NL1034533C2 - Draagbaar houdersamenstel voor voorwerpen. - Google Patents

Description

Draagbaar houdersamenstel voor voorwerpen

ACHTERGROND VAN DE UITVINDING

De uitvinding heeft betrekking op een draagbaar 5 houdersamenstel voor voorwerpen, in het bijzonder door een persoon mee te voeren waarde- en/of gebruiksvoorwerpen, zoals geld, kaarten, mobiele telefoon, I-pod, enzovoort.

Dergelijke waardevolle voorwerpen zijn wanneer zij door een persoon worden meegedragen, in of op kleding 10 of in een tasje, vatbaar voor diefstal door zakkenrollers. Gebruikelijke, aan de buitenzijde toegankelijke sluitingen blijken gemakkelijk ongemerkt bediend te kunnen worden door zakkenrollers. Recent ontwikkelde draagbare houders, met op persoonskenmerken werkzame sluitingen, zoals met stemgeluid 15 of vingerafdrukken bedienbare sluitingen, zijn duur of vatbaar voor storingen of ongewenste beïnvloeding.

Een doel van de uitvinding is een draagbaar houdersamenstel van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, waarvan de houder niet gauw onopgemerkt uit de 20 sluitstand gebracht kan worden.

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING

Vanuit één aspect voorziet de uitvinding in een draagbaar houdersamenstel voor voorwerpen, omvattend een aantal samenstellende delen, inbegrepen een houder en een 25 draagdeel daarvoor, waarbij de houder omvat een eerste wanddeel en een tweede wanddeel die beweegbaar met elkaar zijn verbonden tussen een sluitstand waarin de houder gesloten is en een toegangstand waarin het inwendige van de houder toegankelijk is voor het daarin inbrengen respectie-30 velijk daaruit uithalen van voorwerpen, waarbij de houder voorzien is van sluitmiddelen voor het in de sluitstand houden van de twee wanddelen, waarbij het houdersamenstel voorts voorzien is van bedieningsmiddelen voor de sluitmiddelen, welke bedieningsmiddelen ingericht zijn voor active-35 ring door de gebruiker van het houdersamenstel door verplaatsing van althans een deel van een van de samenstellende delen van het houdersamenstel ten opzichte van de rest 1034533 2 van het houdersamenstel.

De uitvinding verschaft een draagbaar houdersamenstel van de in de aanhef genoemde soort, welke op een ongebruikelijke manier uit een sluitstand te brengen is.

5 Aldus moet er voor het uit de sluitstand brengen van de houder een fysieke manipulatie van (een hoofbestand-deel van) het houdersamenstel plaatsvinden. Wanneer dat door een ander dan de gebruiker/drager wordt uitgevoerd zal de gebruiker/drager dat snel merken.

10 Opgemerkt wordt dat onder de "samenstellende delen" wordt verstaan de met de hand of handen vast te pakken hoofdbestanddelen van het draagbaar houdersamenstel, en daaronder niet worden verstaan gebruikelijke hefbomen of schuiven die op tassen en koffers aangebracht zijn voor 15 bediening van een slot.

In een eerste verdere ontwikkeling van een houdersamenstel volgens de uitvinding zijn de bedieningsmidde-len ingericht voor activering door de gebruiker van het houdersamenstel door verplaatsing van een deel van de 20 houder, of de houder als geheel. Voor een dergelijke verplaatsing is ruimte nodig, zodat de beweging nauwelijks onopgemerkt zal kunnen blijven. In een uitvoering daarvan zijn de bedieningsmiddelen ingericht voor activering door rotatie van de houder. Daarbij kan de sluitstand tegenge-25 steld gericht zijn aan de toegangsstand en kunnen de bedieningsmiddelen ingericht zijn voor activering door omkering van de houder.

