NL1037990C2 - Wasinrichting. - Google Patents

Wasinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL1037990C2
NL1037990C2 NL1037990A NL1037990A NL1037990C2 NL 1037990 C2 NL1037990 C2 NL 1037990C2 NL 1037990 A NL1037990 A NL 1037990A NL 1037990 A NL1037990 A NL 1037990A NL 1037990 C2 NL1037990 C2 NL 1037990C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
bucket
washing device
washing
base
drive
Prior art date
Application number
NL1037990A
Other languages
English (en)
Inventor
Anna Magdalena Maria Veldman
Original Assignee
Bolk Techniek
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Bolk Techniek filed Critical Bolk Techniek
Priority to NL1037990A priority Critical patent/NL1037990C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1037990C2 publication Critical patent/NL1037990C2/nl

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D06TREATMENT OF TEXTILES OR THE LIKE; LAUNDERING; FLEXIBLE MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • D06FLAUNDERING, DRYING, IRONING, PRESSING OR FOLDING TEXTILE ARTICLES
    • D06F7/00Washing devices adapted to be used independently of any particular receptacle, e.g. for removable mounting on wash-tubs, bath-tubs, or the like
    • D06F7/04Washing devices adapted to be used independently of any particular receptacle, e.g. for removable mounting on wash-tubs, bath-tubs, or the like of the vibrator type
    • DTEXTILES; PAPER
    • D06TREATMENT OF TEXTILES OR THE LIKE; LAUNDERING; FLEXIBLE MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • D06FLAUNDERING, DRYING, IRONING, PRESSING OR FOLDING TEXTILE ARTICLES
    • D06F19/00Washing machines using vibrations for washing purposes

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Accessory Of Washing/Drying Machine, Commercial Washing/Drying Machine, Other Washing/Drying Machine (AREA)

Description

Wasinrichting
De uitvinding heeft betrekking op een wasinrichting bevattende een 5 wasreservoir voor wasvloeistof en een middel voor het in beweging zetten van in het wasreservoir aanwezige wasvloeistof, waarbij de wasinrichting een voetstuk, voorzien van een tafel bevat, waarbij het voetstuk is voorzien van een aandrijving om de tafel laagftequent te laten trillen en de tafel voorzien is koppelmiddelen voor het losneembaar aan de tafel koppelen van een emmer.
10
Wasinrichtingen bevatten vaak middelen voor het in beweging zetten van de wasvloeistof om hiermee de waswerking te versterken. In conventionele wasinrichtingen is de wasinrichting daartoe voorzien van een draaiende trommel of een verticale rotor in een staande trommel.
15
Dergelijke conventionele wasinrichtingen zijn echter over het algemeen niet geschikt voor het verrichten van kleine wasjes, de zogeheten ‘handwasjes’. Verder nemen de conventionele wasinrichtingen veel ruimte in beslag en hebben een groot gewicht dat ze minder of niet geschikt maakt voor kleine ruimtes en transport van 20 de wasinrichting moeilijk maken. Tevens is er een kans op beschadiging van het wasgoed.
Handwasjes worden daardoor, zoals het woord al aangeeft, vaak met de hand gedaan. Dit stelt de handen echter bloot aan wasvloeistof, water, zeep en 25 andere wasmiddelen.
Het Nederlandse octrooi NL1027170 toont een wasinrichting volgens de eerste alinea waarin aan vele bezwaren tegemoet is gekomen.
30 Door de tafel wordt in gebruik de emmer getrild met lage frequentie.
Hierdoor wordt de wasvloeistof in trilling gebracht, wat de waswerking versterkt. Door het toepassen van laagfrequente trillingen lijdt het wasgoed aanmerkelijk 1037990 2 minder dan bij conventionele roterende systemen. Zo wordt kans op beschadiging van het wasgoed nihil en wordt voorkomen dat merkbare slijtage optreedt. Dit is te verklaren uit het feit dat het wasgoed niet wordt rondgeslingerd maar in de vloeistof zweeft, terwijl de trillingen met een geschikte frequentie en amplitude in de 5 vloeistof hun werk doen. De wasvloeistof wordt als het ware door de stof geslingerd met mee neming van verontreinigingen. In tegenstelling tot ultrasone trillingen met zeer kleine bewegingen blijkt bij laagfrequente trillingen met veel grotere bewegingen (amplitude) het effect op wasgoed veel groter. De handen behoeven niet of veel minder te worden blootgesteld aan wasvloeistof, water, zeep 10 en andere wasmiddelen.
