NL2023199B1 - METHOD AND CONSTRUCTION ELEMENT FOR FORMING A COVERING WINDOW - Google Patents

METHOD AND CONSTRUCTION ELEMENT FOR FORMING A COVERING WINDOW Download PDF

Info

Publication number
NL2023199B1
NL2023199B1 NL2023199A NL2023199A NL2023199B1 NL 2023199 B1 NL2023199 B1 NL 2023199B1 NL 2023199 A NL2023199 A NL 2023199A NL 2023199 A NL2023199 A NL 2023199A NL 2023199 B1 NL2023199 B1 NL 2023199B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
building element
frame
window
building
fastening
Prior art date
Application number
NL2023199A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
NL2023199A (en
Inventor
De Paepe Bart
Original Assignee
Alu Log Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Alu Log Nv filed Critical Alu Log Nv
Publication of NL2023199A publication Critical patent/NL2023199A/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2023199B1 publication Critical patent/NL2023199B1/en

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B1/00Border constructions of openings in walls, floors, or ceilings; Frames to be rigidly mounted in such openings
    • E06B1/02Base frames, i.e. template frames for openings in walls or the like, provided with means for securing a further rigidly-mounted frame; Special adaptations of frames to be fixed therein
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04BGENERAL BUILDING CONSTRUCTIONS; WALLS, e.g. PARTITIONS; ROOFS; FLOORS; CEILINGS; INSULATION OR OTHER PROTECTION OF BUILDINGS
    • E04B7/00Roofs; Roof construction with regard to insulation
    • E04B7/18Special structures in or on roofs, e.g. dormer windows
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04DROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
    • E04D13/00Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage ; Sky-lights
    • E04D13/03Sky-lights; Domes; Ventilating sky-lights
    • E04D13/0305Supports or connecting means for sky-lights of flat or domed shape
    • E04D13/0315Supports or connecting means for sky-lights of flat or domed shape characterised by a curb frame
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B1/00Border constructions of openings in walls, floors, or ceilings; Frames to be rigidly mounted in such openings
    • E06B1/04Frames for doors, windows, or the like to be fixed in openings
    • E06B1/36Frames uniquely adapted for windows
    • E06B1/363Bay windows
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B1/00Border constructions of openings in walls, floors, or ceilings; Frames to be rigidly mounted in such openings
    • E06B1/62Tightening or covering joints between the border of openings and the frame or between contiguous frames
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B1/00Border constructions of openings in walls, floors, or ceilings; Frames to be rigidly mounted in such openings
    • E06B1/04Frames for doors, windows, or the like to be fixed in openings
    • E06B1/12Metal frames

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Electromagnetism (AREA)
  • Building Environments (AREA)
  • Bay Windows, Entrances, And Structural Adjustments Related Thereto (AREA)

Abstract

In een eerste aspect betreft de huidige uitvinding een bouwelement voor het vormen van een uitkragend raam, welk bouwelement een tunnelvormig frame omvat dat een interne ruimte omsluit en open einddelen bevat, waarbij een eerste einddeel van het frame een bevestigingseinddeel is, geconfigureerd voor bevestiging van het bouwelement in en/of over een gebouwopening, en waarbij een tweede einddeel van het frame een raameinddeel is, geconfigureerd voor opname van een raam, het bouwelement verder omvattende een isolerende mantel clie het frame omsluit. In het bijzonder is het frame daarbij opgebouwd uit één of meerdere, verbonden metalen plaatstructuren, welke plaatstructuren de interne ruimte omsluiten. In verdere aspecten betreft de uitvinding nog een gevelstructuur voorzien van een dergelijk bouwelement, en een werkwijze voor het plaatsen van een uitkragend raam.In a first aspect, the present invention relates to a building element for forming a cantilevered window, the building element comprising a tunnel-shaped frame enclosing an internal space and including open end portions, a first end portion of the frame being a mounting end portion configured for mounting the building element in and/or over a building opening, and wherein a second end portion of the frame is a window end portion configured to receive a window, the building element further comprising an insulating sheath enclosing the frame. In particular, the frame is built up of one or more, connected metal plate structures, which plate structures enclose the internal space. In further aspects, the invention relates to a facade structure provided with such a building element, and a method for placing a cantilevered window.

Description

WERKWIJZE EN BOUWELEMENT VOOR HET VORMEN VANMETHOD AND BUILDING ELEMENT FOR THE FORMING OF EEN UITKRAGEND RAAMAN OUTBOUND WINDOW

TECHNISCH DOMEIN De uitvinding heeft betrekking op bouwelementen zoals erkerramen, dakkapellen en uitkragende ramen, op gevelstructuren die van dergelijke bouwelementen zijn voorzien, en verder nog op werkwijzen voor het vormen van dergelijke bouwelementen.TECHNICAL DOMAIN The invention relates to building elements such as bay windows, dormer windows and cantilevered windows, to facade structures provided with such building elements, and furthermore to methods for forming such building elements.

STAND DER TECHNIEK Bouwelementen zoals erkerramen, dakkapellen en uitkragende ramen worden toegepast als een uitbreiding op de binnenruimte van een gebouw; typisch steken zij uit ten opzichte van de verdere gevel- en/of dakstructuur.BACKGROUND ART Building elements such as bay windows, dormers and cantilevered windows are used as an extension to the interior space of a building; typically they protrude from the further facade and/or roof structure.

Op zich zijn erkerramen gekend uit de stand der techniek. Zo beschrijft US 2006 042 178 Al een frame voor een erkerraam. Het frame is voorzien van flenzen die een eenvoudige koppeling met een gebouwopening toelaten.Bay windows per se are known from the prior art. Thus US 2006 042 178 A1 discloses a frame for a bay window. The frame is provided with flanges that allow a simple connection to a building opening.

US 5 400 557 A beschrijft nog een erkerraam-element dat tegen de gevelstructuur van een gebouw kan worden bevestigd. De glasruiten van het element zijn in een houten raamwerk gevat Tot slot beschrijft US 2005 246 978 Al nog hoe een erkerraam tegen een gevelstructuur kan worden gespannen, d.m.v. een opwaartse trekkabel met haak. Echter, dergelijke trekkabels, net als schoren overigens, verstoren het strakke uitzicht van het erkerraam. Bovendien is de installatiewijze erg complex.US 5 400 557 A describes another bay window element which can be fixed to the facade structure of a building. The glass panes of the element are encased in a wooden frame. Finally, US 2005 246 978 A1 describes how a bay window can be stretched against a facade structure, by means of clamps. an upward pull cable with hook. However, such pull cables, just like struts, disrupt the sleek appearance of the bay window. In addition, the installation method is very complex.

Een aantal belangrijke eigenschappen van deze bouwelementen zijn hun draagvermogen, de mate waarin zij licht binnenlaten, hun geluidsdichte, vochtdichte en tochtdichte aansluiting op de verdere gevelstructuur, hun isolatievermogen en i.h.b. de afwezigheid van koudebruggen, hun lichte en fijne ontwerp, hun strakke uitzicht en hun duurzaamheid. Verder is het voordelig indien zij eenvoudig kunnen worden getransporteerd en geïnstalleerd. Een ander belangrijk punt is dat zij worden ontworpen en geplaatst in overeenstemming met de geldende regelgeving. Als voorbeeld dienen zowat alle bouw- en verbouwprojecten in Vlaanderen conform te zijn met de “EPB energieprestatieregelgeving”.A number of important properties of these building elements are their load-bearing capacity, the extent to which they let in light, their sound-proof, moisture-tight and draft-tight connection to the further facade structure, their insulation capacity and in particular. the absence of thermal bridges, their light and fine design, their sleek appearance and their durability. Furthermore, it is advantageous if they can be easily transported and installed. Another important point is that they are designed and installed in accordance with applicable regulations. As an example, almost all construction and renovation projects in Flanders must be in accordance with the “EPB energy performance regulations”.

De huidige uitvinding heeft tot doel om een verbeterd bouwelement te bieden, voor het vormen van een uitkragend raam. Bij voorkeur heeft het bouwelement een strak uitzicht en groot draagvermogen, en kan het bijzonder eenvoudig worden geïnstalleerd.It is an object of the present invention to provide an improved building element for forming a cantilevered window. The building element preferably has a clean appearance and a high load-bearing capacity, and it can be installed particularly easily.

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING Hiertoe voorziet de uitvinding een bouwelement volgens conclusie 1. Het bouwelement omvat een tunnelvormig frame met twee open einddelen, welk frame is omsloten door een isolerende mantel. In het bijzonder is het frame opgebouwd uit één of meerdere, onderling verbonden metalen plaatstructuren. Deze omsluiten de interne ruimte van het bouwelement. Bij voorkeur omvat het frame dus een plaatframe. Vergeleken met een raamwerk van holle of open profielen, kan de wanddikte bij een in hoofdzaak gesloten frame van plaatstructuren veel dunner worden genomen, met behoud van mechanische eigenschappen. Bovendien zijn vlakke plaatstructuren compatibel met een gelaagd ontwerp van het bouwelement, waarbij het tunnelvormig frame dienstdoet als structurele laag en waarbij een tunnelvormige, isolerende mantel instaat voor de thermische isolatielaag eromheen. In plaats van de totale tunnelwanddikte te drukken kan uiteraard ook een ander compromis worden gemaakt, ten voordele van het draagvermogen en/of de isolatiewaarde van het bouwelement. In een verdere uitvoeringsvorm zijn de genoemde plaatstructuren verbonden tot een koker, welke koker de interne ruimte van het bouwelement omsluit. De globale buigsterkte en buigstijfheid van het bouwelement wordt daarbij gemaximaliseerd, omwille van de profielwerking van de kokerstructuur. Optioneel zijn één of meerdere van de plaatstructuren verder nog voorzien van één of meerdere verstevigingsribben. In verdere aspecten betreft de uitvinding nog een gevelstructuur volgens conclusie 14 en een werkwijze volgens conclusie 15.SUMMARY OF THE INVENTION To this end, the invention provides a building element according to claim 1. The building element comprises a tunnel-shaped frame with two open end parts, which frame is enclosed by an insulating sheath. In particular, the frame is constructed from one or more interconnected metal sheet structures. These enclose the internal space of the building element. Preferably, the frame thus comprises a plate frame. Compared to a framework of hollow or open profiles, the wall thickness can be taken much thinner with a substantially closed frame of sheet structures, while retaining mechanical properties. In addition, flat sheet structures are compatible with a layered design of the building element, where the tunnel-shaped frame serves as the structural layer and where a tunnel-shaped insulating jacket provides the thermal insulation layer around it. Instead of reducing the total tunnel wall thickness, another compromise can of course also be made, in favor of the bearing capacity and/or the insulation value of the building element. In a further embodiment, said plate structures are connected to form a tube, which tube encloses the internal space of the building element. The global bending strength and bending stiffness of the building element is thereby maximized, because of the profile effect of the tubular structure. Optionally, one or more of the plate structures are further provided with one or more reinforcing ribs. In further aspects, the invention relates to a facade structure according to claim 14 and a method according to claim 15.

BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN Figuren 1A-I zijn schematische weergaven van dragende frames volgens mogelijke uitvoeringsvormen van het bouwelement. Figuur 2 toont een perspectivistisch aanzicht op een gebouw met gevelstructuren volgens een mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding.DESCRIPTION OF THE FIGURES Figures 1A-I are schematic representations of supporting frames according to possible embodiments of the building element. Figure 2 shows a perspective view of a building with facade structures according to a possible embodiment of the invention.

Figuren 3A-D tonen zijdelingse doorsneden van gevelstructuren. Zij zijn daarbij voorzien van bouwelementen volgens mogelijke uitvoeringsvormen van de uitvinding. Figuren 4A en 4B tonen frontale doorsneden van bouwelementen volgens mogelijke uitvoeringsvormen van de uitvinding. Figuren 5A en 5B tonen detaildoorsnedes van een bouwelement met tunnelvormig frame, welk frame respectievelijk is opgebouwd uit een raamwerk van metalen kokers (open frame), en uit onderling verbonden, geribde metalen plaatstructuren volgens een uitvoeringsvorm van onderhavige uitvinding (gesloten frame).Figures 3A-D show lateral cross-sections of facade structures. They are provided with building elements according to possible embodiments of the invention. Figures 4A and 4B show frontal cross-sections of building elements according to possible embodiments of the invention. Figures 5A and 5B show detailed cross-sections of a building element with a tunnel-shaped frame, which frame is respectively constructed from a framework of metal tubes (open frame) and from interconnected, ribbed metal sheet structures according to an embodiment of the present invention (closed frame).

Figuren GA-G tonen nog een aantal schematische doorsneden van gevelstructuren, volgens mogelijke uitvoeringsvormen van de uitvinding.Figures GA-G show a number of schematic cross-sections of facade structures, according to possible embodiments of the invention.

Figuur 7 toont tot slot nog een schematische doorsnede van gevelstructuur en een bouwelement, volgens nog een andere mogelijke uitvoeringsvorm, eveneens in overeenstemming met de uitvinding.Finally, Figure 7 shows a schematic cross-section of a facade structure and a building element, according to yet another possible embodiment, also in accordance with the invention.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING De uitvinding betreft een bouwelement voor het vormen van een uitkragend raam, een gevelstructuur die van een dergelijk bouwelement is voorzien, en verder nog een werkwijze voor het plaatsen van een uitkragend raam.DETAILED DESCRIPTION The invention relates to a building element for forming a cantilevered window, a facade structure provided with such a building element, and furthermore a method for placing a cantilevered window.

Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die gebruikt worden in de beschrijving van de uitvinding, ook technische en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals ze algemeen begrepen worden door de vakman in het technisch veld van de uitvinding. Voor een betere beoordeling van de beschrijving van de uitvinding, worden de volgende termen expliciet uitgelegd.Unless otherwise defined, all terms used in the description of the invention, including technical and scientific terms, have the meaning as generally understood by those skilled in the art of the invention. For a better assessment of the description of the invention, the following terms are explicitly explained.

