NL2003561C2 - Voerstation voor het automatisch doseren van voer aan vee. - Google Patents

Description

VOERSTATION VOOR HET AUTOMATISCH DOSEREN VAN VOER AAN VEE

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een voerstation voor het automatisch doseren van voer aan een kudde vee.

5

Op het relevante vakgebied is een voerautomaat bekend, die is voorzien van een doseermechanisme voor het afgeven van een voorafbepaalde dosis voer. De bekende voerautomaat is tevens voorzien van identificatiemiddelen, die een oorknop van een dier, zoals een koe of een geit, kunnen uitlezen en van hardware en software, die is 10 ingericht om de voorgeprogrammeerde dosis voor elk dier afzonderlijk af te geven.

De bekende voerautomaat is uitsluitend geschikt voor het bevoorraden van één box en is daaraan vast bevestigd. Dientengevolge heeft de bekende voerautomaat als nadeel dat deze slechts een beperkt aantal dieren per dag kan bevoorraden. Dit aantal is in het 15 voorbeeld van geiten gelimiteerd tot ruwweg 35 geiten per dag. De gemiddelde kuddegrootte bedraagt 1000 geiten, zodat er bij benadering 30 voerautomaten dienen te worden aangeschaft voor één kudde. Dit brengt een aanzienlijke investering met zich mee.

20 De uitvinding heeft tot doel om een voerstation te verschaffen dat in staat is om een volledige kudde dieren, bij voorbeeld geiten, in één dag te bevoorraden op economische wijze. De uitvinding lost dit probleem op door middel van een voerstation, omvattende: een reeks boxen voor vee; ten minste één voerautomaat voorzien van een doseermechanisme voor het doseren van veevoer; geleidingsmiddelen, die aan de 25 boxen zijn bevestigd voor het geleiden van de voerautomaat langs de boxen; ten minste één aandrijving voor het bewegen van de voerautomaat over de geleidingsmiddelen; detectiemiddelen op de voerautomaat, die zijn ingericht om de aanwezigheid van een dier in een box te detecteren door het afgeven van een detectiesignaal; besturingsmiddelen voor het besturen van de aandrijving; waarin de besturingsmiddelen 30 zijn ingericht om de aandrijving zodanig aan te sturen dat deze de voerautomaat steeds positioneert bij een box waarbij de detectiemiddelen eén detectiesignaal afgeven.

In een eerste voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de detectiemiddelen een fotocel. Een fotocel is in staat om zo snel de aanwezigheid van een dier in een box te herkennen en 2003561 2 een signaal af te geven aan de besturingsmiddelen, dat de besturingsmiddelen in staat zijn om de al bewegende voerautomaat tijdig bij de betreffende box tot stilstand te brengen.

5 Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van het voerstation volgens de uitvinding is de voerautomaat verder voorzien van identificatiemiddelen die zijn ingericht voor het identificeren van een dier en het op basis daarvan aansturen van het doseermechanisme. Bij voorkeur zijn de identificatiemiddelen ingericht voor het uitlezen van een oorknop of tag op een dier.

10

De besturingsmiddelen kunnen een programmable logic controller (PLC) omvatten.

Volgens een praktische voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de geleidingsmiddelen rails. Bij voorkeur strekken de rails zich uit boven de boxen.

15

De uitvinding heeft tevens betrekking op een voerautomaat, zoals beschreven als onderdeel van het voerstation volgens de uitvinding.

De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van de bijgevoegde 20 tekeningen, waarin:

Figuur 1 een schematisch bovenaanzicht toont van het voerstation volgens de uitvinding;

Figuur 2 een schematisch zijaanzicht toont van de voerautomaat als onderdeel van het 25 voerstation volgens de uitvinding;

Figuur 3 een besturingsschema toont van het voerstation uit figuur 1;

Figuur 4 het voerstation uit figuur 1 in 3D achteraanzicht toont vanaf de linkerzijde; 30

Figuur 5 het voerstation uit figuur 4 in zijaanzicht toont; en

Figuur 6 het voerstation uit figuur 1 in 3D achteraanzicht toont vanaf de rechterzijde.

