NL1032407C2

NL1032407C2 - Een omkeerbare dimmer voor gasontladingslampen en besturingswerkwijze voor het bijstellen van het licht daarvan.

Info

Publication number: NL1032407C2
Application number: NL1032407A
Authority: NL
Inventors: Yu-Sheng So
Original assignee: Yu-Sheng So
Priority date: 2005-09-02
Filing date: 2006-09-01
Publication date: 2007-08-08
Also published as: GB0617281D0; KR20070026250A; GB2429855A; JP2007073515A; DE102006041025A1; NL1032407A1; JP4637804B2; FR2891433B1; FR2891433A1; CN1925714B; CA2558757A1; CN1925714A

Description

r

EEN OMKEERBARE DIMMER VOOR GASONTLADINGSLAMPEN EN BESTURINGSWERKWIJZE VOOR HET BIJSTELLEN VAN HET LICHT DAARVAN

1. Gebied van de uitvinding 5 De onderhavige uitvinding betreft een omkeerbare dimmer, en betreft meer in het bijzonder een dusdanige dimmer, die wordt gebruikt voor tenminste één gasontladingslamp en een besturingswerkwij ze voor het bijstellen van het licht daarvan, waarbij gebruik kan worden 10 gemaakt van de oorspronkelijke voedingsschakelaar om direct licht bij te stellen in een gemakkelijk stadium.

2. Beschrijving van de gerelateerde techniek

Tezamen met het bevorderen van de levensstandaard, 15 bestaat de neiging om het ontwerp van een omgeving van een huis of een bedrijf integraal, gemakkelijk en praktisch te laten zijn, waarin het pntwerp van lichtplannen een belangrijke rol speelt. Omdat gasontladingslampen, zoals fluorescerende lampen, de voordelen vertonen van een lange 20 levensduur, besparing op elektriciteit, een lage kans of falen, een hoge kwaliteit van het gegenereerde licht en een hoge efficiëntie van het gegenereerde licht, zijn deze gemeengoed geworden in de markt.

Een fluorescerende lamp omvat een fluorescerende 25 lampbuis en een elektronische ballast. Een resonantieschakeling in de elektronische ballast wordt gebruikt om een AC signaal te genereren met een specifieke frequentie voor het inschakelen van de fluorescerende lampbuis. Dit type fluorescerende lampbuis heeft echter twee 30 werkingstoestanden: aan en uit. Anderzijds geldt, dat de gebruiker een conventioneel lichtpeertje kan gebruiken om licht te genereren met een luminantie van een ander niveau door het ingevoerde vermogen te veranderen. Aldus kunnen de 1032407 f 2 gasontladingslampen niet volledig tegemoet komen aan de verscheidene eisen in verschillende gebieden of op verschillende momenten voor mensen, die belang hechten aan de kwaliteit van het leven, en aldus kan niet verder op vermogen 5 worden bespaard.

Een gebruikelijke fluorescerende lampbuis, die binnenshuis wordt gebruikt, wordt bestuurd met een schakelaar aan de wand, en een bureaulamp wordt bestuurd met een schakelaar op het apparaat. Hoewel het ontwerp van de 10 fluorescerende lampbuis met een functie om gelijkmatig licht bij te stellen naar voren is gekomen, is het noodzakelijk om het ontwerp en de structuur van de gehele lamp te veranderen of zelfs de bedrading opnieuw te rangschikken. Deze ontwerpwerkzaamheden zijn voor de meeste gebruikers moeilijk. 15 Daarnaast zal dit extra ontwerp gemakkelijk leiden tot verspilling, hetgeen aldus niet voldoet aan het vereiste van bescherming van het milieu. De materialen en de mankracht, die vereist zijn voor dit ontwerpwerk, zullen ook de kosten doen toenemen. Onder inachtneming van de hierboven genoemde 20 problemen stelt de onderhavige uitvinding een omkeerbare dimmer voor van gasontladingslampen en een besturingswerkwijze voor het bijstellen van het licht daarvan, waarbij een oorspronkelijke schakelaar aan de wand of aan het apparaat wordt gebruikt om direct gelijkmatige 25 bijstelling van het licht te bewerkstelligen, hetgeen aldus bij draagt aan het gemak en de flexibiliteit gedurende het gebruik.

Samenvatting van de uitvinding 30 Het is een doel van de onderhavige uitvinding om een omkeerbare dimmer voor gasontladingslampen en een besturingswerkwijze voor het bijstellen van het licht daarvan te verschaffen, waarbij een voedingsschakelaar aan de wand, 3 aan een apparaat of aan een besturingsdoos, of aan een console, wordt gebruikt om een besturingscommando te schakelen, zoals een commando voor het bijstellen van het licht of een commando voor selectie van een modus, om aldus 5 de luminantie of de lichtgevende toestand van een gasontladingslamp op een gelijkmatige wijze bij te stellen, om aldus de toepasbaarheid en het gemak in gebruik te bewerkstelligen.