“Een”, "de” en “het” refereren in dit document aan zowel het enkelvoud als het meervoud tenzij de context duidelijk anders veronderstelt. Bijvoorbeeld, “een segment” betekent een of meer dan een segment.“A”, “the” and “the” refer to both the singular and the plural in this document unless the context clearly implies otherwise. For example, “a segment” means one or more than one segment.

Wanneer “ongeveer” of “rond” in dit document gebruikt wordt bij een meetbare grootheid, een parameter, een tijdsduur of moment, en dergelijke, dan worden variaties bedoeld van +/-20% of minder, bij voorkeur +/-10% of minder, meer bij voorkeur +/-5% of minder, nog meer bij voorkeur +/-1% of minder, en zelfs nog meer bij voorkeur +/-0.1% of minder dan en van de geciteerde waarde, voor zoverre zulke variaties van toepassing zijn in de beschreven uitvinding. Hier moet echter wel onder verstaan worden dat de waarde van de grootheid waarbij de term “ongeveer” of “rond” gebruikt wordt, zelf specifiek wordt bekendgemaakt.When "about" or "around" in this document is used with a measurable quantity, a parameter, a duration or moment, etc., then variations of +/-20% or less, preferably +/-10% or less, more preferably +/-5% or less, even more preferably +/-1% or less, and even more preferably +/-0.1% or less than and of the quoted value, to the extent that such variations of be applicable in the described invention. However, this should be understood to mean that the value of the quantity using the term “approximately” or “around” is itself specifically disclosed.

De termen “omvatten”, “omvattende”, “bestaan uit”, “bestaande uit”, “voorzien van", “bevatten”, “bevattende”, “behelzen”, “behelzende”, “inhouden”, “inhoudende” zijn synoniemen en zijn inclusieve of open termen die de aanwezigheid van wat volgt aanduiden, en die de aanwezigheid niet uitsluiten of beletten van andere componenten, kenmerken, elementen, leden, stappen, gekend uit of beschreven in de stand der techniek. De term “bouwelement”, zoals hierin gebruikt, duidt op een element dat is ontworpen voor bouwkundige toepassingen. Onder andere het draagvermogen en de isolatiewaarde zijn daarbij overeenkomstig aangepast.The terms “comprise”, “comprising”, “consist of”, “consisting of”, “include”, “contain”, “containing”, “include”, “include”, “contain”, “include” are synonyms and are inclusive or open terms designating the presence of the following, and which do not exclude or preclude the presence of other components, features, elements, members, steps known from or described in the prior art. as used herein, denotes an element designed for architectural applications, the bearing capacity and insulation value, among other things, being adapted accordingly.

Een Yuitkragend raam” is een vooruitspringend/uitkragend deel van een gevelstructuur. Het gaat bij voorkeur om een raam dat is voorzien van, of dat althans kan worden voorzien van een glasruit. Het oppervlak van die glasruit is daarbij substantieel voor het verdere gevelvlak gelegen. Het raam steekt/kraagt dus uit ten opzichte van de verdere gevelstructuur. In die zin zijn uitkragende ramen verwant met erkerramen en dakkapellen. Uitkragende ramen kunnen worden voorzien in muuropeningen, in dakopeningen en in muur-dakopeningen, waarbij wordt verwezen naar figuur 2. Zij kunnen onder andere worden toegepast op vloerhoogte en op borstweringshoogte. Optioneel strekt een uitkragend raam zich verticaal over meerdere verdiepingen uit. Het citeren van numerieke intervallen door de eindpunten omvat alle gehele getallen, breuken en/of reële getallen tussen de eindpunten, deze eindpunten inbegrepen. In een eerste aspect betreft de uitvinding een bouwelement voor het vormen van een uitkragend raam, welk bouwelement een tunnelvormig frame omvat dat een interne ruimte omsluit en open einddelen bevat, waarbij een eerste einddeel van het frame een bevestigingseinddeel is, geconfigureerd voor bevestiging van het bouwelement in en/of over een gebouwopening, en waarbij een tweede einddeel van het frame een raameinddeel is, geconfigureerd voor opname van een raam, het bouwelement verder omvattende een isolerende mantel die het frame omsluit. In het bijzonder is het frame opgebouwd uit één of meerdere, onderling verbonden metalen plaatstructuren. Deze plaatstructuren omsluiten daarbij minstens gedeeltelijk voorgenoemde, interne ruimte van het frame/bouwelement.A Yuit cantilevered window is a projecting/projecting part of a facade structure. It is preferably a window which is provided with, or at least can be provided with, a glass pane. The surface of that glass pane is situated substantially in front of the further facade surface. The window therefore protrudes/collars out relative to the further facade structure. In this sense, cantilevered windows are related to bay windows and dormer windows. Cantilevered windows can be provided in wall openings, in roof openings and in wall-to-roof openings, reference being made to figure 2. They can be used, inter alia, at floor height and at parapet height. Optionally, a cantilevered window extends vertically over several floors. Citing numerical intervals through the endpoints includes all integers, fractions and/or real numbers between the endpoints, including these endpoints. In a first aspect, the invention relates to a building element for forming a cantilevered window, the building element comprising a tunnel-shaped frame enclosing an internal space and having open end portions, wherein a first end portion of the frame is an attachment end portion configured for attachment of the building element in and/or across a building opening, and wherein a second end portion of the frame is a window end portion configured to receive a window, the building element further comprising an insulating sheath enclosing the frame. In particular, the frame is constructed from one or more interconnected metal sheet structures. These plate structures at least partially enclose the aforementioned internal space of the frame/building element.

Volgens mogelijke uitvoeringsvormen wordt/worden de metalen plaatstructuur of plaatstructuren eventueel aangevuld met verdere wanddelen, en vormen zij samen het frame. Dat is, zij verbinden de genoemde metalen plaatstructuren tot een tunnelvormig frame. Bij voorkeur wordt minstens één tunnelwand gevormd door een 5 metalen plaatstructuur. In het geval van een kokervormig frame met een onderwand, een bovenwand en twee zijwanden, kan het bijvoorbeeld zijn dat enkel de onderwand is gevormd door een metalen plaatstructuur. Als alternatief gaat het om enkel de bovenwand, enkel één zijwand, beide zijwanden, een zijwand en de onderwand, een zijwand en de bovenwand, zowel de onderwand als de bovenwand, of zelfs alle wanden op één na (bv. één van de zijwanden, de onderwand of de bovenwand). Volgens andere, mogelijke uitvoeringsvormen bestaan zowel de onderwand, de bovenwand als beide zijwanden uit metalen plaatstructuren. Echter is de uitvinding hier geenszins toe gelimiteerd. De resterende tunnelwanden kunnen worden uitgevoerd in andere plaatmaterialen, bijvoorbeeld in transparante plaatmaterialen zoals glasplaten. Bij voorkeur wordt het frame minstens ter hoogte van de metalen plaatstructuren omsloten door een isolerende mantel (met oog op thermische isolatie). Voor de resterende tunnelwanden is dat niet noodzakelijk het geval.According to possible embodiments, the metal plate structure or plate structures is/are optionally supplemented with further wall parts, and together they form the frame. That is, they connect said metal sheet structures to form a tunnel-shaped frame. Preferably, at least one tunnel wall is formed by a metal sheet structure. In the case of a tubular frame with a bottom wall, a top wall and two side walls, it may for instance be the case that only the bottom wall is formed by a metal sheet structure. Alternatively, it concerns only the top wall, only one side wall, both side walls, a side wall and the bottom wall, a side wall and the top wall, both the bottom wall and the top wall, or even all but one of the walls (e.g. one of the side walls, the bottom wall or the top wall). According to other possible embodiments, the bottom wall, the top wall and both side walls consist of metal sheet structures. However, the invention is by no means limited thereto. The remaining tunnel walls can be constructed in other sheet materials, for instance in transparent sheet materials such as glass sheets. Preferably, the frame is enclosed at least at the level of the metal sheet structures by an insulating jacket (with a view to thermal insulation). This is not necessarily the case for the remaining tunnel walls.

Bij voorkeur is het frame het voornaamste structurele onderdeel van het bouwelement. Het frame kan daarbij rechtstreeks worden bevestigd aan een dragende structuur die een gebouwopening omzoomt, via het bevestigingseinddeel (ook wel: proximaal einddeel). Vanaf die gebouwopening strekt het frame zich dan volgens een langsrichting, tunnelvormig uit tot aan het raameinddeel (ook wel: distaal einddeel).Preferably, the frame is the main structural part of the building element. The frame can thereby be attached directly to a load-bearing structure that borders a building opening, via the attachment end part (also called: proximal end part). From that building opening, the frame then extends in a longitudinal direction, tunnel-shaped, to the window end part (also referred to as: distal end part).

Aldaar kan het een raam ondersteunen. Het frame omsluit daarbij een interne ruimte, tussen de twee open einddelen. In geïnstalleerde toestand van het bouwelement vormt deze interne ruimte een uitbreiding op de binnenruimte van het gebouw.There it can support a window. The frame thereby encloses an internal space, between the two open end parts. When the building element is installed, this internal space is an extension of the interior space of the building.

Het bevestigingseinddeel is bij voorkeur speciaal aangepast voor bevestiging ervan in en/of over een gebouwopening. In een mogelijke uitvoeringsvorm bezit het een vorm die congruent is aan de vorm van de gebouwopening. Die vorm kan bijvoorbeeld driehoekig, vierhoekig, n-hoekig (n>4), cirkelvormig of ovaal zijn. De uitvinding is tot geen van deze vormen gelimiteerd.The attachment end portion is preferably specially adapted for attachment in and/or over a building opening. In a possible embodiment, it has a shape that is congruent to the shape of the building opening. That shape can be, for example, triangular, quadrangular, n-angular (n>4), circular or oval. The invention is not limited to any of these forms.

Optioneel is het frame aan het bevestigingseinddeel voorzien van bevestigingsgaten (e.g. voor bevestiging via betonankers) en/of bevestigingsklemmen. Als alternatief wordt er geen gebruik gemaakt van dergelijke middelen; bijvoorbeeld kan het frame eenvoudig in en/of over een gebouwopening worden gelijmd. Bij voorkeur wordt het bevestigingseinddeel rechtstreeks in of over de gebouwopening bevestigd, waarbij er rechtstreeks contact is met de randdelen van de gebouwopening. Eventueel worden daartussen nog dichtingsmiddelen voorzien.Optionally, the frame is provided with fixing holes at the fixing end part (e.g. for fixing via concrete anchors) and/or fixing clamps. Alternatively, no such means are used; for example, the frame can simply be glued into and/or over a building opening. Preferably, the attachment end portion is mounted directly in or over the building opening, with direct contact with the edge portions of the building opening. If necessary, sealing means are also provided between them.

Het raameinddeel is geconfigureerd voor ontvangst van een raam. Bij voorkeur omvat het raameinddeel minstens middelen voor het voorzien van één of meerdere ramen of glasruiten, bijvoorbeeld een raamkozijn of middelen voor rechtstreekse ontvangst van een glasruit. Optioneel is het bouwelement reeds prefab voorzien van een raamkozijn met één of meerdere ramen die zijn uitgevoerd als draairaam, tuimelraam, uitzetraam, stolpraam, valraam, valschuifraam, inzetschuifraam, uitzetzakraam, draaivalraam, hefschuifdeur, vast raam of eender welke combinatie daarvan. Dit is echter niet noodzakelijk het geval. Bij voorkeur worden de fragiele glasruiten los van het bouwelement geleverd, en worden zij pas na installatie van het bouwelement in het raameinddeel opgenomen.The window end portion is configured to receive a window. Preferably, the window end part comprises at least means for providing one or more windows or glass panes, for instance a window frame or means for direct reception of a glass pane. Optionally, the building element is already prefab equipped with a window frame with one or more windows that are designed as a revolving window, pivot window, top-hung window, casement window, bottom-hung window, sash-sliding window, insert sliding window, top-hung window, side-hinged window, lift-sliding door, fixed window or any combination thereof. However, this is not necessarily the case. Preferably, the fragile glass panes are supplied separately from the building element, and they are not included in the window end part until after the building element has been installed.

Het bevestigingseinddeel en raameinddeel zijn open einddelen, in die zin dat ze voorzien zijn van een opening. Nabij het bevestigingseinddeel biedt de overeenkomstige opening, in geïnstalleerde toestand van het bouwelement, toegang tot de interne ruimte van het bouwelement, vanuit en doorheen de gebouwopening.The attachment end portion and frame end portion are open end portions in that they are provided with an opening. Near the attachment end portion, the corresponding opening, when the building element is installed, provides access to the internal space of the building element, from and through the building opening.

Nabij het raameinddeel is de overeenkomstige opening geschikt voor ontvangst van een raam. Bij voorkeur strekken de openingen zich in hoofdzaak dwars op de langsrichting van het frame uit. Bij voorkeur bestrijkt de opening (of bestrijken de openingen) aan het bevestigingseinddeel minstens 75% van de dwarsoppervlakte van het bevestigingseinddeel, gezien vanaf de kopse bevestigingszijde. Bij voorkeur bestrijkt de opening (of bestrijken de openingen) aan het raameinddeel minstens 75% van de dwarsoppervlakte van het raameinddeel, gezien vanaf de kopse raamzijde.Near the window end portion, the corresponding opening is suitable for receiving a window. Preferably, the openings extend substantially transversely to the longitudinal direction of the frame. Preferably, the opening (or openings) on the attachment end portion covers at least 75% of the transverse area of the attachment end portion when viewed from the mounting end face. Preferably, the opening (or openings) at the window end portion covers at least 75% of the transverse surface area of the window end portion, viewed from the front window side.

De uitvinding is echter niet gelimiteerd tot openingen die zich dwars uitstrekken op de langsrichting van het tunnelvormige frame. Een mogelijk alternatief wordt bijvoorbeeld getoond in de uitvoeringsvorm van Fig. 6C. Evenmin is de uitvinding gelimiteerd tot vlakke openingen, die zich in één “vlak” uitstrekken. Algemeen kunnen de openingen verlopen volgens een gebogen of hoekig oppervlak. Een mogelijke uitvoeringsvorm daarvan wordt getoond in Fig. 7.However, the invention is not limited to openings extending transversely to the longitudinal direction of the tunnel-shaped frame. A possible alternative is shown, for example, in the embodiment of Figs. 6C. Nor is the invention limited to planar apertures extending in one "plane". In general, the openings may run along a curved or angular surface. A possible embodiment thereof is shown in FIG. 7.

