NL2007394C2 - Inrichting voor het vormen van een voorraadrol. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Inrichting voor het vormen van een voorraadrol.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het vormen van een voorraadrol van een voor lucht permeabele dragerband met 5 tussen de wikkelingen van de voorraadrol op maat gemaakte tabaksbladen voor de sigarenfabricage.

In het specifieke vakgebied van sigarenfabricage wordt een dergelijke voorraadrol ook wel aangeduid met de term bobine. Een bobine wordt tijdens de sigarenfabricage afgewikkeld waardoor de tussen de wikkelingen van de 10 bobine gelegen op maat gemaakte tabaksbladen beschikbaar komen om geautomatiseerd door opneemmiddelen zoals een zuigkop te worden opgenomen om tot dekblad voor een sigaar te worden gewikkeld. Daarbij is het van belang dat de tabaksbladen op betrouwbare wijze op een gedefinieerde positie aan de opneemmiddelen worden aangeboden. In de praktijk blijkt echter dat een tabaksblad 15 niet blijft liggen op een zojuist afgewikkeld deel van de dragerband, maar als het ware blijft kleven aan de voorraadrol. Hierdoor gaat het betreffende tabaksblad verloren of althans is het niet mogelijk voor de opneemmiddelen om het betreffend tabaksblad geautomatiseerd op te nemen.

De onderhavige uitvinding beoogt nu voor deze problematiek een 20 oplossing of althans een verbetering te bieden en is daarbij gebaseerd op het inzicht dat het wenselijk is om in de dragerband over de gehele diameter van de bobine een zo constant mogelijke wikkelspanning te creëren. De inrichting volgens de uitvinding omvat opneemmiddelen voor het roteerbaar opnemen van de voorraadrol, aandrijfmiddelen voor het ten behoeve van het opwikkelen van de voorraadrol om 25 een rotatie-as roterend aandrijven van de opneemmiddelen, een zuigoppervlak stroomopwaarts ten opzichte van de voorraadrol waarbij het zuigoppervlak wordt gevormd door een deel van de buitenzijde van een eindloze transportband die om ten minste twee omlooporganen is geslagen en voor lucht permeabel is, drukmiddelen met ten minste één verlaagde-druk kamer voor het ter plaatse van het zuigoppervlak 30 aan de binnenzijde van de transportband daarvan creëren van een verlaagde druk voor het via de transportband aanzuigen van dragerband tegen de buitenzijde van de transportband en voor het via de dragerband aanzuigen van de op maat gemaakte tabaksbladen.

2

De toepassing van de eindloze transportband biedt het belangrijke voordeel dat er geen noodzaak is voor de dragerband om langs het zuigoppervlak te schuiven, hetgeen vanwege aandrijfkrachten voor het wikkelen van de voorraadrol waarvan de grootte mede afhangt van de diameter van de voorraadrol tijdens het 5 opwikkelen daarvan, een niet goed beheersbare wikkelspanning met zich meebrengt.

Een zeer geschikte wijze om de transportband voor lucht permeabel uit te voeren is door deze te voorzien van doorgaande openingen. Ter plaatse van deze openingen zal de zuigkracht heersen waarmee de draagband tegen de transportband worden gezogen.

10 Om te voorkomen dat de vorm van het zuigoppervlak wordt beïnvloed door de zuigende werking die wordt uitgeoefend door de drukmiddelen geniet het de voorkeur dat de inrichting ter plaatse van de ten minste ene verlaagde-druk kamer ten minste één voor lucht permeabel steunlichaam voor de transportband omvat.

15 Ook voor het ten minste ene steunlichaam geldt dat deze, net als de transportband, bij voorkeur is voorzien van doorgaande openingen. Deze doorgaande openingen van het ten minste ene steunlichaam kunnen overigens aanmerkelijk groter zijn dan de eventuele doorgaande openingen van de transportband waardoor ook kan worden verzekerd dat er een doorgaande 20 verbinding is tussen de binnenzijde van het steunlichaam en de buitenzijde van de transportband.

