NL1040270C2

NL1040270C2 - SIPHON SYSTEM.

Info

Publication number: NL1040270C2
Application number: NL1040270A
Authority: NL
Inventors: Richard Petrus Cornelis Johannes Groen
Original assignee: R In T Groen Holding B V
Priority date: 2013-06-25
Filing date: 2013-06-25
Publication date: 2015-01-05
Also published as: WO2014209107A1; DK3014029T3; PL3014029T3; ES2673011T3; EP3014029B1; SI3014029T1; EP3014029A1

Abstract

A siphon assembly (1000) comprises a transit tube part (300) and a siphon unit (600). The siphon unit comprises a siphon container (100) with a bottom (101 ) and side walls (102, 103); a passage (110) in front wall (102); and around the passage a collar (120) of rubber or silicone extending out of the front wall. The siphon unit further comprises a siphon cap (200) with an upper side (201 ) and side walls (202, 203), and a passage (210) in a front wall (202). The siphon container is arranged within the siphon cap, with the collar extending outwards through the passage of the siphon cap. The circumferential groove (212) of the passage of the siphon cap is located in a circumferential groove (121 ) of the collar. The transit tube part has a coupling flange (310) with a front face (320). At its lower side, the coupling flange is provided with a receiving space (314) for hingedly coupling to the siphon cap. A latching member (330) latches the upper side of the siphon cap to the upper side of the coupling flange.

Description

Titel: Sifonstelsel GEBIED VAN DE uitvindingTitle: Siphon system FIELD OF THE INVENTION

De onderhavige uitvinding heeft in zijn algemeenheid betrekking op een sifonconstructie. ACHTERGROND VAN DE uitvindingThe present invention relates in general to a siphon construction. BACKGROUND OF THE INVENTION

Voor het opvangen van water in een sanitaire ruimte, zoals bijvoorbeeld een badkamer, een doucheruimte, etc, en het afvoeren van dat water naar een riool, is het bekend om in de afvoerleiding een stankslot op te nemen om te voorkomen dat geuren vanuit dat riool die sanitaire ruimte kunnen bereiken. De werking van een stankslot is er op gebaseerd, dat ten minste één leidingsegment volledig is gevuld met water. Dat leidingsegment is stijgend in de afvoerrichting, d.w.z. de richting van sanitaire ruimte naar riool, doorgaans zelfs vertikaal.For collecting water in a sanitary room, such as, for example, a bathroom, a shower room, etc., and for discharging that water to a sewer, it is known to include a stench trap in the drain pipe to prevent odors from that sewer who can reach sanitary space. The operation of a stench trap is based on the fact that at least one pipe segment is completely filled with water. That conduit segment is rising in the discharge direction, i.e. the direction from sanitary space to sewer, usually even vertically.

Stanksloten komt men tegen onder baden en wastafels. Doorgaans is de daar aanwezige ruimte geen belemmering voor de constructie van een stankslot. Stanksloten zijn echter ook nodig in de afvoer van water vanaf de vloer van een ruimte, zoals een doucheruimte. Voor het opvangen en afvoeren van water vanaf de vloer zijn gootvormige opvangconstructies ontwikkeld, die bijvoorbeeld worden geplaatst langs een muur en daar het van de vloer af stromende water opvangen. Uit de aard der zaak moeten de gootvormige opvangconstructies gemonteerd zijn onder het vloerniveau. De beschikbare ruimte is daar echter klein, en dat geldt met name voor de opbouwhoogte. Bij een bijzonder gunstig ontwerp bevindt de afvoerleiding zich kort onder het vloeroppervlak, in hoofdzaak boven het niveau van de bodem van de opvanggoot, en sluit de afvoerleiding aan op een zijwand van de opvanggoot. In de afvoerleiding, buiten de goot, is dan geen ruimte voor een stankslot. Daarenboven kan een stankslot verstopt raken, en het is gewenst dat het stankslot benaderbaar is voor reinigingsdoeleinden. Om deze reden is een oplossing gevonden in de vorm van een binnen de goot te plaatsen stankslotconstructie, die zal worden aangeduid als sifon.You will find stench locks under baths and sinks. Usually, the space present there is no obstacle to the construction of a stench lock. However, smell locks are also needed in the drainage of water from the floor of a room, such as a shower room. For collecting and draining water from the floor, gutter-shaped collecting constructions have been developed, which are, for example, placed along a wall and there collect the water flowing off the floor. By their nature, the trough-shaped collection structures must be mounted below the floor level. However, the available space there is small, and that applies in particular to the construction height. With a particularly favorable design, the discharge line is located shortly below the floor surface, substantially above the level of the bottom of the receiving gutter, and the discharge line connects to a side wall of the receiving gutter. In the drain pipe, outside the gutter, there is no room for a stench lock. In addition, a stench lock can become clogged, and it is desirable that the stench lock be approachable for cleaning purposes. For this reason, a solution has been found in the form of a stench lock to be placed inside the gutter, which will be referred to as a trap.