Bij voorkeur omvat het frame in hoofdzaak een metaal, hetgeen hierin naar om het even welke legering kan verwijzen. Typisch kan het frame worden uitgevoerd in staal, in roestvast staal of in aluminium; dit is echter niet noodzakelijk het geval. In het algemeen bezitten metalen een relatief hoge stijfheid, treksterkte en taaiheid, wat hen uitzonderlijk geschikt maakt voor het vormen van een dragend frame voor een uitkragend raam. Een belangrijk nadeel is dat metalen een relatief hoge thermische geleidbaarheid bezitten. Nu omvat het bouwelement verder nog een isolerende mantel die het (metalen) frame langs de buitenzijde omsluit, tussen de genoemde einddelen, om hieraan te verhelpen. De mantel strekt zich als het ware omtreksgewijs uit omheen het frame, van nabij het bevestigingseinddeel tot nabij het raameinddeel. De mantel vormt daarbij een tunnelvormige thermische isolatie, die over het tunnelvormige frame is gevat.Preferably, the frame substantially comprises a metal, which may refer herein to any alloy. Typically the frame can be made of steel, stainless steel or aluminum; however, this is not necessarily the case. In general, metals have relatively high stiffness, tensile strength and toughness, which makes them exceptionally suitable for forming a load-bearing frame for a cantilevered window. An important disadvantage is that metals have a relatively high thermal conductivity. Now the building element further comprises an insulating jacket which encloses the (metal) frame along the outside, between the said end parts, in order to remedy this. The jacket extends circumferentially, as it were, around the frame, from near the fastening end part to near the frame end part. The jacket thereby forms a tunnel-shaped thermal insulation, which is fitted over the tunnel-shaped frame.

Onder andere is deze opbouw bijzonder voordelig voor toepassing van het bouwelement in of over een muuropening van een traditionele, meerlagige muur. Dergelijke muren omvatten typisch een dragende laag en een isolatielaag die zich uitwendig aan de dragende laag uitstrekt. Nu kan het frame, via het bevestigingseinddeel rechtstreeks aan de dragende laag worden bevestigd; het verzorgt daarbij een dragende uitkraging, vanaf de dragende laag van de muur. De isolerende mantel, anderzijds, kan nabij het bevestigingseinddeel van het frame aansluiten op de isolatielaag van de muur; het verzorgt daarbij een isolerende uitkraging, vanaf die isolatielaag. Ook de thermische isolatie kraagt dus zonder onderbreking uit.Among other things, this construction is particularly advantageous for use of the building element in or over a wall opening of a traditional, multi-layered wall. Such walls typically include a load-bearing layer and an insulating layer extending externally to the load-bearing layer. Now the frame can be attached directly to the load-bearing layer via the fastening end part; it provides a load-bearing cantilever from the load-bearing layer of the wall. The insulating sheath, on the other hand, can adjoin the insulating layer of the wall near the fixing end portion of the frame; it provides an insulating cantilever from that insulating layer. The thermal insulation also projects without interruption.

In het bijzonder is het frame opgebouwd uit één of meerdere, verbonden metalen plaatstructuren. Bij voorkeur omvat het frame dus een plaatframe. Bij voorkeur zijn de plaatstructuren integraal verbonden (e.g. gelast of uit een grotere plaatstructuur geplooid), waarbij het materiaal niet is onderbroken ter hoogte van de verbindingen.In particular, the frame is built up from one or more connected metal sheet structures. Preferably, the frame thus comprises a plate frame. Preferably, the plate structures are integrally connected (e.g. welded or pleated from a larger plate structure), the material being uninterrupted at the joints.

Dit is echter niet noodzakelijk het geval; mogelijks zijn zij mechanisch (e.g. via draadbouten en moeren, klinknagels, metaalschroeven) of zelfs chemisch (e.g. via metaallijmen) verbonden. De uitvinding is tot geen van deze verbindingstechnieken gelimiteerd.However, this is not necessarily the case; they may be mechanically (e.g. via studs and nuts, rivets, metal screws) or even chemically (e.g. via metal adhesives). The invention is not limited to any of these joining techniques.

Vergeleken met een “open” raamwerk van profielen (I-profielen, T-profielen, H- profielen, L-profielen, U-profielen, kokerprofielen, buisprofielen,..) omvat een “gesloten” frame van plaatstructuren, bij vergelijkbare mechanische eigenschappen, weliswaar meer materiaal, maar heeft het alvast een kleinere wanddikte. Bovendien zijn plaatstructuren compatibel met het gelaagd ontwerp van het bouwelement, waarbij de isolerende mantel de plaatstructuren van het frame omsluit. De mantel vormt daarbij een thermisch isolerende, tunnelvormige buitenlaag omheen het op zich ook tunnelvormige frame, zoals hierboven beschreven. Bij voorkeur verloopt de isolerende mantel in hoofdzaak evenwijdig met de genoemde plaatstructuren die het bekleedt. Een belangrijk voordeel van het gebruik van plaatmateriaal is nu dat de totale “tunnelwanddikte” van het bouwelement dunner kan worden genomen, met behoud van stevigheid en isolatiewaarde. Het bouwelement verkrijgt daardoor een slanker uitzicht. Ook kan de lichtinval worden gemaximaliseerd; de opening aan het raameinddeel kan immers groter worden gekozen, voor eenzelfde buitenomtrek van het bouwelement. Optioneel zijn de plaatstructuren voorzien van openingen; bijvoorbeeld zijn zij voorzien van gelijkmatige perforaties. Daarbij kan nog steeds worden gesproken van een in hoofdzaak gesloten frame van plaatstructuren. Bij voorkeur is dit echter niet het geval, gezien de plaatdikte dan groter moet worden genomen, opdat de mechanische eigenschappen zouden behouden blijven. Bij voorkeur voorziet het bouwelement enkel raamopeningen aan het raameinddeel, dwars op de langsrichting van het bouwelement. Zijdelingse raamopeningen zorgen immers voor een verzwakking van het frame. Volgens alternatieve uitvoeringsvormen zijn één of meerdere van de plaatstructuren wel degelijk voorzien van bijkomende raamopeningen, geschikt voor opname van een eigen glasruit. Deze glasruit is dan zijdelings, naar onder of naar boven georiënteerd.Compared to an “open” frame of profiles (I-profiles, T-profiles, H-profiles, L-profiles, U-profiles, box profiles, tube profiles,..) a “closed” frame of plate structures, with comparable mechanical properties , although more material, but it already has a smaller wall thickness. In addition, plate structures are compatible with the layered design of the building element, where the insulating sheath encloses the plate structures of the frame. The jacket then forms a thermally insulating, tunnel-shaped outer layer around the per se also tunnel-shaped frame, as described above. Preferably, the insulating sheath extends substantially parallel to said plate structures it clads. An important advantage of the use of sheet material is that the total "tunnel wall thickness" of the construction element can be made thinner, while retaining strength and insulation value. This gives the building element a slimmer appearance. The incidence of light can also be maximized; after all, the opening at the window end part can be chosen to be larger, for the same outer circumference of the building element. Optionally, the plate structures are provided with openings; for example, they are provided with uniform perforations. In this context, it is still possible to speak of a substantially closed frame of plate structures. This is preferably not the case, however, since the plate thickness must then be taken to be greater, so that the mechanical properties are preserved. Preferably, the building element only provides window openings at the window end part, transverse to the longitudinal direction of the building element. After all, lateral window openings weaken the frame. According to alternative embodiments, one or more of the plate structures are indeed provided with additional window openings, suitable for receiving its own glass pane. This glass pane is then oriented laterally, downwards or upwards.

Bij voorkeur hebben de plaatstructuren een dikte van minimaal 3 mm en maximaal 40 mm, bij verdere voorkeur minimaal 4 mm en maximaal 35 mm, bij verdere voorkeur maximaal 30 mm, bij verdere voorkeur maximaal 25 mm, bij verdere voorkeur maximaal 20 mm, bij verdere voorkeur maximaal 15 mm, bij verdere voorkeur minimaal 5 mm. Omgekeerd kunnen het draagvermogen en de maximale uitkraagdiepte worden vergroot, met behoud van tunnelwanddikte. Daarbij wordt eenzelfde redenering gevolgd als hierboven. Onderhavig bouwelement kan daardoor zelfdragend worden uitgevoerd, waarbij het niet langer nodig is om trekkabels en/of duwschoren te voorzien. Bij voorkeur bedraagt de uitkraagdiepte, in geïnstalleerde toestand minimaal 5 cm en maximaal 300 cm, bij verdere voorkeur maximaal 200 cm, bij verdere voorkeur maximaal 100 cm, bij verdere voorkeur minimaal 10 cm, bijvoorbeeld ongeveer 10 cm, 20 cm, 30 cm, 40 cm, 50 cm, 60 cm, 70 cm, 80 cm, 90 cm, 100 cm of eender welke waarde daartussen. Bij voorkeur bedraagt het draagvermogen, op het vloeroppervlak, minimaal 100 kg/m?2, bij verdere voorkeur minimaal 200 kg/m?, bij verdere voorkeur minimaal 300 kg/m2. Bij installatie van het bouwelement op vloerpasniveau kan de vloer daarbij ononderbroken tot in de interne ruimte van het bouwelement doorlopen.Preferably, the plate structures have a thickness of a minimum of 3 mm and a maximum of 40 mm, more preferably a minimum of 4 mm and a maximum of 35 mm, further preferably a maximum of 30 mm, more preferably a maximum of 25 mm, further preferably a maximum of 20 mm, with further preferably a maximum of 15 mm, more preferably a minimum of 5 mm. Conversely, the bearing capacity and the maximum cantilever depth can be increased, while retaining the tunnel wall thickness. The same reasoning is followed as above. The present building element can therefore be designed to be self-supporting, whereby it is no longer necessary to provide pulling cables and/or push struts. The cantilever depth, when installed, is preferably a minimum of 5 cm and a maximum of 300 cm, more preferably a maximum of 200 cm, further preferably a maximum of 100 cm, more preferably a minimum of 10 cm, for example approximately 10 cm, 20 cm, 30 cm, 40 cm, 50 cm, 60 cm, 70 cm, 80 cm, 90 cm, 100 cm or any value in between. Preferably, the bearing capacity on the floor surface is at least 100 kg/m 2 , more preferably at least 200 kg/m 2 , more preferably at least 300 kg/m 2 . When the construction element is installed at floor level, the floor can extend uninterrupted into the internal space of the construction element.

Het bouwelement vormt aldus een volwaardige uitbreiding op de binnenruimte van het gebouw.The building element thus forms a fully-fledged extension of the interior space of the building.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm zijn de genoemde plaatstructuren verbonden tot een koker.In a further or alternative embodiment, said plate structures are connected to form a tube.

De koker omsluit daarbij de interne ruimte van het frame.The tube encloses the internal space of the frame.

In dwarsdoorsnede kan de koker eender welk profiel omvatten, bijvoorbeeld een vierkant profiel, een rechthoekig profiel, een regelmatig of onregelmatig veelhoekig profiel, een ovaal profiel, een rond profiel, een stervormig profiel en dergelijke.In cross-section the tube may comprise any profile, for instance a square profile, a rectangular profile, a regular or irregular polygonal profile, an oval profile, a round profile, a star-shaped profile and the like.

Optioneel strekt de koker zich vernauwend uit, vanaf het bevestigingseinddeel tot aan het raameinddeel.Optionally, the tube extends narrowly from the attachment end portion to the frame end portion.

Optioneel strekt de koker zich verbredend uit, vanaf het bevestigingseinddeel tot aan het raameinddeel.Optionally, the tube extends widening from the fastening end part to the frame end part.

In een mogelijke, niet-limitatieve uitvoeringsvorm omvat het bouwelement één gebogen plaatstructuur die op zichzelf is gelast tot een globale koker met cirkelvormig profiel.In a possible, non-limiting embodiment, the building element comprises one curved plate structure which is welded on itself to form a global tube with a circular profile.

De koker is daarbij uitwendig bekleed d.m.v. een isolerende mantel.The tube is then covered externally by means of an insulating jacket.

Niet-limitatieve uitvoeringsvormen van kokervormige frames die zich vernauwend en/of verbredend uitstrekken, worden getoond in Fig. 6A-G.Non-limiting embodiments of tubular frames that extend narrowing and/or widening are shown in FIG. 6A-G.

Van profielen is het algemeen gekend dat, voor eenzelfde hoeveelheid materiaal per lopende meter, de buigsterkte en buigstijfheid veel hoger liggen dan het geval is bij massieve stukken.It is generally known for profiles that, for the same amount of material per running metre, the bending strength and bending stiffness are much higher than is the case with solid parts.

Zo veel mogelijk materiaal is immers aanwezig aan de buitenzijde.After all, as much material as possible is present on the outside.

Nu voorziet de huidige uitvinding, veeleer dan een open raamwerk met een veelheid aan samenstellende profielen, een in hoofdzaak gesloten frame van plaatstructuren.Now, rather than an open frame with a plurality of constituent profiles, the present invention provides a substantially closed frame of sheet structures.

Deze plaatstructuren zijn echter op zichzelf verbonden tot één globale koker, waarbij zij een globaal kokerprofiel vormen.However, these plate structures are connected in themselves into one global tube, forming a global tube profile.

De interne ruimte van het kokerprofiel valt daarbij samen met de interne ruimte van het frame.The internal space of the box profile coincides with the internal space of the frame.

Voor dit globale kokerprofiel geldt bovendien datzelfde mechanisme, waarbij de globale buigsterkte en buigstijfheid van het bouwelement is gemaximaliseerd.The same mechanism also applies to this global box profile, whereby the global bending strength and bending stiffness of the building element is maximized.

Bijvoorbeeld kan daardoor zonder problemen een relatief zware, drielagige beglazing worden toegepast nabij het raameinddeel.As a result, for example, a relatively heavy, three-layer glazing can be used near the window end part without any problems.

