NL1038155C2 - Werktuig dat eenvoudig te transporteren is voor het handmatig optillen en verplaatsen van lasten om en nabij het grondvlak, in het bijzonder putdeksels. - Google Patents

Description

WERKTUIG DAT EENVOUDIG TE TRANSPORTEREN IS VOOR HET HANDMATIG OPTILLEN EN VERPLAATSEN VAN LASTEN OM EN NABD HET GRONDVLAK, IN HET BIJZONDER PUTDEKSELS

5 Compact en eenvoudig te transporteren mechanisch werktuig met het doel op ergonomisch verantwoorde wijze verplaatsingen van zware objecten om en nabij het grondvlak, bijvoorbeeld putdeksels, met handkracht mogelijk te maken.

toelichting 10 In de beroepspraktijk en in particuliere werkzaamheden dienen regelmatig objecten om en nabij het grondvlak te worden verplaatst, bijvoorbeeld het verwijderen en terugplaatsen van putdeksels en werkzaamheden met bestratingmateriaal.

Situering en gewicht van te verplaatsen onderdelen leveren vaak ergonomische bezwaren op. Het tillen van zware objecten leidt tot veel lichamelijke klachten en arbeidsongeschiktheid. 15 Omvang en vorm van putdeksels en het risico van vallen in de schacht na verwijdering van de deksel leiden tot ergonomisch onverantwoorde bewegingen, waarbij ook het risico op letsel aan voeten meespeelt. Bij putdeksels speelt ook een rol, dat deze door roest of vuilinsluiting vaak vast zitten in de putrand en extra krachtsinspanning nodig is om deze los te maken.

De beschikbare hulpmiddelen zijn deels omvangrijk, deels minder makkelijk hanteerbaar, 20 of slechts in specifieke situaties geschikt. De praktijk is, dat ze daarom vaak niet gebruikt worden terwijl ze wel beschikbaar zijn gesteld binnen de organisatie. De beroepspraktijk neemt mee, dat sterke mannen liever wat extra krachtsinspanning doen dan een omslachtig hulpmiddel gebruiken. Dit resulteert echter in overbelasting van het lichaam, hetgeen na verloop van tijd of bij onverwachte bewegingen (bijvoorbeeld het losschieten van een puthaak) 25 tot fysieke problemen, ziekteverzuim of arbeidsongeschiktheid kan leiden.

Uitgangspunt bij het ontwikkelen van de vinding was dat de eenvoud ervan moet uitnodigen tot gebruik, dat het werktuig eenvoudig aan te passen is of zelfrichtend is voor een grote variëteit aan te tillen objecten, bijvoorbeeld voor verschillende typen putdeksels met elk eigen vorm en eigen type aangrijppunten.

30 beschrijving van uitvinding

De uitvinding maakt gebruik van het principe dat kantelen met een lange hefboom in combinatie met kleine verplaatsing van een gewicht ten opzichte van een balanspunt weinig kracht vergen. Het werktuig bestaat uit een of meerdere hefbomen die direct of via andere 35 onderdelen op het grondvlak steunen en een of meerdere hijslijnen of hijsbeugels die aan het te hijsen en verplaatsen object bevestigd zijn en met de hefboom verbonden zijn. Het verbindingspunt, het aangrijpingspunt met het object en het steunpunt van de hefboom of -bomen vormen een denkbeeldige driehoek. Kantelen van de hefboom of -bomen ten opzichte van hun steunpunt in tegengestelde richting van het aangrijpingspunt aan het object leidt tot 1038155 2 verhoging van het aangrijpingspunt en daarmee het object. Het werktuig volgens de uitvinding combineert twee of meerdere van deze stellen met gefixeerde doch scharnierbare steunpunten ten opzichte van elkaar met een mechanisch hulpmiddel om de hefbomen naar elkaar toe te bewegen, waardoor de benodigde inspanning voor het heffen van het object tot een minimum 5 wordt beperkt. Een verplaatsing in zijwaarde richting kan worden bereikt door de steunpunten van de hefbomen te laten aangrijpen op wielen, glijders, rails dan wel ander hulpmiddel.

Het ergonomische voordeel wordt vooral bereikt wanneer door de juiste keuzes van hefboomlengtes, hefhoeken, hijsbeugels en verplaatsingshulpmiddel in het steunpunt, alle afgestemd op het te verplaatsen object, bediening in een goede houding kan plaatsvinden.

10 technische beschrijving

Het mobiele werktuig voor het handmatig optillen en verplaatsen van lasten om en nabij het grondvlak kan bijvoorbeeld de volgende uitvoering hebben, zie afbeelding. Figuur 1 toont een zijaanzicht met schematisch weergegeven takelstel (1) bevestigd aan de 15 bevestigingspunten (2) op twee hefbomen (5), elke bestaand uit twee benen (13) die draaibaar verbonden zijn met een montageplaat met handvat (4). De benen van de hefbomen zijn scharnierend gekoppeld aan steunpunten (17) waaraan de assen (8) van de wielen (7) bevestigd zijn. De benen van de hefbomen worden in de uitgeklapte stand gefixeerd door de uitzetter (15), die aan één van de benen verbonden is met een draaipunt (14) en aan het 20 andere been aangrijpt aan een koppelbare bevestiging (16). De hijslijnen (6) zijn bewegelijk aan de montageplaat met handvat (4) gekoppeld in bevestigingspunt (3) op zodanige wijze dat de lengte van de hijslijn in te stellen is en ze worden met haak (9) in het hijsoog (10) van de deksel (11) bevestigd.

