NL8005327A

NL8005327A - LIFTING EQUIPMENT, PARTICULARLY FLOATING BUCKET.

Info

Publication number: NL8005327A
Application number: NL8005327A
Authority: NL
Original assignee: Itrec Bv
Priority date: 1980-09-24
Filing date: 1980-09-24
Publication date: 1982-04-16
Also published as: EP0049001A1; EP0049001B1; DE3172428D1

Description

. · * 'N.O. 29.371 —. * 'N.O. 29,371 -

Hijswerktuig, in'het bijzonder..drijvende bok*Hoisting gear, in particular ... floating buck *

De uitvinding heeft betrekking op een hijswerktuig, in het bijzonder drijvende bok, voorzien van een hijsportaal of hijsmast aan het boveneinde waarvan een aantal naast elkaar geplaatste takels schar-nierbaar is bevestigd, waarbij elk van die takels een uit een aantal 5 schijven bestaand vast bovenblok en een uit een aantal schijven bestaand los onderblok omvat.The invention relates to a hoisting device, in particular a floating trestle, provided with a hoisting portal or hoisting mast at the top end of which a number of adjoining hoists are pivotally mounted, each of these hoists being a fixed top block consisting of a number of 5 discs and includes a multi-disc loose bottom block.

Bij bekende uitvoeringen van zo een hijswerktuig, lopen de draaiassen van de schijven en de scharnierophangassen via welke de bovenblokken zijn opgehangen, evenwijdig aan elkaar en is tussen elk van de 10 draaiassen en elk van de scharnierophangassen een extra tussenscharnier aangebracht, waarvan de as loodrecht staat op die van de draaiassen van de schijven en op de scharnierophangassen. Afgezien van wrijving is de hijskracht van een takel gelijk aan het produkt van de kracht, waarmee aan de hijskabels wordt getrokken en het aantal parten waaraan de last 15 hangt.In known embodiments of such a hoist, the pivot axes of the disks and the pivot suspension axes, via which the upper blocks are suspended, run parallel to each other and an additional intermediate hinge is arranged between each of the 10 pivot axes and each of the pivot suspension axes, the axis of which is perpendicular on the pivot axes of the discs and on the pivot suspension axes. Apart from friction, the hoisting force of a hoist is equal to the product of the force with which the hoisting ropes are pulled and the number of parts from which the load is suspended.

De totale hijskracht van het hijswerktuig is gelijk aan de som van de hijskrachten van de afzonderlijke takels. Om de hijskracht te vergroten, zal het aantal schijven per takelblok of het aantal takels moeten worden vergroot. In beide gevallen is hiervoor ruimte evenwijdig 20 aan de scharnierophangassen nodig. Indien deze ruimte niet aanwezig is, bijvoorbeeld als de bovenbreedte van het portaal van de drijvende bok vastligt en binnen die breedte een te groot aantal schijven moet worden ondergebracht, bestaat*de mogelijkheid de bovenblokken in twee delen te splitsen en achter of onder elkaar aan te brengen. Het onder elkaar 25 plaatsen van de twee delen van de bovenblokken betekent verlies aan hijshoogte. Het achter elkaar plaatsen van de twee delen van de bovenblokken maakt de constructie gecompliceerd en duur en beperkt eveneens de hijshoogte omdat men met de gedeelde bovenblokken vrij moet blijven van het hijsportaal.The total lifting force of the hoist is equal to the sum of the lifting forces of the individual hoists. To increase the lifting force, the number of discs per hoist block or the number of hoists will have to be increased. In both cases this requires space parallel to the hinge suspension shafts. If this space is not available, for example if the top width of the portal of the floating trestle is fixed and an excessive number of disks has to be accommodated within that width, * it is possible to split the top blocks into two parts and to connect them behind or under each other bring. Placing the two parts of the upper blocks under each other means loss of lifting height. Placing the two parts of the upper blocks one behind the other makes the construction complicated and expensive and also limits the lifting height because the divided upper blocks have to remain free of the lifting portal.

30 Andere nadelen van bekende uitvoeringen van drijvende bokken zijn het noodzakelijke extra tussenscharnier dat de hijshoogte verkleint, en de beperkte scharnierhoek (bijvoorbeeld 15°) waarmee de takels ten opzichte van elkaar om dit tussenscharnier kunnen scharnieren.Other drawbacks of known embodiments of floating buoys are the necessary additional intermediate hinge that reduces the lifting height, and the limited hinge angle (for instance 15 °) with which the hoists can hinge relative to each other about this intermediate hinge.

