NL7907218A - Apparaat voor het opnemen en/of weergeven van informatie op een magneetband. - Google Patents

Apparaat voor het opnemen en/of weergeven van informatie op een magneetband. Download PDF

Info

Publication number
NL7907218A
NL7907218A NL7907218A NL7907218A NL7907218A NL 7907218 A NL7907218 A NL 7907218A NL 7907218 A NL7907218 A NL 7907218A NL 7907218 A NL7907218 A NL 7907218A NL 7907218 A NL7907218 A NL 7907218A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
magnetic head
head
piezoelectric element
magnetic
positioning device
Prior art date
Application number
NL7907218A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Philips Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Philips Nv filed Critical Philips Nv
Priority to NL7907218A priority Critical patent/NL7907218A/nl
Priority to EP80200864A priority patent/EP0026523B1/en
Priority to DE8080200864T priority patent/DE3068532D1/de
Priority to AU62710/80A priority patent/AU542598B2/en
Priority to ES495328A priority patent/ES8105873A1/es
Priority to CA000361444A priority patent/CA1149058A/en
Priority to JP13243380A priority patent/JPS5658128A/ja
Priority to AT0478980A priority patent/AT372797B/de
Publication of NL7907218A publication Critical patent/NL7907218A/nl
Priority to US06/454,212 priority patent/US4451862A/en

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B5/00Recording by magnetisation or demagnetisation of a record carrier; Reproducing by magnetic means; Record carriers therefor
    • G11B5/48Disposition or mounting of heads or head supports relative to record carriers ; arrangements of heads, e.g. for scanning the record carrier to increase the relative speed
    • G11B5/56Disposition or mounting of heads or head supports relative to record carriers ; arrangements of heads, e.g. for scanning the record carrier to increase the relative speed with provision for moving the head support for the purpose of adjusting the position of the head relative to the record carrier, e.g. manual adjustment for azimuth correction or track centering
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B5/00Recording by magnetisation or demagnetisation of a record carrier; Reproducing by magnetic means; Record carriers therefor
    • G11B5/10Structure or manufacture of housings or shields for heads
    • G11B5/105Mounting of head within housing or assembling of head and housing

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Manufacturing & Machinery (AREA)
  • Adjustment Of The Magnetic Head Position Track Following On Tapes (AREA)