Het is een ander doel van de onderhavige uitvinding 10 om een omkeerbare dimmer voor gasontladingslampen en een besturingswerkwijze voor het bijstellen van het licht daarvan te verschaffen, waarmee een breed bereik van toepassingen en flexibele gebruiksmanieren wordt bewerkstelligd door middel van op zichzelf staande bijstelling, blokbijstelling of 15 groepbijstelling.

Om de hierboven genoemde doelstellingen te bereiken, is met de onderhavige uitvinding een omkeerbare dimmer voor gasontladingslampen verschaft, welke omvat: een gelijkrichter, een vermogensfactoren-corrigerende schakeling, 20 een op resonanties gebaseerde aandrijfschakeling met variabele frequentie, een detectieschakeling, een schakeling voor logische besturing, een besturingsschakeling voor frequentiemodulatie en een oplaad-/ontlaadbesturing. De geli jkrichter is verbonden met een voedingsschakelaar om een 25 vermogens invoer van de voedingsschakelaar gelijk te richten. De schakeling voor correctie van de vermogensversterking bewerkstelligt correctie van de vermogensversterking en versterkt het gelijk gerichte vermogen. De op resonantie gebaseerde aandrijfschakeling met variabele frequentie 30 produceert een AC signaal met een bepaalde frequentie in overeenstemming met het versterkte vermogenssignaal, om de gasontladingslamp aan te sturen om te functioneren. De detect ieschakeling is verbonden met de gelijkrichter om de 4 toestand van de voedingsschakelaar te detecteren. De logische besturingsschakeling stuurt een besturingscommando uit in overeenstemming met de tijdstippen en de tijdsindeling van het aan-uit schakelen van de voedingsschakelaar in een korte 5 tijdsduur. De besturingsschakeling voor frequentiemodulatie stelt een vermogensparameter bij in overeenstemming met het besturingscommando, zodat de op resonantie gebaseerde aandrijfschakeling met variabele frequentie de aandrij ffrequentie van het voedingssignaal kan variëren op 10 basis van de vermogensparameter, om zodanig de lichttoestand van de gasontladingslamp bij te stellen. De oplaad-/ontlaadbesturing verschaft afdoende vermogen voor de op resonantie gebaseerde aandrijfschakeling met variabele frequentie vanuit een inrichting voor opslag van vermogen 15 gedurende het schakelen van de voedingsschakelaar om te voorkomen, dat de gasontladingslamp gaat glinsteren als gevolg van tijdelijke afsnijding van de voeding.

Verder is met de onderhavige uitvinding tevens een besturingswerkwijze verschaft voor het bijstellen van het 20 licht van een gasontladingslamp, omvattende de stappen van: het inschakelen van een voedingsschakelaar om een vermogens signaal te verschaffen om tenminste één gasontladingslamp aan te sturen om een stabiele lichtbron te produceren; het snel indrukken van de voedingsschakelaar, als 25 de verlichting veranderd dient te worden; het uitsturen van een logisch besturingscommando in overeenstemming met de tijdstippen en de tijdsindeling van het aan-uit schakelen van de voedingsschakelaar; en het moduleren van een vermogensparameter van de gasontladingslamp in 30 overeenstemming met het besturingscommando om een aandri j f frequentie van het voedingssignaal te veranderen om variatie te genereren in de verlichting van de gasontladingslamp.

5

Korte beschrijving van de tekeningen:

De diverse doelstellingen en voordelen van de onderhavige uitvinding zullen meer duidelijk worden gemaakt aan de hand van de hiernavolgende gedetailleerde 5 beschrijving, die gelezen dient te worden in samenhang met de bijgevoegde tekening, waarin:

Fig. 1 een structuurschema toont van een omkeerbare dimmer volgens de onderhavige uitvinding;

Fig. 2 een structuurschema toont van een omkeerbare 10 dimmer volgens de onderhavige uitvinding met een aanvullende externe component voor bijstelling van het licht;

Fig. 3 een stroomschema toont van de besturingswerkwijze voor het bijstellen van licht volgens de onderhavige uitvinding; en 15 Fig. 4 een structuurschema toont van een andere uitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding.

Gedetailleerde beschrijving van de voorkeursuitvoeringsvormen

De onderhavige uitvinding verschaft een omkeerbare 20 dimmer voor een gasontladingslamp en een besturingswerkwij ze voor het instellen van de verlichting daarvan, waarbij een voedingsschakelaar op de muur, op een apparaat, op een besturingsdoos of op een console wordt gebruikt om een besturingscommando te schakelen, zoals een commando voor 25 bijstelling van de verlichting of een commando voor selectie van een modus, om de luminantie of de verlichtingsmodus van tenminste één gasontladingslamp op een gelijkmatige wijze bij te stellen. De gasontladingslamp kan een fluorescerende lamp of een andere ontladingslamp zijn. Het her-rangschikken van 30 bedrading is niet vereist. De onderhavige uitvinding kan een meer gemakkelijke selectie voor gebruikers verschaffen.