De bekende wasinrichting is met name geschikt voor toepassingen in die situaties waarin het van belang is de afmetingen en het gewicht van de wasinrichting te verkleinen dan wel klein te houden, bijvoorbeeld in motor- en zieljachten, caravans, 15 kampeerwagens of kampeeruitrusting, vrachtauto’ s met slaapgedeelte, kleine woonruimten, bijvoorbeeld studentenkamers etc.
De bekende wasinrichting gebruikt een wasprocédé met behulp van laagfrequente trillingen. Laagfrequent betekent hierbij trillingen onder ongeveer 500 20 Hz. Het is weliswaar bekend om door middel van ultrasone trillingen goederen te reinigen, maar de uitvinders hebben ingezien dat het voordelige effect van het gebruik van ultrasone trillingen op wasgoed zeer beperkt, indien al aanwezig, is. In uitvoeringsvormen trilt de aandrijving in bedrijf met een frequentie lager dan 100 Hz, bij voorkeur met een frequentie tussen 10 en 50 Hz. In dit frequentiegebied is 25 het positieve effect van de trillingen op de waswerking relatief groot en de benodigde energie voor het in trilling brengen relatief gering.
NL 1027170 toont vele mogelijke uitvoeringen.
30 De wasinrichting bevat in een uitvoeringsvorm een los voetstuk met daarin de aandrijving voor het laten trillen van de emmer. In deze uitvoeringsvorm is de wasinrichting eenvoudig transportabel.
3
De bekende wasinrichting is met name voordelig voor objecten waarin de beschikbare leefruimte en/of waterverbruik zeer beperkt is. Voorbeelden van dergelijke objecten zijn vaar- en voertuigen met een woon- en/of slaapgedeelte, zoals caravans, campers, motor- en zeilboten.
5
De aandrijving bevat in een uitvoeringsvorm een frame met twee parallel opgestelde assen, waarbij de assen een aan elkaar tegengestelde draairichting hebben. Deze wijze van opwekking van laag frequente trillingen heeft een zeer aannemelijk rendement, > 75%.
10
Hoewel de bekende wasinrichting aan vele bezwaren tegemoetkomt is gebleken dat er ruimte is voor verbetering. Met name het voorkomen van ongewenste trillingen en het weglopen van de wasinrichting als gevolg van de trillingen kan verbeterd worden.
15
Het is dan ook een doel van de uitvinding een wasinrichting van de in de eerste alinea vermelde soort te verschaften waarmee een of meer van de genoemde problemen is verminderd.
20 Hiertoe is de wasinrichting volgens de uitvinding gekenmerk doordat het voetstuk een kopdeel bevat dat een buitenrand, de tafel en de aandrijving en de koppelmiddelen bevat en een basisdeel welk basisdeel naar onder toe uitsteekt buiten het kopdeel, waarbij het voetstuk voorzien is van ophangveren voor het ophangen van het kopdeel in en boven het basisdeel, waarbij de ophangveren onder 25 een hoek staan met de verticaal en de ophangveren bij benadering naar een snijpunt boven het voetstuk gericht staan, welk snijpunt bij benadering op een symmetrieas van de emmer ligt.
Een dergelijke ophanging zorgt ervoor dat tijdens het trillen de beweging 30 van de trillende massa in een horizontaal vlak sterk begrensd is. Dit verhindert of vermindert sterk het weglopen van de wasinrichting tijdens het trillen.
4
Bij voorkeur bevindt het centrale punt zich, bij een vastgemaakte emmer, op een punt gelegen op tussen de 25 en 45% van een hoogte van de emmer.
Een dergelijk punt is dicht bij of komt bij benadering overeen met het 5 zwaartepunt van de bewegende massa, dat wil zeggen de emmer plus innoud en het kopdeel of iets daarboven. De bewegende massa is dan stabiel opgehangen boven de
Bij voorkeur hebben bevat de aandrijving een enkele aandrijfas. Het gebruik 10 van een enkele aandrijfas verlaagt de kosten en het gewicht en de complexiteit van de inrichting. Een nadeel is echter dat het risico op weglopen vergroot wordt. De wasinrichting volgens de uitvinding is bij uitstek geschikt bij gebruik van een enkele aandrijfas.
