NL194542C - Spiegelverstelinrichting met spiegelstanddetector. - Google Patents

Spiegelverstelinrichting met spiegelstanddetector. Download PDF

Info

Publication number
NL194542C
NL194542C NL9200412A NL9200412A NL194542C NL 194542 C NL194542 C NL 194542C NL 9200412 A NL9200412 A NL 9200412A NL 9200412 A NL9200412 A NL 9200412A NL 194542 C NL194542 C NL 194542C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
rod
mirror
adjustment device
coupling member
runner
Prior art date
Application number
NL9200412A
Other languages
English (en)
Other versions
NL194542B (nl
NL9200412A (nl
Inventor
Albertus Van Zanten
Original Assignee
Iku Holding Montfoort Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Iku Holding Montfoort Bv filed Critical Iku Holding Montfoort Bv
Priority to NL9200412A priority Critical patent/NL194542C/nl
Publication of NL9200412A publication Critical patent/NL9200412A/nl
Publication of NL194542B publication Critical patent/NL194542B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL194542C publication Critical patent/NL194542C/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G05CONTROLLING; REGULATING
    • G05DSYSTEMS FOR CONTROLLING OR REGULATING NON-ELECTRIC VARIABLES
    • G05D3/00Control of position or direction
    • G05D3/12Control of position or direction using feedback
    • G05D3/14Control of position or direction using feedback using an analogue comparing device
    • G05D3/1472Control of position or direction using feedback using an analogue comparing device with potentiometer
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60RVEHICLES, VEHICLE FITTINGS, OR VEHICLE PARTS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B60R1/00Optical viewing arrangements; Real-time viewing arrangements for drivers or passengers using optical image capturing systems, e.g. cameras or video systems specially adapted for use in or on vehicles
    • B60R1/02Rear-view mirror arrangements
    • B60R1/06Rear-view mirror arrangements mounted on vehicle exterior
    • B60R1/062Rear-view mirror arrangements mounted on vehicle exterior with remote control for adjusting position
    • B60R1/07Rear-view mirror arrangements mounted on vehicle exterior with remote control for adjusting position by electrically powered actuators
    • B60R1/072Rear-view mirror arrangements mounted on vehicle exterior with remote control for adjusting position by electrically powered actuators for adjusting the mirror relative to its housing

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Multimedia (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Automation & Control Theory (AREA)
  • Rear-View Mirror Devices That Are Mounted On The Exterior Of The Vehicle (AREA)