Zoals in fig. 1 is getoond, wordt in een besturingsinrichting 1 voor een omkeerbare dimmer gebruik t 6 gemaakt van een voedingsschakelaar 2 om de werkingen te besturen van de tenminste ene gasontladingslamp 3. Nadat de voedingsschakelaar is ingeschakeld, behoudt de gasontladingslamp 3 een verlichtingsmodus volgens een 5 voorgaande instelling.

Een EMI verminderende schakeling 101, een gelijkrichter 102, een schakeling 103 voor correctie van de vermogensversterking en een op resonantie gebaseerde aandrijfschakeling 104 met variabele frequentie zijn in 10 volgorde verbonden tussen de voedingsschakelaar 2 en de gasontladingslamp 3. De EMI verminderende schakeling wordt gebruikt om te voorkomen, dat interferentie met het vermogen optreedt als gevolg van externe EMI, of dat interferentie optreedt met een extern vermogen. De gelijkrichter 102 richt 15 een vermogenssignaal gelijk. De schakeling 103 voor correctie van de vermogensversterking bewerkstelligt correctie van de vermogensversterking op het voedingssignaal en het versterkt het voedingssignaal naar een op voorhand bepaald voltage. De op resonantie gebaseerde aandrijfschakeling met variabele 20 frequentie produceert daarna een AC signaal met een bepaalde frequentie in overeenstemming met het versterkte voedingssignaal, om de gasontladingslamp aan te drijven om licht te genereren.

De omkeerbare dimmer 1 omvat verder een 25 detectieschakeling 105, die is verbonden met de gelijkrichter 102. De detectieschakeling 105 detecteert de toestand van de voedingsschakelaar 102 in overeenstemming met het uitgestuurde voedingssignaal om de tijdstippen en de tijdsindeling bekend te maken van het aan-uit schakelen van 30 de voedingsschakelaar 2. Een logische besturingsschakeling 106 is verder verbonden met de detectieschakeling 105. De logische besturingsschakeling 106 detecteert de tijden van hoge en lage logische signalen, die overeenkomen met het 7 vermogenssignaal in overeenstemming met de tijdstippen van het aan-uit schakelen van de voedingsschakelaar 2 in een korte tijdsduur, om een spanning of een signaal op een logisch niveau uit te sturen voor het besturen van de 5 frequentie, d.w.z. een logisch besturingscommando. Het logische besturingscommando wordt gebruikt als een commando voor bijstelling van de verlichting voor de besturing van het instellen van het licht of een commando voor selectie van een modus voor het veranderen van de verlichtingsmodus. De 10 logische besturingsschakeling 106 is verbonden met een besturingsschakeling 107 voor frequentiemodulatie, welke een vermogensparameter bijstelt (b.v. de grootte van een stroom, spanning, frequentie of een periode) van de gasontladingslamp 3 in overeenstemming met het logische besturingscommando, 15 zodat de op resonantie gebaseerde aandrijf schakeling 104 met variabele frequentie de aandrijffrequentie kan variëren in overeenstemming met de vermogensparameter, om de verlichtingsmodus van de gasontladingslamp 3 bij te stellen. Met andere woorden geldt, dat met de onderhavige uitvinding 20 het gebruik mogelijk is gemaakt van de variatie van frequentie om de uitvoer van vermogen bij te stellen, waarbij de frequentie evenredig is aan de uitvoer. Een oplaad-/ontlaadbesturing 108 is verbonden met de logische besturingsschakeling 106. De oplaad-/ontlaadbesturing 106 25 verschaft een afdoende vermogen voor de op resonantie gebaseerde aandrijfschakeling 104 met variabele frequentie uit een inrichting 109 voor opslag van vermogen gedurende het schakelen van de voedingsschakelaar om te voorkomen, dat de gasontladingslamp 3 gaat glinsteren als gevolg van tijdelijke 30 afsnijding van het vermogen. Bij het initiële stadium, wanneer de voedingsschakelaar 2 is ingeschakeld, zal de logische besturingsschakeling 106 eerst tijdelijk de oplaad-/ontlaadbesturing 108 afsnijden. Nadat het voedingssignaal is 8 verschaft aan de gasont ladings lamp 3 om deze in te schakelen, wordt de oplaad-/ontlaadbesturing 108 daarna ingeschakeld om de inrichting 109 voor opslag van vermogen op te laden.