15 Deze en verdere aspecten van de uitvinding worden hier volgend beschreven en geïllustreerd aan de hand van de tekening:
In de tekening toont: 20 Figuur 1 in perspectief een wasinrichting als bekend uit NL1027170
Figuren 2A en 2B tot en met 5 details van een wasinrichting als bekend uit NL1027170
Figuren 6 en 7 voorbeelden van een wasinrichting en een voetstuk voor een wasinrichting volgens de uitvinding.
25 Figuren 8 en 9 een hevel voor gebruik in een wasinrichting tonen.
De figuren zijn voorbeeldfiguren, gelijke onderdelen worden in de regel met gelijke verwijzingscijfers aangeduid.
30 Figuur 1 toont schematisch in perspectief een inrichting volgens de uitvinding. De inrichting 1 bevat een voetstuk 2 en een emmer 3. Het voetstuk 2 is voorzien van een tafel 4 waarop de emmer 3 kan worden geplaatst. Het voetstuk 4 5 heeft een aan-uit knop 5. De emmer 3 heeft in deze geprefereerde uitvoeringsvorm een koppelmiddel 6 dat samenwerkt met een koppelmiddei 7 op tafel 4. De koppelmiddelen kunnen bijvoorbeeld samen een schroefverbinding vormen of een bajonetsluiting. De emmer 3 is in dit geprefereerde voorbeeld voorzien van een 5 (transparant) deksel 8 en een hengsel 9 waarbij het hengsel 9 voorzien is van een aandrukker 10, welke het deksel tegen de emmer aangedrukt houdt, wanneer het hengsel in neergeklapte toestand is, en het deksel loslaat wanneer het hengsel rechtop staat. De wasinrichting neemt bij voorkeur ook in de hoogte weinig ruimte in beslag en kan op de vloer of op bijvoorbeeld op een aanrecht worden geplaatst.
10 Het deksel 8 is in geprefereerde uitvoeringsvormen aan de binnenzijde voorzien van een wasgoedneerhouder, hier niet getoond. Een wasgoedneerhouder kan bijvoorbeeld een uitgevoerd zijn als een aantal pennen, of als een rooster op een pen aan de binnenzijde van het deksel. Hierdoor wordt het wasgoed in bedrijf in de wasvloeistof gehouden en voorkomen dat het wasgoed door ingesloten luchtkamers 15 op de wasvloeistof gaat drijven.
De bediening is bij voorkeur eenvoudig, in dit voorbeeld de aan/uit knop 5. Er is bij voorkeur voorzien in een automatische (tijd-) afslag, dat wil zeggen dat de machine na verloop van tijd uit zichzelf afslaat.
Het voetstuk is bij voorkeur voorzien van 1 of meer trillingdempers, welke 20 de inrichting op de ondergrond afsteunen (zie ook figuur 2B, voeten 12).
Verder is bij voorkeur voorzien in trilling-/geluiddemping tussen de aandrijving binnen het voetstuk en het binnenwerk van het voetstuk.
Énige dimensies en verdere kengetalwaarden van geprefereerde uitvoeringsvormen 25 worden in onderstaande tabel 1 weergegeven:
Tabel 1: - Inhoud van de emmer ca.: 10-11 liter 30 - Volume van de wasvloeistof-: 4-9 liter 6 - De trilfrequentie : beneden 100 Hz, bij voorkeur in het gebied 10-50 Hz, nog meer bij voorkeur tussen 15-30 Hz - Benodigd vermogen : bijvoorbeeld tussen 5 en 25 Watt, max. 50 5 Watt - De amplitude vert. hart tafel : 0,5-4 mm (top-top) - Degolfvorm : Rechtlijnig verticaal (evt. ook in andere richtingen)
Cirkelvormig, althans boogvormig 10 verticaal
Combinatie daarvan.
Na het wassen kan de emmer naar wens op de inrichting blijven of (met inhoud) weer worden afgenomen. Na het afnemen van de emmer kan het wasgoed 15 gemakkelijk worden uitgenomen en het waswater uitgegoten.
