NL2002488C2

NL2002488C2 - Meerzijdige washand.

Info

Publication number: NL2002488C2
Application number: NL2002488A
Authority: NL
Inventors: Jozef Huizinga
Original assignee: Joyincare Group B V
Priority date: 2009-02-03
Filing date: 2009-02-03
Publication date: 2010-08-04
Also published as: EP2213214B1; EP2213214A1; DK2213214T3; US20100192318A1; ATE536127T1; ES2378949T3

Description

P86717NL00

Titel: Meerzijdige washand

Onder meer in zieken- en verpleeghuizen behoort het wassen van hulpbehoevende, veelal bedlegerige mensen door zorgverleners tot de alledaags zorg. Nog steeds geschiedt het wassen in tal van zorginstellingen met behulp van waskommen, water, zeep, handdoeken en normale 5 washandjes. Een dergelijke traditionele wasbeurt kost niet alleen betrekkelijk veel tijd, maar is tevens voor zowel de zorgverlener als de zorgvrager een intensieve aangelegenheid. Voor een zorgverlener betekent een traditionele wasbeurt doorgaans het verrichten van drie of vier handelingen: inzepen, afspoelen, afdrogen en eventueel het aanbrengen van 10 een huidverzorgende lotion. Dit terwijl een dergelijke wasbeurt door veel zorgvragers als vermoeiend of pijnlijk wordt ervaren, bijvoorbeeld omdat zij gedurende langere tijd bepaalde, ongemakkelijke houdingen dienen aan te nemen om het wassen mogelijk te maken.

Sinds enige jaren brengt aanvraagster geïmpregneerde washandjes 15 op de markt die geschikt zijn voor gebruik bij een dagelijkse wasbeurt. Met behulp van de geïmpregneerde washandjes wordt het wasproces beperkt tot één handeling in plaats van de hiervoor genoemde drie of vier. Door veel zorgvragers wordt een wasbeurt met deze washandjes als prettig verfrissend ervaren, en bovendien als minder belastend. Een wasbeurt 20 duurt minder lang en daarnaast hoeft een zorgvrager ook minder vaak gedraaid te worden en/of minder lang op zijn of haar zij te liggen, hetgeen soms pijnlijk is. Bijgevolg is ook de fysieke belasting van de zorgverlener, die minder hoeft te tillen en minder bewegingen hoeft te maken, kleiner.

Een wasbeurt van het lichaam vereist meerdere washandjes.

25 Statistisch gaat het om gemiddeld 4,6 washandjes per wasbeurt. Praktisch betekent dit voor een zorgverlener dat hij zich, per wasbeurt, zo’n 4 keer van een gebruikt washandje moet ontdoen om vervolgens een schoon exemplaar 2 aan te trekken. Voor een zorgvrager komt dit erop neer dat hij gedurende de tijd dat de zorgverlener washandjes wisselt in een mogelijk onprettige of belastende houding moet wachten op een vervolg van de wasbeurt. Het zal duidelijk zijn dat het wisselen van washandjes de efficiëntie van het 5 wasproces niet bevordert, evenmin als het het comfort van de zorgvrager ten goede komt.

De onderhavige uitvinding heeft daarom tot doel het verschaffen van een washandje dat de efficiëntie van het wasproces verder verbetert.

10 Hiertoe verschaft de onderhavige uitvinding een washand omvattende ten minste drie lapdelen (Eng.: “cloth parts”), welke lapdelen onderling verbonden zijn ter vorming van een inwendige handopneemruimte, en waarbij elk lapdeel een uitwendig werkoppervlak verschaft.

