NL1038108A - Tweewieler. - Google Patents

Tweewieler. Download PDF

Info

Publication number
NL1038108A
NL1038108A NL1038108A NL1038108A NL1038108A NL 1038108 A NL1038108 A NL 1038108A NL 1038108 A NL1038108 A NL 1038108A NL 1038108 A NL1038108 A NL 1038108A NL 1038108 A NL1038108 A NL 1038108A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
lock
adjusting part
locking
latch
guide rail
Prior art date
Application number
NL1038108A
Other languages
English (en)
Other versions
NL1038108C2 (nl
Inventor
Andreas Wissmann
Winfried Steinkamp
Ludger Kortenbrede
Original Assignee
Tap Ltd
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Tap Ltd filed Critical Tap Ltd
Publication of NL1038108A publication Critical patent/NL1038108A/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1038108C2 publication Critical patent/NL1038108C2/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B71/00Locks specially adapted for bicycles, other than padlocks
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62HCYCLE STANDS; SUPPORTS OR HOLDERS FOR PARKING OR STORING CYCLES; APPLIANCES PREVENTING OR INDICATING UNAUTHORIZED USE OR THEFT OF CYCLES; LOCKS INTEGRAL WITH CYCLES; DEVICES FOR LEARNING TO RIDE CYCLES
    • B62H5/00Appliances preventing or indicating unauthorised use or theft of cycles; Locks integral with cycles
    • B62H5/14Appliances preventing or indicating unauthorised use or theft of cycles; Locks integral with cycles preventing wheel rotation
    • B62H5/142Appliances preventing or indicating unauthorised use or theft of cycles; Locks integral with cycles preventing wheel rotation by means of pivoting, or pivoting and sliding bolts
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B73/00Devices for locking portable objects against unauthorised removal; Miscellaneous locking devices
    • E05B73/0005Devices for locking portable objects against unauthorised removal; Miscellaneous locking devices using chains, cables or the like
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05CBOLTS OR FASTENING DEVICES FOR WINGS, SPECIALLY FOR DOORS OR WINDOWS
    • E05C5/00Fastening devices with bolts moving otherwise than only rectilinearly and only pivotally or rotatively

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Lock And Its Accessories (AREA)
  • Steering Devices For Bicycles And Motorcycles (AREA)

