NL2008946C2 - Cilindervormig product, opneeminrichting, voertuig en werkwijze. - Google Patents

Cilindervormig product, opneeminrichting, voertuig en werkwijze. Download PDF

Info

Publication number
NL2008946C2
NL2008946C2 NL2008946A NL2008946A NL2008946C2 NL 2008946 C2 NL2008946 C2 NL 2008946C2 NL 2008946 A NL2008946 A NL 2008946A NL 2008946 A NL2008946 A NL 2008946A NL 2008946 C2 NL2008946 C2 NL 2008946C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
information
product
cylindrical product
cylindrical
information carrier
Prior art date
Application number
NL2008946A
Other languages
English (en)
Inventor
Berend Breman
Original Assignee
Berend Breman
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Berend Breman filed Critical Berend Breman
Priority to NL2008946A priority Critical patent/NL2008946C2/nl
Priority to PCT/NL2013/050401 priority patent/WO2013183998A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2008946C2 publication Critical patent/NL2008946C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H75/00Storing webs, tapes, or filamentary material, e.g. on reels
    • B65H75/02Cores, formers, supports, or holders for coiled, wound, or folded material, e.g. reels, spindles, bobbins, cop tubes, cans, mandrels or chucks
    • B65H75/18Constructional details
    • B65H75/182Identification means
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H75/00Storing webs, tapes, or filamentary material, e.g. on reels
    • B65H75/02Cores, formers, supports, or holders for coiled, wound, or folded material, e.g. reels, spindles, bobbins, cop tubes, cans, mandrels or chucks
    • B65H75/18Constructional details
    • B65H75/185End caps, plugs or adapters
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66FHOISTING, LIFTING, HAULING OR PUSHING, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, e.g. DEVICES WHICH APPLY A LIFTING OR PUSHING FORCE DIRECTLY TO THE SURFACE OF A LOAD
    • B66F9/00Devices for lifting or lowering bulky or heavy goods for loading or unloading purposes
    • B66F9/06Devices for lifting or lowering bulky or heavy goods for loading or unloading purposes movable, with their loads, on wheels or the like, e.g. fork-lift trucks
    • B66F9/075Constructional features or details
    • B66F9/0755Position control; Position detectors
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66FHOISTING, LIFTING, HAULING OR PUSHING, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, e.g. DEVICES WHICH APPLY A LIFTING OR PUSHING FORCE DIRECTLY TO THE SURFACE OF A LOAD
    • B66F9/00Devices for lifting or lowering bulky or heavy goods for loading or unloading purposes
    • B66F9/06Devices for lifting or lowering bulky or heavy goods for loading or unloading purposes movable, with their loads, on wheels or the like, e.g. fork-lift trucks
    • B66F9/075Constructional features or details
    • B66F9/12Platforms; Forks; Other load supporting or gripping members
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66FHOISTING, LIFTING, HAULING OR PUSHING, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, e.g. DEVICES WHICH APPLY A LIFTING OR PUSHING FORCE DIRECTLY TO THE SURFACE OF A LOAD
    • B66F9/00Devices for lifting or lowering bulky or heavy goods for loading or unloading purposes
    • B66F9/06Devices for lifting or lowering bulky or heavy goods for loading or unloading purposes movable, with their loads, on wheels or the like, e.g. fork-lift trucks
    • B66F9/075Constructional features or details
    • B66F9/12Platforms; Forks; Other load supporting or gripping members
    • B66F9/18Load gripping or retaining means
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66FHOISTING, LIFTING, HAULING OR PUSHING, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, e.g. DEVICES WHICH APPLY A LIFTING OR PUSHING FORCE DIRECTLY TO THE SURFACE OF A LOAD
    • B66F9/00Devices for lifting or lowering bulky or heavy goods for loading or unloading purposes
    • B66F9/06Devices for lifting or lowering bulky or heavy goods for loading or unloading purposes movable, with their loads, on wheels or the like, e.g. fork-lift trucks
    • B66F9/075Constructional features or details
    • B66F9/20Means for actuating or controlling masts, platforms, or forks
    • B66F9/24Electrical devices or systems
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H2553/00Sensing or detecting means
    • B65H2553/52RFID sensor

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Geology (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Warehouses Or Storage Devices (AREA)