Description

1 194542
Spiegelverstelinrichtlng met spiegelstanddetector
De uitvinding heeft betrekking op een spiegelverstelinrichting met spiegelstanddetector, voorzien van een zwenkbaar draagorgaan voor de Spiegel en een voor bevestiging aan het spiegelhuis dienende basis, van 5 een hiertussen werkzame elektrische actuator en van althans één hiertussen werkzame detector, welke detector voor het detecteren van een stand van het spiegeldraagorgaan en het genereren van een signaal dat representatief is voor die gedetecteerde stand is uitgerust en welke detector een draaipottentiometer omvat met ten minste één ten opzichte van de basis gefixeerde weerstandsbaan met de vorm van een cirkelgedeelte en een over die weerstandsbaan verplaatsbare loper.
10 Een dergelijke spiegelverstelinrichting met spiegelstanddetector is bekend uit de Nederlandse octrooiaanvrage 8401149. Een achteruitkijkspiegel van een voertuig is hiermee eenvoudig op de persoonlijke voorkeur in te stellen, wat in het bijzonder speelt wanneer meerdere chauffeurs afwisselend gebruik maken van het voertuig, waarbij het dan mogeiijk is de spiegels te voorzien van een geheugen.
De draaipotentiometer is bij de bekende spiegelverstelinrichting concentrisch om de as van de elektrische 15 actuator aangebracht, met gevolg dat de positie van het door de elektrische actuator aangedreven instelorgaan slechts indirect wordt bepaald en speling in de overbrenging van de elektrische actuator op het instelorgaan tot mogelijke fouten in de gedetecteerde positie van het instelorgaan kan leiden.
Het is een doel van de uitvinding een spiegelverstelinrichting van de bovengenoemde soort te verschaffen, waarbij een directe bepaling van de positie van het draagorgaan mogeiijk wordt.
20 Daartoe heeft een spiegelverstelinrichting van de bovengenoemde soort volgens de uitvinding het kenmerk, dat aan het spiegeldraagorgaan een staaf is bevestigd met ten minste één schroefgang, waarmee de staaf via een overbrenging in verbinding staat met de loper.
In een eerste uitvoeringsvorm heeft de staaf althans een uitwendige schroefvormige gang en steekt door een de loper dragende draaibare schijf, waarvan de doorgang is aangepast aan de dwarsdoorsnede van de 25 staaf. In deze uitvoeringsvorm hoeft de staaf geen deel uit te maken van de elektrische actuator en kan daardoor een eenvoudige constructie hebben; de staaf kan daarbij bijvoorbeeld een getordeerde vorm met een veelhoekige doorsnede hebben. Te denken valt aan een vierkante doorsnede.
In een tweede uitvoeringsvorm heeft de staaf een centrale holte met een inwendige schroefgang, waarin een uitsteeksel van een roteerbaar en onverschuifbaar koppelorgaan uitsteekt en de drager van de loper 30 buiten de staat onverdraaibaar is gekoppeld met het koppelorgaan. Deze uitvoeringsvorm heeft het voordeel dat de staaf deel kan uitmaken van de elektrische actuator en daartoe aan zijn buitenzijde eveneens kan zijn voorzien van een schroefdraad, waarop een door een elektromotor te roteren aandrijfmoer zit.
In de genoemde tweede uitvoeringsvorm is het gunstig wanneer der staaf inwendig is voorzien van twee tegenover elkaar geplaatste schroefgangen, waarbij de dwars- en/of de diepte-afmetingen van deze gangen 35 verschillend zijn en het koppelorgaan hieraan aangepaste verschillende uitsteeksels heeft. Hierdoor wordt vermeden dat het koppelorgaan ongewild op verkeerde wijze in de staaf wordt gebracht.
Omdat de staat bij een verdraaiing van het draagorgaan zich niet zuiver axiaal verplaatst, is het gunstig wanneer het koppelorgaan flexibel is uitgevoerd. Om in dat geval toch in voldoende mate torsiestijf te zijn, kan het koppelorgaan op voordelige wijze een kruisvormige doorsnede hebben.
