NL1031595C2 - Werkwijze voor het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder, alsmede een inrichting daarvoor. - Google Patents

Werkwijze voor het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder, alsmede een inrichting daarvoor. Download PDF

Info

Publication number
NL1031595C2
NL1031595C2 NL1031595A NL1031595A NL1031595C2 NL 1031595 C2 NL1031595 C2 NL 1031595C2 NL 1031595 A NL1031595 A NL 1031595A NL 1031595 A NL1031595 A NL 1031595A NL 1031595 C2 NL1031595 C2 NL 1031595C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
shellfish
gripper
crustaceans
liquid
container
Prior art date
Application number
NL1031595A
Other languages
English (en)
Inventor
Eduard Hermin Maria Barbe
Original Assignee
Baroc B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Baroc B V filed Critical Baroc B V
Priority to NL1031595A priority Critical patent/NL1031595C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1031595C2 publication Critical patent/NL1031595C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K80/00Harvesting oysters, mussels, sponges or the like

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Farming Of Fish And Shellfish (AREA)

Description

(1 m
Korte aanduiding: Werkwijze voor het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder, alsmede een inrichting daarvoor.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor 5 het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder onder toepassing van een grijperinstallatie. Verder heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een inrichting voor het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder onder toepassing van een grijperinstallatie.
Mosselen, behorende tot de groep van schelp- en/of schaaldieren, 10 zijn weekdieren die in Nederland vooral voorkomen in de Waddenzee en de Oosterschelde. Mosselzaad hecht zich vast aan de zeebodem door middel van zogenaamde byssusdraden, ook wel baarden genoemd, waarbij mosselen echter zich ook aan elkaar of aan voorwerpen kunnen vasthechten. De huidige mosselcultuur is te beschouwen als een vorm van “natte landbouw” waar bij het 15 opvissen van de volwassen mosselen onvermijdelijk slib en zand in de schelp terechtkomt. Om deze ongewenste bestanddelen kwijt te raken worden mosselen naar zogenaamde verwaterpercelen gevoerd, waarbij tijdens de verwaterperiode de mosselen na hun reis tot rust komen en ongewenste bestanddelen, zoals zand, kunnen afscheiden.
20 Het op dit moment toegepaste transport van mosselen uit een schip naar een installatie aan de wal vindt bijvoorbeeld plaats met een grijpersysteem, bestaande uit een werktuig van hoofdzakelijk staal, waarbij de uit twee helften bestaande mosselgrijper in een geopende positie op de mosselmassa, die zich in het ruim van het schip bevindt, wordt neergelaten onder toepassing van bijvoorbeeld 25 een mobiele kraan. Om nu de mosselmassa uit het ruim van het schip te kunnen halen, laat men de grijper in een geopende positie, te weten tussen de twee helften van de mosselgrijper is sprake van een zeer brede tussenruimte, op de mosselmassa zakken, hetgeen tot gevolg heeft dat het zware werktuig een groot aantal mosselschelpen zal beschadigen. Nadat de mosselgrijper in de geopende 30 positie van de twee grijperhelften op of in de mosselmassa is binnengedrongen, zal men de beide grijperhelften door de mosselmassa heen naar elkaar laten bewegen om deze te kunnen sluiten om vervolgens de grijper in de aldus gesloten positie van beide grijperhelften uit de mosselmassa te hijsen waarna de zich tussen de beide grijperhelften bevindende mosselmassa naar een andere plaats wordt vervoerd en 1 0 3 1 5 Q *» o 2 daar wordt neergelaten, bijvoorbeeld een andere opslagruimte. In de praktijk zullen de beide grijperhelften niet volledig sluiten maar zal er sprake zijn van een tussenruimte van 15-25 mm. Voor een goede werking van een dergelijke mosselgrijper is het noodzakelijk dat de mosselgrijper een bepaald gewicht heeft om 5 tijdens het sluiten zelfstandig door de mosselmassa te kunnen heendringen. Ten gevolge van het zich door de mosselmassa heen verplaatsen van de mosselgrijper en het bijbehorend sluiten van de beide grijperhelften zal zowel directe als indirecte schade aan de mosselschelpen optreden. De praktijk heeft uitgewezen dat door een dergelijk grijpersysteem ongeveer 2 tot 5% van de mosselschelpen onherstelbaar 10 wordt beschadigd, hetgeen een aanzienlijk verlies aan marktwaardig product tot gevolg heeft.
