NL1036178C2 - Werkwijze en koppellichaam voor het verstevigen van een muur. - Google Patents

Werkwijze en koppellichaam voor het verstevigen van een muur. Download PDF

Info

Publication number
NL1036178C2
NL1036178C2 NL1036178A NL1036178A NL1036178C2 NL 1036178 C2 NL1036178 C2 NL 1036178C2 NL 1036178 A NL1036178 A NL 1036178A NL 1036178 A NL1036178 A NL 1036178A NL 1036178 C2 NL1036178 C2 NL 1036178C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
coupling body
wall
filling
outlet
extends
Prior art date
Application number
NL1036178A
Other languages
English (en)
Inventor
Heinz Herbert Otto Jahn
Original Assignee
Jahn H H O
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Jahn H H O filed Critical Jahn H H O
Priority to NL1036178A priority Critical patent/NL1036178C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1036178C2 publication Critical patent/NL1036178C2/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G23/00Working measures on existing buildings
    • E04G23/02Repairing, e.g. filling cracks; Restoring; Altering; Enlarging
    • E04G23/0218Increasing or restoring the load-bearing capacity of building construction elements
    • E04G23/0222Replacing or adding wall ties
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B13/00Dowels or other devices fastened in walls or the like by inserting them in holes made therein for that purpose
    • F16B13/14Non-metallic plugs or sleeves; Use of liquid, loose solid or kneadable material therefor
    • F16B13/141Fixing plugs in holes by the use of settable material
    • F16B13/146Fixing plugs in holes by the use of settable material with a bag-shaped envelope or a tubular sleeve closed at one end, e.g. with a sieve-like sleeve, or with an expandable sheath

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Electrochemistry (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Prostheses (AREA)

