NL2031464B1 - werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van een transportband voor een bakoven - Google Patents

Abstract

Een werkwijze voor het vervaardigen van een transportband voor een bakoven en een inrichting voor het vervaardigen van een transportband voor een bakoven„ welke transportband vervaardigd is uit een gewalste veelheid van onderling vervlochten metalen rondspiralen, de werkwijze omvattende de stappen van: het vervaardigen van rondspiralen, het vlechten van de transportband, het walsen van de transportband, en het lassen van de transportband, waarbij de stap van het vervaardigen van de rondspiralen de stap omvat van het gelijktijdig aan twee zijden bij het vlechten van de transportband vervaardigen van de rondspiralen en de stap van het vlechten van de transportband het gelijktijdig in een roterende beweging zijdelings vanaf beide zijden aanvoeren van de rondspiralen voor het in elkaar en in de transportband vlechten van beide rondspiralen.

Description

Korte aanduiding: werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van een transportband voor een bakoven

Beschrijving:

ACHTERGROND

Transportbanden voor een bakoven worden gebruikt om voedingsproducten zoals deegwaren te transporteren door een industrieel bereidingsproces zoals een bakoven maar ook in een vriesinrichting of een industriele friteuse. Dergelijke transportbanden zijn dankzij een aantal bijzondere eigenschappen bijzonder geschikt als transportband voor de voedingsmiddelenindustrie, maar kunnen ook gebruikt worden in automotive, in de chemische,- of in de farmaceutische industrie.

De extreem hoge (of lage) temperaturen die dergelijke bovengenoemde toepassingen vereisen, maken dat de transportbanden geschikt dienen te zijn producten onder die omstandigheden op robuuste en betrouwbare wijze te transporteren. Het is bekend daarvoor transportbanden te gebruiken van gevochten rondspiraal. Deze worden vervaardigd van een rol staaldraad waarvan rondspiralen worden gemaakt, welke in elkaar worden gevlochten tot de uiteindelijke transportband.

Omdat dergelijke transportbanden door de gevlochten rondspiralen enige mate van beweging toelaten zijn ze niet geheel vormvast. Dat is zeker in toepassingen waarbij de transportbanden aan hoge en/of lage temperaturen blootgesteld worden, een ongewenste eigenschap. Het is daarom bekend dergelijke transportbanden na het vlechten te walsen. Door de spiralen te walsen wordt een hogere stabiliteit verkregen en zal de uitzetting van de transportband ook onder zware belasting en extreme temperatuur invloeden slechts minimaal zijn waardoor aan de voor die toepassing gestelde hoge eisen aan de maatvoering en toleranties kunnen worden voldaan.

Het vervaardigen van een transportband met rondspiralen is echter complex omdat de transportband bestaat uit een grote hoeveelheid spiralen die onderling op zeer nauwkeurige wijze in elkaar moeten worden gevlochten. Slechts minimale afwijkingen in maatvoeringen van de staaldraad, de daaruit vervaardigde spiralen en de wijze waarop de ingevlochten worden, zal resulteren in problemen bij het vlechten en het uiteindelijke eindproduct. Het vlechten gebeurt daarom veelal handmatig, wat de productiecapaciteit en consistentie niet ten goede komt.

Er is dan ook een behoefte aan een verbeterde werkwijze voor het vervaardigen van een transportband voor een bakoven die robuust is, waarbij het vlechten geautomatiseerd is, en waarmee met een hoge mate van nauwkeurigheid een transportband vervaardigd kan worden uit een gewalste veelheid van onderling vervlochten metalen rondspiralen.

BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING

De uitvinding heeft tot een van de doelen om een verbeterde werkwijze te verschaffen voor het vervaardigen van een transportband voor een bakoven.

De uitvinding heeft tot een verder doel om een verbeterde inrichting te verschaffen voor het vervaardigen van een transportband voor een bakoven.

Overeenkomstig de onderhavige beschrijving wordt voorzien in een werkwijze voor het vervaardigen van een transportband voor een bakoven, welke transportband vervaardigd is uit een gewalste veelheid van onderling vervlochten metalen rondspiralen, de werkwijze omvattende de stappen van: - het vervaardigen van rondspiralen, omvattende de stappen van het met een aandrijfeenheid bestaande uit twee transportrollen voor het van een spoel afwikkelen van een staaldraad en het invoeren in een omvormgereedschap, het omvormgereedschap omvattende een doorn welke in lengterichting aangebracht is aangrenzend aan een hartlijn van de staaldraad uit de transportrollen, de doorn omvattende een over de lengterichting aan de omtrekrand aangebrachte groef overeenkomstig een vooraf bepaalde nominale diameter van de rondspiralen en welke groef gradueel over de lengte van de doorn in spoed toeneemt tot althans hoofdzakelijk een vooraf bepaalde nominale spoed van de rondspiralen;

- het vlechten van de transportband, omvattende de stappen van in een roterende beweging zijdelings aanvoeren van de vervaardigde rondspiralen, waarmee de rondspiralen in een voorgaande reeds tot transportband vervaardigde rondspiraal wordt vervlochten, en waarbij de vervlochten rondspiraal afgeknipt wordt zodra vastgesteld is dat deze over de gehele breedte van de transportband ingevlochten is; - het walsen van de transportband, omvattende de stappen van het invoeren van een vooraf bepaalde lengte van de vervaardigde transportband in een wals, waarbij de transportband opgespannen wordt met een trekjuk voor het onder een trekspanning door de wals walsen van de transportband met een vooraf bepaalde druk; - het lassen van de transportband, omvattende de stappen van het met een lasinstallatie aflassen van de kanten van de transportband voor het fixeren van de uiteinden van de rondspiralen van de transportband, waarbij de stap van het vervaardigen van de rondspiralen de stap omvat van het gelijktijdig aan twee zijden bij het vlechten van de transportband vervaardigen van de rondspiralen en de stap van het vlechten van de transportband het gelijktijdig in een roterende beweging zijdelings vanaf beide zijden aanvoeren van de rondspiralen voor het in elkaar en in de transportband vlechten van beide rondspiralen.