Description

* ' -4.
PHN 957¾ 1 N.V. Philips * Gloeilampenfabrieken te Eindhoven "Apparaat voor het opnemen en/of weergeven van informatie op een magneetband".
De uitvinding heeft betrekking op een apparaat voor het opnemen en/of weergeven van informatie op een magneetband, voorzien van een gesteldeel, waarop tenminste één kopdrager is aangebracht, die een magneetkop en een 5 positioneerinrichting draagt, welke positioneerinrichting een star met de kopdrager verbonden piëzo-elektrisch element omvat, waarvan althans één van nabij twee tegenoverliggende zijden van het piëzo-elektrisch element gelegen be-vestigingsdelen verbonden is met de magneetkop en door welk 10 piëzo-elektrisch element de magneetkop ten opzichte van de kopdrager verzwenkbaar is voor een beïnvloeden van de azimuthhoekstand van de magneetkop.
Het is voor het weergeven van in sporen op een magneetband opgenomen informatie van groot belang dat tij-10 dens het weergaveproces de azimuthhoekstand van de magneetkop ten opzichte van de as van het betreffend weer te geven informatiespoor op de juiste wijze ingesteld is. Een afwijkende azimuthhoekstand van de magneetkop, welke afwijking de zgn. azimuthfout vormt, heeft tot gevolg dat de hogere 20 frequenties van het informatiesignaal minder goed worden weergegeven. Zo kan bijvoorbeeld een azimuthfout van slechts enkele minuten de weergave van de hoge frequenties van een audiosignaal met enkele kHz verminderen. Dit probleem treedt onder meer veelvuldig op bij het weergeven van voorbespeelde 20 magneetbandcassettes, waarvan de magneetband met professionele apparatuur buiten de cassette wordt gemoduleerd en daarna in de cassette wordt aangebracht, als gevolg waarvan vanwege een vaak gebrekkige bandgeleiding binnen de cassette azimuthfouten kunnen optreden.
Bij een apparaat van de bovengenoemde soort, bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 3.526.726, worden optredende azimuthfouten door verzwenking van de magneetkop ten gevolge van de werking van een positioneerinrich- 790 72 1 8 PHN 957^ 2 *> * * r ting opgeheven. Voor deze zgn. azimuthcorrectie omvat de positioneerinrichting twee aan weerszijden van de magneet-kop gelegen piëzo-elektrische elementen, die elk in het midden star met de kopdrager verbonden zijn. Twee beves-5 tigingsdelen van elk piëzo-elektrisch element zijn via elastische scharnieren met de magneetkop verbonden. Door deze vrij gecompliceerde constructie van de positioneerinrichting is de maximale uitslag van de piëzo-elektrische elementen en daarmee de maximaal realiseerbare verzwenking 10 van de magneetkop en de maximaal korrigeerbare azimuthfout betrekkelijk gerhg. Bij het verzwenken van de magneetkop kunnen door de scharnierende verbindingen tussen elk piëzo-elektrisch element en de magneetkop onderlinge positione-ringsafwijkingen optreden, waardoor de azimuthcorrectie 15 vertraagd of onvolledig plaatsvindt.
De uitvinding beoogt een dergelijk apparaat te voorzien van een positioneerinrichting die op betrouwbare wijze in staat is vrij grote azimuthfouten te corrigeren.
Volgens de uitvinding omvat de positioneerinrich-20 ting slechts één piëzo-elektrisch element, van welk piëzo-elektrisch element uitsluitend een eerste bevestigingsdeel met de magneetkop en een tweede bevestigingsdeel met de kopdrager verbonden is, welke verbindingen beide star zijn uitgevoerd.
25 Op deze wijze is het piëzo-elektrisch element van een apparaat volgens de uitvinding in staat een betrekkelijk grote uitslag te maken en daardoor de magneetkop over een zodanige hoek te verzwenken, dat ook aanzienlijke azimuthfouten kunnen worden gecorrigeerd. Door de starre 30 verbinding tussen het eerste bevestigingsdeel van het piëzo-elektrisch element en de magneetkop volgt de magneetkop nauwkeurig de beweging van het eerste bevestigingsdeel, waardoor een optredende azimuthfout effektief gecorrigeerd wordt. Het apparaat is aldus in staat door een effektieve 35 azimuthcorrectie onder nagenoeg alle omstandigheden op een magneetband opgenomen informatiesignalen, ongeacht de azi-muthhoekstand van de voor opname toegepaste magneetkop, zonder verlies van hoge frequenties weer te geven.
790 7 2 1 8
f A
PHN 9574 3
Doordat de positioneerinrichting tezamen met de magneetkop als een compacte eenheid kan worden uitgevoerd, is de uitvinding in het bijzonder voordelig toepasbaar bij apparaten, waar een slechts geringe ruimte rond de magneet-5 kop beschikbaar is.
Om een goede beveiliging tegen van buitenaf optredende mechanische of elektromagnetische invloeden te verkrijgen, wordt een uitvoeringsvorm van een apparaat volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat om de positioneer-10 inrichting en de magneetkop een afschermhuis gelegen is, dat althans ten dele wordt gevormd door de kopdrager.
Teneinde de omvang van het afschermhuis beperkt te houden en toch een goede beveiliging te verkrijgen, wordt deze uitvoeringsvorm nader gekenmerkt, doordat het piëzo-15 elektrisch element in een door een wand van de magneetkop respektievelijk van het afschermhuis begrensde ruimte is gelegen en zich in een ruststand ongeveer evenwijdig aan deze wanden uitstrekt.
Om een voldoende betrouwbare, tegen mechanische 20 invloeden bestand zijnde starre bevestiging van het piëzo-elektrisch element te verkrijgen is het voordelig als volgens een verdere uitvoeringsvorm de bevestigingsdelen van het piëzo-elektrisch element vast op een eerste houder, respektieveli jk een tweede houder van de positioneerinrichting 25 aangebracht zijn, welke houders tegen een wand van de magneetkop respektievelijk een wand van het afschermhuis zijn vastgezet.
Volgens nog een andere uitvoeringsvorm van het apparaat volgens de uitvinding zijn de tweede houder en de 30 wand van het afschermhuis voorzien van onderling samenwerkende instelmiddelen,.met behulp waarvan de positie van de tweede houder ten opzichte van de wand van het afschermhuis instelbaar is. Aldus wordt de mogelijkheid verkregen de magneetkop en de positioneerinrichting tezamen nauwkeurig 35 ten opzichte van het afschermhuis te positioneren.
Een effektieve beveiliging van het piëzo-elektrisch element tegen een te grote uitslag wordt in weer een andere uitvoeringsvorm van een apparaat volgens de uit- 790 7 2 1 8 * « PHN 957^ 4 vinding verkregen, doordat de houders elk tenminste één aanslagvormend deel omvatten, welke delen de verzwenking van de magneetkop ten opzichte van de kopdrager in beide richtingen begrenzen.
5 Om de invloed van op de magneetkop uitwerkende krachten, zoals wrijvingskrachten ten gevolge van het langs de magneetkop bewegen van een magneetband, op te vangen, is het van voordeel als volgens een andere uitvoeringsvorm van een apparaat volgens de uitvinding de positioneerin-10 richting tevens ten minste één elastisch scharnier omvat, waarvan de scharnieras samenvalt met een as, waarom de magneetkop door het piëzo-elektrisch element verzwenkbaar is. Aldus kan de werking van het piëzo-elektrisch element niet door op de magneetkop uitgeoefende krachten worden verstoord.
15 Een gunstige konstruktie van deze uitvoeringsvorm wordt nader gekenmerkt, doordat twee elastische scharnieren aanwezig zijn, die aan weerszijden van het piëzo-elektrisch element gelegen zijn en elk met de beide houders verbonden zijn.
20 De azimuthhoekstand van de magneetkop kan volgens een verdere uitvoeringsvorm van een apparaat volgens de uitvinding nominaal worden ingesteld, doordat de kopdrager door middel van tenminste één meslager verzwenkbaar op het gesteldeel is aangebracht, door welke verzwenking de azi-20muthhoekstand van de magneetkop tevens beïnvloedbaar is.