Een voorbeeld van een dergelijke sifon is beschreven in het Nederlandse octrooi 1035003. Deze bekende sifon omvat een bak met een gesloten bodem en gesloten zijwanden, en een kap met een gesloten bovenkant en gesloten zijwanden. De kap is groter dan de bak, en is geplaatst over de bak, waarbij de bovenrand van de bak hoger ligt dan de onderrand van de kap. De bak heeftjn één van zijn zijwanden een doorlaatopening, evenals de kap. In de gebruikstoestand zijn deze doorlaatopeningen met elkaar uitgelijnd, en sluiten zij waterdicht aan op een doorlaatopening in een verticale wand van de goot, waar aan de buitenzijde een afvoerpijp is aangesloten. Uit de goot wegstromend water stroomt onder de onderrand van de kap door, omhoog en dan over de bovenrand van de bak, naar de genoemde doorlaatopeningen en naar de afvoerpijp. Voor schoonmaakdoeleinden kunnen de kap en de bak uit de goot worden weggenomen. SAMENVATTING VAN DE uitvindingAn example of such a siphon is described in Dutch patent 1035003. This known siphon comprises a container with a closed bottom and closed side walls, and a cap with a closed top and closed side walls. The cap is larger than the tray, and is placed over the tray, the upper edge of the tray being higher than the lower edge of the cap. The container has a passage opening in one of its side walls, as well as the hood. In the position of use, these passage openings are aligned with each other, and they connect watertight to a passage opening in a vertical wall of the gutter, where a discharge pipe is connected on the outside. Water flowing out of the trough flows under the bottom edge of the hood, upwards and then over the top edge of the basin, to the said passage openings and to the drain pipe. For cleaning purposes, the hood and the container can be removed from the gutter. SUMMARY OF THE INVENTION

Bij de sifon zoals beschreven in het Nederlandse octrooi 1035003, zijn de kap en de bak separate onderdelen die afzonderlijk door middel van een verticale schuif-beweging in de goot worden geplaatst of uit de goot worden weggenomen. Er zijn dan op twee plaatsen afdichtingen nodig. Het document toont, dat de bak is voorzien van een aansluitflens met een in een zich om de doorlaatopening uitstrekkende groef opgenomen afdichtingsring. Die aansluitflens wordt vastgehouden door geleiders aan weerszijden van een met de goot geassocieerde aansluitflens. De waterdichte afdichting wordt bereikt door het contact tussen de afdichtingsring en de twee aansluitflenzen; daarvoor is een vrij hoge aandrukkracht nodig van de afdichtingsring tegen de met de goot geassocieerde aansluitflens. Tijdens het plaatsen of wegnemen schuift de afdichtingsring over de met de goot geassocieerde aansluitflens, hetgeen vrij lastig gaat juist vanwege die hoge aandrukkracht. Bij het wegnemen is het dan vrij lastig om de goede kracht op de bak uit te oefenen, aangezien er in de goot weinig ruimte is voor de gebruiker of de monteur om vingers achter de bak te krijgen. Bij het plaatsen schuift de afdichtingsring eerst voor de doorlaatopening in de met de goot geassocieerde aansluitflens om vervolgens aan te komen bij de onderrand van die doorlaatopening; hierbij bestaat het gevaar dat de afdichtingsring blijft haken achter de onderrand van die doorlaatopening en uit zijn groef wordt getrokken, zodat er van een afdichtende werking geen sprake meer is.With the siphon as described in Dutch patent 1035003, the cap and the container are separate parts that are separately placed in the gutter or removed from the gutter by means of a vertical sliding movement. Seals are then needed in two places. The document shows that the trough is provided with a connecting flange with a sealing ring received in a groove extending around the passage opening. This connecting flange is held by conductors on either side of a connecting flange associated with the gutter. The watertight seal is achieved by the contact between the seal ring and the two connecting flanges; for this a fairly high pressing force is required of the sealing ring against the connecting flange associated with the gutter. During the placement or removal, the sealing ring slides over the connecting flange associated with the gutter, which is quite difficult precisely because of this high pressing force. When removing it, it is then quite difficult to exert good force on the trough, since there is little room in the gutter for the user or the fitter to get fingers behind the trough. When placing, the sealing ring first slides in front of the passage opening in the connecting flange associated with the trough and then arrives at the bottom edge of said passage opening; there is a danger here that the sealing ring will catch on the lower edge of that passage opening and be pulled out of its groove, so that there is no longer any sealing effect.

Er zijn ook sifon-constructies bekend waarbij aan de sifon een buisdeel is bevestigd, en waarbij dat buisdeel in de afvoerpijp wordt geschoven, met een axiale schuifbeweging evenwijdig aan de lengterichting van de afvoerpijp en dus loodrecht op de zijwand van de goot. Een groot bezwaar van deze constructie is echter, dat de goot vrij breed moet zijn om deze schuifbeweging van de sifon toe te laten: de breedte van de goot moet minimaal zo groot zijn als de breedte van de sifon plus de lengte van het genoemde buisdeel.Siphon constructions are also known in which a pipe part is attached to the siphon and in which said pipe part is slid into the discharge pipe, with an axial sliding movement parallel to the longitudinal direction of the discharge pipe and thus perpendicular to the side wall of the gutter. A major drawback of this construction, however, is that the gutter must be fairly wide to allow this sliding movement of the siphon: the width of the gutter must be at least as large as the width of the siphon plus the length of the said pipe part.

Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een sifon-constructie waarbij de bovengenoemde problemen zijn geëlimineerd of althans verminderd.An object of the invention is to provide a siphon construction in which the above-mentioned problems are eliminated or at least reduced.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGENBRIEF DESCRIPTION OF THE DRAWINGS

Deze en andere aspecten, kenmerken en voordelen van de onderhavige uitvinding zullen nader worden verduidelijkt door de volgende beschrijving van één of meerdere uitvoeringsvoorbeelden onder verwijzing naar de tekeningen, waarin gelijke verwijzingscijfers gelijke of vergelijkbare onderdelen aanduiden, waarin aanduidingen "onder/boven", "hoger/lager", "Hnks/rechts" etc uitsluitend betrekking hebben op de in de figuren weergegeven oriëntatie, en waarin: figuur 1A schematisch een zijaanzicht toont van een langwerpige goot; figuur 1B schematisch een dwarsdoorsnede toont van een langwerpige goot; figuur 1C schematisch een dwarsdoorsnede toont van een andere uitvoeringsvorm van een langwerpige goot; figuur 2A toont een perspectiefaanzicht van een mogelijke uitvoeringsvorm van een sifonstelsel volgens de onderhavige uitvinding in uiteengenomen toestand; figuur 2B een dwarsdoorsnede toont van het sifonstelsel van figuur 2A; figuur 3 een dwarsdoorsnede toont van een sifoneenheid; figuur 4 een dwarsdoorsnede toont van een doorvoerbuisdeel; de figuren 5A-5C het plaatsen van een sifoneenheid illustreren. GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE uitvindingThese and other aspects, features and advantages of the present invention will be further elucidated by the following description of one or more exemplary embodiments with reference to the drawings, in which like reference numerals indicate like or similar parts, in which indications "below / above", "higher / lower "," Hnks / rechts "etc relate solely to the orientation shown in the figures, and in which: figure 1A schematically shows a side view of an elongated gutter; Figure 1B schematically shows a cross section of an elongated gutter; Figure 1C schematically shows a cross-section of another embodiment of an elongated gutter; Fig. 2A shows a perspective view of a possible embodiment of a trap system according to the present invention in exploded state; Figure 2B shows a cross section of the trap system of Figure 2A; Figure 3 shows a cross section of a siphon unit; Figure 4 shows a cross-section of a lead-through tube part; Figures 5A-5C illustrate the placement of a siphon unit. DETAILED DESCRIPTION OF THE INVENTION

Figuur 1A toont schematisch een zijaanzicht van een langwerpige goot 10, en figuur 1B toont schematisch een dwarsdoorsnede volgens de lijn B-B in figuur 1A. De goot 10 heeft een bodem 11, longitudinale zijwanden 12 en 13, en kopse zijwanden 14 en 15. De bovenzijde 16 van de goot 10 is open, en vormt een instroomopening die omgeven wordt door bovenranden van de wanden 11, 12, 13, 14. Voor gebruik wordt de goot 10 bijvoorbeeld gemonteerd in een vloer van een doucheruimte, met de bovenzijde 16 op gelijk niveau met of lager liggend dan het vloerniveau. De bodem 11 mag in principe horizontaal zijn, maar is bij voorkeur, en zoals getoond, hellend naar een laagste punt, dat in het getoonde voorbeeld in het midden van de goot is gelegen. Ter hoogte van dat laagste punt is in een zijwand 12 een afvoer-opening 17 gevormd. Water dat van de vloer van de doucheruimte moet worden afgevoerd, stroomt over de randen van de zijwanden de goot 10 in, en stroomt uiteindelijk via de afvoeropening 17 naar een ter wille van de eenvoud niet weergegeven afvoerpijp.Figure 1A schematically shows a side view of an elongated trough 10, and Figure 1B schematically shows a cross-section along the line B-B in Figure 1A. The trough 10 has a bottom 11, longitudinal side walls 12 and 13, and end side walls 14 and 15. The top 16 of the trough 10 is open, and forms an inflow opening surrounded by upper edges of the walls 11, 12, 13, 14 For use, the gutter 10 is mounted, for example, in a floor of a shower room, with the top 16 at the same level with or lying lower than the floor level. The bottom 11 may in principle be horizontal, but is preferably, and as shown, inclined to a lowest point, which in the example shown is located in the middle of the trough. A drain opening 17 is formed in a side wall 12 at that lowest point. Water to be discharged from the floor of the shower room flows over the edges of the side walls into the gutter 10, and finally flows via the discharge opening 17 to a discharge pipe not shown for the sake of simplicity.

