NL1042137B1 - Inrichting voor het oprollen en afrollen van schrikdraad - Google Patents

Abstract

Inrichting voor het oprollen en afrollen van schrikdraad waarbij de draad strak en gelijkmatig wordt opgewonden omdat volgens de uitvinding het tempo van oprollen wordt aangepast aan de dikte van het opgerolde pakket op de haspel en dus de draad altijd onder dezelfde spanning wordt aangevoerd en omdat de draad gelijkmatig over de haspel wordt verdeeld.

Description

Inrichting voor het oprollen en afrollen van schrikdraad

De uitvinding betreft een inrichting voor het op- en afrollen van draad, lint of band zoals bijvoorbeeld in gebruik voor het geleiden van stroom door een schrikdraad omheining.

Deze heiningen zijn relatief gemakkelijk te verplaatsen of tijdelijk weg te halen en dit gebeurt vaak voor rantsoenbeweiding en om het wei landgebruik flexibeler te maken of het maaien, bemesten en slepen te vergemakkelijken.

Dit plaatsen en wegnemen van de schrikdraad heining gebeurt meestal handmatig. De schrikdraad of het schriklint wordt dan met een haspel afgerold en opgerold. Soms door een inrichting die op een transportmiddel is bevestigd waarbij de haspel of haspels worden aangedreven.

Als de draad niet gelijkmatig wordt opgerold ontstaan er kinken, lussen en knopen in de draad die problemen kunnen veroorzaken als de draad wordt afgerold bij het zetten van de nieuwe omheining. Dit wordt mede veroorzaakt doordat de diameter van de haspel waarop de schrikdraad wordt opgerold na verloop van tijd groter wordt waardoor bij eenzelfde rotatiesnelheid van de as, waarop de haspel bevestigd is, de schrikdraad veel sneller en dus strakker wordt opgerold.

Vaak zijn bovengenoemde inrichtingen voor het strak en gelijkmatig oprollen van de draad voorzien van een slip inrichting en een draad geleide inrichting. Een dergelijke inrichting wordt beschreven in octrooischrift GB2403709.

Een nadeel van de bestaande inrichtingen is dat de slip inrichting en draad geleide inrichting niet goed genoeg werken, zo kost het voortdurend slippen van de aandrijving veel energie, hetgeen het voortduwen van de inrichting erg zwaar maakt.

De uitvinding wil bovengenoemde nadelen opheffen door het gebruik van een inrichting voor het gelijkmatig en strak oprollen van de draad, die simpel is en weinig wrijving veroorzaakt. Om te bewerkstelligen dat bij een bepaalde snelheid van de inrichting, de haspel met een variabele snelheid kan ronddraaien en wel zodanig dat de draad altijd even strak wordt opgerold, wordt de haspel scharnierend opgehangen en wordt door middel van een veer de snaar op spanning gehouden. Bij het overschrijden van een bepaalde spanning op de draad wordt de as van de haspel tegen de veerdrak ingetrokken waardoor de spanning op de as afneemt en de draaisnelheid van de haspel zich aanpast.

Om de ongelijkmatige verdeling van de draad van links naar rechts op de haspel te voorkomen, wordt in de regel gebruik gemaakt van een mechaniek dat de aanvoer van de draad langzaam van links naar rechts en omgekeerd laat bewegen. Dit is een relatief dure oplossing die bijvoorbeeld een vertragingskastje en een heen en weer gaand mechaniek noodzakelijk maken.

De uitvinding heft dit laatste nadeel op, door het oprolapparaat te voorzien van een inrichting bestaande uit een draadgeleider gemonteerd op een geleide arm die naar alle kanten kan bewegen en die door zijn vorm en de druk van de aangespannen aangevoerde draad op de draadgeleider, altijd de draad naar de plaats zaal dirigeren waar de rol de minste diameter heeft en dus gelijkmatig over de haspel zal worden verdeeld.

Ook maakt de uitvinding het mogelijk meerdere draden op dezelfde rol of op meerdere rollen tegelijk op te winden met behoud van het bovenvermelde voordelen.

De inrichting bestaat uit een transportmiddel waarop de inrichting is gemonteerd. Volgens het voorbeeld heeft dit transportmiddel een of meerdere wielen en beschikt evenals een kruiwagen over twee draagstangen voorzien van handvatten, waarmee de ene zijde van het apparaat kan worden opgelicht en zo kan worden voortbewogen.

Het transportmiddel is voorzien van een bak die kan worden gebruikt om de heiningpalen, onderdelen en gereedschap mee te vervoeren. De op het transportmiddel bevestigde oprolinrichting is voorzien van twee assen loodrecht op de rijrichting met ieder een eigen aandrijving en waarop een haspel bevestigd is. Om deze assen aan te drijven is een poelie bevestigd op het aandrijfwiel van de inrichting en een poelie op de assen waarop de haspels bevestigd zijn.

Deze poelies zijn zodanig verschillend van diameter dat deze, met elkaar verbonden door een aandrijfsnaar, de haspel vanaf het begin van het op wikkelen een snelheid geeft die nodig is om de draad stevig rond de haspel te wikkelen. Om nu de snelheid van de aangedreven as aan te kunnen passen, is deze via een scharnierende arm opgehangen binnen het frame en houd een instelbare veer de snaar op spanning. Zodra de spanning op de draad toeneemt zal de arm waarop de as gemonteerd is, tegen de trekkracht van de veer in de richting van het aandrijfwiel worden getrokken waardoor de aandrijfsnaar zich ontspant en de aandrijving stopt en vervolgens herstelt zodra de spanning op de draad weer is afgenomen. Deze manier om de snelheid van de haspel te regelen geeft weinig wrijving zodat dit ook weinig kracht vraagt om de inrichting voort te bewegen.