Description

P98413NL00
Titel: Cilindervormig product, opneeminrichting, voertuig en werkwijze
De uitvinding heeft betrekking op een cilindervormig product, voorzien van een via een laterale productzijde toegankelijke opneemdoorgang.
Cilindervormige producten zijn in diverse varianten bekend, en 5 kunnen bijvoorbeeld cilindervormige buizen, afrolbare productrollen (bijvoorbeeld webrollen, papierrollen, doekrollen, tapijtrollen), klossen (bijvoorbeeld garenklossen), opgerolde karpetten, of degelijke omvatten. Een genoemde productrol omvat in het bijzonder een opgerold (flexibel, afrolbaar) product.
10 Een cilindervormig product van een bepaald type kan telkens verschillende kenmerken en eigenschappen beschikken. Tapijtrollen (i.e. opgerolde tapijten, al dan niet gerold op een centrale houder, bijvoorbeeld een centrale houder omvattende een koker van karton, kunststof of een ander materiaal) kunnen bijvoorbeeld worden voorzien in een groot aantal 15 afmetingen, omvattende verschillende tapijtlengtes en verschillende tapijtbreedtes. Respectieve tapijten kunnen van verschillende materialen zijn vervaardigd (bijvoorbeeld wol, katoen, synthetisch materiaal en/of dergelijke), verschillende kleuren en patronen omvatten, verschillende tapijtdiktes omvatten, verschillende tapijtstructuren hebben, en dergelijke. 20 De tapijten kunnen van verschillende leveranciers/producenten afkomstig zijn. Hetzelfde geldt voor andere webrollen, bijvoorbeeld papierrollen, doekrollen en dergelijke.
Een centraal magazijn voor het opslaan van dergelijke cilindervormige producten kan zijn gevuld met een relatief grote 25 hoeveelheid producten (bijvoorbeeld duizenden), van een of meer types (bijvoorbeeld tapijtrollen) met -voor elk type- onderling verschillende eigenschappen. Bekend is om tapijtrollen van onderling verschillende 2 kenmerken in vakken in het magazijn te stapelen. De tapijtrollen worden elk aan een kops einde voorzien van een label met een daarop afgedrukt nummer ter identificatie van de betreffende rol. De nummers zijn doorgaans in een relatief groot lettertype afgedrukt zodat een magazijnmedewerker de 5 nummers op relatief grote afstand (enkele meters) kan lezen, bijvoorbeeld tijdens het samenstellen van een order. Nadat de magazijnmedewerker een gewenste tapijtrol heeft gevonden kan de medewerker de rol opnemen, in het bijzonder onder gebruikmaking van een daartoe geschikte inrichting, bijvoorbeeld een heftruck met een in de opneemdoorgang van de rol in te 10 steken opneemdoorn (opneempen).
Een uit een stapel verwijderde tapijtrol kan bijvoorbeeld naar een verwerkingsstation worden gebracht om een door een klant bestelde tapijtlengte (al dan niet in de vorm van een aantal matten) van de rol te scheiden. Een resterend tapijtroldeel kan vervolgens weer in het magazijn 15 worden opgeslagen. In een ander geval kan een opgenomen tapijtrol in zijn geheel aan een klant worden geleverd.
Een nadeel van het op bovenbeschreven wijze voorzien van cilindervormige producten, met door het oog afleesbare nummers ter identificatie, is dat daarmee een verhoogde kans op fouten ontstaat bij 20 verwerking, bijvoorbeeld bij het samenstellen van een order. Zo kan bijvoorbeeld een fout ontstaan bij het aflezen van het op de kopse zijde van het product aangebrachte identificatienummer, waardoor een niet-gewenste rol wordt op genomen. Voorts bestaat de kans dat hetzelfde nummer is aangebracht op verschillende van de in het magazijn aanwezige 25 cilindervormige producten, waardoor die producten pas onderling te onderscheiden zijn na een tijdrovende en gedetailleerde inspectie.
Daarnaast bestaat de kans dat een product-identificatielabel verloren raakt. Door dergelijke problemen is behandeling, verwerking en logistiek van het product relatief weinig efficiënt, tijdrovend, soms zelfs onbetrouwbaar, en zo 30 relatief duur.
3
De onderhavige uivinding beoogt genoemde problemen ten minste deels op te lossen. In het bijzonder beoogt de uitvinding een cilindervormige product dat een relatief efficiënte en betrouwbare behandeling kan bieden.
Volgens de uitvinding wordt hiertoe voorzien in een cilindervormig 5 product dat wordt gekenmerkt door de maatregelen van conclusie 1.
Het cilindervormige product is voorzien van een via een laterale productzijde toegankelijke opneemdoorgang, waarbij het cilindervormige product is voorzien van een informatiedragende structuur omvattende een op afstand uitleesbare informatiedrager, waarbij de informatiedragende 10 structuur zich ten minste deels in de opneemdoorgang uitstrekt.
Op deze manier blijkt een verbeterd product te worden voorzien, met een informatiedragende structuur om op afstand uitleesbare informatie (via de respectieve informatiedrager) te leveren. Doordat de informatiedragende structuur zich ten minste deels in de opneemdoorgang 15 uitstrekt kan de kans op verlies van de informatiedragende structuur (en bijbehorende informatiedrager) worden verkleind.
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm bevindt de op afstand uitleesbare informatiedrager zich in of op het zich in de opneemdoorgang uitstrekkende deel van de informatiedragende structuur.
20 Op deze manier kan de informatiedrager binnen in het product, te weten in de opneemdoorgang, worden gehouden en zo tegen nadelige omgevingsinvloeden worden beschermd. Aldus kan een informatieleverend functioneren van de informatiedrager gewaarborgd blijven.
Volgens een nadere uitwerking van de uitvinding omvat de op 25 afstand uitleesbare informatiedrager een RFID tag.
De RFID (radio-frequentie-identificatie) tag kan bijvoorbeeld een passieve RFID tag omvatten welke onder invloed van een extern radiofrequent veld activeerbaar is om in de tag op geslagen informatie uit te zenden. RFID tags zijn relatief snel en betrouwbaar uitleesbare, door 30 geschikte, op zichzelf algemeen bekende RFID-tag lezers.
4
Een passieve RFID tag kan relatief goedkoop en compact worden uitgevoerd, en is relatief betrouwbaar. Alternatief kan de RFID tag een actieve tag omvatten, welke is voorzien van een eigen elektrische voeding (bijvoorbeeld een batterij). Door toepassing van een actieve RFID tag kan in 5 de tag opgeslagen informatie over een relatief grote afstand worden verzonden.
Naast toepassing van RFID tags als informatiedragers kunnen bijvoorbeeld andere op afstand uitleesbare middelen worden toegepast, bijvoorbeeld magnetisch uitleesbare informatiedragers (bijvoorbeeld 10 magneetstrips), of optisch uitleesbare middelen, bijvoorbeeld barcodes (i.e. één-dimensionale streepjescodes) of QR-codes (“Quick-Response codes”, ook welk twee-dimensionale streepjescodes genoemd), of SSCCs (Serial Shipping Container Codes). De optisch uitleesbare middelen kunnen voorts bijvoorbeeld een label voorzien van alfanummerieke informatie, bijvoorbeeld 15 een code, tekst en/of een identificatienummer, omvatten.
Verder kan de informatiedragende structuur bijvoorbeeld zijn voorzien van verschillende informatiedragers. De informatiedragende structuur kan bijvoorbeeld zijn voorzien van een genoemde RFID tag enerzijds, alsmede van bijvoorbeeld een magnetisch uitleesbare 20 informatiedrager, of een optisch uitleesbare informatiedrager (bijvoorbeeld een voorzien van een genoemde streepjescode, QR-code, SSCC, of alfanummerieke informatie).
De op afstand uitleesbare informatiedrager kan zijn ingebed in de informatiedragende structuur, in het bijzonder indien de informatiedrager 25 is ingericht om informatie via een signaal (bijvoorbeeld elektromagnetisch) vanuit de informatiedragende structuur naar een omgeving te verzenden.
De informatiedragende structuur kan op zichzelf op verschillende manieren zijn uitgevoerd. In een niet-limitatieve, extra voordelige uitvoering omvat de structuur een structuur een zich in de opneemdoorgang 5 van het product uitstrekkend kokervormig deel, bijvoorbeeld een zich langs genoemde laterale productzijde uitstrekkend ringvormig deel.
