NL1036436C2 - Vering voor een stijgbeugel. - Google Patents

Description

Vering voor een stijgbeugel

BESCHRIJVING

De uitvinding heeft betrekking op een vering voor een stijgbeugel 5 voor het berijden van een paardachtig dier, welke vering is voorzien van een cilinder met een zuigerlichaam, waarbij de vering in gebruik is bevestigd tussen de stijgbeugel en een stijgbeugelriem.

De uitvinding heeft verder betrekking op een stijgbeugel.

Een dergelijke vering alsmede stijgbeugel is bekend uit 10 NL-1.010.561. Dit octrooi beschrijft een vering die gebruikt maakt van stikstof, een hydraulisch fluïdum, alsmede een mechanische veer voor het dempen van de zuiger voor het opvangen van de krachten voor een gebruiker als gevolg van het berijden van een paardachtig dier.

Ondanks dat de bekende vering uitstekende prestaties levert, is de 15 vering relatief complex door het relatief hoog aantal verschillende aan de demping van de vering bijdragende componenten. Dit resulteert in een relatief hoge aanschafprijs. Tevens is gebleken dat het onderhoud van de veer relatief intensief is. In het bijzonder is verder gebleken dat de verende werking van met name de mechanische veer bij intensief gebruik van de vering, afneemt in de tijd.

20 Het doel van de onderhavige uitvinding is om een verbeterde eenvoudige en kostengunstige vering te verschaffen.

Dit doel wordt bij de vering volgens de uitvinding bereikt, doordat de cilinder en het zuigerlichaam enkel met behulp van een samengeperst gas krachten op de stijgbeugel opvangen.

25 Een belangrijk voordeel van een cilinder en een zuigerlichaam die enkel met behulp van een samengeperst gas krachten op de stijgbeugel opvangen, is dat geen aanvullende mechanische veren zijn benodigd, welke veren op zich slijten bij intensief en langdurig gebruik. Het ontbreken van de mechanische veer bevordert de levensduur van de kwalitatief hoogwaardige vering op enkel gas 30 derhalve aanzienlijk. Tevens is de vering volgens de onderhavige uitvinding door enkel het samengeperste gas voor het opvangen van de krachten op een stijgbeugel nagenoeg geruisloos. Een dergelijke geruisloze vering is met name voordelig bij relatief zenuwachtige paarden aangezien geluiden de stress van een dergelijk paard kunnen bevorderen.

1 0 36 4 36 2

Bij voorkeur is de vering een gesloten systeem voor het samengeperste gas, hetgeen betekent dat er in gebruik geen gas aan het inwendige van de cilinder wordt toegevoegd en/of wordt afgevoerd.

Een voorkeurs uitvoeringsvorm van de vering volgens de 5 onderhavige uitvinding wordt daardoor gekenmerkt, dat de druk van het samengeperste gas afhankelijk van het gewicht van de gebruiker instelbaar is.

Een persoon met een relatief groot gewicht heeft meer druk van het samengeperst gas nodig in de cilinder voor het opvangen van de krachten dan een andere persoon met een relatief laag gewicht. De vering volgens de onderhavige 10 uitvinding kan af fabriek of door een gebruiker zelf gebruikerspecifiek worden afgesteld om zo afhankelijk van het gewicht van de berijder de krachten tijdens het berijden van een paardachtig dier op te vangen. Op deze wijze kan voor elke persoon de vering optimaal worden ingesteld ter voorkoming van blessures.

Bij voorkeur is de druk in de cilinder in gebruik gelegen tussen 15 boven atmosfeer (>1,01 bar) tot maximaal 50 bar, in het bijzonder is de druk gelegen tussen 1,5 bar en 25 bar.

Een andere uitvoeringsvorm van de vering volgens de onderhavige uitvinding wordt daardoor gekenmerkt, dat het zuigerlichaam is voorzien van een stationair afsluitelement, alsmede van een verplaatsbare zuiger voor het opvangen 20 van de krachten op de stijgbeugel, waarbij tussen de zuiger en het afsluitelement een werkvolume is gedefinieerd voor het samengeperste gas.