Description

Tweewieler
De uitvinding heeft betrekking op een tweewieler, in het bijzonder fiets, elektrische fiets (e-bike), snorfiets of dergelijke, met een frame en tenminste een aan het frame verbonden vork met twee tegenover elkaar liggende schoren, waarvan aan de ene schoor een slotbehuizing voor het opnemen van een sloteenheid met een grendelopneming en aan de andere schoor een grendelbehuizing voor de opneming van een grendeleenheid met een grendel verbonden is.
Tweewielers, in het bijzonder fietsen zijn sinds lang bekend en in het dagelijks leven wijdt verbreid, waarbij deze tweewielers aan een hoog diefstalrisico onderhevig zijn en derhalve beveiligd moeten worden. Voor deze beveiliging worden naast sloten zoals beugelsloten of kabelsloten, die van de tweewieler kunnen worden gescheiden, ook sloten ingezet, die duurzaam met de tweewieler verbonden zijn. Als voorbeeld voor.deze sloten kan op framesloten gewezen worden, waarvan één in het DE 202 13 549 UI openbaar gemaakt is, dat zich daardoor onderscheidt, doordat een uitrusting achteraf aan tot dan toe onbeschermde tweewielers mogelijk is, terwijl tegelijkertijd een duurzame verbinding van het frameslot met de tweewieler plaats vindt.
Alternatief zijn draaibeugelsloten bekend, waarvan één in het DE 198 05 021 B4 openbaar gemaakt is. Deze draaibeugelsloten zijn eveneens duurzaam met de tweewieler verbonden, namelijk met een vork, aan wiens ene schoor een slotbehuizing bevestigd wordt, terwijl aan de andere schoor een grendelbehuizing moet worden aangesloten. Zodanige draaibeugelsloten zijn accessoires, die naderhand aan de vork kunnen worden uitgerust en derhalve aan deze vork als vreemde voorwerpen werken. Bovendien is de bediening van het draaibeugelslot voor de gebruiker omslachtig en slijtgevoelig, aangezien voor de bescherming tegen vervuiling een harmonica nodig is.
Aan de uitvinding ligt derhalve de opgave ten gronde, een tweewieler volgens de in het begin genoemde aard zo te vormgeven, dat een eenvoudig te bedienen diefstal beveiligingsinrichting tegen een manipulatieve greep van buiten of tegen vervuiling beter beschermd is.
Deze opgave wordt volgens de uitvinding bij een tweewieler volgens de aan het begin genoemde aard daardoor opgelost, dat de slotbehuizing integraal in de ene schoor door diens wand uitgevoerd is, dat de grendelbehuizing integraal in de andere schoor door diens wand gevormd is, en dat de grendeleenheid een de grendel met het versteldeel verbindend koppelingsinrichting omvat, die een geleidingsrail voor de geleiding van de verstelling van de grendel uit de verstelling van het versteldeel bezit, waarbij de verstelling van de grendel van de geopende in de gesloten, in de grendelopneming grijpende stand door het draaien om een draaias en daarna door het verschuiven in de richting van de lengteas van de grendel in de grendelopneming plaats vindt.
De uitvinding onderscheidt zich daardoor, doordat de beide schoren van de vork, die zowel als voorwielvork alsook als achterwielvork, aldus als achterwielvleugel gevormd kan zijn, direct de slotbehuizing resp. de beugelbehuizing beschikbaar stellen, zodat de diefstal beveiliging geen accessoire meer voorstelt, maar constructief bestandsdeel van de tweewieler is. Voor de bediening van de diefstal beveiliging met de verstelling van de grendel van de geopende in de gesloten stand is het onveranderd noodzakelijk, allereerst de grendel uit de parallel ten opzichte van de andere schoor georiënteerde stand in de naar de grendelopneming wijzende stand te verdraaien en vervolgens de grendel in de richting van diens grendel lengteas in de grendelopneming te voeren. Deze verstelling van de grendel wordt voor de gebruiker door de aanwezigheid van de koppelingsinrichting met de geleidingsrail als bestandsdeel van de grendeleenheid vergemakkelijkt, die de gebruiker door het proces van de beveiliging van de tweewieler leidt.
Bijzonder geprefereerd in het kader van de uitvinding is het, wanneer de slotbehuizing en de grendelbehuizing openingen voor het inzetten van de sloteenheid resp. de grendeleenheid bezitten, die op de van elkaar afgekeerde zijden van de schoren gevormd zijn, en dat de slotbehuizing en de grendelbehuizing doorbrekingen voor de grendel op de naar elkaar toegekeerde zijden van de beide schoren bezitten.