Met de uitvinding wordt beoogd de takelblokken van een in de aan-35 hef aangeduid hijswerktuig zodanig te plaatsen, dat de genoemde bezwaren worden opgeheven.The object of the invention is to place the hoist blocks of a hoisting implement indicated in the lifting device in such a way that the above-mentioned drawbacks are eliminated.

8005327 «r. Λ -2-8005327. Λ -2-

In verband met deze ophanging van de takelblokken (90° gedraaid ten opzichte van de algemeen gangbare ophanging) is het nu tevens mogelijk om de buitenste en binnenste takelblokken eenvoudig door middel van hijsstroppen, welke bevestigd zijn aan de schijfassen van het onderblok, 5 onderling met elkaar te verbinden. Volgens de uitvinding is het in de aanhef genoemde hijswerktuig hiertoe gekenmerkt doordat de draaiassen van de schijven zich in hoofdzaak loodrecht uitstrekken op de scharnier-assen waarmee de bovenblokken aan het portaal of de mast zijn opgehangen.In connection with this suspension of the hoist blocks (rotated 90 ° with respect to the commonly used suspension), it is now also possible to simply attach the outer and inner hoist blocks by means of lifting slings, which are attached to the disc shafts of the bottom block, mutually to connect each other. According to the invention, the hoisting gear mentioned in the preamble is characterized for this purpose in that the pivot axes of the discs extend substantially perpendicular to the pivot axes with which the upper blocks are suspended from the portal or the mast.

Bij belasting van de onderste takelblokken zal het onderblok zich 10 instellen in de richting van de hijsstroppen. In bepaalde hijssituaties kan dit een groot voordeel betekenen*When the lower hoist blocks are loaded, the lower block will adjust in the direction of the lifting slings. In certain lifting situations this can be a great advantage *

Onafhankelijk van de lengte van de blokken, d.w.z. van het aantal schijven per blok, wordt de breedte die de gezamenlijke bovenblokken innemen in hoofdzaak bepaald door de diameter van de schijven en door 15 het aantal bovenblokken. Het aantal schijven kan dus worden vergroot zonder dat daarvoor meer breedte (bijvoorbeeld meer portaalbreedte) nodig is. De assen van de bovenblokken dienen als scharnierassen waaromheen deze blokken dwars op de richting van de parten van de hijskabels kunnen scharnieren terwijl de schijven en schijfassen fungeren als schar-20 nierpunten voor de takel in de richting evenwijdig aan het vlak van het hijsportaal, en de hijstakel een veel grotere scharnierhoek met de verticaal toelaten dan de gebruikelijke 15°. Bovendien zullen de tussenschar-nieren vervallen, hetgeen minder verlies aan hijshoogte betekent.Irrespective of the length of the blocks, i.e. the number of discs per block, the width occupied by the joint upper blocks is mainly determined by the diameter of the discs and by the number of upper blocks. The number of disks can thus be increased without requiring more width (for example, more portal width). The shafts of the upper blocks serve as pivot shafts around which these blocks can pivot transversely to the direction of the parts of the hoisting ropes, while the sheaves and shafts act as pivot points for the hoist in the direction parallel to the plane of the hoist portal, hoist a much larger hinge angle with the vertical allow than the usual 15 °. In addition, the intermediate hinges will be eliminated, which means less loss of lifting height.

Teneinde de bovenblokken vrij in twee onderling loodrechteschar-25 nierrichtingen te kunnen scharnieren verdient het de voorkeur dat ten minste de twee buitenste bovenblokken scharnierend zijn bevestigd aan een ten opzichte van het boveneinde van het portaal of de mast naar voren uitstekend gedeelte.In order to allow the top blocks to pivot freely in two mutually perpendicular hinge directions, it is preferred that at least the two outer top blocks are hinged to a portion projecting forward from the top end of the gantry or mast.

Door het naar voren plaatsen van alle bovenblokken zal de hijs-30 hoogte maximaal worden. De buigbelasting op de kop van het hijswerktuig (bijvoorbeeld de kop van het portaal) zal echter toenemen.By placing all the top blocks forward, the lifting height will be maximum. However, the bending load on the head of the hoist (for example, the head of the portal) will increase.

