NL1033263C2 - Behandelingsinrichting voor het met geconditioneerde lucht behandelen van voedselproducten. - Google Patents

Behandelingsinrichting voor het met geconditioneerde lucht behandelen van voedselproducten. Download PDF

Info

Publication number
NL1033263C2
NL1033263C2 NL1033263A NL1033263A NL1033263C2 NL 1033263 C2 NL1033263 C2 NL 1033263C2 NL 1033263 A NL1033263 A NL 1033263A NL 1033263 A NL1033263 A NL 1033263A NL 1033263 C2 NL1033263 C2 NL 1033263C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
air
drum
oven
treatment device
space
Prior art date
Application number
NL1033263A
Other languages
English (en)
Inventor
Hendricus Franciscus Jacobus Maria Van Der Eerden
Jeroen Robert Willemsen
Bernardus Wilhelmus F Leferink
Jacobus Cornelus Maria Baltussen
Original Assignee
Stork Titan Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Stork Titan Bv filed Critical Stork Titan Bv
Priority to NL1033263A priority Critical patent/NL1033263C2/nl
Priority to DK08705064.7T priority patent/DK2111112T3/da
Priority to BRPI0806946-8A priority patent/BRPI0806946B1/pt
Priority to US12/523,871 priority patent/US9021944B2/en
Priority to EP08705064.7A priority patent/EP2111112B1/en
Priority to PCT/NL2008/000026 priority patent/WO2008091145A2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1033263C2 publication Critical patent/NL1033263C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A21BAKING; EDIBLE DOUGHS
    • A21BBAKERS' OVENS; MACHINES OR EQUIPMENT FOR BAKING
    • A21B1/00Bakers' ovens
    • A21B1/42Bakers' ovens characterised by the baking surfaces moving during the baking
    • A21B1/48Bakers' ovens characterised by the baking surfaces moving during the baking with surfaces in the form of an endless band
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A21BAKING; EDIBLE DOUGHS
    • A21BBAKERS' OVENS; MACHINES OR EQUIPMENT FOR BAKING
    • A21B1/00Bakers' ovens
    • A21B1/02Bakers' ovens characterised by the heating arrangements
    • A21B1/24Ovens heated by media flowing therethrough
    • A21B1/26Ovens heated by media flowing therethrough by hot air

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Food Science & Technology (AREA)
  • Drying Of Solid Materials (AREA)
  • Food Preservation Except Freezing, Refrigeration, And Drying (AREA)

