NL2031812B1 - Systeem voor het tegen fraude beveiligen van een aansluiting tussen een elektriciteitsnet en een elektriciteitsinstallatie. - Google Patents

Systeem voor het tegen fraude beveiligen van een aansluiting tussen een elektriciteitsnet en een elektriciteitsinstallatie. Download PDF

Info

Publication number
NL2031812B1
NL2031812B1 NL2031812A NL2031812A NL2031812B1 NL 2031812 B1 NL2031812 B1 NL 2031812B1 NL 2031812 A NL2031812 A NL 2031812A NL 2031812 A NL2031812 A NL 2031812A NL 2031812 B1 NL2031812 B1 NL 2031812B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
sensor
connection
shielding body
electricity
designed
Prior art date
Application number
NL2031812A
Other languages
English (en)
Inventor
Hubertus Reinier Cuijpers Elco
Original Assignee
Realestateguard B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Realestateguard B V filed Critical Realestateguard B V
Priority to NL2031812A priority Critical patent/NL2031812B1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2031812B1 publication Critical patent/NL2031812B1/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01RMEASURING ELECTRIC VARIABLES; MEASURING MAGNETIC VARIABLES
    • G01R11/00Electromechanical arrangements for measuring time integral of electric power or current, e.g. of consumption
    • G01R11/02Constructional details
    • G01R11/24Arrangements for avoiding or indicating fraudulent use
    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01RMEASURING ELECTRIC VARIABLES; MEASURING MAGNETIC VARIABLES
    • G01R22/00Arrangements for measuring time integral of electric power or current, e.g. electricity meters
    • G01R22/06Arrangements for measuring time integral of electric power or current, e.g. electricity meters by electronic methods

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Arrangements For Transmission Of Measured Signals (AREA)

Abstract

Systeem voor het tegen fraude beveiligen van een aansluiting tussen een elektriciteitsnet en een elektriciteitsinstallatie, het systeem omvattende: - een afscherminrichting omvattende een afschermlichaam en bevestigingsmiddelen voor het dusdanig losneembaar bevestigen van het afschermlichaam dat het afschermlichaam de aansluiting of althans ten minste één deel daarvan fysiek afschermt, - ten minste één sensor voor het waarnemen van beweging van het afschermlichaam en/of van de bevestigingsmiddelen; - communicatiemiddelen voor het communiceren van een door de ten minste ene sensor waargenomen beweging of althans van daarvan afgeleide informatie, - een server in een publiek communicatienetwerk ingericht voor het ontvangen van de gecommuniceerde waargenomen beweging of daarvan afgeleide informatie.