In een tweede verdere ontwikkeling, die eventueel met de eerste ontwikkeling kan zijn gecombineerd, mogelijk 30 getrapt, zoals aan de hand van een nog te bespreken voorbeeld zal worden toegelicht, zijn de bedieningsmiddelen ingericht voor activering door verplaatsing van althans een deel van het draagdeel van het houdersamenstel. Daar het draagdeel zich doorgaans in direct contact met de gebrui-35 ker/drager zal bevinden zal een manipulatie door een ander van de bedieningsmiddelen snel opgemerkt worden.

In een uitvoering zijn de bedieningsmiddelen 3 ingericht voor activering door verschuiving van althans een deel van het draagdeel van de houder. Daarbij kan het draagdeel omlopend zijn en kunnen de bedieningsmiddelen ingericht zijn voor activering door verschuiving van al-5 thans een deel van het draagdeel van de houder in omloop-richting.

In een alternatieve uitvoering, waarbij het draagdeel althans van de ene zijde naar een tegengestelde zijde van de houder omlopend is zijn de bedieningsmiddelen 10 ingericht voor activering door verschuiving van althans een deel van het draagdeel van het houdersamenstel in een richting met een richtingscomponent dwars op de omlooprich-ting.

De bedieningsmiddelen kunnen op verscheidene 15 wijze werkzaam zijn. In een uitvoering, welke in het bijzonder geschikt is voor toepassing bij omkering van de houder, omvatten de bedieningsmiddelen een elektrische schakeling, die een op zwaartekracht werkende schakelaar omvat. Bij directe of indirecte (extern gewicht) inwerking 20 van de zwaartekracht verandert de schakelaar van stand, waardoor de sluitmiddelen op gewenste wijze worden bediend. Hierbij kan een drukschakelaar gebruikt worden.

In een uitvoering, welke in het bijzonder geschikt is voor toepassing bij verschuiving van het draag-25 deel, omvatten de bedieningsmiddelen een elektrische schakeling, die een naderingsschakelaar omvat, bijvoorbeeld een reed schakelaar.

Vanuit een ander aspect voorziet de uitvinding in een draagbaar houdersamenstel voor voorwerpen, omvattend 30 een aantal samenstellende delen, inbegrepen een houder en een draagdeel daarvoor, waarbij de houder omvat een eerste wanddeel en een tweede wanddeel die beweegbaar met elkaar zijn verbonden tussen een sluitstand waarin de houder gesloten is en een toegangstand waarin de houder toeganke-35 lijk is voor het daarin inbrengen respectievelijk daaruit uithalen van voorwerpen, waarbij de houder voorzien is van sluitmiddelen voor het in een sluitstand houden van de twee 4 wanddelen, waarbij het houdersamenstel voorts voorzien is van bedieningsmiddelen voor de sluitmiddelen, welke bedie-ningsmiddelen ingericht zijn om in de draagstand van de houder de sluitmiddelen actief te laten zijn en door de 5 gebruiker van het houdersamenstel geactiveerd kunnen worden door verplaatsing van althans een deel van een van de samenstellende delen van het houdersamenstel ten opzichte van de rest van het houdersamenstel.

Vanuit een ander aspect voorziet de uitvinding in 10 een draagbaar houdersamenstel voor voorwerpen, met een houder en met een draagdeel voor het in een draagstand door een gebruiker meevoeren van de houder, waarbij de houder voorzien is van een interieur met toegangsopeningen, die toegankelijk zijn in een toegangsstand van de houder, 15 waarbij de houder in een sluitstand gebracht kan worden, waarin de toegangsopeningen niet toegankelijk zijn, waarbij de het interieur in de draagstand, tevens sluitstand, van de houder met de toegangsopeningen neerwaarts gericht is.

De houder kan daarbij voorzien zijn van sluitmid-20 delen voor het in een vergrendelde sluitstand houden van de twee wanddelen, waarbij het houdersamenstel voorts voorzien is van bedieningsmiddelen voor de sluitmiddelen, welke bedieningsmiddelen elektrisch werkzaam zijn.

