NL192424C

NL192424C - Magnetisch bevestigingsorgaan.

Info

Publication number: NL192424C
Application number: NL8701595A
Authority: NL
Inventors: Yoshihiro Aoki
Original assignee: Applic Art Lab Co
Priority date: 1986-07-24
Filing date: 1987-07-07
Publication date: 1997-08-04
Also published as: CN87105323A; KR880001258A; GB8717056D0; DE3723541A1; GB2192930B; AU7556287A; NL8701595A; NL192424B; CN1009321B; JPH0582961B2; IT8722059V0; SG6192G; IT8721392A0; US4779314A; ES2008141A6; KR930008221B1; HK20192A; CA1299159C; AU598834B2; GB2192930A

Description

Magnetisch bevestigingsorgaan

De uitvinding heeft betrekking op een magnetisch bevestigingsorgaan voorzien van een tweetal losmaakbaar met elkaar te verbinden elementen, waarbij een van de elementen is voorzien van een plaatvormige 5 permanente magneet, die magnetische polen nabij het bovenvlak en nabij het ondervlak daarvan bezit en die met zijn ondervlak rust op een eerste ferromagnetische plaat, waarbij een met de eerste ferromagneti-sche plaat verbonden ferromagnetische staaf zich vanaf deze eerste ferromagnetische plaat omhoog uitstrekt in de richting naar een tweede ferromagnetische plaat, die op het bovenvlak van de plaatvormige permanente magneet rust, waarbij het vrije einde van de ferromagnetische staaf op afstand van de tweede 10 ferromagnetische plaat is opgesteld en het bovenvlak van het vrije einde van de ferromagnetische staaf en het bovenvlak van de tweede ferromagnetische plaat in hetzelfde vlak liggen.

Een dergelijk magnetisch bevestigingsorgaan is bekend uit de Britse octrooiaanvrage 2.095.321. Indien hierbij het de plaatvormige permanente magneet omvattende element losgekoppeld is van het andere element van het bevestigingsorgaan treedt er een buiten het element verlopende magnetische lekflux op, 15 hetgeen ongewenst is daar dan metalen voorwerpen door het element worden aangetrokken. Ook kaarten, voorzien van magnetiseerbare strips kunnen hierdoor worden beschadigd. Met de uitvinding wordt beoogd dit nadeel van de bekende constructie te vermijden.

___Volgens de uitvinding is daartoe op afstand boven het bovenvlak van de tweede ferromagnetische plaat___________ een afscherm plaat uit magnetisch materiaal opgesteld, die, gezien in bovenaanzicht, het bovenvlak van de 20 tweede ferromagnetische plaat grotendeels afdekt, zodanig, dat alleen het bovenvlak van de ferromagnetische staaf en een in de nabijheid daarvan gelegen deel van het bovenvlak van de tweede ferromagnetische plaat vrijgelaten is, waarbij de afscheimpiaat een naar beneden gerichte afschermmantel uit magnetisch materiaal bezit, die aansluit op de buitenomtrek van de afscherm plaat en die de gehele omtrek van de tweede ferromagnetische plaat en de gehele omtrek van de permanente magneet op afstand omgeeft, 25 waarbij het vrije uiteinde van de mantel in contact is met de buitenomtrek van de eerste ferromagnetische plaat.

Door toepassing van de constructie volgens de uitvinding zijn de beide magnetische platen op effectieve wijze met elkaar verbonden en zal ten minste nagenoeg geen lekflux optreden.

Opgemerkt wordt, dat uit de Britse octrooiaanvrage 2.099.492 een soortgelijk magnetisch bevestigings-30 orgaan bekend is, waarbij gebruik wordt gemaakt van een afschermplaat met mantel, die uit niet magnetisch materiaal vervaardigd is. Een dergelijke uit niet magnetisch materiaal vervaardigde mantel kan het verloop van de magnetische flux niet beïnvloeden, zodat bij toepassing van een dergelijke uit niet magnetisch materiaal bestaande mantel het met de uitvinding beoogde effect niet kan worden gerealiseerd.

