NL194695C

NL194695C - Paneel.

Info

Publication number: NL194695C
Application number: NL9202137A
Authority: NL
Inventors: Gerrit Johan Heinen
Original assignee: G H W Beheer Ii B V
Priority date: 1992-12-10
Filing date: 1992-12-10
Publication date: 2002-12-03
Also published as: NL194695B; NL9202137A

Description

1 194695

Paneel

De uitvinding heeft betrekking op een paneel, omvattend twee althans nagenoeg evenwijdig aan elkaar verlopende platen en een papieren honingraatvormige kern tussen de platen, waarbij, in de gemonteerde 5 toestand, elke zeshoekige cel van de honingraatvormige kern een afmeting in de lengte tussen twee tegenover elkaar gelegen hoekpunten van de cel heeft die groter is dan de afmeting van de loodrecht daarop aanwezige breedte tussen twee tegenover elkaar gelegen zijden daarvan en waarbij de platen aan de honingraatvormige kern zijn gelijmd.

Een dergelijke plank is bekend van het Amerikaans octrooischrift 3.018.205. Hieruit is een paneel bekend 10 met een papieren honingraatvormige kern die tussen twee dekplaten van metaal, gips of multiplex gelijmd is. De kern is hierbij opgebouwd uit cellen met zijden van ongelijke lengte, waarbij de kern vanuit een ineengevouwen toestand in twee opeenvolgende en loodrecht op elkaar staande richtingen gespreid wordt, totdat de cellen een gestrekte vorm bezitten. Het bekende paneel is in het bijzonder ontworpen voor de bouw en vliegtuigbouw.

15 Doel van de uitvinding is om een paneel van de boven genoemde soort te verschaffen, die in het bijzonder geschikt is als plank voor de meubelindustrie, met name als legplank of tafelblad. Aan een dergelijke plank worden verschillende mechanische eisen gesteld, zoals bijvoorbeeld een minimale doorbuiging bij een bepaalde belasting. Het is daarbij een doel van de uitvinding een dergelijke plank te verschaffen die relatief dun kan zijn en aan de mechanische eisen voldoet.

20 Hiertoe wordt volgens de uitvinding een paneel van de hiervoor genoemde soort verschaft, met het kenmerk, dat het paneel een plank is, dat de cellen van de honingraatvormige kern zijn opgebouwd uit zijden met dezelfde lengte, waarbij de cellen van de honingraatvormige kern een afmeting in de lengterichting hebben, die tussen 2/3 V3 en 4/3 V3 χ de afmeting in de breedterichting van de cellen bedraagt, waarbij de cellen met hun lengterichting in de lengterichting van de plank zijn georiënteerd.

25 Een dergelijke plank bezit een voordelige verdeling en richting van de celwanden van de kern, en is daardoor bij uitstek geschikt om gebruikt te worden als legplank in meubels en dergelijke.

Bij voorkeur zijn de platen vervaardigd van metaal, zoals op zich bekend is uit het Amerikaanse octrooischrift 3.018.205, maar zijn deze metalen platen geprimerd. Hierdoor kunnen de legplanken beter verwerkt worden tijdens het fabricageproces, voorkomen wordt namelijk dat een dergelijke plank na 30 verhitting in een moffeloven bezwijkt door ontploffing.

Enige uitvoeringsvormen van de uitvinding zullen bij wijze van voorbeeld beschreven worden aan de hand van de tekening, waarin: figuur 1 een schematisch bovenaanzicht toont van een gedeelte van een bekende papieren honingraat, 35 figuur 2 een schematisch bovenaanzicht toont van een gedeelte van een vervormde papieren honingraat van een plank volgens de uitvinding, figuur 3 een schematisch uiteengewerkt aanzicht in perspectief toont van een uitvoeringsvorm van een plank volgens de uitvinding, figuur 4 een schematisch aanzicht in doorsnede van een deel van de plank volgens figuur 3 toont, 40 figuur 5 een schematisch uiteengewerkt aanzicht in perspectief toont van een andere uitvoeringsvorm van een plank volgens de uitvinding, en figuur 6 een schematisch aanzicht in doorsnede van een deel van de plank van figuur 5 toont.

In figuur 1 is schematisch een bovenaanzicht van een gedeelte van een gebruikelijke papieren honingraat 1 45 weergegeven. Deze honingraat 1 bevat een aantal zeshoekige cellen 2 met een lengte tussen twee tegenover elkaar gelegen hoekpunten a en een loodrecht daarop aanwezige breedte tussen twee tegenover elkaar gelegen zijden b. De verhouding van de lengte a tot de breedte b is althans ongeveer 2 : V3.