Vanuit een ander aspect voorziet de uitvinding in 25 een draagbaar houdersamenstel voor voorwerpen, omvattend een aantal samenstellende delen, inbegrepen een houder en een draagdeel daarvoor, waarbij de houder omvat een eerste wanddeel en een tweede wanddeel die beweegbaar met elkaar zijn verbonden tussen een sluitstand waarin de houder 30 gesloten is en een toegangstand waarin de houder toegankelijk is voor het daarin inbrengen respectievelijk daaruit uithalen van voorwerpen, waarbij de houder voorzien is van sluitmiddelen voor het in een sluitstand houden van de twee wanddelen, waarbij het houdersamenstel voorts voorzien is 35 van bedieningsmiddelen voor de sluitmiddelen, welke bedieningsmiddelen elektrisch werkzaam zijn. De bedieningsmiddelen kunnen een elektrische schakeling omvatten die inge- 5 richt is voor activering door de gebruiker van het houder-samenstel door een onderlinge verplaatsing van twee van de samenstellende delen van het houdersamenstel.

De in deze beschrijving en conclusies van de 5 aanvrage beschreven en/of de in de tekeningen van deze aanvrage getoonde aspecten en maatregelen kunnen waar mogelijk ook afzonderlijk van elkaar worden toegepast. Die afzonderlijke aspecten kunnen onderwerp zijn van daarop gerichte afgesplitste octrooiaanvragen. Dit geldt in het 10 bijzonder voor de maatregelen en aspecten welke op zich zijn beschreven in de volgconclusies.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN

De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand van een aantal in de bij gevoegde tekeningen weergegeven 15 voorbeelduitvoeringen. Getoond wordt in:

Figuur 1 een schematisch aanzicht op een voor-beelduitvoering van een houdersamenstel volgens de uitvinding, in de vorm van een draagtas;

Figuren 2A en 2B twee toestanden van een eerste 20 uitvoering van een elektrische schakeling die toepasbaar is in een houdersamenstel volgens de uitvinding, zoals dat van figuur 1;

Figuren 3A en 3B twee toestanden van een tweede uitvoering elektrische schakeling die toepasbaar is in het 25 houdersamenstel volgens de uitvinding, zoals dat van figuur 1;

Figuren 4A, 4B en 4C drie toestanden van een derde, gecombineerde uitvoering elektrische schakeling die toepasbaar is in het houdersamenstel volgens de uitvinding, 30 zoals dat van figuur 1;

Figuren 5A en 5B respectievelijk een schematisch bovenaanzicht en een schematische gedeeltelijke doorsnede van een bedieningsmechanisme voor een sluiting van de uitvoering van figuur 1, met toepassing van de elektrische 35 schakeling van figuren 2A en 2B;

Figuur 6 een schematisch bovenaanzicht op een bedieningsmechanisme voor een sluiting van de uitvoering 6 van figuur 1, met toepassing van de elektrische schakeling van figuren 3A en 3B; en

Figuur 7 een schematisch bovenaanzicht op een bedieningsmechanisme voor een sluiting van de uitvoering 5 van figuur 1, met toepassing van de elektrische schakeling van figuren 4A, 4B en 4C.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN

10 De in figuur 1 weergegeven draagtas 1 omvat een houder of tas 2 en een draagkoord of -band 6 als hoofdbestanddelen. De tas 2 omvat een achterste of eerste wanddeel 2a en een voorste of tweede wanddeel 2b, dat tevens dienst doet als klep waarmee het inwendige van de tas toegankelijk 15 kan worden gemaakt. Het voorste wanddeel 2a is ter plaatse van 4 scharnierend bevestigd aan het achterste wanddeel 2b, verzwenkbaar tussen een de tas sluitende sluitstand en een toegangsstand. Op schematische wijze is een nog nader te bespreken sluiting weergegeven, waarbij een bij het achter-20 ste wanddeel 2b behorende pen 9 samenwerkt met een aan het voorste wanddeel 2a bevestigd oogplaatje 8.