Description

Korte aanduiding: Systeem voor het tegen fraude beveiligen van een aansluiting tussen een elektriciteitsnet en een elektriciteitsinstallatie.
Beschrijving:
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een systeem voor het tegen fraude beveiligen van een aansluiting tussen een energienet en een elektriciteitsinstallatie. Een dergelijke aansluiting bevindt zich veelal in een meterkast en is de positie waar feitelijk levering van elektriciteit door een elektriciteitsleverancier vanaf het elektriciteitsnet aan een afnemer, zoals een consument met de elektriciteitsinstallatie, plaatsvindt. De elektriciteitsinstallatie omvat veelal een groepenkast, een hoofdschakelaar en een aardlekschakelaar. Om de kosten voor de afgenomen elektriciteit te kunnen bepalen is ter plaatse van de aansluiting een verbruiksmeter, tegenwoordig vaak uitgevoerd als slimme elektriciteitsmeter, voorzien. Het is bekend dat fraude plaats vindt doordat een fraudeur aan de stroomopwaartse zijde van de aansluiting, dus nog in het domein van het elektriciteitsnet, een aftakking maakt via welke elektriciteit wordt afgenomen. Deze elektriciteit wordt dus niet gemeten door de verbruiksmeter. Om een dergelijke praktijk te belemmeren is het bekend om verzegelingen aan te brengen op de verbruiksmeter.
Het blijkt echter dat fraudeurs zich door dergelijke verzegelingen niet laten afschrikken en deze ongeoorloofd verbreken, hetgeen op zich zeer eenvoudig is, om aldus aan de stroomopwaartse zijde van de aansluiting, oftewel van de verbruiksmeter, elektriciteit af te kunnen takken en aldus illegaal af te kunnen nemen. Een dergelijke illegale praktijk wordt veelal pas geconstateerd op het moment dat er een fysieke controle van de meterkast plaats vindt hetgeen in de praktijk zelden plaats vindt. Fraudeurs kunnen aldus vaak lange tijd hun gang gaan. De eigenaar van een pand is juridisch verantwoordelijk voor het illegaal aftappen van elektriciteit in het betreffend pand. De eigenaar is echter, ook vanwege de bescherming van huurders, ook niet altijd in de gelegenheid om regelmatig de aansluiting te controleren, los van het feit dat dit tijdrovend is. De uitvinding beoogt voor bovenstaande problematiek een oplossing te bieden. Hiertoe verschaft de uitvinding een systeem voor het tegen fraude beveiligen van een aansluiting tussen een elektriciteitsnet en een elektriciteitsinstallatie, het systeem omvattende:
- een afscherminrichting omvattende een afschermlichaam en bevestigingsmiddelen voor het dusdanig losneembaar bevestigen van het afschermlichaam dat het afschermlichaam de aansluiting of althans ten minste één deel daarvan fysiek afschermt, - ten minste één sensor voor het waarnemen van beweging van het afschermlichaam en/of van de bevestigingsmiddelen; - communicatiemiddelen voor het communiceren van een door de ten minste ene sensor waargenomen beweging of althans van daarvan afgeleide informatie , - een server in een publiek communicatienetwerk ingericht voor het ontvangen van de gecommuniceerde waargenomen beweging of daarvan afgeleide informatie.
Het afschermlichaam vormt een blokkade om de aansluiting of althans deel daarvan te kunnen bereiken. Om de aansluiting te kunnen bereiken, hetgeen voor fraude zoals voorgaand omschreven nodig zou zijn, zal het afschermlichaam moeten worden weggenomen hetgeen kan geschieden door het losnemen van de bevestigingsmiddelen. Het wegnemen van het afschermlichaam zal noodzakelijkerwijs gepaard gaan met beweging van het afschermlichaam, of althans deel daarvan, en eventueel ook met beweging van de bevestigingsmiddelen. Doordat het systeem is voorzien van ten minste één sensor die beweging van het afschermlichaam en/of van de bevestigingsmiddelen kan waarnemen, kan met de ten minste ene sensor het wegnemen van het afschermlichaam worden waargenomen. Via de server van het systeem die via de communicatiemiddelen een door de sensor gecommuniceerde waargenomen beweging van het afschermlichaam ontvangt kunnen betrokken partijen worden geïnformeerd en kan geschikte actie worden genomen om te controleren of daadwerkelijk fraude plaats vindt en die tegen te gaan.
Een geschikte uitvoeringsvorm kan worden verkregen indien de ten minste ene sensor een sensor omvat van het type gekozen uit de groep: - gyroscoop, - versnellingssensor, en - bewegingssensor, en - magnetometer, en - temperatuurmeter, en - capaciteitssensor, en - lichtsensor, en
- ultrasoon sensor.
In een uitvoeringsvorm waarbij het systeem kan worden toegepast bij een eerder geïnstalleerde aansluiting waarbij de aansluiting in een behuizing is voorzien, maakt het afschermlichaam geen deel uit van die behuizing. Het afschermlichaam kan dan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als een plaat die direct aan de buitenzijde van de behuizing is voorzien.
Alternatief is het echter ook mogelijk om het systeem direct te voorzien bij installatie van de aansluiting. In een dergelijke uitvoeringsvorm kan het dan voordelig zijn indien de aansluiting in een behuizing is voorzien en waarbij het afschermlichaam wordt gevormd door een deel, zoals een deksel, van de behuizing. Aldus is geen separaat afschermlichaam noodzakelijk.