35 De uitvinding zal nu nader worden uiteengezet aan de hand van enige in de bijgaande tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeelden van de constructie volgens de uitvinding.

Figuur 1 toont een dwarsdoorsnedeaanzicht van een magnetisch bevestigingsorgaan volgens een de ! ' i"WlBÜHiW^BpWffTJUUU«llliyilüllH lUII ÜTOilBgPBIWIfWIW^·—— 40 op afstand van elkaar weergegeven.

Figuur 3 toont een dwarsdoorsnede van een tweede uitvoeringsvoorbeeld van een magnetisch bevestigingsorgaan volgens de uitvinding.

Figuur 4 toont een dwarsdoorsnede over een verder magnetisch bevestigingsorgaan volgens een derde uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding.

45

In de figuren 1 en 2 is een magnetisch bevestigingsorgaan volgens de uitvinding weergegeven. Het weergegeven magnetische bevestigingsorgaan omvat een vast element A en een beweegbaar element B.

Het vaste element A omvat een permanente magneetplaat 1 in de vorm van een ring, een ijzeren plaat 2 in de vorm van een schijf, opgesteld op het ondervlak (nabij de noord- of zuidpool) van de permanente 50 magneetplaat 1, een andere ijzeren plaat 3 in de vorm van een ring opgesteld op het bovenvlak (nabij de zuid- of noordpool) van de permanente magneetplaat 1, en een ijzeren staaf 4 rechtopstaand opgericht op een centraal gedeelte van de ijzeren plaat 2 en zich uitstrekkend door een centraal gat 5 gevormd in de permanente magneetplaat 1 naar de ijzeren plaat 3 tot aan een bovenste eindvlak 4A daarvan in één vlak gelegen met een bovenvlak 3A van de ijzeren plaat 3 om daardoor een magnetisch aantrekkend vlak te 55 vormen bij een centraal gedeelte van de ijzeren plaat 3 rondom de ijzeren staaf 4. Ben ringvormig gedeelte van de ijzeren plaat 3 buiten het magnetisch aantrekkende vlak is bedekt met een ringvormig afstands-orgaan 6 vervaardigd uit koper en een omgekeerde L-vormige dwarsdoorsnede bezittend. Een ringvormige magnetische scherm plaat 8, welke een omgekeerd L-vormige dwarsdoorsnede heeft overeenkomend met het ringvoimige afstandsorgaan 6 is opgesteld boven een bovenwand 6A van het ringvoimige afstands-orgaan 6 met een magnetische spleet daartussen opgesteld. Hier wordt de magnetische spleet gevormd door een koperen plaat 7 in de vorm van een ringvoimige ring. Een cilindrisch gedeelte van de magnetische 5 schermplaat 8 bedekt geheel de buitenste omtreksvlakken van de ijzeren plaat 3 en de permanente magneetplaat 1 en heeft een onderste einde 8A in contact met een buitenste omtreksiand van en magnetisch verbonden met de ijzeren plaat 2.

De hierboven beschreven afzonderlijke organen zijn bedekt en integraal met elkaar verbonden door een ringvormige afdekking 9, vervaardigd uit koper en voorzien van vier daarop gevormde vingers 9a, die zijn 10 omgebogen om gedeelten van het ondervlak van de ijzeren plaat 2 vast te houden. Een profielvormig bevestigingsbeenorgaan 10 is bevestigd aan een centraal gedeelte van het ondervlak van de ijzeren plaat 2.

Het bevestigingsbeenorgaan 10 is bevestigd aan de ijzeren plaat 2 door een basiseindgedeelte van de ijzeren staaf 4 vast te klinken op de ijzeren plaat 2 en het bevestigingsbeenorgaan 10.

