NL2002876C2 - Ledlampsysteem. - Google Patents

Description

Ledlampsysteem

De uitvinding heeft betrekking op een ledlampsysteem met een ledlamp, met tenminste een led en met aan de tenmin-5 ste een led verbonden aansluitingen voor elektrische voeding van de led.

Ledverlichting paart een bijzonder lange levensduur (mits een niet te hoge spanning wordt aangelegd) aan een hoog rendement. Daarom worden tal van verlichtingsarmaturen uitge-10 rust met leds. Ten opzichte van bestaande verlichting hebben leds op bepaalde punten geheel verschillende eigenschappen, zo is de led klein en geeft weliswaar minder warmte af dan gebruikelijke verlichting, maar vanwege de geringe afmeting moet deze warmte, zeker bij hogere vermogens, naar behoren 15 worden afgevoerd om de temperatuur van de led niet te hoog te laten oplopen. Verder is het van belang dat de energietoevoer naar de leds goed is geregeld, zowel polariteit als spanning zijn belangrijke factoren. Bij een onjuiste polariteit functioneert de led niet en een te hoge spanning en/of stroom-20 sterkte vermindert de levensduur drastisch.

In thans op de markt gebrachte armaturen voor ledverlichting wordt op een bepaalde plaats in het armatuur een transformator ingebouwd, die de netspanning omzet naar een laagspanningsvoeding desgewenst met de vereiste stroomsterkte 25 die geschikt is voor de een of meerdere leds die elders in het armatuur worden geplaatst. Op de daarvoor bestemde plaatsen in het armatuur worden de leds vast ingebouwd. Dit heeft echter een aantal nadelen. Leds worden in verschillende uitvoeringen gemaakt ten aanzien van zowel vermogen als ten aan-30 zien van kleurtemperatuur. Wanneer een gebruiker een bepaald armatuur heeft gekocht en dit op de positie van gebruik heeft geïnstalleerd, dan is het heel goed mogelijk dat de hoeveelheid licht niet aan de verwachtingen voldoet. Het kan teveel licht geven maar ook minder dan was verwacht. Het is ook mo-35 gelijk dat de soort licht niet met de verwachtingen overeenstemt. Het licht kan te wit zij of mogelijk ook juist te zacht van kleur. Echter doordat de leds vast in de armaturen zijn ingebouwd kunnen de leds alleen door een vakman worden 2 vervangen of moet de hele armatuur worden vervangen. Dit is voor een gebruiker ongewenst. Verder moet de leverancier van armaturen verschillende armaturen met verschillende leds produceren en op voorraad houden.

5 Het is daarom een doel van de onderhavige uitvinding om een ledlampsysteem te verschaffen voor gebruik in armaturen e.d. voor ledverlichting waarbij de laagspanningsledlamp door een willekeurige gebruiker verwisselbaar is. Dit doel is verschillend van het verschaffen van verwisselbare ledlampen 10 in armaturen die zijn bestemd voor bestaande verlichting, anders dan ledverlichting. Weliswaar worden ledlampen aangeboden ter vervanging van bestaande verlichting, maar hiermee wordt geen gebruik gemaakt van de specifieke voordelen die leds bieden, zoals geringere afmetingen. Ook ligt de levens-15 duur van deze ledlampen ter vervanging van bestaande verlichting aanzienlijk lager dan bij ledverlichting die voor dat doel is ingericht. Het bovengenoemde doel wordt bereikt door een ledlampsysteem volgens conclusie 1. Hiermee wordt een verwisselbare ledlamp met bijpassende fitting ter beschikking 20 gesteld, die aansluitbaar is op een voor de ledlamp passende voeding zoals een laagspanningsvoeding voor gelijkstroom van gewenste spanning dan wel stroomsterkte. In een voordelige uitvoering is het ledlampsysteem volgens de uitvinding uitgevoerd zodat de ledlamp handmatig verwisselbaar is en wel zon-25 der daarvoor gereedschap te hoeven gebruiken. Een dergelijk systeem bestaat niet en hoewel dergelijke systemen bij andersoortige verlichtingen voorkomen, is de toepassing daarvan in het vakgebied van de ledverlichting door vaklieden in dit gebied nog niet gebruikt en lost het wel de bovengenoemde pro-30 blemen op.

Omdat een led gebruikelijk een voeding van gelijkspanning vereist, heeft het de voorkeur dat de aansluitingen van de fitting eenduidig aansluiten op de aansluitingen van de houder. In dit geval is een aansluiting van een ledlamp 35 aan een voeding met verkeerde polariteit uit te sluiten.

