NL195073C - Werkwijze voor het omzetten van gevulcaniseerde rubber in olie. - Google Patents

Werkwijze voor het omzetten van gevulcaniseerde rubber in olie. Download PDF

Info

Publication number
NL195073C
NL195073C NL9900027A NL9900027A NL195073C NL 195073 C NL195073 C NL 195073C NL 9900027 A NL9900027 A NL 9900027A NL 9900027 A NL9900027 A NL 9900027A NL 195073 C NL195073 C NL 195073C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
rubber
reaction time
weight
reaction
vulcanized rubber
Prior art date
Application number
NL9900027A
Other languages
English (en)
Other versions
NL9900027A (nl
Inventor
Nakamichi Yamasaki
Kenji Tsuda
Hiroyuki Okuda
Toshinari Tenno
Original Assignee
Nakamichi Yamasaki
Nishikawa Rubber Co Ltd
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from NL9401326A external-priority patent/NL194762C/nl
Application filed by Nakamichi Yamasaki, Nishikawa Rubber Co Ltd filed Critical Nakamichi Yamasaki
Priority to NL9900027A priority Critical patent/NL195073C/nl
Publication of NL9900027A publication Critical patent/NL9900027A/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL195073C publication Critical patent/NL195073C/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C10PETROLEUM, GAS OR COKE INDUSTRIES; TECHNICAL GASES CONTAINING CARBON MONOXIDE; FUELS; LUBRICANTS; PEAT
    • C10GCRACKING HYDROCARBON OILS; PRODUCTION OF LIQUID HYDROCARBON MIXTURES, e.g. BY DESTRUCTIVE HYDROGENATION, OLIGOMERISATION, POLYMERISATION; RECOVERY OF HYDROCARBON OILS FROM OIL-SHALE, OIL-SAND, OR GASES; REFINING MIXTURES MAINLY CONSISTING OF HYDROCARBONS; REFORMING OF NAPHTHA; MINERAL WAXES
    • C10G1/00Production of liquid hydrocarbon mixtures from oil-shale, oil-sand, or non-melting solid carbonaceous or similar materials, e.g. wood, coal
    • C10G1/10Production of liquid hydrocarbon mixtures from oil-shale, oil-sand, or non-melting solid carbonaceous or similar materials, e.g. wood, coal from rubber or rubber waste

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Oil, Petroleum & Natural Gas (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Wood Science & Technology (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • General Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Separation, Recovery Or Treatment Of Waste Materials Containing Plastics (AREA)