Verder omvat het beweegbare element B een metalen kernorgaan 11 vervaardigd uit ijzer en een 15 diameter bezittend, die nagenoeg gelijk is aan of meer nauwkeurig een weinig kleiner is dan die van het binnenste cilindrisch gedeelte 9b van de afdekking 9, zodat het verwijderbaar kan worden aangetrokken en in contact gebracht met het magnetische aantrekkingsvlak van het hierboven beschreven vaste element A.

orgaan 11, en een bevestigingsbeenorgaan 13 te zamen met het metalen kernorgaan 11 en de schijf 12 20 verbonden door het metalen kernorgaan 11 vast te klinken op het bevestigingsbeenorgaan 13 en de schijf 12. Het moet worden opgemerkt, dat de schijf 12 is weergegeven als een buitendiameter te bezitten nagenoeg gelijk aan die van de afdekking 9, waarbij de diameters van de twee organen niet noodzakelijkerwijs gelijk aan elkaar behoeven te zijn en deze verdere schijf 12 kan zijn vervaardigd uit een magnetisch materiaal of een niet-magnetisch materiaal. De dikte van het metalen kernorgaan 11 is zodanig gekozen, 25 dat indien de schijf 12 in contact wordt gebracht met een bovenwand 9c van de afdekking 9 een ondervlak van het metalen kernorgaan 11 juist in contact kan zijn met het magnetisch aantrekkende vlak 4A van het vaste element A.

In het de hierboven beschreven constructie bezittende magnetische bevestigingsorgaan wordt, indien het ondervlak van het magnetische kernorgaan 11 van het beweegbare element B in contact wordt gebracht 30 met het magnetisch aantrekkende vlak 4A van het vaste element A, een magnetische baan zonder een luchtspieet voltooid door de ijzeren platen 2,3, de ijzeren staaf 4 en het metalen kernorgaan 11, zodat het beweegbare element B sterk wordt aangetrokkén op het vaste element A. Indien in tegenstelling daarmee het beweegbare element B wordt weggetrokken van het vaste element A, de aantrekkingskracht daartussen overwinnend, zal het grootste deel van de magnetische flux van de permanente magneetplaat 1, in 35 algemeen geval, verschijnen tussen een bovenste gedeelte van een zijwand van de ijzeren staaf 4 en een tegenoverliggend gedeelte van een binnenste omtrekswand van de ijzeren plaat 3, zoals met stippellijnen 14.

infiguurl aangeduid, maar een deel van de magnetische-flux kan verschijnen tussen, een bovenste- ___________ oppervlak van de ijzeren platen 3 en het bovenste eindvlak van de ijzeren staaf 4 zoals aangeduid door een ~ stippellljrrT5 in figuur l: De magnetische afschermplaat 8 s«^rmt echter“zödaniglteef‘vaö de magnètische^ 40 flux, dat anders buiten het vaste element A kan verschijnen, zoals aangeduid door de stippellijn 15 in figuur 1 af. In het bijzonder zou magnetische flux uitgestraald vanaf de ijzeren plaat 3 worden geïntroduceerd op de ijzeren plaat 2 door middel van de magnetische schermplaat 8, welke dezelfde magnetische polariteit als de ijzeren plaat 2 heeft. Dienovereenkomstig kan een dergelijke magnetische flux, die buiten het vaste orgaan A kan verschijnen, zoals aangeduid door de stippellijn 15 in figuur 1, minimaal worden gemaakt., 45 Feitelijke meting bewees dat de Intensiteit van het magnetische veld op een plaats juist boven de bovenwand 9c van de afdekking 9 ongeveer 800 gauss was in het geval van een gebruikelijk magnetisch bevestigingsorgaan dat niet een dergelijk magnetisch scherm heeft, zoals het magnetische scherm 8, maar dat dit magnetische veld werd verminderd tot ongeveer 100 gauss in het geval van het magnetische bevestigingsorgaan van het uitvoeringsvoorbeeld. Ook in het geval van een gewijzigd magnetisch 50 bevestigingsorgaan waarin de koperen plaat 7 van het magnetische bevestigingsorgaan van het uitvoeringsvoorbeeld is vervangen door een luchtspieet is op soortgelijke wijze de intensiteit van het magnetische veld ongeveer 100 gauss.