Teneinde bij toepassing van een magneetkop die twee, door bijbehorende magneetkernen begrensde kopspleten omvat een zeer gunstige ligging van de zwenkas, waarom de magneetkop door het piëzo-elektrisch element verzwenkbaar 30 is, te verkrijgen wordt nog een andere uitvoeringsvorm van een apparaat volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat het piëzo-elektrisch element nagenoeg geheel binnen de magneetkop symmetrisch ten opzichte van de kopspleten in een door de magneetkernen begrensde ruimte gelegen is.
3® Volgens een gunstige andere uitvoeringsvorm van een apparaat volgens de uitvinding is het apparaat van zowel een opnamemagneetkop voor het opnemen van informatie als een weergavemagneetkop voor het weergeven van informatie 7907218 ί # ΡΗΝ 957^ 5 voorzien, waarbij uitsluitend de weergavemagneetkop door middel van de positioneerinrichting met de kopdrager is verbonden. Aldus wordt de positie van de opnamemagneetkop niet beïnvloed door de azimutbcorrectie van de weergavemagneet-5 kop en wordt voorkomen dat bij opname de ligging van de as van een op een magneetband op te nemen spoor door de werking van de positioneerinrichting wordt verstoord.
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van enkele in de tekening weergegeven uitvoeringsei vormen, waartoe de uitvinding evenwel niet beperkt is.
Figuur 1 toont een aanzicht van een gedeelte van een apparaat volgens de uitvinding.
Figuur 2 toont op vergrote schaal gedeeltelijk een doorsnede en gedeeltelijk een aanzicht van een deel van het 15 apparaat volgens figuur 1.
Figuur 3 toont een aanzicht volgens de pijl III in figuur 2.
Figuur h toont een aanzicht volgens de pijl IV in f iguur 3· 20 Figuur 5 toont schematisch de werking van een in een apparaat volgens de uitvinding aanwezig piëzo-elektrisch element.
Figuur 6 toont op vergrote schaal gedeeltelik een doorsnede en gedeeltelijk een aanzicht van een deel van 25 een apparaat volgens de uitvinding in een tweede uitvoeringsvorm.
Figuur 7 toont op vergrote schaal'gedeeltelijk een doorsnede en gedeeltelijk een aanzicht van een deel van een apparaat volgens de uitvinding in een derde uitvoeringsvorm.
Figuur 8 toont op vergrote schaal gedeeltelijk een doorsnede en gedeeltelijk een aanzicht van een deel van een apparaat volgens de uitvinding in een vierde uitvoeringsvorm.
Figuur 9 toont een doorsnede volgens de lijnen 35 IX-IX in figuur 8.
Figuur 10 toont een aanzicht van een gedeelte van een apparaat volgens de uitvinding in een vijfde uitvoeringsvorm.
790 7 2 1 8 PHN 9574 6
In figuur 1 is een apparaat 1 weergegeven, waarmee audio-informatie kan worden opgenomen en/of weergegeven op een magneetband 2, die in een in aanzicht volgens figuur I ongeveer rechthoekige cassette 3 om twee wikkelkernen ge-5 wikkeld ligt en tussen de wikkelkernen langs een lange zijde van de cassette geleid is.
Het apparaat is voorzien van een gesteldeel 4 dat verplaatsbaar ten opzichte van de cassette 3 met het overig deel van het apparaat verbonden is, welk gesteldeel een 10 koppenplaat vormt voor een tweetal magneetkoppen, te weten een wismagneetkop 5 en een gecombineerde opname/weer-gave magneetkop 6. De cassette omvat nabij de genoemde lange zijde een zijwand, voorzien van een aantal openingen, die het mogelijk maken, dat door beweging van het gesteldeel 15 4 in de richting van de cassette de magneetkoppen 5 en 6 in werkzaam contact met de magneetband 2 worden gebracht en dat de magneetband door een aandrukrol 7 tegen een met een niet weergegeven aandrijving van het apparaat koppel-bare kaapstander 8 wordt gedrukt.
20 Op de in de figuren 2 t/m 4 getoonde wijze is de magneetkop 6 boven het gesteldeel k aangebracht. Het gesteldeel k omvat hiertoe een tweetal op onderlinge afstand gelegen vaste steundelen 9 en 10 die aan de naar de magneetkop 6 gerichte bovenzijde elk zijn voorzien van een 25 sleufvormige opening. In de sleufvormige openingen zijn einddelen van lippen 11 respektievelijk 12 gelegen, waarbij de einddelen tezamen met de sleufvormige openingen zodanig ten opzichte van de magneetkop 6 en het gesteldeel b gelegen zijn, dat meslagers aanwezig zijn, waarom de mag-30 neetkop ten opzichte van het gesteldeel b verzwenkbaar is. Bij voorkeur strekt zich de zwenkas van deze meslagers althans nagenoeg loodrecht uit op de genoemde lange zijwand van de cassette 3· De lippen 11 en 12 maken deel uit van een kopdrager 13, die een opstaand dragerdeel 14, alsmede 35 een ongeveer loodrecht daarop gericht basisdeel 15 omvat. Zoals in de figuren 2 en b weergegeven, sluiten de lippen II en 12 aan op het dragerdeel 14. De lippen 11 en 12 zijn zodanig gevormd dat de genoemde einddelen van de lippen, 7907218 PHN ^51h 7 gerekend ten opzichte van de bandtransportrichting tijdens weergave of opname, weergegeven met de pijl A in de figuren 2 en 3» ongeveer halverwege naar elkaar toegerichte ongeveer evenwijdige wanden 16 respektievelijk 17 van het 5 dragerdeel 14, respektievelijk de magneetkop 6 gelegen zijn. Het basisdeel 15 is aan de van het dragerdeel 1¾ afgekeerde zijde voorzien vah een uitsteeksel 18 dat voorzien is van een opening waardoor een schroefbout 19 gestoken is, van welke bout een einddeel met een van schroef-10 draad voorziene opening 20 in het gesteldeel 4 samenwerkt. Op het basisdeel 15 sluit verder een verend deel 21 aan, dat met het van het basisdeel afgekeerde vrije einde gestoken ligt onder een op het gesteldeel 4 aangebrachte nok 22. Als weergegeven in figuur 2 tracht het verend deel 15 21 de kopdrager 13 in de richting volgens de pijl B om het meslager te verzwenken, waardoor het uitsteeksel 18 tegen de kop van de bout 19 gedrukt wordt.
Tegen de wand 16 is een positioneerinrichting 23 aangebracht, door middel waarvan de magneetkop 6 met de 20 kopdrager 13 is verbonden. Hiertoe omvat de positioneerinrichting 23 een eerste houder 24, die zich gezien volgens figuur 2 over de gehele hoogte van de wand 17 uitstrekt en die bij voorkeur door middel van een lijmverbinding tegen de wand 17 is vastgezet.
25 De positioneerinrichting 23 omvat verder een.
tweede houder 25, die evenals de houder 24 uit een geraak-ke-lijk fabriceerbaar, doch stevig materiaal, zoals spuit-giet-zink is vervaardigd. Teneinde de houder 25 te kunnen positioneren ten opzichte van het dragerdeel 14, en daar-30 mee ten opzichte van de kopdrager 13» zijn de tweede houder 25 en het dragerdeel 14 voorzien van onderling samenwerkende instelmiddelen. Deze middelen worden gevormd door op de houder 25 aanwezige instelnokken 26 respektievelijk 27 die zoals weergegeven in figuur 4 gelegen zijn in instel-sleufgaten 28 respektievelijk 29 in het dragerdeel 14. Daar de lengteas van de sleufgaten 28 en 29 zich bij voorkeur loodrecht op de genoemde lange zijwand van de cassette 3 uitstrekt is het door verschuiving van de nokken 26 res- 7907218 PHN 9574 8 pektievelijk 27 in de sleufgaten 28 respektievelijk 29 mogelijk de magneetkop in afstand tot de betreffende lange zijwand van de cassette 3 te positioneren. Dit is van belang in verband met het nauwkeurig instellen van de afstand, 5 waarover de magneetkop 6 tot binnen de cassette 3 door de beweging van het gesteldeel 4 verplaatsbaar is. De tweede houder 25 is verder voorzien van een schroefbout 30 waarvan de kop tegen het dragerdeel 14 aanligt en waarvan de steel door een in het dragerdeel 14 gelegen sleufvormige 10 opening geleid is, en wel zodanig dat de werking van de hiervoor genoemde instelraiddelen niet wordt belemmerd. Nadat de magneetkop door middel van de instelmiddelen is gepositioneerd wordt de bout 30 aangehaald en daarmee de tweede .houder 25 vastgezet. De tweede houder 25 strekt 15 zich, gezien volgens figuur 2, langs het dragerdeel 14 uit, waarbij het bovenste deel van de houder 25 op afstand boven de bovenzijde van het dragerdeel 14 gelegen is.