In het gedefinieerde werkvolume voor het samengeperste gas heerst de druk die tegen de zuiger werkt voor het opvangen dan wel dempen van de krachten op de stijgbeugel voor een ruiter of amazone tijdens het berijden van 25 bijvoorbeeld een paard.

Een nog andere uitvoeringsvorm van de vering volgens de onderhavige uitvinding wordt daardoor gekenmerkt, dat de verplaatsbare zuiger is voorzien van een eerste zuigerdeel alsmede van een tweede zuigerdeel, waarbij de afstand tussen het eerste en het tweede zuigerdeel instelbaar is voor het variëren 30 van het werkvolume.

Door de afstand tussen het eerste en het tweede zuigerdeel in te stellen en daarmee het werkvolume te variëren wordt het samengeperste gas dat zich bevindt in dit werkvolume verder samengeperst of minder samengeperst waardoor de druk in het werkvolume toeneemt of afneemt. Op de wijze kan 3 eenvoudig de mate van demping van de vering volgens de onderhavige uitvinding bijvoorbeeld afhankelijk van het gewicht van een ruiter of afhankelijk van een door een ruiter gewenste vering worden ingesteld.

Een verdere uitvoeringsvorm van de vering volgens de onderhavige 5 uitvinding wordt daardoor gekenmerkt, dat door het stationair afsluitelement zich een instelelement uitstrekt naar de zuiger voor het instellen van de afstand tussen het eerste en het tweede zuigerdeel.

Op deze wijze kan overal door bijvoorbeeld een ruiter zelf door het variëren van de afstand tussen de zuigerdelen de druk worden ingesteld. Bijzonder 10 voordelig is dat bij een handmatig te bedienen instelelement geen gereedschappen zoals bijvoorbeeld een pomp zijn benodigd voor het variëren van de druk voor demping.

Een nog verdere uitvoeringsvorm van de vering volgens de onderhavige uitvinding wordt daardoor gekenmerkt, dat de vering is voorzien van 15 een insteldeel waaraan een stijgbeugel bevestigbaar is, waarbij het insteldeel ten opzichte van de cilinder roteerbaar is,

Op deze wijze kan tijdens bijvoorbeeld het beklimmen van het paardachtige dier de stijgbeugel ten opzichte van de stijgbeugelriem roteren zodat de ruiter makkelijk op en af van het dier kan stappen. In een bijzondere 20 uitvoeringsvorm is de cilinder 360 graden draaibaar ten opzichte van het insteldeel.

Bij voorkeur is met behulp van het insteldeel het instelelement bedienbaar is voor het instellen van het werkvolume in de cilinder. Het bedienen kan bijvoorbeeld door een instelrad in het instelelement worden uitgevoerd die bijvoorbeeld stapsgewijs de afstand tussen het eerste en het tweede zuigerdeel kan 25 instellen.

Een andere uitvoeringsvorm van de vering volgens de onderhavige uitvinding wordt daardoor gekenmerkt, dat het samengeperste gas lucht is.

Lucht is voordelig aangezien het gebruik van lucht geen aanvullende kosten met zich meebrengt. In principe zijn echter ook andere gassen 30 in de vering toepasbaar zoals bijvoorbeeld stikstof.

Een nog andere uitvoeringsvorm van de vering volgens de onderhavige uitvinding wordt daardoor gekenmerkt, dat de cilinder van een ventiel is voorzien voor het bijvullen van het samengeperste gas.

Met behulp van de ventiel kan de druk in de cilinder op eenvoudige 4 wijze worden aangepast door de cilinder met gas bij te vullen of iets leeg te laten. Op deze wijze kan de druk eenvoudig en snel worden aangepast aan bijvoorbeeld het gewicht van een ruiter. Het kan bijvoorbeeld voorkomen dat een enkele vering voor verschillende personen wordt gebruikt. De cilinder kan bijvoorbeeld met behulp 5 van een handpompje of bijvoorbeeld een fietspomp in geval van lucht, eenvoudig door een persoon worden bijgevuld of leeggelaten. Met name lucht heeft het voordeel dat met behulp van een standaard en relatief goedkoop luchtpompje de vering overal in te stellen is.

