NL8005697A - Projectiel voor lopen met gladde boring. - Google Patents

Description

<**· -¾

Projectiel voor lopen met gladde boring f

De uitvinding heeft betrekking op een projectiel voor lopen met gladde boring, in het bijzonder van jachtgeweren, en betreft in het bijzonder een samengesteld projectiel, dat een metalen deel, hoofdzakelijk van lood, dat de functie van de gebruikelijke kogel voor 5 jachtgeweren met gladde loop uitvoert, en een daarmee samenhangend kunststofgedeelte, dat de functies van prop en van vluchtstuurele-ment uitvoert, bevat zoals in het volgende nader uiteengezet wordt J Projectielen voor jachtgeweren met gladde boring, die verschillende vormen hebben, zijn bekend, in het bijzonder: bolronde kogels, 10 cilindrische kogels van het Sfcendebach type, kegelvormig-cilindrische kogels van het Brenneke type, en zo meer. Al deze soorten kogels hebben voordelen en bezwaren, maar geen daarvan is geheel bevredigend, in het bijzonder uit het ballistische oogpunt, namelijk in haofdzaak uit het oogpunt van de precisie van het schot. Een kogel, 15 die een bolronde vorm heeft, produceert de zogenaamde "wind" tussen de kogel en de binnenzijde van de boringen, daar het nodig is dat de diameter van de kogel kleiner is dan het kaliber van het nauwste gedeelte van het geweer, welke wind een sterke negatieve invloed op het ballistische gedrag heeft. Het Stendebach type cilindrische * 20 kogels worden sterk beïnvloedt door de staartwind en kantelen om in de lucht met negatieve gevolgen voor de precisie, en hebben verder andere bezwaren als gevolg van hun sterke vervormbaarheid indien zij in botsing komen met vreemde bestanddelen alvorens het doel te treffen. Het Brenneke type kegelvormig-cilindrische kogels zijn niet 25 voldoende vervormbaar in de richting van de diameter en moeten derhalve met leiribben geconstrueerd worden om hun stabiliteit te ver- beteren, maar zijn onvoldoende precies als gevolg van de ongunstige vormeoëfficiënt en de ontoereikende stabiliteit voor hun baan.

Hieraan moet worden toegevoegd dat de momenteel bekende kogels niet afgevuurd kunnen worden uit vernauwde lopen of halzen gezien 30 het gevaar dat de lopen kunnen uitzetten op het moment van het afvuren. Inderdaad wordt, wanneer het projectiel door de hals gaat, ^ hierdoor een wrijving op de binnenwanden van de loop uitgeoefend en 8005697 2 kan het gedurende een zeer kort moment gestopt en vertraagd worden in zijn beweging langs de as van de loop.

Door sommigen is voorgesteld om, teneinde het ballistische gedrag van de bekende kogels te verbeteren, kogels te verschaffen 5 met een vluchtstuurelement, dat practisch gevormd wordt door de prop van het stuwmiddel. De bekende proppen hebben een afdichtings-functie met betrekking tot de gassen, die door de stuwlading ontwikkeld worden, en een amortiserende functie in de afvuux>fase, daar zij opgenomen zijn tussen de kogel en de lading. Een type 10 prop, dat ook als vluchtstuurelement voor geweerkogels kan dienen, is bijvoorbeeld beschreven in het Britse octrooischrift 1.348.320. Deze próp bestaat uit een schijfvormige basis, die een afdichting vormt.voor de stuwgassen, een bovenste deel, dat bestemd is om met de kogel verbonden te worden, en een tussengelegen zone, voorzien 15 van een schijfvormig stuk en van amortiserende middelen, die aangebracht zijn tussen het schijfvormige stuk en de eerder genoemde delen. Op het moment van het afvuren is de weerstand van de prop langs de as van de patroon voldoende om het voorste gedeelte daarvan ta laten doordringen in een uitsparing, die in de kogel gevormd 20 is, en om stevig daaraan verbonden te blijven om deze in zijn vlucht te vergezellen.