Bij voorkeur omvat het ten minste ene steunlichaam een roostervormige wand waardoor het ten minste ene steunlichaam als een relatief eenvoudig onderdeel kan worden uitgevoerd.

25 Teneinde zo min mogelijk vervorming van de transportband toe te staan is het voordelig indien ten minste één steunlichaam van stijf materiaal is vervaardigd.

Tevens is het voordelig indien ten minste één steunlichaam vlak is. Het opleggen van tabaksbladen op de transportband kan met name op betrouwbare 30 wijze plaatsvinden indien het zuigoppervlak vlak is.

Met name in combinatie met voorgaande voorkeursuitvoeringsvorm geniet het de voorkeur dat ten minste één (ander) steunlichaam wordt gevormd door een omlooporgaan. Aldus kan het zuigoppervlak zich ook uitstrekken langs een deel 3 van de omtrek van een omlooporgaan zodat ook daar een goede tijdelijke hechting van een tabaksblad op de transportband kan worden gewaarborgd.

In zijn algemeenheid geniet het de voorkeur dat de inrichting volgens de uitvinding besturingsmiddelen omvat voor het besturen van de aandrijfmiddelen 5 en/of van de drukmiddelen.

Een belangrijke voorkeursuitvoeringsvorm wordt gekenmerkt doordat de ten minste ene verlaagde-druk kamer een stroomopwaartse lage druk kamer en een stroomafwaartse lage druk kamer omvat, waarbij de besturingsmiddelen zijn ingericht om in bedrijf in de stroomopwaartse lage druk kamer continu een lage druk 10 te creëren en in de stroomafwaartse lage druk kamer afwisselend een lage druk en een hogere druk dan de lage druk, bij voorkeur een atmosferische druk, te creëren. Het opleggen van tabaksbladen op de transportband kan dan ook zeer betrouwbare geautomatiseerd geschieden waarbij tijdens het benaderen door een tabaksblad van de transportband en het in contact komen van het tabaksblad met de transportband 15 ter plaatse van de lagedrukkamer, in de lagedrukkamer de hogere druk heerst en het proces van het opleggen van een tabaksblad niet wordt verstoord door een eventuele lagere druk in de lagedrukkamer en pas na het in contact komen van het tabaksblad met de transportband een verlaagde druk in de stroomafwaartse lagedrukkamer wordt gecreëerd waardoor het tabaksblad wordt overgenomen door de 20 transportband. Bij verder opwikkelen van de voorraadrol, oftewel tijdens verder transport van het tabaksblad op de transportband, komt het tabaksblad in het gebied van de stroomopwaartse lagedruk-kamer waardoor het tabaksblad vastgezogen blijft op de transportband ondanks het feit dat voor een volgend tabaksblad dat op de transportband wordt gelegd in de stroomafwaartse lagedrukkamer tijdelijk weer een 25 hogere druk wordt gecreëerd.

Bij voorkeur is de transportband om drie omlooporganen geslagen en verloopt de transportband volgens een, althans in hoofdzaak, driehoekig traject. Aldus wordt binnen de driehoeksvorm ruimte geboden voor het accommoderen van de ten minste ene drukkamer.

30 De inrichting omvat voordeligerwijze verdere aandrijfmiddelen voor het roterend aandrijven van ten minste een van de omlooporganen. Aldus is de beweging van de transportband niet direct afhankelijk van het opwikkelen van de voorraadrol.

4

Bij toepassing van besturingsmiddelen zijn deze bij voorkeur ingericht voor het afstemmen van de werkzaamheid van de aandrijfmiddelen en de werkzaamheid van de verdere aandrijfmiddelen dusdanig dat de dragerband met een zelfde snelheid op de voorraadrol wordt gewikkeld als de snelheid van de 5 transportband.

De rotatie-as is bij voorkeur gelegen in het verlengde van een vlak verlopend deel van het zuigoppervlak. Aldus kan worden gegarandeerd dat behalve de transportband ook de dragerband over een deel van de booghoek van een omlooporgaan dat is gelegen aan de zijde van de voorraadrol, is geslagen.