Indien ten minste een van de binnenste bovenblokken ten opzichte van de buitenste bovenblokken naar achteren is geplaatst zal de buigbelasting afnemen en zullen de hijsdraden van de verschillende bovenblok-35 ken elkaar onder een hoek kunnen kruisen hetgeen tot een grotere gebruiks-vrijheid van het hijswerktuig leidt. De verschillende blokken kunnen in dat geval ook aan eenvoudige consoleplaten scharnierend worden opgehangen. Ook door de onderlinge koppelingsmogelijkheid tussen de buitenste - 80 05 32 7If at least one of the inner top blocks is placed rearwardly with respect to the outer top blocks, the bending load will decrease and the hoisting wires of the different top blocks will cross at an angle, resulting in a greater freedom of use of the hoist . In that case, the different blocks can also be hinged on simple console plates. Also due to the interconnection possibility between the outer - 80 05 32 7

* I* I

-3- respectievelijk binnenste onderblokken is de gebruiksvrijheid van het hijswerk aanmerkelijk vergroot.-3- or inner lower blocks, the freedom of use of the hoisting gear has been considerably increased.

Ingeval de binnenste bovenblokken ten opzichte van de buitenste naar achteren zijn verplaatst zal de horizontale afstand tussen de binnen-5 ste en buitenste bovenblokken, gezien in een richting loodrecht op de assen van de schijven van de takels, afnemen bij het aftoppen (vergroten van de sprei) van het hijsportaal of de hijsmasti Om deze afstandverschillen over de gehele aftophoek gemiddeld klein te houden verdient het de voorkeur dat de naar achteren geplaatste bovenblokken lager dan 10 de overige bovenblokken zijn bevestigd.In case the inner top blocks have been moved backwards relative to the outer, the horizontal distance between the inner-5 and outer top blocks, viewed in a direction perpendicular to the shafts shafts, will decrease when tapping (increasing the bedspread) of the lifting portal or the lifting mast. To keep these distance differences on the whole taper angle on average small, it is preferable that the rear-mounted top blocks are mounted lower than 10 the other top blocks.

Voor de eenvoud kunnen de lager geplaatste bovenblokken eveneens aan uitstekende console-platen zijn bevestigd.For simplicity, the lower-placed top blocks can also be attached to protruding console plates.

Indien de uitvinding wordt toegepast op een een drijvende bok met een hijsportaal, zal elk van de zich over een hoger geplaatst boven-15 blok uitstrekkende hijskabel bij voorkeur door een afzonderlijke pijp in de bovenbalk van dat portaal lopen.If the invention is applied to a floating trestle with a hoist gantry, each of the hoist rope extending over a higher-positioned top block will preferably pass through a separate pipe in the top beam of that gantry.

De uitvinding zal nu aan de hand van de figuren nader worden toegelicht.The invention will now be explained in more detail with reference to the figures.

Figuur 1 toont een aanzicht van het bovengedeelte van een hijs-20 portaal van een drijvende bok.Figure 1 shows a view of the top portion of a lifting gantry of a floating trestle.

Figuur 2 toont een doorsnede volgens de lijn II-II op een grotere schaal.Figure 2 shows a section along the line II-II on a larger scale.

Bij de weergegeven slechts als uitvoeringsvoorbeeld bedoelde constructie gaat het om de wijze, waarop de vier takels van een drijvende 25 bok aan het bovenstuk van een hijsportaal zijn aangebracht en de koppe-lingsmogelijkheid tussen de onderblokken onderling welke hieruit voortvloeit .The construction shown as an exemplary embodiment only concerns the manner in which the four hoists of a floating trestle are arranged on the top part of a hoist gantry and the possibility of coupling between the bottom blocks resulting therefrom.

Het portaal is samengesteld uit twee poten 1 en een verbindings-balk 2. Elk van de takels omvat een vast bovenblok 3 bestaande uit vijf 30 draaibare schijven en een via de parten van de hijskabel los er onder hangend onderblok 4 dat uit vijf draaibare schijven bestaat. Het aantal schijven van boven- en onderblok kan één verschillen.The gantry is composed of two legs 1 and a connecting beam 2. Each of the hoists comprises a fixed top block 3 consisting of five 30 rotating discs and a lower block 4 consisting of five rotating discs hanging via the sections of the hoisting cable. . The number of upper and lower block disks may differ by one.

Een schematisch aangegeven hijshaak 6 is aan elk onderblok 4 bevestigd. Deze haak kan elke willekeurige geschikte uitvoering hebben.A schematically indicated hoisting hook 6 is attached to each bottom block 4. This hook can be of any suitable design.

35 De bovenblokken 3 zijn scharnierend aan het portaal 1,2 bevestigd.The top blocks 3 are hinged to the portal 1,2.

De scharnierassen 7 lopen in de lengterichting van de balk 2. Wezenlijk voor de uitvinding is dat de draaiassen 16 van de schijven 5 van de blokken 3,4 zich loodrecht op de scharnierassen 7 uitstrekken.The pivot shafts 7 extend in the longitudinal direction of the beam 2. It is essential for the invention that the pivot shafts 16 of the disks 5 of the blocks 3,4 extend perpendicular to the pivot shafts 7.