Met deze vormgeving is het voordeel verbonden, dat de montage zowel van de sloteenheid alsook van de grendeleenheid in de toegewezen schoor zeer eenvoudig mogelijk is, aangezien dit met betrekking tot de schoor radiaal van buiten plaats vindt en door de in de wand van de schoren beschikbaar gemaakte openingen ook de toegankelijkheid tot het versteldeel voor de grendeleenheid resp. tot het sluitwerk van de sluiteenheid bijvoorbeeld voor een sleutel behouden blijft.
Als voordelig heeft het zich bewezen, wanneer de grendel relatief ten opzichte van de geleidingsrail verdraaibaar is, aangezien daardoor de mogelijk ontstaat, dat de grendel van de geopende in de gesloten stand gedraaid kan worden, terwijl het met de geleidingsrail gekoppelde versteldeel een van deze draaibeweging afwijkende beweging kan uitvoeren, in het bijzonder ook een gelijkvormige beweging van het versteldeel mogelijk gemaakt is, die de bediening voor de gebruiker vereenvoudigd.
Om het complexe bewegingsverloop voor de grendel met het aanvankelijke draaien en de daarop volgende verschuiving in de grendel lengteas op bijzonder eenvoudige en betrouwbare manier uit de verstelling van het versteldeel te kunnen geleiden, is het gunstig, dat de geleidingrail een geleidingsgroef bezit, waarin een door middel van het versteldeel beweegbare stift grijpt, in het bijzonder wanneer de geleidingrail als coulisseplaat met een stuurcoulisse uitgevoerd is, aangezien zo de geleidingsgroef resp. de stuurcoulisse de gewenste beweging van de grendel kan afdwingen.
Om voor de gebruiker ook het openen van de grendel te vereenvoudigen, is voorzien, dat het versteldeel door een in de gesloten stand gespannen terugbrengveer aangedreven wordt, en dat de grendel door een in de gesloten stand gespannen grendelveer aangedreven wordt. Door deze vormgeving wordt bereikt, in het bijzonder in het samenwerken met de terugbrengveer alsook de grendelveer, dat alleen door het openen van de sluiteenheid bijvoorbeeld door een sleutel of het invoeren van een cijfercode de grendel via de grendelveer uit de in de grendelopneming in ingrijpende stand teruggetrokken wordt en door de terugbrengveer in de geopende stand gedraaid wordt.
Een in het kader van de uitvinding verder geprefereerde uitvoeringsvorm wordt daardoor gekenmerkt, doordat het versteldeel in een draaibaar aan de andere schoor geplaatste draaiplaat geleid wordt. Door de aanwezigheid van de draaiplaat is voor het versteldeel een extra graad van bewegingsvrijheid gegeven, die bij een onveranderd eenvoudige bediening voor de gebruiker de verstelling van het versteldeel relatief ten opzichte van de geleidingsrail resp. de coulisseplaat met de stuurcoulisse vereenvoudigt. In het bijzonder ontstaat daardoor de mogelijkheid, dat het versteldeel relatief ten opzichte van de geleidingsrail met de geleidingsgroef resp. relatief ten opzichte van de stuurcoulisse in de draaiplaat versteld wordt, waardoor ook een afbuiging van de draaiplaat bewerkstelligd wordt, die gebruikt kan worden, om hierna, wederom door een verstelling van het versteldeel geleid door de geleidingsgroef resp. stuurcoulisse door middel van het draaien van de draaiplaat de verschuiving van de grendel in de grendel lengterichting in de grendelopneming te bewerkstelligen.
Volgens een alternatieve uitvoeringsvorm is voorzien, dat de in de geleidingsgroef grijpende stift door middel van een vierstang met een versteldeel gekoppeld is. Deze uitvoeringsvorm onderscheidt zich daardoor, doordat de hantering voor de gebruiker bijzonder eenvoudig is, aangezien slechts een rechtlijnige verstelling van het versteldeel hoeft plaats vinden, waardoor allereerst de verdraaiing van de grendel op gang wordt gebracht, om bij handhaven van dezelfde oriëntering resp. dezelfde draaihoek van het versteldeel bij de voortgezette verstelling de verschuiving van de grendel in de grendelopneming te bewerkstelligen.
Er bestaat evenwel ook de mogelijkheid, dat de geleidingsrail draaibaar gemonteerd is, aangezien zo van het extra bouwdeel van de zwenkplaat afgezien kan worden onder benutting van een modificatie van de vierstang, aangezien de geleidingsrail niet meer stijf aan de andere schoor bevestigd, maar draaibaar aan de andere schoor gemonteerd is.