Vanzelfsprekend geldt, dat voor het vermijden van de 5 situatie van een overmatige stroom of een overbelasting van een schakeling, een schakeling 110 voor bescherming tegen overbelasting verder is verbonden tussen de logische besturingsschakeling 106 en de gasontladingslamp 3. Wanneer een abnormale situatie optreedt in de omkeerbare dimmer 1 of 10 in de gasontladingslamp 3, kan de logische besturingsschakeling 106 direct de op resonantie gebaseerde aandrijfschakeling 104 met variabele frequentie afsnijden om uitvoersignalen te stoppen.

Wanneer de detectieschakeling 105 een uit-aan 15 schakeling detecteert, die wordt gegenereerd, wanneer de voedingsschakelaar 2 eenmaal wordt ingedrukt, stuurt de logische besturingsschakeling 106 direct de op resonantie gebaseerde aandrijfschakeling 104 met variabele frequentie aan via de schakeling 107 voor besturing van de 20 frequent iemodulatie, om de aandrijf frequent ie van het voedingssignaal te variëren op basis van de vermogensparameter, om aldus variatie te genereren in de luminantie van de gasontladingslamp 3 (d.w.z. dat de gasontladingslamp 3 zichzelf automatisch bijstelt van een 25 gedimde naar een heldere toestand of vice versa) totdat de voedingsschakelaar 2 nog eenmaal wordt ingedrukt, of totdat de helderste/meest gedimde toestand van de gasontladingslamp 3 is bereikt. Bovendien geldt, dat wanneer de voedingsschakelaar 2 continu tweemaal wordt ingedrukt in 30 opeenvolging om twee aan-uit schakelingen te genereren, de logische besturingsschakeling 106 de gasontladingslamp 3 zal aansturen om licht bij te stellen in de tegengestelde richting.

9

Naast het genereren van een besturingscommando, direct via de voedingsschakelaar 2, kan tenminste een externe component 111 voor bijstelling van de verlichting worden gebruikt om het besturingscommando te genereren. Zoals in 5 fig. 2 is getoond, is de externe component 111 voor bijstelling van de verlichting verbonden met de logische besturingsschakeling 106 om de logische besturingsschakeling 106 aan te sturen om een overeenkomstig besturingscommando te produceren. De externe component 111 voor bijstelling van de 10 verlichting kan een ontvanger op afstand, een tuimelschakelaar, een detector van mensen, een daglichtdetector of een variabele weerstand omvatten. Wanneer de externe component 111 voor bijstelling van de verlichting een op afstand gelegen ontvanger of een tuimel schakel aar is, 15 kan deze in samenhang worden gebruikt om de gasontladingslamp 3 te besturen met de voedingsschakelaar 2, zodat een gebruiker de voedingsschakelaar 2 kan selecteren, of de op afstand gelegen ontvanger (of de tuimelschakelaar) om de verlichting van de gasontladingslamp 3 bij te stellen.

20 Fig. 3 toont een stroomschema van de besturingswerkwijze voor bijstelling van de verlichting volgens de onderhavige uitvinding. De besturingswerkwijze voor bijstelling van de verlichting maakt gebruik van een oorspronkelijke voedingsschakelaar aan de wand, op een 25 apparaat, op een besturingsdoos of op een console, om de werking van tenminste een gasontladingslamp te besturen. Verwezen wordt naar fig. 3, alsmede naar fig. 1. De besturingswerkwijze voor bijstelling van de verlichting omvat de hiernavolgende stappen. Op de eerste plaats wordt de 30 voedingsschakelaar 2 ingeschakeld om een vermogens signaal te verschaffen voor het aansturen van de gasontladingslamp 3 om een stabiele lichtbron te produceren, en daarbij wordt een inrichting voor opslag van vermogen gebruikt om een stand-by 10 vermogen op te slaan (wanneer het vermogen net is ingeschakeld, zal de oplaad-/ontlaadbesturing tijdelijk afsnijden, zodat de gasontladingslamp direct kan worden ingeschakeld en een stabiele lichtbron kan produceren) (stap 5 S10) . Daarna wordt de detectieschakeling 105 gebruikt om te detecteren, of de voedingsschakelaar 2 is uitgeschakeld (stap S12) . Als de voedingsschakelaar 2 nog aan is, wordt stap S12 herhaald; als de voedingsschakelaar 2 uit is, bepaalt de logische besturingsschakeling 106 of de uitschakeltijd van de 10 voedingsschakelaar 2 korter is geweest dan een op voorhand bepaalde tijdsduur T, waarbij geldt Ti 0,6 sec. (stap S14). Als de uitschakeltijd korter is geweest dan of gelijk aan 0,6 sec., wordt stap S16 uitgevoerd; als de uitschakeltijd langer is dan 0,6 sec., wordt de koppeling tussen de inrichting 109 15 voor opslag van vermogen en de op resonantie gebaseerde aandrijfschakeling 104 met variabele frequentie afgesneden, om het stand-by vermogen in te schakelen om direct de gasontladingslamp 3 uit te schakelen, hetgeen een representatie is dat de voedingsschakelaar 2 in de 20 uitgeschakelde toestand is (stap S24).

