NL2019973B1 - Inrichting met een verbrandingsmotor, werkwijze en samenstel voor het verschaffen van elektrisch vermogen. - Google Patents

Inrichting met een verbrandingsmotor, werkwijze en samenstel voor het verschaffen van elektrisch vermogen. Download PDF

Info

Publication number
NL2019973B1
NL2019973B1 NL2019973A NL2019973A NL2019973B1 NL 2019973 B1 NL2019973 B1 NL 2019973B1 NL 2019973 A NL2019973 A NL 2019973A NL 2019973 A NL2019973 A NL 2019973A NL 2019973 B1 NL2019973 B1 NL 2019973B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
combustion engine
reservoir
drive
dynamo
gas
Prior art date
Application number
NL2019973A
Other languages
English (en)
Inventor
Van Der Toorn Aart
Original Assignee
Acodeq Vastgoed B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Acodeq Vastgoed B V filed Critical Acodeq Vastgoed B V
Priority to NL2019973A priority Critical patent/NL2019973B1/nl
Priority to PCT/NL2018/050715 priority patent/WO2019103601A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2019973B1 publication Critical patent/NL2019973B1/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F02COMBUSTION ENGINES; HOT-GAS OR COMBUSTION-PRODUCT ENGINE PLANTS
    • F02NSTARTING OF COMBUSTION ENGINES; STARTING AIDS FOR SUCH ENGINES, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • F02N9/00Starting of engines by supplying auxiliary pressure fluid to their working chambers
    • F02N9/04Starting of engines by supplying auxiliary pressure fluid to their working chambers the pressure fluid being generated otherwise, e.g. by compressing air
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F01MACHINES OR ENGINES IN GENERAL; ENGINE PLANTS IN GENERAL; STEAM ENGINES
    • F01BMACHINES OR ENGINES, IN GENERAL OR OF POSITIVE-DISPLACEMENT TYPE, e.g. STEAM ENGINES
    • F01B25/00Regulating, controlling, or safety means
    • F01B25/02Regulating or controlling by varying working-fluid admission or exhaust, e.g. by varying pressure or quantity
    • F01B25/14Regulating or controlling by varying working-fluid admission or exhaust, e.g. by varying pressure or quantity peculiar to particular kinds of machines or engines
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F02COMBUSTION ENGINES; HOT-GAS OR COMBUSTION-PRODUCT ENGINE PLANTS
    • F02BINTERNAL-COMBUSTION PISTON ENGINES; COMBUSTION ENGINES IN GENERAL
    • F02B1/00Engines characterised by fuel-air mixture compression
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F01MACHINES OR ENGINES IN GENERAL; ENGINE PLANTS IN GENERAL; STEAM ENGINES
    • F01BMACHINES OR ENGINES, IN GENERAL OR OF POSITIVE-DISPLACEMENT TYPE, e.g. STEAM ENGINES
    • F01B25/00Regulating, controlling, or safety means
    • F01B25/02Regulating or controlling by varying working-fluid admission or exhaust, e.g. by varying pressure or quantity
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F01MACHINES OR ENGINES IN GENERAL; ENGINE PLANTS IN GENERAL; STEAM ENGINES
    • F01LCYCLICALLY OPERATING VALVES FOR MACHINES OR ENGINES
    • F01L13/00Modifications of valve-gear to facilitate reversing, braking, starting, changing compression ratio, or other specific operations
    • F01L13/04Modifications of valve-gear to facilitate reversing, braking, starting, changing compression ratio, or other specific operations for starting by means of fluid pressure

Abstract

Het onderhavige octrooidocument heeft betrekking op een inrichting en een werkwijze voor het verschaffen van elektrisch vermogen, de inrichting omvattende: de verbrandingsmotor die is geconfigureerd om mechanische energie te genereren; een dynamo voor het verschaffen van elektrisch vermogen, waarbij de dynamo is gekoppeld met een aandrijving die aandrij fbaar is door de verbrandingsmotor via een mechanische koppeling; een drukreservoir die is geconfigureerd om een gas onder druk op te slaan; en een compressor die is geconfigureerd om het gas te comprimeren tot een druk hoger dan atmosferische druk, waarbij de aandrijving van de dynamo verder is geconfigureerd om door het gas onder druk aangedreven te worden.