15 De washand volgens de onderhavige uitvinding omvat, in tegenstelling tot bekende washanden, niet twee maar ten minste drie werkoppervlakken. Waar bekende washanden slechts een voorzijde en een achterzijde hebben, heeft de washand volgens de onderhavige uitvinding ten minste drie zijden, zij oppervlakken of werkoppervlakken die afzonderlijk 20 met een te wassen/behandelen oppervlak in contact kunnen worden gebracht. De werkoppervlakken bevinden zich - in gebruik - in hoofdzaak rond een in de handopneemruimte van de washand gestoken hand (bij een hand die zich uitstrekt in het verlengde van de onderarm dus rond een richting waarin de onderarm zich uitstrekt). Wanneer het gewenst is een 25 ander werkoppervlak te gebruiken kan de hand, zonder deze uit de washand te nemen, ten opzichte van de washand worden gedraaid teneinde het gewenste werkoppervlak voor het handoppervlak (d.w.z. de palm van de hand) te positioneren. De washand volgens de onderhavige uitvinding biedt dus meer werkoppervlakken dan bekende washanden. Gezamenlijk zorgen 30 zij ervoor dat het totale werkoppervlak van de washand wordt vergroot ten 3 opzichte van bekende washandjes, en dit terwijl ieder afzonderlijk werkoppervlak gemakkelijk en snel kan worden aangewend. Daarbij geldt bovendien dat de pasvorm van de washand, ten opzichte van bekende washanden, door de oppervlaktevergroting niet is verminderd.

5 Koppelen wij terug naar de hiervoor beschreven zorgpraktijk, dan is te constateren dat in een situatie waarin per wasbeurt thans vier bekende washandjes worden gebruikt zou kunnen worden volstaan met bijvoorbeeld twee vierzijdige washandjes volgens de onderhavige uitvinding. Tijdens een wasbeurt hoeft in dit geval dus slechts één in plaats van drie maal van 10 washandje te worden gewisseld. Hierdoor kan een verkorting van een volledige wasbeurt worden gerealiseerd die gepaard gaat met een verminderde belasting van zowel de zorgvrager als de zorgverlener.

Op gemerkt zij dat de term ‘washand’ in deze tekst, en in het bijzonder ook in de hiernavolgende conclusies, wordt gebruikt als een 15 soortaanduiding, d.w.z. als aanduiding van een groep voorwerpen met gemeenschappelijke kenmerken. De term ‘washand’ beoogt niet een hulpmiddel dat slechts geschikt is voor gebruik bij de activiteit ‘wassen’. Behalve voor het wassen van het menselijk of dierlijk lichaam kan een washand volgens de onderhavige uitvinding bijvoorbeeld ook worden 20 toegepast bij het reinigen/behandelen van voertuigen zoals auto’s en caravans, meubels zoals bankstellen, etc. Tevens zij opgemerkt dat de lapdelen van de washand gezamenlijk uit één geheel kunnen zijn vervaardigd, of afzonderlijke lappen of lapdelen kunnen zijn die tot een geheel zijn verenigd.

25 De lapdelen kunnen zijn vervaardigd uit tal van materialen, zoals bijvoorbeeld uit viscose, ter versteviging eventueel aangevuld met nylon of andere synthetische stoffen; uit (geweven) doek van wol, linnen of katoen; uit (synthetische)vezel- of viltdoek, of uit papier. Tevens is het - verbetering van de pasvorm - mogelijk dat één of meer lapdelen geheel of gedeeltelijk 30 zijn vervaardigd uit stretchstof, waarbij de elasticiteit van de stof er voor 4 zorgt dat de in de handopneemruimte gestoken hand comfortabel wordt omklemd.

Volgens een nadere uitwerking van de uitvinding is het door een genoemd lapdeel verschafte werkoppervlak ongeveer gelijk aan het 5 oppervlak van een in de handopneemruimte opneembare, vlakke hand.