40 De koppelmiddelen tussen het koppelorgaan en de ten minste ene schroefvormige gang kunnen voorts zodanig zijn uitgevoerd dat zij een kantelbeweging van het koppelorgaan om een as toelaten en dat het koppelorgaan ten opzichte van de drager van de loper verschuifbaar is in een richting in hoofdzaak evenwijdig aan die as. Hierdoor wordt gecompenseerd voor het feit dat de staaf bij verdraaiing van het draagorgaan niet een zuivere axiale verplaatsing uitvoert.
45
De uitvinding zal in het hiernavolgende nader worden verduidelijkt door beschrijving van een voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding, onder verwijzing naar de tekening, waarin figuur 1 schematisch een voorbeeld toont van een bekende spiegelverstelinrichting; figuren 2A en B meer gedetailleerd een uitvoeringsvorm toont van een spiegelverstelinrichting volgens de 50 uitvinding; figuren 3A en B op grotere schaal de belangrijkste onderdelen van de in figuren 2 A en B getoonde uitvoeringsvorm in uiteengenomen toestand toont; figuren 4A-C een modificatie illustreert; en figuren 5A-B schematisch een voordeel van de spiegelverstelinrichting volgens de uitvinding illustreert.
In figuur 1 is schematisch een spiegelhuis 10 getoond, dat op op zich bekende wijze kan zijn ingericht om bevestigd te worden aan een niet weergegeven voertuig. In het spiegelhuis 10 is een basis 21 voor de 55 194542 2 spiegel en zijn verstelinrichting 20 gemonteerd. Met de basis 21 is scharnierbaar een draagorgaan 22 voor een spiegel 23 verbonden door middel van scharnierorganen 24, die onderling ten minste scharnierbaar zijn om een scharnieras 25 loodrecht op het vlak van tekening, terwijl in de praktijk de scharnierorganen 24 veelal scharnierbaar zijn om twee onderling loodrechte assen.
5 Een schamierbeweging van het draagorgaan 22 ten opzichte van de basis 21 voor het instellen vein een scharnierstand van het draagorgaan 22 ten opzichte van de basis 21 kan worden uitgevoerd door middel van een scharnieractuator 40. De scharnieractuator 40 omvat een niet weergegeven motor die wordt bestuurd door een eveneens niet weergegeven stuurorgaan. Die motor is gekoppeld met een moerorgaan 41 dat draaibaar is gelegerd in een aan de basis 21 bevestigd moerhuis 42, welk moerorgaan 41 in de 10 richting van zijn rotatieas, dat wil zeggen de richting zoals aangeduid door de pijl F1, is opgesloten in het . moerhuis 42. Door het moerorgaan 41 reikt een staaf 43 met een bijpassende uitwendige schroefdraad, welke schroefstaaf 43 zodanig met het draagorgaan 22 gekoppeld is, dat deze geen bewegingsvrijheid heeft in rotatiezin om zijn lichaamsas. Wanneer nu het moerorgaan 41 door de motor wordt geroteerd, wordt de schroefstaaf 43 langs zijn lichaamsas verplaatst ten opzichte van de basis 21 om aldus het draagorgaan 22 15 te scharnieren.
Een bekende detector 30 is aanwezig voor het detecteren van de scharnierstand van het draagorgaan 22 ten opzichte van de basis 21 en het genereren van een voor die gedetecteerde stand representatief elektrisch signaal. De detector 30 omvat een aan de basis 21 bevestigde lineaire potentiometer 31 met een lineaire weerstandsbaan 32 en een over die lineaire weerstandsbaan 32 verplaatsbare loper 33. De lineaire 20 weerstandsbaan 32 en de loper 33 zijn verbonden met aansluitcontacten 34, 35 om het genoemde elektrische signaal te verschaffen.
De loper 33 wordt door een veer 36 voorgespannen in de richting van de basis 21. Voorts werkt op de loper 33 de schroefstaaf 43. Wanneer het draagorgaan 22 in figuur 1 linksom wordt gescharnierd, drukt de schroefstaaf de loper 33 weg tegen de veerkracht van de veer 36 in om de lengte van het tussen de loper 25 33 en het aansluitcontact 34 gelegen deel van de weerstandsbaan 32 te vergroten. Wanneer het draagorgaan 22 in figuur 1 rechtsom wordt gescharnierd, wordt de loper 33 door de veerkracht van de veer 36 teruggetrokken om de lengte van het tussen de loper 33 en het aansluitcontact 34 gelegen deel van de weerstandsbaan 32 te verkleinen.