In een praktische uitvoeringsvorm is de server ingericht voor het versturen van een alarmsignaal aan een gebruiksinrichting. Een dergelijk alarmsignaal kan diverse vormen hebben, bijvoorbeeld een SMS, e-mail of pushbericht.
Met voordeel zijn de communicatiemiddelen ingericht voor draadloze communicatie, waarbij de communicatiemiddelen gedeeld kunnen worden met die bij een slimme verbruiksmeter behoren. De communicatiemiddelen kunnen bijvoorbeeld zijn ingericht voor communicatie via een telefoonnetwerk, zoals een 3G, 4G of 5G netwerk. Alternatief is het ook mogelijk dat gebruik wordt gemaakt van andersoortige draadloze communicatie zoals communicatie volgens protocollen voor NBIOT, Zigbee,
Z-wave, Z-wave Plus, Bluetooth, Bluetooth Low Energy, Long Range (LoRa), of een ander Low Power Wide Area (LPWA) netwerk. Daarnaast kan communicatie ook plaats vinden via het elektriciteitsnet zoals via Power Line Communication (PLC).
Om te controleren of de communicatiemiddelen nog steeds functioneren zijn in een verdere uitvoeringsvorm de communicatiemiddelen ingericht om regelmatig controlesignalen te communiceren. Indien de server geen controlesignalen zou ontvangen, is dat een indicatie dat er van fraude sprake zou kunnen zijn.
Ter verdere beveiliging omvat het systeem in een uitvoeringsvorm verzegelmiddelen voor het verzegelen van de bevestigingsmiddelen in de toestand waarbij de bevestigingsmiddelen het afschermlichaam bevestigen. Dergelijke verzegelmiddelen kunnen bijvoorbeeld fysieke draden omvatten die op zich nu ook al bekend zijn zoals in de beschrijvingsinleiding is omschreven.
In een praktische uitvoeringsvorm zijn de aansluiting en het afschermlichaam in een meterkast, zoals van een woning, voorzien.
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de omschrijving van mogelijke uitvoeringsvormen van een systeem volgens de uitvinding onder verwijzing naar de navolgende figuren:
Figuur 1 illustreert schematisch in vooraanzicht een aansluiting tussen een energienet en een elektriciteitsinstallatie volgens de stand van de techniek;
Figuur 2 illustreert schematisch in vooraanzicht een uitvoeringsvorm van het systeem volgens de uitvinding;
Figuur 3 illustreert schematisch in zijaanzicht het systeem volgens figuur 2;
Figuur 4 illustreert schematisch en in meer detail, in vooraanzicht het systeem volgens figuur 1.
Figuur 5A illustreert schematisch in vooraanzicht een andere uitvoeringsvorm van het systeem volgens de uitvinding;
Figuur 5B illustreert schematisch en in meer detail, in vooraanzicht het systeem volgens figuur 5A, waarbij deksels van delen van de aansluiting niet zijn weergegeven;
Figuur 6A - 6F illustreren diverse uitvoeringsvormen van het gebruik van een sensor van het systeem volgens de uitvinding.
Figuren 1 — 3, 4 en 5 tonen schematisch een aansluiting 20 tussen een elektriciteitsnet en een elektriciteitsinstallatie 2. In de navolgende tekst is de aansluiting 20 gedefinieerd als het punt waar de bekabeling vanuit de elektriciteitscentrale feitelijk is aangesloten op de uiteindelijke elektriciteitsinstallatie 2. In figuur 1 is de aansluiting 20 schematisch aangegeven met knooppunt 20. In figuur 5B is de aansluiting 20 schematisch aangegeven als de feitelijke aansluitingen van het elektriciteitsnet op hoofdzekeringen 26.
In de omgeving van de aansluiting 20 bevinden zich een aansluitkast 8, een energiemeter 4 en een elektriciteitsinstallatie 2. De aansluitkast 8 is voorzien van een behuizing 37 met een deksel 38. In de behuizing 37 van de aansluitkast 8 bevinden zich hoofdzekeringen 26. De hoofdzekeringen 26 zijn via elektriciteitskabels 28, welke door mantelbuis 12 wordt afgeschermd, verbonden met het energienet. Het deksels 38 is door middel van bevestigingsmiddelen 36 losneembaar bevestigd aan de behuizing 37. Verder is de energiemeter 4 voorzien van een behuizing 16 met een deksel 18. In de behuizing 16 van de energiemeter 4 bevindt zich de elektrische 5 schakeling van de energiemeter 4. De elektrische schakeling van de energiemeter 4 is via elektriciteitskabels 28, welke door mantelbuis 22 worden afgeschermd, en via de hoofdzekeringen 26 verbonden met het energienet. Het deksel 18 is door middel van bevestigingsmiddelen 6 losneembaar bevestigd aan de behuizing 16.
De elektriciteitsinstallatie 2 bevat onder meer een niet nader getoonde groepenkast, hoofdschakelaar en aardlekschakelaar, en is via elektriciteitskabels 28, welke door mantelbuis 24 worden afgeschermd, verbonden met de energiemeter 4.
De aansluiting 20 bevindt zich normaal gesproken in een meterkast van een woning of bedrijfsgebouw. Alle componenten die zich na de energiemeter 4 bevinden, zoals de elektriciteitsinstallatie 2 en de kabels 28 in mantelbuis 24, zijn eigendom van de verantwoordelijke van de aansluiting 20. De energiemeter 4, de aansluitkast 8 en de kabels 28 in mantelbuizen 12, 22, zijn eigendom van de netbeheerder. Elektrische energie die stroomafwaarts van de energiemeter 4 of meer specifiek van de positie waar de feitelijke meting plaatsvindt wordt afgenomen is legaal verkregen, elektrische energie die stroomopwaarts van die positie wordt afgenomen is illegaal verkregen.