De informatiedragende structuur kan van verschillende materialen zijn vervaardigd, bijvoorbeeld van kunststof, of van een ander materiaal, 5 bijvoorbeeld papier of karton. De informatiedragende structuur kan van één materiaal zijn vervaardigd, of van een combinatie van materialen.
Het cilindervormig product kan verschillende afmetingen hebben. Volgens een nadere uitwerking is de opneemdoorgang van het product cilindervormig, in het bijzonder met een diameter in het bereik van circa 8 10 tot 11 cm, of met een andere diameter (bijvoorbeeld een diameter van ten minste 1 cm). Verder kan een lengte van het cilindervormige product (gemeten in een richting evenwijdig aan de opneemdoorgang) ten minste 1 meter bedraagt, en bijvoorbeeld liggen in het bereik vanaf 1 tot en met 4 meter, of een andere lengte. ..
15 Volgens een verdere uitwerking kan de op afstand uitleesbare informatiedrager zijn voorzien van informatie betreffende het cilindervormige product, bijvoorbeeld informatie betreffende een of meer afmetingen van het product en/of informatie betreffende bijvoorbeeld productmateriaal en/of productkleur en/of productherkomst.
20 De uitvinding biedt voorts een inrichting voor het opnemen van een cilindervormig product volgens de onderhavige uitvinding, de inrichting omvattende een doorn voor het dragen van het product, alsmede een detectie-inrichting (lezer) voor het uitlezen van de op afstand uitleesbare informatiedrager.
25 Op deze manier kan het product relatief efficiënt worden behandeld, bijvoorbeeld op genomen, geïdentificeerd en getransporteerd naar een tussen- of eindbestemming. Volgens een nader aspect kan een gebruiker door inrichting bijvoorbeeld worden voorzien van door de detectie-inrichting gelezen informatie, om na te gaan of het gewenste product wordt 6 opgenomen. Fouten tijdens verwerking van producten kunnen zo goed worden tegengegaan.
Volgens een aspect van de uitvinding wordt een voertuig, bijvoorbeeld heftruck, voorzien van de inrichting volgens de uitvinding, 5 hetgeen bovengenoemde voordelen biedt.
Verder verschaft de uitvinding een informatiedragende structuur omvattende een in een opneemdoorgang van een cilindervormig product brengbaar kokervormig deel met een kopse flens, waarbij het kokervormige deel is voorzien van een op afstand uitleesbare informatiedrager.
10 Op deze manier wordt een betrouwbare, duurzame informatiedragende structuur verkregen, met een op afstand uitleesbare informatiedrager welke door het product kan zijn omgeven nadat de structuur op het product is aangebracht.
Voorts biedt de uitvinding een werkwijze voor het identificeren van 15 een cilindervormig product, welk product is voorzien van een via een laterale productzijde toegankelijke opneemdoorgang waarbij de werkwijze omvat: -het op het product aanbrengen van een informatiedragende structuur omvattende een op afstand uitleesbare informatiedrager, zodanig 20 dat de informatiedragende structuur zich ten minste deels in de opneemdoorgang uitstrekt.
Op deze manier kunnen bovengenoemde voordelen worden bereikt. Een nadere uitwerking omvat uitlezen van de informatiedrager. De werkwijze kan het in de opneemdoorgang steken van een doorn omvatten, 25 voorafgaande aan en/of tijdens het uitlezen van de informatiedrager. Verder kan de werkwijze het aan een omgeving signaleren van de uitgelezen informatie en/of aanverwante informatie omvatten.
Nadere voordelig uitwerkingen van de uitvinding zijn beschreven in de volgconclusies. De uitvinding zal thans nader uiteen worden gezet aan de 30 hand van een uitvoeringsvoorbeeld en de tekening. Daarin toont: 7
Figuur 1 een perspectieftekening van een aantal cilindervormige producten;
Figuur 2 een perspectieftekening van een informatiedragende structuur volgens een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding; 5 Figuur 3 een bovenaanzicht van het in Fig. 2 getoonde uitvoeringsvoorbeeld;
Figuur 4 een zijaanzicht van het in Fig. 2 getoonde uitvoeringsvoorbeeld; en
Figuur 5 schematisch uitvoeringsvoorbeelden van een inrichting en 10 een cilindervormig product volgens de uitvinding, tijdens gebruik.
Gelijke of overeenkomstige maatregelen worden in deze aanvrage met gelijke of overeenkomstige verwijzingstekens aangeduid.
Figuur 1 toont schematisch een aantal cilindervormige producten 1, van een bepaald type. De producten 1 kunnen bijvoorbeeld massieve buizen 15 of productrollen omvatten. Een genoemde productrol omvat in het bijzonder een op een centrale houder opgerold, flexibel (afrolbaar) product. Volgens een nadere uitwerking omvatten de producten 1 opgerolde tapijten, i.e. tapijtrollen, op gerolde karpetten, of producten van een ander type, bijvoorbeeld cilindervormige buizen, afrolbare webrollen, papierrollen, 20 doekrollen, klossen (bijvoorbeeld garenklossen) of degelijke.
Elk product 1 is voorzien van een via een laterale productzijde toegankelijke opneemdoorgang 2. Volgens een nadere uitwerking is de doorgang 2 via elk van twee van elkaar afgekeerde 1 laterale productzijdes toegankelijk. De doorgang 2 kan worden begrensd door een binnenzijde van 25 het cilindervormige product 1. De productbinnenzijde kan bijvoorbeeld een buisbinnenzijde omvatten, indien het product een buis is, of bijvoorbeeld de binnenzijde van een centrale houder (bijvoorbeeld een binnenkoker) indien het product 1 een op een houder opgerold product omvat.
In het bijzonder strekt de opneemdoorgang 2 zich telkens centraal 30 door het product 1 uit, dit is echter niet essentieel. In het voorbeeld is elke 8 opneemdoorgang 2 in hoofdzaak cirkel-cilindervormig (met een cirkelvormige dwarsdoorsnede), dit is echter niet essentieel. De doorgang kan bijvoorbeeld een niet-cirkelvormige dwarsdoorsnede hebben, bijvoorbeeld een meerhoekige vorm hebben (gezien in dwarsdoorsnede).
5 In de tekening vormen de producten 1 een stapel. De producten 1 kunnen ook op een andere wijze onderling zijn gerangschikt, bijvoorbeeld op afstand van elkaar, in een rij, en/of in verschillende stapels, hetgeen de vakman duidelijk zal zijn. De producten 1 kunnen zich bijvoorbeeld bevinden in een opslagtoestand (bijvoorbeeld in een opslagruimte), in een 10 transporttoestand (bijvoorbeeld in een transportruimte), of in een andere toestand.
In het niet-limitatieve voorbeeld hebben de producten 1 dezelfde afmetingen, te weten dezelfde lengte (gemeten in een richting evenwijdig aan de opneemdoorgang 2. Dit is echter niet essentieel. Volgens een nadere 15 uitwerking omvat een groep van de cilindervormige producten producten van onderling verschillende lengtes, producten van onderling verschillende breedtes of diktes (i.e. gemeten in transversale richting ten opzicht van een productlengterichting), of zowel producten van verschillende lengtes en verschillende breedtes of diktes.
20 De producten 1 kunnen elk relatief lang zijn. Volgens een nadere uitwerking van de uitvinding kan een lengte van het cilindervormige product 1 (bijvoorbeeld een productrol, bijvoorbeeld een tapijtrol) ten minste 1 meter bedragen. De productlengte kan bijvoorbeeld liggen in het bereik vanaf 1 meter tot en met 4 meter, of een andere lengte^ 25 In het voorbeeld heeft de opneemdoorgang 2 van elk van de producten 1 een voorafbepaalde breedte W (gemeten in een transversale richting ten opzichte van een lengteas van het product). Genoemde breedte W (in dit voorbeeld een diameter, in verband met de cirkel-cilindervorm van de doorgang) kan in het bijzonder zijn gerelateerd aan dwarsafmetingen van 30 een opneeminrichting 12 (zie Fig. 5), bestemd om in de opneemdoorgang 2 te 9 worden gebracht voor het op nemen van het product 1. In het geval van relatief lange producten 1 kan de opneeminrichting 12 bijvoorbeeld een aan een heftruck 11 gekoppelde opneemdoorn zijn.
Volgens een nadere uitwerking, bijvoorbeeld indien het product 1 een 5 tapijtrol is, is de opneemdoorgang 2 cilindervormig, in het bijzonder met een diameter W in het bereik van circa 8 tot 11 cm, bijvoorbeeld circa 9-10 cm, in het bijzonder circa 9 cm, of een andere diameter. .