Description

Korte aanduiding: Behandelingsinrichting voor het met geconditioneerde lucht behandelen van voedselproducten
De uitvinding heeft volgens een eerste aspect betrekking op een behandelingsinrichting voor het met geconditioneerde lucht behandelen van voedselproducten, in het bijzonder voor massaproductie.
5 Een behandelingsinrichting voor het met geconditioneerde lucht behandelen van voedselproducten, die als oven kan worden bedreven, is bijvoorbeeld uit de Europese octrooiaanvrage 0 953 286 van aanvraagster bekend. Deze bekende inrichting omvat een behuizing, waarin ten minste één transportmiddel voor het door de behuizing heen 10 vanaf een ingang naar een uitgang transporteren van de producten langs een spiraalvormig transporttraject is opgesteld. Het transportmiddel omvat een uit in hoofdzaak horizontale en verticale strippen opgebouwde holle trommel, die draaibaar om een verticale as is opgesteld. Verder omvat het transportmiddel een eindloze transportband 15 die een spiraalvormig traject aflegt tijdens bedrijf. Geconditioneerde lucht kan tussen de strippen van de trommel door over de windingen van de transportband stromen. Verder zijn luchtconditioneringsmiddelen voor het conditioneren van de luchtstroom, bijvoorbeeld de temperatuur en/of vochtigheidsgraad daarvan, alsmede luchtcirculatiemiddelen voor 20 het door de behuizing heen laten stromen van de geconditioneerde lucht aanwezig.
Het vermogen om een effectieve stroming van geconditioneerde lucht te creëren is een belangrijk aspect bij een dergelijke behandelingsinrichting. Dit geldt in het bijzonder voor 25 behandelsituaties, waarbij uniformiteit van de atmosfeer van geconditioneerde lucht in de gehele behandelruimte wordt nagestreefd. Dit in tegenstelling tot in het vak eveneens bekende situaties, waarbij men doelbewust de atmosfeer lokaal in de behandelruimte verandert ten opzichte van algemeen heersende condities met behulp van 30 aanvullende middelen zoals bijverwarming of bevochtiging teneinde aan bepaalde proceseisen te voldoen. In dergelijke situaties worden zodoende meerdere zones met verschillende behandelcondities gecreëerd, die al dan niet door middel van fysieke scheidingsmiddelen zoals 1033263 - 2 - schotten, wanden of (lucht)gordijnen van elkaar kunnen zijn gescheiden.
De uitvinding beoogt volgens een eerste aspect een behandelingsinrichting voor het met geconditioneerde lucht behandelen 5 van voedselproducten, in het bijzonder voor massaproductie te verschaffen, waarin een effectieve circulatie van de geconditioneerde lucht plaatsvindt in contact met te behandelen producten door de behandelruimte heen.
Een verder doel van de uitvinding is het verschaffen van een 10 dergelijke behandelingsinrichting met een in hoofdzaak uniform behandelingsklimaat ten aanzien van temperatuur en/of luchtvochtigheid en/of snelheid in de gehele behandelruimte, in het bijzonder een dergelijke behandelingsrinchting, waarbij naast primaire luchtconditioneringsmiddelen en luchtcirculatiemiddelen geen 15 dergelijke aanvullende middelen nodig zijn.
Een ander doel van de uitvinding is het verschaffen van een dergelijke behandelingsinrichting, waarin lokale afwijkingen van de eigenschappen van de geconditioneerde lucht bijvoorbeeld qua temperatuur en/of vochtigheid als gevolg van het conditioneren van de 20 lucht zijn verminderd.
Een nog verder doel van de uitvinding is het verschaffen van een dergelijke behandelingsinrichting met een compacte opbouw.
De behandelingsinrichting volgens de uitvinding heeft daartoe een opbouw, zoals gedefinieerd in conclusie 1.
25 De behandelingsinrichting volgens de uitvinding omvat een behuizing met een ingang en een uitgang voor het invoeren van te behandelen producten, respectievelijk uitvoeren van behandelde producten. De behuizing begrenst een behandelruimte of -kamer, die in verbinding staat met de ingang en uitgang. In de behandelruimte is een 30 transportmiddel opgesteld, dat een transportbaan met meerdere op afstand boven elkaar gelegen windingen aflegt tussen de ingang en uitgang. Nabij deze ingang en uitgang omvat de transportbaan gebruikelijk rechte secties, die relatief kort zijn ten opzichte van de totale lengte van de transportbaan. Het transportmiddel is 35 ingericht voor het dragen van de producten. Het transportmiddel omvat ten minste een om een verticale draaias draaibaar opgestelde holle trommel, die tijdens bedrijf wordt aangedreven. Gebruikelijk omvat het transportmiddel verder een transportband zonder einde, die om een of meer trommels is geleid volgens de transportbaan met een aantal boven 40 elkaar gelegen windingen en die door wrijving (slip friction) met de - 3 - trommel(s) wordt aangedreven. Luchtconditioneringsmiddelen zijn ook voorzien in de inrichting volgens de uitvinding, die de condities zoals temperatuur en/of vochtigheid van de in de behandelruimte in hoofdzaak circulerende lucht regelen. Luchtcirculatiemiddelen .zorgen 5 voor circulatie van de lucht door de behandelruimte via de holle trommel en via de luchtconditioneringsmiddelen. Geconditioneerde lucht stroomt zodoende uit de omtrek van de trommel over de windingen van de transportbaan van het transportmiddel en over de daarmee getransporteerde producten.
10 Bij de behandelingsinrichting volgens het eerste aspect van de uitvinding zijn de luchtcirculatiemiddelen, gezien in de stromingsrichting van de geconditioneerde lucht, benedenstrooms van de luchtconditioneringsmiddelen opgesteld. Anders gezegd, de invoerzijde van de luchtcirculatiemiddelen zoals de aanzuigzijde van een 15 ventilator, staat - al dan niet direct, doch met voordeel direct - in fluïdumverbinding met de luchtconditioneringsmiddelen, en de afvoerzij de van de luchtcirculatiemiddelen staat - al dan niet rechtstreeks - in f luïdumverbinding met de trommelomtrek. Op deze wijze kan vanwege de in de luchtcirculatiemiddelen opgewekte 20 turbulentie worden bereikt dat de geconditioneerde lucht die als gevolg van de configuratie van de conditioneringsmiddelen niet-uniforme condities kan bezitten, stroomafwaarts van de conditioneringsmiddelen wordt opgemengd en aldus gehomogeniseerd, zodat eventuele lokale afwijkingen als gevolg van de conditionering 25 van het behandelmedium worden vereffend. Aldus bezitten de luchtcirculatiemiddelen een dubbele functie, enerzijds voor het laten circuleren van de geconditioneerde lucht en anderzijds voor het opmengen en aldus homogeniseren van de in de luchtconditioneringsmiddelen geconditioneerde lucht.
30 De transportbaan in de behandelruimte Omvat meerdere windingen, die boven elkaar zijn gelegen. Een winding kan in bovenaanzicht de vorm van in wezen een ellips, een veelhoek zoals een driehoek of rechthoek bezitten, waarbij de betreffende trommels in de eindpunten of hoeken zijn opgesteld. Een spiraalvormige transportbaan waarbij de 35 transportband zonder einde om een trommel wordt geleid, waarbij een winding in wezen een cirkel beschrijft, heeft de voorkeur.
Bij een voorkeursuitvoeringsvorm zijn de luchtcirculatiemiddelen ten minste gedeeltelijk in de holle trommel opgesteld. Een dergelijke opstelling van de luchtcirculatiemiddelen laat een compacte opbouw van 40 de totale behandelingsinrichting toe, omdat deze opstelling een - 4 - ruimtebesparing geeft ten opzichte van bekende behandelingsinrichtingen waarbij de luchtcirculatiemiddelen bovenin de behuizing of aan de zijkant daarvan zijn voorzien. Verder laat deze opstelling een efficiënte circulatie van de geconditioneerde lucht 5 vanwege de centrale positie van de luchtcirculatiemiddelen binnen de transportbaan, in het bijzonder een spiraalvormige transportbaan en derhalve effectieve behandeling van de producten toe. De geconditioneerde lucht die uit de luchtcirculatiemiddelen stroomt, wordt via de voor behandel fluïdum doorlaatbare trommelomtrek tussen de 10 windingen van de transportbaan geleid en op uniforme wijze verdeeld.
Bij voorkeur omvatten de luchtcirculatiemiddelen een ventilator. De waaier daarvan bevindt zich met voordeel in de holle trommel, terwijl de aandrijving zoals een elektromotor zich gebruikelijk buiten de behuizing bevindt. Met voordeel is de aandrijving beneden de bodem 15 van de behuizing geplaatst. Met voordeel zijn de luchtcirculatiemiddelen ten minste gedeeltelijk onderin de holle trommel opgesteld.