Om geen of weinig bewegingsverlies te krijgen dient bij voorkeur te worden voorzien in een goede koppeling tussen de tafel 4, welke is verbonden met de aandrijving 11, en de emmer 3. Deze koppeling wordt in een geprefereerde 20 uitvoeringsvorm tot stand gebracht door een (partiele) schroefdraad 7, welke samenwerkt met de, (eveneens partiele), schroefdraad 6 onder de emmer 3 . Door het aanbrengen van ten minste 1 elastisch element (bijvoorbeeld een O-ring) tussen de tafel en de emmer kan de stabiliteit van een dergelijke verbinding worden bevorderd, wat de kwaliteit van de energie overdracht kan bevorderen en tevens 25 ongewenste trillingen dempen.
In een andere uitvoering wordt de koppeling tussen de tafel en de emmer tot stand gebracht middels een bajonetverbinding.
30 In weer een andere uitvoering wordt de koppeling tussen de tafel en de emmer tot stand gebracht middels een concentrische verbinding met grendel.
i i i 7
Figuren 2A en 2B torteii een voorbeeld van een voetstuk in meer detail, in bovenaanzicht (Fig. 2A) en onderaanzicht (Fig. 2B). Het voetstuk 2 is voorzien van een aandrijving 11 voor het laagfrequent later trillen van tafel 4. Het voetstuk is in dit voorbeeld voorzien van elastische voetjes 12, die dienst doen als 5 trillingdempers, welke het voetstuk op de ondergrond afsteunen. In deze uitvoeringsvorm zijn vier voetjes getoond, in andere uitvoeringsvormen kunnen meer voetjes aanwezig zijn. De aandrijving 11 doet tafel 4 trillen welke tafel 4 aan de bovenzijde van het voetstuk 2 bereikbaar is, waarop de afneembare emmer 3 kan worden geplaatst, waarin het wassen plaats vindt. De emmer is qua vorm en 10 afmeting bij voorkeur vergelijkbaar met een huishoudemmer met als voordeel een grote en gemakkelijk bereikbare opening. Het vullen, respectievelijk legen, van de emmer kan worden uitgevoerd op gebruikelijke wijze, wat handig is. Daarbij behoeft de inrichting niet in zijn geheel te worden opgetild. Het afwisselende gebruik van meer emmers is mogelijk. Voor een korte wastijd kan voorverwarmde 15 wasvloeistof worden gebruikt. Het is eenvoudig de emmers schoon te maken.
Figuur 3 toont in perspectief een tafel 4 met schroefdraad 7. De spoedhoek van de schroefdraad is bij voorkeur gelegen tussen 3 en 7 graden, liefst tussen 4 en 5 graden. Bij een kleinere spoedhoek kan de kracht benodigd om de emmer vast en 20 los te schroeven zo groot worden dat het moeilijk wordt de emmer vast en los te schroeven van de tafel. Bij een grotere spoedhoek bestaat de kans dat de emmer tijdens het trillen ioskomt van de tafel. De tafei is in dit voorbeeld voorzien van een groef 4a voor een O-ring. De O-ring, hier niet getoond, vormt een elastisch element tussen de emmer en de tafel. Dit voorkomt dat de emmer te vast op de tafel wordt 25 geschroefd en zorgt voor een betere mechanische overbrenging van de trilling van de tafel naar de emmer. Door de O-ring vermindert ook de mogelijke speling tussen de tafel en emmer.
Figuur 4 toont een aandrijving 11. In dit voorbeeld is de aandrijving 30 voorzien van een voeding 12. De voeding van de inrichting kan zowel geschieden uit het lichtnet, als door middel van batterijen, die oplaadbaar kunnen zijn, als door middel van een aansluiting op bijvoorbeeld een (auto)accu. In dit voorbeeld is de 8 aandrijving 11 voorzien van een frame 13 dat scharniert om een scharnier 14. De aandrijving is voorzien van een tafelhouder 15, die de tafel 4 houdt.
De aandrijving wordt in de in figuur 4 getoonde uitvoeringsvorm gevormd door een frame met twee parallel opgestelde assen 16, welke bij voorkeur zijn 5 opgenomen in kogel- / rol- of glijdlagers, en een elektromotor. De twee assen zijn ter weerszijde voorzien van excenter gewichten. Op beide assen, zowel als op de motor is een tandwiel aangebracht met het doel de excenter gewichten tegengesteld aan elkaar te laten roteren. Tenminste het middelste van de drie tandwielen kan worden voorzien van “synchromeshringen” aan de beide flanken om (kans op) 10 “klepperen” te voorkomen. Door een geschikt toerental te kiezen kan de trillfequentie worden bepaald.