Voor het monteren van een sifon is de goot 10 bij de afvoeropening 17 voorzien van een verticaal montagevlak 20. Afhankelijk van het materiaal van de goot 10 kan het montagevlak 20 een vlak gedeelte zijn van de zijwand 12, of een separaat onderdeel dat aan de zijwand 12 is bevestigd. Figuur 1B toont een uitvoeringsvorm die bijvoorbeeld bruikbaar is als de goot 10 is gemaakt van metaalplaat. Het montagevlak 20 kan dan zijn vastgemaakt op een metalen buisdeel 21 van een paar cm lengte, dat kan zijn vastgelast in de afvoeropening 17. Het montagevlak 20 kan zijn vastgelast op het metalen buisdeel 21, of als een integraal geheel zijn gevormd met dat metalen buisdeel 21. Het buisdeel 21 steekt uit buiten de zijwand 12 van de goot, en kan op een willekeurig geschikte wijze worden gekoppeld met een ter wille van de eenvoud niet weergegeven afvoerpijp.For mounting a siphon, the gutter 10 at the discharge opening 17 is provided with a vertical mounting surface 20. Depending on the material of the gutter 10, the mounting surface 20 can be a flat part of the side wall 12, or a separate part which is attached to the side wall. 12 is confirmed. Figure 1B shows an embodiment that is useful, for example, when the trough 10 is made of metal plate. The mounting surface 20 can then be fixed to a metal pipe part 21 of a few cm length, which can be welded into the discharge opening 17. The mounting surface 20 can be welded to the metal pipe part 21, or be formed as an integral whole with that metal pipe part 21. The pipe part 21 protrudes outside the side wall 12 of the gutter, and can be coupled in any suitable manner to a discharge pipe not shown for the sake of simplicity.

Figuur 1C toont schematisch een met figuur 1B vergelijkbare dwarsdoorsnede, die bruikbaar is bij goten van diverse materialen, en bij diverse dikten van de zijwand 12. Het montagevlak 20 is wederom vastgemaakt op een buisdeel 21 van een paar cm lengte. Het montagevlak 20 is bij voorkeur gevormd als een integraal geheel met het buisdeel 21, bijvoorbeeld van PVC. In een bijzonder gunstige uitvoeringsvorm is het buisdeel 21 op zijn buitenoppervlak voorzien van een schroefdraad 22. Er is voorts voorzien in een schroefmof 23 met een binnen-schroefdraad 24 passend op de schroefdraad 22 van het buisdeel 21. Het buisdeel 21 kan integraal voorzien zijn van een op enige afstand van het montagevlak 20 gelegen dichtingsflens 25. Aan de binnenzijde van de zijwand 12 is een eerste afdichtring 26 opgenomen tussen de zijwand 12 en de dichtingsflens 25 of, bij afwezigheid van een separate dichtingsflens 25, tussen de zijwand 12 en het montagevlak 20. In de naar de goot 10 gekeerde voorrand van de schroefmof 23 kan een tweede afdichtring 27 zijn opgenomen. Wanneer de schroefmof 23 op het buisdeel 21 wordt geschroefd, drukt de tweede afdichtring 27 waterdicht aan tegen de buitenzijde van de zijwand 12, en drukt de eerste afdichtring 26 waterdicht aan tegen de binnenzijde van de zijwand 12 en tegen de dichtingsflens 25, zodat de schroefmof 23 met het montagevlak 20 stevig en waterdicht is vastgemaakt aan de goot 10. De schroefmof 23 kan daarna, bij voorbeeld door lijmen, worden gekoppeld met een ter wille van de eenvoud niet weergegeven afvoerpijp.Figure 1C schematically shows a cross-section comparable to Figure 1B, which can be used with gutters of various materials, and with various thicknesses of the side wall 12. The mounting surface 20 is again fixed on a pipe part 21 of a few cm length. The mounting surface 20 is preferably formed as an integral whole with the pipe part 21, for example of PVC. In a particularly favorable embodiment, the pipe part 21 is provided on its outer surface with a screw thread 22. A screw socket 23 is also provided with an internal screw thread 24 fitting onto the screw thread 22 of the pipe part 21. The pipe part 21 can be integrally provided with a sealing flange 25 located at some distance from the mounting surface 20. On the inside of the side wall 12 a first sealing ring 26 is received between the side wall 12 and the sealing flange 25 or, in the absence of a separate sealing flange 25, between the side wall 12 and the mounting surface 20. A second sealing ring 27 can be included in the front edge of the screw socket 23 facing the gutter 10. When the threaded sleeve 23 is screwed onto the pipe part 21, the second sealing ring 27 waterproofly presses against the outside of the side wall 12, and the first sealing ring 26 waterproofly presses against the inside of the side wall 12 and against the sealing flange 25, so that the threaded sleeve 23 with the mounting surface 20 is firmly and water-tightly attached to the gutter 10. The screw socket 23 can then, for example by gluing, be coupled to a drain pipe not shown for the sake of simplicity.

Het voorgaande toont enkele voorbeelden van een montagevlak 20 dat geassocieerd is met en zich uitstrekt rondom een afvoeropening 17 van de goot 10. De onderhavige uitvinding is principieel toepasbaar in combinatie met een montagevlak 20 van elk willekeurig type. In het hiernavolgende zal de uitvinding nader worden uitgelegd voor een uitvoeringsvoorbeeld volgens het ontwerp van figuur 1C.The foregoing shows some examples of a mounting surface 20 associated with and extending around a drain opening 17 of the trough 10. The present invention is basically applicable in combination with a mounting surface 20 of any type. In the following, the invention will be further explained for an exemplary embodiment according to the design of figure 1C.