3

Figuur 1 toont schematisch in bovenaanzicht een voerstation 1 volgens de uitvinding.

Het voerstation omvat een aantal boxen 10 voor vee. In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm zijn er 15 boxen 10 getoond. Ter illustratie zijn een reeks 5 boxen 10 individueel aangeduid met 10-1, 10-2, 10-3 en 10-4. De boxen kunnen qua afmetingen worden aangepast aan het type dier. In de beschreven voorkeursuitvoeringsvorm zijn de boxen 10 bestemd voor gebruik door geiten.

Een voerautomaat 20 is beweegbaar langs de boxen 10 middels geleidingsmiddelen 30.

10

Voerautomaat 20 is in figuur 2 schematisch in zijaanzicht getoond. Figuur 4 toont het voerstation 1 voor een deel in een zijaanzicht. Figuren 5 en 6 tonen voerautomaat 20 en de overige delen van voerstation 1 uit figuur 4 in 3D achteraanzicht.

15 Elke box is voorzien van een paar deuren, 11-1,11-2,11-3,11-4 met een eigen bedieningsmechanisme. Elk bedieningsmechanisme omvat een trekstang 12-1, 12-2, 12-3, 12-4, die is verbonden met een kopplaat 13-1, 13-2, 13-3, 13-4 en een sluitmechanisme 14-1, 14-2, 14-3, 14-4. In figuren 4 en 6 zijn de deuren beurtelings open (11-1, 11-3), dan wel gesloten (11-2, 11-4) getoond. Ter verduidelijking is box 10-5 20 gedeeltelijk opengewerkt weergegeven zonder deuren. Zodra een dier box 10-5 binnenloopt, dan steekt die zijn kop door de opening in de kopplaat 13-5 en duwt de kopplaat in de richting van de voertrog 14-5 om te zien of er voer ligt. De aan de kopplaat 13-5 bevestigde trekstang 12-5 bedient het sluitmechanisme van de deuren van de box en sluit deze. In box 10-4 zijn de gesloten deuren 11-4 met sluitmechanisme 14-4 25 getoond. Bij het verlaten van de box werkt het bedieningsmechanisme in omgekeerde richting om de deuren te openen. In box 10-3 zijn de open deuren 11-3 met sluitmechanisme 14-3 getoond.

Voerautomaat 20 is voorzien van een behuizing 21, die is voorzien van een schuin 30 verlopende zijde. Aan deze schuine zijde is een opening 22 voorzien voor het doseren van veevoer. De voerautomaat 20 is voorzien van een doseermechanisme (ten dele getoond), dat is ingericht om per dier een voorgeprogrammeerde dosis voer per tijdseenheid af te geven. In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm omvat de voerautomaat 20 een viertal compartimenten, die elk met voer kunnen zijn gevuld. Het 4 doseermechanisme omvat voor elk compartiment een vijzel, die is ingericht om een dosis voer uit te vijzelen. In figuur 2 zijn hiervan twee vijzels 24 en 25 weergegeven. Op het relevante vakgebied zijn verschillende voerautomaten met doseermechanismen bekend, bij voorbeeld voor koeien en geiten. Het doseermechanisme zal in het kader 5 van deze uitvinding dan ook niet verder in detail worden toegelicht.

Aan de bovenzijde van de behuizing 21 bevindt zich een aandrijving 40, bestaande uit een motor 41 en een tandriem 42. De aandrijfmiddelen 40 zijn bestemd om de voerautomaat 20 middels loopwagen 23 langs de geleidingsmiddelen 30 voort te 10 bewegen. Voerautomaat 20 is voorzien van bewegingssensoren 41 en 42, voor het regelen van de beweging. Ter vergroting van de veiligheid is de voerautomaat 20 voorzien van een noodstop 23 voor het abrupt afbreken van de beweging. De geleidingsmiddelen omvatten rails 31, die zich uitstrekken bovenop de reeks boxen 10.

15 Voerautomaat 20 is verder voorzien van detectiemiddelen 50, die zijn ingericht om de aanwezigheid van een dier in een box 10 te kunnen detecteren. Geschikte detectiemiddelen zijn gevormd door een fotocel 51.

