NL8020196A - Inrichting voor het meten van de doorstromende hoeveelheid en/of de stroomsnelheid van een medium. - Google Patents
Inrichting voor het meten van de doorstromende hoeveelheid en/of de stroomsnelheid van een medium. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8020196A NL8020196A NL8020196A NL8020196A NL8020196A NL 8020196 A NL8020196 A NL 8020196A NL 8020196 A NL8020196 A NL 8020196A NL 8020196 A NL8020196 A NL 8020196A NL 8020196 A NL8020196 A NL 8020196A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- unit
- calibration
- flow rate
- counter
- recording
- Prior art date
Links
Classifications
-
- G—PHYSICS
- G01—MEASURING; TESTING
- G01F—MEASURING VOLUME, VOLUME FLOW, MASS FLOW OR LIQUID LEVEL; METERING BY VOLUME
- G01F13/00—Apparatus for measuring by volume and delivering fluids or fluent solid materials, not provided for in the preceding groups
-
- G—PHYSICS
- G01—MEASURING; TESTING
- G01F—MEASURING VOLUME, VOLUME FLOW, MASS FLOW OR LIQUID LEVEL; METERING BY VOLUME
- G01F25/00—Testing or calibration of apparatus for measuring volume, volume flow or liquid level or for metering by volume
- G01F25/10—Testing or calibration of apparatus for measuring volume, volume flow or liquid level or for metering by volume of flowmeters
Landscapes
- Physics & Mathematics (AREA)
- Fluid Mechanics (AREA)
- General Physics & Mathematics (AREA)
- Control Of Positive-Displacement Pumps (AREA)
- Paper (AREA)
- Measuring Volume Flow (AREA)
Description
w.
i PCT/N/31014-dV/f. 80 2 0 1 9 6 i Inrichting voor het meten van de doorstromende hoeveelheid
! I
ί 1 en/of de stroomsnelheid van een medium.
I ί ! |
! I
! De uitvinding heeft betrekking op een inrich- , ! ting voor het meten van de doorstromende hoeveelheid en/of '
i I
| ; de stroomsnelheid van een medium, dat door een pompeènhëid : wordt gepompt ., welke inrichting is voorzien van een aan- 5 drijfmotor, die werkcycli van de pompeenheid tot stand brengt1, | ! een opneemorgaan voor het detecteren van de werkcycli en j i .
1 het doorgeven van een opneemsignaal, dat afhankelijk is van ; | de werkcycli, een elektronische eenheid, die met behulp van i : ί j | het opneemsignaal een waarde registreert, welke evenredig is I j 10 met het aantal werkcycli aan de hand van welke waarde de : doorstromende hoeveelheid en/of de stroomsnelheid kan worden j : bepaald met behulp van een vaste nominale kalibreerfactor.
Het meten van de hoeveelheid en/of de stroom- ; : snelheid van een medium, dat door een leiding wordt gepompt, j ί 15 moest tot op heden worden uitgevoerd met behulp van afzonderlijke stromingsmeters, indien aan strenge eisen ten aanzien van de meetnauwkeurigheid moest worden voldaan. In dit ; geval worden deze stromingsmeters in de leiding in serie met een benodigde pompeenheid opgenomen. Dergelijke stromings-j 20 meters zijn zeer kostbaar, aangezien zij gewoonlijk een hoge : kostprijs hebben en een gecompliceerde en dure installatie met zich meebrengen, alsmede veel onderhoud nodig hebben.
Het is echter ook bekend om de doorstromende hoeveelheid en de stroomsnelheid van een medium te meten door de uitgevoerde ί 25 pompbewegingen te meten, uitgaande van bepaalde pompgegevens, j hetgeen mogelijk is bij pompen van het zogenaamde verplaat-! singstype, zoals tandradpompen, centrifugaalpompen en derge-; : lijke. Bij pompen van het roterende type wordt dit bereikt met behulp van een opneemorgaan, dat op de pompas is gemon-30 teerd en een signaal kan leveren, dat afhankelijk is van de rotatie van de pompas, dat wil zeggen het aantal uitgevoerde omwentelingen of de rotatiesnelheid van de as. Aan de hand : van nominale gegevens voor de pomp in kwestie, dat wil zeggen bepaalde hoeveelheden per omwenteling volgens de fabri- j 35 cagegegevens, kan aldus de gepompte hoeveelheid of de stroomsnelheid worden gemeten en worden benut om de aandrijfmotor van de pomp te besturen, dat wil zeggen, de stopfunctie bij 802 0 1 9 6 -2- j [ een proportionele pomp of het regelen van het aantal omwen- j ! | telingen per minuut.
I j Niettemin is gebleken, dat een bevredigende j J meetnauwkeurigheid niet met de bekende techniek kan worden 5! bereikt omdat de nominale pompgegevens niet overeenkomen met ; de werkelijke gegevens van de pomp ten aanzien van de per : ! i ; ; omwenteling gepompte hoeveelheid, tengevolge van het feit, ! I ; dat deze waarde wordt beïnvloed door een aantal parameters, | ; die van geval tot geval variëren. Er ontstaan derhalve aan- 10 merkelijke fouten bij deze benaderende meting, die o.a. wor- j | den veroorzaakt door de druk in de leiding, de viscositeit j yan het gepompte medium en slijtage in dé pompeenheid.