Description

Inrichting met een verbrandingsmotor, werkwijze en samenstel voor het verschaffen van elektrisch vermogen
De onderhavige octrooiaanvrage heeft betrekking op een inrichting met een verbrandingsmotor, een werkwijze voor het verschaffen van elektrisch vermogen en een samenstel van een dynamo voor het verschaffen van elektrisch vermogen en een aandrijving voor het aandrijven van de dynamo.
Voor het verschaffen van elektrisch vermogen aan een inrichting met een verbrandingsmotor zoals een voertuig, bijv. een auto, worden over het algemeen oplaadbare accumulators gebruikt. Deze accumulatoren, ofwel accu’s, zijn weinig milieuvriendelijk vanwege het gebruik van bijv. lood in loodaccu’s en andere schadelijke en/of giftige stoffen.
Het is een doel van de onderhavige octrooiaanvrage om een milieuvriendelijkere elektriciteitsvoorziening voor dergelijke inrichtingen met verbrandingsmotor te verschaffen.
Volgens een eerste aspect verschaft de onderhavige octrooiaanvrage een inrichting met een verbrandingsmotor omvattende: de verbrandingsmotor die is geconfigureerd om mechanische energie te genereren; een dynamo voor het verschaffen van elektrisch vermogen, waarbij de dynamo is gekoppeld met een aandrijving die aandrijfbaar is door de verbrandingsmotor via een mechanische koppeling; een drukreservoir die is geconfigureerd om een gas onder druk op te slaan; en een compressor die is geconfigureerd om het gas te comprimeren tot een druk hoger dan atmosferische druk, waarbij de aandrijving van de dynamo verder is geconfigureerd om door het gas onder druk aangedre ven te worden.
De compressor comprimeert het gas, bij voorkeur lucht uit de omgeving van de inrichting, waarna het gas onder druk wordt opgeslagen in het drukreservoir, bijv. een gasfles. Doordat de aandrijving van de dynamo is ingericht om aangedreven te worden door het gas onder druk, bijv. door middel van een fan of een pneumatische motor, kan de dynamo ook elektrisch vermogen genereren wanneer de motor van de inrichting niet draait. Hierdoor heeft de inrichting volgens de uitvinding geen accu nodig. Een dergelijke inrichting zonder accu is verder in hel bijzonder geschikt voor zeer koude of zeer warme klimaten, aangezien accu’s in dergelijke omstandigheden een korte levensduur kennen en de inrichting gas onder druk daar in grote mate ongevoelig voor is.
De inrichting kan elke machine zijn met een verbrandingsmotor en die elektrisch vermogen nodig heeft, of dient te verschaffen, waarbij het elektrisch vermogen wordt verkregen door middel van een dynamo. De inrichting kan een voertuig of vaartuig zijn. Hierbij kan gedacht worden aan auto’s, vrachtauto’s, graafmachines, tractoren, schepen, etc. etc. Ook zal het duidelijk zijn, dal de inrichting met verbrandingsmotor stationair kan zijn ingericht, bijvoorbeeld een generator of andere stationaire machines.
In een uitvoeringsvorm is de inrichting geconfigureerd om de compressor aan te drijven met de verbrandingsmotor. Bij voorkeur wordt de compressor aangedreven door de verbrandingsmotor via een mechanische overbrenging. Deze mechanische overbrenging een samenstel van assen, pulleys en/of v-snaren omvatten.
In een uitvoeringsvorm omvat het drukreservoir drie subreservoirs, waarbij een eerste van de subreservoirs een reservereservoir is, een tweede subreservoir die pneumatisch in verbinding is met de aandrijving van de dynamo, en een derde subreservoir die pneumatisch in verbinding is met een aandrijving van de startmotor. Toepassing van een dergelijke verdeling zorgt ervoor dat er altijd voldoende gas onder druk is, ten minste in het reservereservoir om ten minste de motor te starten. Wanneer de motor gestart is kan de compressor wederom worden aangedreven om het drukreservoir te vullen met gas onder druk. Wanneer de motor draait zal de generator elektrisch vermogen genereren door aandrijving van de motor, waardoor het elektrisch systeem van. of gekoppeld met, de inrichting voorzien wordt van elektrisch vermogen.