Description

WERKWIJZE EN KOPPELLÏCHAAM VOOR HET VERSTEVIGEN VAN EEN MUUR
De onderhavige uitvinding betreft een werkwijze en een koppellichaam voor het onderling verstevigen van ten minste 5 twee muursegmenten in een muur.
Werkwijzen voor het verstevigen van een muurconstructie met een aantal muursegmenten zoals muurschillen zijn bekend bij het restaureren van bouwwerken, zoals kerken en bruggen. Als 10 gevolg van de ouderdom en werking van het bouwwerk ontstaan in de muurconstructies scheuren in de muurschillen die de integriteit en het aanblik van het bouwwerk aantasten. De scheuren die dwars op een muurschil ontstaan zijn relatief eenvoudig te detecteren en te repareren door deze direct 15 vanaf het buitenoppervlak van de betreffende muurschil te vullen met een uithardend materiaal dat de integriteit en het aanblik van de muurschil herstelt.
Scheuren die in de lengterichting van de muurconstructie 20 ontstaan, dat wil zeggen evenwijdig aan het vlak van de muur, zijn minder eenvoudig te detecteren en te repareren. Eerst moet de scheur die als een holte in een muurschil herkenbaar is worden gedetecteerd met bijvoorbeeld ultrasone detectietechnieken. Vervolgens wordt een gat geboord tot aan 25 de scheur en wordt door het gat heen uithardend materiaal in de scheur gebracht. Om een voldoende goede vulling van de scheur te verwezenlijken moet de locatie van de scheur nauwkeurig worden bepaald, moet het gat nauwkeurig tot aan de scheur worden geboord en moet de weg die het uithardende 30 materiaal aflegt zodra het de scheur bereikt nauwkeurig worden bepaald. Omdat zowel de detectie van de scheur, als het boren van het gat tot aan de scheur, als het bepalen van de weg die het uithardende materiaal aflegt zodra het de 1036178 2 scheur bereikt, in de praktijk moeilijk blijken, is het resultaat van deze bekende werkwijze onzeker en moet soms meerdere malen worden hehaald om het gewenste effect te verkrijgen.
5
De onderhavige uitvinding heeft als doel de bekende werkwijze te verbeteren.
Dit doel wordt bereikt doordat werkwijze voor het onderling 10 verstevigen van ten minste twee muursegmenten in een muur de stappen omvat van: - het aanbrengen van een langwerpig gat in de muur, waarbij het gat zich althans deels uitstrekt door de muursegmenten; 15 - het brengen van een langwerpig koppellichaam in het gat, waarbij het koppellichaam zich in ingebrachte toestand althans deels uitstrekt door de muursegmenten, waarbij het koppellichaam een invoer omvat en ten minste een daarmee verbonden uitvoer; 20 - het toevoeren van een uithardend vulmedium aan de invoer van het koppellichaam zodat het vulmedium uit de uitvoer in het gat stroomt, en; - het althans deels opvullen van de ruimtes tussen de gatwanden van de muursegmenten en het koppellichaam met 25 het vulmedium.
Door het laten uitharden van het vulmedium om het koppellichaam in de twee muursegmenten, wordt door het zich tussen de muursegmenten uitstrekkende en daarmee verbonden 30 koppellichaam een verbinding verkregen. De toepassing van het koppellichaam maakt het hiermee mogelijk om de door een scheur gescheiden muursegmenten ten opzichte van elkaar te verankeren waardoor verdere scheurvorming wordt vermeden.
3
Het aangebrachte gat strekt zich in twee muursegmenten uit en ook het koppellichaam bevindt zich nadat deze in het gat is gebracht gedeeltelijk in het ene muursegment en 5 gedeeltelijk in het andere muursegment. Door het vullen van de ten minste twee ruimtes tussen het koppellichaam en ieder van de gatwanden in muursegmenten worden de muursegmenten immers ten opzichte van elkaar verankerd en daarmee onderling verstevigd. Deze wijze van het verankeren van twee 10 muursegmenten ten opzichte van elkaar komt bijvoorbeeld van pas wanneer twee muursegmenten, bijvoorbeeld in de vorm van muurschillen, in de loop der tijd zijn gaan wijken van elkaar.
15 Bovendien kan met het koppellichaam de afname in sterkte van een muursegment, in het bijzonder een muurschil, worden gecompenseerd. Daarmee wordt de integriteit van de muurconstructie hersteld, zonder dat opvulling van de scheur met het uithardende vulmedium is vereist. Bovendien hoeven 20 de detectie van de scheur, het boren van het gat en het inbrengen van het uithardende vulmedium minder nauwkeurig te zijn ten opzichte van de bekende werkwijze.
De diameter en de lengte van het koppellichaam kunnen worden 25 aangepast aan de lasten die het koppellichaam dragen moet.