Teneinde de washand gemakkelijk te kunnen hanteren heeft een lapdeel, waarvan een buitenoppervlak geheel of althans grotendeels samenvalt met het bijbehorende werkoppervlak, ongeveer de grootte van een vlakke hand. Een kleiner lapdeel/werkoppervlak kan het hanteren van 10 de washand bemoeilijken omdat de vlakke hand niet geheel achter het werkoppervlak gebracht kan worden, hetgeen mogelijk ook oncomfortabel is, terwijl een groter werkoppervlak zonder aanvullende maatregelen lastig te controleren kan zijn. Het lapdeel/werkoppervlak is immers niet star, waardoor het enerzijds gemakkelijk de contouren van een te behandelen 15 voorwerp kan volgen, maar anderzijds op meerdere plaatsen tegen het oppervlak van dat voorwerp geduwd dient te worden om voldoende contact te maken. Onder een vlakke hand kan, afhankelijk van het ontwerp en beoogde gebruik van de washand, zowel een gestrekte hand met gespreide als een gestrekte hand met bijeengehouden vingers en duim worden 20 begrepen. Het oppervlak van de vlakke hand kan worden benaderd door het oppervlak van een bij de hand passende ‘omschreven rechthoek’. Voor een hand met bijeengehouden vingers komt deze benadering ongeveer overeen met het daadwerkelijke handoppervlak, terwijl voor een hand met gespreide vingers onder meer ook de ruimte tussen de gespreide vingers van een hand 25 tot het oppervlak van de hand gerekend. Ter bepaling van het hanteerbare werkoppervlak van een lapdeel is dit een bruikbare benadering, aangezien een hand met gespreide vingers een lapdeel met een groter oppervlak dan het eigenlijke handoppervlak als het ware kan opspannen, en gecontroleerd kan gebruiken.

5

Volgens een nadere uitwerking van de uitvinding omvat elk van de lapdelen een eerste longitudinale rand en een tweede longitudinale rand, en is voor elk genoemd lapdeel de eerste longitudinale rand van het genoemde lapdeel verbonden met de tweede longitudinale rand van een eerste naburig 5 lapdeel, terwijl de tweede longitudinale rand van het genoemde lapdeel is verbonden met de eerste longitudinale rand van een tweede naburig lapdeel. Volgens een nader aspect omvat elk van de lapdelen voorts een eerste transversale rand en een tweede transversale rand, waarbij de eerste transversale rand van een genoemd lapdeel over een eerste lengtedeel 10 daarvan is verbonden met de eerste transversale rand van het eerste naburige lapdeel waarmee het genoemde lapdeel aan zijn eerste longitudinale rand is verbonden; waarbij de eerste transversale rand van het genoemde lapdeel over een tweede lengtedeel daarvan is verbonden met de eerste transversale rand van het tweede naburige lapdeel waarmee het 15 genoemde lapdeel aan zijn tweede longitudinale rand is verbonden; en waarbij de tweede transversale randen van de lapdelen gezamenlijk een opening tot de handopneemruimte definiëren.

Met behulp van drie of meer lapdelen kan op eenvoudige en economische wijze een functionele washand worden gecreëerd. Uitgaande 20 van bijvoorbeeld drie afzonderlijke, identieke lapdelen I, II en III kan dit als volgt worden geïllustreerd. Laten wij aannemen dat de lapdelen althans bij benadering rechthoekig zijn, zodat twee tegenover elkaar gelegen randen van elk lapdeel kunnen worden aangemerkt als respectievelijk een eerste en een tweede longitudinale rand. Door nu de eerste longitudinale rand van 25 lapdeel I te verbinden met de tweede longitudinale rand van lapdeel II, en de eerste longitudinale rand van lapdeel II te verbinden met de tweede longitudinale rand van lapdeel III, terwijl de eerste longitudinale rand van lapdeel III verbonden wordt met de nog vrije tweede longitudinale rand van lapdeel I, wordt een mof verkregen. De mof wordt bij voorkeur aan één einde 30 afgesloten ten behoeve van het gebruiksgemak van de washand, en ter 6 voorkoming van onnodig direct contact tussen een in de washand gestoken hand en het oppervlak van een te behandelen voorwerp. Het andere einde van de mof zal dienen als opening tot de handopneemruimte. Het af te sluiten einde van de mof kan worden afgesloten door een eerste transversale 5 rand van lap deel I over ongeveer de helft van de lengte ervan te verbinden met enerzijds de eerste transversale rand van lapdeel II, en anderzijds de eerste transversale rand van lapdeel III. Voorts dient ook de eerste transversale rand van lapdeel II op vergelijkbare wijze met de eerste transversale rand van lapdeel III verbonden te worden.