Een verdere alternatieve uitvoeringsvorm is daardoor gekenmerkt, dat het versteldeel aan een radiale verbindingsrib en een daaraan vastgehouden boogdeel gevormd is, en dat de geleidingsrail aan het versteldeel gekoppeld en in een aan de grendel verbonden groef geleid is. Ook deze uitvoeringsvorm onderscheidt zich daardoor, dat door een gelijkvormige beweging van het versteldeel, die door de gebruiker in een cirkelboog uitgevoerd moet worden, de beide voor het sluiten door middel van een dwangbesturing bereikt worden. Daarbij bestaat dan ook de mogelijkheid, dat de geleidingsrail een hefboomarm van een tussen het booggedeelte en de andere schoor aangebrachte kniehefboom vormt, waarbij deze uitvoeringsvorm het voordeel biedt, dat de aanvankelijke krachtinleiding door de gebruiker in het versteldeel door de kniehefboom met grotere zekerheid in de gewenste draaibeweging omgezet wordt, terwijl de aanvankelijke krachtinleiding niet slechts een druk op de grendel kan uitoefenen.
In het kader van de uitvinding is verder voorzien, dat de grendeleenheid een basisplaat bezit, waarop de grendel en/of het versteldeel en/of de terugbrengveer aangebracht zijn, zodat door de basisplaat een compacte bouwvorm ontstaat, waardoor de grendeleenheid als vooraf gemonteerde bouweenheid in de grendelbehuizing van de andere schoor gemonteerd kan worden. Er ontstaat dan verder de mogelijkheid, dat aan de basisplaat aanslagen voor het begrenzen van de verstelweg van het versteldeel aangebracht zijn en zo in het bijzonder de oriëntering van de grendel zoals voorgeschreven ten opzichte van de grendelopneming door de ene aanslag ondersteund wordt.
In het volgende wordt de uitvinding aan de hand van in de tekening voorgestelde uitvoeringsvoorbeelden nader verklaard; er tonen:
Fig. 1 een voorstelling in perspectief van een deel van de vork van een tweewieler met daarin geïntegreerd slot,
Fig. 2 een lengte doorsnede door de de slotbehuizing van de ene schoor inzetbare sloteenheid,
Fig. 3 van een eerste uitvoeringsvorm de aan de ander schoor verbonden grendeleenheid met de grendel in de geopende positie,
Fig. 4 een later tijdpunt van het slotproces van de in figuur 3 getoonde uitvoeringsvorm,
Fig. 5 een nogmaals later tijdpunt van het slotproces van de uitvoeringsvorm uit figuur 3 met de na het bereiken van de horizontale draaipositie van de grendel bereikte verschillende richting van de grendelopneming,
Fig. 6 een voorstelling in perspectief van de grendeleenheid uit figuur 3 met voorstelling van de achterkant van de coulisseplaat,
Fig. 7 een met figuur 3 overeenkomende voorstelling van een verdere uitvoeringsvorm,
Fig. 8 een met figuur 4 overeenkomende voorstelling van een verdere uitvoeringsvorm,
Fig. 9 een met figuur 5 overeenkomende voorstelling van een verdere uitvoeringsvorm,
Fig. 10 tot
Fig. 12 een aanzicht van de achterkant van de coulisseplaat tijdens de verstelling van de grendel vanuit de gesloten in de geopende stand,
Fig. 13 een verdere uitvoeringsvorm met een vierstang als deel van de koppelingsinrichting voor de verbinding van versteldeel en grendel,
Fig. 14 de uitvoeringsvorm uit figuur 13 op een later tijdpunt van het sluitproces met de parallel ten opzichte grendelopneming uitgelijnde grendel,
Fig. 15 een met figuur 14 overeenkomende voorstelling op een nogmaals later tijdpunt van het sluitproces,
Fig. 16 een nogmaals verdere uitvoeringsvorm in een vierstang als deel van de koppelingsinrichting tussen grendel en versteldeel met afzien van een draaiplaat,
Fig. 17 de uitvoeringsvorm uit figuur 16 op een later tijdpunt van het sluitproces,
Fig. 18 de uitvoeringsvorm uit figuur 16 op een nogmaals later tijdpunt van het sluitproces,
Fig. 19 een nogmaals andere uitvoeringsvorm met een langs een cirkelboog verstelbaar versteldeel,
Fig. 20 de uitvoeringsvorm uit figuur 19 op een later tijdpunt van het sluitproces,
Fig. 21 de uitvoeringsvorm uit figuur 19 op een nogmaals later tijdpunt van het sluitproces,
Fig. 22 tot
Fig. 24 een geïsoleerde voorstelling van de regeleenheid van de uitvoeringsvorm volgens figuur 19 in de geopende stand, in de stand bij het bereiken van de horizontale draaistand van de grendel alsook met de in de grendelopneming ingeschoven grendel,
Fig. 25 een nogmaals verdere uitvoeringsvorm met een aan de geleidingsrail verbonden aanslag, in de geopende stand,
Fig. 26 de uitvoeringsvorm uit figuur 25 op een later tijdpunt van het sluitproces en,
Fig. 27 de uitvoeringsvorm uit figuur 25 op een nogmaals later tijdpunt van het sluitproces na het bereiken van de aanslag aan de geleidingsrail