Een nog verdere uitvoeringsvorm van de vering volgens de 10 onderhavige uitvinding wordt daardoor gekenmerkt, dat in gebruik de zuiger verplaatsbaar is tussen een maximale positie met een maximaal werkvolume en een minimale positie met een minimaal werkvolume, waarbij bij voorkeur in rust de zuiger zich bevindt in of nabij de maximaal positie.

Bij het opvangen van krachten zal de zuiger verplaatsen vanuit een 15 positie waarin een relatief groot volume samengeperst gas in de cilinder aanwezig is naar een positie waarin het gas met behulp van de zuiger wordt samengedrukt. Op een bepaald punt zal de opgebouwde druk voldoende weerstand gaan bieden tegen de kracht op de stijgbeugel. Daarna zal de zuiger indien de kracht is afgenomen of verdwenen zich onder invloed van de opgebouwde druk in de cilinder terug 20 verplaatsen naar de positie in rust, waarbij tijdens het terug verplaatsen de druk in de cilinder, in het bijzonder in het werkvolume van de cilinder, weer daalt.

Bij voorkeur is de cilinder is voorzien van een drukkamer voor het verschaffen van het minimale werkvolume tegen welke drukkamer de zuiger in de minimale positie verplaatsbaar is.

25 Met behulp van een dergelijke drukkamer kan de maximale druk in het systeem worden behaald, omdat in deze uiterste positie van de zuiger al het gas van de vering samengedrukt is in de drukkamer.

In een bijzondere voorkeursuitvoeringsvorm is de vering losneembaar aan de stijgbeugel bevestigbaar. Op deze wijze kan de vering volgens 30 de uitvinding worden toegepast bij bestaande stijgbeugels zonder vering.

Verder is het mogelijk om een stijgbeugel te verschaffen waarin de vering volgens de uitvinding is geïntegreerd.

De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van uitvoeringsvoorbeelden welke zijn getoond in de bijgevoegde figuren.

5

Figuren 1a en 1b tonen een bovenaanzicht respectievelijk een doorsnede langs A-A in figuur 1a van de vering volgens de onderhavige uitvinding in rust bij een relatief lage druk, figuren 2a en 2b tonen een bovenaanzicht respectievelijk een 5 doorsnede langs A-A in figuur 2a van de vering volgens de onderhavige uitvinding maximaal uitgerekt bij een relatief lage druk, figuren 3a en 3b tonen een bovenaanzicht respectievelijk een doorsnede langs A-A in figuur 3a van de vering volgens de onderhavige uitvinding in rust bij een relatief hoge druk, 10 figuren 4a en 4b tonen een bovenaanzicht respectievelijk een doorsnede langs A-A in figuur 4a van de vering volgens de onderhavige uitvinding maximaal uitgerekt bij een relatief hoge druk, figuur 5 toont een perspectivisch aanzicht van een stijgbeugel met de vering volgens de onderhavige uitvinding.

15 In de verschillende figuren zijn dezelfde onderdelen voorzien van overeenkomende verwijzingscijfers.

De vering 1 volgens de onderhavige uitvinding die is getoond in de figuren 1a,b - 4a,b alsmede figuur 5 is voorzien van een stijgbeugelriem-bevestiging 3 waardoorheen een stijgbeugelriem (niet getoond) bevestigbaar is, 20 alsmede van een stijgbeugelbevestiging 5 voor het met een borgpen 7 losneembaar bevestigen van de U-vormige stijgbeugel 100 aan de vering 1.

De vering 1 is verder voorzien van een cilinder 9, van een ten minste gedeeltelijk in de cilinder 9 gelegen zuigerlichaam 11, alsmede van een insteldeel 13 waaraan met behulp van de stijgbeugelbevestiging 5 een 25 stijgbeugelriem bevestigbaar is. De cilinder 9 omvat een eerste binnenwand-sectie 16 en een ten opzichte van de eerste binnenwandsectie 16 verbrede tweede binnenwandsectie 18 waarlangs het zuigerlichaam 11 verplaatsbaar is voor het opvangen van krachten.