Dit bovenste deel van de houder 25 vormt een steundeel 31, waartegen een bevestigingsdeel 32 van een 20 piëzo-elektrisch element 33 is aangebracht. Het bevestigingsdeel 32 is nabij de bovenzijde van het piëzo-elektrisch element 33 gelegen. Nabij de onderzijde omvat het piëzo-elektrisch element een bevestigingsdeel 34, dat op een steundeel 35 van de eerste houder 24 is aangebracht. De 25 bevestigingsdelen 34 en 32 zullen hierna eerste respektie-velijk tweede bevestigingsdeel worden genoemd. Bij voorkeur is de verbinding tussen het piëzo-elektrisch element en de houder 24 en 25 door middel van een lijmverbinding vast uitgevoerd. Op deze wijze is verkregen dat het piëzo-30 elektrisch element nabij de twee tegenoverliggende zijden star met de magneetkop 6 respektievelijk de kopdrager 13 is verbonden. Het tussen het eerste bevestigingsdeel 34 en het tweede bevestigingsdeel 32 gelegen werkzaam deel is vrij gelegen en kan derhalve met het eerste bevestigings-35 deel 34 op nog nader te bespreken wijze ten opzichte van de houder 25 bewegen, welke beweging evenwel begrensd wordt door aanslag vormende delen, die op de houder 24 res-pektievelijk 25 aanwezig zijn en worden gevormd door paren 7907218 • » PHN 9574 9 nokken 36a respektievelijk 37a, alsmede door een nabij bet steundeel 35 op bet element 33 gelijmde nok 36b en een op de bouder 25 aanwezige nok 37b. Zoals uit figuur 2 en 3 valt op te maken, zijn de steunnokken 36a en 37a ter hoog-5 te van bet aangrenzend steundeel 31 van de tweede houder 25 aan weerszijden van het element 33 gelegen. Zoals ook in figuur 2 is weergegeven, strekt bet piëzo-elektriscb element 33 zich ongeveer halverwege de wanden 16 en 17 uit, waarbij bet element in een neutrale ruststand ongeveer evenwij— M dig aan deze wanden recht boven de genoemde meslagers is gelegen.
Zoals in de figuren 2 tot 4 weergegeven is aan weerszijden van het piëzo-elektriscb element 33 tussen de houders 24 en 25 een elastisch scharnier 38 respektievelijk 39 gelegen. De scharnieren 38 en 39 worden gevormd door met beide houders 24 en 25 verbonden einddelen van een draadvormige veer 40, waarvan de diameter ongeveer 0,10 tot 0,15 mm bedraagt en die op een wijze zoals in figuur 4 weergegeven met een middendeel in een uitsparing 41 in de houder ^ 25 gelegen is. Bij voorkeur is de uitsparing 41 opgebouwd uit twee onderling een hoek insluitende delen, waarbij de veer 40 met het middendeel een corresponderend verloop heeft. Het is gebleken dat door dit verloop de ligging van de scharnieras van de elastische scharnieren zo nauwkeurig ^ mogelijk samenvalt met de zwenkas, waarom de magneetkop op nog nader te beschrijven wijze door het piëzo-elektrisch element verzwenkbaar is.
Bij voorkeur is de magneetkop op zodanige wijze ten opzichte van het piëzo-elektrisch element 33 aange-30 bracht dat de bevestigingsdelen 32 respektievelijk 34 van het piëzo-elektrisch element in de nabijheid van de hoeken van de wand 17 met respektieve tegenoverliggende wanden 43 respektievelijk 42 van de magneetkop gelegen zijn. Hierdoor heeft het werkzaam deel van het piëzo-elektrisch 35 element 33 gerekend loodrecht op het gesteldeel 4 een afmeting die ongeveer overeenstemt met de afstand tussen de wanden 42 en 43·
Op de kopdrager 13 is verder een ongeveer U-vormig 790 7 2 1 8 PHN 9574 10 gebogen afsluitkap 44 aangebracht, die tezamen met het dragerdeel 14 en het basisdeel 15 van de kopdrager een afschermhuis vormt, dat om de positioneerinrichting 23 en de magneetkop 6 gelegen is en dat zowel de magneetkop als 5 de positioneerinrichting tegen van buitenaf optredende mechanischeOf elektromagnetische invloeden beveiligt.
De kopdrager 13 is tevens voorzien van een op het dragerdeel 14 aansluitende, in de richting van de genoemde lange zijwand van de cassette 3 uitstrekkende band-10 geleider 45, waarvan een basisdeel 46 op zodanige wijze is gevormd, dat daarop aansluitende bandgeleiderbenen 47 en 48 op ongeveer gelijke afstand ten opzichte van de wanden 16 en 17 gelegen zijn. Aldus zijn zowel de zwenkas van de meslagers als het piëzo-elektrisch element 33, de scharnier-15 as van de elastische scharnieren 38 en 39 en de bandgeleiderbenen 47 en 48 in de direkte nabijheid van een vlak gelegen dat op halve afstand ten opzichte van de genoemde wanden 16 en 17 gelegen is. Bij het lijmen van de houder 24 tegen de wand 17 wordt bij voorkeur een zodanige posi-20 tionering toegepast, dat, indien het element 33 zich in de rustpositie bevindt, de benen 47 en 48 nauwkeurig ten opzichte van de boven- respektievelijk onderzijde van de kopspiegel 50 ingesteld zijn.
De kopdrager 13 is aan de van de cassette 3 afge-25 keerde zijde voorzien van een aansluitplaat 49, waarop de diverse aansluitingen van de magneetkop 6 en het piëzo-elektrisch element 33 zijn aangebracht,
De werking van de in het voorgaande beschreven apparaat is als volgt. De magneetband 2 in de cassette 3 is 30 door middel van een opnamemagneetkop voorzien van opgenomen informatie, welke informatie in een aantal sporen op de band is vastgelegd. Bij weergave is het, teneinde te vermijden dat hogere frequenties van het informatiesignaal slecht worden weergegeven, van groot belang dat de azimuth-hoekstand van de magneetkop ten opzichte van de 'as van het betreffend weer te geven informatiespoor op de juiste wijze ingesteld is. Met azimuthhoekstand wordt hierbij bedoeld de hoek die in een kopspiegel 50 uitmondende kopspleten 51 7907218 * f PHN 957^ 11 respektlevelijk 52 insluiten met de as van het betreffend informatiespoor, waarbij de magneetkop in bet algemeen een juiste azimuthboekstand heeft indien de kopspleten loodrecht op de genoemde as van het informatiespoor gericht 5 zijn.
Met name indien de informatie met een ander apparaat, doch ook indien de informatie met een andere magneetkop van hetzelfde apparaat op de betreffende magneetband is opgenomen, komt het veelvuldig voor dat bij weergave 10 een bepaalde afwijking van de azimuthhoekstand ten opzichte van de beschreven loodrechte positie optreedt, welke afwijking de zgn. azimuthfout vormt. Zo kan bijvoorbeeld een azimuthfout van slechts enkele minuten voor een audiosignaal de weergave van de hoge frequenties met enkele kHz 15 verminderen. Voer een doeltreffende werkwijze om een onjuiste azimuthhoekstand te detekteren en een regelsignaal aan een positioneerinrichting van een magneetkop toe te voeren voor het opheffen vaneen azimuthfout wordt verwezen naar de niet vóórgepubliceerde Nederlandse octrooiaanvrage nr.
20 7805803 (PHN 9136) van aanvraagster, terwijl voor een gun stige uitvoering van een voor deze werkwijze geschikte magneetkop verwezen wordt naar de niet vóórgepubliceerde Nederlandse octrooiaanvrage nr. 7805801 (PHN 9138) van aanvraagster. In een voorkeursvorm van een apparaat volgens de 25 uitvinding wordt van de werkwijze en de magneetkop volgens genoemde aanvragen gebruik gemaakt, waarbij de kopspleten 51 en 52 worden opgedeeld in spleethelften 51a en 51b res-pektievelijk 52a en 52b en gelijktijdig met de spleethelf-ten 51a en 51b respektievelijk 52a en 52b de bovenhelft en 30 de onderhelft van het betreffend informatiespoor afzonderlijk afgetast worden. Op niet verder weergegeven wijze worden de uitgangssignalen van de spleethelften van de betreffende kopspleet 51 respektievelijk 52 aan een fasevergelijker toegevoerd, die een regelsignaal, dat een maat is voor
OE
het faseverschil tussen de genoemde uitgangssignalen en daarmee voor de optredende azimuthfout, opwekt, welk regelsignaal via een besturingscircuit van het apparaat wordt toegevoerd aan het piëzo-elektrisch element 33 van de posi- 790 72 1 8 PHN 9574 12 tioneerinrichting 23 teneinde de optredende azimuthfout door positionering van de magneetkop te corrigeren, hetgeen in het algemeen met azimuthcorrectie wordt aangegeven.