Figuur 2A toont een perspectiefaanzicht van een mogelijke uitvoeringsvorm van een sifonstelsel 1000 volgens de onderhavige uitvinding in uiteengenomen toestand, en figuur 2B toont een dwarsdoorsnede van dat sifonstelsel 1000. Het sifonstelsel 1000 omvat een sifonbak 100, een sifonkap 200, een doorvoerbuisdeel 300, en een schroefmof 500 met afdichtring 400. Het doorvoerbuisdeel 300 dient, op vergelijkbare wijze als is beschreven met verwijzing naar figuur 1C, door een opening in een zijwand van een afvoergoot te worden geplaatst; die afvoergoot is in de figuren 2A-2B ter wille van de eenvoud niet weergegeven.Figure 2A shows a perspective view of a possible embodiment of a siphon system 1000 according to the present invention in disassembled state, and Figure 2B shows a cross-section of that siphon system 1000. The siphon system 1000 comprises a siphon tank 100, a siphon cap 200, a feed pipe part 300, and a threaded socket 500 with sealing ring 400. The feed pipe part 300, in a similar manner as described with reference to figure 1C, must be placed through an opening in a side wall of a drain gutter; this drainage channel is not shown in figures 2A-2B for the sake of simplicity.

De sifonbak 100 heeft een gesloten bodem 101 en vanaf de bodem opstaande zijwanden 102, 103. De sifonkap 200 heeft een gesloten bovenzijde 201 en vanaf die bovenzijde omlaag reikende zijwanden 202, 203. In bovenaanzicht hebben de sifonbak 100 en de sifonkap 200 een langwerpige contour. De lange zijwanden zullen worden aangeduid als "voorwand" 102, 202 en "achterwand" 103, 203.The siphon bin 100 has a closed bottom 101 and side walls 102, 103 rising from the bottom. The siphon cap 200 has a closed top side 201 and side walls extending downward from that top side 202, 203. In top view, the siphon bin 100 and the siphon cap 200 have an elongated contour . The long side walls will be referred to as "front wall" 102, 202 and "rear wall" 103, 203.

In zijn voorwand 102 heeft de sifonbak 100 een doorlaatopening 110. Evenzo heeft de sifonkap 200 in zijn voorwand 202 een doorlaatopening 210, die in geringe mate groter is dan de doorlaatopening 110 van de sifonbak 100. Rondom zijn doorlaatopening 110 is de sifonbak 100 voorzien van een buiten zijn voorwand 102 uit stekende kraag 120, waarvan de buitendiameter groter is dan de diameter van de doorlaatopening 210 van de sifonkap 200. Op zijn buitenoppervlak is die kraag 120 voorzien van een omtreksgroef 121, waar de rand 212 van de doorlaatopening 210 van de sifonkap 200 in past.In its front wall 102, the siphon bin 100 has a passage opening 110. Likewise, the siphon cap 200 has a passage opening 210 in its front wall 202, which passage is slightly larger than the passage opening 110 of the siphon basin 100. Around its passage opening 110, the siphon basin 100 is provided with a collar 120 protruding outside its front wall 102, the outside diameter of which is larger than the diameter of the passage opening 210 of the siphon cap 200. On its outer surface, said collar 120 is provided with a circumferential groove 121, where the edge 212 of the passage opening 210 of the siphon hood 200 fits.

De lengte en breedte van de sifonkap 200 zijn groter dan de lengte en breedte van de sifonbak 100, zodat de sifonbak 100 binnen de sifonkap 200 past. De sifonkap 200 is gemaakt van een rigide materiaal, bijvoorbeeld metaal of kunststof zoals PVC. De kraag 120 van de sifonbak 100 is gemaakt van een zacht en vervormbaar materiaal zoals rubber of silicone. In principe kunnen de wanden van de sifonbak 100 gemaakt zijn van rigide kunststof, maar bij voorkeur is de sifonbak 100 inclusief de kraag 120 als een integraal geheel gemaakt van rubber of silicone.The length and width of the siphon cap 200 are greater than the length and width of the siphon bin 100, so that the siphon bin 100 fits inside the siphon bin 200. The siphon cap 200 is made of a rigid material, for example metal or plastic such as PVC. The collar 120 of the siphon bin 100 is made of a soft and malleable material such as rubber or silicone. In principle, the walls of the siphon bin 100 may be made of rigid plastic, but preferably the siphon bin 100 including the collar 120 as an integral whole is made of rubber or silicone.

Doordat de kraag 120 van de sifonbak 100 vervormbaar is, kan de kraag 120 vanaf de binnenzijde van de sifonkap 200 door de opening 210 van de sifonkap 200 worden gestoken, waarbij de omtreksrand 212 van de doorlaatopening 210 van de sifonkap 200 in de omtreksgroef 121 van de kraag 120 wordt gedrukt. Figuur 3 toont deze gemonteerde toestand, waarbij de bovenrand 104 van de sifonbak 100 zich op een hoger niveau bevindt dan de onderrand 204 van de sifonkap 200. Zolang er in de goot 10 water staat tot een niveau hoger dan de onderrand 204 van de sifonkap 200, is het waterslot functioneel.Because the collar 120 of the siphon tank 100 is deformable, the collar 120 can be inserted from the inside of the siphon cap 200 through the opening 210 of the siphon cap 200, the peripheral edge 212 of the passage opening 210 of the siphon cap 200 being inserted into the circumferential groove 121 of the collar 120 is pressed. Figure 3 shows this mounted state, where the top edge 104 of the siphon basin 100 is at a higher level than the bottom edge 204 of the siphon cap 200. As long as there is water in the gutter 10 to a level higher than the bottom edge 204 of the siphon cap 200 , the airlock is functional.