Deze wijze van opwekking van laag frequente trillingen heeft een zeer aannemelijk rendement, > 75%. Een verder voordeel van het gebruik van twee tegengestelde aan elkaar draaiende assen is dat het voetstuk, minder dan in het geval dat er een enkele 15 as gebruikt wordt, de neiging heeft te gaan verschuiven. De tegengestelde beweging van de assen heeft een in dit opzicht stabiliserend effect. Dit is met name van belang voor die uitvoeringsvormen van de wasinrichting volgens de uitvinding waarin de wasinrichting een los voetstuk bevat. Voor een ingebouwd voetstuk is het risico dat het voetstuk gaat verschuiven veel minder en kan het voordelig zijn een 20 as te gebruiken.
Het frame voor de aandrijving is bij voorbeeld aan een einde voorzien van een as, welke kan roteren in 2 glijdlagers. Deze glijdlagers zijn opgenomen in een blok dat onderdeel vormt met, of star bevestigd is aan, of middels een trilling-25 /geluiddemper bevestigd is aan een dragerplaat, welke weer onderdeel vormt met, of star bevestigd is aan het voetstuk van de inrichting.
Figuur 5 toont een detail van de constructie. De aandrijving is bij voorkeur middels een scharnierende geleiding 14 zodanig aan de inrichting bevestigd, dat de 30 tafelhouder 15 een kleine boogvormige beweging T kan maken in ongeveer verticale richting. De tafelhouder 15 is voorzien van afstand- en verbindingselementen 17 waarop tafel 4 (in figuur 5 niet getoond) geplaatst en 9 bevestigd is. Om nu te voorkomen dat de star aan elkaar verbonden, bewegende delen, bestaande uit de aandrijving, de tafel 4 en de emmer 3 met inhoud, door de gravitatie niet ongewenst neerwaarts bewegen, wordt het op deze constructie werkende kracht gecompenseerd door een veerconstructie, zodat het geheel in 5 evenwicht blijft en in feite een zwevende positie inneemt. De veerconstructie bestaat uit 1 of meer metalen schroefVeren of uit 1 of meer rubberveren, in figuur 5 de veren V. In figuur 5 is tevens schematisch getoond dat de assen 16a en 16b waaraan excenters verbonden zijn in tegengestelde richtingen (in figuur 5 Schematisch aangeduid door kromme pijlen) draaien. .
10 De combinatie van de aandrijving en deze constructie laat een zeer lage en zeer compacte bouwwijze toe.
In een andere uitvoering wordt de geleiding gevormd door 1 of meer geschikte bladveren. Deze bladveren zijn opgenomen in een blok dat onderdeel 15 vormt met, of star bevestigd is aan, of middels een trilling-/ geluiddemper bevestigd is aan een dragerplaat, welke weer onderdeel vormt met, of star bevestigd is aan het voetstuk van de inrichting.
In een weer andere uitvoering wordt de geleiding gevormd door 2 20 zogenoemde “silent blocks”. Deze “silent blocks” zijn opgenomen in een blok dat onderdeel vormt met, of star bevestigd is aan, of middels een trilling- / geluiddemper bevestigd is aan een dragerplaat, welke weer onderdeel vormt met, of star bevestigd is aan het voetstuk van de inrichting.
25 In onbelaste toestand, dus zonder emmer of met emmer zonder inhoud, kan het frame met de tafel door de veerconstructie tegen een bovenaanslag gehouden worden, welke wordt gevormd door het materiaal van de voet of een daaraan star bevestigd onderdeel. In toestand van overbelasting zorgt de te grote massa dat de onderste aanslag wordt bereikt, welke wordt gevormd door een star aan de voet 30 bevestigd onderdeel, echter in tegenovergestelde richting. De bedoelde veerconstructie is bij voorkeur zodanig bemeten dat de positie bij verschil in massa 10 door meer of minder wasvloeistof inclusief wasgoed, eveneens wordt gecompenseerd.
Zodra één van de aanslagen wordt bereikt in gevai van te geringe belasting, overbelasting, overdreven scheefstand of ontoereikende kwaliteit ondergrond of 5 werkblad, is de aandrijving bij voorkeur zo uitgevoerd dat in dat geval de aandrijving van de wasinrichting uitgeschakeld wordt.