Het doel van de uitvinding bestaat in het ! ; yerbeteren van het laatstgenoemde type meettechniek, ten
115; einde een bevredigende meetnauwkeurigheid te verkrijgen. I
Dit doel wordt bereikt met behulp van een i inrichting volgens de uitvinding, die daardoor wordt geken- j : merkt, dat de elektronische eenheid enerzijds een kalibreer- ; : eenheid omyat, die kan worden ingesteld om het opneemsignaal : 20 om te zetten in ten minste êën uitgangssignaal, dat een be- ! : ' ; , paalde werkelijke kalibreerfactor voorstelt, die wordt bere- ; ! kend op basis van een bepaalde correctiefactor voor het cor-! rigeren yan de nominale kalibreerfactor en anderzijds inrichtingen yoor het registreren van de hoeveelheid en/of de 25 stroomsnelheid van het doorstromende medium, die bestuurbaar ; zijn door hét uitgangssignaal van de kalibreereenheid.
De uitvinding wordt hierna nader toegelicht ; met een uitvoeringsvoorbeeld aan de hand van de tekening.
Fig. 1 toont schematisch een pompeenheid 30 met een meet- en besturingsinrichting volgens de uitvinding.
Fig. 2 toont eveneens schematisch het principe, waarop de onderhavige inrichting volgens de uitvinding is gebaseerd.
Fig. 3 toont een uitvoeringsvorm van een 35 elektronische eenheid, die in de inrichting volgens fig. 1 j is ppgenomen.
Fig. 4 toont een hoeveelheid berekenings-eenheid, die in de elektronische eenheid volgens fig. 3 is ! opgenomen.
40 Fig. 5 toont een kalibreereenheid, die even- 8020196 i'; -3- ! i eens is opgenomen in de elektronische eenheid volgens fig.
! 3.
I ' ί | Fig. 6 toont een uitvoeringsvorm van de [ kalibreereenheid volgens fig. 5.
! 5 De fig. 7-9 tonen uitvoeringsvormen van | ! verschillende tellers, die zijn opgenomen in de berekenings-j I 1 | eenheid volgens fig. 4.
Volgens fig. 1 bestaat de inrichting i : | volgens de uitvinding uit een pompeenheid 1, die een pomp- | ; 10; baar medium door een leiding 2 kan pompen. Het gepompte me- :
I i dium kan een vloeistof met een variërende viscositeit zijn, , maar visceuze stoffen öf massagoederen in de vorm van j deeltjes zijn in principe eveneens mogelijk. De pompeenheid j I 1 is van het verplaatsingstype, bijvoorbeeld een tandradpomp | 15: of een centrifugaalpomp, dat wil zeggen een type, dat een I
transport van het medium in de leiding veroorzaakt met een | bepaalde hoeveelheid per pompcyclus. Bij het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld is een pompeenheid van het rotatietype j ' i toegepast, waarbij de pompcycli bestaan uit omwentelingen 20 van de as 3 van de pompeenheid. De pompbeweging wordt tot stand gebracht door een aandrijfmotor, welke bij het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld bestaat uit een elektromotor 4 van het rotatietype, welke de pompas 3 met zijn uitgaande as 5 kan roteren in de door de pijl 6 aangegeven richting, 25 waardoor het medium in een door een pijl 7 aangeduide bepaalde richting door de leiding 2 wordt gepompt. Een opneemor-gaan 8 is met de pompas 3 verbonden, ten einde de werkcycli van de pompeenheid 1 te detecteren en aan te geven, welke : i in dit geval bestaan uit door de pompas 3 en bijgevolg door 30 de pompeenheid uitgevoerde omwentelingen. Het opneemorgaan , i 8 kan een opneemsignaal op zijn uitgang 9 leveren, welk | signaal afhankelijk is van de rotatie van de pompas 3. Dit wordt hijvoorbeéld bereikt met behulp van een opneemorgaan van het fotoceltype, dat is voorzien van een schijf met ga-35 ten of tanden, die met de pompas 3 mee roteert. Het signaal dat op de uitgang; 9 van het opneemorgaan 8 verschijnt, bestaat uit een pulsreeks, waarbij het aantal pulsen overeenkomt met het aantal omwentelingen van de pompeenheid of met een bepaald gedeelte van een omwenteling. Het opneemor-40 gaan 8 kan een of meer pulsen per omwenteling leveren, waar- 8 Ö 2 0 19 6
üViO'vi.C
-4- r r ........ ........................................................ .......... ............. ......................! I bij in het laatste geval elke puls een bepaald hoekinterval j I van de pompas 3 voorstelt. Hierdoor komt de pulsreeks over- ! ; i i een met een waarde van de gepompte hoeveelheid, welke ech- : i i ter een benadering vormt, zoals hierna nader zal worden i i 5 toegelicht.
