NL1010907C2 - Stijgbeugelsamenstel. - Google Patents
Stijgbeugelsamenstel. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1010907C2 NL1010907C2 NL1010907A NL1010907A NL1010907C2 NL 1010907 C2 NL1010907 C2 NL 1010907C2 NL 1010907 A NL1010907 A NL 1010907A NL 1010907 A NL1010907 A NL 1010907A NL 1010907 C2 NL1010907 C2 NL 1010907C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- stirrup
- assembly according
- foot
- stirrup assembly
- spring construction
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B68—SADDLERY; UPHOLSTERY
- B68C—SADDLES; STIRRUPS
- B68C3/00—Stirrups
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B68—SADDLERY; UPHOLSTERY
- B68C—SADDLES; STIRRUPS
- B68C3/00—Stirrups
- B68C2003/0041—Stirrups with a shock absorbing device
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Springs (AREA)
- Automotive Seat Belt Assembly (AREA)
Description
' )
Sti i gbeugelsamenstel.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een stij gbeugelsamenstel 5 omvattende een eerste deel voorzien van bevestigingsmiddelen voor verbinding met tuig, en een tweede deel voorzien van een opname voor de voet van de ruiter, waarbij het eerste en tweede deel onder tussenschakeling van een drukveerconstructie beweegbaar ten opzichte van elkaar verbonden zijn.
Een dergelijk stij gbeugelsamenstel is bekend uit het Duitse Patentschrift 173.669 10 (1906).
In het Duitse Patentschrift 10.587 (1880) wordt met twee op afstand van elkaar liggende veren afgeveerde stijgbeugel beschreven. Het gebruik van afgeveerde stijgbeugels heeft in principe het voordeel dat het comfort van zowel de ruiter als het paard vergroot wordt zonder dat de controleerbaarheid van de ruiter over het paard 15 afneemt. Bij de constructie beschreven in het bovengenoemde Duitse octrooischrift zijn de verschillende ten opzichte van elkaar liggende delen blootgesteld aan de omgeving en zal werking daarvan snel minder worden door binnentredende verontreiniging (zand en dergelijke) of zal zelfs volledige blokkade plaatsvinden. Bovendien is het bij deze constructie mogelijk dat gebruikers bekneld kunnen raken tussen de bewegende delen.
20 Tevens heeft deze constructie het nadeel dat deze verhoudingsgewijs groot uitgevoerd is, hetgeen weinig aantrekkelijk is.
In het Duitse Patentschrift 173.669 wordt een constructie met twee veren beschreven. De stijgbeugel hangt met een zwakke hulpveer aan de riem. Het bevestigingseinde van de veer aan de stijgbeugel is voorzien van een borst aangebracht 25 aan de zich van de stijgbeugel uitstrekkende pen. De diameter van deze borst is groter dan de opening in een plaat, welke plaat verbonden is met een veer die eveneens aan de riem verbonden is en verhoudingsgewijs stijf is. Indien de borst de plaat bereikt bij het belasten van de stijgbeugel zal de zwakkere veer niet meer effectief zijn en de stijvere veer het gewicht grotendeels ovememen. Ook hier zijn de verschillende onderdelen 30 blootgesteld aan de omgeving waarbij bovendien het gevaar bestaat dat bij het terugveren delen van de ruiter (zoals zijn broek) tussen de zich sluitende veer beklemd raken. Bovendien is een dergelijke constructie weinig compact en kan de plaatsing van het stijgbeugeldeel ten opzichte van de riem in principe onbeperkt zijn hetgeen tot 1 0 1 0907 2 blijvende deformatie van de veren kan leiden.
Het is het doel van de onderhavige uitvinding in een stijgbeugelsamenstel te voorzien, dat de hierboven beschrevennadelen niet heeft
Dit doel wordt bij het hierboven beschreven samenstel verwezenlijkt doordat het 5 eerste deel omvat een zich van de voetopname uitstrekkend uitsteeksel opgenomen binnen die veerconstructie, welk uitsteeksel aan het vrije uiteinde voorzien is van een schotel, waarbij dat tweede deel omvat een de veerconstructie opnemende bus, welke bus nabij het vrije einde voorzien is van een steunvlak voor de veerconstructie waarbij die drukveerconstruct ie tussen die schotel en dat steunvlak is aangebracht.
10 In tegenstelling tot het hierboven genoemde Duitse octrooischrift 173.669 werkt de veer tussen de schotel en het steunvlak. Daardoor is de bewegingsbaan van de stijgbeugel ten opzichte van de riem beperkt en kan geen blijvende deformatie van de veer optreden.
