NL192024C - Inrichting voor het vastklemmen van een parasolstok aan een voet-tap van een voetstuk. - Google Patents

Description

11 192024

Inrichting voor het vastklemmen van een parasolstok aan een voettap van een voetstuk

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het vastklemmen van een parasolstok aan een voettap van een voetstuk. Een dergelijke inrichting is bekend uit het Zwitserse octrooischrift 338.567. Dit octrooi-5 schrift toont in de figuren 10 en 11 een klemring, die een geheel vormt met de parasolstok die is uitgerust met uitstekende flenzen, die door middel van schroeven samengetrokken respectievelijk losgemaakt worden, zodat de parasolstok door de klemring aan de voettap vastgeklemd of over de voettap doorgelaten kan worden. Deze klemfixering heeft dus de vorm van een ringconstructie met een sleuf, die over de sleufbreedte samentrekbaar is en met zijn binnenvlak om de voettap van het voetstuk grijpt.

10 Een nadeel van de bekende inrichting is, dat de schroef en de flenzen uit het manchet steken en daardoor verwondingen en beschadigingen bij het hanteren van een dergelijke parasol veroorzaken. De metalen onderdelen van de klemmiddelen zijn door hun volledig open opstelling zonder bescherming aan de weersinvloeden blootgesteld en daardoor vaak aan sterke corrosie onderworpen.

Het is een doel van de uitvinding een verbeterde vastkleminrichting voor een parasolstok te verschaffen. 15 Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt met een vastkleminrichting van de in de aanhef aangegeven soort, waarbij een manchet in de vorm van een buisstuk wordt toegepast, dat de voettap en de parasolstok cilindervormig kan omgrijpen, welk buisstuk ten minste is uitgerust met een kleminrichting voor een parasolstok, waartoe zijdelings aan het buisstuk een holle kap bevestigd is, waarbij de langshartlijn van de holle kap de langshartlijn van het buisstuk op afstand althans in hoofdzaak loodrecht kruist, waarbij een aan 20 de kap grenzend segment van de wand van het buisstuk hoefijzervormig uit de wand van het buisstuk is losgesneden en via een verbindingsdeel veerbaar met het resterende deel van de wand van het buisstuk is verbonden, waarbij aan het veerbare segment een tweede buisstuk is bevestigd, dat coaxiaal met speling in één uiteinde van de kap is opgenomen, waarbij tegen de buitenzijde van het tweede buisstuk een draaikop van een schroefspindel ligt, welke schroefspindel met speling door het tweede buisstuk loopt en met een 25 van schroefdraad voorzien gat in een contradeel, dat deel uitmaakt van het tegenoverliggende einde van de kap, samenwerkt, waarbij een zekere afstand aanwezig is tussen de naar elkaar toegekeerde oppervlakken van het tweede buisstuk en het contradeel.

Hiermee is een kleminrichting voor een parasolstok verschaft met een rondom gesloten en compact klemmanchet, dat dus geen langssleuf van het manchetlichaam of storend uitstekende manchetkanten en 30 -hoeken, noch hinderlijke uitstekende schroefmiddelen omvat, aangezien de draaikop van de schroefspindel tegen het tweede buisstuk aan het veerbare segment van het buisstuk van de manchet aan ligt. Het hoefijzervormig uitgesneden veerbare segment van de wand van het buisstuk wordt door het aanspannen van de schroefspindel tegen de parasolstok gedrukt om deze vast te klemmen. Alle klemmiddelen zijn opgenomen in het buisstuk en de kap van het manchet, zodat het gevaar van verwondingen of het 35 beschadigen van kleding bij het hanteren van de parasolstok vermeden wordt, en het gehele klem-mechanisme ook tegen weersinvloeden en corrosie-invloeden beschermd is.

Opgemerkt wordt, dat het Duitse gebruiksmodel 1.889.492 een kleminrichting voor het vastzetten van een parasolstok op een balkon-balustrade beschrijft, waarbij met behulp van een schroefbout, die wordt aangetrokken door een vleugelmoer en een veerbare tong, die uit de wand van een de parasolstok 40 opnemend buisstuk is losgesneden en via een verbindingsdeel veerbaar met het resterende deel van de wand van het buisstuk is verbonden, tegen de parasolstok wordt gedrukt om deze vast te klemmen. Ook bij deze kleminrichting bestaat gevaar voor verwondingen en beschadiging van kleding, omdat het door de vleugelmoer getrokken einde van de schroefbout samen met de vleugelmoer zelf buiten de kleminrichting uitsteken. Indien deze schroefmiddelen uit metaal zijn vervaardigd kan ook corrosie optreden.