Het piëzo-elektrisch element 33 omvat in de ge— 5 toonde uitvoeringsvorm twee lagen piëzomateriaal, welke lagen loodrecht op het oppervlak gepolariseerd zijn, waarbij de polarisatierichting van de twee lagen tegengesteld is. Het weergegeven element 33 is van het zgn. bimorphe type, wat betekent dat er naast twee elektroden die aan 10 de respektieve buitenzijden van het element gelegen zijn, en die zijn aangesloten op het genoemde besturingscircuit nog een tussen de beide lagen aanwezige geleidende elektrode aanwezig iz. Zoals schematisch in figuur 5 is weergegeven is het piëzo-elektrisch element 33 met het tweede 15 bevestigingsdeel 32 vast aangebracht tegen de tweede houder 25· Op deze wijze is het bevestigingsdeel 32 star met de kopdrager 13 verbonden. Indien nu op het element via de aan de buitenzijde aanwezige elektroden een regelspanning wordt gezet, welke spanning wordt geleverd door het genoem-20 de besturingscircuit van het apparaat, heeft het element de eigenschap met een konstante kromming te gaan buigen. Als gevolg hiervan zal het eerste bevestigingsdeel 34 van het element een zwenkbeweging maken. Aangezien het bevestigingsdeel 34 is vastgezet op de eerste houder 24 en daardoor 25 star is verbonden met de magneetkop 6 zal ook de magneetkop onder invloed van deze spanning verzwenken. Door de eigenschap van het element bij verzwenking te buigen met een konstante kromming loopt een raaklijn 53 aan het bevestigingsdeel 34 konstant door een punt dat in de neu-30 trale positie van het element 33 op gelijke afstanden, weergegeven met het verwijzingscijfer 54, ten opzichte van de beide bevestigingsdelen 32 en 34 gelegen is. Aldus is de ligging van een zwenkas 55» waarom de zwenkbeweging plaatsvindt, eenduidig gedefinieerd door de halve afstand 35 54.
De zwenkas 55 is althans nagenoeg loodrecht gericht op een raakvlak aan de kopspiegel 50 ter plekke van de uitmonding van de kopspleten 51 en 52. De zwenkas 55 7907218 * » PHN 957¾ 13 valt samen met de scharnieras van de elastische scharnieren 38 en 39 en ligt door de opstelling van de bevestigingsdelen 32 en 3¾ ten opzichte van de magneetkop 6 op nagenoeg gelijke afstand ten opzichte van de tegenoverliggende wanden 5 k2 en 43 van de magneetkop 6. Door deze ligging van de zwenkas, in combinatie met de aanwezigheid van de elastische scharnieren 38 en 39 > wordt bereikt dat op de magneetkop werkende krachten, zoals door de optredende bandspanning bij de magneetkop, door de wrijving ten gevolge van: 10 langs de kopspiegel 50 bewegen van de magneetband, doch ook door op het apparaat uitgeoefende stoten, effektief wordt opgevangen, nagenoeg niet op het piëzo-elektrisch element 33 kunnen inwerken en aldus de werking van het element niet kunnen verstoren. Bovendien wordt hierdoor het piëzo-elek- 15 trisch element 33 beveiligd tegen overbelasting. Een zeer doelmatige beveiliging van het element ten begrenzing van de maximale toelaatbare uitslag van het piëzo-elektrisch element is eenvoudig gerealiseerd door de aanwezigheid van de aanslag vormende delen, bestaande uit de nokken 36a, 36b, 37a» 20 en 37 b. Gerekend in de neutrale positie van het piëzo-elektrisch element liggen deze nokken onderling op een geringe afstand verwijderd; in de weergegeven uitvoeringsvorm bedraagt deze afstand bij voorkeur ongeveer 0,05 mm.
Door de grote werkzame lengte van het werkzaam 25 deel van het element 33 is een vrij grote verzwenking van de magneetkop 6 tussen de aanslagvormende delen mogelijk; een verzwenking van maximaal ongeveer 20 minuten is met deze constructie realiseerbaar, waarbij met een dergelijke positioneringsbereik het apparaat in staat is onder vrijwel 30 alle normale omstandigheden optredende azimuthfouten door azimuthcorrectie op te heffen. Bovendien is het door de aanwezigheid van de meslagers tussen de kopdrager 13 en het gesteldeel 4 mogelijk naast de beschreven azimuthcorrectie de azimuthhoekstand van de magneetkop op aanvullende wijze 35 over een groot traject te beïnvloeden. Hierdoor kan de magneetkop bij de montage nauwkeurig nominaal worden ingesteld, hetgeen betekent, dat indien bij het element 33 in de niet-bekrachtigde rustpositie is, de kop zodanig wordt 7907218 ♦ * PHN 957¾ 1¾ ingesteld dat de kopspleten 51 en 52 ten opzichte van de lengteas van een magneetband de juiste loodrechte positie innemen. Bovendien is hierdoor een nastellen mogelijk onder omstandigheden waarbij een correctie van de neutrale posi-5 tie van het element 33 gewenst is, bijvoorbeeld door optredende hysteresis effekten, bij het element 33 en de daarmee samenwerkende delen van de positioneerinrichting 23.
De geïntegreerde vormgeving van de kopdrager 13, waarbij het verend deel 21 de magneetkop in de richting volgens de 10 pijl B in figuur 2 tracht te verzwenken, maakt deze instelling zeer eenvoudig uitvoerbaar.
De onderling samenwerkende instelmiddelen, waarmee de tweede houder 25 en het dragerdeel 14 zijn voorzien, maken het mogelijk dat de magneetkop en de bandgeleider 45 15 op de reeds beschreven wijze ten opzichte van de genoemde zijwand van de cassette 3 en het gesteldeel 3> in horizontale richting kunnen worden ingesteld. Hierbij is, doordat de hoogte van de magneetkop 6 ten opzichte van het gesteldeel 4 door de diverse nauwkeurig fabriceerbare onderdelen 20 van het gesteldeel 4, de kopdrager 13 en de positioneerinrichting 23 wordt bepaald, geen nadere hoogte-instelling van de magneetkop ten opzichte van het gesteldeel 4 nodig. Het kan echter onder bepaalde omstandigheden gewenst zijn ook een zekere hoogte-instelling van de magneetkop 6 te 25 verkrijgen, hetgeen op niet nader weergegeven wijze mogelijk is door de gaten 28 en 29 ten opzichte van het gesteldeel 4 enigszins in verticale richting te verruimen, waardoor de nokken 26 en 27 ook in verticale richting kunnen worden versteld.
30 Door de gunstige ligging van de zwenkas 55 zij delings van de magneetkop op ongeveer halve hoogte van de kop is de verplaatsing van de kopspleten 51 en 52 gerekend ten opzichte van de richting A bij het verzwenken om de zwenkas 55 verwaarloosbaar, waardoor bij weergave ten ge-35 volge van een dergelijke verplaatsing optredende zgn.
jengel nihil is. Weliswaar kan een geringe hoogtevariatie van de magneetkop 6 ten opzichte van het gestel 4 optreden, waardoor de ligging van de kopspleet 51 respektievelijk 52 7907218 PHN 9574 15 ten opzichte van het op de band aanwezige informatiespoor enigszins kan verschuiven, doch deze hoogtevariatie is gezien de ligging van de zwenkas 55 in de direkte nabijheid van de wand 17 van de magneetkop en ongeveer halver-5 wege de bandgeleiderbenen 47 en 48 zodanig gering dat in het algemeen geen noemenswaardige achteruitgang van het weer te geven informatiesignaal optreedt.
In een tweede uitvoeringsvorm volgens figuur 6 van een apparaat volgens de uitvinding is een opstelling 10 van de positioneerinrichting 23 weergegeven, waarbij ten gevolge van azimuthcorrectie wel een geringe verplaatsing van de magneetkop gerekend ten opzichte van de richting A kan optreden, doch waarbij hoogtevariatie ten opzichte van het gesteldeel 4 nagenoeg afwezig is. Hiertoe is aan de onder-15 zijde van de magneetkop 6 tussen de wand 43 van de magneet— kop en de bovenwand van het basisdeel 15 van de kop-drager 13 een piëzo-elektrisch element 57 gelegen dat in wezen overeenkomstig het element 33 uit de voorgaande uitvoeringsvorm is uitgevoerd. Als in de vorige uitvoeringsvorm 20 zijn de magneetkop en de positioneerinrichting omgeven door een afschermhuis, dat door de kopdrager 13 en een kap 56 wordt gevormd. Het piëzo-elektrisch element 57 is in de weergegeven neutrale stand ongeveer evenwijdig aan de genoemde wanden gelegen en is met behulp van een eerste 25 bevestigingsdeel 58 door lijmen of klemmen vastgezet tegen een eerste houder 59, die bij .voorkeur door een lijmverbin-ding tegen de wand 43 nabij het hoekpunt met de wand 17 bevestigd is. Op deze wijze is het eerste bevestigingsdeel 58 van het element 57 star met de magneetkop verbonden.
