NL2001810C2

NL2001810C2 - Weed killer and method for killing weeds.

Info

Publication number: NL2001810C2
Application number: NL2001810A
Authority: NL
Inventors: Jan Van Der Tempel
Original assignee: Univ Delft Tech
Priority date: 2008-07-16
Filing date: 2008-07-16
Publication date: 2010-01-19
Also published as: WO2010008286A1

Description

P84750NL00P84750NL00

Titel: Onkruidverdelger en werkwijze voor het verdelgen van onkruidTitle: Weed killer and method for killing weeds

De uitvinding heeft betrekking op een onkruidverdelger alsmede een werkwijze voor het verdelgen van onkruid. Meer in het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op het beschadigen en het verdelgen van onkruid door middel van koude en eventueel vervolgens het verwijderen daarvan.The invention relates to a weed killer as well as a method for killing weeds. More in particular, the invention relates to damaging and eradicating weeds by cold and optionally subsequently removing them.

5 Voor het verdelgen van onkruid zijn diverse werkwijzen en apparaten bekend. Deze zijn in een aantal categorieën in te delen. Zo kan het onkruid bijvoorbeeld handmatig, mechanisch, chemisch of thermisch worden beschadigd, verdelgd en/of verwijderd. Hierbij kan het thermisch beschadigen, verdelgen en/of verwijderen worden uitgevoerd door middel 10 van hitte met een brander of door middel van stoom. Eveneens kan het onkruid worden beschadigd en/of verdelgd door het aan koude bloot te stellen.Various methods and devices are known for killing weeds. These can be divided into a number of categories. For example, the weeds can be damaged, destroyed and / or removed manually, mechanically, chemically or thermally. Thereby, thermal damage, extermination and / or removal can be carried out by means of heat with a burner or by means of steam. The weeds can also be damaged and / or destroyed by exposure to cold.

Hoewel het verdelgen van het onkruid mechanisch, chemisch, biologisch en/of thermisch kan worden uitgevoerd zijn er op een aantal 15 specifieke locaties slechts een beperkt aantal van deze technieken inzetbaar. Bijvoorbeeld in havengebieden en/of op (petro-)chemische complexen is het onwenselijk met brandbare middelen en/of (open)vuur te werken. Hier is om veiligheidsredenen het gebruik van vluchtige brandbare middelen en/of verhoogde temperaturen doorgaans niet toegestaan. Derhalve wordt het 20 onkruid op dergelijke locaties handmatig verwijderd en/of met koude beschadigd of verdelgd. Het handmatig verwijderen van het onkruid vergt echter de inzet van mankracht.Although the weeding can be carried out mechanically, chemically, biologically and / or thermally, only a limited number of these techniques can be used at a number of specific locations. For example, in port areas and / or on (petro) chemical complexes, it is undesirable to work with flammable agents and / or (open) fire. For safety reasons, the use of volatile combustibles and / or elevated temperatures is generally not permitted here. Therefore, the weeds are removed manually at such locations and / or damaged or destroyed with cold. However, the manual removal of the weeds requires the deployment of manpower.

Uit de stand van de techniek is een aantal onkruidverdelgers en/of werkwijzen voor het verdelgen van onkruid door middel van koude bekend. 25 Een dergelijke werkwijze kan bijvoorbeeld worden afgeleid uit het Duitse gebruiksmodel DE29 607 745. In dit gebruiksmodel wordt een onkruidverdelger beschreven die het onkruid verdelgt door middel van 2 vloeibare lucht. Deze vloeibare lucht wordt handmatig door een slang via een trapeze-vormig hulpstuk op het met onkruid begroeide oppervlak gebracht.A number of weed killers and / or methods for killing weeds by cold are known from the prior art. Such a method can for instance be derived from the German utility model DE29 607 745. In this utility model a weed killer is described which kills the weeds by means of liquid air. This liquid air is applied manually through a hose via a trapeze-shaped attachment to the weed-covered surface.

Een nadeel van een dergelijk systeem is dat de vloeibare lucht door 5 zijn lage viscositeit eenvoudig uit het hulpstuk kan wegstromen. Om met deze verdelger tot een volledige of ten minste een voldoende destructie van het betreffende onkruid te komen, dient het onkruid gedurende relatief lange tijd aan het koude medium te worden blootgesteld. Daarbij dient ten eerste het hulpstuk ferm op de bodem te worden gedrukt om het ontsnappen 10 van het koudemedium te voorkomen. Ten tweede dient het hulpstuk tevens gedurende relatief lange tijd tegen de bodem te worden gedrukt om een afdoende verdelging te bewerkstelligen. Het dusdanig verdelgen vergt hierdoor een aanzienlijke hoeveelheid kracht en geduld van de uitvoerder die belast is met het verdelgen van het onkruid. Het gebruik van dit 15 systeem is hierdoor relatief onpraktisch.A drawback of such a system is that the liquid air can easily flow out of the attachment due to its low viscosity. In order to achieve complete or at least a sufficient destruction of the relevant weed with this exterminator, the weed must be exposed to the cold medium for a relatively long time. Firstly, the attachment must be firmly pressed on the bottom to prevent the cold medium from escaping. Secondly, the accessory must also be pressed against the bottom for a relatively long time in order to achieve adequate eradication. Such killing requires a considerable amount of strength and patience from the operator who is responsible for killing the weeds. The use of this system is therefore relatively impractical.