Bij voorkeur is het vulmedium bij het invoeren vloeibaar zodat het medium eenvoudig vervoerd kan worden van de invoer naar de uitvoer van het koppellichaam. Na verloop van tijd 30 kan het vulmedium dan uitharden waarmee een stevige verbinding wordt verkregen. Geschikte vulmedia zijn bekend bij de vakman en omvatten bijvoorbeeld zogenaamd 'injectie mortel'.
4
Het toevoeren van het vulmedium vindt bij voorkeur plaats door het aansluiten van een geschikte toevoer aan het koppellichaam. Het koppellichaam is hiertoe voorzien van een 5 geschikte aansluiting voor het koppelen van een dergelijke toevoer, bijvoorbeeld een toevoerslang.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van de werkwijze strekt de uitvoer zich in ingebrachte toestand uit ter plaatse van een 10 eerste muursegment, waarbij het opvullen omvat het geleiden van het vulmedium van het eerste muursegment naar het tweede muursegment. Door het geleiden van het vulmedium vanuit een eerste muursegment naar een tweede muursegment wordt tussen de muursegmenten een koppeling verkregen. Zowel het 15 koppellichaam als het vulmedium strekt zich hierbij uit tussen de twee muursegmenten, waarmee een stevige verbinding wordt verkregen. Bij voorkeur strekt het vulmedium zich na het opvullen dan uit over althans in hoofdzaak de gehele lengte van het koppellichaam.
20
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding omvat het koppellichaam een tweede uitvoer die zich in ingebrachte toestand uitstrekt ter plaatse van het tweede muursegment, waarbij het opvullen 25 voorts omvat het vanuit de tweede uitvoer opvullen van de ruimte tussen het koppellichaam en de gatwand. In deze uitvoering is er ook ter plaatse van het tweede muursegment voorzien in een uitvoer, zodat geen geleiding nodig is van het vulmedium tussen de muursegmenten voor het verbinden van 30 het koppellichaam aan beide gatwanden in de muursegmenten.
Er kan hierbij bijvoorbeeld worden volstaan met het opvullen van de ruimte tussen het koppellichaam en de gatwand ter plaatse van de uitvoeren in beide muursegmenten. Er is 5 hierbij minder vulmedium nodig dan bij het opvullen van het gehele gat waarin het koppellichaam zich uitstrekt.
Bovendien kan hiermee voorkomen worden dat het vulmedium wegstroomt in bijvoorbeeld de scheur tussen beide 5 muursegmenten. Het is ook mogelijk het koppellichaam te voorzien van meerdere uitvoeren om de uitvoer te versnellen.
Het is voordelig dat wanneer het vulmedium uithardt, ook het vulmedium dat zich nog bevindt in het koppellichaam 10 uithardt. Daar het vulmedium dat zich bevindt in het koppellichaam in verbinding staat met het vulmedium dat reeds is uitgevoerd door de uitvoer, wordt er voorzien in een goede verbinding tussen het koppellichaam en het vulmedium dat zich uitstrekt in het gat.
15
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de werkwijze overeenkomstig de uitvinding omvat het koppellichaam een distaai en een proximaal einde, waarbij het proximale einde zich in ingebrachte toestand uitstrekt nabij het vlak van de 20 muur en waarbij het distale einde zich in ingebrachte toestand uitstrekt van het vlak van de muur af, waarbij het opvullen omvat het vanuit het distale einde in proximale richting opvullen van de ruimtes tussen de gatwanden en het koppellichaam. Gebleken is dat door het vullen van het gat 25 vanuit de meest diepgelegen positie, het distale deel, een verbeterde verbinding wordt verkregen daar het vormen van luchtbellen wordt voorkomen. Het is hierbij mogelijk dat de uitvoer zich aan het distale einde van het koppellichaam uitstrekt, waarbij het vulmedium bij het opvullen in 30 proximale richting wordt geleid voor het opvullen van de ruimte tussen de gatwanden en het koppellichaam over althans in hoofdzaak de gehele lengte van het koppellichaam.
6
Bij voorkeur omvat het koppellichaam meerdere over de lengte van het koppellichaam aangebrachte uitvoeren, waarbij de uitvoeren beweegbaar zijn van een gesloten naar een geopende toestand, waarbij de uitvoeren achtereenvolgens vanuit het 5 distale einde in proximale richting worden geopend. Door het gesloten houden van de uitvoeren die zich meer proximaal uitstrekken, wordt het gat opgevuld vanuit het distale einde in proximale richting. Wanneer het gat distaai ten opzichte van een uitvoer voldoende is opgevuld, kan deze uitvoer 10 worden geopend zodat het opvullen efficiënt plaats kan vinden, aangezien het vulmedium niet vanuit het distale deel geleid hoeft te worden naar het meer proximaal gelegen deel van het koppellichaam.