De tas 2 omvat voorts twee zijwanden 5, waarin gleuven 3 gemaakt zijn, welke gleuven einden 3a en 3b bezitten. Door het inwendige van de tas 2 strekt zich uit 25 een koker 10, die met kraalranden 11 reikt over de randen van de gleuven 3 om daardoor geleid te worden bij een beweging in de richting B en omgekeerd. Met speling reikt het koord 6, waarop een magneet 7 is vastgezet, door de koker 10, op een daardoorheen verschuifbare wijze.

30 In de figuren 2A en 2B en figuren 5A en 5B is een elektrische schakeling 12 voor een mogelijke bediening van de sluiting weergegeven. De schakeling 12 omvat een laag-spanningsvoeding 13, bijvoorbeeld 12V, een drukschakelaar 14 en een solenoïde 15 waarmee de pen 9 lineair ingetrokken 35 kan worden, tegen de werking van een drukveer (niet weergegeven) in. In de in figuur 2A weergegeven sluitstand staat de pen 9 onder de veerkracht uit en reikt deze door oog- 7 plaatje 8 met het uiteinde in een met het achterste wand-deel 2b vaste sluitkom 16. Oogplaatje 8 is dan met het voorste wanddeel 2a vastgelegd aan het achterste wanddeel 2b: de tas 2 is gesloten.

5 Wanneer de drukschakelaar 14 ingedrukt (D) wordt sluit de stroomkring van de schakeling 12 en zal de soleno-ide 15 bekrachtigd worden om de pen 9 in te trekken (E), tegen veerkracht in. Het oogplaatje 8 komt daardoor vrij (F) en het voorste wanddeel 2a kan worden weg gezwaaid (H) 10 van het achterste wanddeel 2b.

Om de drukschakelaar 14 te bedienen wordt in dit voorbeeld de tas door de gebruiker vastgepakt en in de richting A omhoog gezwenkt, naar een omgekeerde opstaande stand, over 180 graden. Daarbij zal ook de koker 10 ten 15 opzichte van de tas 2 in de gleuven 3 verplaatsen van het eind 3a naar het eind 3b. In de figuren 5A en 5B is weergegeven dat de drukschakelaar 14 is opgesteld bij het eind 3b van een van de gleuven 3, om bij aankomst van de koker 10 ingedrukt te worden onder invloed van het gewicht van de 20 tas 2, met als gevolg dat de stroomkring van de schakeling 12 sluit en de tas 2 toegankelijk wordt.

In figuur 5B is te zien dat tegen het achterste wanddeel 2b een interieur 18 aangebracht is, dat opneem-ruimtes 19 vormt die openen naar de zijde van de sluiting 25 8/9 toe. In de omgekeerde stand van de tas, wanneer deze geopend moet worden, zal het interieur 18 daardoor naar boven toegankelijk zijn. Mocht een omgekeerde oriëntatie van het interieur 18 in de draagstand van figuur 1 ongewenst zijn, dan kunnen extra voorzieningen worden aange-30 bracht om de opneemruimtes zodanig te sluiten dat voorwerpen daar niet uit kunnen vallen.

Na het weer dicht doen van het voorste wanddeel 2a kan de gebruiker de tas 2 in dezelfde positie houden en de koker 10 neerwaarts laten bewegen, naar gleufeind 3a. De 35 drukschakelaar 14 komt dan weer vrij en de stroomkring wordt weer onderbroken, waardoor de pen 9 onder veerkracht het oogplaatje 8 doorsteekt tot in de sluitkom 16. De tas 2 8 is dan weer op slot en de gebruiker kan de tas 2, draaiend om koker 10, terug laten zwenken naar de stand van figuur 1.