Door het aan de zadelriem te bevestigen eerste deel uit te voeren als rondom gesloten 15 bus waarin de veerconstructie opgesloten is, is het niet langer mogelijk dat vingers of andere lichaamsdelen van de ruiter of andere personen tijdens de verende beweging bekneld raken. Doordat de schotel die verbonden is met het eerste deel en op de veerconstructie afsteunt zich binnen de bus bewegend uitstrekt, worden verontreinigingen zoveel mogelijk buitengesloten. Dit kan nog verder verbeterd worden 20 indien de schotel nauwsluitend binnen de bus opgenomen is. De hierboven beschreven constructie kan compact uitgevoerd worden en maakt het mogelijk de veerconstructie op enige wenselijke wijze uit te voeren. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk de veerconstructie bestaande uit twee concentrisch ten opzichte van elkaar aangebrachte veren, bijvoorbeeld met tegengestelde wikkelrichting, aan te brengen. Op deze wijze 25 kan een bijzonder goed controleerbaar inveergedrag verkregen worden. Naast of in plaats van de veren kunnen ook schokdempers aanwezig zijn. Een op fluïdumdruk werkende demper, zoals een op olie-, water- gasdruk werkende demper, kan daartoe aangebracht zijn. Door het op deze wijze aanbrengen van de pen in de bus is onbeperkte draaiing van het tweede deel ten opzichte van het eerste deel mogelijk zodat 30 geen problemen met onjuiste positionering van de zadelriem ten opzichte van het draagvlak van de ruiter kunnen ontstaan, hetzij eenvoudig opgelost kunnen worden.
Opgemerkt wordt dat uit de Amerikaanse octrooiaanvrage 2.109.209 een tussen stijgbeugel en zadelriem aan te brengen veerconstructie bekend is. Deze bestaat uit een 1 n 1 09 0 7 3 pijp die in het midden met de zadelriem verbonden is. Door deze pijp strekt zich een pen uit die via een verdere riemconstructie met de stijgbeugel verbonden is. In het midden van de bus is een draagplaat aanwezig aan weerszijden waarvan veren aangebracht zijn. De hierboven beschreven pen strekt zich door een vrije opening in de 5 draagplaat uit en is zowel van boven als van onderen op beide veren afgesteund. Deze constructie heeft als nadeel dat de lengte aanzienlijk is, dat een uitstekend deel aanwezig is en dat bij het afleggen van een bepaalde veerweg de veerschotel hetzij aan de bovenzijde hetzij aan de onderzijde buiten de bus treedt en op dat moment kunnen zeer gevaarlijke beknellingen ontstaan en kan vuil de constructie binnentreden.
10 Volgens een van voordeel zijnde uitvoering van de uitvinding is de afstand van de schotel ten opzichte van de basis van het uitsteeksel van het tweede deel verstelbaar. Daardoor kan in aanpassing aan het gewicht van de ruiter en andere omstandigheden die voor het rijden van belang zijn voorzien worden.
De eigenlijke stijgbeugel, d.w.z. het tweede deel, kan voorzien zijn van enkele 15 bijzondere eigenschappen die zowel in combinatie met het bovenstaande, d.w.z. het stijgbeugelsamenstel, uitgevoerd kunnen worden, maar ook als zodanig bij elke andere stijgbeugel verwezenlijkt kunnen worden.
Een eerste voorstel is het draagvlak van de voet metallisch uit te voeren. Dat wil zeggen, niet langer wordt er zoals in de stand der techniek in een opening in het 20 draagvlak aangebrachte rubberblokken toegepast, maar wordt een metallisch raster gebruikt. Zeker indien dit als een geheel geïntegreerd is met het eigenlijke stijgbeugeldeel vormt verlies geen probleem terwijl bovendien eenvoudige productie mogelijk is en door passende keuze van het raster zelf-reinigende eigenschappen verwezenlijkt kunnen worden. Een tweede bijzondere eigenschap die onafhankelijk van 25 het hierboven beschrevene te verwezenlijken is, is dat de verbindingsdelen die zich uitstrekken vanaf het draagvlak voor de voet naar enigerlei bevestiging met de zadelriem zich onder een hoek uitstrekken met dat draagvlak. Deze hoek is zodanig dat in rijrichting gezien deze verbindingsdelen zich naar de hiel van de ruiter toe uitstrekken. Een dergelijke hoek is bij voorkeur ongeveer 20°. Met deze maatregel 30 wordt de hak van de ruiter omlaag gehouden. Opgemerkt wordt dat deze constructie onderscheiden moet worden van constructies waarbij het draagvlak scharnierend aan de verbindingsdelen bevestigd is. Bij de onderhavige uitvinding is sprake van een vaste bevestiging.