De subreservoirs kunnen worden ingericht als aparte reservoirs, zoals aparte gasflessen.
Het drukreservoir kan ook als een eenheid worden ingericht, met daarin de drie subreservoirs. Deze laatste uitvoering heeft het voordeel dat het volume en gebruik van materialen voor de wand van de reservoirs verkleind kunnen worden. hi een uitvoeringsvorm is de compressor ingericht om het gas te comprimeren tot een druk van ten minste 50 bar, bij voorkeur ten minste 100 bar, meest voorkeur ten minste 200 bar. Toepassing van dergelijke drukken zorgt ervoor dat het volume van het druksysteem omvattende de compressor, drukreservoir en gasleidingen gereduceerd wordt.
In een uitvoeringsvorm is het drukreservoir ingericht om gas onder druk op te slaan bij een druk van 100 bar, bij voorkeur 200 bar, meest voorkeur 300 bar. Door deze uitvoeringsvorm wordt het volume van het druksysteem omvattende de compressor, drukreservoir en gasleidingen gereduceerd.
In een uitvoeringsvorm omvat de inrichting verder een startmotor die is geconfigureerd voor het starten van de verbrandingsmotor, waarbij de startmotor is ingericht om pneumatisch te worden aangedreven door het gas onder druk.
In een alternatieve uitvoeringsvorm, wanneer de verbrandingsmotor cilinders omvat, is de verbrandingsmotor geconfigureerd om de cilinders aan te drijven met het gas onder druk om de verbrandingsmotor te starten.
In een verdere uitvoeringsvorm, omvat de inrichting verder een veerinrichting, welke veerinrichting een veer omvat, waarbij de veerinrichting is ingericht om door het ontspannen van de veer de verbrandingsmotor te starten en waarbij de veerinrichting is ingericht om gespannen te worden door de verbrandingsmotor.
In een uitvoeringsvorm omvat de inrichting verder een drukgasafgifteorgaan dat is geconfigureerd voor het gasdicht koppelen met, en afgeven van het gas onder druk aan, een gasreservoir van een draagbaar pneumatisch apparaat. Bij voorkeur is het draagbare pneumatische apparaat een zaklamp die is ingericht om licht op te wekken met behulp van het gas onder druk dat is opgeslagen in het gasreservoir. Deze uitvoeringsvorm is bijzonder toepasselijk voor hulpdiensten zoals brandweer en politie.
In een uitvoeringsvorm omvat de inrichting of de compressor een elektrische aansluiting, die wanneer aangesloten op een elektriciteitstoevoer, via elektrische verbinding de compressor elektrisch aan kan drijven. Dit heeft het voordeel dat, wanner het drukreservoir onverhoopt leeg is, de compressor kan worden aangedreven door middel van elektrisch vermogen om zo het drukreservoir te vullen met perslucht. De inrichting, of de compressor, omvat bij voorkeur verder een koppeling voor het mechanisch koppelen en ontkoppelen van de compressor met de verbrandingsmotor. Hierbij kan worden ontkoppeld, wanneer de compressor elektrisch wordt aangedreven via de aansluiting.
In een uitvoeringsvorm, omvat de compressor een schuifankermotor, waarbij de schuifankermotor de koppeling omvat.
Het genereren van mechanische energie door de verbrandingsmotor gebeurt door omzetting van chemische energie uit een brandstof naar mechanische energie.
