NL8006529A

NL8006529A - Drooginrichting voor versgesneden halmgewas.

Info

Publication number: NL8006529A
Application number: NL8006529A
Authority: NL
Original assignee: Engelbrecht & Lemmerbrock
Priority date: 1979-12-13
Filing date: 1980-12-01
Publication date: 1981-07-16
Also published as: SE8008678L; IT8026607A0; DE2950122A1; FR2473692A1

Description

* V.Ο.1254

Drooginrichting voor versgesneden halmgewas.

De uitvinding heeft betrekking op een drooginrichting voor landbouwgewas, in het bijzonder halmgewas.

In de landbouw wordt rijp, gesneden halmgewas zoals gras, klaver, lucerne of dergelijke voor het bereiken van de geschiktheid voor opslag 5 gedroogd en wel hetzij door meermalen keren direct op de plaats waarop de plant gesneden is of na transport en opslag in een hooiberg onder dak waarbij het drogen geschiedt door het doorblazen van koude of warme lucht door de hooiberg. In het eerste geval is men zeer sterk afhankelijk van de weersomstandigheden en in het laatste geval ontstaan door de vochtige 10 afgevoerde lucht gemakkelijk schade aan gebouwen en bij grote vochtgehalten van het gesneden gewas moet rekening gehouden worden met grote weerstanden in de hooiberg, zodat onder bepaalde omstandigheden delen niet op de juiste wijze gedroogd worden.

Men heeft reeds getracht versgesneden halmgewas lopend door een 15 branddroger te drogen waarbij het een afgedichte verdeelruimte afdekkende bovenpart van een omlopende, eindloze, luchtdoorlatende transportband aan een einde met vers gras of dergelijke beladen wordt en als laag op de transportband van onderen naar boven door warme lucht doorstroomd wordt. Gebleken is, dat de vorming van schoorstenen, dat wil zeggen laagdelen 20 net kleine stromingsweerstand, niet te vermijden is, ook wanneer de transportband met een kleine laagdikte wordt beladen en de laag doorlopend met de hand gecorrigeerd wordt. Deze schoorstenen transporteren als gevolg van de lagere stromingsweerstand aanzienlijk meer lucht dan met het doorsnede aandeel overeenstemt. Als gevolg van de schoorsteenwerking gaat 25 een belangrijk deel van de warme lucht zonder invloed op het gesneden halmgewas verloren.

De uitvinding heeft tot doel drooginrichtingen met eindloos omlopende luchtdoorlatende transportband zodanig uit te voeren, dat versgesneden landbouwprodukten zoals halmgewas lopend zonder handarbeid en nagenoeg 30 zonder verlies aan warme lucht gelijkmatig gedroogd kan worden tot dit geschikt is voor opslag.

Dit doel wordt op nog nader te bespreken wijze volgens de uitvinding bereikt.

De in een verdeelruimte toestromende verwarmende, respectievelijk 35 drooglucht wordt in drukhoogte na het doorstromen van een eerste remlaag

ft 0 0 6 ?· 2 S

-2- en ook in de schaalrich.ti.ng vereffend, zodat de totale stromingsweerstand daarbij zodanig wordt verhoogd, dat zelfs bij ruimtes in het materiaal op het horizontale bovenpart geen schoorsteenwerking meer kan optreden, waarbij uiteraard de ventilator voor de toevoer van drooglucht een ver-5 hoogd aandrijfvermogen vereist.

Voor een verdere waarborg tegen schoorsteenwerking is het voorts voordelig, in de verdeelruimte twee evenwijdig lopende remlagen op enige afstand van elkaar en ten opzichte van het bovenpart van de transportband aan te brengen, zodat achter elke remlaag een kalmeringszone met 10 vereffening van de stroom en druk aanwezig is. Daarbij worden de straal-richtingen van de in de verdeelruimte binnentredende warme lucht eveneens vereffend.

De uitvinding wordt aan de hand van de tekening nader toegelicht. Daarin tonen: 15 fig. 1 schematisch een zijaanzicht van de principiële opbouw van een banddrooginrichting volgens de uitvinding, en fig. 2 een doorsnede volgens fig. 1.