10 Het moge duidelijk zijn dat, hoewel de onderlinge verbinding van lapdelen hierboven bij wijze van voorbeeld beschreven is in relatie tot een driezijdige washand met identieke, rechthoekige lapdelen, zij evenzeer van (analogische) toepassing is op washanden met meer dan drie zijden en/of niet-identieke, al dan niet rechthoekige lapdelen. Wanneer gebruik gemaakt 15 wordt van niet-rechthoekige lapdelen zijn de longitudinale en transversale randen mogelijk niet recht maar gekromd. Bijgevolg kan de longitudinale rand van een lapdeel dan zonder scherpe hoek overgaan in een transversale rand, of vice versa. De randen of randdelen van dergelijke lapdelen dienen naar analogie van het rechthoekige lapdeel te worden benoemd.

20 Volgens een nadere uitwerking van de uitvinding is een lapdeel langs een longitudinale rand zodanig met een ander lapdeel verbonden, dat de werkoppervlakken van de beide lapdelen ter plaatse van de verbinding van elkaar afgekeerd zijn.

Omdat de werkoppervlakken te onderscheiden functies kunnen 25 vervullen wordt de washand bij voorkeur zo vervaardigd dat elk van de werkoppervlakken eenvoudig exclusief met het oppervlak van een te behandelen voorwerp in contact kan worden gebracht. Hiertoe kunnen de lapdelen langs hun longitudinale randen bijvoorbeeld binnen- of rugzijdig met elkaar verbonden worden, zodat de betreffende werkoppervlakken ter 30 plaatse van de verbinding van elkaar afgekeerd zijn. Volgens een nader 7 aspect van de uitvinding kunnen de longitudinale verbindingen tussen verschillende lapdelen voorts worden verstevigd en/of verstijfd, bijvoorbeeld door middel van een ingeweven buigzaam frame of met behulp van met een vezel versterkte naden, teneinde te waarborgen dat de werkoppervlakken 5 van de lapdelen hun onderling rugzijge oriëntatie tijdens gebruik behouden.

De hiervoor genoemde en andere kenmerken en voordelen van de uitvinding zullen in het navolgende worden toegelicht aan de hand van enkele uitvoeringsvoorbeelden en figuren.

10 Beknopte figuurbeschriiving

Fig. 1 is een schematisch perspectiefaanzicht van een eerste uitvoeringsvoorbeeld van een washand volgens de onderhavige uitvinding, waarbij de washand is samengesteld uit drie lapdelen;

Fig. 2 is een schematisch perspectiefaanzicht van een tweede 15 uitvoeringsvoorbeeld van een washand volgens de onderhavige uitvinding, waarbij de washand is samengesteld uit vier lapdelen; en

Fig. 3 is een schematisch perspectiefaanzicht van een derde uitvoeringsvoorbeeld van een washand volgens de onderhavige uitvinding, waarbij de uit drie lapdelen samengestelde washand in aanvulling op een 20 handopneemruimte een duimopneemruimte omvat.

In de figuren zijn corresponderende of vergelijkbare onderdelen aangeduid met zelfde referentietekens.

25 Gedetailleerde figuurbeschriiving

Fig. 1 toont, in perspectiefaanzicht, een eerste uitvoeringsvoorbeeld van een washand 1 volgens de onderhavige uitvinding. De washand 1 is samengesteld uit drie lapdelen I, II en III.

In de getoonde oriëntatie van de washand 1 is het werkoppervlak Γ 30 dat door het eerste lapdeel I wordt verschaft in zijn geheel zichtbaar. Van 8 het werkoppervlak ΙΓ dat door het tweede lapdeel II wordt verschaft is een gedeelte te zien, en het werkoppervlak ΙΙΓ van het derde lapdeel III is -evenals het derde lapdeel III zelf - in de figuur niet zichtbaar omdat het zich in het getoonde aanzicht aan de achterzijde van de washand 1 bevindt.