Nog een voordeel is dat de gesloten koker de structurele samenhang van het bouwelement waarborgt.Another advantage is that the closed tube guarantees the structural cohesion of the building element.

Ook gelden de gesloten plaatstructuren als een bijkomende vocht- en tochtbarrière.The closed plate structures also serve as an additional moisture and draft barrier.

Volgens een alternatieve uitvoeringsvorm, zoals hierboven beschreven, zijn de metalen plaatstructuren niet onderling verbonden tot een gesloten, kokervormig frame, maar worden zij aangevuld met verdere tunnelwanddelen (optioneel van andere materialen). Bijvoorbeeld worden één of meerdere metalen plaatstructuren aangevuld met glasruiten, ter vorming van een tunnelvormig frame.According to an alternative embodiment, as described above, the metal sheet structures are not interconnected to form a closed, tubular frame, but are supplemented with further tunnel wall parts (optionally of other materials). For example, one or more sheet metal structures are supplemented with glass panes to form a tunnel-shaped frame.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm strekt de genoemde koker zich uit met een in hoofdzaak invariant profiel. In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm omvat het frame een rechthoekig profiel. Dergelijke frames kunnen eenvoudiger worden geproduceerd. In een mogelijke, niet-limitatieve uitvoeringsvorm omvat het bouwelement vier vlakke plaatstructuren (i.e. een onderplaat, een bovenplaat, een linkerzijplaat en een rechterzijplaat) die aan elkaar zijn gelast tot een globale koker met rechthoekig profiel. De koker is daarbij uitwendig bekleed d.m.v. een isolerende mantel. In een dergelijk ontwerp zal de buigstijfheid voor neerwaartse belasting voornamelijk worden bepaald door de linker- en rechterzijplaat.In a further or alternative embodiment, said tube extends with a substantially invariant profile. In a further or alternative embodiment, the frame comprises a rectangular profile. Such frames can be produced more simply. In a possible, non-limiting embodiment, the building element comprises four flat plate structures (i.e. a bottom plate, a top plate, a left side plate and a right side plate) which are welded together to form a global tube with a rectangular profile. The tube is then covered externally by means of an insulating jacket. In such a design, the bending stiffness for downward loading will mainly be determined by the left and right side plates.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm zijn de plaatstructuren voorzien van één of meerdere verstevigingsribben. Bij voorkeur gaat het om metalen ribben die zich in hoofdzaak loodrecht op de plaatstructuur uitstrekken, en ermee verbonden zijn op een hierboven genoemde wijze, i.v.m. de plaatstructuren. Een plaatstructuur die van een dergelijke rib is voorzien zal lokaal een grotere buigstijfheid en buigsterkte bezitten. Een vergelijkbare situatie treedt op in een T-profiel, dat kan worden gezien als een plat stuk dat is voorzien van een verstevigingsrib. Bij verdere voorkeur zijn de verstevigingsribben integraal verbonden met de plaatstructuur; bijvoorbeeld gaat het om opgelaste ribben en/of omgeplooide eindranden. Optioneel zijn één of meerdere ribben omvat door een T-profiel (één dwarse verstevigingsrib), een L-profiel (één dwarse verstevigingsrib) of een U-profiel (twee dwarse verstevigingsribben) dat op gepaste wijze tegen en langsheen het frame is gelast. In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm strekt de isolerende mantel zich over en langsheen de genoemde verstevigingsribben uit. Ingeval er twee of meerdere verstevigingribben zijn voorzien aan eenzelfde plaatstructuur, dan strekt de isolerende mantel zich bij voorkeur over en tussen deze verstevigingsribben uit. Zoals hierboven beschreven, is het voordelig dat de mantel aan de buitenzijde omheen het frame is voorzien. Bij voorkeur strekken de ribben zich nu in deze isolerende mantel uit, dus langs de buitenzijde van de plaatstructuren. Zoals verder wordt verduidelijkt in de beschrijving bij figuren 5A en 5B, kan een thermisch geleidende plaatstructuur met verstevigingribben, waartussen/-langsheen en waarover zich isolatiemateriaal uitstrekt, nog steeds goed presteren op vlak van thermische isolatie. In het bijzonder zal ook het isolatiemateriaal tussen/langsheen de ribben hiertoe in belangrijke mate bijdragen. Dit laat toe om met een beperkte tunnelwanddikte de isolatiewaarde te maximaliseren.In a further or alternative embodiment, the plate structures are provided with one or more reinforcing ribs. Preferably, these are metal ribs which extend substantially perpendicular to the plate structure, and are connected thereto in the manner mentioned above, in connection with. the plate structures. A plate structure provided with such a rib will locally have a greater bending stiffness and bending strength. A comparable situation occurs in a T-profile, which can be seen as a flat piece provided with a reinforcing rib. More preferably, the reinforcing ribs are integrally connected to the plate structure; for example, it concerns welded-on ribs and/or folded end edges. Optionally, one or more ribs are comprised of a T-profile (one transverse reinforcing rib), an L-profile (one transverse reinforcing rib) or a U-profile (two transverse reinforcing ribs) suitably welded against and along the frame. In a further or alternative embodiment, the insulating sheath extends over and along the said reinforcing ribs. If two or more reinforcing ribs are provided on the same plate structure, the insulating jacket preferably extends over and between these reinforcing ribs. As described above, it is advantageous that the jacket is provided on the outside around the frame. Preferably, the ribs now extend in this insulating jacket, i.e. along the outside of the plate structures. As further elucidated in the description of Figs. 5A and 5B, a thermally conductive plate structure with reinforcing ribs, between/along and over which insulating material extends, can still perform well in terms of thermal insulation. In particular, the insulating material between/along the ribs will also make an important contribution to this. This makes it possible to maximize the insulation value with a limited tunnel wall thickness.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm omvatten de verstevigingsribben minstens één langsrib. Dergelijke langsribben strekken zich in hoofdzaak uit volgens de langsrichting van het bouwelement. In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm omvatten de verstevigingsribben minstens één dwarsrib. Dergelijke dwarsribben strekken zich in hoofdzaak uit volgens een richting die dwars op de langsrichting verloopt. Een plaatstructuur die voorzien is van een langsrib/dwarsrib zal nabij die verstevigingsrib een grotere buigstijfheid bezitten. Uiteraard kunnen als alternatief of daarenboven ook één of meerdere verstevigingsribben worden voorzien die schuin en/of gebogen verlopen.In a further or alternative embodiment, the reinforcing ribs comprise at least one longitudinal rib. Such longitudinal ribs extend substantially along the longitudinal direction of the building element. In a further or alternative embodiment, the reinforcing ribs comprise at least one transverse rib. Such transverse ribs extend substantially in a direction which is transverse to the longitudinal direction. A plate structure provided with a longitudinal rib/transverse rib will have a greater bending stiffness near said reinforcing rib. Of course, alternatively or in addition, one or more reinforcing ribs can be provided which run obliquely and/or bent.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm omvatten de verstevigingsribben minstens één omtreksrib. Een omtreksrib omvat één of meerdere dwarsribben die op elkaar aansluiten en langsheen de gehele tunnelomtrek verlopen. Bij voorkeur is er minstens één dwarsrib voorzien nabij het raameinddeel. Bij verdere voorkeur is de genoemde dwarsrib voorzien aan de bodemplaat. Bij verdere voorkeur is de genoemde dwarsrib omvat door een omtreksrib die nabij het raameinddeel is voorzien. Dit zorgt ervoor dat het raameinddeel in staat is om relatief zware ramen met meerlagige beglazing te dragen, zelfs met gebruik van relatief dunwandige plaatstructuren, omdat deze lokaal zijn verstevigd d.m.v. verstevigingsribben.In a further or alternative embodiment, the reinforcing ribs comprise at least one circumferential rib. A circumferential rib comprises one or more transverse ribs which connect to each other and run along the entire circumference of the tunnel. Preferably, at least one transverse rib is provided near the frame end portion. More preferably, said transverse rib is provided on the bottom plate. Preferably, said transverse rib is comprised by a circumferential rib which is provided near the frame end part. This ensures that the window end portion is able to support relatively heavy windows with multi-layer glazing, even when using relatively thin-walled sheet structures, as these are locally reinforced by means of splicing. reinforcement ribs.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm omvat de isolerende mantel een eerste en een tweede mantellaag. De eerste mantellaag strekt zich bij voorkeur langsheen eventuele verstevigingsribben uit, in die zin dat zij langsheen minstens een deel van haar omtreksrand tegen deze ribben aanligt. Ingeval er meerdere ribben zijn voorzien aan eenzelfde plaatstructuur, strekt de eerste mantellaag zich bij voorkeur tussen deze ribben uit. De tweede mantellaag strekt zich bij voorkeur over de eerste mantellaag en de verstevigingsribben uit. Dit laat een eenvoudige fabricage toe, waarbij het niet nodig is om de ribben in het isolatiemateriaal uit te werken. Optioneel omvat de tweede laag een hard isolerend materiaal zoals hout of een hard schuim.In a further or alternative embodiment, the insulating sheath comprises a first and a second sheath layer. The first cladding layer preferably extends along any reinforcing ribs, in the sense that it bears against these ribs along at least part of its circumferential edge. If several ribs are provided on the same plate structure, the first cladding layer preferably extends between these ribs. The second cladding layer preferably extends over the first cladding layer and the reinforcing ribs. This allows a simple manufacture, whereby it is not necessary to work out the ribs in the insulating material. Optionally, the second layer comprises a hard insulating material such as wood or a hard foam.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm omvat het bevestigingseinddeel een bevestigingslip en/of een bevestigingsflens. Deze laten een eenvoudige rangschikking en bevestiging van het bouwelement in en/of over de gebouwopening toe. De bevestigingsflens kan een omtreksflens zijn. De bevestigingslip kan een omtrekslip zijn. Als alternatief echter, kunnen er slechts op bepaalde plaatsen langsheen de omtrek van het bevestigingseinddeel, lokale bevestigingsflenzen en/of lippen worden voorzien.In a further or alternative embodiment, the fastening end part comprises a fastening lip and/or a fastening flange. These allow a simple arrangement and fixing of the building element in and/or over the building opening. The mounting flange may be a circumferential flange. The attachment tab may be a circumferential tab. Alternatively, however, local mounting flanges and/or tabs may be provided only at certain locations along the periphery of the attachment end portion.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm loopt minstens één van de plaatstructuren aan het bevestigingseinddeel uit op een bevestigingslip. De bevestigingslip strekt zich daarbij volgens de langsrichting uit, in het verlengde van de overeenkomstige plaatstructuren. Dit maakt een eenvoudige productie mogelijk.In a further or alternative embodiment, at least one of the plate structures on the fastening end part ends in a fastening lip. The fastening lip extends in the longitudinal direction, in line with the corresponding plate structures. This allows easy production.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm omvat het bouwelement minstens één bevestigingsflens en verder nog één of meerdere verstevigingsribben, met hierboven genoemde voordelen. Deze verstevigingsribben kunnen een eindrib omvatten.In a further or alternative embodiment, the building element comprises at least one fastening flange and furthermore one or more reinforcing ribs, with the above-mentioned advantages. These reinforcing ribs may comprise an end rib.

In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm omvat het bouwelement verder nog een binnenbekleding en/of een buitenbekleding. Dit is echter niet noodzakelijk het geval. In een mogelijke uitvoeringsvorm omvat de binnenbekleding gipskartonplaat. In een mogelijke uitvoeringsvorm omvat de buitenbekleding aluminium plaatmateriaal, EPDM folie en/of hout. Binnenbekleding en buitenbekleding kunnen reeds prefab zijn voorzien, hetgeen de installatie en afwerking vereenvoudigt. Bij voorkeur is het bouwelement een geprefabriceerd bouwelement. Optioneel omvat het bouwelement nog een (afzonderlijke) dakstructuur om de akoestiek te verbeteren.In a further or alternative embodiment, the building element further comprises an inner lining and/or an outer lining. However, this is not necessarily the case. In a possible embodiment, the inner lining comprises plasterboard. In a possible embodiment, the outer covering comprises aluminum sheet material, EPDM foil and/or wood. Inner cladding and outer cladding can already be prefabricated, which simplifies installation and finishing. Preferably, the building element is a prefabricated building element. Optionally, the building element also comprises a (separate) roof structure to improve the acoustics.

In een tweede aspect betreft de uitvinding een gevelstructuur, welke gevelstructuur is voorzien van een bouwelement volgens het eerste aspect van de uitvinding. Dezelfde kenmerken kunnen daarbij worden overgenomen, en dezelfde voorbeelden kunnen daarbij worden herhaald. “Gevelstructuur” kan uiteraard verwijzen naar zowel een voorgevel, achtergevel als een zijgevel en eender welke andere gevel.In a second aspect, the invention relates to a facade structure, which facade structure is provided with a building element according to the first aspect of the invention. The same features can be adopted, and the same examples can be repeated. “Facade structure” can of course refer to a front facade, rear facade as well as a side facade and any other facade.

In een derde aspect betreft de uitvinding een werkwijze voor het plaatsen van een uitkragend raam, de werkwijze omvattende het bevestigen van een bouwelement volgens het eerste aspect van de uitvinding, in en/of over een gebouwopening. Dezelfde kenmerken kunnen daarbij worden overgenomen, en dezelfde voordelen kunnen worden herhaald.In a third aspect, the invention relates to a method for placing a cantilevered window, the method comprising fixing a building element according to the first aspect of the invention, in and/or over a building opening. The same features can be adopted, and the same advantages can be repeated.