Een dergelijke combinatie van kogels en prop heeft aanzienlijke bezwaren, aan de ene kant omdat de beschreven prop er op zich niet op berekend is om zijn functies met doelmatigheid uit te voeren, 25 en aan de andere kant omdat de wijze waarop deze aan de kogel verbonden is op het moment van het afvuren ondoelmatig is en een overmatige stevigheid van de prop zelf vereist, en tenslotte omdat de structuur van de prop niet geschikt is voor doelmatige werking als vluchts tuurelement.

30 Het oogmerk van de uitvinding is een projectiel voor lopen met gladde boring, gekenmerkt doordat het gevormd is door de combinatie van een metalen kogel en een prop-vluchtstuurelement van kunststof , bestaande uit een houder, die stevig verbonden is aan de de kogel en diezelfde, een amortiserend gedeelte en een schotel 35 om een afdichting te vormen voor de stuwgassen bevat, welk amorti- 8005597 4*- 4 3 serend gedeelte en afdichtschotel ook als het vluchtstuurelement van het projectiel in zijn vlucht dienen.

De kogel bestaat uit een metalen bestanddeel, bij voorkeur van lood, dat - zoals voorgesteld zal worden - een cilindrtsche-conische 5 vorm kan hebben, maar die ook andere vormen kan hebben, en die voorzien is van vinnen, die een dun profiel hebben, voor een nog te vermelden doeleinde. Het prop-vluchtstuurelement is, in het houderdeel daarvan, voorzien van uitwendige langsvinnen.

Het door de samenhang van de metalen kogel en van het prop-10 vluchtstuurelement gevormde projectiel conformeert zich aan de volgende kritische afmetingkarakteristieken. In de eerste plaats is de kogel - die bij voorkeur van antimoonlood, of van elk willekeurig ander geschikt metaalmateriaal vervaardigd is - onder - gedimensioneerd met betrekking tot de kaliberafmetingen van de kogel; de 15 kaliberafmetingen worden bereikt door de in het voorgaande genoemde houder en in het bijzonder door de in het voorgaande genoemde kunststof vinnen.

Het is mogelijk, maar niet nodig, dat teneinde de twee delen van het stelsel beter onderling op te sluiten de kunststof, waarvan 20 het prop-vluchtstuurelement vervaardigd is, gedeeltelijk in de binnenzijde van het metalen bestanddeel doordringt, onder het zodoende helpen vasthouden van de kogel door de houder, of dat het prop-vluchtstuurelement op een zodanige wijze gevormd is dat het ondersneden gedeelten heeft, die de kogel vasthouden om niet van de houder 25 af te glijden.

Op het moment van het afvuren wordt het projectiel geleid terwijl het door de boring beweegt, aan de ene kant door de afdicht-schotel voor de stuwgassen en aan de andere kant door het amortiserende deel van de prop zelf, waarvan een voorkeursvorm in het volgende 30 beschreven zal worden, en ook door de kunststof vinnen, die concentrisch en in langsrichting met betrekking tot de as van het projectiel aan de buitenzijde van de houder aangebracht zijn.

Dit veroorlooft het gebruik van het projectiel in jachtgeweren zowel met een cilindrische'loop als met een ingesnoerde loop, 35 omdat er geen mogelijkheid is dat. een kogel vervormd wordt door 8005397 4 wrijving in de hals van het geweer, wat negatieve gevolgen voor de veiligheid,en in elk geval het negatieve resultaat van verandering van de projectielvorm zou hebben.

Het prop-vluchtstuurelement, met de houder daarvan, wordt bij 5 voorkeur van polyetheen vervaardigd.

Een ander oogmerk van de uitvinding is een werkwijze voor het vervaardigen van het projectiel, welke bestaat uit het vervaardigen van de kogel, bij voorkeur door extrusie, en het inspuiten, bij voorkeur door drukinspuiting, van de kunststof van het prop-vluchtstuur-10 element in een matrijs, waarin de kogel een inzet vormt.

De vinnen van de kogel dienen om deze kogel als een inzet in de inspuitvormmatrijs te centreren.