Volgens een tweede aspect verschaft de onderhavige octrooiaanvrage een werkwijze voor het verschaffen van elektrisch vermogen door een inrichting met een verbrandingsmotor, waarbij de inrichting een dynamo voor het verschaffen van elektrisch vermogen, een drukreservoir voor het opslaan van gas onder druk en de verbrandingsmotor die is geconfigureerd om mechanische energie te genereren omvat, de werkwijze omvattende: het opslaan van gas onder druk in het drukreservoir; het aandrijven van de dynamo met behulp hel gas onder druk wanneer de motor niet in bedrijf is; het genereren van elektrisch vermogen door de door het gas onder druk aangedreven dynamo; het verschaffen van elektrisch vermogen opgewekt door de dynamo aan een elektrisch systeem van, of gekoppeld aan, de inrichting.
Voordelen van de inrichting volgens het eerste aspect zijn van toepassing op de werkwijze en vice versa. Ook kenmerken van de inrichting kunnen worden toegepast in de werkwijze.
In een uitvoeringsvorm omvat het aandrijven het aandrijven van de dynamo met behulp van mechanische energie die wordt opgewekt door de motor wanneer de motor in bedrijf is.
In een uitvoeringsvorm omvat het drukreservoir drie subreservoirs, waarbij een eerste van de subreservoirs een reservereservoir is, waarbij de motor een verbrandingsmotor is die wordt gestart met gas onder druk uit het reservereservoir wanneer tweede en derde subreservoirs onvoldoende gas onder druk bevatten.
In een uitvoeringsvorm is het tweede subreservoir pneumatisch in verbinding met een pneumatische aandrijving van de dynamo en het derde subreservoir pneumatisch in verbinding met een aandrijving van de startmotor of direct met de verbrandingsmotor om de verbrandingsmotor te starten.
Volgens een derde aspect wordt samenstel verschaft, het samenstel omvattende een dynamo voor het verschaffen van elektrisch vermogen en een aandrijving voor het aandrijven van de dynamo, waarbij de aandrijving is geconfigureerd om de dynamo aan te drijven zowel via een mechanische koppeling met een verbrandingsmotor als door een pneumatische aandrijving door gas onder druk.
De mechanische koppeling kan met een as, poelie, snaar etc. verkregen worden. De pneumatisch aandrijving kan een fan zijn of een pneumatische motor bijv. zoals toegepast in pneumatische gereedschappen. De dynamo van het samenstel kan een dynamo zijn zoals toegepast in de inrichting volgens het eerste aspect en de werkwijze volgens het tweede aspect. Het samenstel is bij voorkeur voor gebruik in de inrichting volgens het eerste aspect en de werkwijze volgens het tweede aspect.
Verdere voordelen, kenmerken en details van de onderhavige uitvinding zullen worden verduidelijkt aan de hand van de navolgende beschrijving van figuren die betrekking hebben op een voorkeursuitvoeringsvorm daarvan, waarin tonen:
Fig. 1 een schematisch zijaanzicht van een voertuig volgens een voorkeursuitvoeringsvorm;
Fig. 2 een schematisch processchema van een persluchtsysteem van het voertuig van Fig. 1 volgens een voorkeursuitvoeringsvorm ; en
Fig. 3 een schematisch processchema van een persluchtsysteem van het voertuig van Fig. 1 volgens een andere voorkeursuitvoeringsvorm.
De inrichting, uitgevoerd als een voertuig 1, omvat een persluchtsysteem 2. Het persluchtsysteem 2 is geschikt voor toepassing bij een verbrandingsmotor 10. Het persluchtsysteem 2 omvat een compressor 12 voor het comprimeren van lucht dat binnenkomt via luchtinlaat 14. De compressor 12 is ingericht om mechanisch te worden aangedreven door de verbrandingsmotor 10. Daartoe omvat een mechanische koppeling een eerste as 16 die is verbonden met de verbrandingsmotor 10, en een tweede as 20 voor het mechanisch aandrijven van de compressor 12. De eerste en tweede assen 16 en 20 zijn verbonden via pulleys en v-snaar 18.