Het zuigerlichaam 11 is voorzien van een stationair 30 afsluitelement 15. Het afsluitelement 15 sluit met behulp van een tegen de tweede binnenwandsectie 18 van de cilinder 9 gelegen afdichtingsring 17 het inwendige van de cilinder 9 af van de omgeving. Met behulp van de omtrekrand 20 tussen de eerste 16 en de tweede binnenwandsectie 18 is het qua diameter op de diameter van de tweede binnenwandsectie 18 aangepaste stationaire afsluitelement 15 stevig 6 gefixeerd in de cilinder 9. Een verplaatsing van het stationaire afsluitelement 15 in de richting van de stijgbeugelriem-bevestiging 3 is door de omtrekrand 20 tussen de eerste binnenwandsectie 16 en de tweede binnenwandsectie 18 nagenoeg onmogelijk. Aan de naar de stijgbeugelbevestiging 5 gelegen zijde is het 5 afsluitelement 15 door een fixeerbevestiging 22 gefixeerd tegen verplaatsingen.

Verder omvat het zuigerlichaam 11 een verplaatsbare zuiger 21, alsmede een zuigerstang 23 die zich door het stationair afsluitelement 15 uitstrekt naar de zuiger 21. De zuigerstang 23 is voorzien van een zich daardoorheen uitstrekkend instelelement 24 dat op een van de zuiger 21 af gelegen uiteinde is 10 voorzien van een instelrad 25. Het instelrad 25 is handmatig roteerbaar gelegen in het insteldeel 13. De zuigerstang 23 is op een afgedichte wijze gelagerd in het stationaire afsluitelement 15 zodat het inwendige van de cilinder 9 is afgesloten van de omgeving.

De zuiger 21 is voorzien van een afdichtingsmiddelen 28 15 omvattende eerste zuigerdeel 27 alsmede van een tweede zuigerdeel 29, waarbij met behulp van het zich door de zuigerstang 23 uitstrekkende instelelement 24 alsmede het instelrad 25 de afstand tussen het eerste 27 en het tweede zuigerdeel 29 instelbaar is. Het instelrad 25 is in het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld voorzien van verschillende uitsparingen 30 aan de naar de 20 zuiger 21 gelegen zijde. In deze in een cirkel opgestelde uitsparingen 30 is een met behulp van een veer 31 voorgespannen klikmechanisme 33 gelegen. Met behulp van de veer 31 wordt een palletje 35 van het klikmechanisme 33 in een van de uitsparingen 33 geduwd, waarbij elke uitsparing 33 correspondeert met een specifieke afstand tussen het eerste 27 en het tweede zuigerdeel 29. Indien een 25 gebruiker aan het instelrad 25 draait of klikt, wordt de veerkracht van de veer 31 overwonnen en zal het palletje 35 in een andere uitsparing onder veerkracht komen te liggen, waarbij de afstand tussen het eerste 27 en het tweede zuigerdeel 29 is veranderd. Een dergelijk klikmechanisme 33 gaat het per ongeluk draaien van het instelrad 25 tegen en zorgt derhalve voor een draaiborging.

30 Zoals zichtbaar is in de figuren is tussen het tweede zuigerdeel 29 en de eerste binnenwandsectie 16 een eerste rondom het tweede zuigerdeel 29 zich uitstrekkende spleet 39 gelegen. Een tweede spleet 40 is gelegen rondom een uitsteeksel 32 van het eerste zuigerdeel 27. Langs de spleten 29, 40 kan het samengeperste gas zich verplaatsen tot aan de afdichtingsmiddelen 28.

7

Verder is de cilinder 9 voorzien van een tegen de naar de zuiger 21 toegekeerde zijde van het afsluitelement 15 gelegen drukkamer 41.

Het werkvolume van het samengedrukte gas in de cilinder 9 van vering 1 wordt in het getoonde uitvoeringsvoorbeeld volgens de onderhavige 5 uitvinding derhalve bepaald door het volume V1 van de drukkamer 41 alsmede het volume V2 tussen de drukkamer 41 en de afdichtingsmiddelen 28 van het eerste zuigerdeel 27.

De cilinder 9 is verder voorzien van een ventiel 45 voor het met behulp van gereedschap zoals een pomp (niet getoond) via een in de drukkamer 41 10 uitkomende doorgang 47 wijzigen van de hoeveelheid samengeperst gas in het werkvolume.