Description

% 1 195073
Werkwijze voor het omzetten van gevulcaniseerde rubber in olie
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het in olie omzetten van gevulcaniseerde rubberproducten, zoals banden, slangen en dergelijke uit rubber vervaardigde artikelen, voor recycling-5 doeleinden. Verder heeft de uitvinding betrekking op een katalysator die kan worden toegepast bij de reactie waarbij gevulcaniseerde rubberproducten worden omgezet in olie.
Het is bekend om gevulcaniseerde rubberproducten te gebruiken voor de vorming van geregenereerd rubber, waarbij de dwarsverbindingen worden verbroken. Een andere mogelijkheid is het verbranden van gevulcaniseerde rubberproducten in verbrandingsovens, met het oog op de terugwinning van thermische 10 energie. Het gebruik van gevulcaniseerde rubberproducten voor de vorming van geregenereerd rubber betekent dat deze producten hergebruikt worden, het is echter geen echte recycling.
Anderzijds worden bij de terugwinning in de vorm van thermische energie na verbranding de rubberproducten niet gebruikt als een nieuw te vormen grondstof, de toegevoegde waarde is In dat geval gering.
Het doel van de uitvinding is het verschaffen van een werkwijze voor de omzetting of ontbinding van 15 gevulcaniseerde rubberproducten in koolwaterstoffen met een laag molecuulgewicht, waarbij een hoge mate -van-omzetting wordt bereikt. Nog een verdere doelstelling van de uitvinding Is het verschaffen van een katalysator die op doelmatige wijze kan worden gebruikt bij de werkwijze voor het omzetten of ontbinden van gevulcaniseerde rubberproducten.
Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt voorzien in een werkwijze voor het omzetten van 20 gevulcaniseerde rubberproducten in een oliemengsel dat hoofzakelijk is samengesteld uit koolwaterstoffen, waarbij volgens de werkwijze een met zwavel of peroxide gevulcaniseerd rubberproduct wordt verschaft, aan het rubberproduct een waterig medium wordt toegevoegd en het verkregen mengsel aan een ontbindingsproces wordt onderworpen onder de volgende superkritische omstandigheden, een temperatuur van 374 - 500°C en een druk van minstens 225 kg/cm2, waarbij een olie-achtige substantie wordt verkregen die 25 voornamelijk is samengesteld uit gemengde koolwaterstoffen.
Bij een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt een metaalzout of een metaaloxide in een hoeveelheid van minstens 5 gew.% van het rubberproduct aan het mengsel toegevoegd om de ontbinding van het gevulcaniseerde rubberproduct met behulp van het superkritische waterige medium te vergemakkelijken.
Onderstaand volgt een beschrijving van een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding. Hierbij wordt 30 het als uitgangsmateriaal dienende gevulcaniseerde rubber onder superkritische omstandigheden omgezet in koolwaterstofolie, waarbij gebruik wordt gemaakt van een waterig medium. Onder deze omstandigheden laat men via ionen optredende vloeistoffasereadies en via radicalen optredende dampfase-reacties op homogene wijze plaatsvinden. Een zeer hoge reactiesnelheid is gewaarborgd.
Volgens deze uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt eerst een gevulcaniseerd rubberproduct verschaft, 35 zoals in figuur 1 is weergegeven. Het product wordt bij voorkeur in fijne stukjes gesneden of verdeeld. Aan de fijne stukjes wordt een waterig medium toegevoegd, zoals water of een basische oplossing in water. Daarna wordt het mengsel onder de superkritische omstandigheden van een waterig medium ontbonden in een olieachtige substantie. Hierbij wordt het reactiemengsel gescheiden in een oliefase en een waterfase, waarbij vaste stof wordt afgezet 40 Het als uitgangsmateriaal dienende gevulcaniseerde rubberproduct kan een rubberproduct zijn dat is gevulcaniseerd met zwavel of met peroxide. Tot dergelijke rubbersoorten horen niet alleen synthetische rubbersoorten, maar ook natuurlijke rubbersoorten. Met het oog op de kwaliteit van de uiteindelijke olie-achtige substantie verdient het de voorkeur een synthetische rubbersoort, zoals bijvoorbeeld rubber met ethyleen-propyleen-dieenmethyleén bindingen, SBR, NBR, IIR en dergelijke te gebruiken.