i ! De inrichting volgens de uitvinding is voorts • i | voorzien van een elektronische eenheid 10, die het opneem- ! ! signaal ontvangt en een besturingseenheid 46, die de elek- j | tromotor 4 in afhankelijkheid van de signalen van de elek- j : 10 tronische eenheid kan besturen. De besturingseenheid 46 ! I heeft een inschakel/uitschakelfunctie voor het inschakelen en
j I
| 1 uitschakelen van de elektromotor 4, dat wil zeggen voor het ! i
I starten en stoppen van de pompeenheid 1 in afhankelijkheid van de gemeten hoeveelheid van het gepompte medium volgens I
i 15 het opneemorgaan 8. De inschakel/uitschakelfunctie bedient j tevens een magnetisch bedienbare klep, die in de leiding 2 | | na de pompeenheid 1 is gemonteerd. Deze klep kan na een vertraging de leiding afsluiten, wanneer de pompeenheid wordt gestopt. Voorts omvat de besturingseenheid 46 een 20 snelheidsbesturingsfunctie, waarbij het aantal omwentelingen van de elektromotor wordt bestuurd in afhankelijkheid van het aantal door middel van het opneemorgaan 8 gemeten omwentelingen per tijdseenheid. Zowel de inschakel/uitscha- : kelfunctie als de snelheidsbesturingsfunctie kunnen bestaan 25 uit op zichzelf bekende eenheden, zodat deze niet in detail zullen worden beschreven. Voorbeelden van de inschakel/ uitschakelfunctie en de snelheidsbesturingsfunctie zijn elektromagnetische relais of een thyristoreenheid.
In fig. 3 is een uitvoeringsvorm van de j 30 elektronische eenheid 10 weergegeven, welke in hoofdzaak bestaat-.uit een kalibreereenheid .11, welke het opneemsig-naal van h.et opneemorgaan 8 kan ontvangen, een portieteller 12, een cyclusteller 13, een lange-termijn teller 14 en een inrichting voor het registreren van de stroomsnelheid 15.
35 Al deze onderdelen zijn verbonden met de uitgang 16 van de kalibreereenheid, waarbij de portieteller 12 op zijn uitgang 17 een uitgangssignaal kan leveren, dat voor besturingsdoel-einden kan worden benut,bijvoorbeeld kan worden geleverd aan de besturingseenheid 46 voor de inschakel/uitschakelfunctie. 40 De inrichting 15 voor de registratie van de stroomsnelheid 8 0 2 0 1 9 6 -5- j I kan de stroomsnelheid van het gepompte medium registreren.
De stroomsnelheid of juister de snelheid van de elektromotor I I i i wordt ingesteld, bijvoorbeeld door middel van een wiel, dat j bijvoorbeeld bij de inrichting 15 voor de registratie van de 5| stroomsnelheid is aangebracht, ten einde de besturingseenheid .11 te beïnvloeden voor het besturen van de elektromotor 4 j via een uitgangssignaal op zijn uitgang 18 op op zichzelf bekende wijze.
De portieteller 12, de cyclusteller 13 en de : io lange-termijm teller- 14 zijn in een gemeenschappelijke hoe-veelheid-berekeningseenheid 19 gemonteerd, zoals het duidelijkst blijkt uit fig. 4, doch .tevens in fig. 3 is aangege- : : ven. Zoals in fig. 4 zichtbaar is, worden de door deze tel- : Iers gemeten waarden weergegeven door middel van numerieke 15! weergeeforganen 42, die stapsgewijs worden gewijzigd in af- ; hankelijkheid van het signaal, dat door het opneemorgaan 8 wordt geleverd, na kalibrering in de kalibreereenheid 11, i : zoals hierna nader zal worden toegelicht. Op het paneel 20 van de hoeveelheid-berekeningseenheid 19 bevindt zich tevens 20 een portie-insteleenheid 21 met vier duimwielen 22, welke zijn gekoppeld met een digitaal mechanisme 23. Met behulp van de insteleenhèid 21 wordt vooraf een vereiste portie ingesteld, dat wil zeggen het transport van een vereiste hoeveelheid van het gepompte medium. Op het paneel 20 bevindt 25 zich een LOAD-knop 24 in de vorm van een schakelaar, met behulp waarvan de portieteller 12 wordt geladen met de voor-; ! ; ! af ingestelde portiehoeveelheid, welke vervolgens verschijnt op het numerieke weergeeforgaan 42 van de portieteller 12. Deze telt terug tot 0 en geeft successievelijk het restant 30 van de portie gedurende het terugtellen weer. Voorts is een RESET-knop 25 voor de cyclusteller 13 aangebracht, welke met behulp van deze knop op 0 kan worden teruggesteld, teneinde de tussen twee verschillende gelegenheden gepompte hoeveelheid direkt te kunnen weergeven, terwijl de lange-termijn-35 teller de totale gepompte hoeveelheid aangeeft.
Het paneel 25 van de kalibreereenheid 11 is bij wijze van voorbeeld in fig. 5 weergegeven. Dit paneel is voorzien van drie instelorganen in de vorm van instel-knoppen 26, 27 en 28 voor het instellen van de decimale 40 punt van drie verschillende tellers, dat wil zeggen één 8 0 2 0 1 9 6 -6- j ; ............."" ..................
I | instelknop 26 kan de decimale punt, het meetbereik, voor de j portieteller 12 en de inrichting 15 voor de registratie van ! de stroomsnelheid instellen, éên knop 27 voor de overeen-! | komstige instelling van de cyclusteller 13 en een instelknop i 5; 28 voor de lange-termijnteller 14. De knoppen 26, 27, 28 i j kunnen in vier verschillende standen worden ingesteld, waar-i bij elke stand overeenkomt met een plaats voor de decimale i | | punt in de betreffende eenhëid. In elke stand van de knop | | wordt een keten gesloten, waardoor een licht emitterend diode- 10' segment in werking wordt gesteld in de- vorm van een punt in een bijbehorend numeriek weergeeforgaan 42 van de betreffen-| de teller. Op het paneel 25 bevinden zich drie cijferindi-cators 29, welke een schaalfactor weergeven met behulp van licht bitterende dioden. Hierdoor kan een ingestelde waarde 3 15i voor het aantal kubieke dm per puls worden weergegeven, I 1 ! welke door het opneemorgaan 8 wordt geleverd en volgens de i j uitvinding op nog te beschrijven wijze wordt gecorrigeerd.