In een mogelijke uitvoeringsvorm wordt het bouwelement van buitenaf in of over een ruwbouwopening geplaatst, waarbij het bevestigingseinddeel in hoofdzaak congruent is met die ruwbouwopening. Het bouwelement is daarbij vrijdragend, vanaf de dragende laag van de muur, onafhankelijk van de verdere gevelopbouw. Dit maakt het mogelijk dat het geprefabriceerde bouwelement door één en dezelfde partij kan worden gerealiseerd. I.h.b. is het niet nodig dat een veelheid aan partijen (bv. de ruwbouwaannemer, ramenplaatser, timmerman en gevelbekleder) hun werkzaamheden op elkaar moeten afstemmen. Als nadeel laten de meeste ontwerpen uit de stand der techniek geen plaatsing van een uitkragend raam toe, op het moment dat de verdere gevelstructuur nog niet volledig is afgewerkt.In a possible embodiment, the building element is placed from the outside in or over a structural opening, wherein the fastening end part is substantially congruent with said structural opening. The building element is self-supporting, from the load-bearing layer of the wall, independent of the further facade structure. This makes it possible that the prefabricated building element can be realized by one and the same party. in particular it is not necessary that a multitude of parties (eg the structural contractor, window installer, carpenter and facade cladding) have to coordinate their activities. As a drawback, most designs from the prior art do not allow the placement of a cantilevered window at the moment that the further facade structure has not yet been completely finished.

In wat volgt, wordt de uitvinding beschreven a.d.h.v. niet-limiterende voorbeelden die de uitvinding illustreren, en die niet bedoeld zijn of geïnterpreteerd mogen worden om de omvang van de uitvinding te limiteren.In what follows, the invention is described by reference to: non-limiting examples illustrating the invention, and which are not intended or should be construed to limit the scope of the invention.

Figuren 1A-I zijn schematische weergaven van frames 2 volgens mogelijke uitvoeringsvormen van het bouwelement 1. Elk van de getoonde frames 2 is opgebouwd uit een metalen onderplaat 4, een metalen bovenplaat 5 en metalen linker- 6 en rechterzijplaten 6’. De genoemde platen/plaatstructuren 4, 5, 6, 6’ zijn integraal met elkaar verbonden. Bijvoorbeeld werden de afzonderlijke platen aaneen gelast, en/of werden zij onder rechte hoeken geplooid vanuit een grotere plaatstructuur. In elk geval vormen de onderling verbonden, metalen plaatstructuren 4,5, 6, 6’ een tunnelvormig frame 2 met rechthoekig profiel. Zij zijn daarbij als het ware verbonden tot een koker, die zich tunnelvormig uitstrekt vanaf een open bevestigingseinddeel 7 tot aan een open raameinddeel 8. De plaatstructuren 4, 5, 6, 6’ omsluiten daarbij omtreksgewijs een interne ruimte 25 van het frame 2.Figures 1A-I are schematic representations of frames 2 according to possible embodiments of the building element 1. Each of the frames 2 shown is constructed from a metal bottom plate 4, a metal top plate 5 and metal left 6 and right side plates 6'. Said plates/plate structures 4, 5, 6, 6' are integrally connected to each other. For example, the individual plates were welded together, and/or were folded at right angles from a larger plate structure. In any case, the interconnected metal sheet structures 4,5, 6, 6' form a tunnel-shaped frame 2 with a rectangular profile. They are, as it were, connected to form a tube, which extends in tunnel form from an open fastening end part 7 to an open window end part 8. The plate structures 4, 5, 6, 6' here circumferentially enclose an internal space 25 of the frame 2.

Het raameinddeel 8 enerzijds, is geconfigureerd voor opname van een raam 18 of glasruit 17 die daarbij uitkraagt ten opzichte van de verdere gevelstructuur 20. Doordat de plaatstructuur 4, 5, 6, 6" een rechthoekig profiel vormt, verschaft het een groot draagvermogen aan het bouwelement 1, vanaf de gebouwopening 9.The window end part 8, on the one hand, is configured to receive a window 18 or glass pane 17, which can protrude relative to the further facade structure 20. Because the plate structure 4, 5, 6, 6" forms a rectangular profile, it provides a large load-bearing capacity to the building element 1, from the building opening 9.

Het bevestigingseinddeel 7 anderzijds, is geconfigureerd voor de bevestiging van het overeenkomstig bouwelement 1, in en/of over een gebouwopening 9, ter vorming van een uitkragend raam 14 zoals verderop getoond. Hiertoe zijn de bevestigingseinddelen 7 bijvoorbeeld voorzien van bevestigingsgaten 10 (e.g. voor bevestiging d.m.v. bevestigingsmiddelen 13 zoals betonankers). Sommige van de bevestigingseinddelen 7 voorzien nog een bevestigingslip 11, voor bevestiging van het bouwelement 1 in een gebouwopening 9. Als alternatief of daarenboven kan ook een dwarse bevestigingsflens 12 worden voorzien, voor bevestiging over een gebouwopening 9. In de uitvoeringsvormen van figuren 1A, 1D en 1G lopen de plaatstructuren 4, 5, 6, 6" aan het bevestigingseinddeel uit op een bevestigingslip 11; dergelijke bevestigingslippen 11 kunnen echter ook op andere hoogte worden voorzien, bijvoorbeeld dwars op een eventuele bevestigingsflens 12 (zie bijvoorbeeld figuur 3D). In figuren 1B, 1E, en 1H, daarentegen, is het bevestigingseinddeel 7 veeleer voorzien van een dwarse bevestigingsflens 12. Tot slot komen zowel de bevestigingslip 11 als de bevestigingsflens 12 gecombineerd voor, in de uitvoeringsvormen volgens figuren 1C, 1F en 11. In de getoonde uitvoeringsvormen zijn de bevestigingslippen 11 omtrekslippen en zijn de bevestigingsflenzen 12 omtreksflenzen; zij verlopen langsheen de gehele omtrek van het bouwelement 1. Echter, als alternatief of daarenboven kunnen er één of meerdere, lokale bevestigingslippen 11 en/of -flenzen 12 worden voorzien, bijvoorbeeld enkel nabij de vier hoeken van het bouwelement 1. Het bouwelement 1 volgens onderhavige uitvinding kan in eender welke gebouwopening 9 worden bevestigd.The attachment end portion 7, on the other hand, is configured for attachment of the corresponding building element 1, in and/or over a building opening 9, to form a cantilevered window 14 as shown below. To this end, the fastening end parts 7 are, for instance, provided with fastening holes 10 (e.g. for fastening by means of fastening means 13 such as concrete anchors). Some of the fastening end parts 7 further provide a fastening tab 11, for fastening the building element 1 in a building opening 9. Alternatively or additionally, a transverse fastening flange 12 can also be provided, for fastening over a building opening 9. In the embodiments of figures 1A, 1D and 1G, the plate structures 4, 5, 6, 6" terminate at the attachment end part on a attachment lip 11; however, such attachment lips 11 can also be provided at a different height, for instance transversely to a possible attachment flange 12 (see for instance figure 3D). 1B, 1E, and 1H, on the other hand, the fastening end part 7 is rather provided with a transverse fastening flange 12. Finally, both the fastening tab 11 and the fastening flange 12 occur in combination, in the embodiments according to figures 1C, 1F and 11. In the embodiments shown. the mounting lips are 11 circumferential lips and the mounting flanges are 12 circumferential flanges; they run along around the entire circumference of the building element 1. However, alternatively or in addition, one or more local fastening lips 11 and/or flanges 12 can be provided, for instance only near the four corners of the building element 1. The building element 1 according to the present invention can be fixed in any building opening 9.

Zo kan het gaan om een muuropening 9, waarbij bijvoorbeeld een frame 2 volgens één der figuren 1A-C wordt toegepast.For example, it may be a wall opening 9, wherein for instance a frame 2 according to one of the figures 1A-C is used.

Betreft het echter een schuine dakopening 9’, dan kan als alternatief een frame volgens één der figuren 1G-I worden benut.However, if it concerns a sloping roof opening 9', a frame according to one of the figures 1G-I can be used as an alternative.

Bouwelementen 1 met een frame 2 volgens één der figuren 1D, 1E, of 1F zijn voornamelijk geschikt voor toepassing in een gebouwopening die zich gedeeltelijk doorheen een muur, en gedeeltelijk doorheen een dakconstructie uitstrekt, hierin ook wel aangeduid als muur-dakopeningen.Building elements 1 with a frame 2 according to one of the figures 1D, 1E or 1F are mainly suitable for use in a building opening which extends partly through a wall and partly through a roof construction, also referred to herein as wall-roof openings.

Optioneel omvat de plaatstructuur 4, 5, 6, 6’ nog één of meerdere verstevigingsribben 16 zoals langsribben, dwarsribben, omtreksribben, of eender welke combinatie daarvan.Optionally, the plate structure 4, 5, 6, 6' further comprises one or more reinforcing ribs 16 such as longitudinal ribs, transverse ribs, circumferential ribs, or any combination thereof.

Deze worden echter niet getoond in figuren 1A-I.However, these are not shown in Figures 1A-I.

Figuur 2 toont een perspectivistisch aanzicht op een gebouw 19 met gevelstructuren 20 volgens een mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding.Figure 2 shows a perspective view of a building 19 with facade structures 20 according to a possible embodiment of the invention.

Het gebouw omvat zowel uitkragende ramen 14, 14’, 14” als traditionele ramen 15. Voorgenoemde, uitkragende ramen 14, 14, 14” kunnen overigens worden voorzien in muuropeningen 9, in dakopeningen 9’ en in muur-dakopeningen 9”. Figuren 3A-D tonen zijdelingse doorsneden van gevelstructuren 20, voorzien van een bouwelement 1 volgens mogelijke uitvoeringsvormen van de uitvinding.The building comprises cantilever windows 14, 14', 14" as well as traditional windows 15. The aforementioned cantilever windows 14, 14, 14" can also be provided in wall openings 9, in roof openings 9' and in wall-roof openings 9". Figures 3A-D show lateral sections of facade structures 20, provided with a building element 1 according to possible embodiments of the invention.

Telkens is het bouwelement 1 in en/of over een vlakke muuropening 9 geplaatst, waarbij het een uitkragend raam 14 vormt vanaf die muuropening 9; eventueel omvatten de bouwelementen 1 een frame 2 overeenkomstig figuur 1A, 1B of 1C.The building element 1 is in each case placed in and/or over a flat wall opening 9, wherein it forms a cantilevered window 14 from that wall opening 9; the building elements 1 may optionally comprise a frame 2 according to figure 1A, 1B or 1C.

Uiteraard is de vakman in staat om de getoonde bouwelementen 1 aan te passen voor toepassing in een dakopening 9’ of muur-dakopening 9”. Bijvoorbeeld worden daarbij frames volgens één der figuren 1D, 1E, 1F, respectievelijk 1F, 1H, 11 toegepast.The skilled person is of course able to adapt the building elements 1 shown for use in a roof opening 9' or wall-roof opening 9". For example, frames according to one of the figures 1D, 1E, 1F and 1F, 1H, 11 respectively are used.

Zo toont figuur 3A een zijdelingse doorsnede van een gevelstructuur 20 die is voorzien van een bouwelement 1 volgens een mogelijke uitvoeringsvorm.For example, figure 3A shows a lateral cross-section of a facade structure 20 provided with a building element 1 according to a possible embodiment.

De gevelstructuur 20 omvat een meerlagige muur 21 met een dragende laag 22 (e.g. een binnenspouwblad), een isolatielaag 23 en een gevelbekleding 24 (e.g. een buitenspouwblad). Bijvoorbeeld is de gevelbekleding 24 uitgevoerd als metselwerk. Optioneel is er tussen de gevelbekleding 24 en de isolatielaag 23 nog een luchtspouw voorzien. In elk geval is het frame 2 van het bouwelement 1 in hoofdzaak opgebouwd uit plaatstructuren 4, 5, 6, 6’; in de getoonde doorsnede volgens figuur 3A zijn daarvan uitsluitend de onderplaat 4 en de bovenplaat 5 zichtbaar. Echter, met name de linker- 6 en rechterzijplaten 6’ dragen in belangrijke mate bij tot de buigstijfheid van het bouwelement 1, bij een belasting in neerwaartse richting.The facade structure 20 comprises a multilayer wall 21 with a bearing layer 22 (e.g. an inner cavity leaf), an insulation layer 23 and a facade cladding 24 (e.g. an outer cavity leaf). For example, the facade cladding 24 is designed as masonry. Optionally, an air cavity is provided between the facade cladding 24 and the insulation layer 23. In any case, the frame 2 of the building element 1 is mainly built up of plate structures 4, 5, 6, 6'; in the cross section shown according to figure 3A only the bottom plate 4 and the top plate 5 are visible. However, the left 6 and right side plates 6' in particular contribute significantly to the bending stiffness of the building element 1, when loaded in the downward direction.

Aan het bevestigingseinddeel 7 loopt het frame 2 uit op een bevestigingsflens 12. Deze is van buitenaf over een muuropening 9 gerangschikt, tegen de dragende laag 22 van de muur 21. Via bevestigingsmiddelen 13, doorheen overeenkomstige bevestigingsgaten 10 is de bevestigingsflens 12 aan die dragende laag 22 bevestigd.At the fastening end part 7, the frame 2 terminates on a fastening flange 12. This is arranged from the outside over a wall opening 9, against the bearing layer 22 of the wall 21. Via fastening means 13, through corresponding fastening holes 10, the fastening flange 12 is attached to that bearing layer. 22 confirmed.

Het bouwelement 1 (net als het frame 2) vormt daarbij een tunnelvormige doorgang 25, vanaf het open bevestigingseinddeel 7 tot aan het open raameinddeel 8, alwaar de interne ruimte 25 is afgesloten door middel van een raam 18 met glasruiten 17. Duidelijk vormt de interne ruimte 25 van het bouwelement 1 daarbij een uitbreiding op de binnenruimte 27. Het kraagt uit ten opzichte van de verdere gevelstructuur 20; i.h.b. wordt in dit verband gewezen op de zogenaamde uitkraagdiepte 26, die typisch enkele centimeters tot enkele tientalen centimeters kan bedragen. In de geïnstalleerde toestand van het bouwelement 1 kan de uitkraagdiepte 26 worden gedefinieerd als de afstand tussen het buitenoppervlak van de gevelbekleding 24 en het buitenoppervlak van de glasruit 17.The building element 1 (just like the frame 2) thereby forms a tunnel-shaped passage 25, from the open fastening end part 7 to the open window end part 8, where the internal space 25 is closed off by means of a window 18 with glass panes 17. Clearly the internal space 25 of the building element 1 is an extension to the inner space 27. It protrudes relative to the further facade structure 20; i.e. In this connection reference is made to the so-called cantilever depth 26, which can typically be a few centimeters to several tens of centimeters. In the installed state of the building element 1, the cantilever depth 26 can be defined as the distance between the outer surface of the facade cladding 24 and the outer surface of the glass pane 17.