Het instelelement 24 is voorzien van een schroefmechanisme met behulp waarvan de afstand via het instelrad 25 tussen het eerste 27 en het tweede zuigerdeel 29 in te stellen is. De zuigerstang 23 is vast verbonden met het tweede 15 zuigerdeel 29, terwijl het instelelement 24 met behulp van het schroefmechanisme en het instelrad 25 ervoor zorgt dat het eerste zuigerdeel 27 ten opzichte van het tweede zuigerdeel 29 kan verplaatsen. Het werkvolume kan door het verplaatsen van de eerste 27 en tweede schroefdelen 29 maximaal 30 % worden gevarieerd. Het variëren van het werkvolume betekent dat bij een identieke hoeveelheid 20 samengeperst gas de druk in de cilinder 9 wordt gewijzigd. Door het wijzigen van de druk wijzigt de mate van demping van de vering 1.

Figuren 1a,b en 2a,2b tonen de vering 1 volgens de onderhavige uitvinding bij een maximaal werkvolume doordat de afstand tussen het eerste 27 en het tweede zuigerdeel 29 maximaal is. Een groot volume betekent dat er een relatief 25 lage druk heerst in de cilinder 9.

Figuren 3a,b en 4a,4b tonen de vering 1 volgens de onderhavige uitvinding bij een minimaal werkvolume doordat de afstand tussen het eerste 27 en het tweede zuigerdeel 29 minimaal, zelfs nagenoeg nul is. Een klein volume betekent dat er een relatief hoge druk heerst in de cilinder 9. Zichtbaar is dat zelfs in 30 rust zoals is weergegeven in figuren 3a, 3b er een voor de werking van de vering 1 onbelangrijk volume V4 aanwezig is aan de naar de stijgbeugelriem-bevestiging 3 gelegen zijde van de zuiger 21.

Een hoge druk instelling wordt bijvoorbeeld gebruikt voor ruiters of amazones die een relatief hoog gewicht hebben of om andere redenen een stroeve 8 demping willen, terwijl een lage druk instelling wordt gebruikt voor bijvoorbeeld kinderen. Het gewicht van de ruiter of amazone bepaalt in feite de krachten die op de stijgbeugel worden uitgeoefend en die met behulp van de vering dienen te worden opgevangen.

5 Indien nodig kan de druk ook worden gewijzigd door gas via de ventiel 45 bij te vullen en/of iets uit de cilinder 9 te laten stromen. Met name indien lucht wordt gebruikt kan het bijvullen met een eenvoudige luchtpomp worden uitgevoerd.

In de figuren 1a, 1b is de vering 1 bij lage druk weergegeven in rust, 10 terwijl in de figuren 2a, 2b de vering 1 bij lage druk is weergegeven maximaal belast. Hetzelfde geldt voor figuren 3a,b en 4a, 4b maar dan bij hoge druk.

Met name bij maximale belasting (figuren 2a, b en 4a, 4b) is zichtbaar dat het tweede zuigerdeel 29 tegen de drukkamer 41 aan is gelegen. Het volume van de drukkamer 41 wordt dan gebruikt om het samengeperste gas op te 15 vangen bij een voor de vering 1 maximale belasting. Het tweede zuigerdeel 29 kan niet verder verplaatsen indien deze tegen de drukkamer 41 is gelegen. Het volume V2 is bij maximale belasting nagenoeg gelijk aan nul.

Het werkvolume van de cilinder 9 voor het samengeperste gas wordt enkel bepaald door de volumes V1 en V2. In een belaste situatie zal er 20 eveneens een volume V3 ontstaan aan de naar de stijgbeugelriem-bevestiging 3 gelegen zijde van de zuiger 21. De volumes V1 en V2 zullen te allen tijde een druk hebben die groter is dan atmosfeer. Het volume V3 en V4 zullen een druk hebben die is gelegen onder atmosfeer.

In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld is de stijgbeugelbevestiging 5 25 met behulp van bouten 71 bevestigd aan het insteldeel 13.

In een niet getoond uitvoeringsvoorbeeld kan de druk van het samengeperste gas in de cilinder 9 die enkel de demping van de vering volgens de onderhavige uitvinding bepaalt, enkel worden gewijzigd met behulp van de ventiel.