Het transportmiddel omvat bij voorkeur een holle cilindrische trommel, die om een in hoofdzaak verticale as draaibaar in de oven is 20 opgesteld, alsmede een aandrijfmiddel voor het laten draaien van de trommel, en een om de trommel geleide transportband zonder einde volgens de meerdere boven elkaar gelegen windingen omvattende transportbaan. De trommel is met voordeel uit in hoofdzaak horizontale en verticale strippen opgebouwd en heeft bij voorkeur een constante 25 diameter. Met voordeel is de behandelingsinrichting zo ingericht, dat geconditioneerde lucht slechts over een gedeelte van de binnenomtrek van alle windingen van de spiraalvormige transportbaan uitstroomt. Dit omtreksgedeelte kan bijvoorbeeld 30-180° bedragen. Bij voorkeur is dit gedeelte kleiner dan 90°. Bij een uitvoeringsvorm van de 30 behandelingsinrichting volgens de uitvinding is daartoe een stationair buisvormig lichaam met een verticale uitstroomopening die zich ten minste over de totale hoogte van de windingen van de transportbaan uitstrekt tussen de luchtcirculatiemiddelen en de trommel geplaatst.
De transportband zonder einde wordt door wrijving tussen de 35 binnenrand daarvan en de buitenomtrek van de trommel of gedeelte daarvan voortbewogen. Het aandrijfmiddel zoals een of meer elektromotoren is bij voorkeur buiten de behandelingsruimte, d.w.z. buiten de behuizing, in het bijzonder onder de bodem daarvan opgesteld. Het transportmiddel is bij voorkeur een (metalen) gaasband, - 5 - die ten minste gedeeltelijk doorlaatbaar is voor het geconditioneerde behandelfluïdum.
Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm valt de draaias van de waaier samen met de draaias van de trommel, zodat de afstand van de 5 waaier tot de trommelomtrek constant is.
Volgens een andere voorkeursuitvoeringsvorm is de waaier excentrisch ten opzichte van de verticale rotatieas van de trommel opgesteld. Dit is met name voordelig wanneer men nastreeft de geconditioneerde lucht slechts over een omtreksgedeelte van de 10 windingen van de transportbaan te laten uitstromen.
Luchtgeleidingsmiddelen voor het gericht beïnvloeden van de stroming van de geconditioneerde lucht kunnen aanwezig zijn in de behandelingsinrichting volgens de uitvinding. Vanwege de voorkeurspositie van de luchtcirculatiemiddelen in de holle trommel 15 zelf moet de geconditioneerde lucht over een relatief korte afstand over de trommelomtrek, in het bijzonder over de openingshoek van de uitstroomopening van het buisvormig lichaam en over de hoogte daarvan, worden verdeeld om een zo uniform mogelijke uitstroming van de geconditioneerde lucht uit de trommelomtrek, in het bijzonder genoemde 20 uitstroomopening, te realiseren. Een dergelijke verdeling van de lucht over de trommelomtrek, in het bijzonder genoemde gehele uitstroomopening draagt bij aan een efficiënte stroming van geconditioneerde lucht over de zich op het transportmiddel bevindende producten. Verder is deze luchtverdeling van belang voor het vermijden 25 van pieken in de snelheid van de geconditioneerde lucht op de posities waar de producten zich bevinden en zodoende lokale niet-uniforme condities en beschadiging van het product bijv. van een coating daarvan te voorkomen en/of het optreden van een niet-uniforme kleuring van het product te verhinderen. Bij voorkeur zijn daarom in de trommel 30 trommelluchtgeleidingsmiddelen voorzien op een positie benedenstrooms van de luchtcirculatiemiddelen, bij voorkeur in de uitstroomopening van het buisvormig lichaam. Met voordeel zijn de trommelluchtgeleidingsmiddelen zo ingericht, dat de geconditioneerde lucht tijdens bedrijf in mee- en tegenstroom ten opzichte van de 35 bewegingsrichting van de transportband stroomt.
De trommelluchtgeleidingsmiddelen in de trommel bouwen een weerstand op tussen de luchtcirculatiemiddelen en het transportmiddel, waarop de producten zich tijdens behandeling bevinden. Een voorkeursuitvoeringsvorm van dergelijke trommelluchtgeleidingsmiddelen 40 omvat een reeks van parallelle op afstand van elkaar verticaal - 6 - opgestelde geleidingsprofielen, die aldus verticale kanalen begrenzen. Deze kanalen bezitten in (horizontale) dwarsdoorsnede een niet-lineaire vorm, zodat de door de kanalen uitstromende lucht een gedwongen richtingsverandering ondergaat. De verdeling van de 5 geconditioneerde lucht vindt van zichzelf in deze kanalen plaats. Dit geldt in het bijzonder voor posities van de kanalen waar de lucht stromend vanuit de luchtcirculatiemiddelen naar de kanalen al een richtingsverandering ondergaat. Vernauwingen van het invoeruiteinde van een kanaal zijn een verdere maatregel om de stroming door een 10 kanaal verder te beïnvloeden. Op posities van de kanalen waar de lucht afkomstig van de luchtcirculatiemiddelen geen richtingsverandering heeft ondergaan bezitten de kanalen bij voorkeur een S-vormige doorsnede zodat als gevolg van de geïnduceerde richtingsverandering van de geconditioneerde lucht in deze kanalen voldoende weerstand 15 wordt opgebouwd en lokale pieken in de luchtsnelheid (jets) worden vereffend. De breedte van de uitstroomzijde van de verticale kanalen is doorgaans groter dan de breedte van de spijlen van de tijdens bedrijf ronddraaiende holle trommel teneinde afsluiting van een kanaal en daaraan verbonden gevolgen die de uniforme luchtstroming aantasten, 20 te vermijden. De richting van de geleidingsprofielen aan de uitstroomzijde van de verticale kanalen bepaalt in hoofdzaak de verdeling over het transportmiddel, waarop tijdens bedrijf de producten zich bevinden. Een bijkomend voordeel van dergelijke geleidingsprofielen en daardoor begrensde kanalen is de goede 25 reinigbaarheid daarvan en het lage risico op verstoppingen, welke verstoppingen met stof kunnen optreden bij een drukscherm (een van relatief kleine openingen voorziene plaat).
Zoals gesteld kunnen de luchtcirculatiemiddelen centraal in de trommel zijn opgesteld. De luchtcirculatiemiddelen kunnen ook 30 excentrisch ten opzichte van de draaias van de trommel zijn gelegen, zodat er een betrekkelijk ruime afstand is tussen de luchtcirculatiemiddelen en de trommelluchtgeleidingsmiddelen. Meer bij voorkeur zijn de trommelluchtgeleidingsmiddelen diametraal tegenover de luchtcirculatiemiddelen opgesteld.
35 Indien gewenst, kunnen ook bandluchtgeleidingsmiddelen voor het geleiden van geconditioneerde lucht zijn voorzien, die zijn opgesteld in de ruimte boven een of meer windingen van de transportband zonder einde. Dergelijke bandluchtgeleidingsmiddelen zoals hellend opgestelde geleidingsprofielen of -platen, dragen ertoe bij dat de 40 stromingsrichting van de over de zich op de windingen bevindende - 7 - producten uitstromende geconditioneerde lucht verder kan worden ingesteld en een hoofdzakelijk gelijke stroming van geconditioneerde lucht over de breedte van de transportband kan worden bereikt. Met behulp van deze bandluchtgeleidingsmiddelen wordt de geconditioneerde 5 lucht op de producten gericht en zodoende de warmteoverdracht tussen lucht en producten verhoogd. Dit laat een uniforme behandeling van de producten toe, die zich zowel aan de binnenomtrek van een winding als aan de buitenomtrek daarvan bevinden. Met voordeel zijn deze bandluchtgeleidingsmiddelen gemonteerd aan draagmiddelen voor het 10 dragen van een benedenstroomse winding van de spiraalvormige transportbaan.
Bij een gunstige uitvoeringsvorm bestaat de behuizing uit een omhoog beweegbare kap en een bak, waarbij een waterslot daartussen is voorzien.
15 De luchtconditioneringsmiddelen zijn afhankelijk van het type behandeling dat in de inrichting volgens de uitvinding dient te worden uitgevoerd. Bij een voorkeursuitvoeringsvorm van de behandelingsrichting volgens de uitvinding als oven, in het bijzonder spiraaloven met spiraalvormige transportbaan, omvatten de 20 luchtconditioneringsmiddelen ten minste verwarmingsmiddelen zoals een warmtewisselaar (met thermische olie of elektrisch). Andere voorbeelden van luchtconditioneringsmiddelen omvatten bevochtigingsmiddelen voor het toevoeren van vocht aan de circulerende lucht zoals stoominjectiemiddelen.
25 De luchtconditioneringsmiddelen zijn met voordeel opgesteld in een kanaal dat een in verbinding met de behandelruimte staande kanaalingang heeft en een met de luchtcirculatiemiddelen in verbinding staande kanaaluitgang. Bij voorkeur is dit kanaal aan de binnenkant van de bovenzijde van de behuizing, meer bij voorkeur aan de eerder 30 genoemde kap voorzien.