45 Als het waterige medium dat wordt gemengd met het als uitgangsmateriaal dienende rubber kan water worden gebruikt. Bij voorkeur wordt een basische oplossing in water gebruikt, waarbij een NaOH oplossing in water van 1 - 5 N een kenmerkende oplossing is.
Het mengsel wordt onder superkritische omstandigheden, een temperatuur van 374 - 500°C en een druk van minstens 225 kg/cm2, behandeld in een drukbestendige houder. De als eindproduct verkregen 50 hoeveelheid olie-achtige substantie en de samenstelling daarvan kan in mindere of meerdere mate afhangen van verschillende reactieparameters, waaronder niet alleen de temperatuur en de druk, maar tevens de reactietijd, het gewichtspercentage van het als uitgangsmateriaal gebruikte rubber, de vullings-graad en het soort waterig medium dat wordt gebruikt. Bovendien is de aanwezigheid van een metaaloxide of een metaalzout in het reactiesysteem van grote invloed op de verkregen hoeveelheid eindproduct en op 55 de reactiesnelheid, zoals hieronder nader zal worden uiteengezet.
De reacties onder superkritische omstandigheden, waarbij de temperatuur hóger dient te zijn dan een kritische temperatuur van 374°C of meer, in een gesloten systeem zijn meer in het bijzonder weergegeven 195073 2 in figuur 2. Zoals duidelijk zal zijn aan de hand van figuur 2 vindt hydrolyse van gevulcaniseerd rubber plaats bij een temperatuur van minder dan 200°C. Bij een druk van minder dan 150 kg/cm2 vindt dehydratie en condensatie van het rubber plaats. Onder op geschikte wijze gecontroleerde superkritische omstandigheden vindt zowel hydrolyse als condensatie van het rubber plaats via dehydratie. Meer in het bijzonder, de 5 bindingen tussen hetero-atomen en verzadigde koolstofatomen worden via hydrolyse afgesneden.
Bovendien gaat de ontblndingsreactie van het rubber tot een olie-achtige substantie zeer snel verlopen.
Verschillende parameters hebben elk in meerdere of mindere mate invloed op de werkwijze volgens de uitvinding. Deze parameters worden in de onderhavige uitvinding als volgt gedefinieerd.
Vullingsgraad (%): (totale volume aan uitgangsmateriaal en waterig medium) / (inwendig volume van een 10 autoclaaf) x 100
Gewichtspercentage uitgangsmateriaal: (gewicht van het uitgangsmateriaal) / (totale gewichtshoeveelheid uitgangsmateriaal en waterig medium) x 100
Reactietijd: retentietijd na het bereiken van een vooraf bepaalde reactietemperatuur Zwavelgehalte (%): (hoeveelheid zwavel in een eindolieproduct) / (hoeveelheid zwavel in het uitgangs-15 materiaal) x 100
De onderhavige uitvinding wordt verder toegelicht aan de hand van de hierna volgende figuren en Voorbeelden.
figuur 1 toont een stroomschema van een proces voor het omzetten of ontbinden van gevulcaniseerde 20 rubber in een koolwaterstofmengsel; figuur 2 toont een grafiek waarin het type reactieproduct is weergegeven in relatie tot de variaties in temperatuur en druk van een waterig medium; figuur 3 toont een grafiek waarin de vullingsgraad is weergegeven in relatie tot de temperatuur- en drukvariaties van een waterig medium; 25 figuur 4 toont een grafiek waarin de relatie tussen de opbrengst aan koolwaterstofolie en het gewichtspercentage proefrubber is weergegeven; figuur 5 toont een grafiek waarin de relatie tussen de opbrengst aan koolwaterstofolie en de vullingsgraad is weergegeven; figuur 6 toont een grafiek waarin de opbrengst aan koolwaterstofolie of de gewichtshoeveelheid