Het bereik van de weerstandsbaan 32 waarover de loper 33 verplaatst wordt, is slechts gelijk aan de 30 maximale afstand D waarover het draagorgaan 22 op de afstand d van de scharnieras 25 verplaatst kan worden in de richting F1. Het is voor een nauwkeurige detectie van de stand van het draagorgaan 22 gewenst, dat het verplaatsingsbereik van de loper 33 zo groot mogelijk is.
Figuren 2A en B tonen schematisch op vergrote schaal een gedeelte van een volgens de uitvinding verbeterde constructie, waarbij gelijke verwijzingscijfers gelijke of vergelijkbare onderdelen aanduiden als in 35 figuur 1.
In de basis 21 is een moerorgaan 141 opgesteld, dat kan worden geroteerd door middel van een met een motor gekoppeld wormwiel 144. Het moerorgaan 141 is in aangrijping met een daardoorheen reikende een holle schroefstaaf 150 met een uitwendige schroefdraad. Het moerorgaan 141 heeft in de basis 121 geen bewegingsvrijheid in de lengterichting van de holle schroefstaaf 150, zodat het roteren van het 40 moerorgaan 141 een axiale verplaatsing van de holle schroefstaaf 150 en een gelijkgerichte schamierbeweging van het draagorgaan 22 tot gevolg heeft.
Op de basis 21 is een rotatie-potentiometer 160 bevestigd. De rotatie-potentiometer 160 heeft ten minste één cirkelvormige weerstandsbaan 161 en een daarover in rotatiezin verplaatsbare loper 162. Bij voorkeur, en zoals weergegeven in figuur 2, heeft de rotatie-potentiometer 160 twee concentrische cirkelvormige 45 weerstandsbanen 161,161', en is de loper 162 voor beide weerstandsbanen 161, 161' gemeenschappelijk. De weerstandsbanen 161,161' die bij hun uiteinden zijn verbonden met ter wille van de eenvoud niet weergegeven aansluitcontacten, worden door de loper 162 elektrisch met elkaar verbonden, zodat de weerstand tussen genoemde aansluitcontacten een maat is voor de rotatie-positie van de loper 162.
De loper 162 is gemonteerd op een schijf 163 die is voorzien van een centrale uitsparing 164, en die via 50 een koppelorgaan 170 is gekoppeld met een schroefgang 151 in de holle schroefstaaf 150. Het koppel-orgaan 170 heeft in de geïllustreerde uitvoeringsvorm een langwerpige vorm, en heeft bij zijn ene uiteinde 171 een zijdelings uitsteeksel 172 voor aangrijping in de schroefgang 151 in de holle schroefstaaf 150. Bij voorkeur heeft de holle schroefstaaf 150 twee symmetrisch tegenover elkaar geplaatste schroefgangen, en heeft het koppelorgaan 170 twee tegenover elkaar gelegen uitsteeksels 172, 172' voor respectieve 55 aangrijping op de beide schroefgangen, zodat een evenwichtige aangrijping van het koppelorgaan 170 op de holle schroefstaaf 150 wordt bereikt.
Wanneer de dwars- en/of de diepte-afmetingen van de twee schroefgangen verschillend zijn, en de twee 3 194542 uitsteeksels 172,172' corresponderend verschillende afmetingen hebben, zoals geïllustreerd in figuren 4A-C, wordt vermeden dat het koppelorgaan 170 ongewild op een verkeerde wijze in de holle schroefstaaf 150 wordt ingebracht.
Bij zijn andere uiteinde 173 is het koppelorgaan 170 in aangrijping met de schijf 163, bij voorkeur door 5 twee tegenover elkaar gelegen uitsteeksels 174,174' die passen in respectieve tegenover elkaar gelegen uitsparingen 165 in de schijf 163.
Over de rotatie-potentiometer 160 is een deksel 166 aangebracht dat door middel van een klik-bevestiging 167 is bevestigd aan de basis 21. Het deksel 166 dient enerzijds om het binnendringen van stof en dergelijke tegen te gaan, en anderzijds om een begrenzing te vormen van de axiale bewegingsvrijheid 10 van het koppelorgaan 170, dat daartoe in de gemonteerde toestand met zijn tweede uiteinde 173 steunt tegen het deksel 166, zoals in figuur 2 is weergegeven. Teneinde de wrijving van het koppelorgaan 170 ten opzichte van het deksel 166 te beperken, is het koppelorgaan 170 bij zijn tweede uiteinde 173 bij voorkeur afgerond. De axiale bewegingsvrijheid van het koppelorgaan 170 is in de andere richting beperkt door de met de loper 162 op de weerstandsbaan 161 rustende schijf 163.