Het prop-vluchtstuurelement wordt gevormd door een houderdeel en door een deel,dat op zich beschouwd kan worden als een prop, be-15 staande uit een amortiserend deel en een stuwgasafdichtschotel. De verkozen structuur van de prop is die welke voorgesteld is , voor een afzonderlijke prop voor schietpatronen, in de eerdere gebruiksmodel-aanvrage 21258 B/78 van de onderhavige Aanvraagster. Deze structuur, die een hoofdzakelijk amortiserende functie heeft wanneer deze als 20 een schietpatroon gebruikt wordt, is naar verrassend gebleken is er in het bijzonder op berekend om als vluchtstuurelement op te treden in de onderhavige structuur, waarin deze deel uitmaakt van het projectiel en daarmee mee beweegt langs de gehele vluchtbaan. Deze verkozen structuur is gekenmerkt door het feit dat, behalve te be-25 staan uit de gasafdichtschotel, die op zichzelf beschouwd een gebruikelijk element vormt, deze voorts bestaat uit twee schijfvormige elementen loodrecht op de projectielas en een reeks afscheidingen evenwijdig aan de projectielas en die het eerste van deze twee schijfvormige elementen aan de afdichtschotel, het tweede van deze 30 twee schijfvormige elementen aan de kogelhouder, en de schijfvormige elementen onderling verbinden. De elementen, die de twee schijfvormige elementen onderling verbinden, zijn verspringend aangebracht met betrekking tot die welke elk element aan de ene kant met de afdicht-schijf en aan de andere kant met de houder verbinden, en hebben een 35 lengte die bij voorkeur kleiner is dan de projectielradius. De genoem- 8005597 5 de structuur is op een zodanige wijze gedimensioneerd dat de afscheidingen als samengedrukte afstandsefementen optreden en praktisch onder-vormd blijven bij de algehele vervorming van de prop bij het schieten, welke vervorming daarentegen gevormd wordt door de buiging van de 5 twee in het voorgaande genoemde schijfvormige elementen die opgenomen zijn tussen de afdichtschotel en de houder. Dit gedrag is geheel tegengesteld aan die van de andere bekende proppen, in het bijzonder van het prop-vluchtstuurelement dat in het eerder genoemde Britse octrooischrift 1.348.320 beschreven is, waarbij de amortiserende IQ elementen, die vervormd worden op het moment van het afvuren die zijn welke opgenomen zijn tussen de schijfvormige elementen loodrecht op de projectieles.

De uitvinding wordt in het volgende nader toegelicht aan de hand van een in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld daarvan.

15 Fig. 1 is een afbeelding in perspectief van het projectiel volgens de uitvinding; fig. 2 is een zijaanzicht en gedeeltelijk een axiale doorsnede van hetzelfde projectiel; fig. 3 is een bovenaanzicht van hetzelfde projectiel; 20 fig. 4 is een dwarsdoorsnede van hetzelfde projectiel, volgens de twee verspringende vlakken IV - IV' die in fig. 2 aangegeven zijn beschouwd; en fig. 5 is een schematische voorstelling van de werkwijze voor het vervaardigen van het projectiel.

25 Zoals vervolgens in fig. 1 t/m 4 gezien wordt, bestaat het projectiel uit een metalen kogel 11, die gedeeltelijk in doorsnede gezien wordt in fig. 2 en 4 en een spitsboogvormige punt 12 heeft.

Onder de spitsboog heeft de kogel een eerste gedeelte, dat een cilindrische wand 13 heeft, daaronder heeft deze een tweede gedeelte, dat 30 een cilindrische wand met een grotere diameter 14 heeft, en een derde cilindrische gedeelte, dat een wand met minimum diameter 15 heeft.

Op de wand 14 zijn de centreervinnen 16 aangebracht, waarvan de functie in het volgende beschreven zal worden.

Het prop-vluchtstuurelement is algemeen aangegeven met 10 en 35 bestaat, van onder naar boven, uit een schotel 17 om een afdichting te ft Λ 7? } Λ "7 o w 3 o y / 6 vormen voor de afvoergassen, die ook optreedt als projectielvlucht-stuurelement, een tussengelegen amortiserend gedeelte 14,dat een netwerkstructuur heeft zoals vermeld zal worden, en daarboven een houder 19, die aan de buitenzijde voorzien is van ribben 20 en in-5 wendig gevormd is op een wijze corresponderende met de vorm van de kogel.