Hoewel een led naar verhouding tot andere lichtbronnen weinig vermogen gebruikt en procentueel hiervan eveneens weinig omzet in warmte, kan het geringe oppervlak van een led 3 snel leiden tot hoge temperaturen. Het is dan ook van voordeel wanneer de houder warmtegeleidend is uitgevoerd voor geleiding van warmte van de led naar het uitwendige oppervlak van de houder. Daar het uitwendige oppervlak van de houder 5 vele malen groter is dan dat van de led, geldt dit ook voor het koelend vermogen. Hierdoor kan de led bij een lagere bedrijf stemperatuur opereren, wat de levensduur aanmerkelijk verhoogt.

In een voordelige uitvoering is de houder massief, 10 wat zowel warmte-inhoud als warmtetransport gunstig beïnvloedt, bij voorkeur grotendeels van een goede warmtegeleider als aluminium. Omdat aluminium ook een goede geleider is voor elektriciteit, zal er voor zorg gedragen moeten worden dat er een goede isolatie is tussen de aansluitingen en geleiders 15 voor de elektrische voeding van de led.

Bij een uitvoeringsvorm van de uitvinding die voorkeur heeft zijn de houder en de fitting zo vormgegeven en gedimensioneerd dat de houder uitsluitend past in een fitting volgens de uitvinding en dat in de fitting uitsluitend een 20 houder past volgens de uitvinding. Hierdoor wordt uitgesloten dat in een fitting volgens de uitvinding, die is ingericht voor het ontvangen van een ledlamp volgens de uitvinding, een andersoortige lamp wordt ingebracht. Een andersoortige lamp zou schade kunnen aanbrengen aan de transformator, die de 25 elektrische voeding voor de ledlamp ter beschikking stelt. Eveneens wordt door een dergelijke uitvoering van de houder voorkomen dat een ledlamp volgens de uitvinding wordt ingébracht in een fitting die niet is bedoeld voor een ledlamp, waardoor de ledlamp in zeer korte tijd dan wel onmiddellijk 30 onherstelbaar beschadigd zou kunnen raken.

In een voorkeursuitvoering omvat de fitting een fit-tinghuis met een hoofdzakelijk cilindrische uitwendige vorm, waarbij de diameter van de cilinder ligt in het gebied van 26-28 mm, dan wel in het gebied van 38-40 mm dan wel in het 35 gebied van 50-54 mm, waarbij het fittinghuis aan de van de bevestigingspositie van de houder afgekeerde uiteinde is voorzien van een opening met een inwendige MlOxl schroefdraad. Deze maten liggen rond gebruikelijke maten van fittin- 4 gen en voor inbouw van het ledlampsysteem volgens de uitvinding in armaturen is het voordelig wanneer uitwendige maten van de fitting overeenkomen met standaard in de verlichtings-industrie gebruikelijke maten. Een opening met een inwendige 5 MlOxl schroefdraad is eveneens zeer gebruikelijk in de ver-lichtingsindustrie.

In een zeer gunstige uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn de fitting en houder uitgevoerd met een bekend systeem voor hun onderlinge bevestiging, zoals een Edison-10 schroefdraad, waarbij ter plaatse van de Edisonschroefdraad de uitwendige diameter van de houder en inwendige diameter van de fitting meer dan 1 mm verschilt van 14mm en van 27 mm en van 40 mm. Hierdoor zal de fitting volgens de uitvinding geen andere lampen met Edisonschroefdraad kunnen ontvangen en 15 zal evenmin een ledlamp volgens de uitvinding passen in een andere fitting dan een fitting volgens de uitvinding. Een andere gunstige mogelijkheid voor onderlinge bevestiging van fitting en houder is door middel van een bajonetsysteem, hetzij van het type BA hetzij van het type GU. Beide typen zijn 20 bekend in de verlichtingsindustrie. Een voordelige wijze om te voorkomen dat de fitting volgens de uitvinding geen andere lampen met een bajonetbevestiging van het type BA of GU zal kunnen ontvangen en evenmin een ledlamp volgens de uitvinding zal passen in een andere fitting dan een fitting volgens de 25 uitvinding, wordt bereikt wanneer de cilinderwand van de houder en de cilinderwand van de fitting een diameter hebben die tenminste 1 mm, echter bij voorkeur tenminste 2 mm afwijkt van afmetingen die in de verlichtingsindustrie gebruikelijk zijn voor andere lampen dan lampen volgens de uitvinding. In 30 een andere uitvoeringsvorm wordt dit bereikt doordat de fitting aan een inwendig cilindrisch oppervlak, dat is bedoeld voor het ontvangen van een uitwendig cilindrisch oppervlak van de houder, is voorzien van een uitsteeksel en het uitwendige cilindrische oppervlak van de houder is voorzien van een 35 groef waarin het uitsteeksel bij bevestiging van de houder aan de fitting wordt ontvangen.