Een doel van de uitvinding kan zijn in een apparaat en een werkwijze voor het verdelgen van onkruid te voorzien die de bovenvermelde nadelen niet hebben of ten minste ten dele opheffen. Een ander doel kan zijn te voorzien in een apparaat dat efficiënter is in het gebruik van 20 koudemiddel, bij voorkeur praktischer in het gebruik is, en een betere verdelging kan bewerkstelligen. Een nog ander doel kan zijn het verdelgen met een minimale personele belasting op een bij voorkeur veilige en milieuvriendelijke wijze te volbrengen.It is an object of the invention to provide an apparatus and method for killing weeds which do not have or at least partially overcome the above-mentioned disadvantages. Another object may be to provide an apparatus that is more efficient in the use of refrigerant, preferably more practical in use, and can achieve better eradication. A further purpose may be to accomplish extermination with a minimum of staffing in a preferably safe and environmentally friendly manner.

Ten minste één van deze en/of andere doelen wordt bereikt met een 25 verdelgingswerkwijze waarbij een verdelger met een verdelgingskamer wordt gebruikt. De verdelgingskamer wordt met de open zijde om of over het te verdelgen onkruid aangebracht waarna er een koudemiddel in de verdelgingskamer wordt aangebracht. De verdelgingskamer wordt gedurende een tijdsspanne om het onkruid gehouden om afdoende 3 verdelging van het onkruid te bewerkstelligen terwijl de verdelger voortbeweegt.At least one of these and / or other objects is achieved by a killing method in which a killer with a killing chamber is used. The eradication chamber is applied with the open side around or over the weed to be exterminated, whereafter a refrigerant is applied to the extermination chamber. The extermination chamber is held around the weeds for a period of time to effect adequate extermination of the weeds as the exterminator moves.

In de afhankehjke conclusies zijn verdere uitvoeringsvormen van de uitvinding uitgewerkt.Further embodiments of the invention are elaborated in the dependent claims.

5 De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van uitvoeringsvormen die in de tekening zijn weergegeven. In de tekening toont/tonen: figuur la een schematisch aanzicht in doorsnede langs de lijn AA’ in figuur lb; 10 figuur lb een schematisch bovenaanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 2 een schematisch zijaanzicht in doorsnede van een tweede uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 3 een schematisch zijaanzicht in doorsnede van een derde 15 uitvoeringsvorm van de uitvinding langs de lijn BB’ uit figuur 4; figuur 4 een schematisch onderaanzicht van de derde uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 5 een schematisch zijaanzicht in doorsnede van een vierde uitvoeringsvorm van de uitvinding langs de lijn CC’ uit figuur 6; 20 figuur 6 een schematisch onderaanzicht van de vierde uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 7 een schematisch zijaanzicht in doorsnede van een vijfde uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 8 een schematisch onderaanzicht van een zesde 25 uitvoeringsvorm van de uitvinding.The invention will be further elucidated with reference to embodiments shown in the drawing. In the drawing: figure 1a shows a schematic sectional view along the line AA 'in figure 1b; Figure 1b is a schematic top view of a first embodiment of the invention; Figure 2 is a schematic side sectional view of a second embodiment of the invention; figure 3 shows a schematic cross-sectional side view of a third embodiment of the invention along the line BB 'of figure 4; Figure 4 is a schematic bottom view of the third embodiment of the invention; figure 5 shows a schematic side sectional view of a fourth embodiment of the invention along the line CC 'of figure 6; Figure 6 shows a schematic bottom view of the fourth embodiment of the invention; Figure 7 is a schematic sectional side view of a fifth embodiment of the invention; figure 8 shows a schematic bottom view of a sixth embodiment of the invention.

In de figuren zijn gelijke of overeenkomstige onderdelen met corresponderende verwijzingscijfers aangegeven.In the figures, the same or corresponding parts are indicated by corresponding reference numerals.

Opgemerkt wordt dat de tekening slechts een schematische weergave is van uitvoeringsvormen van de uitvinding. De tekening dient geenszins als 30 beperkend voor de uitvinding te worden opgevat.It is noted that the drawing is only a schematic representation of embodiments of the invention. The drawing is by no means to be construed as limiting the invention.

44

Figuur 1 toont een zijaanzicht van een onkruidverdelger 1 volgens een eerste uitvoeringsvorm. De onkruidverdelger omvat een verdelgingskamer 14, waarin uitgangen 2 zijn aangebracht, waaruit naar behoeve een koudemiddel kan stromen. De uitgangen 2 kunnen hierbij als 5 sproeikopjes zijn uitgevoerd. De uitgangen 2 kunnen eveneens als open buiseinden, vernevelaars en/of andere richters of sproeiers zijn uitgevoerd. De uitgangen 2 zijn aan een verdelerleiding 3 aangebracht, die in fluïdum verbinding staat met een leiding 4. De verdelerleiding 3 staat via een afsluiter 5 en via leiding 4 in fluïdumverbinding met een voorraadhouder 6. 10 Hierbij kan de afsluiter 5 bijvoorbeeld als een regelventiel, een kraan, een klep en/of een andere bekende afsluiter zijn uitgevoerd.Figure 1 shows a side view of a weed killer 1 according to a first embodiment. The weed killer comprises a killing chamber 14, in which exits 2 are provided, from which a refrigerant can flow to the end. The outputs 2 can in this case be designed as 5 spray nozzles. The outputs 2 can also be in the form of open pipe ends, nebulizers and / or other straighteners or nozzles. The outputs 2 are arranged on a distributor pipe 3, which is in fluid communication with a pipe 4. The distributor pipe 3 is in fluid communication with a storage container 6 via pipe 4 and via pipe 4, the valve 5 can for instance act as a control valve, a tap, a valve and / or another known valve are designed.