10 De opneemmiddelen zijn bij voorkeur ingericht voor het tegen een omlooporgaan drukken van de voorraadrol tijdens het opwikkelen daarvan.

De uitvinding zal navolgend nader worden toegelicht aan de hand van de beschrijving van een voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding onder verwijzing naar de navolgende figuren: 15 fig. 1 toont in isometrisch aanzicht een zuigsamenstel zoals die deel uitmaakt van een inrichting volgens de uitvinding; fig. 2a en 2b tonen respectievelijk in boven- en vooraanzicht het zuigsamenstel volgens fig. 1; fig. 2c toont doorsnede A-A in fig. 2b; 20 fig. 3a, 4a, 5a, 6a tonen in isometrisch aanzicht de inrichting volgens de uitvinding in vier verschillende achtereenvolgende fasen van toepassing daarvan; fig. 3b, 4b, 5b, 6b tonen respectievelijk de fig. 3a, 4a, 5a, 6a in zijaanzicht.

Figuren 3a en 3b tonen respectievelijk in isometrisch en zij-aanzicht 25 een inrichting 1 voor het vormen van een voorraadrol 2 van een voor lucht permeabele dragerband 3 waarbij tussen de wikkelingen van de voorraadrol 2 met behulp van snijinrichting 4 op maat gemaakte tabaksbladen met behulp van oplegmechanisme 5 worden voorzien. Dergelijke voorraadrollen 2 zijn ook bekend onder de naam bobines en worden bij de fabricage van sigaren afgewikkeld 30 waardoor de tabaksbladen tussen de wikkelingen van de voorraadrol 2 beschikbaar komen om geautomatiseerd op te worden genomen teneinde te worden gewikkeld als dekblad van een sigaar. De snijeenheid 4 en het oplegmechanisme 5 zijn op zich de vakman bekend en zullen navolgend dan ook niet in detail worden omschreven.

5

Inrichting 1 omvat een eerste spil 11 waarop voorraadrol 2 roteerbaar om de hartlijn van spil 11 kan worden aangebracht en spil 12 waarop een afwikkelrol 13 van dragerband 3 roteerbaar om de hartlijn van spil 12 kan worden aangebracht. Spil 12 is vast verbonden met gestel 14 terwijl spil 11 is voorzien aan 5 het uiteinde van zwenkarm 15 welke zwenkarm 15 zwenkbaar om zwenkas 16 met gestel 14 is verbonden. Dragerband 3 voor zover afgewikkeld van afwikkelrol 13 verloopt langs geleidingsrol 17 en langs zuigsamenstel 18 alvorens weer op voorraadrol 2 te worden gewikkeld. Geleidingsrol 17 en zuigsamenstel 18 zijn vast verbonden met gestel 14.

10 Een belangrijk aspect van de uitvinding is gelegen in zuigsamenstel 18 die meer in detail en geïsoleerd is weergegeven in de figuren 1 tot en met 2c. Het zuigsamenstel 18 omvat een frame 21 ten opzichte waarvan drie in een driehoeksvorm opgestelde omlooprollen 22, 23, 24 roteerbaar zijn gelagerd. Om deze omlooprollen 22-24 is een eindloze transportband 25 geslagen. Over het 15 grootste deel van de breedte van deze eindloze transportband 25 is transportband 25 voorzien van doorgaande gaten 26 die in een regelmatig patroon zijn voorzien. Voor het op spanning houden van de eindloze transportband 25 omvat het zuigsamenstel 18 een aandrukrol 26 die is voorzien aan het uiteinde van zwenkarm 27 welke aandrukrol 26 onder zekere voorspanning tegen de binnenzijde van de transportband 20 25 aandrukt.