30 Op dezelfde wijze is het element 57 via een tweede bevestigingsdeel 60 en een tweede houder 61 star verbonden met de magneetkopdrager 13· De houders 59 en 61 zijn tevens aanslagvormende delen, die de verzwenking van de magneetkop 6 begrenzen. Op ongeveer halve afstand tussen de be-vestagingsdelen 58 en 60 is ook in deze uitvoeringsvorm aan weerszijden van het element 57 een elastisch scharnier 62 gelegen, waarvan de scharnieras als in de voorgaande uitvoeringsvorm samenvalt met de zwenkas waarom het eerste 790 72 1 8 j . m PHN 9574 16 bevestigingsdeel 58 en de daarmee verbonden magneetkop 6 verzwenkbaar is. Het elastisch scharnier 62 kan uit kunststof zijn gevormd en door middel van lijmen tegen de magneetkop respektievelijk de kopdrager zijn bevestigd, 5 het is evenwel ook mogelijk het elastisch scharnier als in de eerste uitvoeringsvorm uit verenstaal te vervaardigen.
Bij voorkeur is de ligging van de zwerikas, waarom door de werking van het element 57 de magneetkop 6 verzwenkbaar is, zodanig gekozen dat deze in een vlak door de kopspleten in 10 de nabijheid van de onderzijde van de magneetkop gelegen is, waardoor het reeds beschreven voordeel van de minimale hoog-tevariatie van de magneetkop bij een slechts geringe verplaatsing van de magneetkop gerekend ten opzichte van de richting A tijdens verzwenking optreedt, terwijl op de 15 magneetkop optredende krachten door het elastisch scharnier 62 effektief worden opgevangen. Doordat de lengteas van het element 57 evenwijdig aan de transportrichting A gericht is, is bovendien in deze uitvoeringsvorm het element 57 op zich reeds vrij ongevoelig voor door de magneetband 20 0p (je kop 6 uitgeoefende krachten.
In een derde uitvoeringsvorm van een apparaat volgens de uitvinding, weergegeven in figuur 7, is een piëzo-elektrisch element 63 in de ruimte, begrensd door de wand 42 van de magneetkop 6 en de daaraan evenwijdig 25 lopende wand van de kap 56 gelegen.
Nabij twee tegenoverliggende zijden van het piëzo-elektrisch element 63 gelegen bevestigingsdelen 64 respek-tievelijk 65 zijn door lijmen of klemmen vastgezet in U-vormige, bij voorkeur uit keramisch materiaal vervaardig-30 de*houders 66 respektievelijk 67, welke houders vast met de wand 42 respektievelijk de kap 56 zijn verbonden. Ook bij deze uitvoeringsvorm vormen de houders 66 en 67 aanslag-vormende delen, die de verzwenking van de magneetkop 6 begrenzen ter beveiliging van het element 63 tegen overbelas-35 ting.
Op een wijze als in de voorgaande uitvoeringsvorm is de zwerikas, waarom de magneetkop 6 verzwenkbaar is, gelegen in een vlak door de kopspleten 51 en 52, doch in deze 7907218 PHtr 957^ 17 uitvoeringsvorm grenzend aan de bovenzijde van de magneetkop, waarbij dezelfde voordelen bij verzwenking van de magneetkop optreden. Het element 63 is aanpasbaar aan op de magneetkop 6 uitgeoefende krachten door het element 63 5 gerekend loodrecht op genoemde cassette relatief breed uit te voeren.
Een verder voordeel bij deze constructie is dat de omvang van het afschermhuis rond de magneetkop door de geringe ruimtebehoefte van de toegepaste positioneer-10 inrichting zodanig beperkt kan blijven dat de voor een dergelijke magneetkop gebruikelijke behuizing toegepast kan worden.
In de uitvoeringsvorm weergegeven in figuren 8 en 9 is de magneetkop 6 voorzien van twee magneetkernen 68 15 respektievelijk 69 die kopspleten 70 respektievelijk 71 begrenzen. Zoals bij de kopspleten 51 en 52 in de vorige uitvoeringsvormen, zijn ook de kopspleten 70 en 71 opgedeeld in spleethelften 70a, 70b respektievelijk 71a» 71b, terwijl de magneetkernen 68 en 69 elk opgedeeld zijn in 20 naast elkaar gelegen kerndelen 68a, 68b respektievelijk 69a, 69b. De opstelling van de magneetkernen 68 en 69 is, zoals in figuur 9 weergegeven, zodanig dat de magneetkernen 68 en 69 onderling in de richting van de kopspiegel van de magneetkop convergeren. Tassen de beide magneet-25 kernen is een ruimte 72 binnen de magneetkop uitgespaard, waarin een piëzo-elektrisch element 73 over althans nagenoeg de gehele lengte ongeveer evenwijdig ten opzichte van het gesteldeel 4 althans nagenoeg symmetrisch ten opzichte van de kopspleten 70 en 71 gelegen is. Zoals in de voor-30 gaande uitvoeringsvormen is het element 73 met bevestigings-delen 74 respektievelijk 75 via houders 76 respektievelijk 77 aangebracht tegen een ópstaande zijwand 78 van de magneetkop 6 respektievelijk het dragerdeel 1b van de kop-drager 13· Op deze wijze wordt verkregen dat de zwehkas 35 van het element 73» waarom de kop 6 verzwenkbaar is, althans nagenoeg op gelijke afstand van de beide kopspleten 70 en 71 in een vlak door beide kopspleten gelegen is. Hierdoor wordt verkregen dat door verzwenking bij azimuth- 7907218 PHN 957¾ 18
V
correctie zowel nagenoeg geen hoogtevariatie van de mag-neetkop ten opzichte van de op de band aanwezige informa-tiesporen, alsmede nagenoeg geen variatie in de richting van het bandtransport A kan optreden.
5 Bovendien is de bevestiging van de magneetkop 6 ten opzichte van de kopdrager 13 ten gevolge van de zich ongeveer in de richting A uitstrekkende lengteas van het element 73 nagenoeg ongevoelig voor op de magneetkop uitgeoefende krachten. Ook in deze uitvoeringsvorm is een zeer 10 kompakte opstelling verkregen, die binnen de normaal toegepaste magneetkopbehuizing toegepast kan worden.
Opgemerkt wordt, dat het genoemde besturingscircuit van het apparaat volgens één der voorgaande uitvoeringsvormen kan zijn voorzien van een schakeling, zoals beschre-15 ven in de niet vóórgepubliceerde Nederlandse octrooiaanvrage nr. 7805802 (PHN 913¾) van aanvraagster, teneinde te bewerkstelligen dat tijdens opname, wanneer de positioneer-inrichting 23 niet werkzaam is, de magneetkop 6 een goed gedefinieerde neutrale stand inneemt, zodat de kopspleten 20 tijdens opname de juiste loodrechte stand innemen ten opzichte van de lengteas van de magneetband. Zonder een dergelijke schakeling is het onder bepaalde omstandigheden niet uitgesloten dat die neutrale stand niet goed gedefinieerd is ten gevolge van de reeds genoemde hysteresis 25 effekten, waardoor tijdens opname de kopspleten een onjuiste stand innemen.
In een vijfde uitvoeringsvorm van een apparaat volgens de uitvinding, als weergegeven in figuur 10,is op het gesteldeel 4 tussen de wiskop 5 en de magneetkop 6, die 30 in deze uitvoeringsvorm uitsluitend voor weergave wordt toegepast, een opnamemagneetkop 79 aangebracht. Deze opname-magneetkop 79 is in tegenstelling tot de weergavemagneetkop 6 niet voorzien van een positioneerinrichting, zodat de azimuthhoekstand van de kop 79 na montage vast ingesteld 35 blijft. De weergavemagneetkop 6 is voorzien van 'een piëzo-elektrisch element volgens één der voorgaande uitvoeringsvormen. Het is mogelijk de magneetkoppen 6 en 79 op een gemeenschappelijke kopdrager aan te brengen en de beide 7907218 PHN 957^ 19 V J& koppen binnen een afschermhuis onder te brengen, waardoor een minimale ruimtebehoefte aanwezig is. Van voordeel bij deze constructie is, dat de positie van de opnamemagneet-kop 79 niet beïnvloed wordt door de positioneerinrichting 5 van de weergavemagneetkop 6 en met name de hiervoor genoemde hysteresis effekten niet van invloed zijn op de positie van de opnamemagneetkop 79» waardoor de in het voorgaande genoemde schakeling voor het corrigeren van hysteresis effekten in deze uitvoeringsvorm niet benodigd is.
10 Opgemerkt wordt, dat elementen van elk van de weergegeven uitvoeringsvormen in één der andere uitvoeringsvormen kunnen worden toegepast. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk de positioneerinrichtingen volgens figuur 6 of 7 uit te voeren als de positioneerinrichting 23 volgens figuur 15 2-4.
20 25 30 35 7907218