[ De schaalfactor wordt op bekende wijze ingesteld door middel | van drukknoppen 51.
20 Fig. 6 geeft een uitvoeringsvorm van de kalibreereenheid 11 met digitale onderdelen weer. De kali-j breereenhëid is voorzien van een bistabiele trekker 31, welke bijvoorbeeld kan bestaan uit een JK-trekker van het
| J
meester-slaaf type, bijvoorbeeld van het type SN5476. Deze ! ί \25' ontvangt het opneemsignaal op de C-ingang. Voorts is een kloksignaalgenerator 32 aanwezig in de vorm van een oscil-; lator, welke een uit een pulsreeks met een geschikt gekozen | | frequentie bestaand kloksignaal kan leveren, alsmede een i EN-poort 33, waarvan de beide ingangen zijn verbonden met 3θ! respectievelijk de Q-uitgang van de trekker 31 en met de l ! kloksignaalgenerator 32. De 1-ingang van de trekker is ver- ! ! bonden met een referentiepotentiaal, bijvoorbeeld +5 V, ter- ; 1 wijl de 0-ingang is geaard. Voorts is de kalibreereenheid 1 voorzien van een terugteller 30, welke vanaf een vooraf in-35 gestelde waarde, welke overeenkomt met de schaalfaktor, het aantal binnenkomende pulsen kan terugtellen, dat wil zeggen het ! aantal liters per puls van het opneemorgaan 8. De terugtel- i ! Ier 30 is enerzijds verbonden met de uitgang van de EN-poort ! 33 en anderzijds met een O-instelingang van de trekker 31, 40 welke is aangeduid met CLEAR voor het op nul instellen van B 0 2 0 19 6 -7- de trekker 31, als de teller 30 tot 0 heeft teruggeteld. Hierdoor verschijnt voor elke puls die door het opneemorgaan: 8 wordt geleverd, een pulsreeks op de uitgang van de EN-poort ; 33 waarbij het aantal pulsen overeenkomt met de vooraf inge- i ! 5; stelde waarde van de schaalfaktor. De kalibreereenheid be-| zit drie uitgangen 34, 35 en 36. De pulsreeks wordt zonder i verdere bèhandeling toegevoerd aan de eerste uitgang 34, t 1 terwijl voor de uitgangen 35 en 36 de pulsreeks door drie | ! frequentiedelers 37, 38 wordt gedeeld. Door deze frequentie- 10: deling door tien in éLke frequentiedeler 37, 38 in de kali- j 3 breereenheid 11 wordt een omzetting van liters in m ver- ! kregen.
I In fig. 7 is een uitvoeringsvorm van de por- / ; | tieteller 12 weergegeven, terwijl fig. 8 een uitvoeringsei vorm van de cyclusteller 13 toont. De lange-termijnteller 14 i : i kan op dezelfde wijze worden uitgevoerd als de cyclusteller,; zodat deze niet is weergegeven. De portieteller 12 is voor-] zien van een ingang 39, die is verbonden met de eerste uit-! gang 34 van de kalibreereenheid 11 en van een aantal terug- 20 tellers 40, die in cascade zijn geschakeld en die worden geladen met een waarde, die vooraf is ingesteld met behulp ' van de duimwielen 22 op het paneel 20 van de portieteller 19. De vooraf ingestelde waarden worden weergegeven door de numerieke weergeeforganen 4l, welke bijgevolg na het laden, 25 doch voor het starten van de pompeenheid, overeenkomen met i ! | de numerieke instelling volgens de insteleenheid 21 uit fig.
i 1 ; 4. De terugtellers 40, welke bestaan uit decadetellers, kun-j i nen derhalve het aantal binnenkomende pulsen registreren en ! terugtellen vanaf de vooraf ingestelde waarde tot 0, hetgeen i 30! wordt weergegeven door de numerieke weergeeforganen 42, wel- i | ke eveneens in fig. 4 zijn getoond. De digitale representatie wordt op bekende wijze verkregen met behulp van zoge-i i naamde NBCD-zevensegments-decodeerorgaan voor het omzetten j ] | j van een NBCD-code en het besturen van de digitale indicators !351 van de zeven segmenten. Op deze wijze kunnen de verschillende cijfers worden gevormd met zeven licht emitterende diode-! segmenten. De cyclusteller 13 bestaat uit een aantal tellers i 43, die in cascade zijn geschakeld en die bij deze eenheid | echter het aantal binnenkomende pulsen kunnen tellen, door |40 vanaf de 0-stand op te tellen. De ingang 52 van de cyclus- 8020196 -8- j teller is verbonden met de tweede uitgang 35 van de kalibreer-! eenheid, terwijl de derde uitgang 36 hiervan is aangesloten ; op de ingang van de lange-termijnteller. Zoals uit de fig.
| | 7 en 8 (en tevens uit fig. 9) blijkt, omvat elke tellereen- ! 5! heid een aantal tellers 55, 56, waarvan de telstand niet I wordt weergegeven door een numerieke indicator, omdat de inrichting een grotere interne nauwkeurigheid bezit dan in j j de praktijk noodzakelijk is.
i Fig. 9 geeft een uitvoeringsvorm van de in- 10 richting 15 voor de registratie van de stroomsnelheid weer.