Het tussengelegen amortiserende deel 18 wordt gevormd door een reeks afscheidingen, die in vlakken evenwijdig aan de projectielas ingesteld zijn, en een reeks schijfvormige elementen of membranen, 10 die zich in loodrechte vlakken bevinden. De eerste afscheidingen 21, waarvan er}drie zijn, zijn verbonden aan de afdichtschotel 17 en aan een schijf 22, de tweede afscheidingen 23, waarvan er twee zijn, zijn verbonden aan de schijf 22 en aaui een schijf 24, en de derde afscheidingen 25, waarvan er ook drie zijn, zijn verbonden 15 aan de schijf 24 en aan de schijf vormige bodem 26 vein de houder 19.

De vorm van het amortiserende deel is niet nieuw op zichzelf, daar het overeenkomstig is aan die welke reeds gebruikt worden in afzonderlijke proppen voor schietpatronen, zoals in de vermelde eerdere gebruiksmodel"aanvrage van de onderhavige Aanvraagster, maar het 20 verkrijgt in dit projectiel een nieuwe functie en brengt een nieuw technisch effect tot stand.

Het projectiel, dat het oogmerk van de uitvinding vormt, is vervaardigd zoals in fig. 5 voorgesteld is, op de volgende wijze.

De matrijs, die algemeen met 30 aangegeven is, bestaat, van 25 onder naar boven in fig. 5, uit een cilindrisch element 31, dat het cilindrische oppervlak vormt, dat het projectiel aan de buitenzijde omhult, en op de binnenwand waarvan de Vinnen 16 vein de kogel gecentreerd zijn bij 32 om deze kogel binnen de matrijs in te stellen.

Het bovenste deel van dit element 31 is voorzien van uitsteeksels 30 33, die de uithollingen 29 van de houder 19 begrenzen, De spitsboog 12 van de kogel rust op een element 34 terwijl het element 35 de bovenrand van de houder 19 vormt.

Boven (met betrekking tot fig. 5) het gedeelte van de matrijs, die beschreven is, is een cilindrisch element 36 gevormd, waarin 35 zich stukken 37 bevinden, die verschillende vormen hebben en loze 8 0 0 c 3 S 7 7 zones van de amortiserende gedeelten 18 van het prop-vluchtstuurelement 10 begrenzen, welke elementen in een aantal en met de vormgeving die nodig is om hun uittrekking na de matrijsgieting te veroorloven optreden. Verder naar boven wordt een element 38 aangetroffen, waar-5 binnen een kern 39 ingesteld is, die het ondervlak van de schotel 17 begrenst, de onderste zijranden 40 waarvan (zie fig. 2) begrensd worden door het binnenvlak van het element 38. Met het verwijzings-cijfer 41 is een mondstuk voor het voortleiden van de kunststof aangegeven..

jq Teneinde het projectiel te vervaardigen, wordt het element 31 ingesteld met de daarmee samenwerkende delen en wordt de kogel op zijn plaats gezet, waarbij de plaats van de kogel bepaald wordt door de aanligging van de spitsboog daarvan en door de centrering van de vinnen 16. Daarna wordt de samenstelling van de matrijs voltooid en 15 tenslotte wordt de kunststof ingebracht en vult deze al de lege ruimten, onder het zodoende vormen van het prop-vluchtstuurelement.

De kunststof kan zoals duidelijk zal zijn uit elk willekeurig 'geschikt thermoplastisch materiaal bestaan, bij voorkeur een polyolefine, zeals polyetheen, polypropeen of elk willekeurig ander ge-20 schikt materiaal.

De natuurlijke krimp van de kunststof na de matrijsgieting dient om de kogel stevig op te sluiten binnen de houder en deze daarin vast te houden, waarbij deze kogel zelfs nog steviger vastgehouden wordt gezien het feit dat zijn cilindrische gedeelte 19 en de 25 vinnen 16 aanliggen tegen de kraag 42 (fig. 2) van de houder.