Zoals geïllustreerd in figuur 1, zijn volgens de stand van de techniek verzegelmiddelen 14 geplaatst voor het verzegelen van de bevestigingsmiddelen 6, om het illegaal verkrijgen van elektriciteit te voorkomen.
Figuren 2 - 6 illustreren twee mogelijke uitvoeringsvormen van een systeem 1, 101 voor het tegen fraude beveiligen van de aansluiting 20 of meer specifiek voor het tegen fraude beveiligen van elektriciteitscomponenten die zich stroomafwaarts bevinden van de positie waar de feitelijke meting plaatsvindt. Het systeem 1, 101 maakt een betrouwbare fraudebeveiliging van deze elektriciteitscomponenten mogelijk waarbij het gebruik van verzegelmiddelen 14 voor het verzegelen van diverse bevestigingsmiddelen 5, 6, 36, 105 niet noodzakelijk maar overigens nog steeds mogelijk is.
Volgens een eerste uitvoeringsvorm van het systeem 1, zoals geïllustreerd in figuren 2 — 4, omvat het systeem 1 een afscherminrichting 3 voor het fysiek afschermen van de aansluiting. De afscherminrichting 3 omvat een als plaat 7, bijvoorbeeld van hout of metaal, uitgevoerd afschermlichaam 7, welke in gebruik door middel van als schroeven 5 uitgevoerde bevestigingsmiddelen 5 aan de voorkant van de aansluiting 20 of meer specifiek aan de voorkant van de elektriciteitscomponenten in de nabijheid van de aansluiting 20 wordt bevestigd, voor het blokkeren van fysieke toegang tot de binnenruimte van de energiemeter 4 en de aansluitkast 8. De vlakke plaat 7 kan zodanig worden uitgevoerd, dat deze zowel de energiemeter 4, de aansluitkast 8 als de mantelbuizen 12, 22 volledig afschermt. De plaat 7 kan ook zodanig worden uitgevoerd, dat deze de energiemeter 4, de aansluitkast 8 en de mantelbuizen 12, 22 gedeeltelijk afschermt, zodanig dat het verwijderen van de deksels 18, 38 van de behuizingen 16, 37 van de energiemeter 4 en de aansluitkast 8 niet mogelijk is. Voor genoemde afscherming zou de plaat 7 alternatief ook bijvoorbeeld gebogen kunnen zijn en de energiemeter 4, de aansluitkast 8 en de mantelbuizen 12, 22 meer kunnen omgeven. Door het losdraaien van de schroeven 5, kan de vlakke plaat 7 verwijderd worden, bijvoorbeeld wanneer toegang tot de aansluiting 20 nodig is in verband met onderhoud.
Om te voorkomen dat de plaat 7 ongeoorloofd wordt verwijderd, omvat het systeem 1 een sensor 11 voor het waarnemen van beweging van de plaat 7. De sensor 11 is communicatief verbonden met een besturingseenheid 15 voor het verwerken van de door de sensor 11 waargenomen beweging. De besturingseenheid 15 omvat een geheugen 17, voor het tijdelijk opslaan van afgeleide informatie van de door de sensor 11 waargenomen beweging, en communicatiemiddelen 13, voor het communiceren van afgeleide informatie van de door de sensor 11 waargenomen beweging. De sensor 11, de besturingseenheid 15, het geheugen 17 en de communicatiemiddelen 13 bevinden zich in een verdere behuizing 9, en worden gevoed door voedingsmiddelen (niet getoond), zoals een batterij of netvoeding.
Wanneer beweging van de plaat 7 wordt waargenomen, bijvoorbeeld wanneer de besturingseenheid 15 detecteert dat het uitgangssignaal van de sensor 11 zich boven een vooraf bepaalde drempelwaarde bevindt, communiceert de besturingseenheid 15 de waargenomen toestand van het systeem 1, via de communicatiemiddelen 13, naar een server 15 die zich in een publiek communicatienetwerk bevindt. Het publiek communicatienetwerk maakt bijvoorbeeld gebruik van het draadloze 4G netwerk of van datacommunicatie via het Power Line
Communication, PLC, protocol of andere communicatietechnieken zoals voorgaand al benoemd. De server 15 bevindt zich op een externe locatie en wordt beheert door de beheerder van het systeem 1. De beheerder van het systeem 1 is bijvoorbeeld een externe partij zoals een verhuurder of een vertegenwoordiger daarvan en/of de netwerkbeheerder van de aansluiting 20.
Wanneer beweging van de plaat 7 is waargenomen door de sensor 11 en de waargenomen beweging is gecommuniceerd naar de server 15, verstuurt de server 15 een alarmsignaal naar een gebruiksinrichting 30, bijvoorbeeld naar een mobiele telefoon van de beheerder van het systeem 1 of een backend systeem waartoe de beheerder van het systeem 1 toegang heeft. Hierdoor wordt de beheerder van het systeem 1 geïnformeerd van mogelijke ongeoorloofde fysieke toegang tot de aansluiting 20, zonder dat de beheerder van het systeem 1 zich fysiek in de buurt van de aansluiting 20 hoeft te bevinden. Verder zijn de communicatiemiddelen 13 ingericht om regelmatig controlesignalen te versturen naar de server 15 en is de besturingseenheid 15 ingericht om zowel de controlesignalen als een verandering van de toestand van het systeem 1 op te slaan in het geheugen 17.
De communicatiemiddelen 13 zijn verder geschikt voor directe draadloze communicatie met de gebruiksinrichting 30, bijvoorbeeld via een additionele Bluetooth verbinding, zodat een gebruiker van het systeem 1 de waargenomen toestand van het systeem 1 en/of de informatie over de toestand van het systeem 1, die opgeslagen staat in het geheugen 17, kan uitlezen.