Zoals onder andere zichtbaar in figuur 3b is in bedrijf dragerband 3 geslagen om de buitenzijde van de transportband 25, meer specifiek om dat deel van transportband 25 dat aanwezig is tussen de omlooporganen 22 en 23 alsmede om delen van transportband 25 die zich langs de omtrek van omlooprollen 22, 23 25 uitstrekken. Tussen de buitendiameters van omlooprollen 22, 23 strekt zich een roostervormig steunlichaam 31 uit met ruitvormige openingen 32 terwijl tussen de buiendiameters van omlooprollen 23 en 24 een gesloten steunlichaam 39 is voorzien. In bedrijf verloopt transportband 25 langs deze steunlichamen 31 en 39, die van stijf materiaal zoals bijvoorbeeld RVS zijn vervaardigd waardoor vlakheid van de 30 transportband 25 ter plaatse van deze steunlichamen 31, 39 kan worden gegarandeerd. De omtreksrand van omlooprol 23 is net als steunlichaam 31 roostervormig met in een regelmatig patroon grote gaten 33 en kleine gaten 34. Gaten 33 en 34 zijn in dit voorbeeld rond maar kunnen uiteraard ook andere vormen 6 hebben.

Aan de binnenzijde van transportband 25 omvat het zuigsamenstel 18 verder twee verlaagde-druk kamers 41, 42. Verlaagde-druk kamer 41 wordt begrensd door een deel van steunlichaam 31, zijwand 43, een deel van frame 21 en 5 schot 44. Verlaagde-druk kamer 42 wordt begrensd door een deel van steunlichaam 31, het buitenste kwadrant van omlooprol 23, een deel van steunlichaam 39, zijwand 45 en een deel van frame 21.

De verlaagde-druk kamers 41, 42 zijn aangesloten op een, niet nader getoonde, lage-druk-pomp (of eventueel op twee aparte lage-druk-pompen). 10 Een lage-druk-pomp kan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als ventilator die onderdruk creëert. De genoemde aansluiting is in ieder geval voor de verlaagde-druk kamer 41 via een schakelbaar ventiel waardoor met behulp van niet nader getoonde besturingsmiddelen afwisselend in de verlaagde-druk kamer 41 een verlaagde druk kan worden gecreëerd en een hogere of zelfs atmosferische druk. Alternatief kan in 15 het geval twee aparte lage-druk-pompen worden toegepast de omschreven afwisseling tussen lage druk en atmosferische of althans hogere dan de lage druk worden gerealiseerd door de betreffende lage-druk-pomp te bekrachtigen en niet of althans in mindere mate te bekrachtigen.

Teneinde slip van materiaalbaan 3 langs transportband 25 die 20 eventueel zou kunnen ontstaan vanwege een (te krachtige) bekrachtiging van aandrijfmotor 69 te voorkomen is inrichting 1 voorzien van een aandrukrol 71. Aandrukrol 71 is voorzien aan het einde van zwenkarm 72 die om zwenkas 73 zwenkbaar is en in figuur 3b, bijvoorbeeld onder invloed van een torsieveer, naar boven neigt. Binnen dit verband wordt tevens opgemerkt dat spil 12 licht geremd is 25 uitgevoerd waardoor dragerband 3 op spanning blijft.

Inrichting 1 werkt als volgt:

Dragerband 3, die voor lucht permeabel is en de vakman op zich bekend is, wordt afgewikkeld van afwikkelrol 13 en opgewikkeld op voorraadrol 2. Tussen afwikkelrol 13 en voorraadrol 2 is dragerband 3 geleid om geleidingsrol 17, 30 omlooprol 22 en omlooprol 23. Ter plaatse van omlooprollen 22 en 23 en daartussen ligt de dragerband 3 aan tegen de buitenzijde van transportband 25.

Een arbeider plaatst een tabaksblad op snijbed 61 waarna het samengestelde aandrukorgaan 62 van één uiteinde van geleiding 63 naar tegenover 7 gelegen uiteinde van geleiding 63 wordt verplaatst waarbij het tabaksblad op een mes met een gesloten contour volgens de gewenste vorm van het tabaksblad van snijbed 61 wordt gedrukt en binnen de contour van dat mes een op maat gemaakte tabaksblad beschikbaar komt. Vervolgens wordt dit op maat gemaakte tabaksblad 5 opgenomen door zuigkop 64 van oplegmechanisme 5. Deze situatie is weergegeven in de figuren 3a en 3b.