De verdelgingskamer 14 wordt in de bewegingsrichting x gezien aan de voorzijde begrensd door een voorwand 9, een achterwand 10 en twee in figuur lb aangeduide zijwanden 9a en 9b. De wanden 9, 9a, 9b en 10 zijn 15 aan de bodemzijde voorzien van afdichtingen 11 en 12. De afdichting zorgen voor een afdichting van de verdelgingskamer 14 ten opzichte van de bodem zodat geen of zo min mogelijk van het koudemiddel uit de verdelgingskamer 14 kan stromen. Deze afdichtingen 11 en 12 kunnen één of meer rubber lippen, borstelafsluiters en/of andere afsluitende elementen omvatten of 20 daaruit bestaan.Viewed in the direction of movement x, the dividing chamber 14 is bounded at the front by a front wall 9, a rear wall 10 and two side walls 9a and 9b indicated in Figure 1b. The walls 9, 9a, 9b and 10 are provided on the bottom side with seals 11 and 12. The seal provide a seal for the distribution chamber 14 relative to the bottom so that no or as little as possible of the refrigerant from the distribution chamber 14 can flow. These seals 11 and 12 may comprise or consist of one or more rubber lips, brush valves and / or other sealing elements.

De voorwand 9, de zijwanden 9a, 9b en de achterwand 10 zijn aan de bovenzijde verbonden met een af dekplaat 13. Door deze afdekplaat 13 loopt de leiding 4. De afdekplaat kan dicht zijn uitgevoerd of kan openingen 13a omvatten. Door de openingen 13a kan een ongewenste drukopbouw van het 25 verdampende koudemiddel in de verdelgingskamer 14 worden tegengegaan.The front wall 9, the side walls 9a, 9b and the rear wall 10 are connected at the top to a cover plate 13. The pipe 4 runs through this cover plate 13. The cover plate can be closed or can comprise openings 13a. Through the openings 13a, an undesired pressure build-up of the evaporating refrigerant in the expansion chamber 14 can be prevented.

De afsluiter 5 kan worden aangestuurd door een sensor 7. Hierbij is de sensor 7 bijvoorbeeld als een infrarood reflectiemeter uitgevoerd, die registreert of er zich een plant voor de verdelger 1 bevindt. Indien dit zo is, kan de sensor een signaal afgeven dat door middel van een 30 verwerkingseenheid 19 wordt omgezet in een stuursignaal voor de 5 afsluiter 5. De verwerkingseenheid 19 kan bijvoorbeeld een besturingscomputer, zoals bijvoorbeeld een PLC en/of een andere regelsysteem omvatten.The valve 5 can be controlled by a sensor 7. Here, the sensor 7 is designed, for example, as an infrared reflection meter, which registers whether there is a plant in front of the exterminator 1. If this is the case, the sensor can provide a signal which is converted by means of a processing unit 19 into a control signal for the valve 5. The processing unit 19 can for instance comprise a control computer, such as for instance a PLC and / or another control system.

De onkruidverdelger 1 wordt tijdens het gebruik in de richting x over 5 een terrein of een bodem bewogen waar eventueel ongewenst onkruid groeit. Hierbij kan de verdelger bijvoorbeeld aan een voertuig worden bevestigd of deel uitmaken van een speciaal voor het onkruid verdelgen ingericht voertuig. Wordt nu door de sensor 7 een plant of onkruid geregistreerd, dan wordt bijvoorbeeld na een korte tijdsvertraging de afsluiter 5 geopend.During use, the weed killer 1 is moved in the direction x over 5 over a terrain or a soil where any unwanted weeds grow. In this case the exterminator can for instance be attached to a vehicle or form part of a vehicle specially adapted for weeding. If a plant or weed is now registered by the sensor 7, the valve 5 is opened, for example, after a short time delay.

10 Hierdoor stroomt er koudemiddel uit de voorraadhouder 6 door de leiding 4 en door de verdelerleiding 3 door één of meer uitgangen 2 in de verdelgingskamer 14.As a result, refrigerant flows from the storage container 6 through the pipe 4 and through the distributor pipe 3 through one or more outlets 2 into the distribution chamber 14.

Alternatief kan de sensor 7 zich ook in de verdelgingskamer 14 bevinden. In dat geval is een tijdsvertraging niet noodzakelijk en kan zodra 15 een ongewenste plant door de sensor 7 wordt geregistreerd de afsluiter 5 worden geopend.Alternatively, the sensor 7 can also be located in the distribution chamber 14. In that case a time delay is not necessary and as soon as an undesired plant is registered by the sensor 7, the valve 5 can be opened.

Door het toepassen van een tijdsvertraging heeft de verdelger zich inmiddels voortbewogen zodat de ruimte 14 zich in hoofdzaak om en/of boven het onkruid begeeft. De tijdsvertraging kan in hoofdzaak gelijk zijn 20 aan de snelheid van voortbewegen van de verdelger 1 maal de afstand in de richting x gezien tussen de sensor 7 en de verdelgingskamer 14. Doordat het koudemiddel in de verdelgingskamer 14 stroomt wordt de plant hieraan blootgesteld. Hierbij treedt er door de lage temperatuur van het koude middel een aanzienlijke warmteoverdracht van de plant naar het 25 koudemiddel op. Hierdoor kan de plant zoveel warmte verliezen dat ten minste een deel van de zich in de plant bevindende structuren bevriest en/of zodanig van structuur verandert dat de plant onherstelbaar beschadigd raakt en sterft. De op de onderzijde van de wanden 9, 9a, 9b en 10 aangebrachte afdichtingen 11 en 12 drukken zodanig op de bodem dat er zo 6 min mogelijk van het koude middel langs de onderrand van de wanden 9, 9a, 9b en 10 en langs de dichtingen 11 en 12 ontsnapt.By applying a time delay, the exterminator has since moved on, so that the space 14 moves substantially around and / or above the weeds. The time delay can be substantially equal to the speed of advance of the exterminator 1 times the distance seen in the direction x between the sensor 7 and the extermination chamber 14. Because the refrigerant flows into the extermination chamber 14, the plant is exposed to this. A considerable heat transfer from the plant to the refrigerant occurs here due to the low temperature of the cold agent. As a result, the plant can lose so much heat that at least a part of the structures present in the plant freezes and / or changes its structure in such a way that the plant is irreparably damaged and dies. The seals 11 and 12 arranged on the underside of the walls 9, 9a, 9b and 10 press on the bottom in such a way that as much as possible 6 minutes of the cold medium along the lower edge of the walls 9, 9a, 9b and 10 and along the seals 11 and 12.

