NL1031757C2 - Closetzuil van vloer tot plafond. - Google Patents

Description

Closetzuil van vloer tot plafond.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting bestaande uit de voorzieningen nodig voor de werking en de bediening van 5 een wandcloset, naar functionele en esthetische eisen/ welke thans aan een dergelijke inrichting mogen worden gesteld/ met als uitgangspunten: een betaalbare inrichting en eenvoud met betrekking tot bediening, onderhoud, fabricage en montage in het werk.

10 Volgens de uitvinding kan dit worden bereikt door de benodigde componenten voor spoeling, mechanische luchtafzuiging van zowel de closetpot als de toiletruimte, bedieningsorganen, leidingen en kanalen, bergruimte voor toilet- en closetartikelen en een closetborstelhouder samen te voegen in 15 een zuilvormige ommanteling van vloer tot plafond -uitgevoerd in drie delen en een passtuk,- hierna te noemen: closetzuil.

Opgemerkt wordt, dat bij twee proefopstellingen gedurende zes, respectievelijk twee jaar -in van elkaar verschillende omstandigheden,- de goede werking van de inrichting volgens 20 de uitvinding is aangetoond en de toiletruimten , tijdens gebruik nagenoeg reukvrij bleven.

1031757 2

De uitvinding wordt hieronder uiteengezet aan de hand van een in figuren schematisch weergegeven uitvoeringsbeeld van de inrichting volgens de uitvinding.

De figuren 1 en 2 tonen vooraanzicht en verticale 5 doorsnede van de inrichting volgens de uitvinding.

De figuren 3 t/m 6 tonen horizontale doorsneden over respectievelijk: de ventilator 3 de verstelbare afzuigopening 4 de toiletkast 5 en het spoelreservoir 6.

De figuren 7 en 8 tonen een ruimtelijke weergave van de 10 inrichting volgens de uitvinding, ingebouwd in de wand en opgebouwd voor de wand.

Omwille van de duidelijkheid zijn niet relevante onderdelen weggelaten.

Bij de inrichting volgens de uitvinding, zijn de 15 onderdelen nodig voor werking, bediening en onderhoud samengevoegd in een door spuittechniek verkregen kunststof ommanteling, hierna te noemen: closetzuil.

Opgemerkt wordt dat in plaats van kunststof, andere hiervoor geëigende materialen of combinaties van materialen 20 kunnen worden toegepast.

Bij de inrichting volgens de uitvinding is de valpijp van het spoelreservoir 1 voorzien van een vloeiend verlopende vertakking 2 door een luchtkanaal achterlangs het spoelreservoir 3 verbonden met een luchtkast voorzien van een 25 verstelbare afzuigopening 5.

Op de luchtkast is een ventilator 4 door een vaste of flexibele buis verbonden met luchtafvoerkanaal of opening 7.

De ventilator is voorzien van een instelbaar nalooprelais en wordt bediend door middel van een drukschakelaar, eventueel 30 met twee schakelstanden en voorzien van een led-signalering 8.

Eveneens is het mogelijk de ventilator te schakelen door middel van infraroodschakeling, een aansluiting op de ruimteverlichting of -bijvoorbeeld in openbare toiletten,-middels een schakelaar buiten de toiletruimte.

35 De inrichting volgens de uitvinding kan, -zonder ventilator- worden aangesloten op een centraal afzuigsysteem met voldoende afzuigcapaciteit.

3

Door de componenten van de inrichting volgens de uitvinding zoveel mogelijk fabrieksmatig samen te voegen worden de werkzaamheden op de bouwplaats tot een minimum beperkt en kan de inrichting in zijn geheel/ na alle andere werkzaamheden 5 worden geplaatst.

Omwille van verpakking, opslag, fabricage en montage bestaat de closetzuil uit vier, op elkaar aansluitende delen; het spoelreservoir met bediening, montagesteun, leidingen en kanalen en een closetborstelhouder^10,de toiletkast en de 10 verstelbare afzuigopening 11/de ventilator met aansluiting op het luchtafvoerkanaal 12 en de uitschuifbare aansluiting op het plafond 13.

De vier delen van de oramanteling bestaan uit voor- en zijpanelen waardoor de inrichting volgens de uitvinding zowel 15 vóór de wand 7, als in de wand 8, kan worden gebouwd.

De closetborstelhouder kan zowel links als rechts in de opgebouwde closetzuil worden aangebracht.

