp zo met het huis worden verbonden, dat een elektrisch kontakt met de bedrading tot stand kont. Daartoe zijn bijvoorbeeld in de wand van het huis speciale openingen aangebracht met een zodanige gedaante, dat de vattingen in de openingen kunnen worden gearreteerd.

In een praktische uitvoeringsvorm zijn de eindschotten dubbelwandig, 15 waarin de vattingen kunnen worden geplaatst.

De vattingen ter opname van de lamp zijn daarbij als losse onderdelen door een gebruiker losneembaar aan het huis te bevestigen, bijvoorbeeld met behulp van een klikverbinding. De vattingen kunnen echter ook tijdens het fabricage-proces op het huis worden geplaatst.

20 In een uitvoeringsvorm van een armatuur volgens de uitvinding kunnen de vattingen, afhankelijk van de plaats van de componenten in het huis, op betrekkelijk willekeurige plaatsen (afhankelijk van de lengte van een in het armatuur te plaatsen lamp) op het huis worden bevestigd. In een praktische uitvoeringsvorm is het huis zo gevormd, dat bij 25 plaatsing van de vattingen aan de uiteinden nabij de eindschotten, vele buisvormige lagedrukontladingslampen met gestandaardiseerde lengte in het armatuur kunnen worden opgencmen. In een speciale uitvoeringsvorm dient het huis als draagbalk van een pendelarmatuur.

In een armatuur volgens de uitvinding is de eerste elektrische 30 draad onderbroken tussen aansluitorganen van een eerste component, zoals de elektrische stabilisatieballast. In een praktische uitvoeringsvorm is, ter opname van een tweede component, zijnde een eenheid (bijvoorbeeld bestaande uit kunststof) welke is voorzien van metalen strocm-aansluitpennen als middelen voor het aansluiten aan een voedingsnet van 35 bijvoorbeeld de ballast en de vattingen, de eerste draad op een andere plaats tussen de beide strocmaansluitorganen van die eenheid eveneens onderbroken. In een dergelijk armatuur kunnen lampen worden geplaatst die zonder hulp van een starter kunnen ontsteken. Ter opname van vele 8101221 #- . * PHN 9971 4 lagedrukkwikdampontladingslampen voor algemene verlichtingsdoeleinden is echter in een uitvoeringsvorm in de tweede draad een onderbreking aanwezig tussen stroomaansluitorganen van een starter. De starter is bijvoorbeeld bevestigd in een speciale eenheid, waarbij de genoemde onder-5 breking is gelegen tussen strocmaansluitorganen van die eenheid voor de elektrische en mechanische verbinding met de tweede draad. Deze strocmaan-sluitorganen zijn gelegen op een denkbeeldige lijn die samenvalt met de tweede draad.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van een 1(1 tekening, waarin een uitvoeringsvorm van een verlichtingsarmatuur volgens de uitvinding is weergegeven.

In de tekening toont: fig. 1 een verlichtingsarmatuur in perspektief en toont fig. 2 schematisch de bedrading en de bijbehorende componenten 15 in een armatuur volgens fig. 1.