De behandelingsinrichting volgens de uitvinding kan volgens een voorkeurstoepassing worden gebruikt voor het behandelen van voedselproducten met geconditioneerde lucht, in het bijzonder het gedeeltelijk of volledig garen, bakken, braden, grillen van vlees en 35 vleesproducten, zoals al dan niet gepaneerde en/of gemarineerde hamburgers, kipdelen en andere gevormde producten. Andere toepassingen van de behandelingsinrichting volgens de uitvinding omvatten het drogen, stomen, pasteuriseren en steriliseren van voedselproducten van plantaardige en/of dierlijke oorsprong. De 40 voedselproducten kunnen al dan niet verpakt zijn.
- 8 -
Met voordeel wordt in de behandelinrichting volgens het eerste aspect ook de kenmerkende maatregel volgens het hierna te beschrijven tweede aspect van de uitvinding toegepast. Deze maatregel, in het bijzonder een afwijkende spoed van de winding nabij de ingang van de 5 behuizing ten opzichte van benedenstrooms gelegen windingen, laat een goede klimaatsbeheersing met uniforme klimaatseigenschappen in de gehele behandelruimte toe. Door verwijzing wordt hierin de nog volgende deelbeschrijving van het tweede aspect -ook zonder de daarin gestelde beperking tot een oven - opgenomen.
10 De uitvinding heeft volgens een tweede aspect betrekking op een oven voor het met geconditioneerde lucht behandelen van voedselproducten, in het bijzonder voor massaproductie.
Een behandelingsinrichting voor het met geconditioneerde lucht behandelen van voedselproducten, die als oven kan worden bedreven, is 15 bijvoorbeeld uit de Europese octrooiaanvrage 0953286 van aanvraagster bekend, zoals hierboven reeds is beschreven. Deze bekende inrichting omvat een behuizing, waarin ten minste één transportmiddel voor het door de behuizing heen vanaf een ingang naar een uitgang transporteren van de producten langs een spiraalvormig transporttraject is 20 opgesteld. Verder zijn luchtconditioneringsmiddelen voor het conditioneren van de luchtstroom, bijvoorbeeld de temperatuur en/of vochtigheidsgraad daarvan, alsmede luchtcirculatiemiddelen voor het door de behuizing heen laten stromen van de geconditioneerde lucht aanwezig. Volgens deze Europese octrooiaanvrage zijn aan de 25 binnenzijde van het spiraalvormige transporttraject luchtverdelingsmiddelen voor het verdelen van de luchtstroomm via slechts een deel van de binnenzijde van het spiraalvormige transporttraject voorzien, zodanig dat de geconditioneerde lucht gedeeltelijk in meestroom en gedeeltelijk in tegenstroom over het 30 transportmiddel stroomt.
Een probleem, dat zich bij een dergelijke oven kan voordoen, is de temperatuurafwijking van de atmosfeer van geconditioneerde lucht in de ovenruimte, welke temperatuurafwijking of -val bij de ingang kan optreden als gevolg van het invoeren van relatief koude, bijvoorbeeld 35 bevroren of gekoelde (vlees)producten met een temperatuur van 0-4°C of lager, alsmede het relatief koude transportmiddel zelf. Een dergelijke temperatuurafwijking kan ongewenst zijn in situaties, waarbij uniformiteit van de atmosfeer van geconditioneerde lucht in de gehele ovenruimte wordt nagestreefd. Verder kan als gevolg van een te 40 geleidelijke opwarming uitdroging van de te behandelen producten - 9 - optreden. Ook kan een verlenging van de benodigde gaartijd een nadelig gevolg zijn. Een dergelijke verlenging wordt bereikt door de producten langzamer door de oven te voeren. Daardoor neemt de capaciteit, uitgedrukt in kg/uur, af.
5 Terzijde wordt hier opnieuw opgemerkt dat er ook situaties in het vak bekend zijn, waarbij men doelbewust de atmosfeer lokaal in de oven verandert met behulp van aanvullende middelen zoals bijverwarming teneinde aan bepaalde proceseisen te voldoen. In dergelijke situaties worden zodoende meerdere zones met verschillende condities gecreëerd, 10 die al dan niet door middel van fysieke scheidingsmiddelen van elkaar zijn gescheiden.
De onderhavige uitvinding heeft ten doel de genoemde temperatuurafwijking, in de meeste gevallen een temperatuurval, tijdens bedrijf van een oven met een zo uniform mogelijke atmosfeer 15 van geconditioneerde lucht, in het bijzonder qua temperatuur, vochtigheid en snelheid te verhinderen, dan wel ten minste te reduceren.
Een verder doel van de uitvinding is uitdroging van de te behandelen producten te verminderen.
20 Nog een ander van de uitvinding is het voorkomen van capaciteitsverlies.
Dit doel wordt volgens het tweede aspect van de uitvinding bereikt met een oven, zoals gedefinieerd in conclusie 16.
De oven volgens de uitvinding omvat een behuizing met een 25 ingang en een uitgang voor het invoeren van te behandelen producten, respectievelijk uitvoeren van behandelde producten. De behuizing begrenst een ovenruimte, die in verbinding staat met de ingang en uitgang, in de ovenruimte is een transportmiddel opgesteld, dat een transportbaan met meerdere op afstand boven elkaar gelegen windingen 30 aflegt tussen de ingang en uitgang. Nabij de ingang en uitgang omvat de transportbaan in het algemeen rechte secties, die relatief kort zijn ten opzichte van de totale lengte van de transportbaan. Het transportmiddel is ingericht voor het dragen van de producten. Het transportmiddel omvat ten minste een om een verticale draaias 35 draaibaar opgestelde holle trommel, die tijdens bedrijf wordt aangedreven. Gebruikelijk omvat het transportmiddel verder een transportband zonder einde, die om een of meer trommels is geleid volgens de transportbaan met een aantal boven elkaar gelegen windingen en die door wrijving (slip friction) met de trommel(s) wordt 40 aangedreven. Luchtconditioneringsmiddelen zijn ook voorzien in de - 10 - oven, die de condities zoals temperatuur en/of vochtigheid van de in de oven in hoofdzaak circulerende lucht regelen.
Luchtcirculatiemiddelen zorgen voor circulatie van de lucht door de ovenruimte via de holle trommel en via de 5 luchtconditioneringsmiddelen. Geconditioneerde lucht stroomt zodoende uit de omtrek van de trommel over de windingen van de transportbaan van het transportmiddel en over de daarmee getransporteerde producten.
Bij de oven volgens de uitvinding heeft ten minste een winding van de transportbaan nabij de ingang een andere spoed dan de spoed van 10 benedenstrooms gelegen windingen van de transportbaan. Met andere woorden, de afstand tussen twee opeenvolgende windingen nabij de ingang op loodrecht boven elkaar gelegen punten is anders dan de afstand tussen twee opeenvolgende windingen, die zich verderop in de transportbaan bevinden. Hierdoor kan de lokale invloed van het in de 15 ovenruimte invoeren van te behandelen producten en van het transportmiddel, beide met van de ovenomstandigheden afwijkende condities, in het bijzonder de temperatuur, op de algemene ovenatmosfeer beperkt worden gehouden, waarbij het treffen van andere maatregelen, die in het bijzonder de uniformiteit van het ovenklimaat 20 zoals de luchtcirculatiesnelheid zouden kunnen beïnvloeden, overbodig kan zijn. Aldus is het mogelijk de heersende ovenomstandigheden intact te laten door lokale "aanpassing" van de productdichtheid (aantal producten/volume-eenheid) nabij de ingang. Daardoor kan worden bereikt dat de producten over het gehele traject in de ovenruimte van ingang 25 naar uitgang aan een wezenlijk uniform behandelingsklimaat van geconditioneerde lucht worden onderworpen. Eveneens is het risico op uitdroging van de producten bij binnenkomst verminderd. Een bijkomend voordeel van de absentie van andere maatregelen en/of voorzieningen is dat het reinigen van de inrichting volgens de uitvinding eenvoudiger 30 is. Ook de capaciteit kan op een hoog niveau worden gehouden.
Terzijde wordt opgemerkt dat uit WO 92/21596 een transportmiddel voor een bakoven met een zogeheten dubbele spiraal bekend is, dat een omhooggaande spiraalvormige transportbaan en een neergaande spiraalvormige transportbaan omvat. In een schetsmatige tekening van 35 een uitvoeringsvorm daarvan lijkt de spoed bij de eerste winding nabij de ingang en de laatste winding nabij de uitgang af te wijken van de spoed van de overige windingen. Een beschrijving daarvan ontbreekt.