De voor de wand geplaatste closetzuil kan ook worden vervaardigd, zódanig dat voorpanelen en zijpanelen één geheel 20 vormen.

De bevestiging van de vier delen onderling komt tot stand door middel van nokken aan de onderzijde, corresponderend met uitsparingen in de bovenzijde van het aansluitende deel.

Passtuk 13 wordt aan het plafond bevestigd, de ommanteling 25 van de ventilator 12/wordt aan de bovenzijde -demontabel-aHngebracht door middel van magneetband.

De closetzuil wordt aan de wand bevestigd, afhankelijk van de situatie, door middel van stellatten, aangelijmde- en losse beugels, schroeven en pluggen, in de figuren niet verder 30 uitgewerkt.

Opgemerkt wordt dat van de inrichting volgens de uitvinding twee proefopstellingen zijn gemaakt, te weten: een opstelling gedurende zes jaar in een ruimte van 5m3 uitgerust met een axiale ventilator met een capaciteit van 98m3/h aangesloten op 35 ëëïï afvoeropening en een tweede opstelling gedurende twee jaar in een ruimte van 9m3 uitgerust met een centrifugaal ventilator roet een capaciteit van 160m3/h aangesloten op een luchtafvoerkanaal met een lengte van 6ra.

Claims (12)

1. Inrichting bevattende voorzieningen voor werking, bediening en onderhoud van een wandcloset volgens functionele 5 en esthetische eisen welke thans aan een dergelijke inrichting mogen worden gesteld, met het kenmerk dat spoelinrichting, gerichte en ruimtelijke mechanische ventilatie, bedieningsorganen, leidingen en kanalen, bergruimte voor closetartikelen en closetborstel zijn samengevoegd in een 10 zuilvormige, uit vier delen bestaande ommanteling van vloer tot plafond, hierna te noemen: closetzuil.

2. Inrichting volgens conclusie 1. met het kenmerk, dat door gebruikmaking van afzonderlijke voor- en zijpanelen de closetzuil zowel voor inbouw als opbouw kan worden toegepast: 15 bij inbouw vervalt de closetborstelhouder.

3. Inrichting volgens conclusie 1. met het kenmerk, dat luchtafzuiging uit de closetpot wordt verkregen door middel van e^n vloeiend verlopende vertakking van de valpijp en ej=|n luchtkanaal achterlangs of opzij van het spoelreservoir, 20 boven in de ruimte aangesloten op een ventilator in verbinding met een luchtafvoerkanaal of opening.

4. Inrichting volgens conclusie 1. met het kenmerk, dat luchtafzuiging uit de toiletruimte wordt verkregen door tussen het luchtkanaal van closetpot naar ventilator een luchtkast op 25 te nemen voorzien van een verstelbare afzuigopening.

5. Inrichting volgens conclusie 1. met het kenmerk, dat de inrichting zonder ventilator wordt aangesloten op een centrale afzuiginstallatie met voldoende vermogen.

6. Inrichting volgens conclusie 1. met het kenmerk, dat 30 de aansluiting van de closetzuil op het plafond bestaat uit een passtuk waarover het bovenste deel van de ommanteling wordt aangebracht.

7. Inrichting volgens conclusie 1. met het kenmerk, dat in plaats van een toiletkast een open vak, een spiegel, verlichting, een gesloten paneel of een al dan niet verlicht reclamepaneel wordt aangebracht. 1 0 3 17 5 7 ' /

8. Inrichting volgens conclusie 1- met het kenmerk# dat elk van de vier delen van de ommanteling van de closetzuil bij 5 plaatsing vóór de wand uit één stuk is vervaardigd.

9. Inrichting volgens conclusie 1. met het kenmerk# dat de closetborstel zowel rechts als links in de closetzuil kan worden geplaatst.

10. Inrichting volgens conclusie 1. met het kenmerk# dat 10 het hart van de closetzuil niet samenvalt met het hart van het luchtafvoerkanaal in wand of plafond en de ventilator is aangesloten middels een flexibele buis binnen de delen 12 en 13 van de ommanteling.

11. Inrichting volgens conclusie 1. met het kenmerk# dat 15 de closetzuil op een plint is geplaatst teneinde de closetpot verhoogd aan te brengen.

12. Inrichting volgens conclusie 1. met het kenmerk# dat voor luchtafzuiging uit de closetpot twee aansluitingen op de valpijp zijn aangebracht verbonden met twee luchtkanalen 20 aan weerszijden van het spoelreservoir# aansluitend op de luchtkast met verstelbare afzuigopening. 1031757