De compressor 12 levert gecomprimeerde lucht via gasleiding 30 aan drukreservoir 32. De compressor 12 is bij voorkeur ingericht voor het realiseren van een druk van ten minste 200 bar. Uiteraard kim ook gecomprimeerd worden tot lagere drukken, bijv. 100 bar, of hogere drukken bijv. 300 bar, al naar gelang het soort voertuig, de benodigde opslag van pneumatische energie en gewichtseisen van het persluchtsysteem 2. Een hogere druk, zoals 200 of 300 bar, heeft het voordeel dat het volume van het drukreservoir 32 verkleind kan worden. Het drukreservoir 32 is complementair aan het toegepaste drukbereik van de compressor 12 ingericht.
In de getoonde uitvoeringsvormen is het drukreservoir ingericht in drie subreservoirs, namelijk eerste subreservoir 34, tweede subreservoir 36 en derde subreservoir 38. Het eerste subreservoir 34 is ingericht als een reservereservoir, en kan via klep 62 in verbinding worden gesteld met het derde subreservoir 38. Ook kan het reservereservoir 34 via klep 58 de rol van tweede subreservoir 36 innemen. Daarnaast kan door ook klep 42 te openen het reservereservoir in verbinding worden gesteld met het tweede subreservoir 36.
Het tweede subreservoir 36 is hier ingericht om pneumatische startmotor 44 aan te drijven. De startmotor 44 is in mechanische verbinding via de mechanische koppeling 46 met de verbrandingsmotor 10 om deze te starten. De startmotor 44 omvat een pneumatische motor die pneumatische energie omzet in beweging voor de aandrijving door de perslucht. De toepassing van een pneumatische startmotor heeft het voordeel, dat bestaande verbrandingsmotoren kunnen worden toegepast, waarbij alleen de startmotor naar een pneumatische versie veranderd behoeft te worden.
Alternatief is de verbrandingsmotor 10 zodanig ingericht, dat deze met perslucht kan worden gestart zonder toepassing van een aparte startmotor. Door deze uitvoering kan het gewicht van het voertuig worden verlaagd. Een dergelijke verbrandingsmotor kan bijv. zijn ingericht om de cilinders met toepasselijke aansturing, bijv. van kleppen, direct met de perslucht aan te drijven.
In een verder alternatief, zoals schematisch aangeduid in fig. 3, wordt de verbrandingsmotor 10 gestart door een veerinrichting 440, die via een mechanische koppeling 460 in verbinding is met de verbrandingsmotor 10. De veerinrichting 440 kan een spiraalveer omvatten, die na het starten wordt gespannen door een verdere mechanische koppeling 462 met de verbrandingsmotor 10, bijvoorbeeld door rotatie van een met de veerinrichting verbonden as, poelies en een snaar die in verbinding staan met een draaiende as van de verbrandingsmotor. De spiraalveer is zodanig gekozen, dat deze een voldoende mechanisch vermogen levert om de verbrandingsmotor te starten. Verder kan de veerinrichting 440 een zijn ingericht om te ontkoppelen van de verbrandingsmotor 10 wanneer de veer volledig is gespannen. Wanneer een gebruiker van het voertuig de motor wil starten, zal, via een koppeling met een invoer daartoe op het gebruikerspaneel, de veerinrichting 440 ontspannen en zo de verbrandingsmotor 10 starten.
In de getoonde uitvoeringsvormen van fig. 2 en 3 wordt de compressor niet aangedreven, wanneer de verbrandingsmotor 10 uit staat. Wanneer het tweede subreservoir 36 leeg is, kan het reservereservoir 34 worden gebruikt om via klep 58 de motor alsnog te starten met de startmotor 44.
Het derde subreservoir 38 is in pneumatische verbinding met een pneumatische aandrijving 52 die is gekoppeld aan de dynamo 24 om de dynamo 24 aan te drijven. De pneumatische verbinding kan worden gevormd door pneumatische koppeling of leiding 48. Door toepassing van klep 50 kan de toevoer naar de aandrijving 52 worden bestuurd. De kleppen 42, 50, 58, 62 en/of 66 kunnen bestuurbaar worden ingericht wanneer gewenst. Hierbij kunnen de kleppen open en dicht worden gezet. Ook kan worden gedacht aan het regelen op een drukverschil voor en na de resp. klep of een gewenste uitgangsdruk van de kleppen, afhankelijk van bijv. het gevraagde vermogen bij de startmotor 44, aandrijving 52, enz.