15 Wanneer door rotatie van het moerorgaan 141 de schroefstaaf 150 wordt verplaatst om het draagorgaan 22 te scharnieren, wordt de axiale verplaatsing van de schroefstaaf 150 omgezet in een rotatie-verplaatsing van het koppelorgaan 170, dat immers geen axiale verplaatsingsvrijheid heeft, waarbij de verhouding van rotatiehoek van het koppelorgaan 170 ten opzichte van de axiale verplaatsingsafstand van de schroefstaaf 150 is gedefinieerd door de spoed van de schroefgang 151. Deze spoed is bij voorkeur zodanig gekozen, 20 dat de maximale axiale verplaatsingsafstand D van de schroefstaaf 150 zoals corresponderend met de maximale scharnierverplaatsing van het draagorgaan 22 in hoofdzaak overeenkomt met het rotatiebereik van de loper 162.
Opgemerkt wordt, dat ook een handmatige verstelling van het draagorgaan 22 ten opzichte van de basis 21, zonder dat het wormwiel 144 door de motor wordt aangedreven, gedetecteerd wordt door de detector 25 130 volgens de uitvinding: het moerorgaan 141 is met de schroefstaal 150 in aangrijping via een stelsel van verende vingers 142, zodat het moerorgaan 141 over de schroefstaaf 150 kan ’’slippen”, zoals op zich bekend.
In de praktijk kan de maximale axiale verplaatsingsafstand D van de schroefstaaf 150 zoals corresponderend met de maximale scharnierverplaatsing van het draagorgaan 22 gelijk zijn aan ongeveer 15 mm, terwijl 30 de gemiddelde diameter van de weerstandsbanen 161, 161' ongeveer 20 mm en het rotatiebereik van de loper 162 ongeveer 300° kan bedragen. In dat geval is het detectiebereik van de weerstandsbanen 161, 161' ongeveer 52 mm, terwijl dat bij de beschreven bekende detector 15 mm bedraagt. De detector 130 die 52/15 keer zo nauwkeurig is als de bekende detector 30.
Bij voorkeur zijn de uitsteeksels 172, 172' ten opzichte van de uitsteeksels 174, 174' verplaatst over 90°, 35 zodat het koppelorgaan 170 een cardanwerking heeft.
Figuren 5A en B tonen een vooraanzicht van de basis 21. Zoals in figuur 5A geschetst, moet voor de inrichting van figuur 1 de basis 21 een grondoppervlak hebben dat groot genoeg is om daarop voor elke scharnierrichting een motor M, een scharnieractuator 40, en een detector 30 te plaatsen.
Aangezien bij de inrichting volgens de figuren 2A en B de detectoren 130 zijn aangebracht op de twee 40 schamieractuators 140, kan het benodigde grondoppervlak van de basis 21 relatief klein zijn verminderd, zoals geïllustreerd in figuur 5B.
Het is mogelijk de schroefgang 151 in de holle schroefstaaf 150 te vormen als een opliggende schroefgang, waarbij dan de uitsteeksels 172 van het koppelorgaan 170 zijn vervangen door corresponderende gleuven. Aan de in figuur 2 weergegeven uitvoeringsvorm, waarbij de schroefgang is gevormd als een in de 45 wand van de staaf verdiept gedeelte, wordt echter de voorkeur gegeven. In het bijzonder wanneer de uitsteeksels 172,172' van het koppelorgaan 170 een cirkelvormige doorsnede hebben, kan het koppelorgaan 170 een kantelbeweging uitvoeren om een door de uitsteeksels 172, 172' reikende as. Hierdoor wordt gecompenseerd voor het feit dat bij een schamierbeweging van het draagorgaan 22 de schroefstaaf 150 niet een zuiver axiale verplaatsing uitvoert. Een kantelbeweging om een loodrecht op genoemde as 50 staande as is mogelijk wanneer het koppelorgaan 170 verschuifbaar is gelegerd in de schijf 163, zoals meer gedetailleerd is geïllustreerd in figuren 4A-C. Het koppelorgaan 170 kan ook flexibel zijn uitgevoerd om zich aan te kunnen passen aan de niet zuiver axiale verplaatsing van de staaf 150. Om in dat geval toch in voldoende mate torsiestijf te zijn, kan het koppelorgaan 170 voordeligerwijze een kruisvormige doorsnede hebben.
55 Evenzo is een andere wijze van koppelen mogelijk tussen het koppelorgaan 170 en de schijf 163, en kan het koppelorgaan 170 zelfs met de schijf 163 als een geheel zijn gemaakt.
Voorts hoeft de bedieningsstaaf voor de schijf 163 geen deel uit te maken van de scharnieractuator 140,