1 1 09 n 7 4
De uitvinding zal hieronder nader aan de hand van een in de tekening afgebeeld uitvoeringsvoorbeeld verduidelijkt worden. Daarbij tonen:
Fig. 1 schematisch en gedeeltelijk opengewerkt een eerste uitvoering van het stijgbeugelsamenstel volgens de uitvinding; 5 Fig. 2 schematisch en gedeeltelijk opengewerkt een tweede uitvoering van het stijgbeugelsamenstel volgens de uitvinding; en
Fig. 3 het stijgbeugelsamenstel volgens de uitvinding in combinatie met de voet van een ruiter.
In fig. 1 is het stijgbeugelsamenstel volgens de uitvinding in het geheel met 1 10 aangegeven. Dit bestaat uit een eerste deel 2 en een tweede deel 3. Het eerste deel 2 is via een pen 4 verbonden met een gebruikelijke zadelriem 5. Het eerste deel 2 bestaat in hoofdzaak uit een bus 6 voorzien van verlengingslippen 7 met openingen waarin pen 4 opgenomen is. Deze bus is als een ronde bus getoond, maar kan elke voorstelbare andere gedaante hebben. Aan de onderzijde is bus 6 van een draagrand 8 voorzien 15 waarop twee schroefveren steunen, een uitwendige schroefVeer 9 en een inwendige schroefveer 10. Deze zijn coaxiaal ten opzichte van elkaar aangebracht en uit de tekening blijkt dat deze een tegengestelde wikkelrichting hebben. Dergelijke schroefveren kunnen elke in de stand der techniek bekende veer zijn en kunnen bijvoorbeeld veren zijn zoals toegepast bij klepveren in de automobieltechniek. Als 20 materiaal voor de veren kan elk bekend verenstaal, of titaan en dergelijke gebruikt worden.
Het tweede deel 3 is het eigenlijke stijgbeugeldeel. Dit bestaat uit een draagdeel 16 voor de voet van de ruiter waarvan zich twee verbindingsdelen 18 uitstrekken. Tussen de verbindingsdelen 18 en het draagdeel 16 voor de voet wordt een voetopname 25 15 begrensd. De verbindingsdelen 18 komen bij elkaar en strekken zich verder uit als pen 13 die nabij het vrije uiteinde daarvan voorzien is van schroefdraad 14. Op dit schroefdraad 14 is schotel 11 gestoken. Op schotel 11 is een zelf-borgende moer 12 aangebracht. De hoogte van de schotel 11 ten opzichte van pen 13 kan met behulp van deze zelf-borgende moer 12 gesteld worden. Schotel 11 steunt anderzijds af op de 30 bovenzijde van de schroefveren 9 en 10. Pen 13 strekt zich uit door het inwendige van bus 6. Door schotel 11 zodanig uit te voeren dat deze nauwkeurig past binnen bus 6 kan voorkomen worden dat materiaal langs schotel 11 in de daaronder liggende ruimte binnendringt. Eventueel is het mogelijk boven schotel 11 een afdichtprop aan te 4 Λ 4 Π Q O 7 5 brengen die al dan niet mee beweegt met de beweging van schotel 11. Draagdeel 16 voor de voet is voorzien van een daarin geïntegreerd metallisch raster. Door het gebruik van een rasterconstructie 17 accumuleert vuil niet langer en valt naar beneden weg.
Afgezien van de veren kunnen alle overige delen van het stijgbeugelsamenstel uit 5 roestvast staal vervaardigd zijn. Deel 3 kan in het bijzonder door gieten vervaardigd zijn. Begrepen zal echter worden dat elk ander in de stand der techniek bekend materiaal en elke andere in de stand der techniek bekende productiemethode toegepast kan worden.
De veerconstructie wordt zodanig uitgevoerd dat bijvoorbeeld een maximale slag 10 van ongeveer 20 mm bereikt wordt bij een belasting van 1300 N. Vanzelfsprekend kan door aanpassing van de voorspanning op de veren door het meer of minder verdraaien van moer 12 ten opzichte van steel 13 een andere voorspanning verkregen worden.
Door het gebruik van twee veren kan een enigszins progressieve karakteristiek verkregen worden, maar gebleken is dat deze niet absoluut essentieel is voor het 15 optimaal werken van de hierboven beschreven constructie. Wel kan door het in elkaar plaatsen van twee veren gegarandeerd worden dat ook na een groot aantal wisselbelastingen nog steeds geen breuk of wezenlijke vermoeiing van de veren optreedt.