Claims (11)

1. Apparaat voor het opnemen en/of weergeven van informatie op een magneetband, voorzien van een gesteldeel (¾) waarop tenminste''één kopdrager (13) is aangebracht, die een magneetkop (6) en een positioneerinriehting (23) 5 draagt, welke positioneerinriehting een star met de kopdrager verbonden piëzo-elektrisch element (33?57?63;73) omvat, waarvan althans één van nabij twee tegenoverliggende zijden van het piëzo-elektrisch element gelegen bevesti-gingsdelen (34,32;58, 6©ij64,65;74,75) verbonden is met de 10 magneetkop en door welk piëzo-elektrisch element de magneetkop ten opzichte van de kopdrager verzwenkbaar is voor een beïnvloeden van de azimuthhoekstand van de magneetkop, met het kenmerk, dat de positioneerinriehting slechts één piëzo-elektrisch element omvat, van welk piëzo-elektrisch ^ element uitsluitend een eerste bevestigingsdeel (3¾?58;64; 74) met de magneetkop en een tweede bevestigingsdeel (32;6o;65;75) met de kopdrager verbonden is, welke verbindingen beide star zijn uitgevoerd.
2. Apparaat volgens conclusie 1, met het kenmerk, 20 dat om de positioneerinriehting (23) en de magneetkop (6) een afschermhuis (13,44;13,56) gelegen is, dat althans ten dele wordt gevormd door de kopdrager (13)·
3· Apparaat volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het piëzo-elektrisch element in een door een wand 2® (16;17) van de magneetkop respektievelijk van het afscherm huis begrensde ruimte is gelegen en zich in een ruststand ongeveer evenwijdig aan deze wanden uitstrekt.
4. Apparaat volgens conclusie 2 of 3, met het ken merk, dat de bevestigingsdelen van het piëzo-elektrisch 30 element vast op een eerste houder (24;59?66;76), respektievelijk een tweede houder (25?61;67 ? 77) van de positioneer inrichting aangebracht zijn, welke houders tegen een wand van de magneetkop respektievelijk een wand van het afschermhuis zijn vastgezet. 35 1 '
5· Apparaat volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de,tweede houder en de wand van het afschermhuis zijn voorzien van onderling samenwerkende instelmiddelen (26,28;27,29), met behulp waarvan de positie van de tweede 7907218 PHN 9574 21 houder (25) ten opzichte van de wand (16) van het afscherm-huis instelbaar is.
6. Apparaat volgens conclusie 4 of 5» met het kenmerk, dat de houders elk tenminste één aanslagvormend deel 5 (36a,36b}37a,37h) omvatten, welke delen de verzwenking van de magneetkop (6) ten opzichte van de kopdrager (13) in beide richtingen begrenzen.
7· Apparaat volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de positioneerinrichting tevens ^ tenminste één elastisch scharnier (38;39?62) omvat, waarvan de scharnieras samenvalt met een as (55), waarom de magneetkop door het piëzo-elektrisch element (33557) ver-zwehkbaar is.
8. Apparaat volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat twee elastische scharnieren (38;39) aanwezig zijn, die aan weerszijden van het piëzo-elektrisch element (33) gelegen zijn en elk met de beide houders (24;25) verbonden zijn.
9· Apparaat volgens één der voorgaande conclusies, 20 met het kenmerk, dat de kopdrager (13) door middel van tenminste één meslager verzwenkbaar op het gesteldeel (4) is aangebracht, door welke verzwenking de azimuthhoekstand van de magneetkop (6) tevens beïnvloedbaar is.
10. Apparaat volgens één der voorgaande conclusies, 25 waarbij de magneetkop twee, door bijbehorende magneetkern-en (68,69) begrensde kopspleten (70;7l) omvat, met het kenmerk, dat het piëzo-elektrisch element (73) nagenoeg geheel binnen de magneetkop (6) symmetrisch ten opzichte van de kopspleten in een door de magneetkernen begrensde 30 ruimte (72) gelegen is.
11. Apparaat volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het apparaat van zowel een opnamemag- neetkop (79) voor het opnemen van informatie als een weergavemagneetkop voor het weergeven van informatie is 35 voorzien, waarbij uitsluitend de weergavemagneetkop (6) door middel van de positioneerinrichting (23) met de kopdrager (13) is verbonden. 7907218
NL7907218A 1979-09-28 1979-09-28 Apparaat voor het opnemen en/of weergeven van informatie op een magneetband. NL7907218A (nl)