De dynamo 24 is zow'el aandrijfbaar door de pneumatische aandrijving 52 als door de verbrandingsmotor via een mechanische koppeling, uitgevoerd als as 22, die in mechanische verbinding staat met de verbrandingsmotor. De as 22 kan worden ontkoppeld van de aandrijfas van de dynamo 24 door koppeling 72, bijv. wanneer geen stroom nodig is in het voertuig. De pneumatische aandrijving 52 van de dynamo is in verbinding met het hoofddeel van de dynamo via een as 54. De aandrijving voor de dynamo, w'elke aandrijving de mechanische koppeling, bijv. as 22, en de pneumatische aandrijving 52 omvat, kan als een eenheid uitgevoerd zijn, zodat dit gemakkelijk te gebruiken is met bekende dynamo’s. Ook kan een dynamo samen met de aandrijving ontwikkeld worden. De dynamo 24 kan ingericht zijn voor het verschaffen van DC-stroom of voor AC-stroom via elektrische verbinding 26 aan het elektrisch systeem 28. De dynamo 22 kan voor het genereren van elektrisch vermogen een stator, een rotor en spoelen omvatten.
Verder kan het pers luchtsysteem of de compressor 12 een elektrische aansluiting 80 omvatten, die, wanneer aangesloten op een elektriciteitstoevoer, via elektrische verbinding 82 de compressor elektrisch aan kan drijven. Dit heeft het voordeel dat, wanneer het drukreservoir onverhoopt leeg is, de compressor kan worden aangedreven door middel van elektrisch vermogen om zo het drukreservoir te vullen met perslucht. Het persluchtsysteem 2, of de compressor 12, omvat verder een koppeling 70 voor het mechanisch koppelen en ontkoppelen van de compressor met de verbrandingsmotor 10. Hierbij kan worden ontkoppeld, wanneer de compressor elektrisch wordt aangedreven via de aansluiting 80. In een gunstige uitvoeringsvorm, omvat de compressor een schuifankermotor (niet getoond), waarbij de schuifankermotor de koppeling 70 omvat. Een schuifankermotor is een zelfremmende elektromotor, met conisch uitgevoerde rotor en stator en een rem of koppeling. Wanneer de elektromotor elektrisch bekrachtigd wordt door elektrische aansluiting 80, zal de koppeling (rem) loslaten. Wanneer de verbrandingsmotor draait en de elektromotor niet bekrachtigd is, zal de schuifankermotor vanzelf de koppeling 70 sluiten door het zeifremmen van de koppeling, en zal de compressor 12 worden aangedreven door de verbrandingsmotor 10.
Daarnaast kan het persluchtsysteem 2 zijn uitgerust met een persluchtaansluiting 96, waarmee via pneumatische verbinding 84 het drukreservoir 32 gevuld kan worden. In het bijzonder is deze uitvoering van toepassing op industriële voertuigen of stationaire machines met een verbrandingsmotor, waar een persluchtaansluiting aanwezig lean zijn. Deze aansluiting 96 kan gebruikt worden, wanneer het drukreservoir 32 onverhoopt leeg is geraakt, waardoor de verbrandingsmotor 10 wellicht niet meer gestart kan worden.
In de uitvoeringsvorm van fig. 2 is het derde subreservoir 38 in pneumatische verbinding met afgiftepunt 68 voor het afgeven van gas onder druk aan een wegneembaar apparaat, zoals een zaklamp die is ingericht om licht te genereren met behulp van pneumatisch energie. Daartoe hebben het afgiftepunt 68 en het wegneembaar apparaat complementaire koppelingen voor het gasdicht koppelen van het afgiftepunt 68 en het wegneembaar apparaat.
De onderhavige uitvinding is niet beperkt tot de boven beschreven voorkeursuitvoeringsvormen daarvan; de gevraagde rechten worden bepaald door de navolgende conclusies binnen de strekking waarvan velerlei modificaties denkbaar zijn.