Het doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een werkwijze en inrichting voor het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder, waarbij de directe en indirecte schade aan de schelp- en/of 15 schaaldieren tot een minimum is beperkt.
Een ander doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een werkwijze en inrichting voor het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder waarbij een grijpersysteem wordt toegepast dat aanzienlijk lichter is uitgevoerd dan de reeds bekende, uit staal vervaardigde 20 grijpersystemen.
De werkwijze zoals vermeld in de aanhef wordt gekenmerkt doordat het vloeistofniveau in de houder zodanig wordt ingesteld dat de levende schelp-en/of schaaldieren zich hierin in een enigszins zwevende toestand bevinden, waarbij de grijperinstallatie in de zwevende massa van levende schelp- en/of schaaldieren 25 wordt neergelaten en een deel van de levende schelp- en/of schaaldieren hieruit wegneemt.
Door de houder, waarin de levende schelp- en/of schaaldieren, in het bijzonder mosselen, zich bevinden te voorzien van een zodanig vloeistofniveau dat de zich hierin bevindende schelp- en/of schaaldieren in een enigszins zwevende 30 toestand terechtkomen, zal de grijperinstallatie met een zeer geringe weerstand in de aldus zwevende massa van levende schelp- en/of schaaldieren kunnen binnendringen, waardoor het beschadigen van de schelp- en/of schaaldieren tot een minimum is beperkt. Omdat bovendien de zwevende massa van levende schelp-en/of schaaldieren een minder compacte structuur bezit dan in de hiervoor 3 besproken, volgens de stand van de techniek bekende situatie, waarbij geen sprake is van een zwevende toestand, is het mogelijk de grijperinstallatie volgens een lichtere constructie uit te voeren. Ten gevolge van de lichtere constructie is het zelfs mogelijk om grijpersystemen van grotere omvang te vervaardigen onder handhaving 5 van een in de praktijk geschikt gewicht, zodat met een beperkt aantal grijperhandelingen een houder van mosselen kan worden ontdaan. Tengevolge van een beperkt aantal grijperhandelingen is de kans op schade van de levende schelp-en/of schaaldieren verder gereduceerd. De in de onderhavige uitvinding toegepaste term “vloeistofniveau” wordt gedeeltelijk bepaald door het aan de mosselmassa van 10 nature aanhangende vocht. Om de vereiste zwevende toestand te verkrijgen zal in de praktijk echter een aanvullende hoeveelheid vloeistof nodig zijn, als extra vloeistof ten opzichte van het reeds aanhangende vocht.
Voor een optimale zwevende situatie in de houder is het gewenst dat het vloeistofniveau in de houder zodanig is dat de bovenste laag van de levende 15 schelp- en/of schaaldieren zich net in of net onder de vloeistof bevindt.
Omdat tijdens het wegnemen van de levende schelp- en/of schaaldieren uit de houder het in de houder achterblijvende vloeistofniveau niet evenredig zal afnemen, verdient het de voorkeur dat het vloeistofniveau tijdens het wegnemen van de levende schelp- en/of schaaldieren uit de houder wordt 20 aangepast, zodat de zich in de houder bevindende levende schelp- en/of schaaldieren in de zwevende toestand worden gehouden. In de praktijk leidt dit tot een situatie waarin het aldus is gewenst dat het vloeistofniveau tijdens het lossen in de houder wordt verlaagd waardoor de verhouding tussen water en levende schelp-en/of schaaldieren min of meer in de houder constant wordt gehouden. Wanneer de 25 houder bijna volledig van levende schelp- en/of schaaldieren is ontdaan, in het bijzonder wanneer de grijperinstallatie de bodem van de houder raakt en waarbij de hoogte van de nog in de houder resterende massa van levende schelp- en/of schaaldieren ongeveer tot de helft van de hoogte van de grijperinstallatie in de houder reikt, is het mogelijk de resterende hoeveelheid vloeistof uit de houder weg 30 te pompen waarna tenslotte de resterende mosselmassa met de volgens de onderhavige uitvoeringsvorm, in een lichte constructie uitgevoerde grijper, is te verplaatsen.
De onderhavige uitvinding heeft verder betrekking op een inrichting voor het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder onder 4 toepassing van een grijperinstallatie, welke grijperinstallatie een grijper omvat, bestaande uit twee over een gemeenschappelijk draaipunt draaibare, naar elkaar toe verplaatsbare grijperhelften, welke grijperhelften eventueel zijn voorzien van openingen, waarbij het vloeistofniveau in de houder zodanig is dat de levende 5 schelp- en/of schaaldieren zich hierin in een enigszins zwevende toestand bevinden. Voor het aansturen van de grijperhelften wordt in het bijzonder een aandrijfmechanisme toegepast, omvattende een hydraulische cilinder met aangrijpingspunten waardoor de grijperhelften zich door verplaatsing van cilinderzuigerstang openen dan wel sluiten. In de praktijk zullen de twee 10 grijperhelften in de gesloten positie een tussenruimte tussen de beide grijperhelften van ongeveer 15-25 mm innemen. De openingen in de grijperhelften zorgen ervoor dat de zich in de houder bevindende vloeistof uit de grijper kan wegstromen.