Metalen transportbanden voor de voedingsmiddelenindustrie bestaan er in diverse soorten en maten en hebben elk specifieke eigenschappen en toepassingsgebieden. Vooral voor toepassingen waarbij het oppervlak van de transportband vlak en maatvast moet zin en waarbij de te bewerken voedingsproducten op nauwkeurige wijze verwarmd of gekoeld moeten worden zijn gewalste transportbanden van in elkaar gevlochten metalen spiralen uiterst geschikt.

Dergelijke transportbanden voor bakovens kunnen in diverse afmetingen worden vervaardigd, zulks afhankelijk van de wensen en toepassing daarvan in een bepaald industrieel proces voor de bereiding van voedingsmiddelen. Afhankelijk van de hoeveelheid warme (of koude) die bij het bakproces door mag dringen in de producten kan een bepaalde draaddikte en maaswijdte gekozen worden. De draaddikte kan daarbij varieren van 0.4 mm tot 2 mm en meer in het bijzonder kan deze 0.6, 0.8, 1.0, 1.2, 1.4, 1.5, 1.6, 1.8 of 2 mm bedragen. De maaswijdte ligt tussen de 1.0 en 10.0 mm maar betreft meer in het bijzonder 1.5, 2.0, 2.5, 3.0, 4.0, 5.0. 6.0, 7.0, 8.0 of 10.0 mm. In beginsel kan draaddiameter en maaswijdtes vrij gekozen worden maar het spreekt voor zich dat de dikste draaddiameters minder geschikt zijn voor de kleinste maaswijdtes en omgekeerd.

De wijze waarop deze transportbanden vervaardigd worden is in beginsel gelijk en bestaat uit een aantal achtereenvolgende stappen maar vangt aan met een staaldraad. Deze staaldraad wordt als eerste omgevormd tot een rondspiraal. Van de rondspiraal wordt vervolgens een band gevlochten waarna deze gewalst en gelast wordt tot het uiteindelijke eindproduct dat als zodanig toegepast kan worden in de voedingsmiddelenindustrie.

Het vervaardigen van de rondspiralen bestaat uit het met een aandrijfeenheid van twee of meer transportrollen voor het van een spoel afwikkelen van de staaldraad. Deze staaldraad of ijzerdraad is vervaardigd uit bij voorkeur ongelegeerd staat met een koolstofgehalte van minder dan 2% en meer in het bijzonder tussen de 0,25 en 1%. De staaldraad kan een staaldraad betreffen die bestand is tegen roesten doordat deze bijvoorbeeld verzinkt is of voorzien is van additieven of een coating. In het bijzonder kan de staaldraad ook een legering betreffen en vervaardigd zijn van roestvast staal. In het kader van de onderhavige beschrijving wordt echter in het algemeen gesproken van staaldraad welke bij voorkeur dus ongelegeerd is, maar waarbij de werkwijze en inrichting eveneens geschikt zijn voor gelegeerde of anderszins bewerkte draad zoals bovenstaand beschreven.

De staaldraad wordt in de eerste stap dus omgevormd tot een spiraal of rondspiraal. Deze spiraal heeft door het materiaal en de vorm de eigenschap om samendrukbaar en uitrekbaar te zijn. Deze eigenschappen maken het vlechten van de draad enerzijds tot een uitdaging omdat maatvastheid daardoor niet gegarandeerd kan worden, maar anderzijds biedt het de mogelijkheid om bij het vlechten de rondspiralen zodanig te verwerken dat ze op betrouwbare wijze ingevlochten kunnen worden.

Het uit de staaldraad vormen van de rondspiralen wordt gedaan met een omvormgereedschap. Dit omvormgereedschap omvat een zogenoemde doorn waar het staaldraad vanuit de transportrollen in wordt aangebracht of gedwongen. De transportrollen bestaat uit twee boven elkaar geplaatste wielen of rollen waarin bij 5 voorkeur een groef is aangebracht die meer bij voorkeur opgeruwd is voor extra grip op de draad. De transportrollen of aandrijfrollen trekken de staaldraad van een voorraad rol en drukken deze in de doorn. De doorn is daartoe zeer dicht of nabij de twee rollen geplaatst aan de zijde waar de rollen de draad uit duwen. In het bijzonder zit de opening van de doorn in het punt waar de twee rollen elkaar raken. De doorn is daartoe dan ook als een langgerekt element gevormd en is aan de voorzijde waarmee deze naar de rollen is gericht voorzien van afgevlakte zijden die de vorm hebben om de radius van de rollen exact te volgen. De doorn neemt in het midden de draad op en omvat een groef die over de lengte van de doorn is aangebracht alwaar de draad doorheen wordt geleid. Deze groef heeft een spoed die klein begint en over de lengte van de doorn toeneemt tot exact of althans hoofdzakelijk de gewenste nominale spoed van de te vervaardigen rondspiraal. Om te voorkomen dat de draad uit de groef loopt, is de doorn in een huls geplaatst waardoor de draad gedwongen wordt de groef nauwgezet te volgen en in diameter niet kan toenemen of wijken maar slechts de diameter en spoed volgt van de doorn en zo roterend uit de doorn wordt vervaardigd.

Zodra de rondspiraal door het omvormgereedschap vervaardigd is, zal deze de gewenste spoed en diameter hebben en kunnen worden ingevlochten.