De veelzijdige bruikbaarheid van het ledlampsysteem volgens de uitvinding wordt verder verhoogd door de houder 5 aan de zijde van de led te voorzien van schroefdraad voor het bevestigen van tenminste ten dele lichtdoorlatend opzetstuk. Dit glazen opzetstuk kan bijvoorbeeld de vorm hebben van een peer van een gloeilamp, een kubus, een blok, een buis, een 5 kogel of een kaarsvlam. Hiermee kan het uiterlijk van verschillende lampvormen worden gesimuleerd in een ledlampsys-teem. Bovendien kan door geschikte keuze van de kleur van het opzetstuk de kleur van het uitgestraalde licht worden beïnvloed.

10 De uiterlijke verschijning van de ledverlichting volgens de uitvinding kan verder worden verfraaid door de houder te voorzien van een ornament dat in een door de led geëmitteerde bundel is geplaatst, waarbij het ornament bijvoorbeeld de vorm heeft van een gloeidraad, een reflecterende 15 bol, een reflecterende ster en een reflecterende kubus.

De uitvinding zal verder worden toegelicht aan de hand van een beschrijving van enkele uitvoeringsvormen van de uitvinding, met verwijzing naar de bijgevoegde tekening, waarin: 20 fig.1 een plofbeeld toont van een voorbeeld van een uitvoeringsvorm van een ledlampsysteem volgens de uitvinding; fig. 2a een doorsnede van het lampsysteem toont volgens fig. 1 in samengestelde toestand; fig. 2b de ledlamp en fitting toont van het ledlamp-25 systeem van fig. 2a boven elkaar; fig. 3 een zijaanzicht toont van het lampsysteem volgens fig.2; fig. 4 voorbeelden toont van uitvoeringsvormen van een ledlampsysteem volgens de uitvinding voorzien van een op-30 zetstuk; fig. 5 voorbeelden toont van uitvoeringsvormen van een ledlampsysteem volgens de uitvinding voorzien van een opzetstuk en een ornament; en fign. 6a, 6b en 6c respectievelijk een plofbeeld to-35 nen in perspectief van de uitvoeringsvorm van een ledlampsysteem volgens fig. 1 met een opzetstuk in aanzicht van voren en van boven, in aanzicht van voren en van onderen en in samengestelde toestand zowel het opzetstuk boven de fitting met 6 lamp als op de fitting geschroefd.

Fig. 1 toont een plofbeeld van een voorbeeld van een uitvoeringsvorm van een ledlampsysteem volgens de uitvinding en tig. 2a toont een doorsnede van het lampsysteem volgens 5 fig. 1 in samengestelde toestand, met een ledlamp, die als geheel wordt aangeduid met 1 en een bijbehorende fitting die is aangeduid met 2. Voor de duidelijkheid toont fig. 2b boven elkaar de ledlamp 1 en de fitting 2 in doorsnede. Ledlamp 1 is samengesteld uit led 3, houder 4 en kap 5. Het ledlampsys-10 teem volgens de uitvinding omvat geen transformator en moet derhalve worden gevoed met een voeding die reeds geschikt is gemaakt voor directe verbinding met led 3. Led 3 wordt opgesloten door kap 5 te schroeven op houder 4. Led 5 is voorzien van elektrische aansluitingen 6, die in geleidende verbinding 15 staan met contactpoten 7 van houder 4. Houder 4 omvat verder een massief aluminium lichaam 8, met een cilindrische buitenwand 9, die aan de onderzijde is voorzien van een afschuining 10.

Tussen de elektrische aansluitingen 6, de geleidende 20 verbinding en contactpoten 7 enerzijds en lichaam 8 is een verder in de tekening niet zichtbare elektrische isolatie aangebracht.