Verder wordt terzijde opgemerkt dat uit WO 92/20980 een gecombineerde cryogene en mechanische vriesinrichting met een enkele 40 spiraal bekend is, waarbij in de onderste cryogene sectie daarvan de - 11 - spoed van de spiraalvormige transportbaan groter is dan in de andere, daarboven gelegen sectie teneinde sproeikoppen voor het cryogene fluïdum te kunnen plaatsen.
Ook wordt terzijde opgemerkt dat uit EP 1 437 076 A2 een 5 spiraaloven met een dubbele spiraal bekend is, waarbij in een figuur van een uitvoeringsvorm in de tweede spiraal nabij de uitgang een afwijkende spoed is getekend. Volgens de beschrijving is de spoed bij voorkeur overal hetzelfde.
De transportbaan in de behandelruimte omvat meerdere windingen, 10 die boven elkaar zijn gelegen. Een winding kan in bovenaanzicht de vorm van in wezen een ellips, een veelhoek zoals een driehoek of rechthoek bezitten, waarbij de betreffende trommels in de eindpunten of hoeken zijn opgesteld. Een spiraalvormige transportbaan waarbij de transportband zonder einde om een trommel wordt geleid, waarbij een 15 winding in wezen een cirkel beschrijft, heeft de voorkeur.
Met voordeel worden de maatregelen volgens het eerstee aspect van de uitvinding ook toegepast bij een oven volgens het tweede aspect van de uitvinding. Hetgeen hierboven is beschreven ten aanzien van het eerste aspect wordt in dit beschrijvingsgedeelte derhalve door 20 verwijzing inbegrepen.
Bij een voorkeursuitvoeringsvorm heeft de ten minste ene winding nabij de ingang een grotere spoed dan die van de benedenstrooms gelegen windingen daarvan. In het algemeen bezitten de ingevoerde producten bij de ingang een lagere temperatuur dan de 25 heersende oventemperatuur, waardoor er bij de ingang een temperatuurval zou kunnen ontstaan. Door de grotere spoed is bij een gegeven productdichtheid per oppervlakte-eenheid van het transportmiddel een groter volume geconditioneerde lucht en derhalve een grotere hoeveelheid warmte aanwezig om de ingevoerde producten op 30 te warmen in vergelijking met de benedenstroomse windingen met een kleinere spoed onder verder gelijkblijvende omstandigheden.
Bij een uitvoeringsvorm van de oven volgens de uitvinding is de spoed van de windingen van de transportbaan vooraf vast ingesteld. Bij een andere uitvoeringsvorm van de oven zijn middelen voor het 35 instellen van de spoed van een of meer windingen voorzien.
Bijvoorbeeld zijn de draagmiddelen waarover het transportmiddel wordt geleid, in hoogte verstelbaar in ten minste een winding daarvan. Deze voorziening laat toe de spoed aan te passen aan de te behandelen producten en behandelprocessen daarvan, in het bijzonder nabij de 40 ingang van de behuizing.
- 12 -
Met voordeel is de oven volgens de uitvinding voorzien van bandluchtgeleidingsmiddelen voor het geleiden van geconditioneerde lucht, die zijn opgesteld in de ruimte boven de ten minste ene winding met afwijkende spoed. Met behulp van deze middelen (zoals radiaal naar 5 beneden toe) hellend opgestelde geleidingsprofielen of -platen wordt de geconditioneerde lucht op de producten gericht en zodoende de warmteoverdracht tussen lucht en producten verhoogd.
In een bijzondere uitvoeringsvorm zijn de bandluchtgeleidingsmiddelen gemonteerd aan draagmiddelen voor het 10 dragen van een benedenstroomse winding van de transportbaan.
Het transportmiddel omvat bij voorkeur een holle cilindrische trommel, die om een in hoofdzaak verticale as draaibaar in de oven is opgesteld, alsmede een aandrijfmiddel voor het laten draaien van de trommel, en een om de trommel volgens de meerdere windingen omvattende 15 transportbaan geleide transportband zonder einde. De trommel heeft bij voorkeur een constante diameter. Met voordeel is de oven zo ingericht, dat geconditioneerde lucht slechts over een gedeelte van de binnenomtrek van alle windingen van de spiraalvormige transportbaan uitstroomt. Dit omtreksgedeelte kan bijvoorbeeld 30-180° bedragen. Bij 20 voorkeur is dit gedeelte kleiner dan 90°. Bij een uitvoeringsvorm van de spiraaloven volgens de uitvinding is daartoe een stationair buisvormig lichaam met een verticale uitstroomopening die zich ten minste over de hoogte van de transportbaan uitstrekt tussen de luchtcirculatiemiddelen en de trommel geplaatst.
25 De transportband zonder einde wordt door wrijving tussen de binnenrand daarvan en de buitenomtrek van de trommel voortbewogen. Het aandrijfmiddel zoals een of meer elektromotoren is bij voorkeur buiten de ovenruimte, d.w.z. buiten de behuizing, in het bijzonder onder de bodem daarvan opgesteld. Het transportmiddel is bij voorkeur een 30 (metalen) gaasband, die ten minste gedeeltelijk doorlaatbaar is voor het geconditioneerde behandelfluïdum.
Bij een verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn de luchtcirculatiemiddelen, gezien in de stromingsrichting van de geconditioneerde lucht, benedenstrooms van de 35 luchtconditioneringsmiddelen opgesteld, zoals uitvoerig is toegelicht in de beschrijving van het eerste aspect van de uitvinding. De invoerzijde van de luchtcirculatiemiddelen zoals de aanzuigzijde van een ventilator staat bij deze voorkeursuitvoeringsvorm in fluïdumverbinding met de luchtconditioneringsmiddelen, en de 40 afvoerzijde staat in fluïdumverbinding met de trommel. Op deze wijze - 13 - kan vanwege de in de circulatiemiddelen opgewekte turbulentie worden bereikt dat de geconditioneerde lucht die als gevolg van de configuratie van dergelijke conditioneringsmiddelen niet-uniforme condities kan bezitten, stroomafwaarts daarvan wordt opgemengd en 5 aldus gehomogeniseerd, zodat lokale afwijkingen als gevolg van de conditionering van het behandelmedium in de luchtconditioneringsmiddelen worden vereffend. Aldus bezitten de luchtcirculatiemiddelen een dubbele functie, enerzijds voor het laten circuleren van de geconditioneerde lucht en anderzijds voor het 10 opmengen en aldus homogeniseren van de in de luchtconditioneringsmiddelen geconditioneerde lucht.
Bij een voorkeursuitvoeringsvorm is de waaier van een ventilator zo opgesteld dat de draaias daarvan samenvalt met de draaias van de trommel.
15 Bij een andere voorkeursuitvoeringsvorm is de waaier van een ventilator excentrisch ten opzichte van de verticale rotatieas van de trommel opgesteld. Dit is voordelig wanneer men nastreeft de geconditioneerde lucht slechts over een omtreksgedeelte van de windingen van de spiraalvormige transportbaan te laten uitstromen.
20 Luchtgeleidingsmiddelen voor het gericht beïnvloeden van de stroming van de geconditioneerde lucht kunnen aanwezig zijn in de behandelingsinrichting volgens de uitvinding, in het bijzonder voor het verdelen van de geconditioneerde lucht vanaf de luchtcirculatiemiddelen naar de uitstroomopening van het buisvormig 25 lichaam met een beperkte openingshoek. Een dergelijke verdeling van de lucht over de trommelomtrek, in het bijzonder over de gehele uitstroomopening draagt bij aan een efficiënte stroming van geconditioneerde lucht over de zich op het transportmiddel bevindende producten. Bij voorkeur zijn daarom in de trommel 30 trommelluchtgeleidingsmiddelen voorzien op een positie benedenstrooms van de luchtcirculatiemiddelen, bij voorkeur in de uitstroomopening van het buisvormig lichaam. Met voordeel zijn de trommeluchtgeleidingsmiddelen zo ingericht, dat de geconditioneerde lucht tijdens bedrijf in mee- en tegenstroom ten opzichte van de 35 bewegingsrichting van de transportband stroomt. Een voorkeursuitvoeringsvorm van trommelluchtgeleidingsmiddelen omvat een reeks parallelle op afstand van elkaar verticaal opgestelde geleidingsprofielen omvatten, die verticale kanalen begrenzen. Een ander voorbeeld van luchtgeleidingsmiddelen is een van gaten voorziene - 14 - plaat, zoals een zeefplaat. Aldus kan de geconditioneerde lucht ook in de hoogte van de transportbaan over alle windingen worden verdeeld.
Bij een gunstige uitvoeringsvorm bestaat de behuizing van de oven uit een omhoog beweegbare kap en een bak, waarbij een afdichting 5 zoals een waterslot daartussen is voorzien. De luchtcirculatiemiddelen zijn bij voorkeur aan de kap bevestigd.