Figuren 2-4 tonen een voorbeeld van een informatiedragende structuur 5, omvattende een op afstand uitleesbare informatiedrager 6. De 10 informatiedragende structuur 5 is ingericht om aan een genoemd product 1 te worden gekoppeld om het product van informatie te voorzien, in het bijzonder ten minste informatie welke van de informatiedrager 6 op afstand uitleesbaar is. Een samengestelde toestand van een product 1 met de informatiedragende structuur 5 wordt in Fig. 5 getoond. De 15 informatiedragende structuur 5 strekt zich ten minste deels (in dit voorbeeld: deels) in de opneemdoorgang 2 van het product 1 uit.
Opgemerkt wordt dat de informatiedragende structuur 5 in dit voorbeeld is voorzien van slechts één op afstand uitleesbare informatiedrager 6. Volgens een nadere uitwerking kan de structuur 5 zijn 20 voorzien van meer dan één op afstand uitleesbare informatiedrager 6, bijvoorbeeld twee of meer; in het laatste geval kan her voordelig zijn indien de verschillende informatiedragers 6 zijn voorzien van onderling ten minste deels verschillende informatie, om samen een extra grote hoeveelheid op afstand uitleesbare informatie te kunnen bieden.
25 De informatiedragende structuur 5 kan op verschillende manieren zijn uitgevoerd, in het bijzonder in verschillende vormen en van verschillende materialen. In het voorbeeld is de structuur 5 is voorzien van een (na montage) zich in de opneemdoorgang 2 van een product 1 uitstrekkend deel 5a dat is ingericht om op een de opneemdoorgang 2 30 begrenzende binnenzijde van het cilindervormige product 1 aan te grijpen.
10
Hiertoe kan een buitenafmeting K van de het genoemde structuurdeel 5a, in het bijzonder een dwarsafmeting (breedte) K, bijvoorbeeld ongeveer gelijk zijn aan de genoemde breedte W van de opneemdoorgang 2. Verder kan het in de opneemdoorgang 2 van het product 1 in te brengen deel 5a van de 5 structuur 5 zijn voorzien van aangrijpmiddelen 5d, ingericht om aangrijping op de binnenzijde van het product 1 te bewerkstelligen en/of te om een aangrijpingskracht te verhogen. Deze aangrijpmiddelen 5d kunnen bijvoorbeeld zijwaarts uitstekende aangrijpdelen, bijvoorbeeld ribben of aangrijpvingers, omvatten, of anderszins zijn uitgevoerd. Het in de 10 opneemdoorgang 2 van het product 1 in te brengen deel 5a van de structuur 5 kan bijvoorbeeld zin voorzien van een reeks van dergelijke aangrijpdelen 5d, welke in een omtreksrichting van het deel 5a gezien bijvoorbeeld op een bepaalde afstand (bijvoorbeeld symmetrisch) van elkaar kunnen zijn gerangschikt.
15 Het zich in de opneemdoorgang 2 uitstrekkend deel 5a van de structuur 5 is in het bijzonder ingericht om op zichzelf toegang 5b tot de opneemdoorgang 2 van het product te leveren (i.e. door op zichzelf te zijn voorzien van een doorgang). Een breedte H (in dit geval diameter) van de door structuur 5 geleverde toegang kan in het bijzonder zijn gerelateerd aan 20 dwarsafmetingen van een genoemde opneeminrichting 12 (zie Fig. 5), bestemd om in de opneemdoorgang 2 te worden gebracht voor het opnemen van het product 1. De breedte H (in dit geval diameter) van de door structuur 5 geleverde toegang kan bijvoorbeeld ongeveer gelijk zijn aan de breedte W van de opneemdoorgang 2, of enigszins kleiner dan die 25 opneemdoorgang-breedte W (bijvoorbeeld circa 1 mm tot 1 cm kleiner).
Volgens een nadere uitwerking, bijvoorbeeld indien het product 1 een tapijtrol is, is de door de informatiedragende structuur 5 geleverde toegang cilindervormig, in het bijzonder met een diameter H in het bereik van circa 8 tot 11 cm, of een andere diameter.
11
In het getoonde voorbeeld is de informatiedragende structuur 5 voorzien van een zich in de opneemdoorgang 2 uitstrekkend kokervormig deel 5a, en in het bijzonder met een -na montage- naar de opneemdoorgang 2 gekeerde buitenzijde welke bijvoorbeeld met relatief weinig speling kan 5 aansluiten op de binnenzijde van het product 1. De buitenzijde van het kokervormig deel 5a is bij voorkeur voorzien van genoemde zijwaarts uitstekende aangrijpdelen 5d.
Een lengte F van het zich in de opneemdoorgang 2 uitstrekkend deel 5a kan bijvoorbeeld in het bereik van de helft tot twee keer een genoemde 10 buitenafmeting K zijn. Volgens een nadere uitwerking kan de lengte F van het zich in de opneemdoorgang 2 uitstrekkend deel 5a bijvoorbeeld ten minste circa 5 cm bedragen, en bijvoorbeeld liggen in het bereik van circa 5 tot 15 cm, of een andere lengte omvatten.
Volgens een nadere uitwerking is de informatiedragende structuur 5 15 voorzien van een zich -na montage- langs genoemde laterale productzijde uitstrekkend deel 5c, bijvoorbeeld een flens of ringvormig deel 5c -zoals in het weergegeven voorbeeld-. In dit voorbeeld strekt het ringvormig deel 5c zich concentrisch uit, en radiaal naar buiten toe, ten opzichte van het kokervormig deel 5a, vanaf een kopse rand van dat kokervormig deel 5a.
20 Het ringvormig deel 5c kan uit één stuk met het kokervormig deel 5a zijn vervaardigd, of apart daarvan om vervolgens te zijn aan dat deel 5a te zijn verbonden.
Volgens een nadere, extra voordelige uitwerking kan de informatiedragende structuur 5 volledig van kunststof zijn vervaardigd.
25 Alternatief kan de informatiedragende structuur 5 volledig van papier of karton zijn vervaardigd. Bij voorkeur is de structuur 5 volledig recyclebaar uitgevoerd. Op deze manier kan de structuur 5 op een economisch gunstige wijze worden geleverd. Daarnaast kan de structuur 5 bijvoorbeeld van metaal of een legering zijn vervaardigd.
12
Volgens een nadere uitwerking kan de informatiedragende structuur 5 ten minste deels (bijvoorbeeld volledig) van een flexibel materiaal zijn vervaardigd. In een nadere uitwerking kunnen genoemde optionele, zijwaarts uitstekende aangrijpdelen 5d op zichzelf veerkrachtig zijn 5 uitgevoerd, in het bijzonder om op de binnenzijde van het cilindervormig product 1 met veerkracht aan te grijpen.
In dit voorbeeld is de op afstand uitleesbare informatiedrager 6 ingebed in de informatiedragende structuur 5, en in het bijzonder in het kokervormig deel 5a; alternatief kan de op afstand uitleesbare 10 informatiedrager 6 zijn ingebed in het ringvormige deel 5c. De op afstand uitleesbare informatiedrager 6 kan bijvoorbeeld deels of volledig in materiaal van de structuur 5 (bijvoorbeeld in een deel 5a of 5c van die structuur 5) zijn ingekapseld. Aldus kan de op afstand uitleesbare informatiedrager 6 zich in het zich in de opneemdoorgang 2 uitstrekkende 15 deel 5a van de informatiedragende structuur 5 bevinden (zie Fig. 5). Bij een dergelijke, ingebedde, configuratie kan de op afstand uitleesbare informatiedrager 6 in het bijzonder zijn ingericht voor uitlezing op afstand door middel van elektromagnetische signalen, bijvoorbeeld radiofrequentie-signalen. De informatiedragende structuur 5 is dan bij voorkeur ingericht 20 (in het bijzonder van een materiaal vervaardigd) zodanig dat de structuur 5 doorgifte van die signalen niet of relatief weinig hindert, ten behoeve van het door een detectie-inrichting (i.e. lezer) 13 ontvangen van de signalen.
Alternatief kan de op afstand uitleesbare informatiedrager op een binnen- of buitenzijde van de informatiedragende structuur 5 zijn 25 aangebracht, bijvoorbeeld op een binnen- of buitenoppervlak van het kokervormige deel 5a, of op een oppervlak van het ringvormige deel 5c. De op afstand uitleesbare informatiedrager kan bijvoorbeeld door middel van een hechtmiddel, bijvoorbeeld lijm of een zelfhechtende laag, aan een oppervlak van de informatiedragende structuur 5 zijn verbonden, of op een 13 andere wijze, bijvoorbeeld door middel van fuse of dergelijke, bijvoorbeeld onder invloed van een energetische bundel (bijvoorbeeld een laserbundel).
Volgens een nadere uitwerking kan de op afstand uitleesbare informatiedrager 6 zijn voorzien van (op afstand uitleesbare) informatie 5 betreffende het respectieve cilindervormige product 1, bijvoorbeeld informatie betreffende een of meer afmetingen van het product en/of informatie betreffende bijvoorbeeld productmateriaal en/of productkleur en/of productherkomst. De op afstand uitleesbare informatie kan bijvoorbeeld door middel van elektromagnetische signalen leesbaar zijn.