45 Volgens een voordelige uitvoering is het contradeel als een afzonderlijk deel over een begrensde afstand axiaal verschuifbaar maar niet verdraaibaar in het tegenoverliggende einde van de kap opgenomen, waarbij het contradeel is uitgerust met een flens voor samenwerking met een aanslagkant van de kap ter begrenzing van zijn insteekdiepte in de kap, waarbij het contradeel zodanig is gedimensioneerd en de insteek-diepte van het contradeel in de kap zodanig groot kan zijn, dat een aan de ronding van het binnenoppervlak 50 van de wand van het buisstuk aangepaste wang van het contradeel met de wang van het veerbare segment van het buisstuk een om de parasolstok klembare tangconstructie kan vormen. Bij deze uitvoering kunnen beide wangen de parasolstok als een tang extra goed vast klemmen.

De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin bij wijze van 55 voorbeeld een uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding is weergegeven. In de tekening toont: figuur 1 in perspectief een kleminrichting volgens de uitvinding in samenwerking met een ten dele

Claims (2)

3 192024 gevolg, dat het segment 3b in aanraking met de schroefknevel 4 verend naar buiten zwenkt en de radiaal in de parasolstok-doorgang T gedrukte plaat B1 weer buiten aanraking met de parasolstok 2 komt. 5 Conclusies

1. Inrichting voor het vastklemmen van een parasolstok aan een voettap van een voetstuk, met het kenmerk, dat een manchet (M) in de vorm van een buisstuk (3) wordt toegepast, dat de voettap (1) en de parasolstok (2) cilindervormig kan omgrijpen, welk buisstuk (3) ten minste is uitgerust met een kleminrichting 10 voor een parasolstok, waartoe zijdelings aan het buisstuk (3) een holle kap (K) bevestigd is, waarbij de langshartlijn (X'-X7) van de holle kap (K) de langshartlijn (X-X) van het buisstuk (3) op afstand (D) althans in hoofdzaak loodrecht kruist, waarbij een aan de kap (K) grenzend segment (3b) van de wand (3') van het buisstuk (3) hoefijzervormig uit de wand (3') van het buisstuk (3) is losgesneden en via een verbindingsdeel veerbaar met het resterende deel van de wand (3') van het buisstuk (3) is verbonden, waarbij aan het 15 veerbare segment (3b) een tweede buisstuk (3b7) is bevestigd, dat coaxiaal met speling in één uiteinde van de kap (K) is opgenomen, waarbij tegen de buitenzijde van het tweede buisstuk (3b') een draaikop (4) van een schroefspindel (4") ligt, welke schroefspindel (4") met speling door het tweede buisstuk (3b7) loopt en met een van schroefdraad voorzien gat in een contradeel (5), dat deel uitmaakt van het tegenoveriiggende einde van de kap (K), samenwerkt, waarbij een zekere afstand aanwezig is tussen de naar elkaar 20 toegekeerde oppervlakken van het tweede buisstuk (3b7) en het contradeel (5).

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het contradeel (5) als een afzonderlijk deel over een begrensde afstand axiaal verschuifbaar maar niet verdraaibaar in het tegenoverliggende einde van de kap (K) is opgenomen, waarbij het contradeel (5) is uitgerust met een flens (5") voor samenwerking met een aanslagkant (K°) van de kap (K) ter begrenzing van zijn insteekdiepte in de kap (K), waarbij het contradeel 25 (5) zodanig is gedimensioneerd en de insteekdiepte van het contradeel (5) in de kap (K) zodanig groot kan zijn, dat een aan de ronding van het binnenoppervlak (377) van de wand (3') van het buisstuk (3) aangepaste wang (B2) van het contradeel (5) met de wang (B1) van het veerbare segment (3b) van het buisstuk (3) een om de parasolstok (2) klembare tangconstructie kan vormen. Hierbij 1 blad tekening