80 05 32 7 t <· * -4-80 05 32 7 t <· * -4-

Daarmee wordt bereikt dat binnen de door de lengte van de balk 2 bepaalde breedte veel minder beperking bestaat voor het aantal schijven 5, dat in de bovenblokken kan worden ondergebracht. Bovendien is de hoek waarover de tussen een bovenblok 3 en een onderblok 4· lopende parten van de hijs-5 kabels 10 zijdelings kunnen scharnieren (rondom de schijven 5) aanzienlijk groter dan 15°, hetgeen gewoonlijk de maximale hoek is waarover overeenkomstige delen van hijskabels van bekende drijvende bokken zijdelings kunnen uitwijken. Een voordeel is ook dat tussen de scharnier-assen 7 en de bovenblokken 3 geen tussenscharnieren nodig zijn, die de 10 maximale hijshoogte zouden verminderen. De schijfassen 16 van de onderblokken 4· zijn verlengd. Hierdoor kunnen de binnenste respectievelijk buitenste onderblokken 4· onderling door een hijsstrop 17 met elkaar worden gekoppeld, hetgeen de gebruiksvrijheid van het hijswerktuig aanmerkelijk vergroot. Bij de weergegeven uitvoering zijn de twee aan de buitenzijde 15 aangebrachte takels via hun scharnierassen 7 bevestigd aan naar voren uitstekende console-platen 8, terwijl de twee aan de binnenzijde aangebrachte takels via hun scharnierassen 7 zijn opgehangen aan console-platen 9, die niet naar voren doch naar onderen uitsteken. Als gevolg van deze tweevoudig verspringende opstelling van de buitenste en binnenste 20 takels wordt bereikt, dat de hijskabels 10 in twee richtingen over een relatief grote hoek kunnen uitwijken en de hijskabels van een buitenblok en die van een binnenblok elkaar zelfs kunnen kruisen.This achieves that within the width determined by the length of the beam 2, there is much less restriction for the number of disks 5 that can be accommodated in the upper blocks. In addition, the angle through which the sections of the hoisting-5 ropes 10 running between an upper block 3 and a lower block 4 · can hinge sideways (around the sheaves 5) is considerably greater than 15 °, which is usually the maximum angle over which corresponding parts of hoisting ropes can drift sideways from known floating bucks. An advantage is also that no intermediate hinges are required between the hinge shafts 7 and the top blocks 3, which would reduce the maximum lifting height. The disc shafts 16 of the bottom blocks 4 · are elongated. As a result, the inner and outer lower blocks 4 · can be mutually coupled to each other by means of a lifting sling 17, which considerably increases the freedom of use of the hoisting implement. In the illustrated embodiment, the two externally mounted hoists are attached to console plates 8 via their hinge shafts 7, while the two internally mounted hoists are suspended via console hinge shafts 7 to console plates 9, which do not protrude forward but down. As a result of this twofold staggered arrangement of the outer and inner hoists, it is achieved that the hoisting cables 10 can deflect in two directions over a relatively large angle and the hoisting cables of an outer block and those of an inner block can even cross each other.

Aangezien de binnenblokken een positie innemen die ten opzichte van de buitenblokken niet alleen naar achteren doch ook naar onderen 25 is geplaatst, zal bij het zogenaamde aftoppen van het portaal 1,2, d.w.z. het onder een kleinere hoek ten opzichte van het horizontale vlak doen hellen van het portaal, de horizontale afstand gezien in de richting van op de draaiassen van de schijven 5, tussen de buitenblokken en de binnenblokken over het gehele aftoptraject gemiddeld een relatief 30 constante waarde hebben.Since the inner blocks occupy a position which is placed not only backwards but also downwards with respect to the outer blocks, the so-called tapping of the portal will cause 1.2 to tilt, ie at a smaller angle to the horizontal plane. of the gantry, the horizontal distance viewed in the direction of on the rotational axes of the disks 5, between the outer blocks and the inner blocks, on average, has a relatively constant value over the entire topping path.

De bevestiging van de scharnierassen 7 aan console-platen 8 respectievelijk 9 in plaats van aan een zich over-de gehele lengte van de balk 2 uitstrekkende kop bevordert de eenvoud Van de constructie.The attachment of the pivot shafts 7 to console plates 8 and 9, respectively, instead of to a head extending over the entire length of the beam 2 promotes the simplicity of the construction.