De luchtconditioneringsmiddelen zoals verwarmingsmiddelen bijvoorbeeld een warmtewisselaar (thermische olie of elektrisch) en/of bevochtigingsmiddelen voor het toevoeren van vocht aan de circulerende 10 lucht zoals stoominjectiemiddelen zijn met voordeel opgesteld in een kanaal dat een in fluïdumverbinding met de ovenruimte staande kanaalingang heeft en een met de luchtcirculatiemiddelen in fluïdumverbinding staande kanaaluitgang. Bij voorkeur is dit kanaal aan de binnenkant van de bovenzijde van de behuizing, meer bij 15 voorkeur aan de eerder genoemde kap, voorzien.
Bij een voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de luchtconditioneringsmiddelen ten minste een of meer ve rwa rmi ng smi dde1e n.
De oven volgens dit aspect van de uitvinding kan worden 20 toegepast voor het behandelen van voedselproducten met geconditioneerde lucht, in het bijzonder het gedeeltelijk of volledig garen, bakken, braden, grillen van vlees en vleesproducten, zoals al dan niet gepaneerde en/of gemarineerde hamburgers, kipdelen en andere gevormde producten.
25 De uitvinding wordt hierna toegelicht aan de hand van de bijgevoegde tekening, waarin
Fig. 1 een schematisch aanzicht gedeeltelijk in doorsnede is van een voorkeursuitvoeringsvorm van een behandelingsinrichting als spiraaloven volgens het eerste aspect van de uitvinding; 30 Fig. 2 een bovenaanzicht van de in fig. 1 getoonde uitvoeringsvorm is;
Fig. 3 een detail van een uitvoeringsvorm van een behandelingsinrichting volgens de uitvinding toont;
Fig. 4 een schematische doorsnede is van een uitvoeringsvorm 35 van een spiraaloven volgens het tweede aspect van de uitvinding;
Fig. 5 een bovenaanzicht van de in fig. 4 getoonde uitvoeringsvorm; en
Fig. 6 een verder detail van deze uitvoeringsvorm toont.
In fig. 1-2 is schematisch een uitvoeringsvorm van een 40 behandelingsinrichting volgens het eerste aspect van de uitvinding - 15 - als spiraaloven weergegeven. Bij deze uitvoeringsvorm omvat de behandelingsinrichting een behuizing, die in zijn geheel met verwijzingscijfer 10 is aangeduid. De behuizing 10 is voorzien van een ingang 12 voor het invoeren van te behandelen producten en een 5 uitgang 14 voor het afvoeren van behandelde producten. Een transportmiddel omvat in de weergegeven uitvoeringsvorm een transportband 16 zonder einde, die is opgesteld in de door de behuizing 10 begrensde behandelruimte 18. Dit transportmiddel wordt door wrijving (slip friction) voortbewogen door een holle 10 cilindrische trommel 20, die wordt aangedreven door een niet- weergegeven motor. De transportband 16 zonder einde is beweegbaar over een spiraalvormige transportbaan 26 met een aantal boven elkaar gelegen windingen rondom de trommel 20, welke transportbaan 26 aan de onderste en bovenste windingen respectievelijk aangeduid met 15 verwijzingscijfers 28 en 30, rechte secties 32, 34 omvat. Deze rechte baansecties strekken zich door de ingang 12, respectievelijk uitgang 14 uit. Bij de weergegeven uitvoeringsvorm zijn luchtcirculatiemiddelen 40 - hier de waaier van een ventilator - in de door de trommel 20 begrensde inwendige ruimte 42 opgesteld op een 20 positie excentrisch ten opzichte van de verticale draaias 44 van de trommel 20. De motor 46 van de ventilator 40 met draaias 47 is onder de bodem 22 van de behuizing 10 opgesteld. Tussen de luchtcirculatiemiddelen 40 en de trommel 20 is een cilindrisch lichaam 48 met een verticale uitstroomopening 50 geplaatst. In deze 25 uitstroomopening zijn trommelluchtgeleidingsmiddelen 52 voorzien, die in fig. 3 in meer detail zijn weergegeven. Lucht, die door in een kanaal 54 opgestelde luchtconditioneringsmiddelen 56 zoals een warmtewisselaar op de gewenste behandelcondities qua temperatuur en vochtgehalte is gebracht, wordt door de luchtcirculatiemiddelen 40 30 aangezogen. Daarna stroomt deze lucht via de trommelruimte 42 naar de uitstroomopening 50 met de tromrnelluchtgeleidingsmiddelen 52 over de zich op de transportband 16 bevindende producten (niet-weergegeven).
In de in fig. 3 weergegeven uitvoeringsvorm omvatten de trommelluchtgeleidingsmiddelen 52 een aantal evenwijdig op afstand 35 van elkaar opgestelde geleidingsprofielen 60, die verdeeld zijn over de uitstroomopening 50 van het cilindrische lichaam 48. Deze geleidingsprofielen definiëren kanalen 62, hier elk met een eigen unieke vorm. De kanalen 62 strekken zich over de hoogte van de windingen van de transportbaan 26 uit. Zoals met pijlen in het 40 bovenaanzicht van fig. 2 is aangeduid, stroomt de lucht in mee- en - 16 - tegenstroom over de producten ten opzichte van de bewegingsrichting van de transportband 16. Diametraal tegenover de uitstroomopeningen 50 wordt de lucht aan de buitenomtrek van de transportband 16 zonder einde verzameld en in kanaal 54 geleid. Zoals met de grootte van de 5 pijlen is aangeduid, is de luchtstroomsnelheid en derhalve de aan de producten aangeboden hoeveelheid warmte door de gehele ovenruimte heen nagenoeg gelijk.
In fig. 4-6 is schematisch een uitvoeringsvorm van een oven volgens het tweede aspect van de uitvinding weergegeven.
10 Overeenkomstige onderdelen zijn met dezelfde verwijzingscijfers aangeduid als in fig. 1-3. Bij deze uitvoeringsvorm omvat de oven een behuizing, die in zijn geheel met verwijzingscijfer 10 is aangeduid. De behuizing 10 is voorzien van een ingang 12 voor het invoeren van te behandelen producten en een uitgang 14 voor het afvoeren van 15 behandelde producten. Een transportmiddel omvat in de weergegeven uitvoeringsvorm een transportband 16 zonder einde, waarvan het retourpart gedeeltelijk is afgebeeld, en is opgesteld in de door de behuizing 10 begrensde ovenruimte 18. Dit transportmiddel wordt door wrijving (slip friction) voortbewogen door een holle cilindrische 20 trommel 20, die wordt aangedreven door een onder de bodem 22 van de behuizing 10 opgestelde motor (niet-weergegeven). De transportband 16 zonder einde is beweegbaar over een spiraalvormige transportbaan 26 met meerdere windingen rondom de trommel 20, welke transportbaan 26 aan de onderste en bovenste windingen respectievelijk aangeduid met 25 verwijzingscijfers 28 en 30, rechte secties 32, 34 omvat. Deze rechte baansecties strekken zich door de ingang 12, respectievelijk uitgang 14 uit. De verticale afstand tussen winding 28 en de daarboven gelegen winding 36 is groter dan de verticale afstand tussen de bovenste winding 30 en de daaronder gelegen winding 38. Bij de 30 weergegeven uitvoeringsvorm zijn luchtcirculatiemiddelen 40 - hier de waaier van een ventilator - in de door de trommel 20 begrensde inwendige ruimte 42 opgesteld, op een positie excentrisch ten opzichte van de verticale draaias 44 van de trommel 20. De motor 46 die een draaias 47 heeft, is onder de bodem 22 opgesteld. Lucht, die 35 door in een kanaal 54 opgestelde luchtconditioneringsmiddelen 56 zoals een warmtewisselaar op de gewenste ovencondities qua temperatuur en vochtgehalte is gebracht, wordt door de luchtcirculatiemiddelen 40 aangezogen. Daarna stroomt deze lucht via een in de trommelruimte 42 opgesteld buisvormig scherm 48 uit een 40 verticale uitstroomopening 50 daarvan over de zich op de - 17 - transportband 16 bevindende producten. In deze uitstroomopening 50 zijn trommelluchtgeleidingsmiddelen 52 zoals geleidingsprofielen 60 die kanalen 62 begrenzen opgesteld, die zich over de hoogte van de windingen van de transportbaan 26 uitstrekken. Zoals met pijlen in 5 het bovenaanzicht van fig. 2 is aangeduid, stroomt de lucht in mee-en tegenstroom over de producten ten opzichte van de bewegingsrichting van de transportband 16. Diametraal tegenover de uitstroomopening 50 wordt de lucht aan de buitenomtrek van de transportband 16 zonder einde verzameld en in kanaal 54 geleid. Door 10 de grotere spoed van de onderste winding 28 ten opzichte van de overige windingen van de transportbaan 26 stroomt over deze winding en de zich daar bevindende producten een grotere hoeveelheid lucht (schematisch aangeduid met de grootte van de pijlen), waarvan de condities zoals temperatuur, vochtgehalte en snelheid niet wezenlijk 15 afwijken van de condities van de lucht die over de in dit geval benedenstroomse windingen stroomt.
Zoals blijkt uit fig. 3, kunnen geleidingsmiddelen 70 zoals een in radiale richting schuin naar beneden hellende plaat, aan dragers 72 van een bovengelegen winding 36 zijn voorzien om de in 20 radiale richting uitstromende lucht te richten naar de zich op de onderste winding 28 bevindende producten. Deze geleidingsmiddelen 70 kunnen een integraal onderdeel zijn van genoemde dragers 72.
1033263

