NL7906655A

NL7906655A - Zitmeubel, in het bijzonder een draaibare bureaustoel, met een schuinstelmechanisme.

Info

Publication number: NL7906655A
Application number: NL7906655A
Authority: NL
Original assignee: Drabert Soehne
Priority date: 1978-10-23
Filing date: 1979-09-05
Publication date: 1980-04-25
Also published as: DE2846126A1; CH641027A5; FR2439565A1; FR2439565B1; JPS6410210B2; JPS5566319A; DE7831546U1; US4290646A

Description

* J

79 3415/fr/key/asm — —

Aanvraagster: Pinna Drabert Söhne te Minden, Bondsrepubliek Duitsland,

Titel : Zitmeubel, in bet bijzonder een draaibare bureaustoel, met een schuinstelmechanisme.

De uitvinding beeft betrekkin op een zitmeubel, in bet bijzonder een draaibare bureaustoel, met een zitting, een rugleuning en een gestel, dat is voorzien van een scbuinstelplaat, waaraan een draagplaat van de zitting om een horizontale as kantelbaar is opgehangen.

5 Draaistoelen waarvan de zitting schuin kan worden gesteld, zijn in verschillende uitvoeringen bekend. Zij bieden de gebruiker de mogelijkheid, de stand van het· bovenste deel van de stoel zowel met betrekking tot de aard van het gebruik alsmede naar zijn individuele ergonomische behoeften te kunnen instellen.

10 Bij een bekende uitvoeringsvorm kan het bovenste deel van de • zitting door middel van een gasveer worden versteld. Het verstellen door middel van gasveren heeft het voordeel dat een traploze instelling mogelijk is, maar heeft tevens het nadeel dat een dergelijke construktie in vergelijking duur is.

15 Bij een ander bekende uitvoeringsvorm geschiedt het verstellen door middel vah een vertikale draadstang. Het verstellen door middel van een draadstang kost zeer veel tijd en heeft tevens het nadeel, dat men tijdens het verstellen de stoel moet verlaten.

Vervolgens zijn uitvoeringen bekend, waarbij het in een schuine 20 stand ver stellen van·, de stoel geschiedt met behulp van een palme-chanisme. De constructie met een palmechanisme heeft het nadeel, dat een traploze instelling niet mogelijk is.

De uitvinding beoogt een zitmeubel van het hiervoor genoemde typo zodanig uit te voeren, dat een traploze verstelling ®et een eenvou-2^ dige, goedkope en betrouwbaar constructie mogelijk is.

Dit oogmerk wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat de draagplaat van de zitting is voorzien van een naar opzij toe draaibare hefbeom, die bij het verdraaien over een zijwaarts gericht en schuin omhoog lopend geleidingsvlak glijdt, welk geleidings-30 vlak in de vaststaande scbuinstelplaat, is aangebracht.

7906655 Λ? ' ^ -2 -

In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm bestaat de geleiding uit een in de schuinstelplaat aangebrachte sleuf, waardoor ds in zijwaartse richting verdraaibare hefboom steekt.

Doelmatig is de hefboom met zijn van de draaias afgekeerde uit-5 einde verschuifbaar langs een in het draaivlak gelegen glijgeleiding.

De glijgeleiding bestaat bij voorkeur uit een naar de draaias toegerichte rand, die door het uiteinde van de hefboom wordt omvat,

In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm is de hefboom voorzien van een naar beneden gerichte, door een sleuf in de draagplaat 10 van de zitting stekend deel,'welk deel aan het uiteinde is voorzien van een handgreep.

Bij voorkeur is de handgreep aan de onderzijde nabij de voorkant van de zitting aangebracht. Met behulp van de constructie volgens de uitvinding, kan met toepassing van een klein aantal, goedkoop te 15 vervaardigen onderdelen hetzelfde bedieningsgemak worden bereikt, dat tot op heden slechts met behulp van dure gasveren mogelijk was,

De gebruiker kan zijn stoel door een eenvoudig uit te voeren zijwaartse verplaatsing van de handgreep van de verstelhe'fboom in de gewenste stand te brengen* zonder dat de stoel hierbij beheeft 20 te worden verlaten. De verbinding tussen de vaststaande, niet schuin te stellen, schuinstelplaat, die 'vast met de kolom van de stoel is verbonden, en de draagplaat van de zitting of de zitting, geschiedt met behulp van een enkel constructie-element, namelijk met behulp van de draaibaar aan de draagplaat bevestigde hefboom. Een derge-25 lijke constructie is bijzonder goedkoop en heeft het voordeel dat zij praktisch geen aanleiding geeft tot mogelijke storingen, die bij gasveren ondanks de intussen bereikte betrouwbaarheid van deze elementen zeker niet kunnen worden uitgesloten.

