NL7903677A - Inrichting voor het verdoven van slachtvee, zoals varkens. - Google Patents

Description

-1- '* *

V

Η.0.27.069

Machinefabriek G.J. Wijhuis B.Y.. te Winterswijk.

Inrichting voor het verdoven van slachtvee, zoals varkens,

Se uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het verdoven van slachtvee, zoals varkens, bestaande uit ten minste één transporteur die bestaat uit twee transportinrichtingen zonder einde, die zodanig zijn opgesteld dat zij een Y-vormige doorgang bepalen, waarbij elke transportinrichting 5 bestaat uit kettingen zonder einde met daartussen platen die ter plaatse van het werkvlak op elkaar aansluiten en die in de trans-portrichting een afmeting hebben, die overeenkomt met de schalm- 1 lengte van de kettingen.

i

Een dergelijke inrichting is beschreven in de ter inzage. 10 gelegde Nederlandse octrooiaanvrage 77.05519· Bij deze bekende inrichting hebben de platen een .rechthoekige doorsnede. In het werkvlak sluiten zij dicht op elkaar aan maar ter plaatse van de omkeerwielen vormen zij spleten. Aan de ingang van elke transportinrichting worden deze spleten gesloten, terwijl zij aan de 15 uitgang open gaan.

Bit heeft tot gevolg dat aan de ingang en uitgang het dier met de huid, staart of poten ingeklemd kan raken en dat ter plaatse van de overgang tussen twee opeenvolgende transportinrichtingen de opengaande spleten de poten kunnen meenemen in 20 de ruimte waar de transportinrichtingen tegen elkaar in bewegen, waarna de zich sluitende spleten van de volgende transport-inrichting ernstige beschadigingen teweeg kunnen brengen.

Be uitvinding beoogt dit probleem te vermijden.

Bit doel wordt overeenkomstig de uitvinding bereikt 25 doordat de platen met de randen om elkaar scharnieren door middel van gebogen randdelen, die concentrisch zijn met de bijbehorende , —sehamieras van de kettingschalmen. Boor het in elkaar schamie- 7903677 ft * 2 ren van de platen wordt ook ter plaatse van de omkeerwielen de vorming van een spleet vermeden, dat wil zeggen de platen ter plaatse van de omkeerwielen een gesloten vlak vormen.

Yerder verdient het volgens de uitvinding de voorkeur, dat ter plaatse van de ingang van een transporteur of de trans- 5 porteurs geleidingsrollen zijn geplaatst waarvan de assen evenwijdig staan aan de werkvlakken van de respectievelijke transportinrichtingen en die met hun buitenomtrek aan genoemde werkvlakken raken. Aan de ingang zorgen zij voor een continue over-gang van de toevoer gang naar de transportinrichting. Ter plaatse 10 van de overgang tussen op elkaar volgende transporteurs vormen deze geleidingsrollen een min of meer continue voortzetting van het werkvlak, waardoor de kans geringer wordt dat het dier met een poot in de overgangsruimte komt, terwijl de kans dat het dier met de poot tussen de platen van de transportinrichting en een 15 geleidingsrol inkomt gering is omdat de rollen dicht bij de platen ‘ kunnen worden geplaatst.

Deze geleidingsrollen kunnen vrijdraaiend zijn, ze kunnen echter ook worden aangedreven en wel bij voorkeur met een snelheid die zodanig is, dat de omtrek3snelheid daarvan overeen- 20 komt met die van de voorgaande transportinrichting teneinde te vermijden dat een varken dat zich op deze overgangsplaats bevindt verder wordt getransporteerd wanneer door een te grote toevoer de eerste inrichting wordt gestopt.

Bij voorkeur worden de platen zodanig uitgevoerd met een 25 gebogen buitenvlak, dat. dit ter plaatse van het omkeerwiel concentrisch is met de as van dit wiel. Platen die een vlak werkvlak hebben zullen ter plaatse van het. .omkeerwiel een afstand tot de \ nabij gelegen geleidingsrol hebben, die voortdurend varieert.

Passeert een scharnieras dan is de afstand klein, terwijl in het 30 midden van de platen de afstand groter is. Door de platen nu de hierboven beschreven kromming te geven blijft de afstand gelijk en ontstaat de mogelijkheid met een zodanige minimale spleet- breedte tussen transportinrichting en geleidingsrol te werken, dat elk risico is vermeden dat het dier met een poot of andere 55 delen klem komt te zitten.

7903677 3 *

V

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, die schematisch een doorsnede geeft van de delen van twee op elkaar aansluitende transportinrichtingen.

De in de tekening getoonde transportinrichtingen "bestaan uit twee kettingen, te weten een bovenste ketting en een onderste 5 ketting elk met schalmen 1 en schamierassen 2. Elke schalm heeft een lip 3 waarop een plaat 4 is "bevestigd. ·

Elke plaat heeft een in doorsnede cirkelvormige voorrand 5, die concentrisch is met de schamieras 2 alsmede een achterrand 6, die ongeveer een kwartcirkel heslaat en eveneens 10 concentrisch is met de as 2.

Ter plaatse van het omkeerwiel waarvan de hartlijn is aangegeven bij 7 scharnieren de platen om elkaar zonder dat tussen de platen een spleet ontstaat. De platen hebben een gebogen werkvlak 8 waarvan de krommingsstraal overeenkomt met de 15 omloopboog over het omkeerwiel, zodat ter plaatse van het omkeerwiel het werkvlak concentrisch loopt met de hartlijn 7·

Tussen de transportinrichtingen bevinden zich geleidings-rollen 9 en 10 die raken aan het werkvlak 11 van de platen 8 en die ten opzichte van de plaxen een geringe afstand hebben, welke 20 afstand door de kromming van het werkvlak 8 van de platen gelijk blijft. Getoond zijn drie rollen maar dit aantal kan willekeurig zijn.

De kromming van het oppervlak van de platen bevordert het meenemen van de dieren. 25 7903677

Claims (5)

1. Inrichting voor het verdoven van slachtvee, zoals varkens, bestaande uit ten minste één transporteur, die bestaat uit twee transportinrichtingen zonder einde, die zodanig zijn opgesteld, dat zij een V-vormige doorgang bepalen, waarbij elke 5 transportinrichting bestaat uit kettingen zonder einde met daartussen platen die ter plaatse van het werkvlak op elkaar aansluiten en die in de transportrichting een afmeting hebben, die overeenkomt met de schalmlengte van de kettingen, met het kenmerk, dat de platen met de randen om elkaar scharnieren 10 door middel van gebogen randdelen, die concentrisch zijn met de bijbehorende scharnieras van de kettingschalmen.

2. Inrichting volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat ter plaatse van de ingang van één of de transporteurs geleidingsrollen zijn geplaatst waarvan de assen even- 15 wijdig staan aan de werkvlakken van de respectievelijke transportinrichtingen en die met hun buitenomtrek aan de genoemde werkvlakken raken,

3. Inrichting volgens conclusie 2, m è t het kenmerk, dat de rollen kunnen worden aangedreven. 20

4. Inrichting volgens conclusie 3 bestaande uit twee of meer transporteurs, met het kenmerk, dat de omtreks-snelheid van de rollen gelijk is aan die van de voorgaande transportinrichting .

5. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclu- 25 sies 2 t/m 4> m e t het kenmerk, dat de platen een gebogen buitenvlak hebben dat ter plaatse van het omkeerwiel concentrisch is met de as van dit wiel. 7903677