De voor de twee buitenste takels bestemde hijskabels 10 worden 35 vanaf een niet weergegeven lier over een leischijf 11, een in de balk 2 aangebrachte pijp 12 en een leischijf 13 naar een los onderblok 4· geleid. De hijskabels 10 voor de twee binnenste takels lopen via een leischijf 14· naar een los onderblok 4·. Elke hijskabel 10 loopt volgens parten een aantal malen op en neer tussen een bovenblok en een onderblok.The hoisting ropes 10 intended for the two outer hoists are guided from a winch (not shown) over a guide disc 11, a pipe 12 arranged in the beam 2 and a guide disc 13 to a loose lower block 4. The hoisting cables 10 for the two inner hoists run via a guide disc 14 · to a loose lower block 4 ·. Each hoisting cable 10 runs up and down a number of times between a top block and a bottom block.

80 05 32 7 -5-80 05 32 7 -5-

Om een portaal 1,2 te tulen zijn naar achteren uitstekende consoles 15 aan de balk 2 vastgelast.To tull a portal 1,2, backwardly projecting consoles 15 are welded to the beam 2.

De weergegeven constructie heeft onder meer de volgende voordelen: - Binnen een door de lengte van de balk 2 bepaalde breedte van 5 het hijsportaal bestaat een veel mindere beperking betreffende het aantal schijven 5 dat in de bovenblokken 3 kan worden ondergebracht.The construction shown has, inter alia, the following advantages: - Within a width of the hoisting portal determined by the length of the beam 2, there is a much lesser limitation with regard to the number of discs 5 that can be accommodated in the upper blocks 3.

De hoogte over welke een last bij een bepaalde vaste portaal-lengte kan worden gehesen, is vergroot.The height over which a load can be lifted at a given fixed gantry length has been increased.

10 - De scharnierhoek waarover de hijskabels zijdelings ten opzichte van elkaar kunnen scharnieren is aanzienlijk groter dan de gebruikelijke 15°.10 - The hinge angle over which the hoisting ropes can pivot side to side is considerably greater than the usual 15 °.

Door het ontbreken van een extra tussenscharnier is de constructie minder gecompliceerd.Due to the lack of an extra intermediate hinge, the construction is less complicated.

15'· - De zich tussen de blokken uitstrekkende parten van de hijskabels van de verschillende takels kunnen vrij in twee richtingen scharnieren, waarbij de hijskabels van een buitenblok die van een buitenblok die van een binnenblok zelfs kunnen kruisen.15 '- - The parts of the hoisting ropes of the various hoists extending between the blocks can hinge freely in two directions, the hoisting ropes of an outer block and those of an outer block even crossing that of an inner block.

Door de onderlinge koppelingsmogelijkheid van de buitenste 20 respectievelijk binnenste onderblokken middels de uitstekende scharnierassen 16 is de gebruiksvrijheid van het hijswerktuig aanmerkelijk vergroot.Owing to the mutual coupling possibility of the outer 20 and inner lower blocks by means of the projecting pivot shafts 16, the freedom of use of the hoisting implement is considerably increased.

De uitvinding is niet beperkt tot de weergegeven en besproken uitvoering. Binnen het kader van de conclusies zijn verschillende wij-25 zigingen mogelijk.The invention is not limited to the illustrated and discussed embodiment. Various changes are possible within the scope of the claims.

-conclusies- 80 05 32 7-conclusions- 80 05 32 7

Claims

1. Hoisting gear, in particular a floating trestle, provided with a hoisting portal or lifting mast at the top end of which a number of juxtaposed hoists are mounted pivotally, each of these hoists having a fixed top block consisting of a number of discs and a number of discs existing loose bottom block, characterized in that the pivot axes of the disks (5) extend substantially perpendicular to the pivot shafts (7) with which the top blocks (3) are on the portal (1,2) or the mast hung up.

Hoist according to claim 1, characterized in that at least the two outer top blocks (3) are hinged to a portion (8) projecting forward from the top end of the gantry or mast.

Hoist according to claim 2, characterized in that at least one of the inner top blocks (3) is moved backwards relative to the outer top blocks (3).

Hoist according to claim 3, characterized in that the top blocks placed backwards are mounted lower than the other top blocks.

Hoisting device according to claim 4, characterized in that the lower-placed top blocks are hinged to protruding console plates (9).

Hoist according to claims 2 to 5, characterized in that each hoisting rope (10) extending to a higher placed top block passes through a separate pipe (12) in the top beam (2) of the portal.

Hoisting device according to Claims 2 to 6, characterized in that the disc shafts (16) of the bottom blocks (4 ·) are extended, so that mutual coupling of outer and inner bottom blocks is possible. \ 80 05 32 7