De in figuur 3 getoonde combinatie van sifonkap 200 met de daarin gemonteerde sifonbak 100 wordt als een eenheid in de goot 10 geplaatst of uit de goot weggenomen; deze eenheid zal worden aangeduid als sifoneenheid 600.The combination of siphon cap 200 with the siphon tank 100 mounted therein is shown as a unit in the gutter 10 or removed from the gutter; this unit will be referred to as siphon unit 600.

Het doorvoerbuisdeel 300 heeft een ingangsuiteinde 301 en een uitgangs-uiteinde 302. Op zijn buitenoppervlak heeft het doorvoerbuisdeel 300 een dichtings-flens 303. Tussen de dichtingsflens 303 en het uitgangsuiteinde 302 heeft het doorvoerbuisdeel 300 in de weergegeven uitvoeringsvorm een schroefdraad 304, voor koppeling met een schroefmof 500. Bij zijn ingangsuiteinde 301 is het doorvoerbuisdeel 300 voorzien van een koppelflens 310 voor koppeling met de sifoneenheid 600.The feed-through tube part 300 has an input end 301 and an output end 302. On its outer surface, the feed-through tube part 300 has a sealing flange 303. Between the sealing flange 303 and the output end 302, the feed-through tube part 300 in the illustrated embodiment has a thread 304 for coupling with a threaded sleeve 500. At its input end 301, the feed-through pipe part 300 is provided with a coupling flange 310 for coupling to the siphon unit 600.

Figuur 4 toont het doorvoerbuisdeel 300 op grotere schaal. De koppelflens 310 heeft een kops voorvlak 320 dat minstens even groot is als de kraag 120. Aan zijn onderzijde is de koppelflens 310 voorzien van een ontvangstruimte 314 voor het opnemen van een koppelgedeelte 213 van de voorwand 202 van de sifonkap 200.Figure 4 shows the lead-through tube part 300 on a larger scale. The coupling flange 310 has a front end face 320 which is at least as large as the collar 120. At its lower side, the coupling flange 310 is provided with a receiving space 314 for receiving a coupling portion 213 of the front wall 202 of the siphon cap 200.

Die ontvangstruimte 314 is in het weergegeven voorbeeld gevormd als een horizontale goot, gedefinieerd door een aan de koppelflens 310 gevormde koppelvoet 311 met een bodem 313 en opstaande rand 312. De breedte van die ontvangstruimte 314, dat wil zeggen de afmeting in de richting loodrecht op het kops voorvlak 320, is in geringe mate groter dan de dikte van het koppelgedeelte 213 van de voorwand 202 van de sifonkap 200. In plaats van een horizontale goot zou ook bijvoorbeeld gebruik gemaakt kunnen worden van koppelhaken.In the example shown, this receiving space 314 is formed as a horizontal trough defined by a coupling foot 311 formed on the coupling flange 310 with a bottom 313 and upstanding edge 312. The width of said receiving space 314, i.e. the dimension in the direction perpendicular to the head front face 320, is slightly larger than the thickness of the coupling portion 213 of the front wall 202 of the siphon cap 200. For example, instead of a horizontal trough use could be made of coupling hooks.

Aan zijn bovenzijde is de koppelflens 310 voorzien van een grendelorgaan 330 dat kan samenwerken met de sifonkap 200. In het weergegeven voorbeeld heeft dat grendelorgaan 330 een scharnierstaaf 331, die is vastgehaakt achter en kan roteren in een klemzitting 315 van de koppelflens 310. Het grendelorgaan 330 omvat voorts een grendellip 332 die via twee grendelarmen 333 is verbonden met de scharnierstaaf 331. Aldus heeft het grendelorgaan 330 in het weergegeven voorbeeld de vorm van een rechthoekig kader.At its top, the coupling flange 310 is provided with a locking member 330 which can interact with the siphon cap 200. In the illustrated example, that locking member 330 has a hinge rod 331 which is hooked behind and can rotate in a clamping seat 315 of the coupling flange 310. The locking member 330 further comprises a locking tab 332 which is connected via two locking arms 333 to the hinge bar 331. Thus, in the illustrated example, the locking member 330 is in the form of a rectangular frame.

Voor samenwêrking met de grendellip 332 heeft de sifonkap 200 in zijn bovenoppervlak een grendelrand 232. Bij voorkeur, en zoals getoond, heeft de sifonkap 200 in zijn bovenoppervlak een U-vormige verdieping voor het opnemen van de grendellip 332 en de twee grendelarmen 333.For cooperation with the locking tab 332, the siphon cap 200 has a locking edge 232 in its upper surface. Preferably, and as shown, the siphon cap 200 has a U-shaped recess in its upper surface for receiving the locking lip 332 and the two locking arms 333.