Vervolgens beweegt zuigkop 64 met daaraan vastgezogen het op maat gemaakte tabaksblad, naar het zuigsamenstel 18, meer specifiek naar een positie op transportband 25 tegenover de verlaagde-druk kamer 41. In ieder geval op 10 het moment dat zuigkop 64 bij de transport 25 arriveert (figuren 4a en 4b) heerst er in de verlaagde-druk kamer 41 een atmosferische druk of althans een hogere druk dan de druk die heerst in zuigkop 64 om het op maat gemaakte tabaksblad 6 vast te houden. Vervolgens wordt de druk in zuigkop 64 opgevoerd terwijl gelijktijdig of kort daarna de druk in drukkamer 41 wordt verlaagd. Aldus wordt het tabaksblad 6 15 overgenomen van zuigkop 64 naar de transportband 25. De openingen 32 in rooster 31 en de doorgaande gaten 26 in de eindloze transportband 25, alsmede het lucht permeabele karakter van dragerband 3 maakt het mogelijk dat de verlaagde druk in drukkamer 41 ook werkzaam is ter plaatse van de doorgaande gaten 26 waardoor het op maat gemaakte tabaksblad 6 wordt vastgezogen de dragerband 3 die op zijn 20 beurt tegen de transportband 25 wordt gezogen.

Vervolgens beweegt de zuigkop 64 weer terug naar het snijbed (al dan niet eerst via een tussengelegen positie) waar de zuigkop stil staat tot het moment dat een volgende op maat gemaakte tabaksblad beschikbaar is gekomen ter plaatse van het snijbed 61 (figuren 5a en 5b). Uiteraard zal de luchtdruk binnen 25 zuigkop 64 eerst weer worden verlaagd teneinde de volgende op maat gemaakte tabaksblad op te kunnen nemen.

Nadat de zuigkop 64 los is gekomen van de transportband 25 wordt spil 11 aangedreven door aandrijfmotor 69 om voorraadrol 2 op te wikkelen en gelijktijdig wordt transportband 25 door bekrachtiging van de niet nader getoonde 30 aandrijving voor omlooprol 22 aangedreven. Het is daarbij zaak dat de snelheid waarmee voorraadrol 2 wordt opgewikkeld en de snelheid waarmee transportband 25 wordt aangedreven op elkaar worden afgestemd. Voorraadrol 2 wordt volgens een start-stop patroon opgewikkeld. De verplaatsing van transportband 25 is dusdanig 8 dat het op maat gemaakte tabaksblad 6 dat zojuist door zuigkop 64 op transportband 25 is geplaatst, schot 44 passeert en derhalve binnen de invloedsfeer komt van verlaagde-druk kamer 42 in plaats van die van verlaagde-druk kamer 41. In deze verlaagde-druk kamer 42 heerst continu een verlaagde druk.

5 Het bovenstaande omschreven proces herhaalt zich continu waarbij de achtereenvolgens op maat gemaakte tabaksbladen 6 ook voor een deel de radius van omlooprol 23 zullen volgen waarna de tabaksbladen 6 tijdens verder opwikkelen van voorraadrol 2 tussen de wikkelen van de voorraadrol 2 geraken. Aangezien omlooprol 23 zich binnen de verlaagde-druk kamer 42 bevindt en een “open” 10 omtrekswand heeft zoals voorgaand omschreven, worden de tabaksbladen 6 ook ter plaatse van omlooprol 23 op betrouwbare wijze tegen de dragerband 3 gezogen.