In figuur 2 is schematisch een bovenaanzicht van een gedeelte van een papieren honingraat 1' voor een plank volgens de onderhavige uitvinding weergegeven. Deze honingraat 1' bevat een aantal zeshoekige 50 cellen 2' met een boven omschreven lengte a' en een boven omschreven breedte b'. De verhouding van de lengte a' tot de breedte b' is hier volgens de uitvinding ten minste V3 : I.Een dergelijke honingraat 1' is bijvoorbeeld te verkrijgen door de bekende honingraat 1 zover in de bovenomschreven lengterichting te strekken, dat de lengte/breedte verhouding met een rekfactor van 1,5 gewijzigid wordt, onder aanname dat de lengten van de celribben gelijk zijn. Door dit strekken wordt het aantal cellen gerekend in de breedte-55 richting van de cellen per oppervlakte-eenheid groter. Wanneer een dergelijke vervormde papieren honingraat 1' tussen twee althans nagenoeg evenwijdig aan elkaar verlopende platen geplaatst wordt en daaraan gelijmd wordt voor het vormen van een plank, dan wordt het contactoppervlak tussen twee platen 194695 2 en honingraat met een gelijke factor vergroot. Dit betekent dat het lijm- en ondersteuningsoppervlak van een dergelijke honingraat 1' groter is dan bij de bekende honingraat. Van belang is voorts dat met de gerekte · honingraten de houtdraadrichting in een houten plaat benaderd wordt.

In figuur 3 wordt schematisch een uiteengewerkt aanzicht in perspectief weergegeven van een 5 uitvoeringsvorm van een plank. De plank wordt opgebouwd uit twee metalen platen 3,3' met een dikte tussen 0,2 en 0,6 mm. Het materiaal waarvan de platen 3,3' vervaardigd zijn is metaal, waarvan de (hoge) treksterkte en de dikte na lang onderzoek gebleken essentieel zijn gebleken voor het bereiken van het doel van de uitvinding. Dit doel is het verschaffen van een plank met een dikte van bij voorkeur niet meer dan 10 mm, die bij belasting slechts een geringe doorbuiging vertoont.

10 Wanneer een papieren honingraat 1' tussen de twee metalen platen 3,3' geplaatst wordt dan blijkt het doel bereikt te worden wanneer de honingraat 1' aan de metalen platen 3,3' gelijmd wordt met behulp van een lijm die na uitharding bestand is tegen grote trek- en afschuifkrachten. In figuur 4 wordt schematisch een aanzicht in doorsnede getoond van een deel van de plank van figuur 3 waarbij de lijmlagen door 4 aangeduid worden.

15 Het aan elkaar lijmen van de honingraat en de platen kan geschieden door de betreffende oppervlakken van de platen van lijm te voorzien of door de delen van de honingraat, die in samengestelde toestand met de platen contact maken van lijm te voorzien. De laatstgenoemde mogelijkheid levert een lijmhoeveelheids-besparing op, maar kan alleen gebruikt worden indien de impregnatiewaarde van het gebruikte papier en de vochtopnamewaarde van de lijm de lijmeigenschap van de lijm niet nadelig beïnvloeden.

20 In de in figuur 3 weergegeven uitvoeringsvorm van de plank zijn de platen 3,3' voorzien van omgezette randen 5,5' voor de randafwerking van de plank. In de in figuur 5 schematisch weergegeven uitvoeringsvorm is de honingraat 51' voor de randafwerking in een randwerk 55 geplaatst. De platen 53, 53' zijn aan weerszijden van de honingraat 51' en het randwerk 55 geplaatst, waarbij de honingraat 51' door middel van lijm 54 aan de metalen platen 53, 53' bevestigd is. In figuur 6 is schematisch een aanzicht in doorsnede van 25 een deel van de plank volgens figuur 5 weergegeven.

