NL2000245C2 - Bevestigingselement, alsmede bouwconstructie een werkwijze. - Google Patents

Description

Bevestigingselement. alsmede bouwconstructie een werkwijze

De uitvinding heeft betrekking op het gebied van bevestigingselementen zoals die in het bijzonder worden toegepast voor het bevestigen van allerlei onderdelen aan een 5 stenen muur. In dat verband zijn reeds vele verschillende voorstellen voor een dergelijk bevestigingselement bekend geworden. De bekende bevestigingselementen, die gewoonlijk uit kunststof bestaan, bezitten veelal een steel die in een vooraf in de muur geboord gat wordt gestoken. Bekend is verder om op de steel ribben, spreidelementen en dergelijke aan te brengen teneinde een stevige verankering in het gat in de muur te 10 verzekeren.

De bevestigingselementen kunnen bijvoorbeeld worden toegepast voor het bevestigen van buizen, leidingen en dergelijke aan een muur. In dat verband wordt verwezen naar de stand van de techniek zoals bekend uit de Duitse octrooiaanvrage 3.815.749. Deze octrooiaanvrage beschrijft een kunststof bevestigingselement, waarvan 15 de steel is voorzien van een rondlopende ribben waarvan de uitwendige diameter enigszins groter is dan de inwendige diameter van het gat waarin het bevestigingselement moet worden vastgezet. De ribben laten het in het gat te dringen van de steel toe, waarbij zij enigszins worden gebogen. Wanneer echter een kracht op het bevestigingselement wordt uitgeoefend, die tracht om dit uit de muur te trekken, 20 worden de enigszins schuin gekromde ribben steviger tegen en/of in de wand van het gat gedrongen, waardoor een behoorlijke verankering wordt verkregen.

Aan de zich buiten het gat bevindende kop van het bevestigingselement is een oog voorzien, waar doorheen een soepele band geregen kan worden voor het vasthouden van meerdere buizen of leidingen. Een dergelijke uitvoering is minder 25 geschikt voor het vastzetten van grotere leidingen zoals regenpijpen. In dat geval moet een relatief stijve beugel worden toegepast, door middel waarvan een voorwerp zoals een regenpijp stabiel gepositioneerd kan worden ten opzichte van de muur.

Verder is uit het Zwitserse octrooischrift 600.179 een uit twee delen bestaand bevestigingselement bekend. Het ene deel van dit bekende bevestigingselement wordt 30 gevormd door een prop of plug, die in een gat in een wand, in het bijzonder een rotswand, wordt gedreven. Deze prop of plug is hol, zodanig dat in deze holte de steel van een tweede deel kan worden gestoken. Dit tweede deel is uitgevoerd als een kap, aan de buitenzijde waarvan een lip is voorzien waarin zich een dwars gericht gat 2 bevindt. Door middel van de kap kan een bekleding op de wand worden vastgehouden. Door het oog kan nog een bevestigingsdraad worden gestoken voor het vastzetten van verdere wandbekledingdelen.

Dit bekende bevestigingselement heeft het nadeel dat daarbij twee delen moeten 5 worden toegepast, hetgeen een efficiënte en goedkope wijze van verwerken bemoeilijkt. Bovendien is de kostprijs van een dergelijke uit twee delen bestaand bevestigingselementen relatief hoog, hetgeen de toepassing in bijvoorbeeld bouwconstructies belemmert.

Het doel van de uitvinding is een bevestigingselementen te verschaffen dat uit 10 een enkel deel bestaat, en dat in het bijzonder geschikt is voor het bevestigen van een regenpijp aan een muur. Dat doel wordt bereikt door middel van een bevestigingselement omvattende een in een gat in de muur vastzetbaar penvormig bevestigingsdeel, een bevestigingslip waaraan een bevestigingsmiddel kan worden vastgezet, alsmede een tussen het bevestigingsdeel en de bevestigingslip zich 15 bevindend dekelement.