Uitgaande van een reeds deels gevlochten transportband wordt de vervaardigde rondspiraal vanaf de zijkant dwars op de lengterichting van de transportband roterend in deze deels gevlochten transportband ingevlochten. De rotatie die hierbij toegepast wordt betreft de rotatie zoals die door het omvormgereedschap verschaft wordt.

Zodra de rondspiraal zover ingevlochten is dat deze de andere zijde van de transportband bereikt, wordt daar met behulp van een opnemer of sensor waargenomen dat de rondspiraal de gewenste lengte heeft bereikt en vervolgens aan de invoerzijde afgeknipt. Dit proces wordt herhaalt tot de gewenste lengte van de transportband verkregen is. Dit hoeft overigens niet overeen te komen met de uiteindelijke lengte van de transportband als eindproduct omdat er ook langere lengtes kunnen worden gevlochten die later op lengte worden geknipt of gesneden, dan wel langere lengtes uit diverse kortere stukken gevlochten transportband aan elkaar worden gelast of gevlochten.

Zodra een bepaalde lengte transportband gevlochten is, wordt deze in de navolgende stap gewalst. Met het walsen worden de rondspiralen onder vooraf ingestelde druk samengedrukt om zo een stabieler eindproduct te verkrijgen. Het walsen omvat de stap van het invoeren van de transportband in de wals, waarbij een uiteinde van de transportband tegengehouden wordt en er met een trekjuk een trekspanning wordt uitgeoefend op de band zodat deze onder spanning door de wals loopt. Het trekjuk grijpt het uiteinde van de transportband vast en met een lier of ander spanwerktuig kan de gewenste spanning op de band worden aangebracht.

Zodra de transportband gewalst is, kan de band optioneel op gewenste breedte worden gebracht door deze af te knippen of anderszins in te korten. De uiteinden van de band omvat dan echter nog onafgewerkte delen van afgeknipte draad en daarom wordt in een laatste stap deze uiteinden gelast of afgelast zodat ook deze delen gefixeerd worden en een net afgewerkte zijkant wordt verkregen. Dit lassen kan autogeen of met een MIG/MAG of TIG installatie worden uitgevoerd en vindt handmatig maar bij voorkeur machinaal en geautomatiseerd plaats.

Kenmerkend voor de onderhavige werkwijze is dat het vervaardigen van de rondspiralen met behulp van de doorn op zodanig nauwkeurige wijze kan worden uitgevoerd, dat er aan weerszijden van de te vervaardigen transportband rondspiralen worden vervaardigd die nauwkeurig gelijktijdig in de transportband worden gevlochten.

Daartoe wordt gelijktijdig vanaf beide zijden de rondspiraal als roterende spiraal dwars op de lengterichting van de transportband vervaardigd en gelijktijdig vanaf twee zijden ingevlochten met de transportband, waarbij dus drie spiralen in elkaar worden gevlochten, zijnde de laatst gevlochten spiraal van de reeds vervaardigde transportband en twee nieuwe rondspiralen van weerszijden daarvan.

In een voorbeeld, voorafgaand aan het lassen van de transportband, omvat de stap van het knippen van de transportband waarbij de transportband aan weerszijden over de gehele lengte van de vervaardigde transportband tot een vooraf bepaalde productiebreedte worden afgekort.

In een voorbeeld omvat de werkwijze verder, voorafgaand aan het vervaardigen van rondspiralen, de stap van het kalibreren van het omvormgereedschap, waarbij de transportrollen in ten minste twee richtingen worden uitgericht. Met het kalibreren wordt niet alleen een rondspiraal verkregen die zeer nauwkeurig gedimensioneerd en maatvast is, maar kan het omvormgereedschap als zodanig ook uitgericht worden voor het geautomatiseerd aan weerszijden invlechten van de thans vervaardigde rondspiralen. Het uitlijnen kan zowel horizontaal, verticaal als bij voorkeur ook in twee of meer richtingen worden geroteerd. In een ander voorbeeld is rotatie echter gefixeerd waardoor de uitlijning vereenvoudigd wordt.

In een voorbeeld omvat de werkwijze verder, voorafgaand aan het vervaardigen van rondspiralen, de stap van het kalibreren van het omvormgereedschap, waarbij scheepjes op de transportrollen op de hartlijn van de staaldraad worden uitgericht. De scheepjes van de transportrollen kunnen met speling worden gemonteerd waarna ze uitgelijnd kunnen worden op de hartlijn van de draad zodat wrijving tot een minimum beperkt wordt.

In een voorbeeld omvat de werkwijze verder, voorafgaand aan het vervaardigen van rondspiralen, de stap van het kalibreren van het omvormgereedschap, waarbij scheepjes op de transportrollen met een hoogte- afwijking ten opzichte van de hartlijn van de staaldraad wordt afgesteld, welke hoogte- afwijking bij voorkeur althans hoofdzakelijk 0,1 mm van de hartlijn van de staaldraad betreft. Bij voorkeur zit er geen hoogteverschil tussen de rollen en scheepjes maar de draad kan nadien ook in de hartlijn door de doorn worden gebracht. De doorn kan een hoogteverschil verschaffen van 0,1 mm naar beneden en die kan een gunstig resultaat hebben op het vervaardigen van de rondspiralen.

In een voorbeeld omvat de werkwijze verder, voorafgaand aan het vervaardigen van rondspiralen, de stap van het kalibreren van het omvormgereedschap, waarbij de doorn op de hartlijn van de staaldraad worden uitgericht.

In een voorbeeld omvat de werkwijze verder, voorafgaand aan het vervaardigen van rondspiralen, de stap van het kalibreren van het omvormgereedschap, de doorn met een hoogte-afwijking ten opzichte van de hartlijn van de staaldraad wordt afgesteld, welke hoogte-afwijking bij voorkeur althans hoofdzakelijk 0,1 mm van de hartlijn van de staaldraad betreft.