Voerautomaat 20 is verder voorzien van herkenningsmiddelen ofwel 20 identificatiemiddelen 70 in de vorm van sensoren 71, 72. De identificatiemiddelen zijn ingericht om een dier te kunnen identificeren, bij voorbeeld door het uitlezen van een oorknop of tag. De op het vakgebied bekende voerautomaten met doseermechanismen zijn uitgerust met dergelijke identificatiemiddelen, die zijn gekoppeld aan het doseermechanisme. Daarmee is het mogelijk om de hoeveelheid voer per tijdseenheid, 25 bij voorbeeld per dag per dier in te stellen en bij te houden.

Volgens de uitvinding is het voerstation 1 verder voorzien van besturingsmiddelen 60 die zijn ingericht voor het besturen van de beweging van de voerautomaat 20 langs de boxen 10. Geschikte besturingsmiddelen zijn bij voorbeeld een programmable logic 30 controller (PLC) 61.

Figuur 3 illustreert het besturingsschema van het voerstation 1.

De PLC 61 is verbonden met de aandrijfmiddelen 40 en met de fotocel 51. Bij voorkeur 5 stuurt de PLC 61 de aandrijving 40 zodanig aan dat de voerautomaat 20 met een lage snelheid langs de boxen 10 beweegt. Zodra de fotocel 51 de aanwezigheid van een dier in één van de boxen detecteert, geeft de fotocel een signaal af aan de PLC 61. Op basis daarvan zal de PLC 61 de motor 41 zo aansturen dat deze stopt bij de betreffende box 5 10. Vervolgens stuurt de PLC de identificatiemiddelen 70 aan om het dier te identificeren. Op basis van de identificatie-informatie stuurt de PLC 61 de vijzels 24 en/of 25 aan om een voorafbepaalde dosis voer af te geven. De dosering is gekoppeld aan voorgeprogrammeerde instructies, die de veehouder zelf kan instellen.

10 Afhankelijk van de voorgeprogrammeerde instructies en het eetpatroon van het betreffende dier staat de voerautomaat 20 enige tijd stil bij de betreffende box 10 alvorens verder te bewegen.

Naar verwachting kunnen met het voerstation volgens de uitvinding met één 15 beweegbare voerautomaat 20 wel 45 tot 60 boxen voor geiten per dag worden bevoorraad. Dit is voldoende voor een kudde van 1125 geiten. De totale vereiste investering voor een kudde, die gemiddeld 1000 geiten bedraagt, is daarmee aanzienlijk lager dan bij de voerautomaat volgens de stand van de techniek.

20 De uitvinding is vanzelfsprekend niet beperkt tot de getoonde en beschreven voorkeursuitvoeringsvorm, maar omvat alle uitvoeringsvormen die vallen binnen de beschermingsomvang van de bijgevoegde conclusies met inachtneming van de figuurbeschrijving en de bijbehorende figuren.

2003561

Claims (7)

1. Voerstation volgens conclusie 1, waarin de detectiemiddelen een fotocel (51) omvatten.

2. Voerstation volgens conclusie 1 of 2, waarin de voerautomaat (20) verder is voorzien van identificatiemiddelen (70) die zijn ingericht voor het identificeren van 30 een dier en het op basis daarvan aansturen van het doseermechanisme.

3. Voerstation volgens conclusie 3, waarin de identificatiemiddelen sensoren (71, 72. omvatten, die zijn ingericht voor het uitlezen van een op een dier aanwezige oorknop. 2003561

4. Voerstation volgens één van de voorgaande conclusies, waarin de besturingsmiddelen (60) een programmable logic controller (61) omvatten.

5. Voerstation volgens één van de voorgaande conclusies, waarin de geleidingsmiddelen (30) rails (31) omvatten.

6. Voerstation volgens conclusie 6, waarin de rails (31) zich uitstrekken bovenop de reeks boxen (10). 10

7. Voerautomaat (20), zoals beschreven als onderdeel van het voerstation (1) volgens één van de voorgaande conclusies. 2003561