Het bevestigingselement volgens de uitvinding bezit verscheidene voordelen, die de toepassing daarvan in de bouw, bijvoorbeeld voor het vastzetten van een regenpijp aan een muur, gunstig beïnvloeden. Een eerste voordeel is dat het bevestigingselement één geheel uit kunststof vormt, waardoor dit relatief goedkoop vervaardigd kan worden. 20 Tevens kan het bevestigingselement op vrij eenvoudige wijze worden aangebracht, waarbij de steel direct in het vooraf geboren de gat wordt gestoken en eventueel door middel van hamerslagen in de gewenste positie wordt gebracht. Het dekelement verschaft daarbij een afdekking en van een direct aan het gat grenzende gedeelte van de muur, waardoor oneffenheden, uitgebroken delen en dergelijke aan het zicht kunnen 25 worden onttrokken. Aan de lip kan de traditionele beugel voor het vastzetten van een regenpijp op bekende wijze worden bevestigd.

In dat verband strekt het dekelement zich bij voorkeur dwars uit ten opzichte van het penvormige bevestigingsdeel. In het bijzonder kan het dekelement plaatvormig en plat zijn. De afmeting van het dekelement kan rechthoekig of vierkant zijn, waarbij de 30 bijbehorende afmetingen ongeveer gelijk kunnen zijn aan de lengte van het penvormige bevestigingsdeel. Als alternatief kan het dekelement rond zijn.

Het bevestigingsdeel van het bevestigingselement is bij voorkeur voorzien van zich dwars op de langsrichting daarvan uitstrekkende ribben. Deze ribben bezitten een 3 cirkelvormige omtrek, en zijn in onbelaste toestand plat en onderling evenwijdig aan elkaar. Als alternatief kan ook schroeflijnvormige draad worden toegepast. In verband met een stabiele positionering van het bevestigingselement in de uiteindelijke positie in het gat in de muur, kunnen grenzend aan de dekplaat zich in langsrichting uitstrekkende 5 ribben zijn voorzien aan de buitenomtrek van het pen vormige bevestigingsdeel.

De uitvinding heeft verder betrekking op een bouwconstructie, omvattende een stenen muur, een bevestigingselement dat is bevestigd in een gat in de stenen muur zoals hiervoor beschreven, een aan de lip van het bevestigingselement bevestigde rondlopende beugel, alsmede de een in de beugel geklemde regenpijp. Volgens de 10 uitvinding is daarbij voorzien dat het dekelement zich uitstrekt over het aan het gat grenzende muurgedeelte. Zoals hiervoor reeds besproken heeft een dergelijk dekelement het voordeel dat eventuele onvolkomenheden aan de gatrand aan het zicht kunnen worden onttrokken.

Een dergelijk dekelement bezit echter ook aanvullende voordelen, die een rol 15 spelen bij het vervangen van, danwel repareren van, bestaande bouwconstructies. In het verleden werden bij dergelijke bouwconstructies vaak ijzeren bevestigingselementen gebruikt, welke ijzeren bevestigingselementen vaak lastig te verwijderen blijken te zijn. Een verder nadeel van dergelijke ijzeren bevestigingselementen is dat roestvorming kan optreden. Bij roesten van het bevestigingsdeel in het gat kan dat bevestigingsdeel 20 onwrikbaar vast komen te zitten, als gevolg van de uitzetting die gepaard gaat met roestverschijnselen. Indien het gat zich op korte afstand van een hoek bevindt, kunnen daardoor barsten optreden. Een verder probleem is dat als gevolg van deze roestvorming, sporen op de muur ontstaan door roestwater.

Om deze laatste reden is het vaak wenselijk, onder andere bij renovatie, om de 25 traditionele ijzeren bevestigingselementen te vervangen door kunststof bevestigingselementen. Indien een dergelijke ijzeren bevestigingselement echter niet meer op de normale wijze kan worden verwijderd, tracht men het zich in het gat bevindende bevestigingsdeel te verwijderen door uitboren. Indien ook een dergelijke benadering geen resultaten oplevert, rest niets anders dan het oorspronkelijke 30 bevestigingselement te laten zitten, en op enige afstand daarvan een nieuw bevestigingselement aan te brengen.