5 In het eerste uitvoeringsvoorbeeld van Fig. 1 zijn de lapdelen I, II,

III identiek, en bezit de washand 1 als geheel mogelijk drievoudige rotatiesymmetrie rond de as A. De volgende toelichting op lapdeel I geldt derhalve mutatis mutandis ook voor de lapdelen II en III. Lapdeel I omvat een eerste longitudinale rand 2a (de linker zijrand), een tweede 10 longitudinale rand 2b (de rechter zijrand), een eerste transversale rand 4a (de bovenrand) en een tweede transversale rand 4b (de onderrand). Zoals is af te leiden uit Fig. 1 is de tweede longitudinale rand 2b van lapdeel I verbonden met de eerste longitudinale rand van lapdeel II, de tweede longitudinale rand van lapdeel II verbonden met de eerste longitudinale 15 rand van lapdeel III, en de tweede longitudinale rand van lapdeel III

verbonden met de eerste longitudinale rand 2a van lapdeel I. Tevens is de eerste transversale rand 4a van lapdeel I over ongeveer de helft van de lengte van de rand verbonden met de eerste transversale rand van naburig lapdeel III (links in Fig. 1), waarmee lapdeel I over de eerste longitudinale 20 2a rand verbonden is. De andere helft van de eerste transversale rand 4a van lapdeel I is verbonden met de eerste transversale rand van naburig lapdeel II (rechts in Fig. 1), waarmee lapdeel I over de tweede longitudinale rand 2b verbonden is. Aldus verbonden sluiten de lapdelen I, II en III een handopneemruimte 6 in. De tweede transversale randen van de lapdelen I, 25 II, III definiëren gezamenlijk een opening tot deze handopneemruimte 6.

De verbindingen tussen de randen van de lapdelen I, II, III kunnen op verschillende wijzen zijn bewerkstelligd, bijvoorbeeld door middel van lijmen, lassen, of met behulp van een stiksel 8 zoals getoond in Fig. 1. In het geval de lapdelen I, II, III gezamenlijk uit één geheel zijn vervaardigd zal de 30 verbinding tussen de longitudinale randen mogelijk reeds bestaan.

9

Niettemin kan het ook dan wenselijk zijn de longitudinale randen van aangrenzende lapdelen zo te verbinden, dat de werkoppervlakken van aangrenzende lapdelen ter plaatse van de verbinding van elkaar afgekeerd zijn. Hiermee wordt bewerkstelligd dat een werkoppervlak exclusief met een 5 te behandelen oppervlak in contact kan worden gebracht, dus zonder dat een aangrenzend werkoppervlak, althans gedeeltelijk, onbedoeld ook contact maken met dit oppervlak als gevolg van het feit dat de hoek tussen beide werkoppervlakken ter plaatse van de longitudinale verbinding niet scherp, maar stomp is. Additioneel kunnen de lapdelen I, II en III ter plaatse van de 10 verbinding tussen de longitudinale randen wat stugger en/of dikker worden uitgevoerd teneinde de structuur van de scheiding tussen aangrenzende lapdelen te verstevigen. Ook dit kan onbedoeld contact tussen twee werkoppervlakken van aangrenzende lapdelen enerzijds en een te behandelen oppervlak anderzijds helpen voorkomen.