Het verlichtingsarmatuur volgens fig. 1 bevat een langwerpig, trogvormig dunwandig huis 1, dat in dwarsdoorsnede U-vormig is. De wand 2 van het huis is gevormd uit voorgelakt staal of aluminium en heeft in een praktische uitvoeringsvorm een dikte van circa 0,2 mm. De nabij 20 de open zijde gelegen randen 3 en 4 zijn gebogen. Het huis is aan zijn uiteinden voorzien van nagenoeg dwars op de lengte-as van het huis geplaatste eindschotten 5 en 6. In de door de wand van het huis en de eindschotten begrensde ruimte bevindt zich een zich tot de open zijde uitstrekkende hoeveelheid van een uitgeharde kunststof schuim 7. Het njr getoonde armatuur is geschikt voor opname van êên lamp, die wordt gedragen door een tweetal vattingen 8 en 9. In het schuim zijn een aantal elektrische componenten gelegen alsmede de bedrading voor het aansluiten aan een voedingsnet van die componenten en de in het armatnnr te plaatsen lamp. Daar in het getoonde armatuur slechts êên lairp geplaatst 30 kan worden bestaat de bedrading uit twee tussen de eindschotten 5 en 6 evenwijdig aan elkaar en aan de lengte-as van het huis verlopende in het schuim gelegen elektrische draden 10 en 11. Een eerste draad (aangeduid met 11) is onderbroken tussen twee aansluitorganen 12 en 13 van een eerste elektrische component, teweten de elektrische stabilisatie-35 ballast 14 (bestaande uit een aantal windingen van geïsoleerd koperdraad rondom een gelamelleerde ijzeren kern). Voorts is 11 onderbroken tussen twee aansluitorganen 15 en 16 van een tweede component, namelijk de eenheid 17, die de stroonaansluitpennen 18 en 19 voor het lichtnet 8101221 “9. 9 ΕΗΝ 9971 5 draagt. Tenslotte is in draad 11 een onderbreking aanwezig tussen de aansluitorganen 20 en 21 van een derde component/ namelijk de konden-sator 22. De genoende aansluitorganen zijn gevontd als netalen hoef-ijzervarmige snij- en steekklenraen, waarbij een elektrisch kontakt net 5 een koperen kern van draad 10 of 11 ontstaat door een doorsnijding van de isolatie die veelal rondom de kern van de draad is aangebracht. De klemmen hechten zich vast aan de koperen kern en zijn niet losneembaar.

De verbindingsplaatsen van draden en aansluitorganen zijn geheel in het schuim gelegen.

^ De vattingen 8 en 9 zijn nabij de eindschotten elektrisch en mechanisch via een opening in de wand van het huis net de draden 10 en 11 verbonden met behulp van organen 23 en 24 (vatting 8) en organen 25 en 26 (vatting 9).

In een praktische uitvoeringsvorm zijn de eindschotten (5,6) 15 dubbelwandig, waarbij de vattingen (8,9) mechanisch in de eindschotten kunnen worden bevestigd. De in de vattingen gelegen strocmtoevoerorganen 23, 24, 25 en 26 zijn aan hun naar het huis 1 gekeerde uiteinden U-vormig getogen. Bij plaatsing in de eindschotten wordt een elektrische verbinding gevormd met de uiteinden van de draden 10 en 11, die in de 2Π naar het schuim gekeerde wanddelen van de eindschotten zijn bevestigd en ongebogen.

De strocmaansluitorganen 24, 20, 21, 12, 13, 15, 16 en 26 zijn gelegen qp een denkbeeldige lijn welke samenvalt met de draad 11.

In draad 10 is slechts één onderbreking aanwezig namelijk 25 tussen de aansluitorganen 27 en 28 van een starter 30 net bijbehorende (niet getooide) ontstoringskondensator, zie fig. 2, welke in een praktische uitvoeringsvorm is qpgenonen in eenheid 17. De strocmaansluitorganen 27 en 28 van de eenheid, waarmee de stroomaansluitingen van de starter zijn verbonden, zijn gelegen qp een denkbeeldige lijn, die 30 samenvalt met de draad 10. Op deze denkbeeldige lijn zijn voorts de strocmtoevoerorganen 23 (van vatting 8) en 25 (vatting 9) gelegen. De hierboven beschreven situatie is schematisch weergegeven in fig. 2.

Opgemerkt wordt, dat in een armatuur dat geschikt is ter opname van bijvoorbeeld twee lampen, in het huis een viertal evenwijdige draden 35 aanwezig zijn. Er zijn dan in het huis twee elektrische stabilisatie- ballasts, twee starters etc. aanwezig.

Een armatuur volgens fig. 1 kan worden vervaardigd door uit te nagenoeg gaan van een tweetal/ evenwijdig verlopende elektrische draden, die be- 8101221 PHN 9971 6 V * V- staan uit een koperen kern met een kunststofisolatie. De lengte van de draden komt nagenoeg overeen met de lengte van het huis van het armatuur. De draden worden vervolgens in de eindschotten (5, 6) bevestigde Dan worden op een eerste draad de metalen aansluitorganen van de 5 condensator en de elektrische stabilisatieballast op de draad geplaatst. Met behulp van de genoemde als snij -steekkontakten uitgevoerde aanslu'it-organen wordt de isolatie van de draad doorgesneden en zijn de elementen op de koperen kern vastgehecht. Vervolgens worden die delen van de draad die zijn gelegen tussen de aansluitorganen van eenzelfde ccmpo-10 nent verwijderd. Evenzo wordt eenheid 17 welke zowel de strocmaansluit-pennen 18 en 19 voor het voedingsnet als de starter 30 bevat op de draden geplaatst en worden de onderscheidenjke delen tussen de organen 15, 16 respektievelijk 27, 28 verwijderd.