15 Meer bij voorkeur worden de uitvoeren onder invloed van de druk van het vulmedium bewogen van de gesloten naar de geopende toestand. Wanneer het vulmedium de ruimte ter plaatse van een uitvoer om het koppellichaam heeft gevuld, zal de druk in het koppellichaam tussen de invoer en deze 20 uitvoer verhogen. Onder invloed van deze drukverhoging kan een tweede uitvoer die zich nog in de gesloten toestand bevindt worden geopend.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een koppellichaam 25 voor gebruik in de werkwijze volgens de uitvinding, waarbij het koppellichaam althans in hoofdzaak langwerpig is en een proximaal en een distaai einde omvat, waarbij het koppellichaam een invoer en een uitvoer omvat voor het invoeren, respectievelijk uitvoeren een uithardend 30 vulmedium, waarbij de invoer zich uitstrekt nabij het proximale einde en waarbij de uitvoer zich distaal uitstrekt ten opzichte van de invoer. Daar het proximale einde van het koppellichaam zich in ingebrachte toestand uitstrekt nabij 7 het oppervlak van de muur, is het eenvoudig om hier het vulmedium toe te voeren. Het vulmedium wordt dan op een distale locatie, dat wil zeggen dieper in de muur, uitgevoerd door de uitvoer in het aangebrachte gat.
5
Bij voorkeur strekt de uitvoer zich uit aan het distale einde van het koppellichaam. Hiermee kan er worden voorzien in een vulling van het gat vanuit het meest diep gelegen of distale deel van het gat naar het oppervlak van de muur toe. 10 Dit gaat de insluiting van lucht tegen en daarmee de vorming van luchtbellen.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van een koppellichaam overeenkomstig de uitvinding omvat het koppellichaam 15 meerdere uitvoeren over de lengte van het koppellichaam. Dit maakt het mogelijk het vulmedium op verschillende locaties gezien in de lengterichting van het koppellichaam uit te voeren, zodat het vulmedium niet vanuit het meest distale deel tot aan het meest proximale deel nabij het 20 wandoppervlak geleid hoeft te worden. De uitvoeren strekken zich bij voorkeur uit nabij ieder van de wandsegmenten van de muur waarin het koppellichaam wordt ingevoerd. Zo wordt een verbinding tussen het koppellichaam en ieder van de wandsegmenten verkregen.
25
Bij voorkeur is ten minste een van de uitvoeren voorzien van afdichtingsmiddelen. Op deze wijze is het mogelijk te voorzien in een standaard koppellichaam voor verschillende type wanden, in het bijzonder voor wanden met verschillende 30 locaties van de muursegmenten. Door het afsluiten van bepaalde uitvoeren kan worden voorzien in een koppellichaam voor een bepaalde muur, waarbij de uitvoeren zich uitstrekken ter plaatse van de muursegmenten, en 8 bijvoorbeeld niet ter plaatse van een scheur. Meer bij voorkeur omvatten de afdichtingsmiddelen een plug die is ingericht om in de uitvoer te worden aangebracht.
5 Het is in het bijzonder voordelig wanneer de afdichtingsmiddelen, bijvoorbeeld in de vorm van een plug, zijn ingericht om onder invloed van een vooraf bepaalde druk in het koppellichaam los te laten van de uitvoer. Door de grootte van de plug ten opzichte van de uitvoer aan te 10 passen kan dit geregeld worden. Dit maakt het mogelijk het gat vanuit het distale einde in proximale richting op te vullen gebruikmakend van meerdere uitvoeren over de lengte van het koppellichaam.
15 In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van een koppellichaam overeenkomstig de uitvinding omvat het koppellichaam een buisvormig lichaam. Het lichaam is hierbij hol uitgevoerd voor het doorvoeren van het vulmedium vanuit de invoer naar de ten minste ene uitvoer. Bij voorkeur omvat 20 de invoer een open uiteinde van het buisvormig lichaam en meer bij voorkeur vormt het andere open uiteinde van het buisvormig lichaam een uitvoer. Additionele uitvoeren kunnen dan gevormd worden door openingen in de buiswand van het buisvormige koppellichaam. Op deze wijze is er op eenvoudige 25 en goedkope wijze voorzien in een koppellichaam voor het onderling verstevigen van muursegmenten in een muur.