In een voorbeeld omvat de stap van het vervaardigen van rondspiralen verder een stap na het doorvoeren door de doorn van het verschaffen van een fijn- instelling, waarbij de spoed van de staaldraad door een naloopwiel onder een hoek ten opzichte van de hartlijn van de staaldraad verder wordt vergroot.

In een voorbeeld omvat de stap van het vervaardigen van rondspiralen de stap van het door de doorn vervaardigen van een eerste grove instelling van de spoed, en het met het naloopwiel na de door de doorn verschafte spoed vervaardigen van een verdere fijn-instelling van het vergroten van de spoed tot de vooraf bepaalde nominale spoed.

In een voorbeeld ligt de verhouding in spoed tussen de eerste grove en tweede fijne instelling ergens in het bereik tussen 100:1 en 10:1, meer in het bijzonder tussen 50:1 en 10:1 en nog meer in het bijzonder tussen 25:1 en 10:1.

In een voorbeeld wordt met de doorn een spoed verschaft die 0,2mm kleiner is dan de gewenste nominale spoed, en het naloopwiel de spoed met 0,2mm vergroot tot de gewenst nominale spoed.

Het is gebleken dat het bijzonder lastig is om de spoed van de rondspiralen op de gewenste nominale specificatie te krijgen en nauwkeurige afstemming van het omvormgereedschap is uitdagend. Daartoe is volgens een voorbeeld de doorn ingericht voor het aanbrengen van een eerste grove spoed welke nadien door een naloopwiel dat onder een hoek van bij voorkeur 30 graden de spoed verder met een fijn-instelling vergroot tot de uiteindelijk gewenste nominale spoed.

In een voorbeeld omvat de werkwijze verder, voorafgaand aan het vervaardigen van rondspiralen, de stap van het kalibreren van het vlechten van de rondspiralen, waarbij de rondspiralen met aan beide zijden aanwezige stelstift en hulpdoorn in de transportband worden gevlochten, welke stelstift en hulpdoorn de windingen van de rondspiraal fixeren en waarvan een afstand en oriëntatie van de stelstift en hulpdoorn ten opzichte van de transportband wordt uitgericht.

In een voorbeeld wordt ten minste het omvormgereedschap gesmeerd met een voedselveilig smeermiddel, welk smeermiddel in het bijzonder een dierlijk vet omvat. Het vet kan bij voorkeur verdunt worden met water of een watergedragen middel.

In een voorbeeld wordt ten minste het omvormgereedschap gekoeld met een voedselveilig koelmiddel, welk koelmiddel in het bijzonder een zeep omvat. De zeep kan een groene zeep betreffen en bij voorkeur verdunt worden met water of een watergedragen middel.

In een voorbeeld omvat de stap van het walsen van de transportband de stappen van het in twee stappen walsen van de transportband, de eerste stap omvattende het invoeren van een vooraf bepaalde lengte van de vervaardigde transportband in een wals, waarbij de transportband opgespannen wordt met een trekjuk voor het onder een trekspanning door de wals walsen van de transportband met een vooraf bepaalde eerste druk, en de tweede stap omvattende het 180 graden draaien van de in de eerste stap gewalste transportband en het invoeren daarvan in de wals, waarbij de transportband opgespannen wordt met een trekjuk voor het onder een trekspanning door de wals walsen van de transportband met een vooraf bepaalde tweede druk.

In een voorbeeld is de eerste druk hoger dan de tweede druk.

In een voorbeeld is de eerste druk gelijk aan de tweede druk.

In een tweede aspect wordt voorzien in een inrichting voor het vervaardigen van een transportband voor een bakoven, welke transportband vervaardigd is uit een gewalste veelheid van onderling vervlochten metalen rondspiralen, de inrichting omvattende - een omvorminrichting voor het vervaardigen van rondspiralen, omvattende een aandrijfeenheid bestaande uit twee transportrollen, ingericht voor het afwikkelen vanaf een spoel van een staaldraad en het invoeren daarvan in een omvormgereedschap, het omvormgereedschap omvattende een doorn welke in lengterichting aangebracht is aangrenzend aan een hartlijn van de staaldraad uit de transportrollen, de doorn omvattende een over de lengterichting aan de omtrekrand aangebrachte groef overeenkomstig een vooraf bepaalde nominale diameter van de rondspiralen en welke groef gradueel over de lengte van de doorn in spoed toeneemt tot althans hoofdzakelijk een vooraf bepaalde nominale spoed van de rondspiralen; - een vlechtinrichting voor het tot een transportband vlechten van de rondspiralen, ingericht voor het in een roterende beweging zijdelings aanvoeren van de vervaardigde rondspiralen, waarmee de rondspiralen in een voorgaande reeds tot transportband vervaardigde rondspiraal wordt vervlochten, en waarbij de vervlochten rondspiraal afgeknipt wordt zodra een sensor detecteert dat deze over de gehele breedte van de transportband ingevlochten is; - een wals voor het walsen van de transportband, ingericht voor het invoeren in de wals van een vooraf bepaalde lengte van de vervaardigde transportband, waarbij de wals ingericht is voor het opspannen met een trekjuk van de transportband voor het onder een trekspanning door de wals walsen van de transportband met een vooraf bepaalde druk, alsmede - een lasinrichting voor het lassen van de gewalste transportband, ingericht voor het met een lasinstallatie aflassen van de kanten van de transportband voor het fixeren van de uiteinden van de rondspiralen van de transportband, waarbij de inrichting twee omvorminrichtingen omvat die aan weerszijden van de vlechtinrichting geplaatst zijn en de inrichting verder ingericht is voor het gelijktijdig aan twee zijden bij het vlechten van de transportband vervaardigen van de rondspiralen en de vlechtinrichting ingericht is voor het gelijktijdig in een roterende beweging zijdelings vanaf beide zijden aanvoeren van de rondspiralen voor het in elkaar en in de transportband vlechten van beide rondspiralen.