Ledlamp 1 en fitting 2 zijn met elkaar verbindbaar door een GU bajonetverbinding. Een GU bajonetverbinding is 25 een gebruikelijke verbinding in de verlichtingsindustrie tussen een lamp en een fitting. Met een dergelijke fitting is het zeer eenvoudig om een lamp te verwisselen en dit kan zonder gereedschap door elke consument met een enkele handbeweging plaatsvinden.

30 Fitting 2 is samengesteld uit een fittinghuls 21, aansluitbus 22 en fittinghuis 23. In fig. 1 is de bovenplaat van bus 22 apart getoond, afgesneden van de bus 22, zodat ook van bovenaf de elektrische contacten 24 zichtbaar zijn, die zijn bedoeld om contact te maken met contactpoten 7 van led-35 lamp 1. Verder zijn in de bovenplaat van bus 22 openingen 25 zichtbaar waardoor op een voor een GU bajonetfitting gebruikelijke wijze contactpoten 7 kunnen worden gestoken en door een lichte rotatie kunnen worden vastgezet. Bus 22 wordt op 7 zijn positie geklemd door huls 21 te schroeven op fittinghuis 23. Fittinghuis 23 is verder voorzien van een uitsteeksel 26, dat past in een verder niet weergegeven groef in de zijwand van bus 22.

5 Bij het monteren van ledlamp 1 in fitting 2 wordt ledlamp 1 in huls 21 van fitting 2 geschoven, zodat contact-poten 7 door het wijde gedeelte van openingen 25 kunnen worden gestoken, waarna door een geringe rotatie van lamp 1 con-tactpoten in contact geraken met contacten 24 en tevens klem-10 men in het smallere gedeelte van openingen 25. Hierbij komen cilindrische buitenwand 9 en afschuining 10 in contact met de cilindrische binnenwand 28 en bijbehorende afschuining 29 van fittinghuis 21. Door dit contact wordt niet alleen de positie van lamp 1 ten opzichte van fitting 2 op stabiele wijze sta-15 tionair gehouden, maar komt tevens via het massieve aluminium lichaam 8 een zeer goede warmtegeleiding tot stand van de led 3 naar het buitenoppervlak van huls 21, en via deze eveneens met het buitenoppervlak van fittinghuis 23, zodat de warmte via een groot oppervlak kan worden afgevoerd. Hierdoor wordt 20 de temperatuur van led 3 tijdens gebruik aanzienlijk verlaagd, wat een zeer gunstige invloed heeft op de levensduur van de led.

Verder is in fig. 1 zichtbaat dat aan de binnenwand 28 van fittinghuis een uitsteeksel 27 en in de buitenwand 9 25 van houder 4 een groef 11 is aangebracht. Uitsteeksel 27 en groef 11 zijn complementair van vorm zodat tijdens bevestiging van ledlamp 1 in fitting 2 uitsteeksel 27 in groef 11 ligt. Hierdoor is ledlamp 1 slechts op 1 manier bevestigbaar in fitting 2 en sluiten derhalve contactpoten 7 eenduidig aan 30 op contacten 24 van de fitting. Hierdoor kan de juiste polariteit van de elektrische voeding van led 3 worden gewaarborgd. Tevens vormen uitsteeksel 27 en groef 11 een waarborg dat ledlamp 1 niet bevestigd kan worden in een andere fitting dan een fitting volgens de uitvinding en dit evenmin in een 35 fitting volgens de uitvinding een andere lamp kan worden bevestigd dan een ledlamp volgens de uitvinding. Hierdoor worden kostbare vergissingen die schade kunnen toebrengen aan de ledlamp 1 of aan een transformator worden verhinderd.

8

Tenslotte is fittinghuis 23 aan de onderzijde voorzien van een opening 31 met daarin een MlOxl schroefdraad aangebracht, waardoor fitting 2 op eenvoudige en gebruikelijke wijze bevestigbaar is aan een armatuur.

5 In het hierboven beschreven voorbeeld van een uit voeringsvorm van een ledlampsysteem volgens de uitvinding is een voorbeeld getoond met een GU bajonetkoppeling tussen led-lamp 1 en fitting 2. Het zal duidelijk zijn dat op soortgelijke wijze een ledlampsysteem uitvoerbaar is met een andere 10 koppeling tussen ledlamp en fitting, zoals een Edisonschroef-draad of een BA bajonetkoppeling.