Door het vervormen van de honingraat wordt het totale lijm- en ondersteuningsoppervlak tussen de platen en de honingraat vergroot, hetgeen essentieel is voor de onderhavige uitvinding. Uit onderzoek is gebleken, dat de voornoemde rekfactor ten opzichte van de bekende honingraat bij voorkeur ten minste 1 1/2 in de lengterichting is voor het bereiken van het doel van de onderhavige uitvinding. Ten aanzien van 30 efficiënt materiaalgebruik, papier voor de honingraat en lijmhoeveelheid, in verhouding tot de gewenste mechanische eigenschappen van de plank, blijkt een vervorming met een rekfactor 2 ten opzichte van de bekende honingraat, hetgeen een verhouding a': b' (zie figuur 2) oplevert van 4/3 V3 : 1, het meest optimaal zijn.

De lijmen die voor de verlijming van de honingraat aan de platen gebruikt worden, dienen na uitharding 35 bestand te zijn tegen grote trek- en afschuifkrachten, die gedurende het belasten van de plank ontstaan. De soorten lijm die aan deze eisen voldoen zijn bij de vakman bekend. Aangezien de plank na samenstelling van de honingraat en de platen in het algemeen verder bewerkt dienen te worden, dienen bij voorkeur lijmen gebruikt te worden die ten minste gedurende enkele minuten bestand zijn tegen een temperatuur van ongeveer 200°C, welke temperatuur in het algemeen de hoogste is die bij de verdere bewerking kan 40 optreden. Door gebruik van deze laatstgenoemde soort lijm is geen extra afkoeling van de lijmplaten gedurende de warme verderbewerking nodig.

De onderhavige uitvinding zal verder bij wijze van voorbeeld aan de hand van een niet-beperkende uitvoeringsvorm van een plank beschreven worden. Deze plank omvat twee metalen platen van 0,4 mm dikte, die om voor verdere bewerking ontvetten te voorkomen zogenaamd geprimerd zijn, die aan weerszij-45 den van een papieren honingraat zijn aangebracht, welke honingraat een lengteafmeting heeft van 10 mm en een hoogte van 7 mm. De honingraat is in een randwerk van beuken multiplex aangebracht met een dikte van 7 mm en een breedte van 22 mm. De in deze uitvoeringsvorm gebruikte schuimende twee componenten polyurethaanlijm is de lijm die in de handel verkrijgbaar is als Icema R 148P/25 en een verharder 7/2 in de gewichtsverhouding 100 : 30. De plank heeft verder een lengte van 700 mm, een 50 breedte van 350 mm en een totale dikte van 8 mm. Deze plank werd aan een doorbuigingstest onderworpen door de plank aan de twee korte zijden te ondersteunen en gelijkmatig met 40 kg te belasten, waarbij het gewicht van de plank zelf ongeveer 1,7 kg bedroeg. De gemeten doorbuiging bleek slechts 1,8 mm te zijn. In vergelijking hiermede bedroeg bij dezelfde belastingtest de doorbuiging van een 20 mm dikke geplastificeerde spaanplaat met een gewicht van 3,3 kg ook 1,8 mm; de doorbuiging van een 8 mm dikke 55 vurenhouten plank van 1,1 kg 4,2 mm en de doorbuiging van een 8 mm dikke beuken multiplexplank van 2,2 kg 4,3 mm.

Uit deze resultaten blijkt dat de plank volgens de onderhavige uitvinding uitermate dun is en een zeer

Claims

3 194695 geringe doorbuiging vertoont. 5

1. Paneel, omvattend twee althans nagenoeg evenwijdig aan elkaar verlopende platen en een papieren honingraatvormige kern tussen de platen, waarbij, in de gemonteerde toestand, elke zeshoekige cel van de honingraatvormige kern een afmeting in de lengte tussen twee tegenover elkaar gelegen hoekpunten van de cel heeft die groter is dan de afmeting van de loodrecht daarop aanwezige breedte tussen twee tegenover 10 elkaar gelegen zijden daarvan en waarbij de platen aan de honingraatvormige kern zijn gelijmd, met het kenmerk, dat het paneel een plank (3', 1', 3') is, dat de cellen (2') van de honingraatvormige kern (1') zijn opgebouwd uit zijden met dezelfde lengte, waarbij de cellen (2') van de honingraatvormige kern (1') een afmeting in de lengterichting hebben, die tussen 2/3 V3 en 4/3 VÜ3 x de afmeting in de breedterichting van de cellen (2') bedraagt, waarbij de cellen (2') met hun lengterichting in de lengterichting van de plank (3, 1', 15 3') zijn georiënteerd.

2. Paneel volgens conclusie 1, waarbij de platen van metaal zijn vervaardigd, met het kenmerk, dat de metalen platen (3, 3') zijn geprimerd. Hierbij 1 blad tekening