kleverige 30 stof is weergegeven in relatie tot de variaties in de reactietemperatuur; figuur 7 toont een grafiek waarin de opbrengst aan koolwaterstofolie of de gewichtshoeveelheid kleverige stof is weergegeven in relatie tot de variaties in de reactietijd; figuur 8 toont een grafiek waarin de opbrengst aan koolwaterstofolie of de gewichtshoeveelheid kleverige stof is weergegeven in relatie tot de variaties in de concentratie NaOH in een oplossing in water van NaOH; 35 figuur 9 toont een grafiek waarin de relatie tussen de olie-opbrengst en de reactietijd is weergegeven wanneer geen gebruik wordt gemaakt van een uit metaalzout of metaaloxide bestaande katalysator; figuur 10 toont een grafiek waarin de relatie tussen de olie-opbrengst en de reactietijd is weergegeven wanneer de omzettingsreactie plaatsvindt in aanwezigheid van een uit metaalzout of metaaloxide bestaande katalysator; en 40 figuur 11 toont een schematische weergave van de omzettingsreactie in koolwaterstofolie volgens de onderhavige uitvinding.
Voorbeeld 1
Als uitgangsmateriaal dienend rubber, bestaande uit 100 gewichtsdelen EPDM, 3 gewichtsdelen dixylyldi-45 sulfide, 5 gewichtsdelen zinkoxide, 2 gewichtsdelen zwavel en 2 gewichtsdelen accelerator, DM, werd in fijne stukjes gesneden of verdeeld. Vervolgens werden aan de fijne stukjes 3 gewichtsdelen ZnO toegevoegd, waarbij het ZnO dienst deed als zwavelabsorbens, waarna het mengsel in een NaOH oplossing in water in een inductie-oven of in een kleine autoclaaf werd gebracht om het gevulcaniseerde rubber onder superkritische omstandigheden in een olie-achtige substantie te doen ontbinden.
50 Figuur 3 toont de vullingsgraad in relatie tot de variaties in temperatuur en druk. Zoals duidelijk zal zijn uit de figuur kan bij gebruikmaking van een hogere druk een hogere vullingsgraad worden gebruikt. Op overeenkomstige wijze geldt dat, wanneer een hogere temperatuur wordt toegepast, het niet mogelijk is een hogere vullingsgraad te gebruiken. Binnen de hierboven omlijnde superkritische omstandigheden ligt de vullingsgraad bij voorkeur in het traject van 10 - 40%.
55 Figuur 4 toont de relatie tussen de opbrengst aan olieachtige substantie en het gewichtspercentage rubber grondstof, bepaald onder omstandigheden waarbij de rubber grondstof wordt verhit tot een temperatuur van 420°C bij een verhittingssnelheid van 40°C per minuut en een vullingsgraad van 25%, terwijl het 3 195073 gewichtspercentage rubber grondstof werd gevarieerd tussen 10 en 70%. Zoals uit de figuur duidelijk zal zijn, leidt een hoog gewichtspercentage tot een hogere olieopbrengst. Vanuit het standpunt van de olie-opbrengst ligt het gewichtspercentage bij voorkeur tussen 30 en 70%.
Het zal aan de hand van figuren 3 en 4 duidelijk zijn dat, indien het gevulcaniseerde rubber wordt 5 behandeld onder superkritische omstandigheden, waarbij de temperatuur uitstijgt boven een kritische temperatuur van 374°C, het mogelijk is op geschikte wijze een olie-achtige substantie te verkrijgen, ofschoon de opbrengst kan variëren, afhankelijk van de reactieparameters.
Opgemerkt zal worden dat de olie-achtige substantie die wordt verkregen in de voorgaande uitvoeringsvormen vooral bestaat uit paraffine-koolwaterstoffen, die 50 - 60 gew.% uitmaken van de totale hoeveelheid 10 olie-achtige substantie.
Behalve de paraffine-koolwaterstoffen bevat de substantie verder nog olefine-koolwaterstoffen. Tevens kunnen geringe hoeveelheden alcoholen en cyclische verbindingen aanwezig zijn, afhankelijk van het type rubber grondstof dat wordt gebruikt. De paraffine- en olefine-koolwaterstoffen bevatten in hoofdzaak 15-25 koolstofatomen. De alcoholen worden bijvoorbeeld gevormd door loctadecanol en 1-dodecanol, 15 terwijl de cyclische verbindingen worden gevormd door bijvoorbeeld cyclopentaan en cyclohexaan en dergelijkerHetbehoeft geen betoog dat de koolwaterstoffen indien noodzakelijk op gebruikelijke wijze kunnen worden gescheiden van de andere bestanddelen.