De bovenbeschreven op voorhand bepaalde tijdsduur T s 0,6 sec. is in een geprefereerde uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding verwezenlijkt. De op voorhand bepaalde tijdsduur T kan echter tevens worden ingesteld om kleiner dan 25 of gelijk aan 1 sec. te zijn (d.w.z. T s 1 sec.).

Als de uitschakeltijd korter is dan of gelijk is aan 0,6 sec., verkrijgt de logische besturingsschakeling 106 hoge en lage logische signalen in overeenstemming met de uit en aan toestanden van het vermogen (stap S16) . De logische 30 besturingsschakeling 106 stuurt daarna een besturingscommando uit in overeenstemming met het logische signaal (stap S18) . Het besturingscommando is een spanning of een signaal met een logisch niveau, waarmee het mogelijk is de frequentie te 11 besturen. Daarna moduleert de besturingsschakeling 107 voor frequentiemodulatie een relevante vermogensparameter (b.v. de grootte van de stroom, spanning, frequentie of periode) in overeenstemming met het besturingscommando (stap S20).

5 Tenslotte verandert de op resonantie gebaseerde aandrijfschakeling 104 met variabele frequentie de aandrijffrequentie in overeenstemming met de vermogensparameter, om de gasontladingslamp 3 aan te sturen om variaties in de verlichting te produceren.

10 Naast een verbinding met de gelijkrichting 102, zoals die in fig. 1 is getoond, kunnen de detectieschakeling 105 en de logische besturingsschakeling 106 eveneens zijn aangebracht tussen de EMI verminderende schakeling 101 en de gelijkrichter 104, zoals in fig. 4 is getoond. De toestand 15 van de voedingsschakelaar 2 kan direct wordt gedetecteerd door gebruik te maken van de voedingssignalen, die worden verwerkt door de EMI verminderende schakeling 102. De principes en werkingen van de andere componenten zijn hetzelfde als bij fig. 1, en zullen derhalve verder niet 20 worden beschreven.

De onderhavige uitvinding zal hieronder verder worden verduidelijkt met enkele voorbeelden.

Wanneer de gasontladingslamp wordt ingesteld met de voedingsschakelaar, wordt het uit-aan schakelen van de 25 voedingsschakelaar in een korte tijdsduur gebruikt als commando voor het instellen van de verlichting: (1) Wanneer de gasontladingslamp de helderste verlichting geeft, en het uit-aan schakelen eenmaal voorkomt, regelt de gasontladingslamp zichzelf bij van de helderste 30 naar de meest gedimde toestand, tenzij er wederom een uit-aan signaal voorkomt.

(2) Als het uit-aan schakelen nog eenmaal voorkomt, voordat de gasontladingslamp verandert van de helderste naar 12 de meest gedimde toestand, wordt de bewerking van het bijstellen van de verlichting beëindigd, en houdt de gasontladingslamp de geldende verlichtingstoestand.

(3) Als het uit-aan schakelen nog eenmaal voorkomt, 5 voordat de gasontladingslamp verandert van de helderste naar de meest gedimde toestand, wordt de bewerking van het bijstellen van de verlichting beëindigd. Als de bijstelling te ver doorgaat en een omgekeerde bijstelling vereist is, wordt de voedingsschakelaar tweemaal ingedrukt in 10 opeenvolging om de gasontladingslamp aan te sturen om zichzelf bij te stellen van de gedimde naar de heldere toestand. Wanneer de gewenste helderheid wordt bereikt, wordt de voedingsschakelaar nog eenmaal ingedrukt om de gasontladingslamp op de dan geldende verlichting te houden.

15 (4) Wanneer de gasontladingslamp de meest gedimde verlichting vertoont en het uit-aan schakelen eenmaal voorkomt, regelt de gasontladingslamp zichzelf bij van de meest gedimde naar de helderste toestand, tenzij er wederom een uit-aan signaal voorkomt.

20 (5) Als het uit-aan schakelen nog eenmaal voorkomt, voordat de gasontladingslamp verandert van de meest gedimde naar de helderste toestand, wordt de bewerking van het bijstellen van de verlichting beëindigd en behoudt de gasontladingslamp de dan geldende verlichtingstoestand.

25 (6) Als het uit-aan schakelen nog eenmaal voorkomt, voordat de gasontladingslamp verandert van de meest gedimde naar de helderste toestand, wordt de bewerking van het bijstellen van de verlichting beëindigd. Als de bijstellen te ver doorgaat en een tegengestelde bijstelling vereist is, 30 wordt de voedingsschakelaar tweemaal kort achter elkaar ingedrukt om de gasontladingslamp aan te sturen om zichzelf bij te stellen van de heldere naar de gedimde toestand. Wanneer de gewenste verlichting wordt bereikt, wordt de 13 voedingsschakelaar eenmaal opnieuw ingedrukt om de gasontladingslamp te houden op de dan geldende verlichting.