In een bijzondere uitvoeringsvorm is het gewenst dat de inrichting is voorzien van middelen voor het aan de houder toevoeren en/of onttrekken van de 15 vloeistof, en middelen voor het meten van een bepaald vloeistofniveau in de houder, welke beide middelen zodanig met elkaar in verbinding staan dat de vloeistofhoogte in de houder instelbaar is aan de hand van de hoeveelheid levende schelp- en/of schaaldieren die zich in de houder bevindt. Voor een dergelijke regeling kan een elektrisch aangestuurde meet- en regeleenheid worden toegepast.
20 Volgens de onderhavige uitvinding is het aldus mogelijk gebleken een aanzienlijke reductie van de schade aan de mosselschelpen te realiseren, welke reductie ten minste een halvering of zelfs ten minste 75% afname van de schade betekent, gemeten ten opzichte van de situatie waarin geen hoogte van het vloeistofniveau bepalend is, welke waarde een aanzienlijke verbetering ten opzichte 25 van de thans gebruikelijke grijpersystemen is.
De onderhavige uitvinding zal hierna aan de hand van een voorbeeld worden toegelicht, waarbij echter dient te worden opgemerkt dat het voorbeeld slechts ter illustratie dient en niet als beperkend kan worden opgevat.
Figuur 1 geeft schematisch een grijperinstallatie volgens de 30 onderhavige uitvinding weer in geopende toestand.
Figuur 2 geeft schematisch een grijperinstallatie volgens de onderhavige uitvinding in gesloten toestand weer.
Een zich in de zwevende toestand bevindende mosselmassa 8, aanwezig in een houder (niet weergegeven), dient uit de houder te worden % 5 weggenomen waarvoor grijperinstallatie 1 wordt toegepast. De grijperinstallatie omvat twee grijperhelften 2, 3, die over een gemeenschappelijk draaipunt 5 draaibaar zijn. Beide grijperhelften 2, 3 zijn via stangen 6 met cilinderzuigstang 7 verbonden, waarbij ten gevolge van verplaatsing van de cilinderzuigstang 7 over 5 geleidingsbuls 9 de beide grijperhelften 2, 3 naar elkaar toe verplaatsbaar zijn.
In figuur 2 is de grijperinstallatie 1 in gesloten positie schematisch weergegeven, waarbij cilinderzuigstang7 zodanig is verplaatst over geleidingsbuis 9 dat de zich in de mosselmassa 8 bevindende beide grijperhelften 2, 3 naar elkaar toe zijn verplaatst, via gemeenschappelijk draaipunt 5, waarbij de beide 10 grijperhelften 2, 3 zodanig zijn gesloten dat er sprake is van een tussenruimte 4, welke tussenruimte 4 in de praktijk vaak een tussenruimte van 15 tot 25 mm open laat. Indien de grijperinstallatie 1 zich in de gesloten positie bevindt wordt vervolgens de grijperinstallatie 1 uit mosselmassa 8 weggenomen, waarna, volgens de hiervoor besproken uitvoeringsvorm, zoals weergegeven in figuur 1, de beide 15 grijperhelften 2, 3 van elkaar af worden verplaatst om aldus de zich in de grijperinstallatie bevindende mosselmassa in een andere ruimte los te laten, bijvoorbeeld een opslagruimte (niet weergegeven). Vervolgens wordt de grijperinstallatie 1, al of niet in gesloten positie, opnieuw naar de mosselmassa 8 verplaatst om vervolgens de beide grijperhelften 2, 3 te openen, waarna opnieuw 20 een hoeveelheid schelp- en/of schaaldieren uit de houder (niet weergegeven) wordt weggenomen en naar elders wordt verplaatst. De houder is voorzien van middelen voor het aan de houder toevoeren en/of onttrekken van vloeistof (niet weergegeven) en middelen voor het meten van een bepaald vloeistofniveau in de houder (niet weergegeven). Beide middelen staan zodanig met elkaar in verbinding dat de 25 vloeistofhoogte in de houder instelbaar is, in het bijzonder aan de hand van de zich nog in de houder bevindende hoeveelheid levende schelp- en/of schaaldieren. De onderhavige uitvinding ziet er in het bijzonder op toe dat het vloeistofniveau in de houder zodanig wordt ingesteld dat de levende schelp- en/of schaaldieren zich hierin in een enigszins zwevende toestand bevinden zodat de grijperinstallatie 1, in 30 het bijzonder in de geopende positie, met een zeer geringe weerstand in de aldus zwevende massa van levende schelp- en/of schaaldieren hierin kan binnendringen, waardoor het beschadigen van de schelp- en/of schaaldieren tot een minimum is beperkt.
1 0 Λ 1 *> Q i»