Kort samengevat is in het voorgaande een projectiel voor lopen met gladde boring beschreven, dat gevormd wordt door een metalen kogel 11, welke hoofdzakelijk vervaardigd is van lood, en door een prop-vluchtstuurelement 10 van kunststof. De kogel 11 wordt gevormd door 30 een metalen bestanddeel, dat uitgevoerd is met een spitsboog 12 met centreervinnen 16 en bestaat uit een of meer cilindrische segmenten.

Het prop-vluchtstuurelement 10 bestaat uit een houder 19, die aan de kogel 11 verbonden is en deze zelfde, een amortiserend gedeelte 18 en e en schotel 17 om een afdichting voor de stuurgassen te vormen bevat.

35 Het amortiserende gedeelte 18 en de afdichtschotel 17 dienen om het 80C5697 8 projectiel in zijn vlucht te sturen.

8 0 0 b 6 9 7

Claims (15)

1. Projectiel voor lopen met gladde boring, gekenmerkt doordat het gevormd wordt door de combinatie van een metalen kogel en een prop-vluchtstuurelement van kunststof, bestaande uit een houder, die stevig verbonden is aan de kogel en deze zelfde, een amortiserend 5 gedeelte en een afdichtschotel voor het vasthouden van de stuwgassen bevat, waarbij het amortiserende gedeelte en de afdichtschotel ook als vluchtstuurelement voor het projectiel in zijn vlucht dienen.

2. Projectiel volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de kogel gevormd wordt door een metalen bestanddeel, dat uitgevoerd is met 10 een spitsboog.

3. Projectiel volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de kogel een rompbestanddeel heeft, dat uit een of meer cilindrische segmenten bestaat.

4. Projectiel volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de kogel 15 voorzien is van vinnen, die een dun profiel hebben.

5. Projectiel volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat het prop-vluchtstuurelement voorzien is van buitenste langsvinnen in het gedeelte , dat als een houder dient.

6. Projectiel volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de kogel 20 in hoofdzaak ondergedimensioneerd is met betrekking tot de kaliber- afmeting van de loop, welke kaliber^afmetingen bereikt worden door de houder, die deel uitmaakt van het prop-vluchtstuurelement.

7. Projectiel volgens conclusie 6, gekenmerkt doordat de kaliber-afmetingen bereikt worden door de vinnen waarvan het prop-vlucht- 25 stuurelement voorzien is in het houderdeel daarvan.

8. Projectiel volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de kunststof waarvan het prop-vluchtstuurelement vervaardigd is, in holten van de kogel doordringt teneinde het houderdeel bij het vasthouden van de kogel behulpzaam te zijn.

9. Projectiel volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat het prop-vluchtstuurelement op een zodanige wijze gevormd is dat het ondersnedengedeelten heeft, die de kogel vasthouden om niet van het houderdeel af te glijden.

10. Projectiel volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de kogel 8005897 van een loodlegering vervaardigd is en het prop-vluchtstuurelement van polyetheen.

11. Werkwijze voor het vervaardigen van een projectiel voor lopen met gladde boring volgens een der voorgaande conclusies, 5 bestaande uit het vervaardigen van een metalen kogel, het instellen van deze kogel in gecentreerde positie in een matrijs, waarin deze een inzet vormt en die op een zodanige wijze gevormd is dat de lege ruimten, die overblijven nadat de kogel op zijn plaats gezet is, de vormgeving van het prop-vluchtstuurelement bepalen, en het 10 inspuiten in de matrijs van de kunststof, die het prop-vluchtstuurelement vormt.

12. Werkwijze volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de positie van de kogel in de matrijs bepaald wordt door het aanliggen van zijn spitsboog of steunelementen en door de centrering van de 15 vinnen, waarvan deze voorzien is, binnen een cilindrisch binnenvlak van de matrijs.

13. Werkwijze volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat het prop-vluchtstuurelement door drukinspuiting gevormd is.

14. Projectiel voor lopen met gladde boring, in hoofdzaak 20 zoals voorgesteld in de beschrijving en/of tekening.

15. Werkwijze voor de vervaardiging van een projectiel voor lopen met gladde boring, in hoofdzaak zoals voorgesteld in de beschrijving en/of tekening. 8005657