De uitvinding heeft betrekking op een tweewieler, waarvan in de tekening met betrekking tot de verschillende uitvoeringsvormen slechts de tweewielerdelen voorgesteld zijn, die voor de verklaring van de uitvinding nodig zijn. De tweewieler zelf omvat een frame met tenminste één vork 1, die zowel door de voorwielvork alsook door de achterwielvork gevormd kan zijn. Deze vork 1 bezit twee tegenover elkaar liggende schoren 2, 3, die in de tekening gedeeltelijk voorgesteld zijn, namelijk in zoverre deze schoren 2, 3 voor de integratie van een slot in het frame van de tweewieler nodig zijn. De ene schoor 2, namelijk de in fig. 1 links voorgestelde schoor 2, bezit een slotbehuizing 4 voor de opneming van een sloteenheid 5 met een grendelopneming 6, terwijl aan de andere schoor 3 een grendelbehuizing 7 voor de opneming van een grendeleenheid 8 met een grendel 9 verbonden is. Zowel de slotbehuizing 4 alsook de grendelbehuizing 7 zijn integraal in de verbonden schoren 2, 3 door diens desbetreffende wand 10 gevormd, zodat het voor de diefstal beveiliging van de tweewieler gebruikte slot geen accessoire voorstelt, maar integraal bestandsdeel van de tweewieler constructie is. De slotbehuizing 4 en de grendelbehuizing 7 bezitten openingen 11 voor het inzetten van de sloteenheid resp. de grendeleenheid 8, die op de van elkaar afgekeerde zijden van de beide schoren 2, 3 uitgevoerd zijn, waarbij de slotbehuizing 4 en de grendelbehuizing 7 doorbrekingen 12 voor de grendel 9 op de elkaar toegekeerde zijden van de beide schoren 2, 3 bezitten.
In figuur 2 is de slotbehuizing 4 in de wand 10 van de ene schoor 2 met de sloteenheid 5 voorgesteld. Deze sloteenheid 5 omvat een slotcilinder 13, die bij het voorgestelde uitvoeringsvoorbeeld door middel van een sleutel te bedienen is. Bovendien is in de sloteenheid 5 de grendelopneming 6 gevormd, waarin een komveer 14 aangebracht is, die een kom 15 aandrijft, die de grendelopneming 6 afsluit, wanneer de grendel 9 niet in de grendelopneming 6 ingezet is. Bij het getoonde uitvoeringsvoorbeeld van de sloteenheid 5 zijn aan de slotcilinder twee sperplaten 16 verbonden, waarbij de ene sperplaat 16 voor het samenwerken met de grendel 9 verschaft is, terwijl de andere sperplaat 16 voor de beveiliging van de slothaak 17 van een extra bruikbaar kabelslot 18 dient. De principiële opbouw en de functie van een zodanige sloteenheid 5 is bekend en behoeft hier geen extra verklaring, waarbij slechts op te merken is, dat voor alle hierna volgende te beschrijven uitvoeringsvormen de sloteenheid 5 dezelfde opbouw bezit, terwijl de uitvoeringsvormen met betrekking tot de aan andere schoor 3 verbonden grendeleenheid 8 verschillen.
Voor alle uitvoeringsvormen is ook met betrekking tot de grendeleenheid 8 gemeenschappelijk, dat deze een de grendel 9 met een versteldeel 19 verbindende koppelingsinrichting 20 omvat, die een geleidingsrail 21 voor geleiden van de verstelling van de grendel 9 uit de verstelling van het versteldeel 19 bezit, waarbij de verstelling van de grendel 9 van de geopende stand in de grendelopneming 6 grijpende stand door het draaien om een draaias en daarna door het verschuiven in de richting van de grendel lengteas in de grendelopneming 6 gebeurt. Daarbij is de grendel 9 relatief ten opzichte van de geleidingsrail 21 draaibaar, die in de meeste uitvoeringsvoorbeelden een geleidingsgroef 22 bezit, waarin een door middel van het versteldeel beweegbare stift 23 grijpt.
Bij het in de figuren 3 tot 6 getoonde uitvoeringsvoorbeeld is de geleidingsrail 21 als coulisseplaat 24 met een stuurcoulisse 25 gevormd, waarbij de vorm van de stuurcoulisse 25 uit figuur 6 zichtbaar is. Verder is een draaibaar aan de andere schoor 3 geplaatste draaiplaat 26 aanwezig, waarin het versteldeel 19 geleid wordt. Alles bij elkaar genomen kan bij dit uitvoeringsvoorbeeld het versteldeel 19 bij het verstellen van de grendel 9 van de geopende in de gesloten stand tegen de kracht van een terugbrengveer 27 versteld worden, waardoor enerzijds de draaiplaat 26 met betrekking tot de anders schoor 3 naar buiten gedraaid wordt, terwijl de grendel 9 uit de in wezen parallel ten opzichte van de andere schoor 3 georiënteerde geopende stand in naar de grendelopneming 6 wijzende stand gedraaid wordt. Door het verdraaien van de draaiplaat 26 met het versteldeel 19 in de richting van de grendelopneming 6 wordt de grendel 9 in deze grendelopneming 6 gevoerd, waarbij tegelijkertijd een grendelveer 28 gespannen wordt. Bij het inschuiven van de grendel 9 in de grendelopneming 6 wordt de kom 15 tegen de kracht van de komveer 14 in de grendelopneming 6 verschoven, zodat de sperplaat 16 in de rondom lopende groef aan het vrije einde van de grendel 9 kan grijpen. Wordt de slotcilinder 13 door middel van de sleutel bedient, aldus weer geopend, dan geeft de sperplaat 16 de grendel 9 vrij, die ondersteund door de grendelveer 28 alsook de komveer 14 uit de grendelopneming 6 gedrukt en door middel van de terugbrengveer 27 weer in de geopende stand als uitgangspositie voor het volgende sluitproces versteld wordt.