Claims (26)

1. Behandelingsinrichting voor het behandelen van voedselproducten met geconditioneerde lucht, omvattende een behuizing (10) die een behandelruimte (18) begrenst en is voorzien van een ingang (12) en een uitgang (14), die via de behandelruimte met elkaar 5 in verbinding staan, ten minste een transportmiddel voor het vanaf de ingang door de behandelruimte heen naar de uitgang transporteren van de producten, waarbij het transportmiddel tussen de ingang (12) en uitgang (14) een transportbaan (26) met meerdere boven elkaar gelegen windingen (28, 30, 36, 38) volgt, waarbij het transportmiddel ten 10 minste een aangedreven holle trommel (20) omvat, luchtconditioneringsmiddelen (56) voor het conditioneren van de lucht, luchtcirculatiemiddelen (40) voor het via de holle trommel (20) door de behandelingsruimte heen laten circuleren van geconditioneerde lucht, waarbij de luchtcirculatiemiddelen (40), 15 gezien in stromingsrichting van de geconditioneerde lucht naar de transportbaan toe, benedenstrooms van de luchtconditioneringsmiddelen (56) zijn opgesteld.
2. Behandelingsinrichting volgens conclusie 1, waarbij de 20 luchtcirculatiemiddelen (40) ten minste gedeeltelijk in de holle trommel (20) zijn opgesteld.
3. Behandelingsinrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij de luchtcirculatiemiddelen (40) ten minste gedeeltelijk onderin de holle 25 trommel (20) zijn opgesteld.
4. Behandelingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de luchtcirculatiemiddelen (40) een ventilator omvatten. 30
5. Behandelingsinrichting volgens conclusie 4, waarbij de ventilator een waaier omvat, waarvan de draaias (47) samenvalt met de verticale draaias (44) van de trommel.
6. Behandelingsinrichting volgens conclusie 4, waarbij de ventilator een waaier omvat, die excentrisch ten opzichte van de verticale draaias (44) van de trommel (20) is opgesteld. f033263 - 19 -
7. Behandelingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies 4-6, waarbij de aandrijving (46) van de ventilator buiten de behuizing (10) van de behandelingsinrichting is opgesteld. 5
8. Behandelingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij een buisvormig lichaam (48) met een verticale uitstroomopening (50) is voorzien tussen de luchtcirculatiemiddelen (40) en de trommel (20). 10
9. Behandelingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij in de trommel (20) trommelluchtgeleidingsmiddelen (52) zijn voorzien op een positie benedenstrooms van de luchtcirculatiemiddelen (40). 15
10 Behandelingsinrichting volgens conclusie 9, waarbij de trommelluchtgeleidingsmiddelen (52) zijn ingericht voor het verdelen van geconditioneerde lucht over een omtreksgedeelte van de windingen van de transportbaan (26). 20
11. Behandelingsinrichting volgens conclusie 10, waarbij de trommelluchtgeleidingsmiddelen (52) zodanig zijn opgesteld, dat geconditioneerde lucht tijdens bedrijf vanuit het omtreksgedeelte in mee- en tegenstroom over de transportbaan (26) stroomt. 25
12. Behandelingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies 9-11, waarbij de trommelluchtgeleidingsmiddelen (52) een serie van in hoofdzaak parallelle op afstand van elkaar verticaal opgestelde geleidingsprofielen (60) omvatten, die verticale kanalen 30 (62) begrenzen.
13. Behandelingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies 9-12, waarbij de trommelluchtgeleidingsmiddelen (52) diametraal tegenover de luchtcirculatiemiddelen (40) zijn opgesteld. 35
14. Behandelingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de luchtconditioneringsmiddelen (56) zijn voorzien in een kanaal (54), dat een in fluïdumverbinding met de behandelruimte staande kanaalingang en een met de - 20 - luchtcirculatiemiddelen (40) in fluïdumverbinding staande kanaaluitgang heeft.
15. Toepassing van een behandelingsinrichting volgens een van de 5 voorgaande conclusies als oven, in het bijzonder een spiraaloven.
16. Oven voor het behandelen van voedselproducten met geconditioneerde lucht, in het bijzonder een behandelingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies 1-14, omvattende een 10 behuizing (10) die een ovenruimte (18) begrenst en is voorzien van een ingang (12) en een uitgang (14), die via de ovenruimte met elkaar in verbinding staan, ten minste een transportmiddel voor het vanaf de ingang door de ovenruimte heen naar de uitgang transporteren van de producten ten minste omvattende een aangedreven holle trommel, 15 waarbij het transportmiddel tussen de ingang (12) en uitgang (14) een transportbaan (26) met meerdere boven elkaar gelegen wikkelingen (28, 30, 36, 38) volgt, luchtcirculatiemiddelen (40) voor het via de holle trommel door de ovenruimte heen laten circuleren van geconditioneerde lucht, luchtconditioneringsmiddelen (56) voor het conditioneren van 20 de lucht, waarbij ten minste een winding (28) van de transportbaan (26) nabij de ingang een andere spoed heeft dan de spoed van benedenstrooms gelegen windingen (30, 36, 38) van de transportbaan (26) .
17. Oven volgens conclusie 16, waarbij de ten minste ene winding (28) nabij de ingang (12) een grotere spoed heeft dan die van de benedenstrooms gelegen windingen (30, 36, 38) van de transportbaan (26) .
18. Oven volgens een van de voorgaande conclusies 16-17, waarbij bandluchtgeleidingsmiddelen (70) voor het geleiden van geconditioneerde lucht zijn voorzien, die zijn opgesteld in de ruimte boven de ten minste ene winding (28).
19. Oven volgens een van de voorgaande conclusies 16-18, waarbij de bandluchtgeleidingsmiddelen (70) zijn gemonteerd aan draagmiddelen (72) voor het dragen van een benedenstroomse wikkeling (3è) van de transportbaan. - 21 -
20. Oven volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het transportmiddel een holle cilindrische trommel (20) omvat, die draaibaar in de ovenruimte (18) is opgesteld, alsmede een aandrijfmiddel voor het laten draaien van de trommel, en een om de 5 trommel (20) volgens de meerdere windingen (28, 30, 36, 38) omvattende transportbaan (26) geleide transportband (16) zonder einde.
21. Oven volgens een van de voorgaande conclusies 16-20, waarbij 10 een buisvormig lichaam (48) met een verticale uitstroomopening (50) is voorzien tussen de luchtcirculatiemiddelen (40) en de trommel (20) .
22. Oven volgens conclusie 21, waarbij 15 trommelluchtgeleidingsmiddelen (52) in de uitstroomopening (50) zijn voorzien.
23. Oven volgens een van de voorgaande conclusies 16-22, waarbij de luchtcirculatiemiddelen (40), gezien in stromingsrichting van de 20 geconditioneerde lucht, benedenstrooms van de luchtconditioneringsmiddelen (56) zijn opgesteld.
24. Oven volgens een van de voorgaande conclusies 16-23, waarbij de luchtcirculatiemiddelen (40) in de trommelruimte (42) zijn 25 voorzien.
25. Oven volgens een van de voorgaande conclusies 16-24, waarbij middelen voor het instellen van de spoed van een of meer windingen zijn voorzien. 30
26. Oven volgens een van de voorgaande conclusies 16-25, waarbij de luchtconditioneringsmiddelen (46) zijn voorzien in een kanaal (54), dat een in fluïdumverbinding met de ovenruimte staande kanaalingang en een met de luchtcirculatiemiddelen (40) in 35 fluïdumverbinding staande kanaaluitgang heeft. 033263
NL1033263A 2007-01-22 2007-01-22 Behandelingsinrichting voor het met geconditioneerde lucht behandelen van voedselproducten. NL1033263C2 (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1033263A NL1033263C2 (nl) 2007-01-22 2007-01-22 Behandelingsinrichting voor het met geconditioneerde lucht behandelen van voedselproducten.
DK08705064.7T DK2111112T3 (da) 2007-01-22 2008-01-22 Behandlingsindretning til behandling af fødevareprodukter med konditioneret luft
BRPI0806946-8A BRPI0806946B1 (pt) 2007-01-22 2008-01-22 Devices for treating foodstuffs with air conditioning
US12/523,871 US9021944B2 (en) 2007-01-22 2008-01-22 Treatment device for treating food products with conditioned air
EP08705064.7A EP2111112B1 (en) 2007-01-22 2008-01-22 Treatment device for treating food products with conditioned air
PCT/NL2008/000026 WO2008091145A2 (en) 2007-01-22 2008-01-22 Treatment device for treating food products with conditioned air