Bij de toepassing van de verdelger 1 van figuur 1 verdient het de voorkeur de verdelgingskamer 14 gedurende een tijdsspanne om en/of boven 5 de plant te houden om het onkruid voldoende lang aan het koudemiddel bloot te stellen. Hierbij kunnen bijvoorbeeld de voortbewegingssnelheid en/of de lengte van de verdelgingskamer 14 in de voortbewegingsrichting x geoptimaliseerd worden om een voldoende verdelging te bewerkstelligen.When using the exterminator 1 of Fig. 1, it is preferable to keep the extermination chamber 14 around and / or above the plant for a period of time in order to expose the weeds to the refrigerant for a sufficient period of time. Here, for example, the speed of travel and / or the length of the distribution chamber 14 in the direction of travel x can be optimized in order to achieve a sufficient erosion.

Voor een nog grondigere verdelging kunnen meerdere 10 verdelgingskamers 14, 14b achter elkaar worden geschakeld, zoals wordt getoond in figuur 2. Hier bevindt zich achter de eerste verdelgingskamer 14 om de plant 14 opnieuw een sensor 7a en vervolgens een tweede verdelgingskamer 14a. De tweede verdelgingskamer 14a kan evenals de eerste verdelgingskamer 14 met een voorwand 9, een achterwand 10 en 15 twee zijwanden 9a, 9b zijn uitgevoerd. In de tweede verdelgingskamer 14b bevindt zich eveneens een verdelerleiding 3a met een aantal uitgangen 2a. De verdelerleiding 3a staat via de leiding 4 en de afsluiter 5 in fluïdumverbinding met de voorraadhouder 6. De afsluiter 5a kan door de sensor 7a, op een gelijke wijze worden aangestuurd als de afsluiter 5 door de 20 sensor 7 wordt aangestuurd. Hierbij kan de sensor 7a bijvoorbeeld als infrarood reflectiemeter zijn uitgevoerd. De sensor 7a kan dan bijvoorbeeld registreren of de plant aan voldoende koude is blootgesteld. Indien dat niet het geval is, kan de sensor 7a bijvoorbeeld de afsluiter 5a aansturen. Hierdoor wordt de plant in de verdelgingskamer 14a een tweede keer aan 25 het koudemiddel blootgesteld.For an even more thorough extermination, several extermination chambers 14, 14b can be connected one after the other, as shown in Figure 2. Here, behind the first extermination chamber 14, there is once again a sensor 7a around the plant 14 and then a second extermination chamber 14a. The second partitioning chamber 14a, like the first partitioning chamber 14, can be designed with a front wall 9, a rear wall 10 and two side walls 9a, 9b. In the second distribution chamber 14b there is also a distribution line 3a with a number of outputs 2a. The distribution line 3a is in fluid communication with the supply container 6 via the line 4 and the valve 5. The valve 5a can be controlled by the sensor 7a in a similar manner as the valve 5 is controlled by the sensor 7. The sensor 7a can for instance be designed as an infrared reflection meter. The sensor 7a can then, for example, register whether the plant has been exposed to sufficient cold. If that is not the case, the sensor 7a can, for example, control the valve 5a. This causes the plant to be exposed to the refrigerant a second time in the extermination chamber 14a.

Het lang genoeg blootstellen van de plant aan het koudemiddel kan alternatief worden uitgevoerd door de verdelgingskamers 14, 14b tijdens het voortbewegen van de verdelger 1 op hun plaats te houden.Exposing the plant to the refrigerant for long enough can alternatively be carried out by holding the extermination chambers 14, 14b in place while the exterminator 1 is moving.