Priority Applications (9)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL7907218A NL7907218A (nl) 1979-09-28 1979-09-28 Apparaat voor het opnemen en/of weergeven van informatie op een magneetband.
EP80200864A EP0026523B1 (en) 1979-09-28 1980-09-15 Apparatus for recording and/or reproducing information on a magnetic tape
DE8080200864T DE3068532D1 (en) 1979-09-28 1980-09-15 Apparatus for recording and/or reproducing information on a magnetic tape
AU62710/80A AU542598B2 (en) 1979-09-28 1980-09-25 Magnetic head alignment device
ES495328A ES8105873A1 (es) 1979-09-28 1980-09-25 Un aparato para registrar y-o reproducir informacion en una cinta magnetica
CA000361444A CA1149058A (en) 1979-09-28 1980-09-25 Apparatus for recording and/or reproducing information on a magnetic tape
JP13243380A JPS5658128A (en) 1979-09-28 1980-09-25 Magnetic recorder*regenerator
AT0478980A AT372797B (de) 1979-09-28 1980-09-25 Geraet zum aufnehmen und/oder wiedergeben von information auf einem magnetband
US06/454,212 US4451862A (en) 1979-09-28 1982-12-29 Magnetic head mounting mechanism for automatic azimuth control

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL7907218 1979-09-28
NL7907218A NL7907218A (nl) 1979-09-28 1979-09-28 Apparaat voor het opnemen en/of weergeven van informatie op een magneetband.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7907218A true NL7907218A (nl) 1981-03-31

Family

ID=19833934

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7907218A NL7907218A (nl) 1979-09-28 1979-09-28 Apparaat voor het opnemen en/of weergeven van informatie op een magneetband.

Country Status (9)

Country Link
US (1) US4451862A (nl)
EP (1) EP0026523B1 (nl)
JP (1) JPS5658128A (nl)
AT (1) AT372797B (nl)
AU (1) AU542598B2 (nl)
CA (1) CA1149058A (nl)
DE (1) DE3068532D1 (nl)
ES (1) ES8105873A1 (nl)
NL (1) NL7907218A (nl)

Families Citing this family (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS5814228U (ja) * 1981-07-17 1983-01-28 アイワ株式会社 再生自動アジマス調節装置
JPS58102325A (ja) * 1981-12-14 1983-06-17 Nakamichi Corp 磁気ヘツドのアジマス検出方法
JPS5950030U (ja) * 1983-03-01 1984-04-03 アイワ株式会社 テ−プレコ−ダ
JPS6040018U (ja) * 1983-08-24 1985-03-20 日本マランツ株式会社 オ−トアジマス用コントロ−ルヘツド
JPS6074212U (ja) * 1983-10-27 1985-05-24 日本マランツ株式会社 磁気ヘツド
US5191492A (en) * 1990-03-30 1993-03-02 Archive Corporation Mechanisms for a closed loop head positioner for streaming tape drives
US8240024B2 (en) * 2009-08-25 2012-08-14 International Business Machines Corporation Methods for fabricating magnetic transducers using post-deposition tilting
US8351152B2 (en) 2009-08-25 2013-01-08 International Business Machines Corporation Magnetic writer structures formed using post-deposition tilting
US8416537B2 (en) * 2009-11-06 2013-04-09 International Business Machines Corporation Recording head with tilted orientation

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1221271B (de) * 1960-01-30 1966-07-21 Telefunken Patent Aus Einzel-Magnetkoepfen aufgebaute feststehende Zwei- oder Mehrspur-Magnetkopf-anordnung
US3526726A (en) * 1967-09-27 1970-09-01 Ampex Piezoelectric transducer assembly for positioning a magnetic record/reproduce head
JPS5317316A (en) * 1976-07-30 1978-02-17 Matsushita Electric Ind Co Ltd Posture adjusting device of magnetic head
JPS543506A (en) * 1977-06-10 1979-01-11 Sony Corp Magnetic head device
US4188645A (en) * 1978-11-02 1980-02-12 Burroughs Corporation Piezoelectric servo for disk drive
NL177257C (nl) * 1979-02-16 1985-08-16 Philips Nv Inrichting voor het opnemen en/of weergeven van signalen op een magneetband en een magneetkopdrager toepasbaar in die inrichting.

Also Published As

Publication number Publication date
JPS6211404B2 (nl) 1987-03-12
EP0026523A1 (en) 1981-04-08
EP0026523B1 (en) 1984-07-11
CA1149058A (en) 1983-06-28
JPS5658128A (en) 1981-05-21
US4451862A (en) 1984-05-29
ES495328A0 (es) 1981-06-01
DE3068532D1 (en) 1984-08-16
AT372797B (de) 1983-11-10
AU542598B2 (en) 1985-02-28
AU6271080A (en) 1981-04-09
ES8105873A1 (es) 1981-06-01
ATA478980A (de) 1983-03-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4449213A (en) Optical reading apparatus
US4616355A (en) Optical head device
NL7907218A (nl) Apparaat voor het opnemen en/of weergeven van informatie op een magneetband.
US5500777A (en) Magnetic head drive which uses independently controlled piezo-electric elements
CN101842835B (zh) 调整读写头与柔性数据存储介质之间的未对准的系统
US4485420A (en) Magnetic-tape cassette apparatus having very low azimuth error
US4507765A (en) Optical track scanner
US5073883A (en) Objective lens driving apparatus including parallalogram structure
US20020176348A1 (en) Optical pickup device
US5285325A (en) Web guiding device for use in a magnetic reading and/or recording apparatus
US6633449B1 (en) High bandwidth tape positioning system and servo controlled rollers for active tape positioning
JPH0927128A (ja) 光学ピックアップの光軸調整方法
KR0155548B1 (ko) 자기 테이프 카세트
EP0139315B1 (en) Apparatus for reading a disk-shaped optical record carrier
JP2871851B2 (ja) 磁気テープ機械
KR100403493B1 (ko) 정보표면을광학적으로스캐닝하기위한광학유닛및상기광학유닛을포함하는광학스캐닝장치
US3649773A (en) Recording head adjustment mechanism
JP3619316B2 (ja) 磁気ヘッドの方位角調整装置
JPS5929991B2 (ja) 位置制御装置
US3763329A (en) Four-track magnetic head for tape recording devices
JPS6132730B2 (nl)
GB2134691A (en) Tape guide assembly
JPH0452814Y2 (nl)
JP2997329B2 (ja) 光学式情報読取装置
JP3109202B2 (ja) 磁気ヘッド組立体およびその製造方法

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed