NL194027C

NL194027C - Groeisysteem voor planten.

Info

Publication number: NL194027C
Application number: NL9420014A
Authority: NL
Inventors: Leif Liebmann Pedersen
Original assignee: Leif Liebmann Pedersen
Priority date: 1993-01-18
Filing date: 1994-01-12
Publication date: 2001-05-03
Also published as: NL9420014A; WO1994015451A1; DK9300032U3; AU5880294A; NL194027B

Description

1 194027

Groeisysteem voor planten

De uitvinding heeft betrekking op een groeisysteem voor planten in groeimediumblokken, die zijn geplaatst op in met een neerwaartse helling verlopende lange kanalen of troggen aangebrachte in lengterichting van 5 de kanalen of troggen verlopende platforms en die worden voorzien van een water of voedingsmiddeloplossing, waarbij het kanaal of de trog middelen omvat voor afvoer van overmaat water of voedingsmiddel-oplossing, en het systeem voor de toevoer en verdeling van vers water of voedingsmiddeloplossing in een aantal in lengterichting van het kanaal of de trog verdeelde plaatsen is voorzien van opwaarts gerichte leidingen met uitstroming boven of bij de bovenzijde van de wortelmat, die in samenhang met de groei van 10 de plant wordt gevormd.

Een dergelijk groeisysteem is te ontnemen uit de Europese octrooiaanvrage 0.201.426. Bij dit bekend groeisysteem zijn de groeimediumblokken geplaatst op een substraatmat, die bestemd is om nabij de bovenzijde in de groeimediumblokken toegevoerd water of voedingsmiddeloplossing in een bepaalde mate vast te houden. Hierbij zullen wortelafscheidingen, waaronder vitaminen, mineralen, zouten, hormonen, 15 bijproducten uit de fotosynthese in de bladen, enz. in de substraatmat kunnen worden vastgehouden en eventueel van de ene plan naar de andere plant kunnen stromen. Dergelijke afscheidingen verschaffen groeiomstandigheden voor micro-organismen en pathogenische agens en dergelijke, hetgeen schadelijk kan zijn voor de beoogde groei van de plant.

Volgens de uitvinding bestaan nu de leidingen voor de toevoer van water of voedingsmiddeloplossing uit 20 in hoofdzaak verticale toevoerpijpen, bij voorkeur achter ieder groeimediumblok, terwijl nabij iedere zijkant van het platform op het platform ten minste een in lengterichting verlopende rib is aangebracht voor gelijkmatige verdeling van het water of voedingsmiddel naar de wortels van de plant en in het kanaal of de trog.

Bij toepassing van het groeisysteem volgens de uitvinding wordt aan alle groeimediumblokken afzonder-25 lijk vers water of voedingsmiddeloplossing toegevoerd onder het handhaven van een gelijkmatige door de als overstroommiddel werkende rib tot stand gebrachte verdeling van het water of voedingsmiddeloplossing, waarbij tevens een snelle afvoer van wortelafscheidingen kan worden gerealiseerd. Daarbij is een transport van dergelijke wortelafscheidingen van de ene plant naar de andere plant praktisch verwaarloosbaar.

Door aan iedere zijde van het platform een in lengterichting verlopende groef aan te brengen In 30 samenwerking met een afvoerpijp terwijl het kanaal of de trog is opgesteld met neerwaartse helling naar de afvoerpijp wordt een effectieve afvoer van water of dergelijke gewaarborgd.

Een optimale en gelijkmatige verdeling van het water of de voedingsmiddeloplossing bij een doelmatige opbouw kan worden verkregen doordat eenzich in de lengterichting van het platform uitstrekkend en een deel van het platform uitmakend kanaal voor toevoer van water of voedingsmiddeloplossing is aangebracht 35 in welk kanaal de ondereinden van de toevoerpijpen uitmonden.

Door de ribben onder voor verdeling van water of voedingsmiddeloplossing te gebruiken voor het ondersteunen van het groeimediumblok kan een effectieve plaatsing van de groeimediumblokken tot stand worden gebracht.

Een optimale verdeling van het water of de voedingsmiddeloplossing gedurende de groei van de planten 40 en gedurende het tot stand brengen en ontwikkelen van de wortels wordt verkregen doordat de langsribben zich over verschillende hoogtes boven het platform uitstrekken.

Daarbij is een effectieve opbouw van de trog te bewerkstelligen indien aan weerszijden van de pijp voor de toevoer van water of voedingsmiddeloplossing het platform ten minste een langsholte, bij voorkeur in een lenterichting van het kanaal of trof verlopende holte bedekt.

45

De uitvinding zal hierna worden uiteengezet met verwijzing naar de tekeningen, waarin: figuur 1 een doorsnede-aanzicht is van het groeisysteem waarbij de afdekking gedeeltelijk is weggebroken om de binnenzijde van het groeisysteem te openbaren, figuur 2 een vlak doorsnede-aanzicht is langs de lijn ll-ll van figuur 1, 50 figuur 3 een doorsnede-aanzicht is overeenkomend met dat van figuur 2, echter in samenhang met een andere toepassing van het groeisysteem, en figuur 4 een vlak doorsnede-aanzicht is, overeenkomend met dat van figuren 2 en 3, echter in verbeterd uitvoeringsvoorbeeld.

55 in figuur 1 is een gedeelte weergegeven van een langgestrekte groeitrof of groeikanaal 1 met afdekking 2.

Een groeisysteem voor planten omvat een aantal, gebruikelijk een groot aantal, van dergelijke groeitroggen, waarin de planten doorlopend worden voorzien van een voedingsmiddeloplossing en waarin overmaat 194027 2 voedingsmiddeloplossing doorlopend wordt afgevoerd door middel van de afvoergroeven 3 en de afvoerpijp 12.

De voedingsmiddeloplossing circuleert en wordt op een bekende wijze behandeld in een reinigings-installatie, waar de voedingsmiddeloplossing wordt geregenereerd wat betreft het gehalte zuurstof, pH, en 5 de inhoud van voedingsmiddelen, en waar worteluitzwetingen worden verwijderd om te waarborgen, dat de groeitroggen altijd worden voorzien van een verse optimale voedingsmiddeloplossing.

De groeitroggen zijn op een zodanige wijze op een steun 13 geplaatst, dat een flauwe neerwaartse helling van de afmeting 0,4-2% tot stand is gebracht. De neerwaartse helling wordt aangeduid door de pijl 16 naar de afvoerpijp 12, bijvoorbeeld een neerwaartse helling van 0,4%. De groeitroggen zijn vaak van 6 10 tot 12 m lang.

Iedere groeitrog 1 is gebruikelijk vervaardigd uit kunststof door gieten of extrusie, zodat de trog 1 wordt geproduceerd in grote lengtes, die, zoals vereist, worden afgesneden en uitgerust worden met geschikte eindstukken. De groeitrof omvat een platform 4, dat enigszins omhoog is bewogen boven de steun 13, zodat alle kou van de steun 13 niet rechtstreeks naar de wortels van de planten kan worden geleid. Door 15 middel van het platform 4 is het mogelijk verwarmingspijpen of dergelijke te plaatsen in kanalen of gebieden 17 ten einde een thermische verbetering van de groei-omstandigheden te verkrijgen. In het midden van het platform 4 is een pijp 7 aangebracht, bijvoorbeeld in de vorm van een integrale pijp, zoals afgebeeld in de tekening, maar uiteraard kan even goed een onafhankelijke pijp worden aangebracht. De pijp 7 is aangebracht voor de toevoer van voedingsmiddeloplossing. De voedingsmiddeloplossing wordt vanaf de pijp 7 20 geleid door gaten of toevoerpijpen 8, bijvoorbeeld zoals weergegeven door een bovenste afdekking, zodat de vloeistof geschikt wordt verdeeld gedurende de toevoer. Bij iedere zijde omvat het platform 4 een langsrib 9, zodat bovenop het platform een in lengterichting verlopend gebied verschijnt voor de verdeling van de voedingsmiddeloplossing. De ribben 9 zijn verhoudingsgewijs laag, zodat overmaat voedingsmiddel-oplossing in staat is het gebied tussen de ribben te verlaten, hetzij door over de ribben te stromen of door 25 het gebied bij een van de einden te verlaten. Overmaat voedingsmiddeloplossing zal worden geleid naar de afvoerpijp 12 via de afvoergroeven 3 aan iedere zijkant. De toevoerpijpen zijn zo hoog als mogelijk met betrekking tot de afdekking 2, zodat de verse voedingsmiddeloplossing altijd wordt gesproeid of geleid op de wortels, zelfs indien een verhoudingsgewijs compacte wortelmat tot stand is gebracht. Iedere plant 10, dat wil zeggen toevoerpijp 8 wordt voorzien van vloeistof in de orde van 4-10 liter per uur.

30 In het gebied tussen de ribben 9 zijn groeimediumblokken 5 geplaatst, bijvoorbeeld blokken uit minerale wol, een blok voor iedere plant 10.

In figuur 2, welke een doorsnede-aanzicht van figuur 1 is, is afgebeeld hoe een groeimediumblok 5, bijvoorbeeld een rechthoekig groeiblok, wordt geplaatst en opgesteld onder een opening 6 in de afdekking voor ieder groeimediumblok. In figuur 2 is weergegeven hoe het groeimediumblok 5 wordt geplaatst tussen 35 de ribben 9. De figuur toont dat het blok een weinig kleiner is dan de afstand tussen de ribben, zodat de voedingsmiddeloplossing gemakkelijk kan bewegen en gelijkmatig wordt verdeeld. Er is niets om te verhinderen, dat het blok 5 zich vult in het gebied tussen de ribben. Na een korte groeiperiode groeien de wortels 14 door het blok 5, zoals in de tekening weergegeven.

In figuur 3 is een doorsnede-aanzicht weergegeven, overeenkomend met dat van figuur 2, echter is in 40 figuur 3 het groeiblok ongeveer 90° verdraaid ten opzichte van zijn stand in figuur 2, waarbij het groeiblok op de ribben 9 rust. Een gebied of ruimte verschijnt onder het groeimediumblok, hetgeen bijdraaht tot het vergroten van de mogelijkheid van de toevoer van zuurstof en lucht aan de wortelzone van de plant 10. Wortel-uitzwetingen vanuit wortels 15 onder het groeiblok 5' kunnen nu ook worden verwijderd. Het groeiblok wordt naar positie 5' gedraaid indien de wortelmat buiten het blok zijn vorming begint.

45 Ofschoon waterverdelingsribben 9 zijn aangebracht in figuren 2 en 3 om het groeiblok boven het oppervlak van het platform 4' omhoog te bewegen is het uiteraard mogelijk andere soorten afstandsorganen te gebruiken, bijvoorbeeld kunststof voorwerpen, die onder de blokken worden geplaatst en op zodanige wijze zijn gevormd, dat de stroom van de voedingsmiddelvloeïstof nog steeds ongestoord is en ruimte voor de wortels 15 verschaft.

50 Figuur 4 toont een vlak doorsnede-aanzicht, overeenkomend met dat van figuren 2 en 3, echter in een verbeterde uitvoeringsvorm, waar twee stellen in lengterichting verlopende ribben 9 en 9' zijn aangebracht. Het binnenste stel ribben 9 is hoger dan het buitenste stel ribben 9' overeenkomstig figuur 4. Dit verschaft de mogelijkheid van een nog nauwkeurigere en gelijkmatigere verdeling van water. Het is bijvoorbeeld mogelijk de afstand tussen de ribben en de hoogtes van de ribben op zodanige wijze af te stellen, dat het in 55 lengterichting verlopende vat, dat tot stand wordt gebracht tussen het binnenste paar ribben 9 dezelfde vloeistof kan bevatten als de twee in lengterichting verlopende vaten aan iedere zijde tussen de ribben 9 en 9' samen kunnen bevatten. Indien behalve dit de aftapgroeven 3 bij iedere zijde in zodanige mate zijn

Claims

3 194027 bemeten, dat zij voldoende ruimte hebben om de voedingsmiddelvloeistof af te voeren, ook indien de wortelmat goed ontwikkeld is, is het mogelijk om een optimale verdeling van water en een snelle wijziging van water te verkrijgen, zelfs met een kleine neerwaartse helling van de trof of kanaal. De huidige toepassing toont hoe een toevoerpijp 8 voor de voedingsmiddeloplossing benedenstrooms 5 achter ieder groeimediumblok 5 is opgesteld, welke toevoerpijp de wortels van het desbetreffende blok bewatert evenals deel van de wortelmat van het daaropvolgende blok in de stromingsrichting, daar een aantal proeven hebben bewezen, dat de best mogelijke verdeling van de voedingsmiddeloplossing over de wortelmat op deze wijze wordt bereikt. Behalve dit verbeteren de waterverdeelribben 9, 9' de verdeling van de voedingsmiddeloplossing. Ten einde het eerste blok van de rij vast te zetten is echter een aanvullende 10 toevoerpijp 8 aangebracht in de stromingsrichting voor het eerset groeimediumblok, zodat dit blok van beide zijden wordt bewaterd. 15
1. Groeisysteem voor planten in groeimediumblokken, die zijn geplaatst op in met een neerwaartse helling verlopende lange kanalen of troggen aangebrachte in lengterichting van de kanalen of troggen verlopende platforms en die worden voorzien van een water of voedingsmiddeloplossing, waarbij het kanaal of de trog middelen omvat voor afvoer van overmaat water of voedingsmiddeloplossing, en het systeem voor de 20 toevoer en verdeling van vers water of voedingsmiddeloplossing in een aantal in lengterichting van het kanaal of de trog verdeelde plaatsen is voorzien van opwaarts gerichte leidingen met uitstroming boven of bij de bovenzijde van de wortelmat, die in samenhang met de groei van de plant wordt gevormd, met het kenmerk, dat de leidingen (7, 8) voor de toevoer van water of voedingsmiddeloplossing uit in hoofdzaak verticale toevoerpijpen (8), welke zijn geplaats tussen groeimediumblokken en benedenstrooms, bij voorkeur 25 achter ieder groeimediumblok (5), terwijl nabij iedere zijkant van het platform (4) op het platform ten minste een in lengterichting verlopende rib (9) is aangebracht voor gelijkmatige verdeling van het water of voedingsmiddel naar de wortels van de plant en in het kanaal of de trog.
2. Groeisysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat aan iedere zijde van het platform een in lengterichting verlopende groef (3) is aangebracht in samenhang met een afvoerpijp (12) en dat het kanaal 30 of de trog (1) is opgesteld met neerwaartse helling (16) naar de afvoerpijp voor het water of voedingsmiddeloplossing, bij voorkeur een neerwaartse helling van 0,4-2%.
3. Groeisysteem volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat een zich in de lengterichting van het platform (4) uitstrekkend en deel van het platform (4) uitmakend kanaal (7) voor toevoer vein water of voedingsmiddel is aangebracht, in welk kanaal (7) de ondereinden van de toevoerpijpen (8) uitmonden.
4. Groeisysteem volgens ieder van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het groeisysteem verder middelen omvat om ieder groeimediumblok (5) op enige afstand boven het platform (4) in het kanaal of de trog (1) te ondersteunen.
5. Groeisysteem volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de middelen voor het ondersteunen van het groeimediumblok (5) worden gevormd door de ribben (9, θ') voor verdeling van water of voedingsmiddelen. 40 6. Groeisysteem volgens ieder van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de langsribben (9) zich over verschillende hoogtes boven het platform (4) uitstrekken.
7. Groeisysteem volgens ieder van de voorgaande conclusies, waarbij iedere plant is geplaats in een afzonderlijk blok groeimedium, met het kenmerk, dat ieder blok groeïmedium (5) van zodanige afmeting en opstelling is, dat het op de verdeelribben (9) rust.
8. Groeisysteem volgens conclusie 3 of een van de conclusies 4-7 voor zover afhankelijk van conclusie 3, waarbij het platform een in hoofdzaak vlak oppervlak heeft, met het kenmerk, dat aan weerszijden van de pijp (7) voor de toevoer van water of voedingsmiddeloplossing het platform (4) ten minste een langsholte (17), bij voorkeur een in lengterichting van het kanaal of trog verlopende holte bedekt. Hierbij 3 bladen tekening