Dit kan op elegante wijze worden uitgevoerd door de 30 verdelgingskamers 14, 14b in, om of aan de buitenzijde van een rupsband 24 7 aan te brengen. Figuur 3 toont een voorbeeld van een dergelijke rupsband 24. In deze uitvoeringsvorm is er een aantal verdelgingskamers 14b met een open buitenzijde in een rupsband 24 aangebracht. De verdelgingskamers 14b zijn aan de rupsbandbinnenzijde van een opening 15 voorzien waardoor 5 het koudemiddel aan de verdelgingskamers 14b kan worden toegevoerd. De rupsband 24 kan om een eerste rolgeleider 20 en een tweede rolgeleider 21 zijn aangebracht. De rolgeleiders 20 en 21 zijn draaibaar op assen 22 en 23 aangebracht en kunnen de rupsband 24 in de juiste positie houden. De rolgeleiders 20 en 21 kunnen daarbij bijvoorbeeld als loopwielen, loopwalsen 10 en/of looptrommels zijn uitgevoerd. In figuur 4 is een onderaanzicht van de rupsband 24 weergegeven. In de breedte van de rupsband ten opzichte van de voortbewegingsrichting x, is een aantal verdelgingskamers 14 naast elkaar aangebracht. Hierbij zijn de openingen 15 als sleuven uitgevoerd om tijdens het voortbewegen van de verdelger 1 gedurende enige tijd het 15 koudemiddel aan de verdelgingskamers 14 b van de rupsband 24 toe te voeren zonder dat daarbij het koudemiddel ongewenst via de randen van de openingen 15 wegvloeit.This can be done in an elegant manner by arranging the distribution chambers 14, 14b in, around or on the outside of a caterpillar track 7. Figure 3 shows an example of such a caterpillar track 24. In this embodiment, a number of dividing chambers 14b with an open outside are arranged in a caterpillar track 24. The distribution chambers 14b are provided with an opening 15 on the inside of the caterpillar track through which the refrigerant can be supplied to the distribution chambers 14b. The caterpillar track 24 can be arranged around a first roller guide 20 and a second roller guide 21. The roller guides 20 and 21 are rotatably mounted on shafts 22 and 23 and can hold the track 24 in the correct position. The roller guides 20 and 21 can be designed, for example, as running wheels, running rollers 10 and / or running drums. Figure 4 shows a bottom view of the caterpillar track 24. In the width of the track with respect to the direction of travel x, a number of dividing chambers 14 are arranged next to each other. The openings 15 are in this case designed as slots for supplying the refrigerant to the distribution chambers 14b of the caterpillar track 24 for a while during the movement of the extender 1 without the refrigerant flowing away undesirably via the edges of the openings 15.

Aan de open buitenzijde van de verdelgingskamers 14b zijn afdichtingen 12b aangebracht. Deze afdichtingen 12b kunnen strips, lippen 20 en/of afdichtingsborstels omvatten of hieruit bestaan.Seals 12b are provided on the open outside of the distribution chambers 14b. These seals 12b can comprise or consist of strips, lips 20 and / or sealing brushes.

In de bewegingsrichting x gezien is er voor de rupsband een sensor 7b aangebracht, die signaaltechnisch met een besturingseenheid 19 is verbonden. De besturingseenheid 19 is vervolgens signaaltechnisch met de afsluiter 17 verbonden. Registreert nu de sensor 7b een plant, dan wordt 25 een signaal doorgegeven aan de besturingseenheid 19. Na een geschikte tijdsvertraging die in hoofdzaak overeenstemt met de tijd van het voortbewegen van de verdelger over de in de voortbewegingsrichting x geziene afstand tussen de sensor 7b en de uitgang 2 van de leiding 16, geeft de besturingseenheid 19 een stuursignaal aan de afsluiter 17. Hierdoor 30 opent zich de afsluiter 17 en stroomt het koudemiddel van de 8 voorraadhouder 6b, via de leiding 16, de afsluiter 17 en de uitgang 2 door de opening 15 in de verdelgingskamer 14b. Door nu de opening 15 als sleuf uit te voeren waarvan de lengterichting in hoofdzaak met de bewegingsrichting x overeenstemt, kan het koudemiddel gedurende enige tijd in de 5 verdelgingskamer 14b blijven stromen terwijl de verdelger 1 zich voortbeweegt.Viewed in the direction of movement x, a sensor 7b is provided for the caterpillar track, which sensor signal is connected to a control unit 19. The control unit 19 is then signal-related to the valve 17. If the sensor 7b now registers a plant, a signal is passed on to the control unit 19. After a suitable time delay which substantially corresponds to the time of movement of the exterminator over the distance seen in the direction of travel x between the sensor 7b and the output 2 of the line 16, the control unit 19 gives a control signal to the valve 17. As a result, the valve 17 opens and the refrigerant flows from the storage container 6b, via the line 16, the valve 17 and the output 2 through the opening 15 in the extermination chamber 14b. By now designing the aperture 15 as a slot, the longitudinal direction of which substantially corresponds to the direction of movement x, the refrigerant can continue to flow into the dividing chamber 14b for some time while the divider 1 is moving.

In figuur 3 is een zijaanzicht in doorsnede van de verdelger la weergegeven waardoor er slechts één uitgang 2 zichtbaar is. Dit kan ook een aantal zich in een rij dwars op de voortbewegingsrichting bevindende 10 uitgangen 2 zijn. Het aantal uitgangen 2 komt daarbij overeen met het aantal rijen van verdelgingskamers 14b, zoals die zijn weergegeven in het onderaanzicht van de rupsband 24 in figuur 4. Hierbij kan elke uitgang 2 via een aparte leiding 16 en een aparte afsluiter 17 in fluïdumverbinding met de voorraadhouder 6b staan. Hierbij bevindt zich een rij van sensors 7b 15 in de voortbewegingsrichting x gezien voor de rupsband 24. Hierbij kan elke afzonderlijke sensor 7b de in de voortbewegingsrichting x gezien erachter liggende afsluiter 17 via de besturingseenheid 19 aansturen.Figure 3 shows a side sectional view of the extender 1a, so that only one outlet 2 is visible. This can also be a number of exits 2 in a row transverse to the direction of movement. The number of exits 2 corresponds to the number of rows of distribution chambers 14b, such as those shown in the bottom view of the caterpillar track 24 in Figure 4. Here, each exit 2 can be in fluid communication with the storage container via a separate pipe 16 and a separate valve 17. 6b. Here, a row of sensors 7b 15 is located in front of the track 24 viewed in the direction of movement x. In this case, each individual sensor 7b can control the valve 17 located behind it, viewed in the direction of movement x, via the control unit 19.