In een alternatieve hantering kan de gebruiker de 5 tas 2 in de stand van figuur 1 laten, maar met de hand de koker 10 naar gleufeinden 3b laten zakken (of de tas 2 omhoog schuiven met hetzelfde resultaat). Het interieur wordt dan niet omgekeerd. De tas 2 moet dan wel worden vastgehouden tijdens het uitnemen of inbrengen van voorwer-10 pen. Voorts dient er dan een verzwaring in of aan de koker 10 te worden voorzien om de drukschakelaar ingedrukt te houden. In het eerste voorbeeld kan de tas 2 blijven hangen aan het koord 6. In beide gevallen is er ook sprake van een dwarsbeweging van het koord 6 (ten opzichte van zichzelf) 15 ten opzichte van de tas 2.

In de figuren 3A en 3B is een elektrische schakeling 22 voor een andere mogelijke bediening van de sluiting weergegeven. De schakeling 22 omvat weer een laagspannings-voeding 13, bijvoorbeeld 12V en een solenoïde 15 waarmee de 20 pen 9 lineair ingetrokken kan worden, tegen de werking van een niet weergegeven drukveer in. In plaats van een drukschakelaar is nu een naderingsschakelaar 17 in de schakeling opgenomen, in dit voorbeeld een reed schakelaar 17, die sluit wanneer de magneet 7 op koord 6 voldoende gena-25 derd is. De magneet 7 blijft in de koker 10, afgeschermd tegen zicht en beschadigende krachten. In de in figuur 2A weergegeven sluitstand staat de pen 9 weer onder veerkracht uit en reikt deze door het oogplaatje 8, met het uiteinde in een met het achterste wanddeel 2b vaste sluitkom 16.

30 Oogplaatje 8 is dan met het voorste wanddeel 2a vastgelegd aan het achterste wanddeel 2b: de tas 2 is gesloten.

Zoals in figuur 6 te zien is kan de reed schakelaar 17 binnen de tas 2, aan de scharnierkant aangebracht zijn. De solenoïde 14 en voeding 13 kunnen aan de andere 35 kant van de tas gelegen zijn, waar de sluiting 8/9 gelegen is. Indien er alternatief voor wordt gekozen om het scharnier aan de, op de tekening van figuur 6 gezien, onderzijde 9 te plaatsen, dan kunnen met de sluiting 8/9 de solenoïde 14 en de voeding 13 naar nabij de reed schakelaar 17 verplaatst worden. De koker 11 kan hier op zijn plaats ten opzichte van de zijwanden 5a,b blijven, zodat er ook geen 5 gleuf 3 nodig zal zijn, althans in dit voorbeeld.

Wanneer de gebruiker de tas 2 wil openen pakt hij of zij het koord 6 beet en trekt dit met de hand door de koker 10, waardoor de magneet 7 vanuit de gestreept in figuur 6 weergegeven locatie in de koker 10 verplaatst 10 wordt tot tegenover de reed schakelaar 17, die dan sluit, zodat de stroomkring van de schakeling 12 sluit en de tas 2 toegankelijk wordt. Het interieur wordt hierbij niet omgekeerd.

Bij het weer sluiten van de tas 2 kan in omge-15 keerde zin worden gehandeld.

Indien een zeer hoge mate van veiligheid gewenst is kunnen de beide hiervoor besproken benaderingen worden gecombineerd, bijvoorbeeld zoals weergegeven in figuren 4A-C en figuur 7. De schakeling 32 omvat zowel een drukschake-20 laar 14 als een naderingschakelaar 17, hier reed schakelaar. Pas wanneer beide schakelaars zijn gesloten zal de solenoïde 15 de pen 9 intrekken. In dit voorbeeld (zie figuur 7) zal de reed schakelaar 17 nabij gleufeind 3b opgesteld zijn. Nadat de gebruiker de tas 2 met de hand 25 heeft omgekeerd en de koker 10 de drukschakelaar raakt zal deze, net als in de uitvoering van figuren 5A,B, onder invloed van het gewicht sluiten, en kan de gebruiker met de hand het koord 6 door de koker 10 verschuiven om de magneet 7 vóór de reed schakelaar 17 te brengen, waardoor de 30 stroomkring sluit en de sluiting 8/9 vrijkomt.