De figuren 5A-5C illustreren het plaatsen van de sifoneenheid 600 in een praktijksituatie. Dan is het doorvoerbuisdeel 300 vastgemaakt in de zijwand van een goot, maar die goot is ter wille van de duidelijkheid niet weergegeven. De schroefmof 500 is op de schroefdraad 304 van het doorvoerbuisdeel 300 geschroefd, en aldus is het doorvoerbuisdeel 300 vastgeklemd aan de zijwand van een goot.Figures 5A-5C illustrate placing the siphon unit 600 in a practical situation. Then the feed-through pipe part 300 is fixed in the side wall of a trough, but for the sake of clarity, that trough is not shown. The threaded sleeve 500 is screwed onto the thread 304 of the lead-through pipe part 300, and thus the lead-through pipe part 300 is clamped to the side wall of a gutter.

In figuur 5A wordt de sifoneenheid 600 van bovenaf in de (niet weergegeven) goot geplaatst, met een verticaal neerwaartse beweging, waarbij de sifoneenheid 600 enigszins achterover gekanteld is. De neerwaartse beweging eindigt wanneer het koppelgedeelte 213 van de voorwand 202 van de sifonkap 200 de ontvangstruimte 314 van de koppelflens 310 bereikt (figuur 5B). Vanwege de achterover gekantelde houding van de sifoneenheid 600 is de kraag 120, gedurende de neerwaartse beweging, geheel vrij van het kops voorvlak 320 van de koppelflens 310, of raakt daar slechts lichtjes tegen.In Fig. 5A, the siphon unit 600 is placed from above in the gutter (not shown), with a vertical downward movement, the siphon unit 600 being tilted slightly backwards. The downward movement ends when the coupling portion 213 of the front wall 202 of the siphon cap 200 reaches the receiving space 314 of the coupling flange 310 (Figure 5B). Due to the backward tilted position of the siphon unit 600, the collar 120 is, during the downward movement, completely free from the front face surface 320 of the coupling flange 310, or only slightly touches it.

Terwijl het koppelgedeelte 213 van de voorwand 202 van de sifonkap 200 wordt vastgehouden in de ontvangstruimte 314 van de koppelflens 310, wordt de sifoneenheid 600 naar voren gedrukt, dat wil zeggen in de richting van de koppelflens 310. Hierdoor komt de kraag 120 volledig aan te liggen tegen het kops voorvlak 320 van de koppelflens 310. Het is hierbij van belang dat de kraag 120 slechts wordt onderworpen aan een aandrukkende kracht, en niet aan een afschuif-kracht.While the coupling portion 213 of the front wall 202 of the siphon cap 200 is held in the receiving space 314 of the coupling flange 310, the siphon unit 600 is pushed forward, i.e. in the direction of the coupling flange 310. As a result, the collar 120 comes fully lie against the head front face 320 of the coupling flange 310. It is important here that the collar 120 is only subjected to a compressive force, and not to a shear force.

Ten slotte wordt de sifoneenheid 600 in deze aangesloten toestand geborgd door het grendelorgaan 330 omlaag te drukken, waarbij de grendellip 332 aangrijpt achter de grendelrand 232 van de sifonkap 200.Finally, the siphon unit 600 is secured in this connected state by pressing down the locking member 330, the locking lip 332 engaging behind the locking edge 232 of the siphon cap 200.

In deze aangesloten toestand wordt een voorrand 122 van de kraag 120 stevig vastgeklemd tussen de voorwand 202 van de sifonkap 200 en het voorvlak 320 van de koppelflens 310. De kraag 120 zorgt aldus zowel voor een waterdichte afdichting tussen de kraag 120 en de sifonkap 200 enerzijds als voor een waterdichte afdichting tussen de kraag 120 en het doorvoerbuisdeel 300 anderzijds.In this connected state, a front edge 122 of the collar 120 is tightly clamped between the front wall 202 of the siphon cap 200 and the front surface 320 of the coupling flange 310. The collar 120 thus ensures both a watertight seal between the collar 120 and the siphon cap 200 on the one hand as for a watertight seal between the collar 120 and the lead-through tube part 300 on the other.

Voor het losnemen van de sifoneenheid 600, bijvoorbeeld om deze schoon te maken, volstaat het om grendelorgaan 330 te ontgrendelen, waarna de sifoneenheid 600 met geringe kracht achterover kan worden gekanteld en opgetild kan worden.To release the siphon unit 600, for example to clean it, it is sufficient to unlock locking member 330, whereafter the siphon unit 600 can be tilted backwards and lifted with little force.

Het is niet nodig dat de gebruiker met zijn vingers achter en onder de sifoneenheid 600 grijpt. Daarom is het mogelijk om de goot smaller uit te voeren, namelijk slechts in geringe mate breder dan de sifoneenheid 600, hetgeen uit esthetisch oogpunt gewenst is.It is not necessary for the user to grasp his fingers behind and under the siphon unit 600. It is therefore possible to make the trough narrower, namely only slightly slightly wider than the siphon unit 600, which is desirable from an aesthetic point of view.