Boven de op de grond rustende verdelgingskamers 14 kan een steunplaat 25 zijn aangebracht waarlangs de rupsband 24 op de bodem kan 20 worden gedrukt. De steunplaat 25 kan tevens de openingen 15 afschermen en/of ten minste gedeeltelijk afsluiten.A supporting plate 25 can be arranged above the distribution chambers 14 resting on the ground along which the caterpillar track 24 can be pressed onto the bottom. The supporting plate 25 can also screen the openings 15 and / or at least partially close them.

De rupsband 24 kan bijvoorbeeld uit een rubber vormdeel, een elastisch doek, en/of andere geschikte materialen worden vervaardigd. Hierbij kan het materiaal zodanig gekozen worden dat het ook onder 25 blootstelling aan het koudemiddel elastisch blijft. Ook kan het materiaal van een extra isolerende laag en/of een reflecterende laag zijn voorzien die het materiaal tegen de inwerking van de koude van het koudemiddel beschermt. Een reflecterende laag kan hierbij bijvoorbeeld een aluminium folie omvatten.The caterpillar 24 can for instance be manufactured from a rubber molded part, an elastic cloth, and / or other suitable materials. The material can hereby be chosen such that it remains elastic even when exposed to the refrigerant. The material can also be provided with an additional insulating layer and / or a reflective layer that protects the material against the effects of the cold of the refrigerant. A reflective layer can herein for instance comprise an aluminum foil.

99

In figuur 5 is in een zijaanzicht in doorsnede een alternatieve uitvoeringsvorm van de verdelger lb weergegeven. In figuur 6 is een onderaanzicht van de verdelger lb aangegeven. Figuur 5 toont hierbij een aanzicht in doorsnede van de verdelger lb langs de lijn CC’ die in figuur 6 is 5 weergegeven. In figuur 5 is een verdelger lb met een rupsband 24a getoond die om twee rolgeleiders 20a en 21a is aangebracht. De rolgeleiders 20a en 21a zijn respectievelijk draaibaar met assen 22a en 22b verbonden. Aan de rupsband 24a, zijn flexibel en ten opzichte van de voortbewegingsrichting x dwars gerichte wanden 26 aangebracht. Aan de rupsband 24a zijn voorts in 10 hoofdzaak in de richting van de voortbewegingsrichting x flexibele wanden 27 aangebracht. Hierbij wordt door de wanden 26 en 27 een rooster of een matrix van verdelgingskamers 14c gevormd.Figure 5 shows an alternative embodiment of the extender 1b in a sectional side view. Figure 6 shows a bottom view of the extender 1b. Figure 5 here shows a cross-sectional view of the extender 1b along the line CC "shown in Figure 6. Figure 5 shows a distributor 1b with a caterpillar track 24a arranged around two roller guides 20a and 21a. The roller guides 20a and 21a are rotatably connected to shafts 22a and 22b, respectively. On the caterpillar track 24a, walls 26 arranged transversely with respect to the direction of movement x are arranged. Furthermore, flexible walls 27 are arranged on the caterpillar track 24a substantially in the direction of the direction of movement x. A grid or matrix of partition chambers 14c is thereby formed by the walls 26 and 27.

Doordat de wanden 26 en 28 uit flexibel materiaal zijn vervaardigd kan een goede afdichting tussen de bodem en de verdelgingskamers 14c 15 worden verkregen. Figuur 5 toont de onderzijde van de rupsband 24a.Because the walls 26 and 28 are made of flexible material, a good seal between the bottom and the dividing chambers 14c can be obtained. Figure 5 shows the underside of the caterpillar track 24a.

Hierbij zijn opnieuw de verdelgingskamers 14b in de vorm van een rooster of een matrix van rijen en kolommen op de rupsband 24a aangebracht.Here, the distribution chambers 14b are again arranged in the form of a grid or a matrix of rows and columns on the caterpillar track 24a.

In figuur 7 is er in de voortbewegingsrichting x gezien achter de verdelgingskamer een reiniger 28 aangebracht voor het verwijderen en of 20 het verpulveren van het verdelgde onkruid. De reiniger 28 kan als een om een staande as 29 roterende borstel zijn uitgevoerd. Deze kan echter ook uit een meervoudig aantal kleinere borstels 30 bestaan, zoals in figuur 8 wordt weergegeven. Hierbij zouden de borstels 30 elk individueel roteerbaar kunnen zijn aangebracht, zodat alleen die borstel 30 in werking kan worden 25 gesteld waar een verdelgde plant bij in de buurt komt. De informatie die is verzameld door de sensor 7 kan hierbij bijvoorbeeld ook via de besturingseenheid 19 worden doorgegeven aan de afzonderlijke actuatoren van de afzonderlijke borstels 30. De reiniger 28 zou als alternatief bijvoorbeeld ook als een om een liggende as draaiende borstelwals, een hark, 30 schraapijzer, mes, maaier, en/of anderszins kunnen zijn uitgevoerd.In Figure 7, a cleaner 28 is arranged behind the clearing chamber, viewed in the direction of movement x, for removing and / or pulverizing the destroyed weeds. The cleaner 28 can be in the form of a brush rotating about a standing shaft 29. However, this can also consist of a multiple number of smaller brushes 30, as is shown in Figure 8. Here, the brushes 30 could each be arranged individually rotatably, so that only that brush 30 can be actuated to which a destroyed plant comes close. The information collected by the sensor 7 can also be passed on, for example, via the control unit 19 to the individual actuators of the individual brushes 30. Alternatively, the cleaner 28 could also be used, for example, as a brush roller rotating around a horizontal axis, a rake, 30 scraper, knife, mower, and / or otherwise can be made.