De bovenstaande beschrijving is opgenomen om werking van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding te illustreren, en niet om de reikwijdte van de uitvinding te beperken. Uitgaande van de bovenstaande uiteenzetting 35 zullen voor een vakman vele variaties evident zijn die vallen onder de geest en de reikwijdte van de onderhavige uitvinding. Zo kan men in het eerste voorbeeld ook kiezen 10 voor een onderbroken koord 6, waarvan de uiteinden langs de zijwanden 5a,b verschuifbaar zijn verbonden met de tas 2.

Er is dan geen koker die door het interieur beweegt.

Zo kan voorts in plaats van de beschreven soleno-5 ide met op trek bediende sluitpen een solenoïde met een op druk bediende sluitpen worden toegepast. Ook kan gedacht worden aan een kwikschakelaar in plaats van drukschakelaar.

Verder kan gedacht worden aan toepassing van een zogenoemde active latch (Servocell), met een piezo-10 elektrisch werkende beweegbare pen, waarvoor slechts een gering vermogen nodig is.

Dit zijn echter slechts enige voorbeelden, die toepassing van ander soort schakelaars binnen de reikwijdte van de uitvinding niet uitsluiten.

15 1034533

Claims (18)

1. Draagbaar houdersamenstel voor voorwerpen, omvattend een aantal samenstellende delen, inbegrepen een 5 houder en een draagdeel daarvoor, waarbij de houder omvat een eerste wanddeel en een tweede wanddeel die beweegbaar met elkaar zijn verbonden tussen een sluitstand waarin de houder gesloten is en een toegangstand waarin het inwendige van de houder toegankelijk is voor het daarin inbrengen 10 respectievelijk daaruit uithalen van voorwerpen, waarbij de houder voorzien is van sluitmiddelen voor het in de sluitstand houden van de twee wanddelen, waarbij het houdersamenstel voorts voorzien is van bedieningsmiddelen voor de sluitmiddelen, welke bedieningsmiddelen ingericht zijn voor 15 activering door de gebruiker van het houdersamenstel door verplaatsing van althans een deel van een van de samenstellende delen van het houdersamenstel ten opzichte van de rest van het houdersamenstel.

2. Houdersamenstel volgens conclusie 1, waarbij de bedieningsmiddelen ingericht zijn voor activering door de gebruiker van het houdersamenstel door verplaatsing van althans een deel van de houder.

3. Houdersamenstel volgens conclusie 2, waarbij de bedieningsmiddelen ingericht zijn voor activering door verplaatsing van de gehele houder.

4. Houdersamenstel volgens conclusie 3, waarbij 30 de bedieningsmiddelen ingericht zijn voor activering door rotatie van de houder.

5. Houdersamenstel volgens conclusie 4, waarbij de houder in de sluitstand tegengesteld gericht is aan de 35 toegangsstand en waarbij de bedieningsmiddelen ingericht zijn voor activering door omkering van de houder. 1034533

6. Houdersamenstel volgens conclusie 1 en/of een der conclusies 2-5, waarbij de bedieningsmiddelen ingericht zijn voor activering door verplaatsing van althans een deel van het draagdeel van het houdersamenstel. 5

7. Houdersamenstel volgens conclusie 6, waarbij de bedieningsmiddelen ingericht zijn voor activering door verschuiving van althans een deel van het draagdeel van het houdersamenstel. 10

8. Houdersamenstel volgens conclusie 7, waarbij het draagdeel omlopend is en de bedieningsmiddelen ingericht zijn voor activering door verschuiving van althans een deel van het draagdeel van het houdersamenstel in 15 omlooprichting.

9. Houdersamenstel volgens conclusie 7, waarbij het draagdeel althans van de ene zijde naar een tegengestelde zijde van de houder omlopend is en de bedieningsmid- 20 delen ingericht zijn voor activering door verschuiving van althans een deel van het draagdeel van het houdersamenstel in een richting met een richtingscomponent dwars op de omlooprichting.

10. Houdersamenstel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de bedieningsmiddelen een elektrische schakeling omvatten, die een op zwaartekracht werkende schakelaar omvat.