Wanneer de voedingsschakelaar wordt gebruikt om verschillende verlichtingsmodi van de gasontladingslamp te 5 selecteren, wordt het uit-aan schakelen van de voedingsschakelaar in een korte tijdsduur gebruikt als commando vóór selectie van de modus om verschillende chrominanties of verschillende luminanties te selecteren: (1) Het uit-aan schakelen van de voedingsschakelaar 10 wordt gebruikt als een commando voor het selecteren van verschillende verlichtingsmodi.

(2) Wanneer het vermogen initieel wordt afgegeven, wordt de omkeerbare dimmer ingesteld in een op voorhand ingestelde verlichtingsmodus.

15 (3) Wanneer de omkeerbare dimmer verkeerd in de op voorhand ingestelde verlichtingsmodus is en het uit-aan schakelen eenmaal voorkomt, wordt de omkeerbare dimmer geschakeld naar de volgende verlichtingsmodus. Wanneer de omkeerbare dimmer zich in een bepaalde verlichtingsmodus 20 bevindt en het uit-aan schakelen eenmaal voorkomt, wordt de omkeerbare dimmer geschakeld naar de volgende verlichtingsmodus. Wanneer de omkeerbare dimmer zich in de laatste verlichtingsmodus bevindt en het uit-aan schakelen eenmaal voorkom, wordt de omkeerbare dimmer geschakeld naar 25 de op voorhand ingestelde verlichtingsmodus. Bovendien kunnen verschillende volgordes van afwisseling van modi worden geselecteerd om variatie te vertonen voor elke rondgang, om de variatie van kleur en luminantie te verbeteren. Deze uitvoeringsvorm kan tevens van toepassing zijn bij de 30 situatie van een KTV of een concert.

Verder kan met de onderhavige uitvinding een breed bereik aan toepassingen en flexibele gebruiksmogelijkheden worden bewerkstelligd door middel van op zichzelf staande 14 bijstelling, blokbijstelling of groepsbijstelling. Voor blokbijstelling bestuurt de omkeerbare dimmer volgens de onderhavige uitvinding één van de gasontladingslampen als instelling van de verlichting, en stuurt bedraad of draadloos 5 de andere gasontladingslampen aan om gelijktijdig te functioneren voor bijstelling van de verlichting. Voor groepsbijstelling is de wijze van besturing van de bijstelling van de verlichting hetzelfde als bij de op zichzelf staande bijstelling, die hierboven is beschreven.

10 In samenvatting geldt, dat de onderhavige uitvinding een omkeerbare dimmer voor gasontladingslampen betreft, met een besturingswerkwijze voor bijstelling van verlichting daarbij , waarin een voedingsschakelaar op de wand, op een apparaat, op een besturingsdoos of op een console, wordt 15 gebruikt om een besturingscommando te schakelen, zoals een commando voor het bijstellen van de verlichting of een commando voor selectie van een modus, om de luminantie of de verlichtingsmodus van een gasontladingslanq? bij te stellen op een op een aantal stadia gebaseerde wijze, om aldus 20 toepasbaarheid en gemak in gebruik te bewerkstelligen.

Hoewel de onderhavige uitvinding is beschreven onder verwijzing naar de voorkeursuitvoeringsvormen daarvan, zal het duidelijk zijn dat de uitvinding niet tot de details daarvan is beperkt. Diverse substituties en modificaties zijn 25 in de voorgaande beschrijving voorgesteld, en anderen zullen blijken aan de vaklui met een gebruikelijke vakkennis. Aldus zijn alle substituties en modificaties bedoeld om te zijn gelegen binnen de beschermingsomvang voor de uitvinding, zoals die is gedefinieerd in de bijgevoegde conclusies.