1010

Doordat de reinigers 28 of 30 direct achter de verdelgingskamer 14 zijn geplaatst, kan de verdelgde plant nog in geheel of gedeeltelijk bevroren toestand worden weggeborsteld. Door deze bevroren toestand kan de plant daarbij bijzonder bros en breekbaar zijn wat het wegborstelen van de plant 5 kan vergemakkelijken.Because the cleaners 28 or 30 are placed directly behind the extermination chamber 14, the exterminated plant can still be brushed away in completely or partially frozen condition. Due to this frozen state, the plant can thereby be particularly brittle and brittle, which can facilitate brushing away the plant.

Bij de uitvoeringsvormen zoals weergegeven in de figuren 1, la en 2 kan de reiniger 28 alternatief ook in de verdelgingskamer 14, 14a zijn aangebracht. Hierdoor kan het onkruid in bevroren toestand worden weggeborsteld en/of verpulverd. Ook kan door het tegelijkertijd blootstellen 10 aan het koude middel en aan de mechanische actie van de reiniger 28 het effect van verdelging worden versterkt.In the embodiments as shown in Figs. 1, 1a and 2, the cleaner 28 can alternatively also be arranged in the distribution chamber 14, 14a. This allows the weeds to be brushed away and / or pulverized when frozen. Also, by simultaneously exposing 10 to the cold agent and to the mechanical action of the cleaner 28, the effect of eradication can be enhanced.

Met de uitvoeringsvormen volgens de uitvinding kan een verdelgingskamer 14, 14a, 14b, 14c over een terrein worden verplaatst. Hierbij wordt het onkruid telkens verdelgd door de verdelgingskamer 14, 15 14a , 14b, 14c met ten minste één open zijde 14d om en/of over het te verdelgen onkruid te plaatsen. Hierbij wordt de op de onderrand van de open zijde 14d van de verdelgingskamer 14,14a, 14b, 14c aangebrachte afdichting 11, 12, 12b, 12c tegen de bodem of grond waarin zich het onkruid bevindt, gedrukt. Hierdoor sluit de afdichting 11, 12,12b, 12c de 20 verdelgingskamer 14, 14a, 14b, 14c in hoofdzaak af. Nadat de verdelgingskamer zich om of over het te verdelgen onkruid is geplaatst, wordt er aan de verdelgingskamer een hoeveelheid koudemiddel toegevoegd. Dit koudemiddel kan een vloeibaar gemaakt gas omvatten zoals bijvoorbeeld zuurstof, stikstof en/of koolzuurgas. Deze gassen hebben het 25 voordeel nauwelijks reactief en nauwelijks en/of pas in hoge dosis gezondheidsschadelijk te zijn. Voorts hebben deze gassen zeer lage atmosferische kookpunten waardoor deze onder blootstelling aan de atmosfeer bij deze lage temperaturen koken, en daarbij hun verdampingswarmte aan de te verdelgen planten kunnen onttrekken. Door 30 de verdelgingskamer 14, 14a, 14b, 14c gedurende een bepaalde tijdsspanne 11 om en/of over het onkruid te houden kan het betreffende onkruid worden verdelgd en gedood.With the embodiments according to the invention, an extermination chamber 14, 14a, 14b, 14c can be moved over a terrain. In this case, the weeds are always eradicated by placing the eradication chamber 14, 14a, 14b, 14c with at least one open side 14d around and / or over the weeds to be eradicated. The seal 11, 12, 12b, 12c arranged on the lower edge of the open side 14d of the clearing chamber 14,14a, 14b, 14c is pressed against the soil or soil in which the weeds are located. As a result, the seal 11, 12, 12b, 12c substantially closes the distribution chamber 14, 14a, 14b, 14c. After the control chamber has been placed around or over the weed to be destroyed, a quantity of refrigerant is added to the control chamber. This refrigerant can comprise a liquefied gas such as, for example, oxygen, nitrogen and / or carbon dioxide. These gases have the advantage of being hardly reactive and hardly and / or only harmful in high doses. Furthermore, these gases have very low atmospheric boiling points, as a result of which they boil at exposure to the atmosphere at these low temperatures, and thereby extract their heat of evaporation from the plants to be destroyed. By holding the extermination chamber 14, 14a, 14b, 14c for a certain period of time 11 around and / or over the weeds, the relevant weeds can be exterminated and killed.

De gebruikers van de onkruidverdelger kunnen bijvoorbeeld hoveniersbedrijven, gemeentelijke plantsoenendiensten, havenbedrijven, 5 opslagterreinbeheerders, schoonmaak en/of onderhoudsdiensten van (petro-)chemische complexen zijn.The users of the weed killer may be, for example, gardeners, municipal parks services, port companies, storage site managers, cleaning and / or maintenance services of (petro) chemical complexes.

Opgemerkt wordt dat de uitvinding niet beperkt is tot de hier besproken uitvoeringsvoorbeelden. Zo kan in een aantal verdelgingskamers 14b, 14c van de rupsband 24, 24a een onderdruk worden gecreëerd, 10 waardoor de rupsband 24, 24a met een grotere kracht tegen de bodem wordt gedrukt. Hierdoor sluiten de verdelgingskamers 14b nog beter af waardoor er minder koudemiddel kan ontsnappen. Op de wanden 9,9a,9b en 10 en/of de af dekplaat 13 van de verdelgingskamers kan een reflecterende folie worden aangebracht om de zich in de verdelgingskamer bevindende koude 15 nog beter van de omringende wanden en af dekplaat te isoleren.It is noted that the invention is not limited to the exemplary embodiments discussed here. Thus, in a number of dividing chambers 14b, 14c of the caterpillar track 24, 24a, an underpressure can be created, whereby the caterpillar track 24, 24a is pressed against the ground with a greater force. As a result, the extermination chambers 14b close even better, so that less refrigerant can escape. A reflective foil can be applied to the walls 9, 9a, 9b and 10 and / or the cover plate 13 of the distribution chambers to better insulate the cold 15 present in the distribution chamber from the surrounding walls and cover plate.