Het nadeel van deze gang van zaken is echter dat het oude bevestigingselement zichtbaar blijft en soms in de weg kan zitten, en dat ook roestvorming voortgaat en 4 aldus tot verdere sporen op de muur aanleiding kan geven. Ook indien men het gat waarin zich het ijzeren bevestigingselementen vindt, afdicht, blijft toch nog een zichtbaar spoor achter. Ook in dit verband kan met het bevestigingselement volgens de uitvinding een verdere verbetering worden verkregen. De uitvinding daarom tevens een 5 werkwijze voor het vervangen van een oorspronkelijk bevestigingselement in een bouwconstructie die een stenen muur omvat, welk oorspronkelijk bevestigingselement is vastgezet in een in de stenen muur voorzien gat, aan welk oorspronkelijk bevestigingselement een rondlopende beugel is bevestigd, in welke beugel een regenpijp is opgehangen, omvattende de stappen van: 10 -het verwijderen van de beugel en de regenpijp, -het zo nodig verwijderen van de delen van het oorspronkelijke bevestigingselement die ten opzichte van de stenen muur uitsteken, -het boren van een tweede gat in de nabijheid van het gat waarin zich het oorspronkelijke bevestigingselement of het overgebleven gedeelte daarvan bevindt, 15 -het plaatsen van een bevestigingselement volgens de uitvinding in het tweede gat, zodanig dat het dekelement van dat bevestigingselement het gat waarin zich het oorspronkelijke bevestigingselement of het overgebleven gedeelte daarvan bevindt, bedekt.

Het bevestigingselement volgens de uitvinding kan aldus een oplossing bieden 20 voor het probleem dat zich voordoet bij ijzeren bevestigingselementen, die niet meer uit de muur kunnen worden verwijderd. Door middel van het dekelement van het bevestigingselement volgens de uitvinding kunnen de restanten van die oorspronkelijke, ijzeren bevestigingselementen worden afgedekt zodanig dat zij uit het zicht raken en ook minder aanleiding zullen geven tot roestige sporen.

25 Vervolgens zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.

Figuur 1 toont een aanzicht in perspectief van het bevestigingselement volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont een zijaanzicht, gedeeltelijk een doorsnede, van een 30 bouwconstructie volgens de uitvinding.

Figuur 3 toont een doorsnede volgens 1II-III van Figuur 2.

Het in Figuur 1 weergegeven bevestigingselement 1 volgens de uitvinding omvat een bevestigingsdccl 2 voorzien van een kop 3 alsmede een veelvoud radiaal 5 uitstekende, in omtreksrichting uniforme ribben 4. Deze ribben bevinden zich op de steel 5, waarbij echter op deze steel 5 ook een viertal in omtreksrichting van de steel 5 regelmatig verspreide, axiale ribben 6 zijn voorzien. Deze axiale ribben 6 grenzen aan het dekelement 7, aan de buitenzijde waarvan een verdikking 8 met daarop de lip 9 zijn 5 voorzien. In de lip 9 is een doorgaand gat 10 aangebracht.

Zoals weergegeven in figuur 2 wordt de bevestigingsdeel 2 aangebracht in een gat 11 in een stenen muur 12. Bij het in het gat 11 dringen van het bevestigingsdeel 2 worden de ribben 4 enigszins gebogen, waardoor een goede verankering van het bevestigingselement 1 in de muur 12 is verzekerd. De indringing van het 10 bevestigingsdeel 2 in het gat 11 kan bijvoorbeeld worden verkregen door hamerslagen uit te oefenen op de lip 9 en/of op het dekelement 7. Het indringen wordt zover voortgezet totdat het dekelement 7 aan komt te liggen tegen het buitenoppervlak van de muur 12.

Nadat het bevestigingselement 1 aldus stevig in de muur 12 is verankerd, kan de 15 regenpijp 13 daaraan worden bevestigd door middel van de beugel 14. Zoals weergegeven in de doorsnede van Figuur 3, worden de uiteinden 15, 16 van de bevestigingsdeel of 14 door middel van de bout/moer verbinding 17, gestoken door het gat 10 in de lip 9, vastgezet.