Om binnentreden van verontreinigingen in de veerconstructie volledig te 20 vermijden wordt de constructie volgens fig. 2 voorgesteld. Deze is in het geheel met 21 aangegeven en bestaat eveneens uit een eerste deel 22 en een tweede deel 23. Bij deze uitvoering is om bus 26 een zich vanaf de verbindingsdelen 28 uitstrekkende bus 25 aangebracht. De hierboven beschreven pen is als bout 33 uitgevoerd. Een van schroefdraad voorziene stop 40 geeft afsluiting aan de bovenzijde. Bout 33 is aan de 25 onderzijde voorzien van een inwendig zeskant 41 waarmee deze gedraaid kan worden en op welke wijze bij het stilstaan van schotel 31 de voorspanning gevarieerd kan worden. Daarbij kan de schotel 31 bijvoorbeeld via uitstekende nokken 34 wel in langsrichting verplaatsbaar maar niet roteerbaar aangebracht zijn om bij eventuele rotatie van bout 33 niet mee te draaien. Met deze constructie kan aan de bovenzijde 30 volledige afdichting plaatsvinden zodat vuil niet binnen kan treden.
In fig. 3 is schematisch aangegeven dat de verbindingsdelen 18 zich onder een hoek ten opzichte van het draagdeel 16 voor de voet uitstrekken. Met 19 is de laars van de ruiter aangegeven en de hoek die verbindingsdeel 18 ten opzichte van de laars maakt 1 0 1 0907 6 is met α aangegeven, α ligt bij voorkeur tussen 10 en 40° en is meer in het bijzonder ongeveer 20°. Door het gebruik van een dergelijke hoek wordt de hak van de ruiter enigszins schuin gepositioneerd hetgeen een optimale rijpositie geeft.
Uit het bovenstaande blijkt duidelijk dat talrijke varianten mogelijk zijn van de 5 hierboven beschreven constructie. Deze kunnen in combinatie met enige andere in de stand der techniek bekende uitvoeringsdetail gecombineerd worden en worden geacht binnen het bereik van de bijgevoegde conclusies te liggen.
1 0 1 0907
Claims (8)
1. Stij gbeugelsamenstel (1,21) omvattende een eerste deel (2,22) voorzien van bevestigingsmiddelen (4) voor verbinding met tuig (5), en een tweede deel (3,33) voorzien van een opname (15) voor de voet van de ruiter, waarbij het eerste en tweede 5 deel onder tussenschakeling van een drukveerconstructie beweegbaar ten opzichte van elkaar verbonden zijn, met het kenmerk, dat het eerste deel omvat een zich van de voetopname uitstrekkend uitsteeksel (13,33) opgenomen binnen die veerconstructie, welk uitsteeksel aan het vrije uiteinde voorzien is van een schotel (11,31), waarbij dat tweede deel omvat een de veerconstructie opnemende bus (6,26), welke bus nabij het 10 vrije einde voorzien is van een steunvlak (8) voor de veerconstructie waarbij die drukveerconstructie tussen die schotel en dat steunvlak is aangebracht.
2. Stijgbeugel volgens conclusie 1, waarbij de veerconstructie twee in elkaar geplaatste spiraalveren (9,10) met tegengestelde wikkelrichting omvat.
3. Stij gbeugelsamenstel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het 15 inwendige van de bus bemeten is voor het nauwsluitend opnemen van die schotel (1,211).
4. Stij gbeugelsamenstel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de afstand van die schotel (11,21) ten opzichte van de basis van dat uitsteeksel (13) verstelbaar is.
5. Stijgbeugelsamenstel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het ondervlak (16) van die opname (15) voorzien is van een metallisch voet aangrijpend oppervlak (17).
6. Stijgbeugelsamenstel volgens conclusie 5, waarbij dat tweede deel uit een metaal vervaardigd is en het aangrijpingsoppervlak (17) daarin geïntegreerd is.
7. Stijgbeugelsamenstel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het ondervlak (16) voorzien is van een opening voor het ontvangen van een deel voor het aangrijpen van het voetvlak.