De figuren 7 tot 12 tot F tonen een alternatieve uitvoeringsvorm, waarbij eveneens een draaibaar aan de andere schoor 3 gelagerde draaiplaat 26 gebruikt wordt. Uitgaand van de in figuur 7 getoonde positie wordt het versteldeel 19 naar onderen gedrukt, waardoor de zwenkplaat 26 geleid in de stuurcoulisse 25 van de coulisseplaat 24 gedraaid wordt, tot de parallel ten opzichte van de grendelopneming 6 georiënteerde arm 29 van de stuurcoulisse 24 bereikt is, waarin het versteldeel 19 voor het inschuiven van de grendel 9 in de grendelopneming 6 verschoven kan worden.
Een nogmaals andere uitvoeringsvorm is in de figuren 13 tot 15 voorgesteld, waarin van een draaiplaat 24 afgezien is, maar die als coulisseplaat 24 uitgevoerde geleidingsrail 21 zelf draaibaar aan de anders schoor 3 geplaatst is. Het afzien van de extra draaiplaat 24 is daardoor mogelijk, doordat de in de geleidingsgroef 22 grijpende stift 23 door middel van een vierstang 31 met het versteldeel 9 gekoppeld is. Bij deze uitvoeringsvorm vindt wederom de verstelling van het versteldeel 19 plaats, tot de grendel 9 de parallel ten opzichte van de grendelopneming 6 georiënteerde draaipositie bereikt; daarbij wordt de geleidingsrail 21 naar buiten gedraaid, zodat door het terugdraaien van de geleidingsrail 21 de grendel 9 in de grendelopneming 6 kan worden geschoven.
De figuren 16 tot 18 tonen een nogmaals andere uitvoeringsvorm, waarbij de geleidingsrail 21 stijf aan de andere schoor 3 gemonteerd is. De vierstang 31 is hier in een gemodificeerde vorm aanwezig, zodat door een gelijkvormige beweging van het versteldeel 19 allereerst de draaibeweging van de grendel 9 en vervolgens diens inschuiven in de grendelopneming 6 bereikt wordt, voor de gebruiker aldus een bijzonder eenvoudige hantering gegeven is, waarbij niet de verstelling van het versteldeel 19 met de erna volgende verdraaiingen van de geleidingsrail 21 resp. de draaiplaat 24 door de gebruiker apart bewerkt hoeft te worden. Een dit voordeel eveneens biedende verdere alternatieve uitvoeringsvorm is in de figuren 1 en 19 tot 24 voorgesteld. Bij deze uitvoeringsvorm is het versteldeel 19 met een radiaal verbindingsstuk 32 en een daaraan vastgehouden booggedeelte 33 gevormd, waarbij de geleidingsrail 21 aan het versteldeel 19 gekoppeld en in een aan de grendel 9 verbonden groef geleid is, aldus bij dit uitvoeringsvoorbeeld de geleidingsgroef 22 niet direct in de geleidingsrail 21 aangebracht is. Bij deze uitvoeringsvorm gebeurt de verstelling van het versteldeel 19 niet in een rechtlijnige beweging, maar langs een cirkelboog bij het behouden van het voordeel, dat nu de gelijkvormige beweging langs de cirkelboog nodig is, om zowel het draaien van de grendel 9 alsook diens schuiven in de grendelopneming 6 te bereiken. Bij de in de tekening voorgestelde uitvoeringsvorm vormt de geleidingsrail 21 een hefboomarm van een tussen het booggedeelte en de andere schoor 3 aangebrachte kniehefboom 34, waarbij de extra hefboomarm voor de gedefinieerde verstelling van de geleidingsrail 21 gebruikt wordt.
De figuren 25 tot 27 tonen een uitvoeringsvorm, waarbij eveneens slechts een gelijkvormige beweging door de gebruiker langs een cirkelboog nodig is, waarbij de geleidingsrail 21 extra met een aanslag 35 samenwerkt, om de grendel 9 in de grendelopneming 6 te verschuiven, waarbij de geleidingsrail 21 allereerst met het versteldeel 19 gedraaid en dan gedwongen door de aanslag 35 om een draaias 36 verdraaid wordt.
Aanvullend is te benadrukken, dat de grendelveer 28 en de terugbrengveer 27 bij alle verschillende uitvoeringsvormen aanwezig zijn met aan de desbetreffende uitvoeringsvorm aangepaste opstelling en uitvoering.
Lijst met referentietekens 1. vork 2. een schoor 3. andere schoor 4. slotbehuizing 5. sloteenheid 6. grendelopneming 7. grendelbehuizing 8. grendeleenheid 9. grendel 10. wand 11. opening 12. doorbreking 13. slotcilinder 14. komveer 15. kom 16. sperplaat 17. sluithaak 18. kabelslot 19. versteldeel 20. koppelingsinrichting 21. geleidingsrail 22. geleidingsgroef 23. stift 24. coulisseplaat 25. stuurcoulisse 26. draaiplaat 27. terugbrengveer 28. grendelveer 29. Arm van de stuurcoulisse 30. arm van de stuurcoulisse 31. vierstang 32. radiaal verbindingsstuk 33. booggedeelte 34. kniehefboom 35. aanslag 36. draaias 37. basisplaat 38. aanslagen van de basisplaat