; Deze inrichting omvat een ingang 54 die is verbonden met de | | eerste uitgang 34 van de kalibreereenheid 11, alsmede vijf j I in voorwaartse richting tellende decadetellers 56, 57, die : in cascadd zijn geschakeld en waarvan er vier elk zijn ver-15' bonden met een eigen numerieke indictor 58 via registers | 45. Deze registers zijn verbonden met een tijdeenheid 44, welke bijvoorbeeld elke 60 sec. een puls kan leveren aan elk register en na een zeer korte vertraging van bijvoor-; beeld enkele microseconden tevens aan elke teller 57 om deze I i 120: op 0. in te stellen. Op de ingang verschijnt derhalve de puls-! reeks, die door de kalibreereenheid wordt geleverd voor elke j j binnenkomende puls van het opneemorgaan 8. De pulsen van de ! i I ! pulsreeks worden door elke decadeteller 56, 57 in cascade geteld, waarbij de tellerstand naar het bijbehorende regis-25 ter wordt overgebracht, dat als grendelcircuit dienst doet.
! Dit wordt op gelijke intervallen geopend, in dit geval elke | 60ste sec., door de pulsen van de tijdeenheid 44, waarop de | informatie in het register wordt overgedragen naar de bij-j behorende numerieke indicator 58, terwijl gelijktijdig de i ; 30I tellers op 0 wordt ingesteld. Hierdoor wordt een weergave i van de hoeveelheid per tijdseenheid, in dit geval liters/min.
j dat wil zeggen de stroomsnelheid, op eenvoudige wijze ver- ί | kregen.
j j De inrichting volgens de uitvinding wordt op !35j de volgende wijze gekalibreerd. De instelling van de boven- i 3 : genoemde schaalfaktor, dat wil zeggen het aantal dm per ] puls van het opneemorgaan 8, wordt aan de hand van de vol- ! j | gende berekening tot stand gebracht. Elke pompeenheid heeft i een nominale waarde voor de kalibreerfaktor, welke het |401 uitgangspunt vormt als de schaalfaktor wordt gekozen. Als 8 02 0 1 9 6.............................................
-9- I 3 j : wordt aangenomen dat de pompeenheid 0,0143 dm per omwente- : | ; ling verpompt, bedraagt de nominale kalibreerfaktor | i K = 0,0143=1,43 ‘ 10 2 dm^/omwenteling | Als de pompeenheid in de leiding 2 is opge sp nomen, wordt de waarde voor de nominale kalibreerfaktor ! ingesteld op de kalibreereenheid 11. In dit geval kan het i ! I i opneemorgaan 8 in werkelijkheid één puls per omwenteling ί i i leveren. Een bepaalde portiehoeveelheid, bijvoorbeeld 5,00 I ' 3 [dm wordt op de proportioneereenheid 19 ingesteld met behulp i ' 10! van de duimwielen 22, waarna de LOAD-knop wordt ingedrukt I en de pompeenheid wordt gestart. Door de kalibreereenheid | 11 wordt dan een uitgangssignaal geleverd op de uitgang 34 ! in de vorm van een pulsreeks, welke voor elke puls van het opneemsignaal een aantal pulsen heeft, dat overeenkomt met I5i de numerieke waarde van de nominale kalibreerfaktor. Ver-I volgens wordt een controlemeting uitgevoerd van de werkelijke door de pompeenheid 1 stromende hoeveelheid, waarbij het : doorstromende medium bijvoorbeeld via een aftakpijp van de | j uitgang van de pompeenheid wordt afgenomen en met behulp van 20 bijvoorbeeld een volumemeter wordt gemeten, terwijl de lei- ; ! I ding 2 door een met deze uitgang verbonden klep gesloten ! wordt gehouden. Met als uitgangspunt de werkelijke j ; · doorgestroomde hoeveelheid, welke bij de controlemeting : 3 bijvoorbeeld 4,82 dm kan bedragen, wordt een correctie- :25 faktor K„ berekend Λ 4 82 --ÏÏTO- °'964
Door de nominale kalibreerfaktor te ver- ! menigvuldigen met de correctiefaktor wordt de werkelijke i\ j ; kalibreerfaktor KL. verkregen.