Figuur 5 toont de relatie tussen de opbrengst aan olieachtige substantie en de vullingsgraad. Bij deze procedure wordt het gewichtspercentage rubber grondstof op 30% gehouden, terwijl de vullingsgraad wordit 20 gevarieerd. Uit figuren 3 en 5 zal duidelijk zijn dat ofschoon het mogelijk is een vullingsgraad variërend van 10 tot 80% te gebruiken, een vullingsgraad van minstens 40% de voorkeur verdient.
Figuur 6 toont de relatie tussen de opbrengst aan olieachtige substantie of de gewichtshoeveelheid kleverige stof en de reactietemperatuur. Bij deze test worden de reactiecondities bepaald op een reactietijd van 30 minuten, een gewichtspercentage rubber grondstof van 30% en een vullingsgraad van 30%, terwijl 25 de concentratie NaOH oplossing in water 1N is.
De gewichtshoeveelheid kleverige stof wordt bepaald door een olie-achtige substantie in een glazen buisje te brengen, een glazen staafje tot 1 cm onder het oppervlak van de kleverige stof te dompelen en vervolgens het staafje te verwijderen, waarna het gewicht van de aangehechte olie-achtige substantie kan worden bepaald. Dit gewicht vormt dan de gewichtshoeveelheid kleverige stof, aan de hand waarvan de 30 relatieve viscositeit van de olie-achtige substantie wordt bepaald.
In figuur 6 wordt de olie-opbrengst aangeduid met het merkteken terwijl de gewichtshoeveelheid kleverige stof wordt aangeduid met het merkteken "o Aan de hand van deze figuur zal het duidelijk zijn dat bij een temperatuurbereik waarbij geen superkritische condities ontstaan of waarbij de temperatuur geen waarde van 374°C bereikt, er geen omzetting in een olie-achtige substantie plaatsvindt Anderzijds vindt bij 35 een temperatuur hoger dan 450°C een volledige liquefactie plaats en krijgt de olie-achtige substantie een lager molecuulgewicht of wordt deze omgezet in gas. Hierdoor wordt de gewichtshoeveelheid kleverige stof en de olie-opbrengst geringer.
In figuur 7 is eveneens de relatie tussen de opbrengst aan olie-achtige substantie of de gewichtshoeveelheid kleverige stof en de reactietemperatuur weergegeven. Bij deze test worden de reactiecondities 40 bepaald op een reactietemperatuur van 420°C, een gewichtspercentage rubber grondstof van 30% en een vullingsgraad van 30%, terwijl de concentratie NaOH oplossing in water 1N is.
In figuur 7 wordt de olie-opbrengst aangeduid met het merkteken ”·”, terwijl de gewichtshoeveelheid kleverige stof wordt aangeduid met het merkteken ”o ”. Aan de hand van deze figuur zal het duidelijk zijn dat bij een reactietijd van minder dan 15 minuten ontbinding van de olie-achtige substantie plaatsvindt, 45 waarbij de gewichtshoeveelheid kleverige stof geringer wordt. Er blijft echter een niet-ontbonden rubberrest achter. Bij een reactietijd van meer dan 15 minuten treedt geen wezenlijke verandering op in de gewichtshoeveelheid kleverige stof en in de olie-opbrengst. Met het oog hierop wordt bij voorkeur geen kortere reactietijd dan 15 minuten gekozen.
Figuur 8 toont de relatie tussen de opbrengst aan olieachtige substantie of de gewichtshoeveelheid 50 kleverige stof en de concentratie NaOH oplossing in water. Ofschoon een volledige ontbindingsreactie plaatsvindt wanneer water wordt gebruikt als het reactiemedium, kan het gebruik van een basische oplossing zoals NaOH de reactiesnelheid aanzienlijk doen toenemen.
Hierdoor kan de reactietijd in aanzienlijke mate worden verkort Bij deze test worden de volgende reactiecondities gekozen: een reactietemperatuur van 420°C, een reactietijd van 15 minuten, een gewichts-55 percentage rubber grondstof van 30% en een vullingsgraad van 30%, zoals in figuur 8 is weergegeven.