Met oog op de thermische isolatie is het frame 2 omtreksgewijs omsloten door een isolerende mantel 3. Het ontwerp is daarbij zodanig dat de isolerende mantel 3 aansluit op de isolatielaag 23 van de muur 21, en dat deze vanaf de isolatielaag 23 langsheen het frame 2 reikt tot aan het op zich eveneens thermisch isolerende raam 18 met glasruit 17; optioneel gaat het om een twee- of drielagige glasruit 17. Het raam, anderzijds, bestaat bijvoorbeeld uit PVC of uit thermisch onderbroken aluminium, zoals gekend door de vakman. Net zoals de binnenruimte 27 via de interne ruimte 25 van het bouwelement 1 uitkraagt tot aan het uitkragend raam 14, kraagt ook (a) de thermische isolatie vanaf de muurisolatie 23, en via de isolerende mantel 3 van het bouwelement 1 uit tot aan het raam 18 met glasruit 17, en kraagt ook (b) de dragende constructie vanaf de dragende laag 22 van de muur 21, en via het frame 2 uit tot aan het raam 18. Een dergelijke, gelaagde structuur maakt dat het bouwelement 1 tegelijkertijd een groot draagvermogen bezit en thermisch isolerend is.With a view to the thermal insulation, the frame 2 is circumferentially enclosed by an insulating sheath 3. The design is such that the insulating sheath 3 connects to the insulating layer 23 of the wall 21, and that it extends from the insulating layer 23 along the frame 2 up to the per se also thermally insulating window 18 with glass pane 17; optionally, it is a two- or three-layer glass pane 17. The window, on the other hand, consists, for example, of PVC or of thermally broken aluminum, as known to the skilled person. Just as the inner space 27 overhangs via the inner space 25 of the building element 1 up to the cantilevered window 14, so too (a) the thermal insulation overhangs from the wall insulation 23 and via the insulating sheath 3 of the building element 1 up to the window. 18 with glass pane 17, and also (b) the load-bearing structure cantilevers from the load-bearing layer 22 of the wall 21, and via the frame 2 to the window 18. Such a layered structure allows the building element 1 to have a large load-bearing capacity at the same time. property and is thermally insulating.

Tot slot is het raameinddeel 8 nog voorzien van een verstevigingsrib 16, bij voorkeur een omtreksrib.Finally, the frame end part 8 is further provided with a reinforcing rib 16, preferably a circumferential rib.

Dit laat een betere verankering van het raamframe 18 toe, bijvoorbeeld door het ermee te verlijmen.This allows better anchoring of the window frame 18, for example by gluing it thereto.

Bovendien vergroot het de buigstijfheid van het plaatmateriaal, i.h.b. van de onderplaat 4, nabij het raamframe 18. Dit is belangrijk bij het ondersteunen van relatief zware, meerlagig beglaasde glasruiten.In addition, it increases the bending stiffness of the sheet material, in particular. of the bottom plate 4, near the window frame 18. This is important when supporting relatively heavy, multi-layered glass panes.

De isolatiemantel 3 strekt zich daarbij uit, over en langsheen deze verstevigingsrib 16. Verder zijn de binnenruimte 27 en de binnenzijde het bouwelement 1 afgewerkt met één ononderbroken pleisterlaag 28. Deze werd pas aangebracht na plaatsing van het bouwelement 1. Langs de buitenzijde is het bouwelement 10 optioneel voorzien van een vochtdichte en tochtdichte buitenbekleding 30. Bijvoorbeeld gaat het om aluminium plaatmateriaal, of om een EPDM folie.Insulation jacket 3 extends over and along this reinforcing rib 16. Furthermore, the inner space 27 and the inner side of the building element 1 are finished with one continuous layer of plaster 28. This layer was only applied after placing the building element 1. The building element is on the outside. 10 optionally provided with a moisture-tight and draft-proof outer cladding 30. This concerns, for example, aluminum sheet material or an EPDM foil.

Optioneel worden er nog dichtingsmiddelen 31 zoals een dichtingsvoeg 31’ en/of een dichtingsfolie 31” (bv. een EPDM folie) voorzien.Optionally, sealing means 31 such as a sealing joint 31' and/or a sealing foil 31" (e.g. an EPDM foil) are provided.

In de getoonde uitvoeringsvorm loopt de buitenbekleding 30 in linkse richting door tot quasi tegen de bevestigingsflens 12. Echter, indien de buitenbekleding 30 aluminium plaatmateriaal omvat, is dat optioneel niet het geval, zodat koudebruggen worden vermeden.In the embodiment shown, the outer cladding 30 continues in the left direction until almost against the fastening flange 12. However, if the outer cladding 30 comprises aluminum sheet material, this is optionally not the case, so that thermal bridges are avoided.

Bijvoorbeeld loopt de buitenbekleding 30 dan in linkse richting slechts tot net voorbij de gevelbekleding 24, zoals het geval is in figuur 3B.For example, the outer cladding 30 then runs in the left direction only to just past the outer cladding 24, as is the case in figure 3B.

Vanaf de kopse raamzijde gezien, dekt de buitenbekleding 30 het raamkader 18 in hoofdzaak volledig af.Seen from the front window side, the outer covering 30 covers the window frame 18 substantially completely.

Dit draagt bij tot de vocht- en tochtdichtheid, en tot het strakke uitzicht van het bouwelement 1. De opbouw van het frame 2 laat toe om het bouwelement 1 vrij te dragen vanaf de dragende laag 22 van de muur 21. Dit laat een eenvoudige aanbrenging van voorgenoemde dichtingsfolies 31” toe.This contributes to the moisture- and draft-tightness, and to the clean appearance of the building element 1. The construction of the frame 2 allows the building element 1 to be supported freely from the load-bearing layer 22 of the wall 21. This allows a simple application. of the aforementioned sealing foils 31”.

In het bijzonder kan het bouwelement 1 reeds in een ruwbouw worden geïnstalleerd, nog vooraleer de isolatielaag 23 en gevelbekleding 24 zijn aangebracht.In particular, the building element 1 can already be installed in a structural work, even before the insulation layer 23 and facade cladding 24 have been applied.

Figuur 3B toont een gevelstructuur 20 met bouwelement 1, volgens nog een uitvoeringsvorm.Figure 3B shows a facade structure 20 with building element 1, according to another embodiment.

Ditmaal is muuropening 9 verstevigd d.m.v. een verstevigingsbalk of -kader 32, bv. uit staal of gewapend beton.This time wall opening 9 has been reinforced by means of a reinforcing beam or frame 32, e.g. made of steel or reinforced concrete.

Hierdoor wordt verzekerd dat de dragende laag 22 van de muur 21 voldoende stevig is om het bouwelement 1 te ondersteunen.This ensures that the bearing layer 22 of the wall 21 is sufficiently strong to support the building element 1.

Nabij het bevestigingseinddeel 7 voorziet het frame 2 zowel een bevestigingslip 11 als een bevestigingsflens 12, waarmee het bouwelement 1 tegen het verstevigingskaderNear the fastening end part 7, the frame 2 provides both a fastening lip 11 and a fastening flange 12, with which the building element 1 can rest against the reinforcing frame.

32 is bevestigd. Verder is de onderplaat 4 voorzien van een veelheid aan dwarsribben 16; de dwarsrib 16’ van het raameinddeel is omvat door een omtrekrib 16’ met in hoofdzaak dezelfde functie als bij figuur 3A. Nu omvat de isolerende mantel 3 een eerste mantellaag 3’ die zich langsheen en/of tussen de verstevigingsribben 16, 16’ uitstrekt, en een tweede mantellaag 3” die zich over de eerste mantellaag 3’ en over de verstevigingsribben 16, 16’ uitstrekt, en deze afdekt. Deze specifieke opbouw laat toe om het bouwelement 1 én dunwandig, én stevig, én thermisch isolerend te maken. Optioneel omvat de tweede mantellaag 3” een relatief hard materiaal zoals een houten plaat of een harde schuimplaat, zodat deze laag verder bijdraagt tot de stevigheid van het bouwelement 1. Eventueel zijn de verschillende lagen met elkaar verbonden (bv. met lijm en/of schroeven), hetgeen de stevigheid nog vergroot. Tot slot is het bouwelement 1 in de huidige uitvoeringsvorm nog voorzien van een eigen binnenbekleding 29; bijvoorbeeld gaat het om een gipskartonplaat. Bij voorkeur is een dergelijke binnenbekleding 29 reeds prefab aanwezig. Na plaatsing van het bouwelement 1 kan de pleisterlaag 28 van de binnenruimte 27 tot tegen deze binnenbekleding 29 worden aangebracht. De glasruit 17 wordt bij voorkeur los bij het bouwelement 1 geleverd. Echter, met oog op een eenvoudige installatie, kan het raamkozijn 18’ reeds in het geprefabriceerd bouwelement 1 zijn voorzien.32 has been confirmed. Furthermore, the bottom plate 4 is provided with a plurality of transverse ribs 16; the transverse rib 16' of the frame end part is comprised by a circumferential rib 16' with substantially the same function as in figure 3A. Now the insulating sheath 3 comprises a first sheath layer 3' extending along and/or between the reinforcing ribs 16, 16', and a second sheathing layer 3' extending over the first sheath layer 3' and over the reinforcement ribs 16, 16', and cover it. This specific structure makes it possible to make the building element 1 thin-walled, sturdy and thermally insulating. Optionally, the second cladding layer 3” comprises a relatively hard material such as a wooden plate or a hard foam plate, so that this layer further contributes to the strength of the building element 1. The different layers are optionally connected to each other (e.g. with glue and/or screws ), which further increases rigidity. Finally, the building element 1 in the present embodiment is still provided with its own inner lining 29; for example, it concerns a plasterboard. Preferably, such an inner lining 29 is already present prefab. After the construction element 1 has been placed, the plaster layer 28 can be applied from the inner space 27 up to this inner lining 29 . The glass pane 17 is preferably supplied separately with the building element 1. However, with a view to a simple installation, the window frame 18' can already be provided in the prefabricated building element 1.

Figuur 3C toont nog een zijdelingse doorsnede van een bouwelement 1 in een gevelstructuur 20, volgens een mogelijke uitvoeringsvorm. Ditmaal is het bouwelement 1 voorzien op vloerpasniveau 33, waarbij het door middel van een bevestigingslip 11 is bevestigd op een opstand 34 vanaf de eigenlijke draagvloer 35.Figure 3C shows another lateral section of a building element 1 in a facade structure 20, according to a possible embodiment. This time the building element 1 is provided at floor fitting level 33, wherein it is fixed by means of a fastening lip 11 on an upstand 34 from the actual bearing floor 35.

Optioneel is het bouwelement 1 reeds prefab voorzien van een binnenbekleding 29, t.t.z. langsheen de zijwanden en bovenwand. Bij voorkeur is daarbij de onderwand vrijgelaten, zodat de vloer 36 ononderbroken kan worden doorgetrokken tot in het bouwelement 1. Het bouwelement 1 biedt daarbij een volwaardige uitbreiding op de binnenruimte 27. Halverwege is het frame 2 nog optioneel voorzien van een omtreksrib 16 ter versteviging. Aan het raameinddeel 8 loopt het frame 2 bovendien uit op een omtreksrib 16’, welke omtreksrib vier eindribben omvat die een eindflens vormen. Hiertegen kan een hard doch isolerend materiaal (e.g. hout of een hard schuim) worden bevestigd via schroeven en/of lijm. Zo kan het raamkozijn 18 zijwaarts worden ingesloten, binnen dat harde materiaal.Optionally, the building element 1 is already prefab provided with an inner lining 29, i.e. along the side walls and top wall. The bottom wall is preferably left free in this case, so that the floor 36 can be continued uninterruptedly into the building element 1. The building element 1 offers a full-fledged extension to the inner space 27. Halfway through, the frame 2 is optionally provided with a circumferential rib 16 for reinforcement. At the frame end part 8, the frame 2 also ends in a circumferential rib 16', which circumferential rib comprises four end ribs which form an end flange. A hard but insulating material (e.g. wood or a hard foam) can be attached to this by means of screws and/or glue. Thus, the window frame 18 can be enclosed laterally, within that hard material.

Figuur 3D toont nog een uitvoeringsvorm van een gevelstructuur 20, waarbij de vloer 36 weerom doorloopt tot in de interne ruimte 25 gevormd door het bouwelement 1. Ditmaal is het frame 2 niet voorzien van dwarsribben 16 of omtreksribben 16 ter versteviging. Optioneel zijn er wel één of meerdere langsribben voorzien, welke niet zijn getoond (wegens niet in het vlak van de getoonde doorsnede). Onderaan is het bevestigingseinddeel 7 voorzien van een bevestigingslip 11; deze strekt zich echter niet uit in het verlengde van de onderplaat 4.Figure 3D shows another embodiment of a facade structure 20, in which the floor 36 continues again into the internal space 25 formed by the building element 1. This time the frame 2 is not provided with transverse ribs 16 or circumferential ribs 16 for reinforcement. Optionally, one or more longitudinal ribs are provided, which are not shown (because they are not in the plane of the cross section shown). At the bottom, the fastening end part 7 is provided with a fastening lip 11; however, it does not extend in line with the bottom plate 4.