Zoals tevens te zien is in Figuur 2, fungeert het dekelement 7 als afdekking voor 20 het aan het zicht onttrekken van een oude plug 18 die is achtergebleven in een gat 19. Indien om wat voor reden dan ook het niet goed mogelijk is deze oude plug 18 te verwijderen, bijvoorbeeld doordat deze onwrikbaar is komen vast te zitten als gevolg van roest, kan door middel van het nieuwe bevestigingselement 1 het gat met de oude plug 18 aan het zicht worden onttrokken.

Claims (12)

1. Kunststof bevestigingselement (1) voor het bevestigen van een voorwerp, zoals een regenpijp (13), aan een muur (12), omvattende een in een gat (11) in de muur (12) 5 vastzetbaar penvormig bevestigingsdeel (2), een bevestigingslip (9) waaraan een bevestigingsmiddel (14) kan worden vastgezet, alsmede een tussen het bevestigingsdeel (2) en de bevestigingslip (9) zich bevindend dekelement (7).

2. Bevestigingselement (1) volgens conclusie 1, waarbij het dekelement (7) zich 10 dwars uitstrekt ten opzichte van het penvormige bevestigingsdeel (2).

3. Bevestigingselement (1) volgens conclusie 1 of 2, waarbij het dekelement (7) plaatvormig is.

4. Bevestigingselement (1) volgens conclusie 3, waarbij het dekelement (7) plat is.

5. Bevestigingselement (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij een afmeting van het dekelement (7) in een richting dwars ten opzichte van het 20 bevestigingsdeel (2), ongeveer even groot is als de langsafmeting van dat bevestigingsdeel (2).

6. Bevestigingselement (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de bevestigingslip (9) is voorzien van een doorgaand gat (10) dat dwars is gericht ten 25 opzichte van het bevestigingsdeel (2).

7. Bevestigingselement (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het bevestigingsdeel (2) is voorzien van zich dwars op de langsrichting daarvan uitstrekkende ribben (4). 30

8. Bevestigingselement (1) volgens conclusie 7, waarbij de ribben (4) een cirkelvormige omtrek bezitten.

9. Bevestigingselement (1) volgens conclusie 7 of 8, waarbij de ribben (4) in onbelaste toestand plat en onderling evenwijdige zijn.

10. Bevestigingselement (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het 5 bevestigingsdeel (2) grenzend aan het dekelement (7) is voorzien van zich in langsrichting uitstrekkende ribben (6).

11. Bouwconstructie, omvattende een stenen muur (12), een bevestigingselement (1) volgens een der voorgaande conclusies dat in een gat (11) in de stenen muur is 10 bevestigd, een aan de lip (9) van het bevestigingselement (1) bevestigde rondlopende beugel (14), alsmede een in de beugel geklemde regenpijp (13), met het kenmerk dat het dekelement (7) zich uitstrekt over het aan het gat (11) grenzende muurgedeelte.

12. Werkwijze voor het vervangen van een oorspronkelijk bevestigingselement 15 (18) in een bouwconstructie die een stenen muur omvat (12), welk oorspronkelijk bevestigingselement 18) is vastgezet in een in de stenen muur (12) voorzien gat (19) en aan welk oorspronkelijk bevestigingselement (18) een rondlopende beugel is bevestigd, in welke beugel een regenpijp is opgehangen, omvattende de stappen van: -het verwijderen van de beugel en de regenpijp, 20 -het zo nodig verwijderen van de delen van het oorspronkelijke bevestigingselement (18) die ten opzichte van de stenen muur (12) uitsteken, -het boren van een tweede gat (11) in de nabijheid van het gat (19) waarin zich het oorspronkelijke bevestigingselement (18) of het overgebleven gedeelte daarvan bevindt, 25 -het plaatsen van een bevestigingselement (1) volgens een der conclusies 1-10 in het tweede gat (11), zodanig dat het dekelement (17) van dat bevestigingselement (1) het gat (19) waarin zich het oorspronkelijke bevestigingselement (18) of het overgebleven gedeelte daarvan bevindt, bedekt.