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van een koppellichaam volgens de uitvinding omvat het koppellichaam 30 geleidingsmiddelen voor het geleiden van het vulmedium van de uitvoer over althans een lengte van het koppellichaam. De geleidingsmiddelen zijn hierbij ingericht om het vulmedium vanuit een uitvoer te geleiden ofwel te verdelen over 9 althans een gedeelte van de lengte van het koppellichaam. Vooral wanneer het koppellichaam zich uitstrekt door een scheur die zich bevindt tussen de muursegmenten voorkomen de geleidingsmiddelen het dat het overgrote deel van het 5 vulmedium wegstroomt in de scheur. Het vulmedium kan hierbij efficiënt worden geleid van het ene muursegment naar het andere voor het verkrijgen van een verbinding tussen de twee muursegmenten met behulp van het koppellichaam.
10 Bij voorkeur omvatten de geleidingsmiddelen een coaxiaal aangebrachte omhulling die zich althans ter plaatse van de uitvoer uitstrekt, waarbij de omhulling althans over een gedeelte van de lengte permeabel is voor het vulmedium. Door het permeabele deel kan het vulmedium zich hechten aan de 15 gatwand, zodat een verbinding wordt verkregen tussen het koppellichaam en het muursegment. Bij voorkeur omvat het omhulsel een gaas, dat bij voorkeur is vervaardigd uit kunststof. Bij voorkeur is het omhulsel althans in hoofdzaak buisvormig zodat het omhulsel eenvoudig kan worden 20 aangebracht om het koppellichaam. Om uitstroom van het vulmedium aan het distale einde te voorkomen is het distale einde van het omhulsel bij voorkeur afgesloten.
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van in 25 tekening weergegeven figuren van een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding, waarin: - Figuur 1 schematisch het koppellichaam voorzien van het omhulsel volgens de uitvinding toont; 30 - Figuur 2 schematisch het koppellichaam uit figuur 1 in uiteengenomen toestand weergeeft; . r 10 - Figuren 3-8 schematisch de werkwijze volgens de uitvinding tonen, en; - Figuren 9 en 10 schematisch een tweede gebruik van het 5 koppellichaam toont.
In de figuren 1 en 2 is een koppellichaam 1 volgens de uitvinding weergegeven. Het koppellichaam 1 omvat een buisvormig lichaam voorzien van een distaai einde la en een 10 proximaal einde lb. Het koppellichaam 1 is hol uitgevoerd en het proximale einde lb vormt de invoer 10 voor het vulmateriaal. Het andere einde la vormt een uitvoer 11 voor het vulmateriaal. Bij het invoeren van een vulmateriaal in invoer 10 zal het materiaal dus worden vervoerd door het 15 holle lichaam naar de uitvoer 11.
Bovendien is er voorzien in meerdere uitvoeren 11a, 11b en 11c die zich op verschillende locaties in de lengterichting van het koppellichaam 1 uitstrekken. De uitvoeren 11a, 11b 20 en 11c worden gevormd door openingen in het buisvormige koppellichaam 1. Voor een optimale verspreiding van het vulmateriaal kunnen de verschillende uitvoeren een verschillende oriëntatie hebben. In deze uitvoering zijn de uitvoeren 11a, 11b en 11c voorzien van afdichtingsmiddelen 25 in de vorm van pluggen 12. Deze pluggen zullen bij aanvang van de werkwijze volgens de uitvinding in de respectievelijke uitvoeren gestoken zijn zodat deze zijn afgesloten.
30 Om het koppellichaam 1 strekt zich een omhulsel 2 uit dat is vervaardigd uit een fijnmazig kunststof net. Het omhulsel 2 is ook buisvormig en omvat een open proximaal einde 2b voor het opnemen van het koppellichaam 1 en een gesloten distaai einde 2a. Het distale einde 2a is gesloten door een 11 geschikte verbindingsclip 21. De maasgrootte van het net is zodanig groot, dat het voor het vulmedium wel mogelijk is door de mazen te treden, maar dat het vulmedium bij het uitvoeren geneigd is binnen het omhulsel 2 te blijven. Op 5 deze wijze functioneert het omhulsel 2 als geleiding voor het uitvoerde vulmedium.
In figuur 3 is schematisch een muur 3 in dwarsdoorsnede weergegeven. Het zichtbare vlak van de muur is in deze 10 figuur aangegeven met 32b. De muur 3 bevat in dit voorbeeld twee muursegmenten in de vorm van muurschillen 31 en 32. Tussen de schillen 31 en 32 strekt zich een opening 33 uit. Het is het doel van de uitvinding te voorzien in een werkwijze om de muurschillen 31 en 32 onderling te 15 verstevigen.
Allereerst wordt er zoals weergegeven in figuur 4 een gat aangebracht door de twee muurschillen 31 en 32 met behulp van een boor 4. Wanneer de boor 4 een voldoende diep gat 20 heeft gemaakt, in het bijzonder diep genoeg in het eerste muursegment 31, kan de boor 4 worden teruggetrokken.
Vervolgens wordt zoals weergegeven in figuur 5 het koppellichaam 1 voorzien van het omhulsel 2 in het gat 25 gestoken, waarbij het distale deel la zich na het inbrengen uitstrekt van het vlak 32b van de muur af. Ook weergegeven in figuur 5 is de toevoer 5 voor het toevoeren van het vulmedium aan de invoer 10 van het koppellichaam 1.