Figuren 4A-B tonen frontale doorsneden van bouwelementen 1 volgens mogelijke uitvoeringsvormen van de uitvinding. Het bouwelement 1 volgens figuur 4A omvat een tunnelvormig frame 2 met een onderplaat 4, een bovenplaat 5, een linkerzijplaat 6 en een rechterzijplaat 6’. Aan de buitenzijde is het frame 2 nog voorzien van verstevigingsribben 16, die zich langsheen de hoekranden en dwars langsheen de onderplaat 4 uitstrekken. Bijvoorbeeld zijn de verschillende platen 4, 5, 6, 6’ en verstevigingsribben 16 aan elkaar gelast. Ter hoogte van de langsribben 16 is het frame 2 lokaal verstevigd. De langsribben 16 verschaffen immers een grotere buigstijfheid aan het frame 2, zoals ook het geval is voor het staande been van een T- profiel. Tussen, langsheen en over de verstevigingsribben is nog een isolerende mantel 3 voorzien, die het frame 2 omtreksgewijs bekleedt, tussen de einddelen 7, 8 ervan. De isolerende mantel 3 omvat een eerste mantellaag 3’ die zich langsheen en tussen de verstevigingsribben 16 uitstrekt, en een tweede mantellaag 3” die zich over de eerste mantellaag 3’ en de verstevigingsribben 16 uitstrekt. Het bouwelement 1 omvat verder nog een binnenbekleding 29 en een buitenbekleding 30, bijvoorbeeld zoals hierboven beschreven. Het bouwelement 1 volgens figuur 4B, daarentegen, omvat geen langsribben 16 in het vlak van de getoonde doorsnede. De isolerende mantel 3 is hier éénlagig uitgevoerd.Figures 4A-B show frontal cross-sections of building elements 1 according to possible embodiments of the invention. The building element 1 according to figure 4A comprises a tunnel-shaped frame 2 with a bottom plate 4, a top plate 5, a left side plate 6 and a right side plate 6'. On the outside, the frame 2 is further provided with reinforcing ribs 16, which extend along the corner edges and transversely along the bottom plate 4. For example, the various plates 4, 5, 6, 6' and reinforcing ribs 16 are welded together. At the height of the longitudinal ribs 16, the frame 2 is locally reinforced. After all, the longitudinal ribs 16 provide a greater bending stiffness to the frame 2, as is also the case for the upright leg of a T-profile. Between, along and over the reinforcing ribs an insulating sheath 3 is provided, which sheathing circumferentially covers the frame 2, between the end parts 7, 8 thereof. The insulating sheath 3 comprises a first sheath layer 3' which extends along and between the reinforcing ribs 16, and a second sheath layer 3' which extends over the first sheath layer 3' and the reinforcement ribs 16. The building element 1 further comprises an inner lining 29 and an outer lining 30, for instance as described above. The building element 1 according to figure 4B, on the other hand, does not comprise longitudinal ribs 16 in the plane of the cross section shown. The insulating sheath 3 here is designed in one layer.

Uiteraard kunnen mengvormen van figuren 3 en 4 worden toegepast, waarin combinaties van één of meerdere langsribben, dwarsribben en/of omtreksribben voorkomen.Mixed forms of figures 3 and 4 can of course be used, in which combinations of one or more longitudinal ribs, transverse ribs and/or circumferential ribs occur.

Figuren 5A en 5B tonen detaildoorsnedes van een bouwelement 1 met tunnelvormig frame 2, waarbij dat frame 2 respectievelijk is opgebouwd uit een raamwerk van metalen kokers 37 (open frame), en uit onderling verbonden, geribde metalen plaatstructuren 4/16 (gesloten frame). In beide uitvoeringsvormen is de interne ruimte 25 van het bouwelement 1 bovenliggend aan de getoonde doorsnede; aldaar is er een binnenbekleding 29 voorzien. Verder zijn beide frames 2 rechtstreeks bekleed met een isolerende mantel 3. Daarvan strekt zich een eerste mantellaag 3 uit, tussen en langsheen de kokers/verstevigingsribben 37/16. Een tweede mantellaag 3” dekt zowel deze eerste mantellaag 3" als de tussenliggende kokers/verstevigingsribbenFigures 5A and 5B show detailed cross-sections of a building element 1 with tunnel-shaped frame 2, wherein said frame 2 is constructed respectively from a framework of metal tubes 37 (open frame), and from mutually connected, ribbed metal sheet structures 4/16 (closed frame). In both embodiments, the internal space 25 of the building element 1 is superimposed on the cross section shown; an inner lining 29 is provided there. Furthermore, both frames 2 are directly covered with an insulating jacket 3. A first jacket layer 3 extends therefrom, between and along the sleeves/reinforcing ribs 37/16. A second cladding layer 3” covers both this first cladding layer 3" and the intermediate sleeves/reinforcement ribs

37/16 af. De tweede mantellaag 3” wordt op zijn beurt afgedekt door een buitenbekleding 30.37/16 off. The second cladding layer 3" is in turn covered by an outer cladding 30.

Een belangrijk nadeel van het raamwerk van kokers 37 volgens figuur 5A is dat dit geen ondersteuning biedt over het gehele binnenoppervlak van het bouwelement 1.An important drawback of the framework of tubes 37 according to figure 5A is that it does not provide support over the entire inner surface of the building element 1.

Ingeval de binnenbekleding 29 onvoldoende stevig is (e.g. gipskartonplaat), kan deze tussen de kokers 7 in gewoonweg worden ingedrukt. Nog een nadeel is dat de kokers 37 zowel naar de binnenzijde (boven) als naar de buitenzijde (onder) toe een relatief groot warmteoverdrachtsoppervlak voorzien. Daartussen strekken zich bovendien nog twee dwarse kokerwanden uit die warmte goed transporteren tussen beide oppervlakken. Het ligt ook niet voor de hand om de kokers 37 binnenin thermisch te isoleren. Dit alles maakt dat er een groot risico is op koudebruggen, ter hoogte van de kokerprofielen 37. De thermische weerstand van de tussenliggende stukken eerste mantellaag 3’ wordt immers in belangrijke mate overbrugd, zodat voornamelijk de tweede mantellaag 3” moet instaan voor de thermische isolatie. Deze tweede mantellaag 3” zou daardoor dikker moeten worden genomen. Nog een nadeel is dat een open kokergeraamte geen vocht- en tochtdichte afsluiting biedt, bij het eventuele falen van de buitenbekleding 30.In case the inner lining 29 is insufficiently strong (e.g. plasterboard), it can simply be pressed in between the tubes 7 . Another drawback is that the tubes 37 provide a relatively large heat transfer surface both towards the inside (top) and towards the outside (bottom). In addition, two transverse tube walls extend between them, which transport heat well between the two surfaces. It is also not obvious to thermally insulate the tubes 37 inside. All this means that there is a great risk of thermal bridges at the height of the box profiles 37. The thermal resistance of the intermediate pieces of the first cladding layer 3' is, after all, bridged to a significant extent, so that mainly the second cladding layer 3” must provide the thermal insulation. . This second cladding layer 3” should therefore be made thicker. Another disadvantage is that an open box frame does not provide a moisture- and draft-tight seal in the event of failure of the outer covering 30.

De geribde plaatstructuur 4/16, daarentegen, biedt ondersteuning ter hoogte van het volledige binnenoppervlak van het bouwelement 1. Bovendien vergroten de verstevigingsribben 16 de buigstijfheid van de plaatstructuur 4, volgens eenzelfde principe als voor een staand been van een T-profiel. De structuren volgens figuur 5A en 5B hebben daardoor, met dezelfde dikte, nagenoeg dezelfde stevigheid. Echter, de geribde plaatstructuur 4/16 voorziet veel kleinere warmteoverdrachtsoppervlakken (zelfs veeleer warmteoverdrachtsranden) aan de buitenzijde (onder). Daardoor zal warmte veel moeizamer kunnen worden overgedragen op de verstevigingsribben, doorheen de tweede mantellaag 3”. De eerste mantellaag 3’ draagt dus nog steeds in belangrijke mate bij tot de algehele thermische weerstand van het bouwelement 1.The ribbed plate structure 4/16, on the other hand, provides support at the level of the entire inner surface of the building element 1. Moreover, the reinforcing ribs 16 increase the bending stiffness of the plate structure 4, according to the same principle as for a standing leg of a T-profile. The structures according to figures 5A and 5B therefore have substantially the same strength, with the same thickness. However, the ribbed plate structure 4/16 provides much smaller heat transfer surfaces (even rather heat transfer edges) on the outside (bottom). As a result, it will be much more difficult to transfer heat to the reinforcing ribs, through the second cladding layer 3”. The first cladding layer 3' thus still contributes significantly to the overall thermal resistance of the building element 1.

Daardoor is er een sterk verminderd risico op het ontstaan van koudebruggen, voor ongeveer dezelfde dikte en stevigheid. Ook ligt de isolatiewaarde met gebruik van een geribde plaatstructuur 4/16 dus hoger. De vakman is hierbij zelf in staat om een gepaste afweging te maken tussen de wanddikte, stevigheid en thermische isolatiewaarde van het bouwelement 1.As a result, there is a greatly reduced risk of thermal bridges, for approximately the same thickness and strength. The insulation value is also higher when using a ribbed plate structure 4/16. The skilled person is in this case able to make an appropriate assessment between the wall thickness, strength and thermal insulation value of the building element 1.

Figuren GA-G tonen nog een aantal schematische doorsneden van gevelstructuren 20, volgens mogelijke uitvoeringsvormen van de uitvinding. Het kan zowel om horizontale doorsneden als om verticale doorneden gaan.Figures GA-G show a number of schematic cross-sections of facade structures 20, according to possible embodiments of the invention. It can be both horizontal and vertical sections.

Telkens is de gevelstructuur 20 voorzien van een bouwelement 1. Het bouwelement 1 omvat een tunnelvormig frame 2 dat een interne ruimte 25 omsluit.The facade structure 20 is in each case provided with a building element 1. The building element 1 comprises a tunnel-shaped frame 2 which encloses an internal space 25 .

Het frame 2 bevat een bevestigingseinddeel 7 en een raameinddeel 8. Het bevestigingseinddeel 7 is geschikt voor bevestiging van het bouwelement 1 in en/of over een gebouwopening 9 in een muur 21. Het raameinddeel 8 voorziet middelen voor ontvangst van een glasruit 17. In Fig. 6A strekt het frame 2 zich symmetrisch verbredend uit, vanaf het bevestigingseinddeel 7 tot aan het raameinddeel 8. In Fig. 6B strekt het frame 2 zich symmetrisch vernauwend uit, vanaf het bevestigingseinddeel 7 tot aan het raameinddeel 8. In Fig. 6C, daarentegen, strekt het frame 2 zich uit met een constante doorsnede, weliswaar onder een hoek met de muur 21. De langsrichting van het frame 2 sluit dus een hoek in met het oppervlak van de muur 21. Het t bevestigingseinddeel 7 e het raameinddeel 8 verlopen evenwijdig met de muur 21; deze staan niet langer dwars op de langsrichting van het gebouwelement 1. In Fig. 6D strekt het frame 2 zich verbredend uit, maar niet langer op symmetrische wijze.The frame 2 comprises a fastening end part 7 and a window end part 8. The fastening end part 7 is suitable for fastening the building element 1 in and/or over a building opening 9 in a wall 21. The window end part 8 provides means for receiving a glass pane 17. In Fig. . 6A, the frame 2 extends symmetrically widening from the attachment end portion 7 to the frame end portion 8. In FIG. 6B, the frame 2 extends narrowing symmetrically from the attachment end portion 7 to the frame end portion 8. In FIG. 6C, on the other hand, the frame 2 extends with a constant cross-section, albeit at an angle to the wall 21. The longitudinal direction of the frame 2 thus encloses an angle with the surface of the wall 21. The fastening end part 7 and the window end part 8 run parallel to the wall 21; these are no longer transverse to the longitudinal direction of the building element 1. In FIG. 6D, the frame 2 extends widening, but no longer in a symmetrical manner.

Het links getoonde wanddeel strekt zich loodrecht uit op de muur 21, terwijl het rechts getoonde wanddeel schuin verloopt t.o.v. de muur 21, waarbij het de interne ruimte 25 van het bouwelement 1 verbreedt.The wall part shown on the left extends perpendicular to the wall 21, while the wall part shown on the right runs obliquely with respect to the wall 21, widening the internal space 25 of the building element 1.

In Fig. 6E strekt het frame 2 zich asymmetrisch vernauwend uit, gelijkaardig aan de situatie in Fig. 1D.In fig. 6E, the frame 2 extends narrowing asymmetrically, similar to the situation in FIG. 1D.

Fig. 1F toont een frame 2 dat zich nog steeds tunnelvormig uitstrekt, tussen twee open einddelen 7, 8. Een wand van het frame 2 vertoont daarbij een inwaartse sprong (ook wel: “insprong”). Ook Fig. 1G toont een frame 2 dat zich tunnelvormig uitstrekt, vanaf een bevestigingseinddeel 7 tot aan een raameinddeel 8. Het open raameinddeel 8 voorziet een bijkomende structuur die naar binnen toe is gevormd.fig. 1F shows a frame 2 that still extends tunnel-shaped, between two open end parts 7, 8. A wall of the frame 2 herein shows an inward jump (also referred to as: "indent"). Also fig. 1G shows a frame 2 extending tunnel-like from an attachment end portion 7 to a frame end portion 8. The open frame end portion 8 provides an additional structure formed inwardly.

Bijvoorbeeld is deze laatste structuur gevormd d.m.v. drie afzonderlijke glasruiten 17, 17°, 17". Figuur 7 toont tot slot nog een schematische doorsnede van gevelstructuur 20 en een bouwelement 1, volgens nog een andere mogelijke uitvoeringsvorm, eveneens in overeenstemming met de huidige uitvinding.For example, this latter structure is formed by means of three separate glass panes 17, 17°, 17". Finally, Figure 7 shows a schematic cross-section of facade structure 20 and a building element 1, according to yet another possible embodiment, also in accordance with the present invention.

Het kan zowel gaan om een horizontale doorsnede als om een verticale doorsnede.It can be a horizontal cross-section as well as a vertical cross-section.

Het bouwelement 1 omvat een tunnelvormig frame 2 dat een interne ruimte 25 omsluit.The building element 1 comprises a tunnel-shaped frame 2 which encloses an internal space 25 .