Voorraadrol 2 rust met zijn buitendiameter onder invloed van de zwaartekracht en eventueel met behulp van middelen voor het creëren van een voorspanning, bijvoorbeeld een torsieveer ter plaatse van zwenkas 16, aan tegen 15 transportband 25 ter plaatse van omlooprol 23. Naarmate de diameter van de voorraadrol 2 toeneemt zal zwenkarm 15 in figuur 3b naar rechts zwenken waarna de situatie volgens de figuren 6a en 6b wordt bereikt. Mede doordat de hartlijn van de spil 11 in het verlengde is gelegen van transportband 25 voor zover deze zich uitstrekt tussen de omlooprollen 22 en 23, zoals met name duidelijk zichtbaar in de 20 figuren 3b, 4b, 5b en 6b, heeft de diameter van voorraadrol 2 geen of althans nagenoeg geen invloed op de baan van de dragerband 3 voor zover gelegen tegen transportband 25.

25

Claims (15)

1. Inrichting voor het vormen van een voorraadrol van een voor lucht permeabele dragerband met tussen de wikkelingen van de voorraadrol op maat 5 gemaakte tabaksbladen voor de sigarenfabricage, omvattende opneemmiddelen voor het roteerbaar opnemen van de voorraadrol, aandrijfmiddelen voor het ten behoeve van het opwikkelen van de voorraadrol om een rotatie-as roterend aandrijven van de opneemmiddelen, een zuigoppervlak stroomopwaarts ten opzichte van de voorraadrol waarbij het zuigoppervlak wordt gevormd door een deel van de 10 buitenzijde van een eindloze transportband die om ten minste twee omlooporganen is geslagen en voor lucht permeabel is, drukmiddelen met ten minste één verlaagde-druk kamer voor het ter plaatse van het zuigoppervlak aan de binnenzijde van de transportband daarvan creëren van een verlaagde druk voor het via de transportband aanzuigen van dragerband tegen de buitenzijde van de transportband en voor het via 15 de dragerband aanzuigen van de op maat gemaakte tabaksbladen.

2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de transportband is voorzien van doorgaande openingen.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij de inrichting ter plaatse van de ten minste ene verlaagde-druk kamer ten minste één voor lucht permeabel 20 steunlichaam voor de transportband omvat.

4. Inrichting volgens conclusie 3, waarbij ten minste één steunlichaam is voorzien van doorgaande openingen.

5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, waarbij ten minste één steunlichaam een roostervormige wand omvat.

6. Inrichting volgens conclusie 3, 4 of 5, waarbij ten minste één steunlichaam van stijf materiaal is vervaardigd.

7. Inrichting volgens conclusie 3, 4, 5 of 6 waarbij ten minste één steunlichaam vlak is.

8. Inrichting volgens conclusie 3, 4, 5 of 6, waarbij ten minste één 30 steunlichaam wordt gevormd door een omlooporgaan.

9. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies omvattende besturingsmiddelen voor het besturen van de aandrijfmiddelen en/of van de drukmiddelen.

10. Inrichting volgens conclusie 9, waarbij de ten minste ene verlaagde-druk kamer een stroomopwaartse lage druk kamer en een stroomafwaartse lage druk kamer omvat, waarbij de besturingsmiddelen zijn ingericht om in bedrijf in de stroomopwaartse lage druk kamer continu een lage druk te creëren en in de 5 stroomafwaartse lage druk kamer afwisselend een lage druk en een hogere druk dan de lage druk, bij voorkeur een atmosferische druk, te creëren.

11. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de transportband om drie omlooporganen is geslagen en de transportband volgens een althans in hoofdzaak driehoekig traject verloopt.

12. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de inrichting verdere aandrijfmiddelen omvat voor het roterend aandrijven van ten minste één van de omlooporganen.

13. Inrichting volgens conclusie 9 en conclusie 13, waarbij de besturingsmiddelen zijn ingericht voor het afstemmen van de werkzaamheid van de 15 aandrijfmiddelen en de werkzaamheid van de verdere aandrijfmiddelen dusdanig dat de dragerband met een zelfde snelheid op de voorraadrol wordt gewikkeld als de snelheid van de transportband.

14. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de rotatie-as is gelegen in het verlengde van een vlak verlopend deel van het 20 zuigoppervlak.

15. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de opneemmiddelen zijn ingericht voor het tegen een omlooporgaan drukken van de voorraadrol tijdens het opwikkelen daarvan. 25