Het toepassen van een hefboom, die met zijn vrije uiteinde in 50 een glijgeleiding loopt, maakt het mogelijk dat het draailager van de hefboom door een eenvoudige schroef kan worden gevormd, en dat de hefboom in vergelijking dunwandig kan worden uitgevoerd.

In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de uitvinding is de geleidingssleuf ongeveer midden tussen de draaias en de 35 _glijgeleiding aangebracht. Een dergelijke uitvoering blijkt in de 79 0 6 6 5 5-1-:-J' -3- h * « praktijk "bijzonder voordelig te zijn.

33e hefboom heeft volgens de uitvinding een rechthoekig dwarsdoorsnede, waarvan de lange zijkanten nabij de geleidingssleuf evenwijdig aan de glijvlakken van de sleuf lopen.

5 In een "bijznder gunstige uitvoering, zijn de glijvlakken van de hefboom bekleed met een elastische slijtvast materiaal- De geleidings-sleuf is bij voorkeur aangebracht in een concentrische om het draaipunt gelegen wand van de schuinstelplaat. Hierdoor wordt bereikt, dat bij een gelijke verplaatsing van de hefboom in elke stand van de 10 zitting een gelijke verandering van de schuine stand van de zitting wordt verkregen.

Tot slot is volgens de uitvinding de kantelas van de zitting ongeveer in het'midden van de zitting aangebracht. Hierdoor wordt een bijzondere gunstige ligging van het zwaartepunt van de zitting 15 en een gunstige verhouding van de op het mechaniek van de hefboom werkende krachten verkregen, zodat het verstelmechanisme gemakkelijk is te bedienen.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, die een bij voorkeur toegepast uitvoeringsvorm van de uit-20 vinding toont.

Fig. 1 is een .schematisch zijaanzicht van een- stoel met verschillende schuine standen.

Fig. 2 is een vertikale doorsnede volgens de lijn II-II in fig, 3* __ Fig. 3 is een bovenaanzicht van het verstelmechanisme volgens 25 fig- 2 waarbij het bovenste deel van de zitting is weggenomen*

Fig. 4 toont een doorsnede volgens de lijn IV-IV in fig. 2.

Op een kolom 1 van een stoel is een schuinstelplaat 2 bevestigd, die via twee aan beide zijde aanwezige lagers 3 kantelbaar met een 30 draagplaat 4 voor de zitting is verbonden. De draagplaat 4 is voorzien van een in zijn langs-middelas aangebrahte, in hoofdzaak door een schroef gevormd lager 5» dat dient als draaias voor de in zijwaartse richting draaibare hefboom 6.

De hefboom 6 omvat met zijn klauwvormig uitgevoerd vrije uit- _e einde 6a een naar de draaias toegerichte rand 7* die op gelijk 55 7906655 — 4 _ * f blijvende afstand van het lager 5 is aangebracht. Be hefboom steekt vervolgens door een schuinlopende geleidingssleuf 2a, die in een opstaande voorstee wand 2b van de schuinstelplaat 2 is aangebracht. Be voorste wand 2b strekt zich op gelijfclijvende afstand om de draai-5 as 5 uit. Be schuinstelplaat 2 is in een vaste stand draaibaar met de kolom 1 van de stoel verbonden.

Be hefboom 6 is zodoende enerzijds met hei draailager 5 en anderzijds met de geleidingsrand 7 is verbonden. Nabij het voorste uiteinde bevindt zich. een bedieningsarm 6b, die is voorzien van een handgreep 9. Be bedieningsarm* 6b steekt door een op een cirkelboog om de draaias 5 lopende sleuf 4a in de draagplaat 4. Met een streep-punt lijn ia de bovenbekleding 4b van de zitting aangegeven.