i ! * Λ1 Ό9 _ ^ «O O
;3O! KV=5XÏÏÖ* 1/43 * 10 =1/33 * 10 dm /omwenteling ! Deze werkelijke kalibreerfaktor Kv wordt op ; i de kalibreereenheid 11 ingesteld en kan met een bevredigen- j de nauwkeurigheid als constant worden beschouwd, totdat zich ; een wijziging voordoet, bijvoorbeeld ten gevolge van het |35! feit, dat een ander medium met een andere viscositeit wordt gepompt, waarna de bovengenoemde berekening van de werkelijke kalibreerfaktor zoals beschreven wordt herhaald. Vol-i gens het bovengenoemde voorbeeld is de kalibreerfaktor ge- I ; lijk aan de schaalfaktor, aangezien het opneemorgaan 8 één i i 40 puls per omwenteling kan leveren. Bij verscheidene pulsen, 8020196 -10- i bijvoorbeeld 10-20 pulsen per omwenteling, wordt de schaal-; faktor verkregen door de kalibreerfaktor te delen door het | | aantal pulsen per omwenteling. De verkregen schaalfaktor wordt vervolgens op de beschreven wijze ingesteld op de 5l kalibreereenheid 11, waarbij, 'de digitale waarde, die zichtbaar is-op de numerieke indicators 29, enerzijds wordt ingesteld I door middel van de drie drukknoppen 51 en anderzijds de negatieve tien-exponent in de vorm van één cijfer wordt in-: gesteld door middel van de instelknop 26.
I10: Fig. 2 toont het basisprincipe van de kali- I brering volgens de uitvinding. Blok 47 betreft de benaderen-i I de meting van de hoeveelheid/stroomsnelheid, welke recht-! streeks van het opneemorgaan 8 wordt verkregen. Het blok 48 j s j stelt de controlemeting van de werkelijke hoeveelheid voor.
j15 Deze controlemeting kan worden uitgevoerd door een verdere I uitvoeringsvorm, zoals hierna nog nader wordt besproken. Het ! i : I I blok 49 stelt de berekening van de correctiefaktor voor, i I ; terwijl het blok 50 de verkregen nauwkeurige gemeten waarde : voorstelt. Deze wordt derhalve verkregen door correctie van 20j het resultaat van de benaderende meting met de berekende I correctiefaktor.
Als de kalibrering op de boven beschreven wijze is uitgevoerd, is de inrichting volgens de uitvinding gereed voor gebruik. Gewoonlijk staat de portieteller 12 op 25| 0 voor de start, anders wordt deze op 0 gesteld met een niet- I weergegeven terugstelknop. Voor een portiemeting wordt de I vereiste portie ingesteld door middel van het duimwiel 22, i I welke instelling zichtbaar is op de insteleenheid 21, waar- ! bij de decimale punt, dat wil zeggen de negatieve macht van
j I
i 30: tien wordt ingesteld met behulp van de instelknop 26 op de I ! kalibreereenheid 11. De decimale punten voor de cyclusteller I ! 13 en de lange-termijnteller 14, dat wil zeggen het vereiste ; 1 I i maximum volume, worden ingesteld met behulp van de knoppen I i i 27 en 28. Bij de start wordt de LOAD-knop 24 ingedrukt, waar4-I ! : j 35! na de portieteller 12 wordt geladen, zodat de numerieke I ; weergeeforganen 42 de ingestelde waarde in de beginstand i weergeven. Gelijktijdig wordt een signaal geleverd aan de { elektromotor 4 van de pompeenheid, welke de pompeenheid 1 I ronddraait, waardoor het medium door de leiding 2 wordt ge-I40 pompt, terwijl de portieteller terugtelt onder invloed van : 8 02 0 1 9 6 -11- het uitgangssignaal van de kalibreereenheid 11. Als de por-| tieteller de 0-stand heeft bereikt, stopt de teller en le- i 1 ; vert een stopsignaal aan de elektromotor 4 en aan de mag- j ! ! ! netisch bedienbare klep, waarna het pompen wordt onderbroken.
i I 5 Het pompen kan ook worden onderbroken voordat de 0-stand | ! is bereikt door middel van een niet-weergegeven stoporgaan, i i .
j in welk geval de portieteller weergeeft hoeveel van de te pompen portie nog resteert. Een opnieuw starten wordt ge-> realiseerd met behulp van de LOAD-knop 24 en de portiemeting 10! gaat door. De pompmotor kan ook in werking worden gesteld zonder een gelijktijdige portiemeting met behulp van een J niet-weergegeven omschakelaar, in welk geval de portietel-! Ier wordt uitgeschakeld. De portieteller geeft derhalve de
O
I gepompte hoeveelheid in dm weer, terwijl de cyclusteller 15: bij het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld de hoeveelheid in 1 3 i m weergeeft en een sommeringsmechanisme vormt voor de ge-j pompte porties en desgewenst op nul kan worden teruggesteld j door middel van de RESET-knop 25. Zoals hierboven werd aan- I i | | gegeven geeft de lange-termijnteller de som van de deelme- | 20^ tingen , die door de cyclusteller worden uitgevoerd, terwijl ; de inrichting voor de registratie van de stroomsnelheid de stroomsnelheid op een niet-afgebeeld paneel toont.
! Volgens een verdere uitvoeringsvorm wordt ! i de schaalfaktor automatisch ingesteld door een eenheid, ! i I 25 welke in echte tijd de kalibreerfaktor berekent met als uit-! [ gangspunt gemeten relevante parameters, zoals druk, tempe- I ratuur, dichtheid en dergelijke, en het verband tussen de | parameters en de kalibreerfaktor, bepaald door inleidende I metingen.
3θ' De uitvinding is niet beperkt tot het hier- i boven beschreven en in de tekening weergegeven uitvoerings- I j ! voorbeeld doch kan binnen het kader van de hierna volgende
! I
| conclusies worden gevarieerd. De kalibreereenheid kan bij-j voorbeeld op andere wijze zijn uitgevoerd evenals de ver-35 schillende meters. De bepaling van de correctiefaktor KR
en de werkelijke kalibreerfaktor kan bijvoorbeeld worden I bereikt met behulp van eenvoudige circuits voor delen en ; vermenigvuldigen, in welk geval, in plaats van de schaal-! i faktor enerzijds de vereiste hoeveelheid en anderzijds de 140 werkelijke hoeveelheid bij één eenheid worden ingesteld.
8020196
Claims (6)
1. Inrichting voor het meten van de door stromende hoeveelheid en/of de stroomsnelheid van een πιει dium, dat door een pompeenheid (1) wordt gepompt, welke in- ; ! i richting is voorzien van een aandrijfmotor (4) voor het | 5; teweegbrengen van de werkcycli van de pompeenheid, een op-ί ; neemorgaan (8) voor het detecteren van de werkcycli en het ' leveren van een opneemsignaal, dat afhankelijk is van de i werkcycli, een elektronische eenheid (10) voor het regis- i | treren met behulp van het opneemsignaal van een waarde, die 10; evenredig is met het aantal werkcycli, aan de hand van welke 1 waarde de doorstromende hoeveelheid en/of de stroomsnelheid i i : kan worden bepaald met behulp van een nominale kalibreer- ; faktor (K^j) , die is vastgelegd voor depompeenheid (1), m e t jhet kenmerk, dat de elektronische eenheid (10) !15| enerzijds een kalibreereenheid (11) omvat, die instelbaar I ! . j ! is voor het omzetten van het opneemsignaal in tenminste één ! uitgangssignaal, dat een bepaalde werkelijke kalibreerfak- tor (K^) voorstelt, die wordt berekend aan de hand van een I bepaalde correctiefaktor (K ) voor het corrigeren van de no- 120; minale kalibreerfaktor (K^) en anderzijds inrichtingen (12- j 15) voor het registreren van dé hoeveelheid en/of de stroom- I ; I snelheid van het doorstromende medium, die bestuurd kunnen ! ; worden door het uitgangssignaal van de kalibreereenheid.
2. Inrichting volgens conclusie 1, m e t : i !25i het kenmerk, dat de kalibreereenheid (11) een puls- j i reeks als een uitgangssignaal kan leveren, waarbij het aan-! . ' ; ' tal pulsen voor elke puls van het opneemsignaal overeenkomt I met de ingestelde numerieke waarde in de kalibreereenheid.
3. Inrichting volgens conclusie 2, m e t j 30; het kenmerk, dat één van de inrichtingen (12-15) j voor het registreren bestaat uit een portieteller (12) die vooraf instelbaar is op een bepaalde portie en met behulp t I van het uitgangssignaal terug kan tellen tot nul en dan een j | stopsignaal aan d eaandrijfmotor (4) van de pompeenheid (1) 35 zendt.
4. Inrichting yolgens één der conclusie 1-3,
1 Jmet het kenmerk, dat één van de inrichtingen -...... ! | voor het registreren bestaat uit een cyclusteller (13) die 8 02 0 1 9 6........................................................ -13- j I uit het uitgangssignaal de doorstromende hoeveelheid kan | registreren en desgewenst met behulp van een terugstelor-! gaan (25) op 0 kan worden teruggesteld. ! ; 5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, ! ! 5; m e t het kenmerk, dat één van de inrichtingen : \ voor het registreren bestaat uit een lange-termijnteller i (14), die een aantal registraties, die door de cyclusteller (13) van de door de pompeenheid (1) stromende hoeveelheid I i ! | zijn gemaakt, kan sommeren. 101 6. Inrichting volgens êén der conclusies 1-3, Imet het kenmerk, dat de kalibreereenheid (11) | ; instelorganen (26,27,28) omvat voor het instellen van de | ]' decimale punt bij de respectieve inrichtingen (12-15) voor j | j het registreren. 115! 7. Inrichting volgens één der conclusies 1-6, | imet het kenmerk, dat één van de inrichtingen i j j ] (12-15) voor het registreren bestaat uit een inrichting (15) | 1 voor het registreren van de stroomsnelheid.
8. Inrichting volgens conclusie 7, m e t 20 het kenmerk, dat de inrichting (15) voor het regis-| I treren van de stroomsnelheid bestaat uit een aantal tellers (56,57), die in cascade zijn geschakeld en het aantal pulsen ! in de door de kalibreereenheid (11) geleverde pulsreeks kunnen tellen, grendelcircuits (25), die elk met hun eigen tel-125· Ier zijn verbonden, numerieke indicators (58), die elk met j hun eigen grendelcircuit zijn verbonden en een tijdeenheid ; (44), die de grendelcircuits met regelmatig terugkerende j intervallen, bijvoorbeeld elke zestigste seconde, kan openen ! en de tellers op nul kan instellen, zodat de telinformatie i 30; wordt overgedragen naar de numerieke indicators, die het i aantal pulsen, dat door de kalibreereenheid (11) per tijds-I eenheid wordt geleverd, weergeven. I I ! i i i ! ! 1 ! j ! ' i | j 8020196 i !