Claims (15)

1. Tweewieler, in het bijzonder fiets, elektrische fiets (e-bike), snorfiets of dergelijke, met een frame en tenminste een aan het frame verbonden vork (1) met twee tegenover elkaar liggende schoren (2, 3), waarvan de ene schoor (2) een slotbehuizing (4) voor de opneming van een sloteenheid (5) met een grendelopneming (6) en de andere schoor (3) een grendelbehuizing (7) voor het opnemen van een grendeleenheid (8) met een grendel (9) verbonden is, met het kenmerk, dat de slotbehuizing (4) integraal in de ene schoor (2) door diens wand (10) aangebracht is, dat de grendelbehuizing (7) integraal in de andere schoor (3) door diens wand (10) aangebracht is, en dat de grendeleenheid (8) een de grendel (9) met een versteldeel (19) verbindende koppelingsinrichting (20) omvat, die een geleidingsrail (21) voor het geleiden van de verstelling van de grendel (9) uit de verstelling van het versteldeel (19) bezit, waarbij de verstelling van de grendel (9) van de geopende in de gesloten, in de grendelopneming (6) grijpende stand door het draaien om een draaias en daarna door het verschuiven in de richting van de grendel lengteas in de grendelopneming (6) gebeurt.
2. Tweewieler volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de slotbehuizing (4) en de grendelbehuizing (7) openingen (11) voor het inzetten van de sloteenheid (8) resp. de grendeleenheid (8) bezitten, die op de van elkaar afgekeerde zijden van de beide schoren (2, 3) aangebracht zijn, en dat de slotbehuizing (4) en de grendelbehuizing (7) doorbrekingen (12) voor de grendel (9) op de elkaar toegekeerde zijden van de beide schoren (2, 3) bezitten.
3. Tweewieler volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de grendel (9) relatief ten opzichte van de geleidingsrail (21) draaibaar is.
4. Tweewieler volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de geleidingsrail (21) een geleidingsgroef (22) bezit, waarin een door middel van het versteldeel (19) beweegbare stift (23) grijpt.
5. Tweewieler volgens een der conclusies 1 tot 4, met het kenmerk, dat de geleidingsrail (21) als coulisseplaat (24) met een stuurcoulisse (25) gevormd is.
6. Tweewieler volgens een der conclusies 1 tot 5, met het kenmerk, dat het versteldeel (19) door een in de gesloten stand gespannen terugbrengveer (27) aangedreven wordt.
7. Tweewieler volgens een der conclusies 1 tot 6, met het kenmerk, dat de grendel (9) door een in de gesloten stand gespannen terugbrengveer (28) aangedreven is.
8. Tweewieler volgens een der conclusies 1 tot 7, met het kenmerk, dat het versteldeel (19) in een draaibaar aan de andere schoor (3) geplaatste draaiplaat (26) geleid is.
9. Tweewieler volgens een der conclusies 1 tot 8, met het kenmerk, dat de in de geleidingsgroef (22) grijpende stift (23) door middel van een vierstang (31) met het versteldeel (19) gekoppeld is.
10. Tweewieler volgens een der conclusies 1 tot 8, met het kenmerk, dat de geleidingsrail (21) draaibaar geplaatst is.
11. Tweewieler volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de geleidingsrail (21) zwenkbaar aan de andere schoor (3) geplaatst is.
12. Tweewieler volgens een der conclusies 1 tot 7, met het kenmerk, dat het versteldeel (19) met een radiaal verbindingstuk (32) een daaraan vastgehouden booggedeelte (33) gevormd is, en dat de geleidingsrail (21) aan het versteldeel (19) gekoppeld en in een aan de grendel (9) verbonden groef geleid is.
13. Tweewieler volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de geleidingsrail (21) een hefboomarm van een tussen het booggedeelte (33) en de andere schoor (3) aangebrachte kniehefboom (34) vormt.
14. Tweewieler volgens een der conclusies 1 tot 13, met het kenmerk, dat de grendeleenheid (8) een basisplaat (37) bezit, waarop de grendel (9) en/of het versteldeel (19) en/of de terugbrengveer (27) aangebracht zijn.
15. Tweewieler volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat aan de basisplaat (37) aanslagen (38) voor de begrenzing van de verstelweg van het versteldeel (9) aangebracht zijn.
NL1038108A 2010-03-05 2010-07-19 Tweewieler. NL1038108C2 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE102010000654A DE102010000654A1 (de) 2010-03-05 2010-03-05 Zweirad
DE102010000654 2010-03-05