De banddroger volgens de uitvinding en zoals deze in de tekening is weergegeven, bestaat uit een van boven open langwerpige kast met zij-20 wanden 1, kopwanden 2 en bodem 3. Het inwendige, als verdeelruimte 4 dienende kastruimte, is aan de bovenzijde door het bovenpart 5a van een eindloze , omlopende, luchtdoorlatende band 5 afgesloten. Deze band 5 is aan de buitenkant over keerrollen om de kopwanden en de bodem 3 gevoerd en wordt door niet weergegeven aandrijving in beweging gezet. Naar 25 de verdeelruimte 4 wordt warme lucht, respectievelijk droge lucht via een aansluitstomp 6 en een door een gatenplaat 7 afgedekte voorverdeel-ruimte 8 toegevoerd, waarvandaan de lucht zich over de verdeelruimte met vereffening van de straalrichtingen verdeelt.

Onder het bovenpart 5a van de band en boven de warme luchttoevoer 30 is tenminste een remlaag 9 of zijn doelmatig twee remlagen 9 en 10 uit luchtdoorlatend, doch een stromingsweerstand biedend materiaal aangebracht, waarvan het vlak overeenstemt met de inwendige horizontale doorsnede van de verdeelruimte 4 en welke een onderlinge afstand en ten opzichte van het bovenpart 5a hebben. Het materiaal van de remlagen 9 en 10 35 is bijvoorbeeld een opzichzelf bekend filterdoek.

Tijdens bedrijf wordt naar het bovenpart 5a van de omlopend aange- 8006529 -3- dreven transportband 5 het versgesneden halmgewas, zoals gras, klaver of dergelijke aan een einde toegevoerd en als laag over het bovenpart verdeeld. Voorts wordt de verdeelruimte 4 via de voorverdeelruimte 8 met warme lucht beladen. Door de beide remlagen 9 en 10, welke zoals reeds 5 opgemerkt, uit filterdoek of een ander geschikt materiaal kunnen bestaan, wordt achter elke laag een drukvereffening en ook een egalisatie van de straalrichtingen bereikt en de totale stromingsweerstand wordt zodanig verhoogd, dat de warme lucht door openingen in de materiaallaag op het bovenpart of door laagdelen met kleinere hoogte kan wegstromen, dat wil zeggen 10 elke schoorsteenwerking wordt in de materiaallaag ondervangen en de warme lucht zal gelijkmatig verdeeld een materiaallaag op het bovenpart doorstromen en het materiaal van deze laag drogen. De daarbij toegepaste ventilator moet uiteraard voor de optredende hogere statische druk, bemeten worden.

8006529

Claims

1. Drooginrichting voor versgesneden landbouwgewas in het bijzonder halmgewas, bestaande uit een eindloze, omlopende en luchtdoorlatende transportband, welke met het in hoofdzaak horizontale bovenpart de bovenzijde van een van onderen en opzij afgedichte verdeelruimte afdekt, 5 waaraan droog- respectievelijk warme lucht wordt toegevoerd, met het kenmerk, dat boven de in de verdeelruimte (4) binnentredende droge lucht, evenwijdig onder het bovenpart (5a) van de omlopende transportband (5) tenminste een luchtdoorlatende, doch een stromingsweerstand vormende rem-laag (9, 10) in overeenstemming met de inwendige horizontale doorsnede van 10 de verdeelruimte (4) aanwezig is.

2. Drooginrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat twee evenwijdig lopende remlagen (9, 10) op enige afstand van elkaar en ten' opzichte van het bovenpart 5a van de band, aanwezig zijn.

3. Drooginrichting volgens conclusies 1-2, met het kenmerk, dat de 15 buitenste toevoeraansluiting (6) voor de warme lucht in een , door een gatenplaat (7) afgesloten voorverdeelruimte (8) onder de remlagen (9,10) uitmondt.

4. Drooginrichting volgens conclusies 1- 3, met het kenmerk, dat de luchtdoorlatende remlagen uit een opzichzelf bekend filterdoek bestaan. 8006529