10 Volgens een nadere uitwerking is de informatiedrager 6 voorzien van een geheugen om deze informatie (bijvoorbeeld in digitale vorm) op te slaan, waarbij de informatiedrager 6 kan zijn ingericht om de in het geheugen opgesloten informatie via elektromagnetische signalen uit te zenden (bijvoorbeeld naar een antenne 13a van een detectie-inrichting 13).
15 Volgens een nadere uitwerking kan de informatiedragende structuur 5 tevens zijn voorzien van optisch, en met het blote oog, uitleesbare middelen 9, een label, in het bijzonder met alfanummerieke informatie, bijvoorbeeld een code, tekst en/of een identificatienummer (betreffende het product 1). De met het blote oog uitleesbare middelen 9 kunnen in het 20 bijzonder informatie omvatten welke is gerelateerd aan de informatie welke leverbaar is door de op afstand uitleesbare informatiedrager 6.
De met het blote oog uitleesbare middelen 9 kunnen bijvoorbeeld informatie leveren welke dient ter verificatie van door de op afstand uitleesbare informatiedrager 6, van dezelfde informatiedragende structuur 25 5, geleverde informatie. Omgekeerd kan de op afstand uitleesbare informatiedrager 6 bijvoorbeeld informatie leveren welke dient ter verificatie van door de met het blote oog uitleesbare middelen 9, van dezelfde informatiedragende structuur 5, geleverde informatie.
In het voorbeeld zijn dergelijke, met het blote oog uitleesbare 30 middelen 9 aangebracht op een -na montage- van het product 1 afgekeerde 14 buitenzijde van de informatiedragende structuur 5. In het bijzonder zijn de met het blote oog uitleesbare middelen 9 aangebracht op een oppervlak van het ringvormige deel 5c van de structuur 5 (zie Fig. 3 en Fig. 5).
Zoals eerder genoemd, kan de op afstand uitleesbare informatiedrager 5 6, welke schematisch in de tekeningen is getekend, bijvoorbeeld een RFID
tag (ook wel “transponder” genoemd) omvatten.
Elke informatiedrager 6 kan ook op een andere manier zijn uitgevoerd, en bijvoorbeeld een magnetisch uitleesbare informatiedrager omvatten (bijvoorbeeld magneetstrips), optisch uitleesbare middelen 10 omvatten, bijvoorbeeld een of meer barcodes (i.e. één-dimensionale streepjescodes) ofQR-codes, ofSSCC.
Volgens een eerste voordelige uitwerking van de uitvinding is RFID tag een passieve RFID tag welke onder invloed van een extern radiofrequent veld activeerbaar is om in de tag opgeslagen informatie (via geschikte 15 elektromagnetische transpondersignalen) uit zenden Alternatief kan de RFID tag een actieve tag omvatten, welke is voorzien van een eigen elektrische voeding (bijvoorbeeld een batterij).
Een genoemde RFID tag (transponder) als zodanig is algemeen bekend. De RFID tag kan zijn voorzien van een behuizing of drager, met een 20 microcontroller, die kan zijn ingericht om transpondersignalen te genereren. De RFID tag kan zijn voorzien van één transponder-zend/ontvangstantenne, bijvoorbeeld om de transpondersignalen uit te zenden. Volgens een nadere uitwerking omvatten door de tag uitgezonden transpondersignalen de op afstand uit te lezen informatie (welke informatie bijvoorbeeld in een 25 geheugen van de RFID tag is opgesloten). De transponderantenne kan op geschikte wijze aan de microcontroller zijn gekoppeld, in het bijzonder via een condensator. De transponderantenne kan op verschillende manieren zijn uitgevoerd, en bijvoorbeeld een ferrietantenne omvatten, een lusvormige antenne en/of dergelijke. De antenne en condensator kunnen in 30 het bijzonder een LC-resonantiekring van de RFID tag vormen. Verder kan 15 de microcontroller van de RFID tag zijn aangesloten op een timerkristal. Bovendien kan de RFID-tag zijn voorzien van een optionele comparator, waarvan een eerste ingang op de antenne van de RFID tag is aangesloten, en een tweede ingang op de microcontroller, in het bijzonder via een 5 Digitaal/Analoog convertor, bijvoorbeeld om een trigger-drempelwaarde te kunnen aansturen. Indien de RFID tag niet is voorzien van een eigen spanningsbron (i.e. in het geval van een passieve RFID tag), kan de voeding worden geleverd door middel van externe signalen, bijvoorbeeld door middel van door de via een antenne 13a van een detectie-inrichting 13 uitgezonden 10 activeringssignalen B.
Voorts kan de RFID tag bijvoorbeeld zijn voorzien van een optioneel ontvangstdeel om genoemde activeringssignalen te ontvangen, een zenddeel om transpondersignalen uit te zenden, en bijvoorbeeld een besturing om ontvangst van signalen en/of verzending van signalen te 15 besturen. Een dergelijke besturing kan bijvoorbeeld geschikte micro- elektronica, een microcontroller, microprocessor, LSI design, of dergelijke omvatten, en/of in bijbehorende besturingssoftware zijn voorzien
Een detectie-inrichting 13 ten behoeve van het op afstand uitlezen van een genoemde informatiedrager wordt schematisch in Fig. 5 getoond.
20 In dit voorbeeld is een centrale eenheid van de detectie-inrichting 13 aangebracht in een transportmiddel 11, in het bijzonder heftruck, welk transportmiddel 11 is uitgevoerd voor het opnemen (en transporteren) van een genoemd product 1
De detectie-inrichting 13 kan bijvoorbeeld zijn voorzien van een 25 besturing (bijvoorbeeld controller, computer, of besturingselektronica), geheugen, voeding en dergelijke, en kan zijn ingericht voor het ontvangen en verwerken van van een informatiedrager 6 ontvangen informatie.
Indien de informatiedrager 6 een RFID tag is kan de detectie-inrichting 13 bijvoorbeeld zijn uitgevoerd om door de RFID tag 6 30 uitgezonden (van de genoemde informatie voorziene) signalen via 16 informatie-uitleesdeel, te weten een respectieve antenne 13a, te ontvangen. Voorts kan de detectie-inrichting 13 zijn uitgevoerd om elektromagnetische activeringssignalen B uit te zenden, via een respectieve antenne 13a. In het getoonde voorbeeld bevindt de antenne 13a zich op afstand van de centrale 5 eenheid van de detectie-inrichting (te weten in of op een product- opneemelement 12), met een zich tussen antenne 13a en centrale eenheid uitstrekkende antennekoppeling, dat is echter niet noodzakelijk. In het geval van toepassing van een RFID-tag 6 kunnen verzending van activeringssignalen B en ontvangst van door een tag 6 uitgezonden signalen 10 door dezelfde antenne 13a van de detectie-inrichting 13 worden uitgevoerd.
Bij toepassing van een magnetisch uitleesbare informatiedrager kan de detectie-inrichting zijn voorzien van een magneetlezer (bijvoorbeeld aangebracht in plaats van de genoemde antenne 13a) om de informatie van de informatiedrager af te lezen. Bij toepassing van een optisch uitleesbare 15 informatiedrager (bijvoorbeeld een of meer barcodes, of QR-codes, of SSCCs) kan de detectie-inrichting bijvoorbeeld zijn voorzien van een optische sensor (bijvoorbeeld aangebracht in plaats van de genoemde antenne 13a) om de informatie af te lezen.
Bij voorkeur is de detectie-inrichting 13 voorzien van middelen 14 20 voor het verwerken en/of aan een gebruiker doorgeven (signaleren) van van de informatiedrager 6 uitgelezen informatie en/of aanverwante informatie. Dergelijke middelen 14 kunnen bijvoorbeeld akoestische middelen omvatten (bijvoorbeeld een luidspreker), uitgevoerd om de informatie door middel van geluid beschikbaar te maken, en/of visuele middelen omvatten (bijvoorbeeld 25 een display), uitgevoerd om de informatie visueel beschikbaar te maken.
Verder kan de detectie-inrichting 13 bijvoorbeeld zijn voorzien van communicatiemiddelen om te communiceren met een centrale besturing U, bijvoorbeeld onder gebruikmaking van een datanetwerk (bijvoorbeeld een al-dan-niet draadloos computernetwerk). De detectie-inrichting 13 kan 30 bijvoorbeeld zijn uitgevoerd om van een informatiedrager 6 uitgelezen 17 informatie naar de centrale besturing U te verzenden, en/of om van die besturing U gegevens te ontvangen ten behoeve van het selecteren van een of meer producten 1.