Alle genoemde voorbeelden, uitvoeringen en voordelen van de het eerste aspect van de onderhavige beschrijving zijn evenzo van toepassing op het tweede aspect van de onderhavige beschrijving.

De onderhavige uitvinding is beschreven door middel van diverse werkwijze stappen en inrichtingen. Een deskundige zal begrijpen dat de beschreven functionaliteit van een betreffende werkwijze en inrichting zonder verdere inventieve arbeid geheel of deels met een andere inrichting gerealiseerd kan zijn of worden. De uitvinding zoals beschreven in de conclusies wordt geacht dergelijke combinaties te omvatten.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN

Een voorkeursuitvoering van de uitvinding zal nu bij wijze van voorbeeld worden toegelicht, onder verwijzing naar de bijgevoegde figuren, waarbij het figuur in:

Fig. 1 schematisch een werkwijze voor het vervaardigen van een transportband voor een bakoven volgens het eerste aspect van de uitvinding toont;

Fig. 2 schematisch een inrichting voor het vervaardigen van een transportband voor een bakoven volgens het tweede aspect van de uitvinding toont;

Fig. 3 schematisch een omvorminrichting als element van de inrichting van Fig. 2 toont;

Fig. 4A schematisch in meer detail elementen van de omvorminrichting van Fig. 3 toont;

Fig. 4B schematisch in meer detail elementen van een verdere uitvoeringsvorm van een omvorminrichting toont;

Fig. 5 schematisch twee omvorminrichtingen volgens Fig. 3 aan weerszijden van een vlechtinrichting als element van de inrichting van Fig. 2 toont;

Fig. 6 schematisch een wals als element van de inrichting van Fig. 2 toont;

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN

Figuur 1 toont schematisch een werkwijze 100 voor het vervaardigen van een transportband 25 voor een bakoven volgens het eerste aspect van de uitvinding.

Vanaf een spoel 5 wordt een staaldraad 15 bewerkt tot er een compleet afgewerkte gewalste transportband 25 voor een bakoven ontstaat.

De transportband 25 is vervaardigd uit een gewalste veelheid van onderling vervlochten metalen rondspiralen 17 en is in diverse afmetingen te vervaardigen. Deze afmetingen zijn afhankelijk van de van de gewenste toepassing voor het op je juiste manier bakken van een bakproduct. Het bakproces is afhankelijk van de gewenste hoeveelheid warmte die tot het bakproduct door mag dringen in de tijd dat deze in de oven doorloopt op de band en de stevigheid van het deeg. Deze factoren bepalen de grootte van de mazen van de band en/of de draaddikte. Veel voorkomende bakovenbanden hebben een maaswijdte van 2,0 mm en een draaddikte van 0,8 mm, een maaswijdte van 2,5 mm en een draaddikte van 1,0 mm, een maaswijdte van 4,0 mm en een draaddikte van 1,2 mm, een maaswijdte van 4,0 mm en een draaddikte van 1,5 mm of maaswijdte van 4,0 mm en een draaddikte van 1,4 mm. De bakovenbanden worden vervaardigt met behulp van de werkwijze 100.

De werkwijze 100 omvat de stappen van het kalibreren 101 van het omvormgereedschap, het vervaardigen 103 van rondspiralen, het vlechten 105 van de transportband, het walsen 107 van de transportband, het knippen 109 van de transportband en het lassen 111 van de transportband.

Figuur 2 toont een inrichting 1 volgens het tweede aspect van de uitvinding voor het uitvoeren van werkwijze 100. De inrichting 1 omvat twee omvorminrichtingen 20 voor het vervaardigen van rondspiralen 17 van staaldraad 15, een vlechtinrichting 30 voor het tot een transportband 21 vlechten van de rondspiralen 17, een wals 40 voor het walsen van de transportband 21 tot gewalste transportband 23 en een lasinrichting 50 voor het lassen van de gewalste transportband 23 tot de transportband 25 voor een bakoven.

De omvorminrichting 20, in meer detail getoond in figuur 3, bestaat uit twee transportrollen 9, ingericht voor het afwikkelen vanaf een spoel 5 van een staaldraad 15 en het, via geleidingselementen 27 en geleidingsrollen 29, invoeren van de staaldraad 15 in een omvormgereedschap 7. De transportrollen 9 zijn voorzien van scheepjes voor het geleiden van de staaldraad, die bij voorkeur zijn opgeruwd om grip te krijgen op de gladde straaldraad 15. Het omvormgereedschap 7 omvat een doorn 11, welke in de lengterichting aangebracht is aangrenzend aan een hartlijn 19 van de staaldraad 15 uit de transportrollen 9. De doorn 11 omvat een over de lengterichting aan de omtrekrand aangebrachte groef 13. De groef 13 komt overeen met een vooraf bepaalde nominale diameter van de rondspiralen 17 en neemt gradueel over de lengte van de doorn 11 in spoed toe tot een vooraf bepaalde nominale spoed van de rondspiralen 17. De omvorminrichting 20 omvat verder een naloopwiel, voor het na het doorvoeren van de staaldraad 15 door de doorn 11 verschaffen van een fijn- instelling.

De twee omvorminrichtingen 20A,20B zijn aan weerszijden van een vlechtinrichting 30 geplaatst, voor het gelijktijdig aan twee zijden toevoeren van de rondspiralen 17 aan de vlechtinrichting 30.