15 De lapdelen I, II, III kunnen vervaardigd zijn van hetzelfde materiaal, zoals bijvoorbeeld katoen of papier, maar dit is niet noodzakelijk. De lapdelen kunnen voorts uit meerdere lagen bestaan, waarbij de verschillende lagen mogelijk een verschillende functie vervullen. Zo kan het bijvoorbeeld wenselijk zijn een in de handopneemruimte 6 op te nemen hand 20 af te schermen van contact met in het werkoppervlak van een lapdeel op te nemen vuil. Hiertoe kan het betreffende lapdeel dan bijvoorbeeld tweelaags worden uitgevoerd, waarbij achter een het (uitwendige) werkoppervlak verschaffende laag een meer naar binnen gelegen, voor het vuil impermeabele laag wordt voorzien. Deze laag kan bijvoorbeeld zijn 25 vervaardigd uit een polyamide kunststof, of bestaan uit een laag van een ander basismateriaal die is geplastificeerd. De lapdelen I, II, III kunnen gelijkvormig zijn - uitgelegd in het tweedimensionale vlak bijvoorbeeld rechthoekig - zodat de washand 1 is vervaardigd uit drie nagenoeg identieke lapdelen. Het voordeel van een dergelijke washand is dat het 30 aantal verschillende, ten behoeve van de fabricage van de washand te 10 vervaardigen onderdelen zeer beperkt is. Rechthoekige lapdelen zijn bovendien eenvoudig te vervaardigen. Hierdoor kan de fabricage van de washand economisch plaatsvinden.

De werkoppervlakken Γ, ΙΓ, ΙΙΓ van de respectieve lapdelen I, II en 5 III kunnen te onderscheiden functies hebben. Deze te onderscheiden functies kunnen tijdens de fabricage van de washand 1 worden voorbereid, bijvoorbeeld door de keuze van de materialen waaruit de lapdelen I, II, III worden vervaardigd, of door de verscheidene werkoppervlakken Γ, ΙΓ, ΙΙΓ een andere voorbehandeling te geven. Zo kan het lapdeel I bijvoorbeeld 10 worden vervaardigd uit een relatief ruwe stof, waardoor het werkvlak Γ een scrubfunctie krijgt, of uit een laag vochtabsorberend materiaal teneinde het werkoppervlak Γ een afdroogfunctie te verlenen. In een andere uitvoeringsvorm kunnen de lapdelen I en II, of althans de werkoppervlakken Γ, ΙΓ daarvan, bijvoorbeeld zijn geïmpregneerd met een bepaalde vloeistof, zoals 15 bijvoorbeeld een reinigingslotion, terwijl het derde lapdeel III, of althans het werkoppervlak ΙΙΓ daarvan, droog kan zijn uitgevoerd. In dit laatste geval zou de washand dus twee reinigingsoppervlakken Γ, ΙΓ hebben, en één afdroogoppervlak ΙΙΓ.

Fig. 2 toont in een schematisch perspectiefaanzicht een tweede 20 uitvoeringsvoorbeeld van de washand volgens de onderhavige uitvinding. De washand in Fig. 2 omvat in tegenstelling tot het eerste uitvoeringsvoorbeeld in Fig. 1 niet drie maar vier lapdelen I-IV, en evenzovele uitwendige werkoppervlakken Γ-IV’. De constructie van de washand in termen van longitudinale en transversale randen is mutatis mutandis hetzelfde als die 25 van de washand 1 uit Fig. 1.

Ter verduidelijking toont Fig. 2 een in de handopneemruimte 6 opgenomen hand 10. Teneinde de controle van de in de handopneemruimte 6 opgenomen hand 10 op het werkoppervlak Γ te verbeteren is het bijbehorende lapdeel I aan een binnenzijde voorzien van een aantal 30 vingerpockets 12. Hiermee worden aan het binnenoppervlak van het lapdeel 11 I verschafte zakjes, riempjes, etc., voor de opname van één of meer vingers of - zoals in Fig. 2 - vingertoppen bedoeld. Bij de aanwezigheid van meerdere vingerpockets zijn zij onderling bij voorkeur voorzien op plaatsen die passen bij de geometrie van een hand. Door de vingers of vingertoppen 5 in deze zakjes, respectievelijk tussen het binnenoppervlak van het betreffende lapdeel en de riempjes, te steken worden de vingers ten opzichte van het lapdeel I gefixeerd. Hierdoor kan het lapdeel/werkoppervlak I, Γ niet eenvoudig ten opzichte van de hand verschuiven wanneer zich bijvoorbeeld tussen het werkoppervlak Γ en een te behandelen voorwerp 10 wrijving voordoet die groter is dan de wrijving tussen het oppervlak van de hand 10 en het binnenoppervlak van het lapdeel I.