Figuur 5 toont voorts een inrichting 12 voor het opnemen van een 5 cilindervormig product 1, omvattende een via de laterale productzijde in de opneemopening 2 steekbare langwerpige doorn 12 voor het dragen van het product, alsmede de detectie-inrichting 13 voor het uitlezen van de op afstand uitleesbare informatiedrager 6. Ten minste een deel van de detectie-inrichting, bijvoorbeeld een uitleesdeel, in dit voorbeeld een antenne 13a, 10 kan bijvoorbeeld met de doorn 12 zijn geïntegreerd. Het uitleesdeel 13a van de detectie-inrichting kan zich bijvoorbeeld aan of nabij een uiteinde van de doorn bevinden, of op afstand van doorneinden (bijvoorbeeld aan of nabij een locatie bij een midden van de doorn, gezien in doornlangsrichting). In het bijzonder is het uitleesdeel 13a zodanig aangebracht dat dat deel 13a een 15 nabij zijnde informatiedrager 6 kan uitlezen.
De doorn 12 kan op zichzelf bijvoorbeeld een langwerpig element, bijvoorbeeld een in hoofdzaak cilindervormig element zijn, bijvoorbeeld met een lengte L welke overeenkomt met de lengte van op te nemen producten 1. Een lengte van de doorn 12 kan bijvoorbeeld ten minste 1 meter bedragen, 20 en bijvoorbeeld liggen in het bereik vanaf 1 tot en met 4 meter, of een andere lengte^
De doorn 12 kan door middel van op zichzelf bekende koppelmiddelen 18 aan het voertuig 11, in het bijzonder de heftruck, zijn gekoppeld. Volgens een nadere uitwerking is het voertuig 11 voorzien van 25 hefmiddelen 19 (i.e. een heftruck-mast) om de doorn 12 (met koppelmiddelen 18) in verticale richting ten opzichte van het voertuig 11 te verplaatsen.
Gebruik van het cilindervormig product 1 wordt eveneens, schematisch, in Fig. 5 getoond. Het gebruik kan een werkwijze voor het 30 identificeren van het cilindervormig product 1 omvatten. Zoals beschreven is 18 het product voorzien van de via een laterale productzijde toegankelijke opneemdoorgang 2. De werkwijze omvat het op het product aanbrengen van de informatiedragende structuur 5 omvattende de op afstand uitleesbare informatiedrager 6, zodanig dat de informatiedragende structuur 5 zich ten 5 minste deels in de opneemdoorgang 2 uitstrekt (zie Fig. 5). De informatiedragende structuur 5 levert op zichzelf nog een toegang tot de opneemdoorgang 2, voor het insteken van de opneemdoorn 12 van een transportmiddel 11. Verder biedt de informatiedragende structuur 5 de op afstand te lezen informatie, geleverd door de respectieve informatiedrager 6. 10 In het onderhavige uitvoeringsvoorbeeld levert de informatiedragende structuur 5 bovendien de met het blote oog, bijvoorbeeld door een bestuurder van het transportmiddel 11, uitleesbare middelen 9.
Tijdens gebruik kan de informatiedrager 6 bijvoorbeeld automatisch worden uitgelezen, op afstand, in het bijzonder om zich op de 15 informatiedrager 6 bevindende informatie beschikbaar te maken. In het getoonde voorbeeld wordt de doorn 12, welke van het uitleesdeel 13a van de detectie-inrichting 13 is voorzien, hiertoe ten minste nabij het product 1 gebracht. De doorn 12 kan de opneemdoorgang 2 worden ingebracht voorafgaande aan en/of tijdens het uitlezen van de informatiedrager 6.
20 Een uitleesdeel 13a van de informatiedrager kan ook op een andere wijze zijn voorzien, bijvoorbeeld op een andere locatie van het voertuig 11, bijvoorbeeld bij de koppelmiddelen 18, hefmiddelen 19, in of bij een bestuurder-cabine, of anderszins zijn aangebracht. Alternatief kan het uitleesdeel 13a bijvoorbeeld niet aan een voertuig 11 en/of doorn 12 zijn 25 gekoppeld, en bijvoorbeeld door een enkele persoon draagbaar zijn uitgevoerd, al dan niet met een overig deel van de detectie-inrichting 13.
Afhankelijk van het type informatiedrager 6 (bijvoorbeeld in het geval van een actieve RFID tag 6 met een relatief groot uitzendbereik) en de uitvoering van de detectie-inrichting 13 kan de informatiedrager 6 30 bijvoorbeeld reeds door die inrichting worden uitgelezen wanneer het 19 uitleesdeel 13a zich op relatief grote afstand (bijvoorbeeld een afstand in het bereik van 1 tot 4 meter) van de informatiedrager 6 bevindt. In een andere uitvoering kan de informatiedrager 6 bijvoorbeeld pas door de detectie-inrichting 13 worden uitgelezen wanneer het uitleesdeel 13a zich op korte 5 afstand,, bijvoorbeeld een afstand korter dan 1 meter, van de informatiedrager 6 bevindt. Afhankelijk van de locatie van uitleesdeel 13a kan de doorn 12 hiertoe ten minste deels het product 1 zijn ingestoken.
Bij toepassing van een RFID tag 6 als informatiedrager kan de detectie-inrichting 13 bijvoorbeeld de elektromagnetische 10 activeringssignalen B uitzenden, via de antenne 13a, om de tag 6 te activeren voor het verzenden van op de tag 6 opgeslagen de informatie. Op soortgelijke wijze kan een magnetisch uitleesbare informatiedrager magnetisch worden uitgelezen, en kan een optisch uitleesbare informatiedrager optisch worden uitgelezen.
15 De werkwijze kan voorts het verwerken van de uitgelezen informatie omvatten, hetgeen bijvoorbeeld door de detectie-inrichting 13 kan worden uitgevoerd. Voorts kan de uitgelezen informatie en/of aanverwante informatie aan een omgeving worden gesignaleerd, bijvoorbeeld via signaleringsmiddelen 14.
20 De detectie-inrichting 13 kan bijvoorbeeld aan een omgeving signaleren (via signaleringsmiddelen 14) welke informatie is uitgelezen. Daarnaast kan de detectie-inrichting 13 kan aan een omgeving signaleren (via signaleringsmiddelen 14) of uitgelezen informatie voldoet aan een of meer kenmerken, bijvoorbeeld voorafbepaalde gegevens betreffende een of 25 meer door het vervoermiddel 11 op te nemen producten (bijvoorbeeld gegevens van een orderlijst). De detectie-inrichting 13 kan bijvoorbeeld een afwijzingssignaal afgeven in het geval dat uitgelezen informatie niet voldoet aan een voorafbepaald kenmerk (bijvoorbeeld indien blijkt dat dat specifieke product, waarvan de informatie van de bijbehorende informatiedrager 6 is 30 uitgelezen, niet op de orderlijst staat).
20
De detectie-inrichting 13 kan bijvoorbeeld aan een omgeving signaleren dat identificatie van het product 1 wel of niet is geslaagd, na een uitlezing van de informatiedrager 6, bijvoorbeeld door middel van een daartoe strekkend akoestisch en/of optisch signaal. Signalering betreffende 5 informatie-uitlezing kan tevens op een andere wijze worden uitgevoerd.
Verder kan de detectie-inrichting 13 communiceren met de optionele centrale besturing U, ten behoeve van centrale verwerking van de uitgelezen informatie, ten behoeve van verificatie, en/of ten behoeve van ontvangst van voorafbepaalde gegevens betreffende een of meer door het 10 vervoermiddel 11 op te nemen producten 1.
De onderhavige uitvinding kan een bijzonder efficiënte en kostengunstige verwerking en logistiek van de cilindervormige producten 1 (bijvoorbeeld tapijtrollen) leveren, op een zeer betrouwbare wijze. Hierbij kunnen de producten relatief snel en op goedkope wijze van informatie 15 (bijvoorbeeld ten behoeve van productidentificatie) worden voorzien, welke informatie relatief eenvoudig, op afstand, is uit te lezen. Ten behoeve van het uitlezen wordt daarbij bij voorkeur gebruik gemaakt van een genoemde product-opneeminrichting, waarvan voordelige uitvoeringen hierboven zijn beschreven. De middelen om de producten van de informatie te voorzien, in 20 het bijzonder de informatiedragende structuur en respectieve op afstand uitleesbare informatiedrager, kunnen relatief compact, en goedkoop worden uitgevoerd.
Voor de vakman zal duidelijk zijn dat de uitvinding niet is beperkt tot de beschreven uitvoeringsvoorbeelden. Diverse wijzigingen zijn mogelijk 25 binnen het raam van de uitvinding zoals is verwoord in de conclusies.
Zo kan een detectie-inrichting, voor het op afstand uitlezen van de informatiedrager, of verschillende manieren zijn uitgevoerd, en bijvoorbeeld ten minste deels zijn ondergebracht in een (door een enkele persoon) draagbare detectie-inrichting.