In het weergegeven voorbeeld is de sifonkap 200 op zijn voorwand 202 nog voorzien van twee naar voren uitstekende, verticale randen 220 aan weerszijden van de doorlaatopening 210, die in de met de koppelflens 310 gekoppelde toestand gelegen zijn naast die koppelflens 310 en in horizontale richting aanslagen vormen voor de koppelflens 310. Hierdoor wordt een betere positionele nauwkeurigheid en stabiliteit in horizontale richting bereikt.In the example shown, the siphon cap 200 is further provided on its front wall 202 with two forwardly projecting vertical edges 220 on either side of the passage opening 210, which, in the condition coupled to the coupling flange 310, are located next to said coupling flange 310 and stop in the horizontal direction forms for the coupling flange 310. As a result, a better positional accuracy and stability in the horizontal direction is achieved.

Het zal voor een deskundige duidelijk zijn dat de uitvinding niet is beperkt tot de in het voorgaande besproken uitvoeringsvoorbeelden, maar dat diverse varianten en modificaties mogelijk zijn binnen de beschermingsomvang van de uitvinding zoals gedefinieerd in de aangehechte conclusies. Bij voorbeeld kunnen twee of meerdere functies worden vervuld door een enkele entiteit.It will be clear to a person skilled in the art that the invention is not limited to the exemplary embodiments discussed above, but that various variants and modifications are possible within the scope of the invention as defined in the appended claims. For example, two or more functions can be performed by a single entity.

Bij voorbeeld is het mogelijk dat het grendelorgaan een andere uitvoeringsvorm heeft. Bij voorbeeld is het mogelijk dat het grendelorgaan scharnierend is vastgemaakt op de sifonkap en in aangrijping met de koppelflens kan worden gebracht.For example, it is possible that the locking member has a different embodiment. For example, it is possible that the locking member is hingedly attached to the siphon cap and can be brought into engagement with the coupling flange.

Zelfs indien bepaalde kenmerken zijn vermeld in verschillende afhankelijke conclusies, heeft de onderhavige uitvinding ook betrekking op een uitvoeringsvorm die deze kenmerken gezamenlijk heeft. Kenmerken die niet uitdrukkelijk zijn beschreven als zijnde essentieel, mogen ook worden weggelaten. Eventuele in een conclusie gebruikte verwijzingscijfers dienen niet te worden uitgelegd als beperkend voor de omvang van die conclusie.Even if certain features are mentioned in different dependent claims, the present invention also relates to an embodiment that has these features together. Features that are not explicitly described as being essential may also be omitted. Any reference numbers used in a claim should not be construed as limiting the scope of that claim.

Claims

A trap (100) comprising: a closed bottom (101) and side walls (102, 103) rising from the bottom; a passage opening (110) in one of said side walls (102); a projecting collar (120) outside said one side wall (102) around said passage opening (110); wherein the collar (120) of the siphon bin (100) is made of a soft and malleable material such as rubber or silicone.

The siphon bin according to claim 1, wherein the siphon bin (100) including the collar (120) is made as an integral unit of a soft and deformable material such as rubber or silicone.

A siphon unit (600) comprising: a siphon bin according to claim 1 or 2; a siphon cap (200) comprising: - a closed top (201) and side walls (202, 203) extending downward from said top; - a passage opening (210) in one of said side walls (202); wherein the siphon bin (100) is disposed within the siphon cap (200) with the collar (120) of the siphon bin (100) extending out through the passage opening (210) of the siphon cap (200); wherein the peripheral edge (212) of the passage opening (210) of the siphon cap (200) is located in a peripheral groove (121) of the collar (120).

A trap system (1000), comprising: a trap unit (600) according to claim 3; a feed-through tube part (300) for mounting in or to an outlet opening (17) of a drain (10), said feed-through tube part (300) having a coupling flange (310) with a front end face (320) at a first end (301); wherein the coupling flange (310) is provided at its underside with a receiving space (314) for hinged coupling with a coupling portion (213) of the siphon cap (200); and wherein the siphon system further comprises a locking member (330) to lock the top of the siphon cap (200) to the top of the coupling flange (310).

The trap system according to claim 4, wherein the locking member (330) is adapted to pinch the top of the trap siphon (200) and the top of the coupling flange (310) together.

The trap system according to claim 4 or 5, wherein the locking member (330) is hingedly coupled to the top of the coupling flange (310) and has a free end that can engage the top of the trap trap (200).

The trap system according to claim 4 or 5, wherein the locking member (330) is hingedly coupled to the top of the trap siphon (200) and has a free end that can engage the top of the coupling flange (310).

A trap system according to any of claims 4-7, wherein a leading edge (122) of the collar (120) provides the seal between the trap siphon (100) and the trap siphon (200) and also provides the seal between the trap siphon (100) and the coupling flange (310).

The trap system according to any of claims 4-8, wherein the feed-through pipe part (300) is threaded at its end remote from the coupling flange (310).

The trap system of claim 9, further comprising a threaded sleeve (500) that fits on the thread of the lead-through pipe portion (300).

The trap system of claim 10, wherein the threaded sleeve (500) is provided with a sealing ring (400) at its free end facing the coupling flange (310).

12. A trap system according to any of claims 4-11, wherein the feed-through pipe part (300) is welded to the drain gutter (10) or forms an integral whole therewith.