1 032 407

Claims

1. Een omkeerbare dimmer voor gasontladingslampen, waarin gebruik wordt gemaakt van tenminste één 5 voedings schakel aar om acties te besturen van tenminste één gasontladingslamp, welke omkeerbare dimmer omvat: een gelijkrichter, die is verbonden met de voedingsschakelaar om een door de voedingsschakelaar ingevoerd voedingssignaal gelijk te richten; 10 een schakeling voor correctie van een vermogensversterking, die is verbonden met de gelijkrichter om correctie van de vermogensversterking te bewerkstelligen, en om het voedingssignaal te versterken; een op resonantie gebaseerde aandrijf schakeling met 15 variabele frequentie voor het produceren van een AC signaal met een bepaalde frequentie in overeenstemming met het voedingssignaal om de gasontladingslamp aan te sturen; een detectieschakeling, die is verbonden met de gelijkrichter om de toestand van de voedingsschakelaar te 20 detecteren; een logische besturingsschakeling, die is verbonden met de detectieschakeling, om een besturingscommando uit te sturen in overeenstemming met de tijdstippen en de tijdsindeling van het uit-aan schakelen van de 25 voedingsschakelaar in een korte tijdsduur; een besturingsschakeling voor frequentiemodu 1 atie voor het bijstellen van een vermogensparameter in overeenstemming met het besturingscommando, zodat de op resonantie gebaseerde aandrijfschakeling met variabele frequentie een 30 aandrij ff requent ie kan variëren van het voedingssignaal op basis van de vermogensparameter, om aldus de verlichtingsmodus in te stellen van de gasontladingslamp; en 1032407 een oplaad-/ontlaadbesturing, die is verbonden met de logische besturingsschakeling, waarbij de oplaad-/ontlaadbesturing een afdoende vermogen verschaft voor de op resonantie gebaseerde aandrijfschakeling met variabele 5 frequentie, vanuit een inrichting voor opslag van vermogen gedurende het schakelen van de voedingsschakelaar.

2. De omkeerbare dimmer volgens conclusie 1, waarbij de gasontladingslamp zich in een verlichtingsmodus van de voorgaande instelling bevindt, nadat de voedingsschakelaar is 10 ingeschakeld, wanneer de detectieschakeling een uit-aan schakeling detecteert, die wordt gegenereerd, wanneer de voedingsschakelaar eenmaal wordt ingedrukt, waartoe de logische besturingsschakeling direct de op resonantie * gebaseerde aandrijfschakeling met variabele frequentie via de 15 besturingsschakeling voor frequentiemodulatie aanstuurt, om de aandrijf frequentie van het voedingssignaal te variëren op basis van de vermogensparameter, om variatie te genereren in de luminantie van de gasontladingslamp, totdat de voedingsschakelaar nog eenmaal wordt ingedrukt, of de 20 helderste, meest gedimde toestand van de gasontladingslamp is bereikt, en de gasontladingslamp zichzelf automatisch bijstelt van de gedimde naar de heldere toestand of vice versa.

3. De omkeerbare dimmer volgens conclusie 1, waarbij 25 een EMI verminderende schakeling verder is aangebracht tussen de voedingsschakelaar en de gelijkrichter om interferentie met het vermogen door een externe EMI of interferentie met een extern vermogen te voorkomen.

4. De omkeerbare dimmer volgens conclusie 1, waarbij 30 de logische besturingsschakeling de op resonantie gebaseerde aandrijfschakeling met variabele frequentie direct kan afsnijden om uitvoer te beëindigen, wanneer een abnormale situatie optreedt.

5. De omkeerbare dimmer volgens conclusie 1, verder omvattende een schakeling voor bescherming tegen overbelasting, waarbij de schakeling voor bescherming tegen overbelasting is aangebracht tussen de logische 5 besturingsschakeling en de gasontladingslamp om te voorkomen, dat een overmatige stroom of overbelasting componenten kan beschadigen.

6. De omkeerbare dimmer volgens conclusie 1, waarbij in een initieel stadium, als de voedingsschakelaar is 10 ingeschakeld, de oplaad-/ontlaadbesturing tijdelijk is afgesneden, zodat het vermogen de gasontladingslamp kan activeren, en waarbij daarna de oplaad-/ontlaadbesturing wordt ingeschakeld om het opladen te bewerkstelligen.

7. De omkeerbare dimmer volgens conclusie 1, waarbij 15 de logische besturingsschakeling de tijdstippen en de tijdsindeling acquireert van de hoge en lage logische signalen in overeenstemming met het uit-aan schakelen van het vermogen om een spanning of een signaal met een logisch niveau uit te sturen, waarvan de frequentie te besturen is.

8. De omkeerbare dimmer volgens conclusie 1, waarbij de vermogensparameter een grootte van stroom, spanning, frequentie of periode is.

9. De omkeerbare dimmer volgens conclusie 1, verder omvattende een externe component voor instelling van de 25 verlichting, waarbij de externe component voor instelling van de verlichting verbonden is met de logische besturingsschakeling, om de logische besturingsschakeling aan te sturen om een overeenkomstig besturingscommando te produceren, en waarbij de externe component voor instelling 30 van de verlichting een op afstand gelegen ontvanger, een tuimelschakelaar, een detector van mensen, een daglichtdetector of een variabele weerstand kan zijn.

10. De omkeerbare dimmer volgens conclusie 1, waarbij de verlichtingsmodus verschillende effecten van luminantie of verlichting kan omvatten.

11. De omkeerbare dimmer volgens conclusie 1, verder 5 omvattende een aantal gasont1adings1ampen, waarbij de omkeerbare dimmer één van de gasontladingslampen bestuurt als instelling van de verlichting, en bedraad of draadloos de andere van de gasontladingslampen aanstuurt om gelijktijdig te functioneren voor instelling van de verlichting.