Indien de massa’s van de excenter gewichten gelijk of nagenoeg gelijk aan elkaar zijn en deze symmetrisch of nagenoeg symmetrisch ten opzichte van elkaar 10 zijn bevestigd zal de amplitude van de tafel maximaal zijn en de golfvorm van de beweging in principe rechtlijnig zijn, loodrecht op het vlak door de assen terwijl tevens geen ongewenste resulterende, dwarskrachten naar buiten treden, waardoor meer stabiliteit wordt verkregen. Naarmate de massa van de excenter gewichten groter is zai de amplitude toenemen. Indien de excenter gewichten nissen de assen 15 onderling van massa verschillen zal de golfvorm van de beweging cirkelvormig of althans boogvormig zijn. Indien wordt afgeweken van de symmetrie zal de amplitude van maat veranderen. In deze varianten kan de waswerking worden beïnvloed.
Figuren 6 en 7 tonen een voetstuk voor een wasinrichting volgens de 20 uitvinding. Het voetstuk bevat een kopdeel 2A en een onderdeel 2B. Het kopdeel bevat de middelen 11 voor het trillen. Aandrijving 11 is vast verbonden met tafel 4. Het kopdeel 2A en het onderdeel 2B zijn zwevend met elkaar verbonden door veren 19. De veren zijn opgehangen onder een hoek met de vertikaal en zijn bij benadering gericht op een snijpunt SP dat bij benadering op de hartlijn (de 25 symmetrieas) van de emmer ligt, bij voorkeur op een positie gelegen tussen 25 en 45 % van de hoogte van de emmer. Het centrale punt kan ook hierboven liggen tot ongeveer 15 tot 20 cm boven de rand van de emmer. De stippellijn 21 geeft een gemiddeld vulniveau voor de emmer weer. Het punt waar de ophangveren op gericht zijn is bij voorkeur gelegen op of nabij (binnen 2 cm) het zwaartepunt van 30 de zwevende delen, dat wil zeggen de emmer plus inhoud plus deel 2A. Figuur 6 toont een alternatieve wijze om de emmer vast te zetten op tafel 4. De tafel is voorzien van een rubber ring. De emmer wordt op de tafel gezet en de rubber ring 11 vormt een afsluiting waardoor onder de emmer een afgesloten ruimte wordt gevormd. Door middel van slang 20 en een vacuümpomp wordt vacuüm gezogen waardoor de emmer losneembaar vastgezet wordt.
5 In het kort kan de uitvinding als volgt worden omschreven:
Een wasinrichting 1 bevat een voetstuk 2, een emmer 3 en een tafel 4. Het voetstuk 2 is voorzien van een aandrijving 11 om de tafel laagfrequent te laten trillen. De tafel 4 is voorzien van middelen om een emmer losneembaar aan te tafel te bevestigen. Het voetstuk 2 bevat een kopdeel 2A bevat dat een buitenrand 10 (18), de tafel (4) en de aandrijving (11) en de koppelmiddelen bevat en een basisdeel (2B) welk basisdeel dat naar onder toe uitsteekt buiten het kopdeel, waarbij het voetstuk voorzien is van ophangveren (19) voor het ophangen van het kopdeel in en boven het basisdeel, waarbij de ophangveren onder een hoek staan met de verticaal en de ophangveren bij benadering naar een snijpunt (SP) boven het 15 voetstuk gericht staan, welk snijpunt bij benadering op een symmetrieas van de emmer ligt.
Het zal duidelijk zijn dat in het kader van de uitvinding vele variaties 20 mogelijk zijn en de uitvinding niet beperkt is tot de hierboven gegeven voorbeelden.
Bijvoorbeeld: de vorm van de emmer kan variëren, de koppelmiddelen kunnen variëren. Het gebruik of doel van de inrichting is niet noodzakelijkerwijs 25 beperkt tot het wassen van goed. De inrichting kan bijvoorbeeld ook gebruikt worden of geschikt zijn voor het voorkomen van bevriezing van drinkwater voor dieren, bijvoorbeeld paarden of ander vee, of voor het reinigen van (verf)kwasten.