Bij het in zijwaartse richting verdraaien van de hefboom 6, wordt de draagplaat van de zitting om de lagers 3 naar voren of naar acht er· -15 en gekanteld. Be grootte van de hoek waarover de zitting wordt gekanteld, hangt in eerste instantie af van de afstand van de geleiding 3-sleuf 2a tot de draaias 5. In de weergegeven uitvoeringsvorm ligt de gele i dings sleuf 2 a ongeveer midden tussen de door de rand 7 gevormde glijgeleiding en', de draaias 5« ' , 20. Teneinde een spelingsvrije uitvoering van de over elkaar glijdende onderdelen te verkrijgen', zijn deze onderdelen bekleed met een niet weergegeven, slijtvast elastisch materiaal. Beze bekleding is op het i de rand 7 omvattende vrije uiteinde 6a van de hefboom en op de rand 7 aangebracht, Vervolgens is de geleidingssleuf 2a voorzien van een 25 slijtvaste elastische laag, evenals het met de geleidingssleuf samenwerkende deel 8 van de hefboom 6.

- conclusies - 7906655

Claims

1. Zitmeubel, in het bijzonder een draaibare bureaustoel, met een zitting, een rugleuning, en een gestel, dat is voorzien van een schuinstelplaat, waaraan een draagplaat van de zitting om een horizontale as kantelbaar is opgehangen, met het kenmerk, 5 dat de draagplaat (4) ia voorzien van een naar opzij toe draaibare hefboom (6), die bij het verdraaien over een in zijwaarts gericht en schuin omhoog' lopend geleidingsvlak glijdt, welk -geleidings-vlak in de vaststaande schuinstelplaat (2) is aangebracht.

2. Zitmeubel volgens eonelusie 1, m e t het kenmerk, 10 dat het geleidingsvlak bestaat uit een in de schuinstelplaat 2 aan- gebraehte geleidingssleuf (8), waardoor de in zijwaartse richting verdraaibare hefboom (6) steekt.

3. Zitmeubel volgens conclusie 1 of 2,met het kenmerk, dat de hefboom (6) met zijn van de draaias (5) afgekeerde ^ uiteinde langs een in het draaivlak gelegen glijgeleiding verschuif baar is.

4. Zitmeubel volgens- conclusie 3, 1 e t het kenmerk, dat de glijgeleiding bestaat uit een naar de draaias (5) toegerichte rand (7)» die door het vrije uiteinde (6a) van hefboom (6) wordt om- 20 rat.

5. Zitmeubel volgens een der voorgaande conclusies 1-4, m e t hetkenmerk, dat de hefboom (6) is voorzien van een naar beneden toe gericht deel (6b) dat door een sleuf (4a) in de draagplaat (4) steekt, welk deel aan het uiteinde is voorzien van een hand- 25 greep (9).

6. Zitmeubel volgens een der voorgaande conclusies 1-5, met het'kenmer. k, dat de handgreep (9) nabij de voorzijde 7906655 yi '"* ', · - 6 - 4 onder de zitting (4» 4¾) is aangebracht.

7, Zitmeubel volgens een der voorafgaande conclusies 1-6, m e t het kenmerk, dat de ge leidings sleuf (2a) in het midden tussen de draaias (5) en de,glijgeleiding (6a, 7) is aangebracht.

8. Zitmeubel volgens een der voorafgaande conclusies 1-7* met het kenmerk, dat de hefboom (6) is voorzien van een rechthoekig dwarsdoorsnede, waarvan de lange zijkanten nabij de geleidingssleuf (2a) evenwijdig aan de glijvlakken van de sleuf lopen. 10

9* Zitmeubel volgens een der voorafgaande conclusies 1-8, met het kenmerk, dat de glijvlakken van de hefboom (6) zijn bekleed met een elastisch, slijtvast materiaal.

10. Zitmeubel volgens een der voorafgaande conclusies 1-9, met het kenmerk, dat de glijdingssleuf^ii^aangebracht 15 in een concentrisch om de draaias (5) gelegen wand (2b) van de achuihstelplaat 2. i

11. Zitmeubel volgens een der voorafgaande conclusies 1-10, met het kenmerk, dat de kahtelas (3) van de zitting (4, 4b) ongeveer in het midden van de zitting is aangebracht. 7906655