30 Wanneer het koppellichaam 1 is ingebracht in het gat in de muur, wordt er met behulp van de toevoer 5 vulmedium toegevoerd aan de invoer 10 van het koppellichaam 1. Aangezien de uitvoeren 11a, 11b en 11c zijn afgesloten, zal 12 alleen uit de uitvoer 11 aan het distale einde van het koppellichaam 1 vulmateriaal 6 worden uitgevoerd in het gat in het wandsegment 31. Het vulmedium 6 zal hierbij de ruimte tussen het koppellichaam 1 en de gatwand 31c van het 5 muursegment 31 vullen.
Wanneer de ruimte aan het distale einde gevuld raakt, zal het vulmateriaal in proximale richting P worden geleid. De druk in het koppellichaam 1 zal hierbij echter toenemen 10 aangezien het moeilijker is het vulmateriaal uit te voeren uit de uitvoer 11. Onder toedoen van deze opbouwende druk zullen uiteindelijk de pluggen 12 uit de uitvoeren 11a schieten en zal er ook vulmateriaal worden uitgevoerd aan de proximaal ten opzichte van de uitvoer 11 gelegen uitvoer 11a 15 zoals is weergegeven in figuur 7.
Het vulmateriaal 6 zal nu door middel van het omhulsel 2 voorbij de opening 33 in de muur worden gebracht in proximale richting P, daar het vulmedium 6 door de 20 fijnmazigheid van het omhulsel 2 geneigd is binnen het omhulsel 2 te blijven. Dit biedt als voordeel dat geen grote hoeveelheden vulmedium 6 wegstromen in de opening 33. Ook de ruimte tussen het koppellichaam 1 en de gatwand 32c van het wandsegment 32 wordt hierbij opgevuld. Zoals verder 25 zichtbaar is in figuur 8 zullen uiteindelijk ook de uitvoeren 11b en 11c worden geopend, zodat het gehele gat gevuld kan worden met vulmedium 6. Na het afvullen van het gat wordt de toevoer 5 verwijderd. Het is hierbij voordelig dat het koppellichaam 1 verdiept is aangebracht in de muur 30 3, zodat deze niet zichtbaar is vanaf het aanzichtsvlak 32b.
Het is hierbij voordelig dat het gat vanuit het distale einde la in proximale richting P wordt gevuld met 13 vulmateriaal 6. Hiermee wordt voorkomen dat lucht wordt ingesloten, wat de verbinding ten goede komt.
Hoewel in het bovengenoemde voorbeeld gebruik is gemaakt van 5 meerdere uitvoeren die achtereenvolgens worden geopend, is het ook mogelijk te volstaan met een enkele uitvoer, bijvoorbeeld uitvoer 11. Door het uitvoeren aan het distale einde la zal het vulmedium 6 onder andere door het omhulsel 2 worden geleid in proximale richting P, zodat de ruimtes 10 tussen het koppellichaam en de gatwanden 31b en 32c over de gehele lengte van het koppellichaam 1 worden opgevuld.
Het is bovendien ook mogelijk meerdere onafgesloten uitvoeren te gebruiken. Wanneer een koppellichaam 1 15 bijvoorbeeld meerdere uitvoeren omvat, kan aan de hand van de posities van de uitvoeren en de posities van de muursegmenten de te gebruiken uitvoeren worden bepaald. Zo kan het mogelijk zijn voor het geval zoals weergegeven in figuur 8 alleen de uitvoeren 11a en 11c te gebruiken. Van 20 belang hierbij is dat zich ter plaatse van ieder muursegment ten minste een uitvoer uitstrekt. Door het uitvoeren van vulmateriaal uit de uitvoeren 11a en 11c kunnen bijvoorbeeld alleen de ruimtes tussen het koppellichaam 1 en de gatwanden 31b en 32b worden gevuld over een lengte I, respectievelijk 25 II. Door de uitharding is het koppellichaam 1 dan verbonden aan beide muursegmenten 31 en 32, waarmee voorzien is in een verankering tussen beide muursegmenten. Een dergelijk gebruik bespaart vulmateriaal.
30 Hoewel de voorgaande voorbeelden betrekking hadden op een muur omvattende twee muursegmenten 31 en 32 met daartussen een opening 33, zal het duidelijk zijn dat de uitvinding ook kan worden toegepast op een muur 3 voorzien van een scheur 14 33a zoals weergegeven in figuren 9 en 10. De scheur 33a strekt zich hierbij evenwijdig uit aan het muuroppervlak 32b van de muur 3. Zoals weergeven in figuur 10 is er hierbij geen gebruik gemaakt van een omhulsel 2 en is ook de scheur 5 33a gevuld met vulmateriaal. Om ook ter plaatse van de scheur 33a efficiënt vulmateriaal uit te kunnen voeren, is er in het middengedeelte van het koppellichaam 1 voorzien in een uitvoer lid.
10 Opgemerkt wordt dat de uitvinding zich niet beperkt tot de weergegeven uitvoeringsvormen, doch zich tevens uitstrekt tot andere voorkeursvarianten vallend binnen het bereik van de aangehechte conclusies. Zo zal de vakman begrijpen dat de uitvinding ook gebruikt kan worden om meer dan twee 15 muursegmenten onderling te verstevigen, waarbij het koppellichaam zich uitstrekt door meerdere muursegmenten.
1036178