Claims (17)

1. Inrichting met een verbrandingsmotor, de inrichting omvattende: de verbrandingsmotor die is geconfigureerd om mechanische energie te genereren; een dynamo voor het verschaffen van elektrisch vermogen, waarbij de dynamo is gekoppeld met een aandrijving die aandrijfbaar is door de verbrandingsmotor via een mechanische koppeling; een drukreservoir die is geconfigureerd om een gas onder druk op te slaan; en een compressor die is geconfigureerd om het gas te comprimeren tot een druk hoger dan atmosferische druk, waarbij de aandrijving van de dynamo verder is geconfigureerd om door het gas onder druk aangedreven te worden.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de inrichting is geconfigureerd om de compressor aan te drijven met de verbrandingsmotor.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij het drukreservoir drie subreservoirs omvat, waarbij een eerste van de subreservoirs een reservereservoir is, een tweede subreservoir die pneumatisch in verbinding is met de aandrijving van de dynamo, en een derde subreservoir die pneumatisch in verbinding is met een aandrijving van de startmotor.
4. Inrichting volgens een van conclusies 1 tot en met 3, waarbij de compressor is ingericht om het gas te comprimeren tot een druk van ten minste 50 bar, bij voorkeur ten minste 100 bar, meest voorkeur ten minste 200 bar.
5. Inrichting volgens een van conclusies 1 tot en met 4, waarbij het drukreservoir is ingericht om gas onder druk op te slaan bij een druk van 100 bar, bij voorkeur 200 bar, meest voorkeur 300 bar.
6. Inrichting volgens een van conclusies 1 tot en met 5, waarbij de inrichting verder een startmotor omvat die is geconfigureerd om de verbrandingsmotor te starten, waarbij de startmotor is geconfigureerd om pneumatisch te worden aangedreven door het gas onder druk.
7. Inrichting volgens een van conclusies 1 tot en met 6, waarbij de verbrandingsmotor cilinders omvat, waarbij de verbrandingsmotor is geconfigureerd om met het gas onder druk de cilinders aan te drijven om de verbrandingsmotor te starten.
8. Inrichting volgens een van conclusies 1 tot en met 7, waarbij de inrichting verder een veerinrichting omvat, welke veerinrichting een veer omvat, waarbij de veerinrichting is ingericht om door het ontspannen van de veer de verbrandingsmotor te starten en waarbij de veerinrichting is ingericht om gespannen te worden door de verbrandingsmotor.
9. Inrichting volgens een van conclusies 1 tot en met 8, verder omvattende een afgifteorgaan dat is geconfigureerd voor het gasdicht koppelen met, en afgeven van het gas onder druk aan, een gasreservoir van een draagbaar pneumatisch apparaat.
10. Inrichting volgens conclusie 9, waarbij het draagbare pneumatische apparaat een zaklamp is die is ingericht om licht op te wekken met behulp van het gas onder druk dat is opgeslagen in het gasreservoir.
11. Werkwijze voor het verschaffen van elektrisch vermogen door een inrichting met een verbrandingsmotor, waarbij de inrichting een dynamo voor het verschaffen van elektrisch vermogen, een drukreservoir voor het opslaan van gas onder druk en de verbrandingsmotor die is geconfigureerd om mechanische energie te genereren omvat, de werkwijze omvattende: het opslaan van gas onder druk in het drukreservoir; het aandrijven van de dynamo met behulp het gas onder druk wanneer de motor niet in bedrijf is; het genereren van elektrisch vermogen door de door het gas onder druk aangedreven dynamo; het verschaffen van elektrisch vermogen opgewekt door de dynamo aan een elektrisch systeem van, of gekoppeld aan, de inrichting.
12. Werkwijze volgens conclusie 11, verder omvattende het aandrijven van de dynamo met behulp van mechanische energie die wordt opgewekt door de verbrandingsmotor wanneer de verbrandingsmotor in bedrijf is.
13. Werkwijze volgens conclusie 11 of 12, waarbij het drukreservoir drie subreservoirs omvat, waarbij een eerste van de subreservoirs een reservereservoir is, waarbij de verbrandingsmotor een verbrandingsmotor is die wordt gestart met het gas onder druk uit het reservereservoir wanneer tweede en/of derde subreservoirs onvoldoende gas onder druk bevatten.
14. Werkwijze volgens conclusie 13, waarbij het tweede subreservoir pneumatisch in verbinding is met een pneumatische aandrijving van de dynamo, en het derde subreservoir pneumatisch in verbinding is met een aandrijving van de startmotor of direct met de verbrandingsmotor om de verbrandingsmotor te starten.
15. Inrichting volgens een van conclusies 1 tot en met 14, waarbij de inrichting een voertuig of een vaartuig is.
16. Samenstel van een dynamo voor het verschaffen van elektrisch vermogen en een aandrijving voor het aandrijven van de dynamo, waarbij de aandrijving is geconfigureerd om de dynamo aan te drijven zowel via een mechanische koppeling met een verbrandingsmotor als door een pneumatische aandrijving door gas onder druk.
17. Voertuig of vaartuig omvattende het samenstel volgens conclusie 16.
NL2019973A 2017-11-24 2017-11-24 Inrichting met een verbrandingsmotor, werkwijze en samenstel voor het verschaffen van elektrisch vermogen. NL2019973B1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2019973A NL2019973B1 (nl) 2017-11-24 2017-11-24 Inrichting met een verbrandingsmotor, werkwijze en samenstel voor het verschaffen van elektrisch vermogen.
PCT/NL2018/050715 WO2019103601A1 (en) 2017-11-24 2018-10-26 Apparatus having an internal combustion engine, method and assembly for providing electrical power