Hierna wordt het U-vormige dunwandige huis over de bedrading 15 en de componenten geplaatst, waarbij de wand van de ballast vrijwel tegen drie zijden van bet huis rust. De eindschotten worden vervolgens met de wand 2 van het huis verbonden, waarna het huis wordt gedraaid tot de open zijde gekeerd is naar een injecteur van een schuinmachine. Het schuim wordt daarbij als vloeistof gedoseerd, waarbij de injecteur 20 zich beweegt over vrijwel de gehele lengte van het huis. Na een relatief korte tijd schuimt de vloeistof op en hardt uit, waarbij een regelmatige cellenstruktuur ontstaat* Het schuim heeft zich dan aan de wand van het huis en de in het huis gelegencomponenten vastgehecht.

Ook de bedrading is volledig door het schuim omgeven.De dichtheid van 25 het schuim (In een praktische uitvoeringsvorm bestaande uit polyisocya-nuraatschuim) is relatief gering en het vulgewicht betrekkelijk laag. Aldus is een armatuur verkregen met een huis, dat een grote stijfheid bezit.

Het armatuur is aan een plafond of muur bevestigbaar bijvoor-30 beeld met behulp van een plaatvormige metalen drager. Deze drager is daarbij bijvoorbeeld met een schroefverbinding aan het plafond bevestigd. De open zijde van het U—vormige huis is naar de drager gekeerd en daaraan bijvoorbeeld met behulp van een klikverbinding losneembaar bevestigd.

35 810 12 21'

Claims (4)

1. Verlichtingsarmatuur voor een buisvormige antladingslamp, met een langwerpig dunwandig huis, dat aan zijn uiteinden is voorzien van nagenoeg dwars op de lengte-as van het huis geplaatste eindschot- ten, waarbij zich in de door de wand van het huis en de eindschotten 5 begrensde ruimte althans een elektrische component voor het bedrijven van de lamp bevindt, welk huis is voorzien van bedrading voor het aansluiten aan een voedingsnet van de· component en de in het armatuur te plaatsen lamp, waarbij de door het huis en de eindschotten begrensde ruimte is gevuld met een uitgeharde kunststof schuim, net het kenmerk, 10 dat de bedrading per in het armatuur op te neten lanp twee zich tussen nagenoeg de eindschotten uitstrekkende /evenwijdig aan de lengte-as van het hni<=; verlopende, in het schuim gelegen elektrische draden bevat, waarbij een eerste draad althans tussen twee stroomaansluitorganen van een component is onderbroken, welke strocmaansluitorganen zijn gelegen op 15 een denkbeeldige lijn die net de eerste draad samenvalt, waarbij het , . , vattingen huis is voorzien van middelen die samenwerken met/ter opname van de lanp, welke vattingen stroonaansluitorganen dragen die aan de evenwijdige draden elektrisch bevestigbaar zijn.

2. Verlichtingsarmatuur volgens conclusie 1, met het kenmerk, 20 dat in de tweede draad een onderbreking aanwezig is tussen een tweetal stroomaansluitorganen, van althans een starter, welke strocmaansluitorga-nen zijn gelegen op een denkbeeldige lijn die samenvalt met de tweede draad.

3. Verlichtingsarmatuur volgens conclusie 1 of 2, met het ken-25 merk, dat de stroonaansluitorganen zijn uitgevoerd als hoefijzervormige metalen snij- en steekkontakten.

4. Verlichtingsarmatuur volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat het dunwandige huis in dwarsdoorsnede U-vormig is, waarbij het schuim zich uitstrekt tot de open zijde van het huis. 30 .. 35 8101221