Claims (9)

194542 4 maar kan afzonderlijk zijn. Deze staaf kan dan een eenvoudige constructie hebben waarbij de ten minste ene schroefgang is aangebracht op het buitenoppervlak, waarbij dan de schijf 163 in de centrale uitsparing 164 kan zijn voorzien van een corresponderende contour zodat de staaf direct is gekoppeld met de schijf 163. In een eenvoudige uitvoeringsvorm kan de staaf dan zijn gevormd als een getordeerde staaf met een 5 veelhoekige doorsnede, bij voorkeur een vierkante doorsnede, waarbij dan de centrale uitsparing 164 van de schijf 163 een corresponderende veelhoekige resp. vierkante contour heeft. 10
1. Spiegelverstelinrichting met spiegelstanddetector, voorzien van een zwenkbaar draagorgaan voor de spiegel en een voor bevestiging aan het spiegelhuis dienende basis van een hiertussen werkzame elektrische actuator en van althans één hiertussen werkzame detector, welke detector voor het detecteren van een stand van het spiegeldraagorgaan en het genereren van een signaal dat representatief is voor die 15 gedetecteerde stand is uitgerust en welke detector een draaipotentiometer omvat met ten minste één ten opzichte van de basis gefixeerde weerstandsbaan met de vorm van een cirkelgedeelte en een over die weerstandsbaan verplaatsbare loper, met het kenmerk, dat aan het spiegeldraagorgaan een staaf is bevestigd met ten minste één schroefvormige gang, waarmee de staaf via een overbrenging in verbinding staat met de loper.
2. Spiegelverstelinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de staaf althans één uitwendige schroefgang heeft en steekt door een de loper dragende draaibare schijf, waarvan de doorgang is aangepast aan de dwarsdoorsnede van de staaf.
3. Spiegelverstelinrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de staaf een getordeerde vorm met een veelhoekige dwarsdoorsnede heeft.
4. Spiegelverstelinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de staaf een centrale holte met een inwendige schroefgang heeft, waarin een uitsteeksel van een roteerbaar en onverschuifbaar koppelorgaan uitsteekt en de drager van de loper buiten de staaf onverdraaibaar is gekoppeld met het koppelorgaan.
5. Spiegelverstelinrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de holle staaf deel uitmaakt van de elektrische actuator en daartoe aan zijn buitenzijde eveneens is voorzien van een schroefdraad waarop een 30 door een elektromotor te roteren aandrijfmoer zit.
6. Spiegelverstelinrichting volgens een van de voorgaande conclusies 4 of 5, met het kenmerk, dat de staaf inwendig is voorzien van twee tegenover elkaar geplaatste schroefgangen, waarbij de dwars- en/of diepte-afmetingen van deze gangen verschillend zijn en het koppelorgaan hieraan aangepaste verschillende uitsteeksels heeft.
7. Spiegelverstelinrichting volgens een van de conclusies 4-6, met het kenmerk, dat het koppelorgaan in hoofdzaak de vorm heeft van een flexibele staaf.
8. Spiegelverstelinrichting volgens een van de conclusies 4-7, met het kenmerk, dat het koppelorgaan een kruisvormige doorsnede heeft.
9. Spiegelverstelinrichting volgens een van de conclusies 4-8, met het kenmerk, dat de koppelmiddelen 40 tussen het koppelorgaan en de ten minste ene schroefvormige gang een kantelbeweging van het koppelorgaan om een as toelaten en dat het koppelorgaan ten opzichte van de drager van de loper verschuifbaar is in een richting in hoofdzaak evenwijdig aan die as. Hierbij 6 bladen tekening
NL9200412A 1992-03-05 1992-03-05 Spiegelverstelinrichting met spiegelstanddetector. NL194542C (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9200412A NL194542C (nl) 1992-03-05 1992-03-05 Spiegelverstelinrichting met spiegelstanddetector.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9200412 1992-03-05
NL9200412A NL194542C (nl) 1992-03-05 1992-03-05 Spiegelverstelinrichting met spiegelstanddetector.