25 Ter verduidelijking van de werking volgt hieronder een beschrijving van de beroepspraktijk en toepassing van een tilwerktuig volgens de uitvinding.

Voor werkzaamheden dient een gietijzeren ronde putdeksel met een diameter van 76 cm en een gewicht van 86 kg van de putrand verwijderd te worden. De deksel heeft een eigen hoogte van ca. 8 cm. De gebruikelijke gang van zaken is dat één of twee werkmannen 30 puthaken in de deksel haken, de voeten aan beide zijden van de deksel plaatsen en met forse krachtinspanning de deksel heffen, opzij stappen en de deksel op de grond neerlaten. Het terug plaatsen gaat op dezelfde wijze, waarbij vaak het positioneren van de deksels extra trek- en sjorwerk vraagt.

Met gebruik van het tilwerktuig zal dit anders gaan, namelijk als volgt (Zie figuur 3a t/m 35 3e.). Fig. 3a toont het werktuig in opgeklapte staat. De benen van hefbomen worden uitgeklapt en geborgd met de uitzetter en de hefbomen worden uit elkaar getrokken, en het werktuig wordt boven de put deksel geplaatst waarbij de twee wielen aan weerzijden van het midden van de deksel naast de deksel worden geplaatst. De hijslijnen worden met haken aan de deksel bevestigd. Met de dubbelloper (takelstel) bevestigd tussen de hefbomen worden deze naar 3 elkaar toegetrokken met één hand, terwijl de bediener één van de hefbomen aan een handgreep vasthoudt. De deksel wordt nu opgetild met een kleine inspanning voor het aantrekken van de takel en het in balans houden van het werktuig, totdat de deksel tegen de uitzetter tussen de beide hefboombenen stuit. Hierdoor wordt het in onbalans raken van de 5 inrichting samen met het gewicht van de deksel ten opzichte van de steunpunten, in dit geval de wielen, voorkomen. Vervolgens kan de deksel weggereden worden. Door de takel te vieren en de haken van de hijslijnen te lossen kan de deksel op de gewenste plaats worden neergelegd. Het terugplaatsen van de deksel gaat in omgekeerde volgorde, waarbij de beweeglijkheid op de twee wielen tevens het positioneren vereenvoudigt.

1038155

Claims (5)

1. Werktuig voor het met handkracht optillen en verplaatsen van objecten om en nabij het grondvlak dat eenvoudig te transporteren is, met het kenmerk dat twee hefbomen met 5 steunpunten op het grondvlak, die in een hoek en tegenover elkaar staan ten opzichten de loodlijn uit het grondvlak, met geringe krachtsinspanning, althans met een overbrenging, naar elkaar toe worden bewogen zodat de hoek tussen beide wordt verkleind, waarbij dientengevolge hijslijnen die aan deze hefbomen zijn verbonden en die daarmee een hoek maken en die op hun beurt weer verbonden zijn met het te tillen object, omhoog worden 10 getrokken, waarna het object door kantelbeweging van de inrichting ten opzichte van de steunpunten of verplaatsing van de steunpunten op het grondvlak kan worden verplaatst.

2. Werktuig voor het met handkracht optillen en verplaatsen van objecten om en nabij het grondvlak dat eenvoudig te transporteren is als in conclusie 1, met het kenmerk dat meer dan twee hefbomen naar elkaar toe worden gebracht zodat de hoeken tussen deze worden 15 verkleind en hiermee het op te tillen en/of verplaatsen object via meer dan twee hijslijnen wordt opgetild.

3. Werktuig voor het met handkracht optillen en verplaatsen van objecten om en nabij het grondvlak dat eenvoudig te transporteren is als in conclusies 1 en 2, met het kenmerk dat aan de steunpunten wielen, althans glijders, althans andere constructies zijn bevestigd die de 20 verplaatsing met minder krachtsinspanning mogelijk maken.

4. Werktuig voor het met handkracht optillen en verplaatsen van objecten om en nabij het grondvlak dat eenvoudig te transporteren is als in conclusies 1, 2 en 3, met het kenmerk dat het hijsen geschiedt met hijsbeugels die beweegbaar verbonden zijn in de aangrijpingspunten en met het kenmerk dat deze door hun stijfheid ook de afstand tussen de 25 aangrijpingspunten bewaren.

5. Werktuig voor het met handkracht optillen en verplaatsen van objecten om en nabij het grondvlak dat eenvoudig te transporteren is als in conclusies 1, 2, 3 en 4, met het kenmerk dat de inrichting slechts uit één hefboom bestaat met twee benen in een hoek gefixeerd, waarbij het heffen en verplaatsen geschiedt door de steunpunten ter weerszijden van het te 30 heffen object op enige afstand van de loodlijn uit het zwaartepunt van het object te plaatsen, de hefboom richting de loodlijn te kantelen, de hijslijn althans hijsbeugel tussen aangrijpingspunt op het object en aan de hefboom te bevestigen en vervolgens de hefboom te kantelen in tegengestelde richting, waarbij aangrijpingspunt en daarmee het object een paraboolvormige weg afleggen. 35 1038155