De doorn 11 met groef 13 is in meer detail getoond in figuur 4A, waarbij de doorn 13 concentrisch is geplaatst ten opzichte van de hartlijn 19. In een andere uitvoeringsvorm, zoals getoond in figuur 4B is de doorn onder een vooraf gedefinieerde hoek ten opzichte van de hartlijn 19 geplaatst. De doorn 11 omvat een over de lengterichting aan de omtrekrand aangebrachte groef 13 overeenkomstig een vooraf bepaalde nominale diameter van de rondspiralen. De diameter van de rondspiraal heeft bij voorkeur een maximale afwijking van +0,2 mm en -0,1 mm ten opzichte van de vooraf bepaalde nominale diameter van de rondspiraal. De groef 13 neemt gradueel over de lengte van de doorn in spoed toe tot althans hoofdzakelijk een vooraf bepaalde nominale spoed van de rondspiralen. De stijging van de rondspiraal 17 is constant.

De vlechtinrichting 30, in meer detail getoond in figuur 5, is ingericht voor het gelijktijdig in een roterende beweging zijdelings vanaf beide zijden aanvoeren van de vervaardigde rondspiralen 17, voor het in elkaar en in de transportband 21 vlechten van beide rondspiralen 17. De vlechtinrichting 30 omvat een stelstift 41 en hulpdoorn 43 voor het fixeren van de windingen van de rondspiraal 17. De vlechtinrichting 30 omvat verder een kniporgaan 31 voor het afknippen van de rondspiralen 17 zodra een sensor detecteert dat deze over de gehele breedte van de transportband 21 ingevlochten is.

De wals 40, in meer detail getoond in figuur 6, voor het walsen van de transportband 21 is ingericht voor het invoeren in de wals 40 van een vooraf bepaalde lengte van de vervaardigde transportband 21. De wals 40 is verder ingericht voor het opspannen van de transportband 21 met een trekjuk 33, dat door middel van een kabel 35 verbonden is met een lier met rem 37. Door het opspannen van de transportband 21, kan de transportband 21 onder een trekspanning met een vooraf bepaalde druk door de wals 40 gewalst worden. De gewalste transportband 23 kan worden opgerold op haspel 39.

De lasinrichting 50 is ingericht voor het met een lasinstallatie aflassen van de kanten van de gewalste transportband 23 voor het fixeren van de uiteinden van de rondspiralen 17 van de transportband 23.

De werkwijze 100 voor het vervaardigen van een transportband 25 voor een bakoven met behulp van de inrichting 1 wordt hieronder verder uitgewerkt.

Voorafgaand aan het vervaardigen 103 van rondspiralen 17, wordt het omvormgereedschap 7 gekalibreerd. Tijdens het kalibreren 101 worden de transportrollen 2 in ten minste twee richtingen uitgericht. Verder worden zowel de scheepjes op de transportrollen 9 als de doorn 7 met een hoogte-afwijking van 0,1 mm ten opzichte van de hartlijn 19 van de staaldraad 15 afgesteld. Bovendien wordt het vlechten van de rondspiralen 17 gekalibreerd, door het uitrichten van de afstand en oriëntatie van de stelstift 41 en hulpdoorn 43 ten opzichte van de transportband 21.

Het vervaardigen 103 van rondspiralen 17 wordt uitgevoerd met de omvorminrichting 20 die de staaldraad 15 transformeert tot een rondspiraal 17. De aandrijfeenheid 3, bestaande uit twee transportrollen 9, wikkelt de staaldraad 15 van een spoel 5 af en voert de staaldraad 15 aan in het omvormgereedschap 7. Het omvormgereedschap 7 wordt gesmeerd met een voedselveilig smeermiddel, dat in het bijzonder een dierlijk vet omvat, en wordt gekoeld met een voedselveilig koelmiddel, dat in het bijzonder een zeep omvat.

De staaldraad 15 wordt met behulp van de transportrollen 9 gedwongen om de groef 13 te volgen, waardoor de staaldraad 15 wordt omgevormd tot een rondspiraal met een eerste grove instelling van de spoed. Na het doorvoeren van de staaldraad 15 door de doorn 11 wordt de spoed van de staaldraad 15 door een naloopwiel 45 onder een hoek ten opzichte van de hartlijn 19 van de staaldraad 15 verder vergroot tot de vooraf bepaalde nominale spoed, waarbij met de doorn een spoed verschaft wordt die 0,2 mm kleiner is dan de gewenste nominale spoed, en het naloopwiel de spoed met 0,2 mm vergroot tot de gewenst nominale spoed.

De stap van het vervaardigen 103 van de rondspiraal wordt gelijktijdig aan twee zijden uitgevoerd door twee omvorminrichtingen 20A, 20B, zoals getoond in figuur 5. Hierbij wordt een eerste vervaardigde rondspiraal 17 door de eerste omvorminrichting 20A evenwijdig aan de eerste hartlijnen 19A, 19B roterend om de hartlijn 19A uitgevoerd in de richting R1 gericht naar de tweede omvorminrichting 20B.

Gelijktijdig wordt een tweede vervaardigde rondspiraal 17 door de tweede omvorminrichting 20B evenwijdig aan de hartlijnen 19A, 19B roterend om de tweede hartlijn 19B uitgevoerd in de richting R2 gericht naar de eerste omvorminrichting 20A.