Het frame 2 strekt zich verbredend uit tussen een bevestigingseinddeel 7 (voor bevestiging van het bouwelement 1 in een gebouwopening 9) en een raameinddeel 8 (voor ontvangst van twee glasruiten 17, 17’). In tegenstelling tot de uitvoeringsvormen volgens Fig. 3A-D, verlopen de einddelen 7, 8 hier niet hoofdzakelijk in een “vlak”. Veeleer is het bevestigingseinddeel 7 inwaarts uitgewerkt volgens een hoek, terwijl het raameinddeel 8 hoekvormig uitsteekt. Zo’n bouwelement 1 wordt bijvoorbeeld geïnstalleerd ter hoogte van een hoek in een gebouw 19. Optioneel is het raameinddeel 8 geschikt voor ontvangst van twee afzonderlijke glasruiten 17, 17’. Het getoonde bouwelement 1 laat toe om een uitkragend raam te monteren aan de hoek van een gebouw De genummerde elementen op de figuren zijn:The frame 2 extends widening between a fastening end part 7 (for fastening the building element 1 in a building opening 9) and a window end part 8 (for receiving two glass panes 17, 17'). In contrast to the embodiments according to FIG. 3A-D, the end portions 7, 8 here do not essentially run in a "plane". Rather, the attachment end portion 7 is angled inwardly, while the frame end portion 8 projects angularly. Such a building element 1 is installed, for example, at a corner in a building 19. Optionally, the window end part 8 is suitable for receiving two separate glass panes 17, 17'. The building element 1 shown makes it possible to mount a cantilevered window at the corner of a building. The numbered elements in the figures are:

1. Bouwelement1. Building element

2. Frame2. Frame

3. Mantel3. Cloak

4. Onderplaat4. Bottom plate

5. Bovenplaat5. Top plate

6. Zijplaat6. Side plate

7. Bevestigingseinddeel7. Fixing end part

8. Raameinddeel8. Window end part

9. Gebouwopening9. Building opening

10. Bevestigingsgat10. Fixing Hole

11. Bevestigingslip11. Fixing Tab

12. Bevestigingsflens12. Fixing Flange

13. Bevestigingsmiddel13. Fastener

14. Uitkragend raam14. Cantilevered window

15. Traditioneel raam15. Traditional Window

16. Verstevigingsrib16. Reinforcement Rib

17. Glasruit17. Glass pane

18. Raam18. Window

19. Gebouw19. Building

20. Gevelstructuur20. Facade Structure

21. Muur21. Wall

22. Dragende laag22. Bearing Layer

23. Isolatielaag23. Insulation layer

24. Gevelbekleding24. Cladding

25. Interne ruimte25. Internal space

26. Uitkraagdiepte26. Collar depth

27.Binnenruimte27.Indoor space

28. Pleisterlaag28. Plaster Coat

29. Binnenbekleding29. Interior cladding

30. Buitenbekleding30. Exterior cladding

31. Dichtingsmiddelen31. Sealants

32. Verstevigingskader32. Reinforcement Frame

33. Vloerpasniveau33. Floor pass level

34. Opstand34. Rebellion

35. Draagvloer35. Bearing floor

36. Vloer36. Floor

37.Koker Het is verondersteld dat de huidige uitvinding niet beperkt is tot de uitvoeringsvormen die hierboven beschreven zijn en dat enkele aanpassingen of veranderingen aan de beschreven voorbeelden en figuren kunnen toegevoegd worden zonder de toegevoegde conclusies te herwaarderen.37. Sleeve It is believed that the present invention is not limited to the embodiments described above and that some modifications or changes may be added to the described examples and figures without revising the appended claims.

Claims (15)

CONCLUSIESCONCLUSIONS 1. Een bouwelement 1 voor het vormen van een uitkragend raam 14, welk bouwelement 1 een tunnelvormig frame 2 omvat dat een interne ruimte 25 omsluit en open einddelen 7, 8 bevat, waarbij een eerste einddeel 7 van het frame 2 een bevestigingseinddeel 7 is, geconfigureerd voor bevestiging van het bouwelement 1 in en/of over een gebouwopening 9, en waarbij een tweede einddeel 8 van het frame 2 een raameinddeel 8 is, geconfigureerd voor opname van een raam 18, het bouwelement 1 verder omvattende een isolerende mantel 3 die het frame 2 omsluit, met het kenmerk, dat het frame 2 één of meerdere, verbonden metalen plaatstructuren 4, 5, 6, 6’ omvat.A building element 1 for forming a cantilevered window 14, which building element 1 comprises a tunnel-shaped frame 2 enclosing an internal space 25 and comprising open end parts 7, 8, a first end part 7 of the frame 2 being a fastening end part 7, configured for mounting the building element 1 in and/or over a building opening 9, and wherein a second end portion 8 of the frame 2 is a window end portion 8, configured for receiving a window 18, the building element 1 further comprising an insulating sheath 3 covering the encloses frame 2, characterized in that the frame 2 comprises one or more connected metal sheet structures 4, 5, 6, 6'. 2. Het bouwelement 1 volgens voorgaande conclusie 1, met het kenmerk, dat de genoemde plaatstructuren 4, 5, 6, 6’ zijn verbonden tot een koker.The building element 1 according to the preceding claim 1, characterized in that said plate structures 4, 5, 6, 6' are connected to form a tube. 3. Het bouwelement 1 volgens één der voorgaande conclusies 1 en 2, met het kenmerk, dat het frame 2 een rechthoekig profiel omvat.The building element 1 according to any one of the preceding claims 1 and 2, characterized in that the frame 2 comprises a rectangular profile. 4, Het bouwelement 1 volgens één der voorgaande conclusies 1 tot en met 3, met het kenmerk, dat de plaatstructuren 4, 5, 6, 6 zijn voorzien van één of meerdere verstevigingsribben 16.The building element 1 according to any one of the preceding claims 1 to 3, characterized in that the plate structures 4, 5, 6, 6 are provided with one or more reinforcing ribs 16. 5. Het bouwelement 1 volgens voorgaande conclusie 4, met het kenmerk, dat de isolerende mantel 3 zich over en langsheen de genoemde verstevigingsribben 16 uitstrekt.The building element 1 according to the preceding claim 4, characterized in that the insulating sheath 3 extends over and along said reinforcing ribs 16. 6. Het bouwelement 1 volgens één der voorgaande conclusies 4 en 5, met het kenmerk, dat de verstevigingsribben 16 minstens één langsrib omvatten.The building element 1 according to any one of the preceding claims 4 and 5, characterized in that the reinforcing ribs 16 comprise at least one longitudinal rib. 7. Het bouwelement 1 volgens één der voorgaande conclusies 4 tot en met 6, met het kenmerk, dat de verstevigingsribben 16 minstens één omtreksrib omvatten.The building element 1 according to any one of the preceding claims 4 to 6, characterized in that the reinforcing ribs 16 comprise at least one circumferential rib. 8. Het bouwelement 1 volgens één der voorgaande conclusies 4 tot en met 7, met het kenmerk, dat de isolerende mantel 3 een eerste 3’ en een tweede 3” mantellaag omvat.The building element 1 according to any one of the preceding claims 4 to 7, characterized in that the insulating sheath 3 comprises a first 3' and a second 3" sheath layer. 9. Het bouwelement 1 volgens voorgaande conclusie 8, met het kenmerk, dat de eerste mantellaag 3’ zich langsheen de verstevigingsribben 16 uitstrekt, en dat de tweede mantellaag 3” zich over de verstevigingsribben 16 uitstrekt.The building element 1 according to the preceding claim 8, characterized in that the first cladding layer 3' extends along the reinforcing ribs 16, and in that the second cladding layer 3' extends over the reinforcing ribs 16. 10.Het bouwelement 1 volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het bevestigingseinddeel 7 een bevestigingsflens 12 omvat.The building element 1 according to any one of the preceding claims, characterized in that the fastening end part 7 comprises a fastening flange 12. 11.Het bouwelement 1 volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het bevestigingseinddeel 7 een bevestigingslip 11 omvat.The building element 1 according to any one of the preceding claims, characterized in that the fastening end part 7 comprises a fastening lip 11. 12. Het bouwelement 1 volgens voorgaande conclusie 11, met het kenmerk, dat de genoemde plaatstructuur 4, 5, 6, 6’ aan het bevestigingseinddeel 7 uitloopt op een bevestigingslip 11.The building element 1 according to the preceding claim 11, characterized in that said plate structure 4, 5, 6, 6' ends at the fastening end part 7 on a fastening lip 11. 13.Het bouwelement 1 volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het verder nog een binnenbekleding 29 en/of een buitenbekleding 30 omvat.The building element 1 according to any one of the preceding claims, characterized in that it further comprises an inner lining 29 and/or an outer lining 30. 14. Een gevelstructuur 20, welke gevelstructuur is voorzien van een bouwelement 1 volgens één der conclusies 1 tot en met 13.A facade structure 20, which facade structure is provided with a building element 1 according to any one of claims 1 to 13. 15.Een werkwijze voor het plaatsen van een uitkragend raam 14, de werkwijze omvattende het bevestigen van een bouwelement 1 volgens één der conclusies 1 tot en met 13, in en/of over een gebouwopening 9.A method for placing a cantilevered window 14, the method comprising fixing a building element 1 according to any one of claims 1 to 13, in and/or over a building opening 9.
NL2023199A 2018-05-28 2019-05-27 METHOD AND CONSTRUCTION ELEMENT FOR FORMING A COVERING WINDOW NL2023199B1 (en)

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2018/5342A BE1025987B1 (en) 2018-05-28 2018-05-28 Method and building element for forming a protruding window

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL2023199A NL2023199A (en) 2019-12-02
NL2023199B1 true NL2023199B1 (en) 2021-05-31

Family

ID=62554930

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2023199A NL2023199B1 (en) 2018-05-28 2019-05-27 METHOD AND CONSTRUCTION ELEMENT FOR FORMING A COVERING WINDOW

Country Status (5)

Country Link
BE (2) BE1025987B1 (en)
DE (1) DE202019002273U1 (en)
FR (1) FR3081491B1 (en)
LU (1) LU101253B1 (en)
NL (1) NL2023199B1 (en)

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2198039A1 (en) * 1972-09-07 1974-03-29 Barets Jean Prefabricated facade panel - with metal frame embedded in polyurethane
GB1574546A (en) * 1978-03-31 1980-09-10 Imi Finance Ltd Windows
DE7917385U1 (en) * 1979-06-18 1981-08-13 Stuff, Georg, 5950 Finnentrop FRAME FOR WINDOWS AND / OR DOORS, ESPECIALLY FOR BASEMENT WINDOWS
US5400557A (en) 1992-11-12 1995-03-28 Glover; J. Raymond Window unit
US7424791B2 (en) 2004-04-27 2008-09-16 Window Support Systems, Inc. Cable bracket apparatus
DE202004010764U1 (en) * 2004-07-09 2004-09-09 Essmann Gmbh & Co. Kg Mounting rim for light domes etc has internal profile of material with higher heat resistance than its associated external profile
US20060042178A1 (en) 2004-08-27 2006-03-02 Karl Hetzel Garden window sub frame assemblies
DE102007027313A1 (en) * 2007-06-14 2008-12-18 Vysoke uceni technicke v Brne, Fakulta stavebni, ustav pozemniho stavitelstvi Blend framework e.g. for putting windows into building walls, has formed profile which has base plate arranged with frame and length of sides at two flat sides has tabs
DK1918500T3 (en) * 2007-08-03 2009-06-15 Vut V Brne Fakulta Stavebni Us Frame
FR3003290B1 (en) * 2013-03-18 2015-08-21 Ixia Fixation FRAME FOR FIXING ON A WALL, THE DORMANT OF AN OPENER, SUCH AS A WINDOW, A DOOR, A WINDOW DOOR.

Also Published As

Publication number Publication date
BE1025987B1 (en) 2019-08-30
FR3081491A1 (en) 2019-11-29
BE1026352A1 (en) 2020-01-10
DE202019002273U8 (en) 2019-11-07
NL2023199A (en) 2019-12-02
FR3081491B1 (en) 2022-05-13
BE1026352B1 (en) 2020-04-15
LU101253B1 (en) 2019-11-28
DE202019002273U1 (en) 2019-08-20

Similar Documents

Publication Publication Date Title
AU753704B2 (en) Folding telescopic prefabricated framing units for non-load-bearing walls
RU2389634C2 (en) System of premises, vessel, building and method for design of premises system
US9068370B1 (en) Wind resistant modular ISO building
US9238937B2 (en) Flashing and joiner for window installations
JP5873086B2 (en) Folding construction unit
JP2013532784A5 (en)
RU2298619C2 (en) Outer wall panel and wall structure
NL2023199B1 (en) METHOD AND CONSTRUCTION ELEMENT FOR FORMING A COVERING WINDOW
NL2004640C2 (en) SYSTEM AND METHOD FOR COMPOSING AN EXTERIOR WALL OF A BUILDING.
US20200378134A1 (en) Metal or alloy framed insulated building cladding system
NL2008401C2 (en) Prefabricated, floorless, self-supporting modular unit.
BE1025346B1 (en) RECOGNITION SYSTEM AND METHOD FOR MOUNTING A RECOGNITION SYSTEM
RU2282697C1 (en) Method for multilayer building wall erection
WO2011137478A1 (en) Elongate building panel improvement
US9163423B1 (en) Single container wind resistant modular ISO building
ITMI20061233A1 (en) HOUSE OF PREFABRICATED AND TRANSPORTABLE TYPE
CN208486366U (en) A kind of steel construction ardealite building
AU2010212272A1 (en) A demountable building
US2362187A (en) Panel or unit for buildings and building constructed therefrom
CN218176249U (en) Light steel keel with good structural strength
FR2627791A1 (en) Load-bearing insulated wall - with air spaces between its faces and insulation retained by PVC rails
KR20040093587A (en) The open joint outer wall panel
NL1039096C2 (en) METHOD FOR MANUFACTURING BUILDING ELEMENTS AND OF A BUILDING UNIT USING SUCH BUILDING ELEMENTS.
AU2013100693B4 (en) Elongate building panel improvement
WO2016005772A1 (en) Fascia panels