De invloed die de concentratie NaOH heeft op de tijdsduur die nodig is voor een volledige reactie kan als volgt worden samengevat.
195073 4
Concentratie NaOH Tijdsduur volledige reactie (Normaliteit) (Minuten) 5 -----:- 0 120 minuten"1’ 1 15 2 15 3 15 10 5 15 10 15 M) De olie-omzetting is volledig bij een reactietijd van 120 minuten.
15 Uit het bovenstaande kan worden opgemaakt dat de volgende superkritische reactiecondities de voorkeur verdienen bij de werkwijze volgens de uitvinding: een reactietemperatuur van 400 tot 500ÓC, meer nog bij voorkeur van 400 tot 450°C, een reactietijd van minstens 15 minuten wanneer een basische oplossing in water wordt gebruikt en van minstens 120 minuten wanneer water wordt gebruikt, en een vullingsgraad van 10 tot 80%. Bovendien verdient een basische oplossing in water de voorkeur boven water als het te 20 gebruiken reactiemedium. Indien een reactietemperatuur van meer dan 450°C wordt toegepast, bestaat de mogelijkheid dat de drukbestendige houder, gezien zijn constructie, niet volledig kan worden afgesloten. Ofschoon het mogelijk is een vullingsgraad van meer dan 80% te gebruiken, is het onder dergelijke omstandigheden moeilijk de houder hermetisch af te sluiten.
Opgemerkt wordt dat het bij deze uitvoeringsvorm van de uitvinding van wezenlijk belang is dat het 25 reactiemedium, dat wil zeggen het water of de basische oplossing in water, zich in een superkritische toestand bevindt wanneer de omzettings- of ontbindingsreactie plaatsvindt
De snelheid van de omzettingsreactie kan verder worden verbeterd door een metaalzout of een metaaloxide toe te voegen aan het reactiesysteem. Zoals gesteld bij de werkwijze volgens de uitvinding duurt het onder superkritische omstandigheden ongeveer 15 minuten of langer voordat de omzettingsreactie 30 voltooid is. Bij een tijdsduur van minder dan 15 minuten bestaat de mogelijkheid dat een niet-ontbonden rubberrest achterblijft in het reactiesysteem.
Voorbeeld 2
Een als uitgangsmateriaal te gebruiken gevulcaniseerde rubbersoort, samengesteld uit 100 gewichtsdelen 35 EPDM, 3 gewichtsdelen dixylyldisulfide, 5 gewichtsdelen zinkoxide, 2 gewichtsdelen zwavel en 2 gewichtsdelen accelerator DM wordt in fijne stukjes gesneden of verdeeld. De fijne stukjes worden in een NaOH oplossing in water van 1 N gebracht en via een ontbindingsreactie omgezet in een olie-achtige substantie, onder de volgende superkritische omstandigheden: een gewichtspercentage rubber grondstof van 30%, een vullingsgraad van 30% en een temperatuur van 420°C, tot welke temperatuur de fijne stukjes met een 40 snelheid van 40°C per minuut worden verhit.
De relatie tussen de reactietijd en de olie-opbrengst is weergegeven in figuur 9. In de figuur wordt met het merkteken ”o ” een onvolledige omzetting in olie aangeduid, dat wil zeggen dat een hoeveelheid niet-omgezet rubber achterblijft, terwijl een nagenoeg volledige omzetting wordt aangeduid met het merkteken ”·”. Zoals in het bovenstaande reeds gesteld, duurt het ongeveer 15 minuten of langer voordat 45 een volledige omzetting in olie plaatsvindt. De in figuur 9 weergegeven relatie toont aan dat bij een reactietijd van minder dan 15 minuten geen volledige omzetting in olie wordt verwacht, ofschoon de olie-opbrengst niet noodzakelijkerwijze laag hoeft te zijn.
Gebruikmakend van dezelfde reactiecondities, met dien verstande dat een reactietijd van twee minuten wordt aangehouden en verschillende hoeveelheden ZnO aan het systeem worden toegevoegd, is bekeken 50 welke de relatie is tussen de olieopbrengst en de gebruikte hoeveelheid ZnO. De testresultaten zijn hieronder weergegeven.
Hoeveelheid ZnO (g) S : Zn Olie-opbrengst (%) 0 1 :0,56 onvolledige omzetting in olie 55 0,058 1 :1 92 0.50 1 :4,4 88