Claims (4)

9 te
1. Werkwijze voor het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder onder toepassing van een grijperinstallatie, met het 5 kenmerk, dat het vloeistofniveau in de houder zodanig wordt ingesteld dat de levende schelp- en/of schaaldieren zich hierin in een enigszins zwevende toestand bevinden, waarbij de grijperinstallatie in de zwevende massa van levende schelp-en/of schaaldieren wordt neergelaten en een deel van de levende schelp- en/of schaaldieren hieruit wegneemt.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het vloeistofniveau in de houder zodanig is dat de bovenste laag van de levende schelp-en/of schaaldieren zich net in of net onder de vloeistof bevindt.
3. Werkwijze volgens een of meer van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat gedurende het wegnemen van de levende schelp- en/of 15 schaaldieren het vloeistofniveau in de houder wordt aangepast zodat de zich in de houder bevindende levende schelp- en/of schaaldieren in de zwevende toestand worden gehouden.
4. Inrichting voor het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder onder toepassing van een grijperinstallatie, die een 20 grijper omvat, bestaande uit twee over een gemeenschappelijk draaipunt draaibare, naar elkaar toe verplaatsbare grijperhelften, welke grijperhelften eventueel zijn voorzien van openingen, met het kenmerk, dat de inrichting verder is voorzien van middelen voor het aan de houder toe- en afvoeren van vloeistof, middelen voor het meten van het vloeistofniveau in de houder en middelen voor het instellen van de 25 vloeistofhoogte in de houder, waarbij het vloeistofniveau in de houder zodanig instelbaar is dat de levende schelp- en/of schaaldieren zich hierin in een enigszins zwevende toestand bevinden. 30 1031595
NL1031595A 2006-04-13 2006-04-13 Werkwijze voor het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder, alsmede een inrichting daarvoor. NL1031595C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1031595A NL1031595C2 (nl) 2006-04-13 2006-04-13 Werkwijze voor het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder, alsmede een inrichting daarvoor.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1031595A NL1031595C2 (nl) 2006-04-13 2006-04-13 Werkwijze voor het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder, alsmede een inrichting daarvoor.
NL1031595 2006-04-13