De werking van de vering volgens de onderhavige uitvinding die 30 enkel op een samengeperst gas, bij voorkeur lucht of anders stikstof, functioneert is als volgt:

Tijdens het berijden van een paardachtig dier worden krachten op de stijgbeugel 100 en derhalve op een ruiter met een voet gepositioneerd in de stijgbeugel 100 uitgeoefend. De vering 1 volgens de onderhavige uitvinding zorgt 9 ervoor dat de krachten op de stijgbeugel 100 worden opgevangen, waardoor een ruiter met name minder kans heeft op blessures, maar uiteraard ook comfortabeler kan rijden op het dier.

Bij het opvangen van een kracht zal de zuiger 21 zich van de 5 stijgbeugelriem-bevestiging 3 af verplaatsen, waardoor het volume voor het samengeperste gas in de drukkamer 41 en tussen de drukkamer 41 en de afdichtingsmiddelen 28 wordt verkleind en de druk van het gas wordt verhoogd zodanig dat de druk van het gas weerstand tegen de verplaatsing van de zuiger 21 gaat bieden en zo de zuiger gaat dempen. Nadat een evenwicht tussen de druk en 10 de kracht heeft plaatsgevonden, zorgt de druk in de cilinder 9 ervoor dat de zuiger zich terug verplaatst in de richting van de stijgbeugelriem-bevestiging 3.

Het insteldeel 13 kan ten opzichte van de cilinder 9 roteren bij voorkeur 360 graden om de zuigerstang 23. Op deze wijze wordt de ventiel 41 voor een pomp of dergelijke toegankelijk. Tevens kan de stijgbeugel worden geroteerd 15 om het op- en eventueel afstappen van een paardachtig dier te vergemakkelijken.

Een voordeel van de vering volgens de uitvinding is dat deze relatief snel en eenvoudig kan worden verwisseld.

1036436

Claims (13)

1. Vering voor een stijgbeugel, welke vering is voorzien van een cilinder met een zuigerlichaam, waarbij de vering in gebruik is bevestigd tussen de 5 stijgbeugel en een stijgbeugelriem, met het kenmerk, dat de cilinder en het zuigerlichaam enkel met behulp van een samengeperst gas krachten op de stijgbeugel opvangen.

2. Vering volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de druk van het samengeperste gas afhankelijk van het gewicht van de gebruiker instelbaar is.

3. Vering volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het zuigerlichaam is voorzien van een stationair afsluitelement, alsmede van een verplaatsbare zuiger voor het opvangen van de krachten op de stijgbeugel, waarbij tussen de zuiger en het afsluitelement een werkvolume is gedefinieerd voor het samengeperste gas.

4. Vering volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de verplaatsbare zuiger is voorzien van een eerste zuigerdeel alsmede van een tweede zuigerdeel, waarbij de afstand tussen het eerste en het tweede zuigerdeel instelbaar is voor het variëren van het werkvolume,

5, Vering volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat door het 20 stationair afsluitelement zich een instelelement uitstrekt naar de zuiger voor het instellen van de afstand tussen het eerste en het tweede zuigerdeel.

6, Vering volgens een der of een combinatie van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de vering is voorzien van een insteldeel waaraan een stijgbeugel bevestigbaar is, waarbij het insteldeel ten opzichte van de cilinder 25 roteerbaar is.

7. Vering volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat met behulp van het insteldeel het instelelement bedienbaar is voor het instellen van het werkvolume.

8. Vering volgens een der of een combinatie van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het samengeperste gas lucht is.

9. Vering volgens een der of een combinatie van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de cilinder van een ventiel is voorzien voor het bijvullen van het samengeperste gas.

10. Vering volgens een der of een combinatie van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat in gebruik de zuiger verplaatsbaar is tussen een 1036436 maximale positie met een maximaal werkvolume en een minimale positie met een minimaal werkvolume, waarbij bij voorkeur in rust de zuiger zich bevindt in of nabij de maximaal positie.

11. Vering volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de cilinder is 5 voorzien van een drukkamer voor het verschaffen van het minimale werkvolume tegen welke drukkamer de zuiger in de minimale positie verplaatsbaar is.

12. Vering volgens een der of een combinatie van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de vering losneembaar aan de stijgbeugel bevestigbaar is.

13. Stijgbeugel omvattende een daarin geïntegreerde vering volgens ten minste een der conclusies 1-8. 1036436