Het moet worden opgemerkt, dat terwijl in het boven beschreven uitvoeringsvoorbeeld de ijzeren staaf 4 rechtopstaand is opgericht op een centraal gedeelte van de ijzeren plaat 2 een soortgelijke functie zal 55 worden verkregen indien hij rechtopstaand op andere wijze bij een zijkap of excentrisch gedeelte van de ijzeren plaat 2 wordt opgericht, zoals weergegeven in figuur 3 teneinde het magnetisch aantrekkende vlak te vormen op een excentrische plaats van het vaste element A. Terwijl de afzonderlijke elementen van de

Claims

3 192424 vaste en beweegbare elementen A en B van het magnetische bevestigingsorgaan van het uitvoerings-voorbeeld behoudens de bevestigingsbeenorganen 10, 13 ieder in de vorm van een schijf of een ring zijn en dienovereenkomstig het magnetische bevestigingsorgaan een cirkelvormig profiel heeft, is het verder ook mogelijk een magnetisch bevestigingsorgaan te vervaardigen met een rechthoekig, veelhoekig of elliptisch 5 profiel onder gebruikmaking van rechthoekige of elliptische onderdelen. Verder kunnen de bovenwand van de afdekking 9 van het vaste element A en het tegenoverliggend gedeelte van de schijf 12 van het beweegbare element B ieder zijn gewijzigd in een trechtervorm zoals weergegeven in figuur 4, zodat het magnetisch aantrekkende vlak kan zijn opgesteld op een diepere plaats met betrekking tot de bovenzijde van het vaste element. Met de in figuur 4 weergegeven constructie kan 10 een voorwerp dat een afkeer heeft van magnetisme het magnetisch aantrekkende vlak van het vaste element A niet dichter benaderen dan de diepte van het binnenste cilindrische gedeelte 9b van de afdekking 9. Zoals blijkt uit de bovenstaande beschrijving kan volgens de uitvinding uitwendige lekkage van magnetische flux vanaf een vast element, indien een beweegbaar element van het vaste element wordt weggetrok-15 ken, minimaal worden gehouden. Dienovereenkomstig heeft het magnetische bevestigingsorgaan van de uitvinding een effect, dat de veiligheid daarvan ten opzichte van een voorwerp, zoals een magnetische kaart, welke geschikt is om gemakkelijk te worden beschadigd door magnetisme, worden verbeterd._______________________ 20 Conclusies

1. Magnetisch bevestigingsorgaan voorzien van een tweetal losmaakbaar met elkaar te verbinden elementen, waarbij een van de elementen is voorzien van een plaatvormige permanente magneet, die magnetische polen nabij het bovenvlak en nabij het ondervlak daarvan bezit en die met zijn ondervlak rust op een eerste 25 ferromagnetische plaat, waarbij een met de eerste ferromagnetische plaat verbonden ferromagnetische staaf zich vanaf deze eerste ferromagnetische plaat omhoog uitstrekt in de richting naar een tweede ferromagnetische plaat, die op het bovenvlak van de plaatvormige permanente magneet rust, waarbij het vrije einde van de ferromagnetische staaf op afstand van de tweede ferromagnetische plaat is opgesteld en het bovenvlak van het vrije einde van de ferromagnetische staaf en het bovenvlak van de tweede ferromagneti-30 sche plaat in hetzelfde vlak liggen, met het kenmerk, dat op afstand boven bet bovenvlak van de tweede ferromagnetische plaat een afscheimplaat uit magnetisch materiaal is opgesteld, die, gezien in bovenaanzicht, het bovenvlak van de tweede ferromagnetische plaat grotendeels afdekt, zodanig, dat alleen het bovenvlak van de ferromagnetische staaf en een in de nabijheid daarvan gelegen deel van het bovenvlak van de tweede ferromagnetische plaat vrijgelaten is, waarbij de afschermplaat een naar beneden gerichte 35 afschermmantel uit magnetisch materiaal beat, die aansluit op de buitenomtrek van de afschermplaat.en die de gehele omtrek van de tweede ferromagnetische plaat en de gehele omtrek van de permanente magneet deièMitonomtrek van· do oomte» ferromagnetische plaat. ____________

2. Magnetisch bevestigingsorgaan volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ruimte tussen het___________ '40 bovenvlak van de tweede ferromagnetische plaat en de afschermplaat gevuld is met niet magnetisch materiaal. Hierbij 4 bladen tekening