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
SE8000149 | 1980-05-22 | ||
PCT/SE1980/000149 WO1981003379A1 (en) | 1980-05-22 | 1980-05-22 | Device for measuring the amount flowing through and/or the speed of flow of a medium |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8020196A true NL8020196A (nl) | 1982-09-01 |
Family
ID=20339919
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8020196A NL8020196A (nl) | 1980-05-22 | 1980-05-22 | Inrichting voor het meten van de doorstromende hoeveelheid en/of de stroomsnelheid van een medium. |
Country Status (6)
Country | Link |
---|---|
JP (1) | JPS57501042A (nl) |
AU (1) | AU540299B2 (nl) |
DE (1) | DE3050395A1 (nl) |
GB (1) | GB2097936B (nl) |
NL (1) | NL8020196A (nl) |
WO (1) | WO1981003379A1 (nl) |
Families Citing this family (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE4342096C2 (de) * | 1993-12-09 | 1996-02-29 | Kobold Klaus J | Einrichtung zum Dosieren von Fluiden sowie Getränkeausschankanlage mit einer solchen Dosiereinrichtung |
DE19717128A1 (de) * | 1997-04-23 | 1998-10-29 | Imcon Ges Fuer Bildverarbeitun | Vorrichtung und Verfahren zur Prüfung von Verbrauchszählern, insbesondere von Hauswasserzählern und Wohnungswasserzählern |
RU2547877C1 (ru) * | 2013-11-19 | 2015-04-10 | Анатолий Георгиевич Малюга | Способ определения объема расходуемой жидкости |
Family Cites Families (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR1398872A (fr) * | 1964-04-01 | 1965-05-14 | Rochar Electronique | Banc d'étalonnage de mesureurs débitmétriques |
FR1398916A (fr) * | 1964-04-02 | 1965-05-14 | Rochar Electronique | Banc d'étalonnage des mesureurs débitmétriques |
FR91293E (fr) * | 1966-12-13 | 1968-05-17 | Rochar Electronique | Banc d'étalonnage des mesureurs débitmétriques |
US3796239A (en) * | 1971-07-22 | 1974-03-12 | Instrumentation Labor Inc | Dispenser system |
FR2208353A5 (nl) * | 1972-11-28 | 1974-06-21 | Sable Freres Int | |
US3873814A (en) * | 1973-02-20 | 1975-03-25 | Mohammad Kian Mirdadian | Remotely operated net output ticket printer |
SE414834B (sv) * | 1978-11-23 | 1980-08-18 | Telfa Jabsco Ab | Anordning for uppmetning av genomstrommande mengd och/eller flodeshastighet hos ett medium |
-
1980
- 1980-05-22 JP JP55501234A patent/JPS57501042A/ja active Pending
- 1980-05-22 DE DE803050395T patent/DE3050395A1/de not_active Ceased
- 1980-05-22 WO PCT/SE1980/000149 patent/WO1981003379A1/en active Application Filing
- 1980-05-22 GB GB8217792A patent/GB2097936B/en not_active Expired
- 1980-05-22 AU AU59891/80A patent/AU540299B2/en not_active Ceased
- 1980-05-22 NL NL8020196A patent/NL8020196A/nl not_active Application Discontinuation
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
GB2097936A (en) | 1982-11-10 |
WO1981003379A1 (en) | 1981-11-26 |
DE3050395A1 (de) | 1982-11-18 |
JPS57501042A (nl) | 1982-06-10 |
GB2097936B (en) | 1985-01-23 |
AU5989180A (en) | 1981-12-07 |
AU540299B2 (en) | 1984-11-08 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4467657A (en) | Device for measuring the amount of flow and/or the speed of flow of a medium | |
US3525044A (en) | Digital speed and control system | |
US3711689A (en) | Pipeline monitoring system | |
US3684875A (en) | Analog-to-digital measuring apparatus | |
US3873814A (en) | Remotely operated net output ticket printer | |
US3043508A (en) | Electronic multiplier for fluid dispensers | |
NL8005486A (nl) | Gestabiliseerde spanning/frequentie-kristalomzetter met digitale schaalverdeling voor stromingssmeters. | |
SE450915B (sv) | Sett och anordning for utmatning av verden motsvarande pulsfrekvensen och perioden for tva efter varandra foljande pulser | |
US3593012A (en) | Engine life recorder system using engine temperature and rpm data | |
EP0068704B1 (en) | Speed meter systems | |
NL8020196A (nl) | Inrichting voor het meten van de doorstromende hoeveelheid en/of de stroomsnelheid van een medium. | |
US3780579A (en) | Digital integrating flowmeter | |
US4042149A (en) | Liquid pump and metering system | |
US4100400A (en) | Gasoline pump price encoder | |
GB2102995A (en) | Improvements in and relating to flow measurement | |
EP0049919A1 (en) | Digital adaptation and setting device to be connected between a volume meter and a digital indication device | |
SU1686315A1 (ru) | Весоизмерительное устройство | |
US4570234A (en) | Oilfield monitor and recorder | |
GB2076544A (en) | Measuring System for Spraying Equipment | |
SU1137073A1 (ru) | Система дистанционного управлени топливораздаточными колонками | |
JPS59159018A (ja) | 流量計測方法及びその装置 | |
JPS63238563A (ja) | Fv変換方法 | |
SU771694A1 (ru) | Устройство дл учета и измерени расхода жидкости | |
GB1598694A (en) | Meter systems | |
SU382932A1 (ru) | Устройство для измерения расхода топлива |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
BV | The patent application has lapsed |