Figuren 5A — 5B illustreren een tweede uitvoeringsvorm van het systeem 101 volgens de uitvinding. Componenten van systeem 101 die gelijk zijn aan de componenten van systeem 1 zijn voorzien van dezelfde referentiecijfers.
Componenten van systeem 101 die vergelijkbaar zijn met de componenten van systeem 1, zijn voorzien van referentiecijfers vermeerderd met 100.
De werking en opbouw van systeem 101 is vergelijkbaar met de werking en opbouw van systeem 1. Bij systeem 1 maakt het afschermlichaam 7 geen deel uit van de behuizingen 16 van de energiemeter 4, de behuizingen 38 van de aansluitkast 8 en de kabelmantels 12, 22. Bij systeem 101 wordt de afscherminrichting 103 gevormd door de behuizingen 16 van de energiemeter 4 en de behuizingen 36 van de aansluitkast 8. Het afschermlichaam 107 wordt gevormd door de deksels 18, 38 van de behuizingen 103 van de energiemeter 4 en de aansluitkast 8. De bevestigingsmiddelen 105 van het systeem 101 worden gevormd door de bevestigingsmiddelen 6 van de energiemeter 4 en de bevestigingsmiddelen 37 van de aansluitkast 8.
Het systeem 101 omvat twee sensoren 11 voor het waarnemen van beweging van het deksel 107 van de energiemeter 4 en het deksel 107 van de aansluitkast 8 respectievelijk, om te voorkomen dat één of beide deksels 107 ongeoorloofd worden verwijderd. Bij voorkeur zijn de sensoren 11 bevestigd aan het respectieve deksel 107 van de energiemeter 4 en de aansluitkast 8. Beide sensoren 11 zijn communicatief verbonden met de besturingseenheid 15 voor het verwerken van de door de sensoren 11 waargenomen bewegingen. De sensoren 11, de besturingseenheid 15, het geheugen 17 en de communicatiemiddelen 13 bevinden zich in de behuizing 103 van de energiemeter 4 en/of in de behuizing 103 van de aansluitkast 8.
De beschrijving van systeem 1 is verder, mutatis mutandis, van toepassing op systeem 101.
Figuren 6A - 6F illustreren mogelijke uitvoeringsvormen van de sensor 11. Het systeem 1, 101 kan worden uitgevoerd met één of meerdere van de sensoren 11 zoals hieronder besproken, welke gebruikt kunnen worden voor het waarnemen van beweging van het afschermlichaam 7, 107 en/of van de bevestigingsmiddelen 5, 105.
Figuren 6A, 6B en 6C illustreren respectievelijk een gyroscoop 11, voor het meten van de hoekverdraaiing en/of beweging in de ruimte van het afschermlichaam 7, 107, een accelerometer 11, voor het meten van de stand van het afschermlichaam 7, 107 ten opzichte van de zwaartekracht, en een magnetometer 11, voor het meten van de hoek en/of beweging in de ruimte van het afschermlichaam 7, 107 ten opzichte van het magnetisch veld. De gyroscoop 11, de accelerometer 11 en de magnetometer 11 zijn bij voorkeur bevestigd op het afschermlichaam 7, 107. In het geval van systeem 101 zijn de sensoren bij voorkeur aan de binnenzijde van de behuizing 103 geplaatst.
Figuur 6D illustreert een sensor 11, bijvoorbeeld een gyroscoop 11, een accelerometer 11 of een magnetometer 11, voor het waarnemen van beweging van de bevestigingsmiddelen 105, welke gebruikt zijn voor het losneembaar bevestigen van het deksel 107 op de behuizing 103 van de energiemeter 4 en/of van de aansluitkast 8. Bij voorkeur bevindt de sensor 11 zich aan de binnenzijde van de behuizing 103.
Figuur 6E illustreert een sensor 11, bijvoorbeeld een gyroscoop 11, een accelerometer 11 of een magnetometer 11, voor het waarnemen van beweging van de bevestigingsmiddelen 5, welke gebruikt zijn voor het losneembaar bevestigen van deplaat 7.
Figuur 6F illustreert een sensor 11 uitgevoerd als lichtmeter 11 voor het meten van de lichtsterkte. In deze uitvoeringsvorm bevindt de lichtmeter 11 zich in de behuizing 103 van de energiemeter 4 en/of van de aansluitkast 8, waarbij de lichtmeter 11 naar een vrij uiteinde van de mantelbuis 12, 22 is gericht, voor het waarnemen van de lichtsterkte in de mantelbuis 12, 22. Wanneer de mantelbuis 12, 22 ongeoorloofd wordt geopend of verwijderd, neemt de lichtsensor 11 de verandering in lichtsterkte waar, en wordt de beheerder van het systeem 101 zoals hierboven beschreven op de hoogte gebracht.
Verdere (niet getoonde) mogelijke uitvoeringsvormen van de sensor 11 zijn een temperatuurmeter 11, voor het meten van de temperatuur van de omgeving van de sensor 11, een capaciteitsmeter 11, voor het meten van de elektrische capaciteit van het afschermlichaam /, 107, en een ultrasoon meter 11, voor het meten van afstand tussen diverse componenten van de afscherminrichting 3, 103. Deze sensoren 11 kunnen op vergelijkbare wijze worden toegepast op het systeem 1, 101.
In de bovengenoemde uitvoeringsvormen, wordt het systeem 1, 101 volgens de uitvinding gebruikt voor het tegen fraude beveiligen van de elektrische aansluiting 20, om het illegaal verkrijgen van elektrische energie te voorkomen. Het systeem 1, 101 is hiertoe echter niet beperkt en kan ook gebruikt worden voor het tegen fraude beveiligen van andere gevoelige componenten, zoals een aansluiting voor andere nutsvoorzieningen, zoals gas, water en/of internet.