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1033263 2007-01-22
NL1033263A NL1033263C2 (nl) 2007-01-22 2007-01-22 Behandelingsinrichting voor het met geconditioneerde lucht behandelen van voedselproducten.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1033263C2 true NL1033263C2 (nl) 2008-07-23

Family

ID=38473105

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1033263A NL1033263C2 (nl) 2007-01-22 2007-01-22 Behandelingsinrichting voor het met geconditioneerde lucht behandelen van voedselproducten.

Country Status (6)

Country Link
US (1) US9021944B2 (nl)
EP (1) EP2111112B1 (nl)
BR (1) BRPI0806946B1 (nl)
DK (1) DK2111112T3 (nl)
NL (1) NL1033263C2 (nl)
WO (1) WO2008091145A2 (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP3298898A1 (en) * 2011-05-31 2018-03-28 John Bean Technologies Corporation A bidirectional flow system for a cooking oven
US20160213011A1 (en) * 2015-01-23 2016-07-28 David Howard Sanitary cutting apparatus, system and method for pre-cooked meat products
EP3419425A4 (en) 2016-02-26 2020-01-08 Provisur Technologies, Inc. COOKING DEVICES AND METHOD FOR USE THEREOF
WO2017192955A1 (en) 2016-05-05 2017-11-09 Provisur Technologies, Inc. Spiral cooking devices and methods of using the same
US11350650B2 (en) * 2018-06-11 2022-06-07 Praxair Technology, Inc. Helical device for cooling or heating
US10912317B2 (en) 2018-10-19 2021-02-09 John Bean Technologies Ab Thermal processing apparatus

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0194036A1 (en) * 1985-02-05 1986-09-10 Heat And Control Pty. Ltd. Air head module
JPS63127919A (ja) * 1986-11-14 1988-05-31 Daikin Plant Kk 無端コンベアによる物品処理機
WO1991011660A1 (en) * 1990-01-26 1991-08-08 Stein, Inc. Cooking oven for slow cooking of food products
JPH09310958A (ja) * 1996-05-22 1997-12-02 Daikin Plant Kk 無端コンベヤを備えた物品処理装置
EP0953286A1 (en) * 1998-04-28 1999-11-03 Stork Titan B.V. Treatment device for treating food products with conditioned air
US20020031582A1 (en) * 1999-07-26 2002-03-14 Perrine Paul M. Apparatus for treating an item during travel of the item along a treating trough

Family Cites Families (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1681101A (en) * 1926-10-20 1928-08-14 Continental Can Co Apparatus for treating food products in closed containers
GB1090630A (en) * 1965-02-15 1967-11-08 Ashworth Bros Inc Conveyor system
JPS51142144A (en) * 1975-05-31 1976-12-07 Hirofumi Onodera Swirl transport cooling machine
US4078655A (en) * 1977-02-25 1978-03-14 Ashworth Bros., Inc. Small radius conveyor belt and conveying system
US4344291A (en) * 1980-04-28 1982-08-17 Liquid Carbonic Corporation Cryogenic cabinet freezer
US4381442A (en) * 1980-12-30 1983-04-26 Sunset Ltd. Counter-top unit for heating packaged food
US4953365A (en) * 1989-06-28 1990-09-04 Liquid Carbonic Corporation Helical conveyor freezer
US5170631A (en) 1991-05-23 1992-12-15 Liquid Carbonic Corporation Combination cryogenic and mechanical freezer apparatus and method
WO1992021596A1 (en) * 1991-05-28 1992-12-10 Apv Baker Pty. Ltd. Conveyor system
WO1998052419A1 (en) 1997-05-23 1998-11-26 Orlandi Eng. S.R.L. Modular system for conveying bakery products, and oven provided with said modular system
US7107899B2 (en) * 2002-01-10 2006-09-19 Nothum Jr Robert G Spiral oven, heat delivery, enclosure and drive
NL2001142C2 (nl) * 2007-12-28 2009-06-30 Stork Titan Bv Behandelingsinrichting, in het bijzonder oven.

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0194036A1 (en) * 1985-02-05 1986-09-10 Heat And Control Pty. Ltd. Air head module
JPS63127919A (ja) * 1986-11-14 1988-05-31 Daikin Plant Kk 無端コンベアによる物品処理機
WO1991011660A1 (en) * 1990-01-26 1991-08-08 Stein, Inc. Cooking oven for slow cooking of food products
JPH09310958A (ja) * 1996-05-22 1997-12-02 Daikin Plant Kk 無端コンベヤを備えた物品処理装置
EP0953286A1 (en) * 1998-04-28 1999-11-03 Stork Titan B.V. Treatment device for treating food products with conditioned air
US20020031582A1 (en) * 1999-07-26 2002-03-14 Perrine Paul M. Apparatus for treating an item during travel of the item along a treating trough

Also Published As

Publication number Publication date
WO2008091145A2 (en) 2008-07-31
DK2111112T3 (da) 2019-10-14
WO2008091145A3 (en) 2009-04-16
EP2111112A2 (en) 2009-10-28
BRPI0806946B1 (pt) 2017-11-14
US9021944B2 (en) 2015-05-05
EP2111112B1 (en) 2019-07-17
US20100058937A1 (en) 2010-03-11
BRPI0806946A2 (pt) 2014-05-06

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1033263C2 (nl) Behandelingsinrichting voor het met geconditioneerde lucht behandelen van voedselproducten.
NL2001142C2 (nl) Behandelingsinrichting, in het bijzonder oven.
US11975928B2 (en) Transfer mechanism for use with a food processing system
US5407692A (en) Process for treating food products with steam
US8794129B2 (en) System and methods for popping corn and producing other types of expanded foods
EP0512061B1 (en) Cooking oven and method for cooking of food products
US8807021B2 (en) Methods of cooking in continuous cooking oven systems
US5243962A (en) Cooking oven for slow-cooking of food products
EP1809112B1 (en) Treatment device for treating food products with conditioned air
US20160000095A1 (en) Dual drum spiral oven
EP0558151A1 (en) Oven
WO2018140440A1 (en) Spiral conveyor thermal processing system
JP5075827B2 (ja) コンディショニングされた空気流により、細長い食品を処理するための装置
US4750416A (en) Air head module
NL8101307A (nl) Opslag en narijpruimte voor vlees- en worstwaren.
EP2334990B1 (en) Device for reducing the preparation time in ovens having rotary basket
US7748234B2 (en) Air enhancement system and methods for food processing systems
NZ215015A (en) Gas head module for spiral conveyor: tapering spiral path

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20210201