Fig. 3 toont voor een washand 1 met drie werkvlakken Γ-ΙΙΓ hoe laatstgenoemd effect op een alternatieve wijze kan worden bewerkstelligd. Bij het in figuur 3 getoonde derde uitvoeringsvoorbeeld van de washand 1 is 15 elk lapdeel I-III zo gevormd, dat bij het verbinden van de longitudinale randen 2a, 2b van de verschillende lapdelen, in aanvulling op de handopneemruimte 6, een duimopneemruimte 14 wordt gevormd. Zoals bij een want steekt ook hier de duimopneemruimte 14 naar buiten. Het verdient opmerking dat de werkvlakken Γ-ΙΙΓ van de washand 1 uit Fig. 3 -20 in tegenstelling tot die van bekende tweezijdige washandjes met slechts één duimopneemruimte - alle zowel tegenover het handoppervlak van een in de handopneemruimte 6 gestoken linker- als rechterhand gebracht kunnen worden. Anders dan bij dergelijke bekende washandjes is het dus, wanneer men een ander werkvlak wil gebruiken, niet nodig de washand van hand te 25 wisselen.

Het verdient aantekening dat de onderhavige uitvinding niet beperkt is tot washanden met slechts een duimopneemruimte, zoals getoond in Fig. 3. Op een handschoen gelijkende washanden, met drie of meer zijden én afzonderlijke opneemruimten voor de vingers van een hand, zijn evenzeer 30 mogelijk. Te denken valt bijvoorbeeld aan een driezijdige washand, waarvan 12 de lapdelen elk vijfvingerig zijn uitgevoerd. Elke twee naburige lapdelen definiëren dan bijvoorbeeld twee vingeropneemruimtes, terwijl een opneemruimte voor de middelvinger wordt gevormd door de drie lapdelen gezamenlijk. Duidelijkheidshalve zij vermeld dat de eerste transversale 5 rand van elk lap deel in een dergelijke uitvoering niet rechtlijning is, maar gekromd, en zich uitstrekt langs de vingervormige contouren van een respectief lapdeel.

Hoewel de onderhavige uitvinding in het voorgaande is toegelicht aan de hand van enkele uitvoeringsvoorbeelden dient te worden opgemerkt 10 dat de uitvinding niet tot deze uitvoeringsvoorbeelden is beperkt. Door een vakman kunnen verschillende aanpassingen en wijzigingen op de besproken uitvoeringsvoorbeelden worden aangebracht zonder dat hierdoor de gedachte en het bereik van de uitvinding, zoals neergelegd in de hiernavolgende conclusies, worden verlaten. In het bijzonder kunnen 15 daarbij verschillende hierboven beschreven uitvoeringsvoorbeelden, of kenmerken daarvan, worden gecombineerd tot nieuwe uitvoeringsvormen.

13

Elementenliist 1 Washand 2a Eerste longitudinale rand 5 2b Tweede longitudinale rand 4a Eerste transversale rand 4b Tweede transversale rand 6 Handopneemruimte 8 Stiksel 10 10 Hand 12 Vingerpocket 14 Duimopneemruimte I-IV Lapdelen 15 T-IV’ Werkoppervlakken A Symmetrie-as

Claims

1. Washand (1) omvattende ten minste drie lapdelen (I IV), welke lapdelen onderling verbonden zijn ter vorming van een inwendige handopneemruimte (6). en waarbij elk lapdeel een uitwendig werkoppervlak verschaft (Γ-IV’). 5

2. Washand volgens conclusie 1, waarbij het door een genoemd lapdeel verschafte werkoppervlak ongeveer gelijk is aan het oppervlak van een in de handopneemruimte opneembare, vlakke hand.