Claims (14)

1. Werkwijze voor het onderling verstevigen van ten minste twee muursegmenten in een muur, omvattende de stappen 5 van: - het aanbrengen van een langwerpig gat in de muur, waarbij het gat zich althans deels uitstrekt door de muursegmenten; - het brengen van een langwerpig koppellichaam in 10 het gat, waarbij het koppellichaam zich in ingebrachte toestand althans deels uitstrekt door de muursegmenten, waarbij het koppellichaam een invoer omvat en ten minste een daarmee verbonden uitvoer; 15. het toevoeren van een uithardend vulmedium aan de invoer van het koppellichaam zodat het vulmedium uit de uitvoer in het gat stroomt, en; - het althans deels opvullen van de ruimtes tussen de gatwanden van de muursegmenten en het 20 koppellichaam met het vulmedium.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de uitvoer zich in ingebrachte toestand uitstrekt ter plaatse van een eerste muursegment, waarbij het opvullen omvat het 25 geleiden van het vulmedium van het eerste muursegment naar het tweede muursegment.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, waarbij het koppellichaam een tweede uitvoer omvat die zich in 30 ingebrachte toestand uitstrekt ter plaatse van het tweede muursegment, waarbij het opvullen voorts omvat het vanuit de tweede uitvoer opvullen van de ruimte tussen het koppellichaam en de gatwand. 1036178
4. Werkwijze volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij het koppellichaam een distaai en een proximaal einde omvat, waarbij het proximale einde zich in ingebrachte 5 toestand uitstrekt nabij het vlak van de muur en waarbij het distale einde zich in ingebrachte toestand uitstrekt van het vlak van de muur af, waarbij het opvullen omvat het vanuit het distale einde in proximale richting opvullen van de ruimtes tussen de 10 gatwanden en het koppellichaam.
5. Werkwijze volgens conclusie 4, waarbij het koppellichaam meerdere over de lengte van het koppellichaam aangebrachte uitvoeren omvat, waarbij de 15 uitvoeren beweegbaar zijn van een gesloten naar een geopende toestand, waarbij de uitvoeren achtereenvolgens vanuit het distale einde in proximale richting worden geopend.
6. Werkwijze volgens conclusie 5, waarbij de uitvoeren onder invloed van de druk van het vulmedium worden bewogen van de gesloten naar de geopende toestand.
7. Koppellichaam voor gebruik in de werkwijze volgens een 25 van de voorgaande conclusies 1 tot en met 6, waarbij het koppellichaam althans in hoofdzaak langwerpig is en een proximaal en een distaai einde omvat, waarbij het koppellichaam een invoer en een uitvoer omvat voor het invoeren, respectievelijk uitvoeren een uithardend 30 vulmedium, waarbij de invoer zich uitstrekt nabij het proximale einde en waarbij de uitvoer zich distaai uitstrekt ten opzichte van de invoer.
8. Koppellichaam volgens conclusie 7, waarbij de uitvoer zich uitstrekt aan het distale einde van het koppellichaam.
9. Koppellichaam volgens conclusie 7 of 8, waarbij het koppellichaam meerdere uitvoeren omvat over de lengte van het koppellichaam.
10. Koppellichaam volgens conclusie 9, waarbij ten minste 10 een van de uitvoeren is voorzien van afdichtingsmiddelen.
11. Koppellichaam volgens conclusie 10, waarbij de afdichtingsmiddelen een plug omvatten die is ingericht 15 om in de uitvoer te worden aangebracht.
12. Koppellichaam volgens een van de voorgaande conclusies 7 tot en met 11, waarbij het koppellichaam een buisvormig lichaam omvat. 20
13. Koppellichaam volgens een van de voorgaande conclusies 7 tot en met 12, waarbij het koppellichaam voorts geleidingsmiddelen omvat voor het geleiden van het vulmedium van de uitvoer over althans een lengte van 25 het koppellichaam.
14. Koppellichaam volgens conclusie 13, waarbij de geleidingsmiddelen een coaxiaal aangebrachte omhulling omvatten die zich althans ter plaatse van de uitvoer 30 uitstrekt, waarbij de omhulling althans over een gedeelte van de lengte permeabel is voor het vulmedium. 1036178
NL1036178A 2008-11-10 2008-11-10 Werkwijze en koppellichaam voor het verstevigen van een muur. NL1036178C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1036178A NL1036178C2 (nl) 2008-11-10 2008-11-10 Werkwijze en koppellichaam voor het verstevigen van een muur.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1036178 2008-11-10
NL1036178A NL1036178C2 (nl) 2008-11-10 2008-11-10 Werkwijze en koppellichaam voor het verstevigen van een muur.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1036178C2 true NL1036178C2 (nl) 2010-05-11