Claims (9)

1. Werkwijze voor het omzetten van gevulcaniseerde rubberproducten in een oliemengsel dat voornamelijk 50 is samengesteld uit koolwaterstoffen, waarbij volgens de werkwijze een met zwavel of peroxide gevulcani-seerd rubberproduct wordt verschaft, aan het rubberproduct een waterig medium wordt toegevoegd en het verkregen mengsel wordt onderworpen aan een ontbindingsproces bij een temperatuur van 374 - 500°C en een druk van minstens 225 kg/cm2, met het kenmerk dat het waterige medium wordt gevormd door een basische oplossing in water.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de temperatuur kan variëren tussen 400 en 500°C.
3. Een werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij het gevulcaniseerde rubberproduct wordt gevormd door gevulcaniseerde rubber met ethyleen-propyleen-dieenmethyleen bindingen. 195073 6
4. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 13, waarbij de koolwaterstoffen paraffine- en olefinekoolwaterstoffen met 15-25 koolstofatomen omvatten.
5. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 14, waarbij het mengsel wordt behandeld bij een vullingsgraad van 10 - 40%, een gewichtspercentage gevulcaniseerde rubber van 30 - 70% en een 5 reactietijd van minstens 15 minuten wanneer de basische oplossing In water wordt gebruikt.
5 195073 Met ”S : Zn ” wordt bedoeld de verhouding tussen het aantal grammoleculen zwavel in het rubber en het totaal aantal grammoleculen zink in het systeem. Met de uitdrukking "het totaal aantal grammoleculen zink in het systeem” wordt bedoeld de totale hoeveelheid grammoleculen van het zink dat in het rubber aanwezig is en van het toegevoegde zink. Aan de hand van de bovenstaande resultaten zal het duidelijk 5 zijn dat gelijke hoeveelheden grammoleculen Zn en S optimaal zijn, ofschoon verder uiteenlopende hoeveelheden grammoleculen eveneens mogelijk zijn. Zoals in het bovenstaande gesteld kunnen als katalysator metaaloxiden of metaalzouten worden gebruikt Als voorbeelden van deze metaaloxiden of metaalzouten kunnen ZnO, CoO, Mo03, NiO, Pd(NOa)2, Fe(CI04)3, K2S2Oe en dergelijke worden genoemd. Deze verbindingen kunnen afzonderlijk of in combinatie 10 met elkaar worden gebruikt Tevens is het mogelijk samengestelde verbindingen of oxiden te gebruiken. Dergelijke samengestelde verbindingen zijn bijvoorbeeld verkrijgbaar bij Catalyst Chem. Ind. Col, Ltd., onder de namen HT-D3T (dat 3,7 gew.% CoO en 14,0 gew.% Mo03 bevat), CDS-D21T (dat 4,5 gew. % CoO en 17,0 gew. % MoOa bevat) en dergelijke. Indien deze samengestelde verbindingen worden gebruikt in combinatie met een 15 metaaloxide, zoals ZnO, kan de reactietijd worden bekort. De relatie tussen het type katalysator en de tijdsduur benodigd voor een volledige omzettingsreactie is als volgt Type katalysator Reactietijd 20 -:-:--- ZnO 2 minuten HT-D3T 2 minuten CDS-D21T 1 minuut 25 Mengsel bestaande uit ZnO, HT-D3T en CDS-D21T 30 seconden (gewichtsverhouding 1 :1 :1) Wanneer een mengsel wordt gebruikt is het zodoende mogelijk een reactietijd van niet meer dan 30 seconden te realiseren voor een volledige omzetting in olie. In het algemeen geldt dat het metaaloxide of het metaalzout wordt toegevoegd in een hoeveelheid van 30 minstens 5 gew. % van het gevulcaniseerde rubber. Bij voorkeur wordt het metaal toegevoegd in een hoeveelheid grammoleculen die gelijk is aan of hoger is dan de hoeveelheid zwavel in de rubber. Op dezelfde wijze als bij het hierboven beschreven geval, waarbij een reactietijd van 2 minuten werd toegepast, wordt de reactietijd gevarieerd om te bekijken welke de olieopbrengst is. De resultaten zijn weergegeven in figuur 10. Uit de figuur blijkt dat wanneer een reactietijd van 2 minuten of langer wordt 35 toegepast, de opbrengst 88% of hoger is en de omzetting in olie op bevredigende wijze verloopt, dat wil zeggen dat er geen niet-ontbonden rubber in het reactiesysteem achterblijft. Indien ZnO wordt gebruikt in combinatie met CoO, Mo03 of dergelijke, wordt bij een kortere reactietijd een hogere opbrengst van 95% bereikt. Meer in het bijzonder, een reactietijd in de orde van grootte van seconden is mogelijk. Wanneer gebruik wordt gemaakt van een gevulcaniseerde rubbersoort wordt eerst de zwavel verwijderd. 40 Wanneer het ontzwavelde rubberproduct verder onder superkritische omstandigheden wordt behandeld, wordt het product gedehydreerd en vervolgens gehydrogeniseerd, zodat een olie-achtige substantie wordt verkregen. Ook is het mogelijk een gedeelte van het gevulcaniseerde rubber direct thermisch te ontbinden in verbindingen met een laag molecuulgewicht en deze vervolgens te hydrogeneren, zoals in figuur 11 is weergegeven. Deze reactie wordt vergemakkelijkt door toevoeging van metaaloxiden of metaalzouten. 45
6. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 15, waarbij het mengsel wordt behandeld na toevoeging van een metaalzout of een metaaloxide.
7. Werkwijze volgens conclusie 6, waarbij het metaalzout of het metaaloxide in hoofdzaak uit zinkoxide bestaat.
8. Werkwijze volgens conclusie 6, waarbij het metaalzout of het metaaloxide in hoofdzaak uit een mengsel van zinkoxide met een ander metaaloxide of metaalzout bestaat
9. Werkwijze volgens conclusie 6, 7 of 8, waarbij het metaalzout of het metaaloxide aanwezig is in een . hoeveelheid van minstens 5 gew.% van het gevulcaniseerde rubber. Hierbij 11 bladen tekening
NL9900027A 1994-08-17 2002-07-09 Werkwijze voor het omzetten van gevulcaniseerde rubber in olie. NL195073C (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9900027A NL195073C (nl) 1994-08-17 2002-07-09 Werkwijze voor het omzetten van gevulcaniseerde rubber in olie.