Claims (24)

1. Cilindervormig product, voorzien van een via een laterale productzijde toegankelijke opneemdoorgang (2), waarbij het cilindervormige product (1) is voorzien van een informatiedragende structuur (5) omvattende een op afstand uitleesbare informatiedrager (6), waarbij de 5 informatiedragende structuur (5) zich ten minste deels in de opneemdoorgang (2) uitstrekt.
2. Cilindervormig product volgens conclusie 1, waarbij de op afstand uitleesbare informatiedrager (6) een RFID tag omvat.
3. Cilindervormig product volgens conclusie 1 of 2, waarbij de op 10 afstand uitleesbare informatiedrager (6) zich bevindt in of op het zich in de opneemdoorgang (2) uitstrekkende deel (5a) van de informatiedragende structuur (5).
4. Cilindervormig product volgens een van de conclusies 1, 2 en 3, waarbij de op afstand uitleesbare informatiedrager (6) is ingebed in de 15 informatiedragende structuur (5).
5. Cilindervormig product volgens een van de voorgaande conclusies 1-4, waarbij de informatiedragende structuur (5) is voorzien van een zich in de opneemdoorgang (2) uitstrekkend deel (5a) dat is ingericht om op een de opneemdoorgang (2) begrenzende binnenzijde van het cilindervormige 20 product (1) aan te grijpen.
6. Cilindervormig product volgens een van de voorgaande conclusies 1-5, waarbij de informatiedragende structuur (5) is voorzien van een zich in de opneemdoorgang (2) uitstrekkend deel (5a) dat is ingericht om op zichzelf een toegang (5b) tot de opneemdoorgang (2) te leveren.
7. Cilindervormig product volgens een van de voorgaande conclusies 1-6, waarbij de informatiedragende structuur (5) is voorzien van een zich in de opneemdoorgang (2) uitstrekkend kokervormig deel (5a).
8. Cilindervormig product volgens een van de voorgaande conclusies 1-7, waarbij de informatiedragende structuur (5) ten minste deels van een flexibel materiaal is vervaardigd.
9. Cilindervormig product volgens een van de voorgaande conclusies 5 1-8, waarbij de informatiedragende structuur (5) van kunststof is vervaardigd.
10. Cilindervormig product volgens een van de voorgaande conclusies 1-8, waarbij de informatiedragende structuur (5) van papier of karton is vervaardigd. 10
11 Cilindervormig product volgens een van de voorgaande conclusies 1-10, waarbij de informatiedragende structuur (5) is voorzien van een zich langs genoemde laterale productzijde uitstrekkend deel (5c), bijvoorbeeld een ringvormig deel (5c).
12. Cilindervormig product volgens een der voorgaande conclusies 1- 15 11, waarbij het cilindervormige product een tapijtrol is.
13. Cilindervormig product volgens een der voorgaande conclusies 1- 11. waarbij het cilindervormige product een buis is.
14. Cilindervormig product volgens een der voorgaande conclusies, 1- 13, waarbij de opneemdoorgang cilindervormig is, in het bijzonder met een 20 diameter in het bereik van circa 8 tot 11 cm.
15. Cilindervormig product volgens een der voorgaande conclusies 1- 14, waarbij een lengte van het cilindervormige product ten minste 1 meter bedraagt, en bijvoorbeeld ligt in het bereik vanaf 1 tot en met 4 meter.
16. Cilindervormig product volgens een der voorgaande conclusies 1- 25 15, waarbij de op afstand uitleesbare informatiedrager (6) is voorzien van informatie betreffende het cilindervormige product, bijvoorbeeld informatie betreffende een of meer afmetingen van het product en/of informatie betreffende bijvoorbeeld productmateriaal en/of productkleur en/of productherkomst.
17. Inrichting voor het opnemen van een cilindervormig product volgens een der voorgaande conclusies, omvattende een in de opneemopening steekbare doorn (12) voor het dragen van het product, alsmede een detectie-inrichting (13) voor het uitlezen van de op afstand 5 uitleesbare informatiedrager (6).
18. Inrichting volgens conclusie 17, waarbij de doorn (12) is voorzien van ten minste een deel van de detectie-inrichting (13), en in het bijzonder van een informatiedrager-uitleesdeel (13a).
19. Voertuig, bijvoorbeeld heftruck, voorzien van een inrichting volgens 10 conclusie 16 of 17.
20. Informatiedragende structuur omvattende een in een opneemdoorgang (2) van een cilindervormig product (1) brengbaar kokervormig deel (5a) met een kopse flens (5c), waarbij het kokervormige deel (5a) is voorzien van een op afstand uitleesbare informatiedrager (6).
21. Werkwijze voor het identificeren van een cilindervormig product, welk product is voorzien van een via een laterale productzijde toegankelijke opneemdoorgang (2), waarbij de werkwijze omvat: -het op het product aanbrengen van een informatiedragende structuur (5) omvattende een op afstand uitleesbare informatiedrager (6), zodanig dat de 20 informatiedragende structuur (5) zich ten minste deels in de opneemdoorgang (2) uitstrekt.
22. Werkwijze volgens conclusie 21, omvattende het uitlezen van de informatiedrager (6).
23. Werkwijze volgens conclusie 22, omvattende het in de 25 opneemdoorgang (2) steken van een doorn (12) voorafgaande aan en/of tijdens het uitlezen van de informatiedrager (6).
24. Werkwijze volgens conclusie 22 of 23, omvattende het aan een omgeving signaleren van de uitgelezen informatie en/of aanverwante informatie. 30
NL2008946A 2012-06-06 2012-06-06 Cilindervormig product, opneeminrichting, voertuig en werkwijze. NL2008946C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2008946A NL2008946C2 (nl) 2012-06-06 2012-06-06 Cilindervormig product, opneeminrichting, voertuig en werkwijze.
PCT/NL2013/050401 WO2013183998A1 (en) 2012-06-06 2013-06-06 Take-up apparatus for cylinder-shaped product, vehicle with apparatus and method