12. Een besturingswerkwijze voor instelling van de verlichting van een gasontladingslamp, gebruikmakend van een voedingsschakelaar om de werking van tenminste één gasontladingslamp te besturen met de omkeerbare dimmer, omvattende de stappen van: 15 het inschakelen van de voedingsschakelaar om een vermogenssignaal te verschaffen, teneinde de gasontladingslamp aan te sturen om een stabiele lichtbron te produceren en om een stand-by vermogen op te slaan; het detecteren of de voedingsschakelaar is ingeschakeld 20 en het uit voeren van de volgende stap, als het antwoord daarop ja is; het bepalen of de uit schakel tijd van het vermogen korter is dan een op voorhand bepaalde tijdsduur, en het afsnijden van de voeding en het stand-by vermogen, als het antwoord nee 25 is, en het uitvoeren van de hiernavolgende stap, als het antwoord ja is; het acquireren van een hoog of laag logisch signaal in overeenstemming met de uit of aan toestand van het vermogen; het uitsturen van een besturingscommando, waarmee het 30 mogelijk is de spanning of het logische niveau te besturen in overeenstemming met het logische signaal; en het moduleren van een relevante vermogensparameter in overeenstemming met het besturingscommando, om een aandrijffrequentie van het voedingssignaal aan te sturen om een variatie te genereren in de luminantie van de gasontladingslamp.

13. De besturingswerkwijze voor het instellen van de 5 verlichting volgens conclusie 12, waarbij de gasont ladings lamp zich in een verlicht ingsmodus bevindt van de voorgaande instelling, nadat de voedingsschakelaar is ingeschakeld, en waarbij de gasontladingslamp zichzelf automatisch bijstelt van een gedimde naar een heldere 10 toestand, of vice versa.

14. De besturingswerkwijze voor instelling van de verlichting volgens conclusie 12, waarbij de op voorhand bepaalde tijdsduur korter is dan of gelijk is aan 1 sec..

15. De besturingswerkwijze voor instelling van de 15 verlichting volgens conclusie 12, waarbij in de stap van het uitsturen van een besturingscommando, waarmee het mogelijk is de spanning of het logische niveau te besturen in overeenstemming met het logische signaal, een logische besturingsschakeling wordt gebruikt om de tijdstippen en de 20 tijdsindeling te acquireren van de hoge en lage logische signalen in overeenstemming met het uit-aan schakelen van het vermogen om een spanning of signaal met een logisch niveau uit te sturen, waarmee de frequentie te besturen is.

16. De besturingswerkwijze voor het instellen van de 25 verlichting volgens conclusie 12, waarbij de vermogensparameter een grootte van stroom, spanning, frequentie of periode omvat.

17. De besturingswerkwijze voor het instellen van de verlichting volgens conclusie 12, waarbij de stap van het 30 uitsturen van een besturingscommando, waarmee de spanning of het logische niveau te besturen is in overeenstemming met het logische signaal, tenminste een externe component voor instelling verlichting direct kan worden gebruikt om een overeenkomstig besturingscommando te produceren, en waarbij de externe component voor instelling van de verlichting een op afstand gelegen ontvanger, een tuimelschakelaar, een detector van mensen, een daglichtdetector of. een variabele 5 weerstand omvat.

18. Een besturingswerkwijze voor het instellen van ' verlichting van een gasontladingslamp door gebruikt te maken van tenminste één voedingsschakelaar om de bewerkingen te besturen van tenminste één gasontladingslamp, waarbij de 10 besturingswerkwijze voor instelling van de verlichting de stappen omvat van: het inschakelen van de voedingsschakelaar om een vermogens signaal te verschaffen om de gasontladingslamp aan te sturen om een stabiele lichtbron te produceren; 15 het snel indrukken van de voedingsschakelaar om de tijdstippen van het uit-aan schakelen veilig te stellen om een logisch besturingscommando uit te sturen,· en het moduleren van een relevante vermogensparameter in overeenstemming met het besturingscommando om een 20 aandrij ffrequentie van het vermogenssignaal te veranderen om een variatie te genereren in de verlichting van de gasontladingslamp.

19. De besturingswerkwijze voor instelling van de verlichting volgens conclusie 18, waarbij de 25 gasontladingslamp zich in een verlichtingmodus bevindt van de voorgaande instelling, nadat de voedingsschakelaar is ingeschakeld, en waarbij de gasontladingslamp zichzelf automatisch instelt van de gedimde naar de heldere toestand of vice versa.

20. De besturingswerkwijze voor instelling van de verlichting volgens conclusie 18, waarbij de vermogensparameter een grootte van stroom, spanning, frequentie of periode omvat. 1032407.