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9401326A NL194762C (nl) 1993-04-01 1994-08-17 Werkwijze voor het ontzwavelen van zwavelhoudende samenstellingen door middel van een hydrothermische reactie.
NL9401326 1994-08-17
NL9900027 2002-07-09
NL9900027A NL195073C (nl) 1994-08-17 2002-07-09 Werkwijze voor het omzetten van gevulcaniseerde rubber in olie.

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL9900027A NL9900027A (nl) 2002-10-01
NL195073C true NL195073C (nl) 2003-07-08

Family

ID=19864529

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9900027A NL195073C (nl) 1994-08-17 2002-07-09 Werkwijze voor het omzetten van gevulcaniseerde rubber in olie.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL195073C (nl)

Also Published As

Publication number Publication date
NL9900027A (nl) 2002-10-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4584421A (en) Method for thermal decomposition of plastic scraps and apparatus for disposal of plastic scraps
CN101616969B (zh) 脱硫橡胶及方法
US3996022A (en) Conversion of waste rubber to fuel and other useful products
AU712065B2 (en) Rubber devulcanization process
JP6385400B2 (ja) 廃材から有用な製品を製造するための方法および手順
KR880009112A (ko) 탄화수소 기초 중찹체로부터 저비점(低沸點)탄화수소유의 제조방법.
NL195073C (nl) Werkwijze voor het omzetten van gevulcaniseerde rubber in olie.
NL9401326A (nl) Een werkwijze voor het ontzwavelen van zwavelhoudende samenstellingen door middel van een hydrothermische reactie en een werkwijze voor het omzetten van gevulcaniseerde rubber in olie, door gebruikmaking van superkritische waterige vloeistoffen.
CZ327895A3 (en) Process of obtaining hard paraffins from heavy polluted polyolefin waste
Maryudi et al. Product distribution of pyrolysis of polystyrene foam waste using catalyst of natural zeolite and nickel/silica
EP1090091A1 (en) Desulfurization process
US5639934A (en) Process for the desulfurization of sulfur-containing compositions by hydrothermal reaction
Habyarimana et al. Synthesis of hydrocarbon fuel by thermal catalytic cracking of polypropylene
DE19641743B4 (de) Verfahren zur Gewinnung von flüssigen Brennstoffen aus Polyolefine-Abfällen
US2431206A (en) Conversion of hydrocarbon oils
Jayanti et al. Catalytic cracking of polyethylene terephthalate (PET) plastic waste and palm fibre mixtures using Ni-USY zeolite catalyst
DE10031643A1 (de) Verfahren zur Rückgewinnung von Styrol-Monomer aus schlagfestem Polystyrol
JP2906203B2 (ja) 超臨界域の水による加硫ゴムの油化方法
Khani et al. Converting polymeric mixture waste of a car breaker company to hydrocarbon by designed high performance co-pyrolysis system
Gönen et al. The effect of zinc stearate on thermal degradation of paraffin wax
Isha et al. EFFECT OF MUNICIPAL WASTE COMPOSITION IN MUNICIPAL WASTE PYROLYSIS TO FUEL
DE4447937C2 (de) Verfahren zur Umwandlung vulkanisierter Kautschuke in Öle unter Verwendung überkritischer wässriger Flüssigkeiten
JPH0776688A (ja) プラスチックの油化処理方法
Pilát et al. Utilization of the Energy Potential of Waste from the Automotive Industry
CN1010412B (zh) 多香型动力燃料油及制法

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
NP1 Not automatically granted patents
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20110301