De wasinrichting kan voorzien zijn van sensors om de amplitude, beweging en/of frequentie van de tafel te regelen, al dan niet in afhankelijkheid van een 30 parameter van de emmer. Bijvoorbeeld: Het gewicht van de emmer, gevuld met wasvloeistof en wasgoed kan gemeten. Hiertoe kan de tafel voorzien zijn van strain gauges. Ook kan de indrukking van de veren gemeten worden en een maat zijn van het gewicht dat op de tafel bevestigd is. De inrichting kan een look-up 12 tabel bevatten, waarin gegevens staan die een verband geven tussen het gewicht en de benodigde amplitude of frequentie van de tafel.
De wasinrichting kan ook sensors, bijvoorbeeld optische sensors, bevatten waarmee de amplitude en/of frequentie van de tafel meetbaar is. Afwijkingen 5 tussen een ingestelde of gewenste amplitude en/of frequentie kunnen hiermee gemeten worden en, indien nodig of gewenst bijgesteld worden.
De wasinrichting kan voorzien zijn van een wringer.
De wasinrichting kan voorzien zijn van een arreteerinrichting voor het reversibel vastzetten van binnen- en buitendelen aan elkaar. Dit is nuttig bij 10 bijvoorbeeld vervoer van de wasinrichting.
De wasinrichting kan voorzien zijn van een hevel voor het af en aanvoeren van water. Figuren 8 en 9 tonen een dergeiijke hevel.
15
De hevel 81 kan eenvoudig op de rand van de emmer 3 worden bevestigd door een klik- of klemsysteem 82.
De hevel is voorzien van een slang met slangtuit 83 en een verticale buis 84, 20 voorzien van verticale klepgeleider 85.
De hevel bevat een klep met steel, die verticaal beweegbaar in een klepgeleider, en is voorzien van een schroef veer, welke de klep met rubberen afdichting afsluit tegen de verticale buis.
25
De verticale buis 84 is uitwendig voorzien van een beweegbare hevelschuif 86.
Deze kan handmatig in 2 standen (90° hoek) ervoor zorgdragen dat de klep wordt geopend of gesloten.
30 Vullen van de emmer geschiedt middels eerder genoemde slang, welke middels een snelkoppeling aan de waterkraan is verbonden. Bij geopende kraan wordt de klep door de waterdruk geopend en wordt de emmer met water gevuld. Vervolgens wordt de kraan gesloten en kan de hevel worden verwijderd en de slang ontkoppeld.
13
Legen van de emmer geschiedt als volgt:
Hevel plaatsen en slang aansluiten op de kraan. Water toevoeren tot de slang geheel gevuld is. Vervolgens de klep handmatig openen, de slang ontkoppelen en op een 5 lager niveau in de gootsteen of afVoer leggen. De emmer zal nu leeg geheveld worden. Doordat de klep zich onderin de emmer bevindt zal de emmer nagenoeg geheel geleegd worden, zodat de emmer niet opgetild behoeft te worden.
Het zal nauwelijks een probleem opleveren wanneer zich wasgoed in de emmer 10 bevindt. De hevel bevindt zich dicht bij de emmerwand. De onderkant van de hevel kan voorzien van middelen bijvoorbeeld een gaas om verstopping door wasgoed te voorkomen.
Opgemerkt wordt dat de hevel ook onafhankelijk van de ophanging gebruikt kan 15 worden en toe te passen is op een ander vat.
1037990

Claims (8)

1. Wasinrichting bevattende een wasreservoir voor wasvloeistof en een middel voor het in beweging zetten van in het wasreservoir aanwezige wasvloeistof, 5 waarbij de wasinrichting 1 een voetstuk 2, voorzien van een tafel 4 bevat, waarbij het voetstuk 2 is voorzien van een aandrijving 11 om de tafel laagfrequent te laten trillen en de tafel voorzien is koppelmiddelen 7 voor het losneembaar aan de tafel 4 koppelen van een emmer, met het kenmerk dat het voetstuk 2 een kopdeel 2A bevat dat een buitenrand (18), de tafel (4) en de aandrijving (11) en de 10 koppelmiddelen bevat en een basisdeel (2B), waarbij het voetstuk voorzien is van ophangveren (19) voor het ophangen van het kopdeel in en boven het basisdeel, waarbij de ophangveren (19) onder een hoek staan met de verticaal en de ophangveren bij benadering naar een snijpunt (SP) boven het voetstuk gericht staan, welk snijpunt bij benadering op een symmetrieas van de emmer ligt.
2. Wasinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de aandrijving in bedrijf trilt met een frequentie lager dan 100 Hz.
3. Wasinrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de aandrijving in bedrijf trilt met een frequentie tussen 10 en 50 Hz.
4. Wasinrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, 20 dat de wasinrichting een emmer 3 bevat en de emmer 3 en de tafel 4 voorzien zijn van samenwerkende koppelmiddelen (6,7).
5. Wasinrichting volgens een conclusie 4, met het kenmerk, dat de emmer voorzien is van een deksel (8).
6. Wasinrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, 25 dat de aandrijving een enkele aandrijfas bevat.
7. Wasinrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het centrale punt (SP) zich, bij een vastgemaakte emmer, op een punt gelegen op tussen de 25 en 45% van een hoogte van de emmer bevindt.
8. Vaar- of voertuig voorzien van een wasinrichting volgens een der 30 conclusies 1 tot en met 7, met het kenmerk dat het voetstuk is ingebouwd in een deel van het vaar- of voertuig. 1037990
NL1037990A 2010-05-28 2010-05-28 Wasinrichting. NL1037990C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1037990A NL1037990C2 (nl) 2010-05-28 2010-05-28 Wasinrichting.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1037990 2010-05-28
NL1037990A NL1037990C2 (nl) 2010-05-28 2010-05-28 Wasinrichting.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1037990C2 true NL1037990C2 (nl) 2011-11-29

Family

ID=43063494

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1037990A NL1037990C2 (nl) 2010-05-28 2010-05-28 Wasinrichting.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1037990C2 (nl)

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1995021954A1 (en) * 1994-02-14 1995-08-17 Hae In Kim Washing machine
WO2004037400A2 (en) * 2002-10-23 2004-05-06 Cps Color Equipment S.P.A. A mixer for fluid products and mixing method
NL1027170C2 (nl) * 2004-09-14 2006-03-15 Bolk Techniek Wasinrichting.
JP2008114000A (ja) * 2006-11-08 2008-05-22 Mitsuyoshi Tomiki 洗濯機

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1995021954A1 (en) * 1994-02-14 1995-08-17 Hae In Kim Washing machine
WO2004037400A2 (en) * 2002-10-23 2004-05-06 Cps Color Equipment S.P.A. A mixer for fluid products and mixing method
NL1027170C2 (nl) * 2004-09-14 2006-03-15 Bolk Techniek Wasinrichting.
JP2008114000A (ja) * 2006-11-08 2008-05-22 Mitsuyoshi Tomiki 洗濯機

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1027170C2 (nl) Wasinrichting.
JP2000355399A (ja) 液体輸送兼貯蔵容器を空にするための装置
CN206720067U (zh) 一种可调节倾倒高度的垃圾桶
NL1037990C2 (nl) Wasinrichting.
CN108528770A (zh) 一种超市用顾客自选核桃重装器械
JP2022520310A (ja) 洗剤を投入するための装置、粉末洗剤及び又は液体洗剤の少なくとも一方を受け入れて投入するための容器、及び対応機構
US392105A (en) Cup-holder
US20050029298A1 (en) Bottled water dispenser stand
CN209318131U (zh) 一种高层楼宇建设用的筛沙机
US32655A (en) Water-elevator
CN210248791U (zh) 一种便携式饭盒
US2538095A (en) Foldable clothes-washing machine
US1562484A (en) Portable bottle holder
CN215913243U (zh) 一种便携式蔬果清洗机
CN208839453U (zh) 一种海绵发泡机的搅拌机构
US8225516B2 (en) Pencil sharpening device
CN209221990U (zh) 一种新型化工搅拌罐
CN209577655U (zh) 一种省力的饮水桶清洗装置
CN109171400A (zh) 一种具有搅拌功能的水杯
CN209381191U (zh) 一种塑料粒混色搅拌装置
CN217866176U (zh) 一种全封闭干湿分离台
CN215939696U (zh) 一种原油破乳剂用搪瓷搅拌釜
JPH0131152Y2 (nl)
JP3148463U (ja) 液体容器
CN209526070U (zh) 一种硅片全自动插片清洗一体机

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20150601