11. Houdersamenstel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de bedieningsmiddelen een elektrische schakeling omvatten, die een naderingsschakelaar omvat.

12. Draagbaar houdersamenstel voor voorwerpen, 35 omvattend een aantal samenstellende delen, inbegrepen een houder en een draagdeel daarvoor, waarbij de houder omvat een eerste wanddeel en een tweede wanddeel die beweegbaar met elkaar zijn verbonden tussen een sluitstand waarin de houder gesloten is en een toegangstand waarin de houder toegankelijk is voor het daarin inbrengen respectievelijk daaruit uithalen van voorwerpen, waarbij de houder voorzien 5 is van sluitmiddelen voor het in een sluitstand houden van de twee wanddelen, waarbij het houdersamenstel voorts voorzien is van bedieningsmiddelen voor de sluitmiddelen, welke bedieningsmiddelen ingericht zijn om in de draagstand van de houder de sluitmiddelen actief te laten zijn en door 10 de gebruiker van het houdersamenstel geactiveerd kunnen worden door verplaatsing van althans een deel van een van de samenstellende delen van het houdersamenstel ten opzichte van de rest van het houdersamenstel.

13. Draagbaar houdersamenstel voor voorwerpen, met een houder en met een draagdeel voor het in een draagstand door een gebruiker meevoeren van de houder, waarbij de houder voorzien is van een interieur met toegangsopenin-gen, die toegankelijk zijn in een toegangsstand van de 20 houder, waarbij de houder in een sluitstand gebracht kan worden, waarin de toegangsopeningen niet toegankelijk zijn, waarbij de het interieur in de draagstand, tevens sluitstand, van de houder met de toegangsopeningen neerwaarts gericht is. 25

14. Houdersamenstel volgens conclusie 13, waarbij de houder voorzien is van sluitmiddelen voor het in een vergrendelde sluitstand houden van de twee wanddelen, waarbij het houdersamenstel voorts voorzien is van bedie- 30 ningsmiddelen voor de sluitmiddelen, welke bedieningsmiddelen elektrisch werkzaam zijn.

15. Draagbaar houdersamenstel voor voorwerpen, omvattend een aantal samenstellende delen, inbegrepen een 35 houder en een draagdeel daarvoor, waarbij de houder omvat een eerste wanddeel en een tweede wanddeel die beweegbaar met elkaar zijn verbonden tussen een sluitstand waarin de houder gesloten is en een toegangstand waarin de houder toegankelijk is voor het daarin inbrengen respectievelijk daaruit uithalen van voorwerpen, waarbij de houder voorzien is van sluitmiddelen voor het in een sluitstand houden van 5 de twee wanddelen, waarbij het houdersamenstel voorts voorzien is van bedieningsmiddelen voor de sluitmiddelen, welke bedieningsmiddelen elektrisch werkzaam zijn.

16. Houdersamenstel volgens conclusie 15, waarbij 10 de bedieningsmiddelen een elektrische schakeling omvatten die ingericht is voor activering door de gebruiker van het houdersamenstel door een onderlinge verplaatsing van twee van de samenstellende delen van het houdersamenstel.

17. Draagbaar houdersamenstel voor voorwerpen, omvattend een aantal samenstellende delen, inbegrepen een houder en een draagdeel daarvoor, waarbij de houder omvat een eerste wanddeel en een tweede wanddeel die beweegbaar met elkaar zijn verbonden tussen een sluitstand waarin de 20 houder gesloten is en een toegangstand waarin de houder toegankelijk is voor het daarin inbrengen respectievelijk daaruit uithalen van voorwerpen, waarbij de houder voorzien is van sluitmiddelen voor het in een sluitstand houden van de twee wanddelen, welk houdersamenstel is voorzien van een 25 of meer van de maatregelen zoals op zich beschreven in de conclusies 1-16.

18. Inrichting voorzien van een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bijge-30 voegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen. 1034533