Tijdens het vlechten 105 van de transportband worden de rondspiralen 17 machinaal met behulp van de aan beide zijden aanwezige stelstift 41 en hulpdoorn 43 in de transportband gevlochten, zodat een transportband 21 ontstaat. De transportband 21 wordt zodanig van afmetingen vervaardigd, zodat deze in meerdere stukken geknipt kan worden. Het vlechten 105 van de transportband 21 omvat de stappen van het gelijktijdig aan twee zijden in een roterende beweging zijdelings aanvoeren 105A van de vervaardigde rondspiralen 17, waarmee de rondspiralen 17 in een voorgaande reeds tot transportband 21 vervaardigde rondspiraal wordt vervlochten, en waarbij de vervlochten rondspiraal wordt afgeknipt door knipinrichting

31 afgeknipt, zodra vastgesteld is dat deze over de gehele breedte van de transportband 21 ingevlochten is.

Wanneer de tot transportband 21 gevlochten rondspiralen 17 de gewenste lengte hebben, wordt de transportband 21 in twee stappen gewalst. Het walsen 107 heeft als functie om een mooie platte transportband 25 te krijgen, die de juiste maaswijdte en lengte heeft. In de eerste stap van het walsen 107 wordt een vooraf bepaalde lengte van de vervaardigde transportband 23 ingevoerd in de wals 40, waarbij de transportband opgespannen wordt met het trekjuk 33 voor het onder een trekspanning door de wals 40 walsen van de transportband 23 met een vooraf bepaalde eerste druk. In de tweede stap wordt de in de eerste stap gewalste transportband 180 graden gedraaid voordat deze opnieuw in de wals 40 wordt ingevoerd, waarbij de transportband opgespannen wordt met het trekjuk 33 voor het onder een trekspanning door de wals 40 walsen van de transportband met een vooraf bepaalde tweede druk, waarbij de tweede druk lager is dan de eerste druk.

Vervolgens wordt de gewalste transportband 23 tijdens de stap van het knippen 109 aan weerszijden over de gehele lengte van de vervaardigde transportband tot een vooraf bepaalde productiebreedte afgekort.

In de laatste stap van het lassen 111 van de transportband worden de kanten van de gewalste transportband 23 met behulp van een lasinstallatie afgelast voor het fixeren van de uiteinden van de rondspiralen van de transportband 25.

Claims (18)

CONCLUSIES

1. Een werkwijze voor het vervaardigen van een transportband voor een bakoven, welke transportband vervaardigd is uit een gewalste veelheid van onderling vervlochten metalen rondspiralen, de werkwijze omvattende de stappen van: - het vervaardigen van rondspiralen, omvattende de stappen van het met een aandrijfeenheid bestaande uit twee transportrollen voor het van een spoel afwikkelen van een staaldraad en het invoeren in een omvormgereedschap, het omvormgereedschap omvattende een doorn welke in lengterichting aangebracht is aangrenzend aan een hartlijn van de staaldraad uit de transportrollen, de doorn omvattende een over de lengterichting aan de omtrekrand aangebrachte groef overeenkomstig een vooraf bepaalde nominale diameter van de rondspiralen en welke groef gradueel over de lengte van de doorn in spoed toeneemt tot althans hoofdzakelijk een vooraf bepaalde nominale spoed van de rondspiralen; - het vlechten van de transportband, omvattende de stappen van in een roterende beweging zijdelings aanvoeren van de vervaardigde rondspiralen, waarmee de rondspiralen in een voorgaande reeds tot transportband vervaardigde rondspiraal wordt vervlochten, en waarbij de vervlochten rondspiraal afgeknipt wordt zodra vastgesteld is dat deze over de gehele breedte van de transportband ingevlochten is; - het walsen van de transportband, omvattende de stappen van het invoeren van een vooraf bepaalde lengte van de vervaardigde transportband in een wals, waarbij de transportband opgespannen wordt met een trekjuk voor het onder een trekspanning door de wals walsen van de transportband met een vooraf bepaalde druk; - het lassen van de transportband, omvattende de stappen van het met een lasinstallatie aflassen van de kanten van de transportband voor het fixeren van de uiteinden van de rondspiralen van de transportband, waarbij de stap van het vervaardigen van de rondspiralen de stap omvat van het gelijktijdig aan twee zijden bij het vlechten van de transportband vervaardigen van de rondspiralen en de stap van het vlechten van de transportband het gelijktijdig in een roterende beweging zijdelings vanaf beide zijden aanvoeren van de rondspiralen voor het in elkaar en in de transportband vlechten van beide rondspiralen.

2. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens conclusie 1, verder omvattende, voorafgaand aan het lassen van de transportband, de stap van het knippen van de transportband waarbij de transportband aan weerszijden over de gehele lengte van de vervaardigde transportband tot een vooraf bepaalde productiebreedte worden afgekort.

3. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens een of meer van de voorgaande conclusies, verder omvattende, voorafgaand aan het vervaardigen van rondspiralen, de stap van het kalibreren van het omvormgereedschap, waarbij de transportrollen in ten minste twee richtingen worden uitgericht.

4. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens een of meer van de voorgaande conclusies, verder omvattende, voorafgaand aan het vervaardigen van rondspiralen, de stap van het kalibreren van het omvormgereedschap, waarbij scheepjes op de transportrollen op de hartlijn van de staaldraad worden uitgericht.

5. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens een of meer van de voorgaande conclusies 1-3, verder omvattende, voorafgaand aan het vervaardigen van rondspiralen, de stap van het kalibreren van het omvormgereedschap, waarbij scheepjes op de transportrollen met een hoogte- afwijking ten opzichte van de hartlijn van de staaldraad wordt afgesteld, welke hoogte- afwijking bij voorkeur althans hoofdzakelijk 0,1 mm van de hartlijn van de staaldraad betreft.

6. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens een of meer van de voorgaande conclusies, verder omvattende, voorafgaand aan het vervaardigen van rondspiralen, de stap van het kalibreren van het omvormgereedschap, waarbij de doorn op de hartlijn van de staaldraad worden uitgericht.

7. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens een of meer van de voorgaande conclusies 1-5, verder omvattende, voorafgaand aan het vervaardigen van rondspiralen, de stap van het kalibreren van het omvormgereedschap, de doorn met een hoogte-afwijking ten opzichte van de hartlijn van de staaldraad wordt afgesteld, welke hoogte-afwijking bij voorkeur althans hoofdzakelijk 0,1 mm van de hartlijn van de staaldraad betreft.

8. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de stap van het vervaardigen van rondspiralen verder een stap omvat na het doorvoeren door de doorn van het verschaffen van een fijn-instelling, waarbij de spoed van de staaldraad door een naloopwiel onder een hoek ten opzichte van de hartlijn van de staaldraad verder wordt vergroot.

9. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens conclusie 8, waarbij de stap van het vervaardigen van rondspiralen de stap omvat van het door de doorn vervaardigen van een eerste grove instelling van de spoed, en het met het naloopwiel na de door de doorn verschafte spoed vervaardigen van een verdere fijn-instelling van het vergroten van de spoed tot de vooraf bepaalde nominale spoed.

10. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens conclusie 8 of 9, waarbij de verhouding in spoed tussen de eerste grove en tweede fijne instelling ergens in het bereik ligt tussen 100:1 en 10:1, meer in het bijzonder tussen 50:1 en 10:1 en nog meer in het bijzonder tussen 25:1 en 10:1.

11. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens conclusie 8, 9 of 10, waarbij met de doorn een spoed verschaft wordt die 0,2mm kleiner is dan de gewenste nominale spoed, en het naloopwiel de spoed met 0,2mm vergroot tot de gewenst nominale spoed.

12. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens een of meer van de voorgaande conclusies, verder omvattende, voorafgaand aan het vervaardigen van rondspiralen, de stap van het kalibreren van het vlechten van de rondspiralen, waarbij de rondspiralen met aan beide zijden aanwezige stelstift en hulpdoorn in de transportband worden gevlochten, welke stelstift en hulpdoorn de windingen van de rondspiraal fixeren en waarvan een afstand en oriëntatie van de stelstift en hulpdoorn ten opzichte van de transportband wordt uitgericht.

13. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste het omvormgereedschap gesmeerd wordt met een voedselveilig smeermiddel, welk smeermiddel in het bijzonder een dierlijk vet omvat.

14. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste het omvormgereedschap gekoeld wordt met een voedselveilig koelmiddel, welk koelmiddel in het bijzonder een zeep omvat.

15. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de stap van het walsen van de transportband de stappen omvat van het in twee stappen walsen van de transportband, de eerste stap omvattende het invoeren van een vooraf bepaalde lengte van de vervaardigde transportband in een wals, waarbij de transportband opgespannen wordt met een trekjuk voor het onder een trekspanning door de wals walsen van de transportband met een vooraf bepaalde eerste druk, en de tweede stap omvattende het 180 graden draaien van de in de eerste stap gewalste transportband en het invoeren daarvan in de wals, waarbij de transportband opgespannen wordt met een trekjuk voor het onder een trekspanning door de wals walsen van de transportband met een vooraf bepaalde tweede druk.

16. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens conclusie 15, waarbij de eerste druk hoger is dan de tweede druk.

17. De werkwijze voor het vervaardigen van een transportband volgens conclusie 15, waarbij de eerste druk gelijk is aan de tweede druk.

18. Inrichting voor het vervaardigen van een transportband voor een bakoven, welke transportband vervaardigd is uit een gewalste veelheid van onderling vervlochten metalen rondspiralen, de inrichting omvattende - een omvorminrichting voor het vervaardigen van rondspiralen, omvattende een aandrijfeenheid bestaande uit twee transportrollen, ingericht voor het afwikkelen vanaf een spoel van een staaldraad en het invoeren daarvan in een omvormgereedschap, het omvormgereedschap omvattende een doorn welke in lengterichting aangebracht is aangrenzend aan een hartlijn van de staaldraad uit de transportrollen, de doorn omvattende een over de lengterichting aan de omtrekrand aangebrachte groef overeenkomstig een vooraf bepaalde nominale diameter van de rondspiralen en welke groef gradueel over de lengte van de doorn in spoed toeneemt tot althans hoofdzakelijk een vooraf bepaalde nominale spoed van de rondspiralen; - een vlechtinrichting voor het tot een transportband vlechten van de rondspiralen, ingericht voor het in een roterende beweging zijdelings aanvoeren van de vervaardigde rondspiralen, waarmee de rondspiralen in een voorgaande reeds tot transportband vervaardigde rondspiraal wordt vervlochten, en waarbij de vervlochten rondspiraal afgeknipt wordt zodra een sensor detecteert dat deze over de gehele breedte van de transportband ingevlochten is; - een wals voor het walsen van de transportband, ingericht voor het invoeren in de wals van een vooraf bepaalde lengte van de vervaardigde transportband, waarbij de wals ingericht is voor het opspannen met een trekjuk van de transportband voor het onder een trekspanning door de wals walsen van de transportband met een vooraf bepaalde druk, alsmede - een lasinrichting voor het lassen van de gewalste transportband, ingericht voor het met een lasinstallatie aflassen van de kanten van de transportband voor het fixeren van de uiteinden van de rondspiralen van de transportband, waarbij de inrichting twee omvorminrichtingen omvat die aan weerszijden van de vlechtinrichting geplaatst zijn en de inrichting verder ingericht is voor het gelijktijdig aan twee zijden bij het vlechten van de transportband vervaardigen van de rondspiralen en de vlechtinrichting ingericht is voor het gelijktijdig in een roterende beweging zijdelings vanaf beide zijden aanvoeren van de rondspiralen voor het in elkaar en in de transportband vlechten van beide rondspiralen.