3. Washand volgens één der voorgaande conclusies, waarbij elk van de lapdelen een eerste longitudinale rand (2a) en een tweede longitudinale rand (2b) omvat, en waarbij voor elk genoemd lapdeel - de eerste longitudinale rand van het genoemde lapdeel is verbonden met de tweede longitudinale rand van een eerste naburig lapdeel; en 15. de tweede longitudinale rand van het genoemde lapdeel is verbonden met de eerste longitudinale rand van een tweede naburig lapdeel.

4. Washand volgens conclusie 3, waarbij elk van de lapdelen een eerste transversale rand (4a) en een tweede transversale rand (4b) omvat, 20 en - waarbij de eerste transversale rand van een genoemd lapdeel over een eerste lengtedeel daarvan is verbonden met de eerste transversale rand van het eerste naburige lapdeel waarmee het genoemde lapdeel aan zijn eerste longitudinale rand is verbonden; 25. waarbij de eerste transversale rand van het genoemde lapdeel over een tweede lengtedeel daarvan is verbonden met de eerste transversale rand van het tweede naburige lapdeel waarmee het genoemde lapdeel aan zijn tweede longitudinale rand is verbondenen waarbij - de tweede transversale randen van de lapdelen gezamenlijk een opening tot de handopneemruimte definiëren. 5

5. Washand volgens conclusie 3 of 4, waarbij een lapdeel langs een longitudinale rand zodanig met een ander lapdeel verbonden is, dat de werkoppervlakken van de beide lapdelen ter plaatse van de verbinding van elkaar afgekeerd zijn. 10

6. Washand volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de ten minste drie lapdelen gelijkvormig zijn.

7. Washand volgens conclusie 6, waarbij de ten minste drie lapdelen -15 uitgelegd in een tweedimensionaal vlak - in hoofdzaak rechthoekig zijn.

8. Washand volgens één der voorgaande conclusies, waarbij ten minste één van de lapdelen is vervaardigd uit een weefsel of een vezeldoek.

9. Washand volgens één der voorgaande conclusies, waarbij ten minste één van de lapdelen is vervaardigd uit papier, katoen of een synthetische vezel.

10. Washand volgens één der voorgaande conclusies, waarbij ten 25 minste één van de lapdelen althans gedeeltelijk is vervaardigd uit een stretchstof.

11. Washand volgens één der voorgaande conclusies, waarbij ten minste één lapdeel is vervaardigd uit vochtabsorberend materiaal. 30

12. Washand volgens één der voorgaande conclusies, waarbij niet alle lapdelen zijn vervaardigd uit hetzelfde materiaal.

13. Washand volgens één der voorgaande conclusies, waarbij ten 5 minste één van de lapdelen meerlaags is uitgevoerd.

14. Washand volgens één der voorgaande conclusies, waarbij ten minste één lapdeel is geïmpregneerd.

15. Washand volgens één der voorgaande conclusies, waarbij ten minste één lapdeel aan een binnenzijde is voorzien van ten minste één vingerpocket (12).

16. Washand volgens ten minste conclusie 3, waarbij ten minste twee 15 lapdelen, welke aan een respectieve eerste (2a) en tweede (2b) longitudinale rand met elkaar verbonden zijn, zodanig gevormd zijn dat zij een met de handopneemruimte (6) in verbinding staande duimopneemruimte (14) insluiten.

17. Washand volgens ten minste conclusie 3, waarbij ten minste twee lapdelen, welke aan een respectieve eerste (2a) en tweede (2b) longitudinale rand met elkaar verbonden zijn, zodanig gevormd zijn dat zij ten minste twee met de handopneemruimte (6) in verbinding staande vingeropneemruimten insluiten. 25

18. Washand volgens conclusie 17, waarbij elk van de ten minste drie lapdelen vijfvingerig gevormd is, en waarbij elk paar naburige lapdelen ten minste twee vingeropneemruimten insluiten.