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1031595C2 true NL1031595C2 (nl) 2007-10-16

Family

ID=36830112

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1031595A NL1031595C2 (nl) 2006-04-13 2006-04-13 Werkwijze voor het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder, alsmede een inrichting daarvoor.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1031595C2 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN110036991A (zh) * 2018-08-27 2019-07-23 山东大学 一种定量采集底泥中大型底栖动物的装置及采集方法
WO2022032800A1 (zh) * 2020-08-14 2022-02-17 鹏城实验室 可折展的仿生嘴和捕获设备

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2603526A (en) * 1949-01-22 1952-07-15 Robert J Tennis Oyster tongs
US3772806A (en) * 1972-03-16 1973-11-20 J Meadows Oyster tongs

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2603526A (en) * 1949-01-22 1952-07-15 Robert J Tennis Oyster tongs
US3772806A (en) * 1972-03-16 1973-11-20 J Meadows Oyster tongs

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN110036991A (zh) * 2018-08-27 2019-07-23 山东大学 一种定量采集底泥中大型底栖动物的装置及采集方法
CN110036991B (zh) * 2018-08-27 2021-11-26 山东大学 一种定量采集底泥中大型底栖动物的装置及采集方法
WO2022032800A1 (zh) * 2020-08-14 2022-02-17 鹏城实验室 可折展的仿生嘴和捕获设备

Similar Documents

Publication Publication Date Title
DK201700089Y4 (da) Undervands-høstesystem
US11304410B2 (en) Oyster farming apparatus and methods
KR101738550B1 (ko) 착탈이 용이한 해양 부유생물 제거장치
CN1251585C (zh) 一种用网捕获和处理牡蛎以及在水中清洗该网的装置
NL1031595C2 (nl) Werkwijze voor het wegnemen van levende schelp- en/of schaaldieren uit een houder, alsmede een inrichting daarvoor.
US4204354A (en) Articulated fishing drum
KR101817900B1 (ko) 갈치 끌낚시용 투승기
PT1643830E (pt) Dispositivo de arrasto
NL1020451C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het verzamelen van dieren in of op een waterbodem.
US4509286A (en) Trawl shrimp cage
US20100071630A1 (en) Mechanized collector of juvenile lobsters
NL1023156C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het oogsten van schelpdieren.
US11102960B2 (en) Marine video monitoring apparatus
NL2013090B1 (nl) Inrichting voor het verwateren van schaal- en/of schelpdieren
US4209920A (en) Oyster dredging apparatus
US4365575A (en) Marine scoopers for porpoises and tuna - porpoise-escape-way
US4817553A (en) Crawfish harvesting boat
BE1023421B1 (nl) Visinrichting
NL1002895C2 (nl) Visinrichting.
MOTODA Devices of Simple Plankton Apparatus Ⅲ
AU2007101188A4 (en) A hopper for separating a fishing catch
NL1037907C2 (nl) Vaartuig, inrichting en werkwijze voor het aan boord opslaan en verplaatsen van netten voor de staand-want visserij.
NL2006967C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het bevissen van buitengaatse wateren.
CN102388941A (zh) 金枪鱼提升放血一体机
Edwin FAO classification of fishery vessel types

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20141101