Claims (10)

CONCLUSIES
1. Systeem voor het tegen fraude beveiligen van een aansluiting tussen een elektriciteitsnet en een elektriciteitsinstallatie, het systeem omvattende: - een afscherminrichting omvattende een afschermlichaam en bevestigingsmiddelen voor het dusdanig losneembaar bevestigen van het afschermlichaam dat het afschermlichaam de aansluiting of althans ten minste één deel daarvan fysiek afschermt, - ten minste één sensor voor het waarnemen van beweging van het afschermlichaam en/of van de bevestigingsmiddelen; - communicatiemiddelen voor het communiceren van een door de ten minste ene sensor waargenomen beweging of althans van daarvan afgeleide informatie, - een server in een publiek communicatienetwerk ingericht voor het ontvangen van de gecommuniceerde waargenomen beweging of daarvan afgeleide informatie.
2. Systeem volgens conclusie 1 waarbij de ten minste ene sensor een sensor van het type gekozen uit de groep: - gyroscoop, - versnellingssensor, en - bewegingssensor, en - magnetometer, en - temperatuurmeter, en - capaciteitssensor, en - lichtsensor, en - ultrasoon sensor omvat.
3. Systeem volgens conclusie 1 of 2, waarbij de aansluiting in een behuizing is voorzien en waarbij het afschermlichaam wordt gevormd door een deel, zoals een deksel, van de behuizing.
4. Systeem volgens conclusie 1 of 2, waarbij de aansluiting in een behuizing is voorzien en waarbij het afschermlichaam geen deel van de behuizing uit maakt.
5. Systeem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de server is ingericht voor het versturen van een alarmsignaal aan een gebruiksinrichting.
6. Systeem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de communicatiemiddelen zijn ingericht voor draadloze communicatie.
7. Systeem volgens conclusie 6, waarbij de communicatiemiddelen zijn ingericht voor communicatie via een telefoonnetwerk, zoals een 4G netwerk.
8. Systeem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de communicatiemiddelen zijn ingericht om regelmatig controlesignalen te communiceren.
9. Systeem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het systeem verzegelmiddelen omvat voor het verzegelen van de bevestigingsmiddelen in de toestand waarbij de bevestigingsmiddelen het afschermlichaam bevestigen.
10. Systeem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de aansluiting en het afschermlichaam in een meterkast, zoals van een woning, zijn voorzien.
NL2031812A 2022-05-10 2022-05-10 Systeem voor het tegen fraude beveiligen van een aansluiting tussen een elektriciteitsnet en een elektriciteitsinstallatie. NL2031812B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2031812A NL2031812B1 (nl) 2022-05-10 2022-05-10 Systeem voor het tegen fraude beveiligen van een aansluiting tussen een elektriciteitsnet en een elektriciteitsinstallatie.