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1038108A true NL1038108A (nl) 2011-09-06
NL1038108C2 NL1038108C2 (nl) 2015-06-26

Family

ID=44502698

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1038108A NL1038108C2 (nl) 2010-03-05 2010-07-19 Tweewieler.

Country Status (3)

Country Link
CN (1) CN102190027A (nl)
DE (1) DE102010000654A1 (nl)
NL (1) NL1038108C2 (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE102012002903A1 (de) * 2012-02-13 2013-08-14 ABUS August Bremicker Söhne KG Rahmenschloss
DE102013217075A1 (de) * 2013-08-27 2015-03-05 ABUS August Bremicker Söhne KG Rahmenschloss
CN104612486B (zh) * 2015-01-29 2017-01-11 李伯良 一种电动自行车毂形闸用电动锁
EP3069968A1 (en) * 2015-03-16 2016-09-21 Kipando BVBA Electric through-the-wheel bike lock
CN106223744B (zh) * 2016-09-29 2019-01-29 杭州金通公共自行车科技股份有限公司 一种用于自行车的临时锁
CN106223745B (zh) * 2016-09-29 2018-12-25 杭州金通公共自行车科技股份有限公司 一种临时锁

Family Cites Families (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE19805021B4 (de) 1997-02-11 2007-04-05 Trelock Gmbh Schwenkbügelschloß
DE20213549U1 (de) 2002-08-29 2002-12-05 Trelock GmbH, 48301 Nottuln Rahmenschloß

Also Published As

Publication number Publication date
DE102010000654A1 (de) 2011-09-08
CN102190027A (zh) 2011-09-21
NL1038108C2 (nl) 2015-06-26

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1038108C2 (nl) Tweewieler.
US8297643B2 (en) Stroller
US10166931B2 (en) Support bars and cycle carriers
US8807587B2 (en) Stroller
US20220161891A1 (en) Locking device for locking an energy supply unit to a bicycle
JP2008254693A5 (nl)
FR2644502A1 (fr) Fermeture de portes pour vehicules automobiles
CN107975309B (zh) 门锁装置
JP2009532645A (ja) セルフロック機構
AU2005202831B2 (en) Hood Assembly Method and Apparatus
JP4948870B2 (ja) テーブル
KR101855775B1 (ko) 슬라이딩 도어 컨트롤러 유닛
CN111409682A (zh) 车架与婴儿车
EP1880916A2 (fr) Poussette à commande de pliage au guidon
FR2955882A1 (fr) Dispositif permettant d'ouvrir ou de fermer une porte par simple traction ou pression sur un bouton poussoir
JPH08333940A (ja) 自動車両用盗難防止装置
DK2626284T3 (en) frame lock
FR2907482A1 (fr) Dispositif de verrouillage a cremaillere pour panneau coulissant de vehicule automobile, dispositif d'obturation et vehicule automobile correspondants
CN112061290B (zh) 自行车折叠把立管
CN212921828U (zh) 自行车折叠把立管
US20240010289A1 (en) Storage apparatus
JP6816985B2 (ja) バックドア開閉装置
JPH0699869A (ja) 自転車における車輪の遠隔施錠装置
WO2009150873A1 (ja) 二輪車
TW201704062A (zh) 旋轉桿踏板鎖

Legal Events

Date Code Title Description
SD Assignments of patents

Effective date: 20150122

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20170801