Indien de beschreven fitting 2 volgens de uitvinding in een armatuur is gemonteerd wordt het voor een gebruiker mogelijk om op zeer eenvoudige wijze een keuze te maken uit 15 een scala van verschillende ledlampen 1 volgens de uitvinding en kan zo de gewenste verlichting wat betreft sterkte en kleur samenstellen en is daarbij niet afhankelijk van de keuze die de leverancier van het armatuur heeft gemaakt.

In fig. 1 en fig. 2 is verder zichtbaar dat aan de 20 buitenzijde 30 van fittinghuis 21 een schroefdraad is aangebracht. Op deze schroefdraad is een opzetstuk 40 schroefbaar waarvan in fig. 4 verschillende uitvoeringen zijn getoond. Opzetstuk 40 is bijvoorbeeld van doorzichtig glas of van matglas. Ook zijn opzetstukken mogelijk die geheel of gedeelte-25 lijk lichtdoorlatend dan wel reflecterend zijn. Hierdoor wordt de mogelijkheid van de gebruiker om zijn verlichting naar eigen wens in te richten verder vergroot.

Door verwisselbare ledlampen volgens de uitvinding wordt het voor een gebruiker aantrekkelijk wanneer het scala 30 van verschillende ledlampen 1 waaruit een keuze na worden gemaakt verder wordt vergroot. Dit is bijvoorbeeld mogelijk door de ledlamp 1 uit te rusten met verschillende ornamenten 50, waarvan voorbeelden zijn getoond in fig. 5. Deze ornamenten 50 worden geplaatst in de lichtbundel van de led 3, zodat 35 tijdens gebruik van ledlamp 1 het ornament aanlicht. Ornament 50 kan verschillende vormen hebben en is bij voorkeur sterk reflecterend.

Om een algehele indruk te verschaffen van een voor- 9 beeld van een uitvoeringsvorm van een ledlampsysteem volgens de uitvinding is in fig. 6a een plofbeeld in perspectief weergegeven van de uitvoeringsvorm van een ledlampsysteem volgens fig. 1 met een opzetstuk in aanzicht van voren en van 5 boven. Fig. 6b toont het beeld van fig. 6a in aanzicht van voren en van onderen, terwijl in fig. 6c de samengestelde toestand is weergegeven van zowel het opzetstuk boven de fitting met lamp als het opzetstuk op de fitting geschroefd. Tussen opzetstuk en fitting is een elastische kunststofring 10 zichtbaar die niet eerder hierboven is besproken, die een gebruikelijke functie vervult van relatief zacht deel bij de aansluiting van twee harde en derhalve in hun onderlinge contact kwetsbare onderdelen.

Hierboven zijn enkele uitvoeringsvormen van de uit-15 voering beschreven. Deze beschrijving dient uitsluitend ter verduidelijking en niet ter beperking van de uitvinding zoals is weergegeven in de conclusies.

Lijst van verwijzingscijfers 20 1 ledlamp 2 fitting 3 led 4 houder 5 kap 25 6 elektrische aansluitingen led 7 contactpoten 8 massief aluminium lichaam van houder 9 cilindrische buitenwand houder 10 afschuining van 4 30 21 fittinghuls 22 aansluitbus 23 fittinghuis 24 elektrische contacten van 22 25 openingen van 22 35 26 uitsteeksel van 23 27 uitsteeksel van 21 28 cilindrische binnenwand van 21 29 afschuining van 21 10 30 buitenzijde van 21 met schroefdraad 31 opening in 23 40 opzetstuk op 21 50 ornament 5

Claims (19)

1. Ledlampsysteem met een ledlamp (1), met tenminste een led (3) en met aan de tenminste een led verbonden aan- 5 sluitingen (6) voor elektrische voeding van de led (3), met het kenmerk, dat de led (3) is bevestigd aan een houder (4) met elektrische aansluitingen (7) die elektrisch geleidend zijn verbonden met de aan de tenminste een led (3) verbonden aansluitingen (6), dat het ledlampsysteem verder een fitting 10 (2) omvat, waarbij fitting (2) en houder (4) losmaakbaar met elkaar bevestigbaar zijn, waarbij de fitting (2) is uitgerust met elektrische aansluitingen (24) voor het ontvangen van voor de led (3) geschikte elektrische voeding, die in de bevestigde toestand samenwerken met aansluitingen (7) aan de 15 houder (4) .

2. Ledlampsysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat houder (4) en de fitting (2) handmatig zonder gebruik van gereedschap met elkaar bevestigbaar en van elkaar losmaakbaar zijn.