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2031812A NL2031812B1 (nl) 2022-05-10 2022-05-10 Systeem voor het tegen fraude beveiligen van een aansluiting tussen een elektriciteitsnet en een elektriciteitsinstallatie.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2031812B1 true NL2031812B1 (nl) 2023-11-17

Family

ID=88838483

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2031812A NL2031812B1 (nl) 2022-05-10 2022-05-10 Systeem voor het tegen fraude beveiligen van een aansluiting tussen een elektriciteitsnet en een elektriciteitsinstallatie.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2031812B1 (nl)

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US10873792B2 (en) Data communication apparatus, system, and method
JP5568321B2 (ja) 電力システム構成自動検出システム
AU2011226800B2 (en) Systems, methods, and apparatus for components in AMI energy meters
JP2018112505A (ja) 要因判定装置及び電力量管理システム
KR102006201B1 (ko) 공동주택과 건축물의 전기누전 감시장치
GB2280961A (en) Commodity metering apparatus
EP2725367A1 (en) Method and device for monitoring partial discharges
NL2031812B1 (nl) Systeem voor het tegen fraude beveiligen van een aansluiting tussen een elektriciteitsnet en een elektriciteitsinstallatie.
US4565995A (en) Anti-energy diversion system for electric utility meters
ES2365779A1 (es) Sistema de medida de descargas parciales en líneas eléctricas.
US20180348268A1 (en) System and method for preventing theft of electricity
US20220099704A1 (en) Cable harness and asset indicator device for a data communication sensing and monitoring system
EP4016093A1 (en) Smart energy meter housing
GB2280290A (en) Commodity metering apparatus
CN1333322C (zh) 保护系统及方法
US11327104B2 (en) Fault circuit indicator apparatus, system, and method
EP1051630A1 (en) Electricity measuring apparatus
Abbood et al. Theft Control Based Master Meter Using Different Network Technologies
KR101868385B1 (ko) 통합 원격 검침 시스템
CN118539610A (zh) 一种电力监控系统网络安全运维防护装置及其方法
WO2024103082A1 (en) System and method for validating energy consumption data
BR102014031929A2 (pt) sistema e aparelho que detectam o rompimento de cabos telefônicos e informam a sua localização