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2008946A NL2008946C2 (nl) 2012-06-06 2012-06-06 Cilindervormig product, opneeminrichting, voertuig en werkwijze.
NL2008946 2012-06-06

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2008946C2 true NL2008946C2 (nl) 2013-12-09

Family

ID=46939939

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2008946A NL2008946C2 (nl) 2012-06-06 2012-06-06 Cilindervormig product, opneeminrichting, voertuig en werkwijze.

Country Status (2)

Country Link
NL (1) NL2008946C2 (nl)
WO (1) WO2013183998A1 (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE102013020429A1 (de) * 2013-12-05 2015-06-11 Karatzis S.A. Kennzeichnungsvorrichtung und Kennzeichnungssystem für rollenförmig aufgewickelte Produkte
ES2705411T3 (es) * 2015-06-05 2019-03-25 Gleason Cutting Tools Corp Herramientas con dispositivo de información extraíble
CN109678086A (zh) * 2019-02-22 2019-04-26 银川特种轴承有限公司 轴承环形工件转运装置
CN110734009B (zh) * 2019-09-30 2021-08-06 林德(中国)叉车有限公司 一种基于地面编码的叉车识别区域方法及系统
EP4271636A1 (en) * 2020-12-30 2023-11-08 Thema 2 S.R.L. Automatic thread reel reading device with rfid tag, related system and tracking method

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20050237199A1 (en) * 2004-04-05 2005-10-27 Sonoco Development, Inc. Removable identification device for multilayer tubular structures
US20060102774A1 (en) * 2003-05-27 2006-05-18 Kunststoff-Spritzgusswerk Ing. Klaus Burk Gmbh. Winding tube
GB2435028A (en) * 2006-02-14 2007-08-15 Deva Composites Ltd Insert for transferring drive torque to a core
JP2008024504A (ja) * 2006-06-22 2008-02-07 Tanaka Shikan Kk Icタグ付き紙管
EP2103561A2 (de) * 2008-03-18 2009-09-23 Maschinenfabrik Rieter Ag Hülse mit einem RFID-Transponder für eine Textilmaschine

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5260694A (en) * 1992-01-10 1993-11-09 Ndc Automation, Inc. Automatic article tracking system for manually operated delivery system
NL9401836A (nl) * 1994-11-04 1996-06-03 Nedap Nv Werkwijze en stelsel ter identificatie van pallets.
US6819243B2 (en) * 2000-04-03 2004-11-16 Mikko Keskilammi Method and apparatus for identifying bulk goods, preferably roll-like bulk goods
US6669089B2 (en) * 2001-11-12 2003-12-30 3M Innovative Properties Co Radio frequency identification systems for asset tracking
US7151979B2 (en) * 2002-11-26 2006-12-19 International Paper Company System and method for tracking inventory
JP2008094504A (ja) * 2006-10-05 2008-04-24 Nippon Steel Corp 置場管理システム
JP2008110836A (ja) * 2006-10-30 2008-05-15 Japan Pallet Rental Corp フォークリフト
DE102007061707A1 (de) * 2007-12-19 2009-06-25 Technische Universität München Flurförderzeug mit einer RFID-gestützten Einrichtung zur Identifikation von Ladungsgütern
ES2349103B1 (es) * 2008-12-10 2011-10-20 Javier Ferrer Alos Garra de un puente-grua con dispositivo lector de etiquetas rfid dispuestas en el hueco interior de bobinas de acero.

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20060102774A1 (en) * 2003-05-27 2006-05-18 Kunststoff-Spritzgusswerk Ing. Klaus Burk Gmbh. Winding tube
US20050237199A1 (en) * 2004-04-05 2005-10-27 Sonoco Development, Inc. Removable identification device for multilayer tubular structures
GB2435028A (en) * 2006-02-14 2007-08-15 Deva Composites Ltd Insert for transferring drive torque to a core
JP2008024504A (ja) * 2006-06-22 2008-02-07 Tanaka Shikan Kk Icタグ付き紙管
EP2103561A2 (de) * 2008-03-18 2009-09-23 Maschinenfabrik Rieter Ag Hülse mit einem RFID-Transponder für eine Textilmaschine

Also Published As

Publication number Publication date
WO2013183998A1 (en) 2013-12-12

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL2008946C2 (nl) Cilindervormig product, opneeminrichting, voertuig en werkwijze.
KR100851613B1 (ko) 다층 관형 구조체용 제거 가능한 식별 소자
RU2341428C2 (ru) Устройство идентификации для многослойных трубчатых конструкций
US6563425B2 (en) RFID passive repeater system and apparatus
US6809703B2 (en) Contactless electronic tag for three-dimensional object
US20050093701A1 (en) RFID tag-pallet
US7196627B2 (en) Control of packaged modules
EP2235663B1 (en) Rfid system with distributed read structure
US20060113397A1 (en) Pallet tag/label carrier
EP1693807A1 (en) RFID tracking method and system
JP2004534430A (ja) Rfid追跡方法およびシステム
US7341199B2 (en) Material handling system with dynamic source tagging
WO2008048766B1 (en) Method of tracking items using rfid
ES2344823B1 (es) Metodo de recuperacion eficiente de la informacion contenida en una etiqueta rfid, cuando dicha etiqueta rfid esta dispuesta en una bobina de acero, y dispositivos para llevar a cabo dicho metodo.
JP2006347560A (ja) パレット
KR101167467B1 (ko) Rfid 라벨 태그
CN113906458A (zh) 运行生产超市的方法、运行生产超市的设备、平板车和系统
CA2545847A1 (en) Material handling system with dynamic source tagging
JP2012254572A (ja) Icタグを使用した書籍と書籍情報設定システム
JP2013156724A (ja) データキャリアシート
JP3136193U (ja) 立体タグ
JP2006081794A (ja) 共振体を備えたハンガー
CN106211798A (zh) Rfid吊牌
JP2007045435A (ja) パレット

Legal Events

Date Code Title Description
SEIZ Seizure

Effective date: 20150403

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20150701