Als voorbeeld van een sensor 7 wordt een infrarood sensor beschreven. Het spreekt voor zich dat deze sensor 7 ook als een andere sensor of camera kan zijn uitgevoerd. Hierbij kunnen bijvoorbeeld de door een camera gegenereerde beelden door middel van 20 patroonherkenningssoftware worden geanalyseerd. Hierbij kunnen diverse verschillende plantensoorten en hun grootte herkend worden. Met deze informatie kan vervolgens de dosis van het koudemiddel op bijvoorbeeld de grootte, soort en aantal van de plant worden aangepast.An example of a sensor 7 is an infrared sensor. It goes without saying that this sensor 7 can also be designed as a different sensor or camera. Here, for example, the images generated by a camera can be analyzed by means of pattern recognition software. Various different plant species and their size can be recognized here. With this information, the dose of the refrigerant can then be adjusted, for example, to the size, type and number of the plant.

De uitgangen 2 zijn als open buiseinden in de figuren weergegeven.The outputs 2 are shown in the figures as open tube ends.

25 Deze kunnen alternatief ook als injectoren zoals bijvoorbeeld gerichte (injectie)naalden worden uitgevoerd, die het koudemiddel tot in of nabij de plant of de wortels daarvan kunnen aanbrengen.These can alternatively also be designed as injectors such as, for example, directed (injection) needles, which can apply the refrigerant to or near the plant or its roots.

De voorraadhouder kan eventueel met een weegsysteem zijn uitgevoerd om te controleren hoeveel koudemiddel er wordt gebruikt en hoe 30 groot de resterende voorraad in de voorraadhouder nog is.The storage container can optionally be equipped with a weighing system to check how much refrigerant is used and how large the remaining stock in the storage container is.

1212

Als alternatief voor de wanden van de verdelgingskamer kunnen bijvoorbeeld ook gerichte luchtstromen het koudemiddel op zijn plaats houden.As an alternative to the walls of the distribution chamber, for example, directed air flows can also keep the refrigerant in place.

Dergelijke en andere varianten zullen de vakman duidelijk zijn en 5 worden geacht te liggen binnen het bereik van de uitvinding zoals verwoord in de hiernavolgende conclusies.Such and other variants will be clear to those skilled in the art and are understood to fall within the scope of the invention as set forth in the following claims.

Claims

Method for killing weeds with the help of an exterminator (1, 1a, 1b), comprising the steps of: - Placing an open side (14d) of an extermination chamber (14, 14a, 14b, 14c) weeds;

Method according to claim 1, wherein the edge of the open side (14d) of the eradication chamber (14,14a, 14b, 14c) and the soil or soil in which the weeds are located is substantially sealed off.

3. Method as claimed in claim 1, wherein the cold agent comprises a liquefied gas.

Method according to one of the preceding claims, in which the distribution chambers (14a, 14b) are arranged in, on and / or around a caterpillar track (24, 24a).

5. Method as claimed in any of the foregoing claims, wherein the weeds are removed and / or pulverized after being destroyed.

5. Applying a refrigerant in the extermination chamber (14, 14a, 14b, 14c); - Keeping the extermination chamber (14, 14a, 14b, 14c) in place for a period of time sufficient to destroy or kill the weeds in question by means of the refrigerant, whereby the exterminator (1, 1a, 1b) moves on .

The method of claim 4, wherein the removal is by means of at least one cleaner (28, 30).

The method of claim 5, wherein the cleaner (28, 30) performs at least a first turning movement 25 during removal of the weeds.

Method according to one of the preceding claims, wherein the weeds are registered and the application of the refrigerant is actively controlled depending on the registration of the weeds.

9. Method as claimed in any of the foregoing claims, wherein the extermination takes place on port and / or storage sites and / or petrochemical complexes.

Method as claimed in claim 9, wherein the extermination takes place around and at storage containers with flammable and / or explosive substances.

A weed killer (1), comprising at least one killing chamber 10 (14, 14a, 14b, 14c) with at least one open side (14d).

The weed killer (1) according to claim 11, wherein an outlet (2) for introducing refrigerant is arranged in or near the killing chamber (14, 14a, 14b, 14c)

13. Weed killer (1) according to one of claims 11 or 12, comprising a storage container (6, 6b) and a line (3,4) for dosing the refrigerant in the distribution chamber (14, 14a, 14b, 14c).

A weed killer (1) according to any one of claims 11-13 wherein one or a plurality of control chambers (14, 14a, 14b, 14c) are arranged in, on 20 and / or around a caterpillar track (24, 24a).

The weed killer (1) according to any of claims 11-14, comprising a cleaner (28,30) for removing the weed weed.

16. Weed killer (1) as claimed in any of the claims 11-16, wherein the killer can be mounted in or on a vehicle.

A port, storage site and / or chemical complex with a weed killer (1) thereon according to one of claims 11-16.

The use of a weed killer (1) according to any one of claims 11-16 for killing weeds on port terrains and / or 30 (petro) chemical complexes.