3. Ledlampsysteem volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat houder (4) en de fitting (2) zo zijn vormgegeven en gedimensioneerd, dat de aansluitingen (24) van de fitting (2) eenduidig aansluiten op de aansluitingen (7) van de houder (4) .

4. Ledlampsysteem volgens een van de conclusies 1 tot 3, met het kenmerk, dat de houder (2) warmtegeleidend is uitgevoerd voor geleiding van warmte van de led (3) naar het uitwendige oppervlak (9) van de houder (4).

5. Ledlampsysteem volgens een van de conclusies 1 30 tot 4, met het kenmerk, dat de houder (4) massief is.

6. Ledlampsysteem volgens een van de conclusies 1 tot 5, met het kenmerk, dat de houder (4) en de fitting (2) zo zijn vormgegeven en gedimensioneerd dat de houder (4) uitsluitend past in een fitting (2) volgens de uitvinding en dat 35 in de fitting (2) uitsluitend een houder (4) past volgens de uitvinding.

7. Ledlampsysteem volgens een van de conclusies 1 tot 6, met het kenmerk, dat de fitting (2) een fittinghuis (23) omvat met een hoofdzakelijk cilindrische uitwendige vorm, waarbij de diameter van de cilinder ligt in het gebied van 26-28 mm, dan wel in het gebied van 38-40 mm dan wel in 5 het gebied van 50-54 mm.

8. Ledlampsysteem volgens een van de conclusies 1 tot 7, met het kenmerk, dat het fittinghuis (23) aan de van de bevestigingspositie van de houder (4) afgekeerde uiteinde is voorzien van een opening (31) met een inwendige MlOxl 10 schroefdraad.

9. Ledlampsysteem volgens een van de conclusies 1 tot 8, met het kenmerk, dat de onderlinge bevestiging van houder (4) en fitting (2) plaatsvindt door middel van Edison-schroefdraad.

10. Ledlampsysteem volgens conclusie 9, met het ken merk, dat ter plaatse van de Edisonschroefdraad de uitwendige diameter van de houder (4) en inwendige diameter van de fitting (2) meer dan 1 mm verschilt van 14mm en van 27 mm en van 40 mm.

11. Ledlampsysteem volgens een van de conclusies 1 tot 8, met het kenmerk, dat de onderlinge bevestiging van houder (4) en fitting (2) plaatsvindt door middel van een ba-jonetsysteem van het type gekozen uit de groep die bestaat uit type BA en type GU .

12. Ledlampsysteem volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de cilinderwand (9) van de houder (4) en de ci-linderwand (28) van de fitting een diameter hebben die tenminste 1 mm, echter bij voorkeur tenminste 2 mm afwijkt van afmetingen die in de verlichtingsindustrie gebruikelijk zijn 30 voor andere lampen dan lampen (1) volgens de uitvinding.

13. Ledlampsysteem volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de fitting (2) aan een inwendig cilindrisch oppervlak (28), dat is bedoeld voor het ontvangen van een uitwendig cilindrisch oppervlak (9) van de houder (4), is voor- 35 zien van een uitsteeksel (27) en het uitwendige cilindrische oppervlak (9) van de houder (4) is voorzien van een groef waarin het uitsteeksel (27) bij bevestiging van de houder (4) aan de fitting (2) wordt ontvangen.

14. Ledlampsysteem volgens een van de conclusies 1 tot 13, met het kenmerk, dat de fitting (2) aan de zijde van de led (3) is voorzien van schroefdraad (30) voor het bevestigen van een tenminste ten dele lichtdoorlatend opzetstuk 5 (40) .

15. Ledlampsysteem volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat het opzetstuk (40) een vorm heeft die is gekozen uit de groep die omvat: een peer van een gloeilamp, een kubus, een blok, een buis, een kogel of een kaarsvlam.

16. Ledlampsysteem volgens een van de conclusies 1 tot 15, met het kenmerk, dat de ledlamp (1) is voorzien van een ornament (50) dat in een door de led (3) geëmitteerde bundel is geplaatst.

17. Ledlampsysteem volgens conclusie 16, met het 15 kenmerk, dat het ornament (50) de vorm heeft die is gekozen uit de groep van: een gloeidraad, een reflecterende bol, een reflecterende ster en een reflecterende kubus.

18. Ledlamp (1) volgens een van de conclusies 1 tot 17.

19. Fitting (2) volgens een van de conclusies 1 tot 15.