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9200412A NL9200412A (nl) 1993-05-03
NL194542B NL194542B (nl) 2002-03-01
NL194542C true NL194542C (nl) 2002-07-02

Family

ID=19860522

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9200412A NL194542C (nl) 1992-03-05 1992-03-05 Spiegelverstelinrichting met spiegelstanddetector.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL194542C (nl)

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE29511817U1 (de) * 1995-07-21 1996-11-14 Robert Bosch Gmbh, 70469 Stuttgart Vorrichtung zum Verstellen eines Kraftfahrzeugspiegels
JP3343206B2 (ja) * 1997-08-07 2002-11-11 株式会社東海理化電機製作所 自動車用ミラーアセンブリ
DE29923786U1 (de) 1999-07-21 2001-04-19 Magna Auteca Zweigniederlassun Antriebsvorrichtung für einen verstellbaren Rückblickspiegel mit einem selbstkalibrierenden Potentiometer
DE19951077C1 (de) 1999-10-23 2001-05-10 Buhler Motor Gmbh Stellantrieb zum Verstellen eines Stellglieds in zumindest zwei Freiheitsgraden

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS59230839A (ja) * 1983-06-14 1984-12-25 Matsuyama Seisakusho:Kk 電動式バツクミラ−の角度検出装置
NL192126C (nl) * 1984-04-11 1997-02-04 Iku Holding Montfoort Bv Verstelinrichting met slipbeveiliging tegen overbelasting.
IT1208243B (it) * 1987-02-11 1989-06-12 Nardino Righi Specchio retrovisore per autoveicoli

Also Published As

Publication number Publication date
NL194542B (nl) 2002-03-01
NL9200412A (nl) 1993-05-03

Similar Documents

Publication Publication Date Title
KR100506512B1 (ko) 미러위치검출장치
US5467230A (en) Dual pivoted member mount for mirror
AU710167B2 (en) Electrically operable pivoting actuator, and wing mirror having an electrically operable pivoting mechanism
KR860008485A (ko) 후방관찰용 거울을 원격제어하는 위치자동 조절시스템
US4948242A (en) Vehicle rearview mirror assembly
NL8201524A (nl) Besturingsknuppel.
NL194542C (nl) Spiegelverstelinrichting met spiegelstanddetector.
US20050225886A1 (en) Mirror angle transducer and mirror tilting mechanism
KR880013736A (ko) 차량용 백미러의 방향조절장치
US4306124A (en) Position memory device
KR100474952B1 (ko) 마찰 구동식 미러 조립체
GB2283080A (en) Computer input mouse.
WO1998026956A9 (en) Mirror assembly with friction drive
JPH06333461A (ja) レバー組立体
JP3305588B2 (ja) 回転角検出装置
JP3658981B2 (ja) 車両用電動ミラー装置
JP3305584B2 (ja) 回転角検出装置
JP3105510U (ja) 自動車制御装置
MXPA98009498A (es) Accionador de pivoteo operable electricamente, y espejo de ala que tiene un mecanismo de pivoteo electricamente operable
GB2413375A (en) Direction and speed control device for a motor vehicle with magnets movable on either side of a sensor
JP2003034185A (ja) リバース連動式の車両用後写鏡
JPS637979B2 (nl)
JP2006096124A (ja) ミラー及び角度検出装置
JPH1030909A (ja) 回転角検出装置
JPH0137311Y2 (nl)

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20091001