Om de gelijke verdeling van de oprollende draad op de haspel eenvoudig te bereiken, is een inrichting ontwikkeld, bestaande uit een draadgeleider die altijd de plaats met de kleinste diameter van de rol draad op de haspel opzoekt.

Hiervoor is volgens de uitvinding aan de voorzijde van de inrichting een geleide oog en een geleide arm bevestigd. Deze geleide-arm is zodanig bevestigd dat deze zowel verticaal als horizontaal kan bewegen. De geleide arm dient zijn einde te vinden net voorbij het middelpunt van de as van de haspel. Aan dit einde van de geleide-arm is een draadgeleider bevestigd die zodanig is vormgegeven dat deze gemakkelijk over de op de haspel opgewonden draad glijdt. Doordat de op spanning gebrachte aangevoerde draad, de op het uiteinde van de geleide-arm gemonteerde draadgeleider strak tegen de oprollende draad op de haspel drukt, zal deze steeds de plaats opzoeken waar de diameter van de opgerolde draad het kleinst is en zo de draad gelijkmatig over de haspel verdelen.

De uitvinding zal hier worden beschreven aan de hand van een voorbeeld onder verwijzing naar de bijgevoegde tekeningen.

Figuur 1 toont schematisch een zijaanzicht van de inrichting volgens de uitvinding, waarbij ter wille van de duidelijkheid van de figuur bepaalde onderdelen zijn weggelaten.

Transportmiddel (1) met aandrijfwiel (2) en frame (3) en de binnen dit frame scharnierend bevestigde ophangarm (4) met as (5) en haspel (6). Aan het aandrijfwiel (2) en de as (5) van haspel (6) zijn poelies (8) en (7) bevestig, over beide poelies loopt de aandrijfsnaar (9).

Een instelbare veer (10) is aan de ene kant bevestigd aan het frame (3) en aan de andere kant aan de ophangarm (4) waarbij de aandrijfsnaar (9) zodanig wordt gespannen, dat als de kracht uitgeoefend door de op te rollen schrikdraad een bepaalde waarde overstijgt, de onderkant van ophangarm (4) enigszins in de richting van de aandrijfwiel (2) wordt getrokken en de aandrijfsnaar (9) enigszins wordt gelost.

Figuur 2 toont een schematisch zijaanzicht van een deel van de inrichting volgens de uitvinding.

Toont een aan de voorkant van de inrichting bevestigd geleide oog (12) en een draad geleide arm (13). Deze geleide arm reikt tot juist voorbij het middelpunt van de as (5) van de haspel (6). Aan het einde van de geleide arm (13) is een draad geleider (14) bevestigd die zodanig glad en rond is vormgegeven dat deze gemakkelijk over de op de haspel (6) opgerolde draad (15) kan bewegen. Door de spanning op de aangevoerde draad (11) zal de draadgeleider (14) altijd de plaats opzoeken waar de opgerolde draad de kleinste diameter heeft en dus de haspel gelijkmatig vullen.

Claims (2)

1. Een inrichting voor het op- en afrollen van schrikdraad waarbij de inrichting is voorzien van een aandrijfwiel, een aandrijfsnaar en een daardoor aangedreven haspel waarop een draad wordt opgewonden met het kenmerk dat de as (5) van haspel (6) aan een ophangarm (4) is bevestigd die aan de andere zijde scharnierend aan het frame (3) bevestigde is waarbij as (5) door middel van een veer (10) in een richting vanaf het aandrijfwiel (2) getrokken wordt en zo aandrijfsnaar (9) op spanning houdt terwijl, indien de spanning op de op te rollen draad (11) toeneemt, de as (5) tegen de veerdruk in, in de richting van het aandrijfwiel (2) bewogen wordt, waardoor de spanning op de aandrijfsnaar (9) opgeheven wordt, waardoor de draaisnelheid van de haspel (6) afiieemt zodat de draad gelijkmatig op de haspel wordt opgerold.

2 Een inrichting volgens conclusie 1 met het kenmerk dat aan de voorzijde van de inrichting een geleide oog (12) en een geleide-arm (13) zijn bevestigd waarbij de geleide-arm (13) zodanig bevestigd is, dat deze zowel horizontaal als verticaal kan bewegen en waarbij deze geleide-arm (13) zijn einde vindt voorbij het middelpunt van haspel (6) terwijl op dit einde een draadgeleider (14) bevestigd is, die zo met rondingen vormgegeven is, dat deze gemakkelijk over de op de haspel (6) opgewonden draad (15) glijdt, zodat de op spanning gebrachte aangevoerde draad (11) de op de geleid-arm (10) bevestigde draadgeleider (14) strak tegen de op de haspel (6) opgewonden draad drukt zodat draadgeleider (14) steeds die kant van de haspel (6) opzoekt waar de diameter van de opgewonden draad (15) het kleinst is en de draad gelijkmatig over haspel (6) verdeeld wordt