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2019973A NL2019973B1 (nl) 2017-11-24 2017-11-24 Inrichting met een verbrandingsmotor, werkwijze en samenstel voor het verschaffen van elektrisch vermogen.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2019973B1 true NL2019973B1 (nl) 2019-05-31

Family

ID=61868811

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2019973A NL2019973B1 (nl) 2017-11-24 2017-11-24 Inrichting met een verbrandingsmotor, werkwijze en samenstel voor het verschaffen van elektrisch vermogen.

Country Status (2)

Country Link
NL (1) NL2019973B1 (nl)
WO (1) WO2019103601A1 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
RU205146U1 (ru) * 2021-04-23 2021-06-29 Федеральное государственное бюджетное учреждение «Национальный медицинский исследовательский центр радиологии» Министерства здравоохранения Российской Федерации (ФГБУ «НМИЦ радиологии» Минздрава России) Портативный термостат для проведения комбинированных медико-биологических экспериментов

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB332055A (en) * 1929-07-12 1930-07-17 Louis Coatalen Means for starting internal-combustion engines and driving electric generators therefrom
JPH03185222A (ja) * 1989-12-14 1991-08-13 Mitsubishi Heavy Ind Ltd 圧縮空気発電装置
EP2784265A1 (en) * 2011-11-22 2014-10-01 Beijing Xiangtian Huachuang Aerodynamic Force Technology Research Institute Company Limited Pneumatic generator system with electromagnetic power boost and electromagnetic power booster

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB332055A (en) * 1929-07-12 1930-07-17 Louis Coatalen Means for starting internal-combustion engines and driving electric generators therefrom
JPH03185222A (ja) * 1989-12-14 1991-08-13 Mitsubishi Heavy Ind Ltd 圧縮空気発電装置
EP2784265A1 (en) * 2011-11-22 2014-10-01 Beijing Xiangtian Huachuang Aerodynamic Force Technology Research Institute Company Limited Pneumatic generator system with electromagnetic power boost and electromagnetic power booster

Also Published As

Publication number Publication date
WO2019103601A1 (en) 2019-05-31

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US6834737B2 (en) Hybrid vehicle and energy storage system and method
JP6088998B2 (ja) ハイブリッド車両ドライブシステム及び方法、及び無負荷運転削減システム及び方法
US20080238104A1 (en) Pressurized water powered engine
US8261865B2 (en) Regenerative suspension with accumulator systems and methods
CA2612485A1 (en) Hybrid electric powertrain with anti-idle function
CN102118048B (zh) 用于为发动机控制器提供电能的方法以及装置
CN102205788B (zh) 用于混合动力车辆的蓄电池充电系统
EP2301790A3 (en) Electric scooter with on-board charging system
CN106061784A (zh) 采用分轴式动力输出装置的混合动力车辆驱动系统和方法
US20080053722A1 (en) Hibrid vehicle using a hydraulic drive for low speed and an electric drive for high speed.
JP2011501714A5 (nl)
EP0800947A3 (en) Control system for hybrid vehicles
US20070163828A1 (en) Flywheel drive system for a motor vehicle and method therefor
US20090071734A1 (en) Method and Apparatus for Generating Electrical Power with Compressed Air and Vehicle Incorporating the Same
NL2019973B1 (nl) Inrichting met een verbrandingsmotor, werkwijze en samenstel voor het verschaffen van elektrisch vermogen.
WO2007059217A2 (en) Automobile propulsion system
US20070213158A1 (en) Drive Train for a Motor Vehicle and Control Method Thereof
US8890342B2 (en) Air powered electrical generator
US11667206B2 (en) Modular charging and power system
US20140014423A1 (en) Hybrid drive device for motor vehicles
KR102194491B1 (ko) 특장차용 배터리 구동 시스템
JP6515492B2 (ja) 給電装置
RU102328U1 (ru) Электрическая тяговая система транспортного средства с питанием от собственных источников энергоснабжения
JP3137945U (ja) 冷凍機を装備した自動車の充電装置
EP2452847A1 (en) Driving device utilizing inertia

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20211201