Family

ID=40677575

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1036178A NL1036178C2 (nl) 2008-11-10 2008-11-10 Werkwijze en koppellichaam voor het verstevigen van een muur.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1036178C2 (nl)

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2223587A1 (nl) * 1973-03-30 1974-10-25 Harke Alfons
DE3224820A1 (de) * 1982-07-02 1984-01-05 Hilti AG, 9494 Schaan Huelsenfoemiger hohlanker
DE3608775A1 (de) * 1986-03-15 1987-09-17 Int Intec Co Ets In vorgebohrte loecher einzusetzender injektionsanker

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2223587A1 (nl) * 1973-03-30 1974-10-25 Harke Alfons
DE3224820A1 (de) * 1982-07-02 1984-01-05 Hilti AG, 9494 Schaan Huelsenfoemiger hohlanker
DE3608775A1 (de) * 1986-03-15 1987-09-17 Int Intec Co Ets In vorgebohrte loecher einzusetzender injektionsanker

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CN106948789B (zh) 一种环境友好型囊袋式井下溶洞封堵装置及其封堵方法
CN104100225B (zh) 环形屏障和环形屏障系统
RU2317374C1 (ru) Способ установки анкеров и используемый в этом способе анкер
AU623348B2 (en) Apparatus and method for improving the integrity of coupling sections in high performance tubing and casing
US20140234031A1 (en) Method, kit and system for injecting grout into a borehole, method of deploying a tube into a borehole for grout injection and leader for use in a grout injection system
CN104047625A (zh) 一种加固锚杆及应用该锚杆的岩体加固方法
CN105239957A (zh) 一种可组装可释放的膨大管堵漏装置
NL1036178C2 (nl) Werkwijze en koppellichaam voor het verstevigen van een muur.
JP6192207B2 (ja) バルクヘッドの形成方法及び形成装置
KR101255811B1 (ko) 확장형 앵커
JP2013044154A (ja) 斜面補強工法用プレキャスト板に装着する加圧注入用器具及び該加圧注入用器具を使用した斜面補強工法
CN105555569A (zh) 用于在密封件载体上形成密封件的方法
CN106457269A (zh) 粘接剂分布装置以及用于借助粘接剂分布装置粘接空心型材的方法
JP7075270B2 (ja) 補強工法
JP3507606B2 (ja) 管渠の築造方法
KR100518274B1 (ko) 보강층 형성식 하수관의 비굴착 보수공법
EP3345737A1 (en) System for connection between parts of a structure
JP2009191582A (ja) 地盤補強に用いられる補強部材、地盤補強工法、地盤補強構造
JP5055186B2 (ja) 地盤補強方法、地盤補強構造
KR100836454B1 (ko) 의치 성형용 플라스크
JP3832457B2 (ja) 結束注入細管の地盤中への定着方法
JP4127837B2 (ja) グラウンドアンカー工法およびグラウンドアンカー構造
JP2020090859A (ja) ロックボルト構造の構築方法及び定着材注入治具
JP2009235832A (ja) 地山の補強方法及び地山の補強構造
DE102012204496A1 (de) Bohrvorrichtung zur Herstellung einer Erdbohrung und Bohrverfahren

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20181201