8. Stijgbeugelsamenstel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij die voetopname (15) van het tweede deel omvat een draagvlak (16) voor de voet van de 30 ruiter, dat in hoofdzaak vlak is, aan weerszijden daarop aansluitende verbindingsdelen 1 01 09 0 7 (18), die samenwerken bij de bevestiging met het eerste deel, waarbij die verbindingsdelen gezien in de rijrichting naar achteren gericht zijn ten opzichte van dat draagvlak. '010907
Priority Applications (3)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1010907A NL1010907C2 (nl) | 1998-12-28 | 1998-12-28 | Stijgbeugelsamenstel. |
AU30813/00A AU3081300A (en) | 1998-12-28 | 1999-12-28 | Stirrup assembly |
PCT/NL1999/000810 WO2000039023A1 (en) | 1998-12-28 | 1999-12-28 | Stirrup assembly |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1010907A NL1010907C2 (nl) | 1998-12-28 | 1998-12-28 | Stijgbeugelsamenstel. |
NL1010907 | 1998-12-28 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1010907C2 true NL1010907C2 (nl) | 2000-02-21 |
Family
ID=19768379
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1010907A NL1010907C2 (nl) | 1998-12-28 | 1998-12-28 | Stijgbeugelsamenstel. |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
AU (1) | AU3081300A (nl) |
NL (1) | NL1010907C2 (nl) |
WO (1) | WO2000039023A1 (nl) |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1036436C2 (nl) * | 2009-01-20 | 2010-07-21 | Gpg Stirrups | Vering voor een stijgbeugel. |
Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE173669C (nl) * | ||||
DE4309826A1 (de) * | 1993-03-26 | 1994-09-29 | Friedrich Schweiger | Steigbügeleinlage zum Einklemmen in handelsübliche Steigbügel |
US5398488A (en) * | 1993-11-01 | 1995-03-21 | Ortho-Flex Saddle Company, Inc. | Safety stirrup |
-
1998
- 1998-12-28 NL NL1010907A patent/NL1010907C2/nl not_active IP Right Cessation
-
1999
- 1999-12-28 WO PCT/NL1999/000810 patent/WO2000039023A1/en active Application Filing
- 1999-12-28 AU AU30813/00A patent/AU3081300A/en not_active Abandoned
Patent Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE173669C (nl) * | ||||
DE4309826A1 (de) * | 1993-03-26 | 1994-09-29 | Friedrich Schweiger | Steigbügeleinlage zum Einklemmen in handelsübliche Steigbügel |
US5398488A (en) * | 1993-11-01 | 1995-03-21 | Ortho-Flex Saddle Company, Inc. | Safety stirrup |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1036436C2 (nl) * | 2009-01-20 | 2010-07-21 | Gpg Stirrups | Vering voor een stijgbeugel. |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
WO2000039023A1 (en) | 2000-07-06 |
AU3081300A (en) | 2000-07-31 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
EP0140406B1 (fr) | Dispositif de sécurité pour l'immobilisation d'une colonne de table à dessin | |
US6089656A (en) | Spring-action seat suspension assembly for a two-wheeler | |
BE1003930A3 (fr) | Siege ergonomique. | |
US5901974A (en) | Bicycle, anti-dive braking system | |
US20080104934A1 (en) | Three-Dimentsional, Shock-Absorbing, Ergonomic, Anti-Blocking Ridings Stirrup That Can Be Adapted to the Weight of the Rider and Comprises a Foot Assisting Mechanism | |
US5062617A (en) | Shock absorbing support post | |
JPH04266580A (ja) | ばね付勢自転車 | |
WO2002051340A8 (en) | Improved penile pump with side release mechanism | |
US6706074B1 (en) | Artificial knee joint assembly capable of maintaining a knee angle between a lower leg and a thigh when the assembly stands on a horizontal or inclined surface | |
NL1010907C2 (nl) | Stijgbeugelsamenstel. | |
FR2686913A1 (fr) | Amortisseur de tamponnement pour quais. | |
US5024413A (en) | Sprung bicycle seat post | |
US6474662B1 (en) | Snowmobile ski suspension system | |
US5857691A (en) | Bicycle shock absorption structure | |
FR2707512A1 (fr) | Frein de ski. | |
KR101635809B1 (ko) | 차량 현가장치용 코일스프링 패드 | |
NL1017456C2 (nl) | Zitstoel of zitkruk. | |
FR2753962A1 (fr) | Systeme de positionnement et de maintien du pied dans un etrier d'equitation | |
FR2743540A3 (fr) | Frein-moyeu pour bicyclette | |
NL1010561C2 (nl) | Stijgbeugel, alsmede samenstel van riemen voor het berijden van een paard. | |
EP0490824B1 (fr) | Fixation de ski | |
ES2230907T3 (es) | Dispositivo de freno de autocentrado. | |
CA2594972A1 (fr) | Etriers a plancher d'appui total pour les pieds des cavaliers | |
US20230011878A1 (en) | Rotationally tuned foot peg system for a saddle vehicle | |
DE602006000646T2 (de) | Trommelbremse und Spreitzsitz-Fahrzeug |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
SD | Assignments of patents |
Owner name: ABRAHAMS HOLDING B.V. |
|
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20130701 |