NL1029987C1 - Aanhangerkoppelinrichting. - Google Patents
Aanhangerkoppelinrichting. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1029987C1 NL1029987C1 NL1029987A NL1029987A NL1029987C1 NL 1029987 C1 NL1029987 C1 NL 1029987C1 NL 1029987 A NL1029987 A NL 1029987A NL 1029987 A NL1029987 A NL 1029987A NL 1029987 C1 NL1029987 C1 NL 1029987C1
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- uprights
- holes
- crossbar
- coupling device
- trailer
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60D—VEHICLE CONNECTIONS
- B60D1/00—Traction couplings; Hitches; Draw-gear; Towing devices
- B60D1/48—Traction couplings; Hitches; Draw-gear; Towing devices characterised by the mounting
- B60D1/52—Traction couplings; Hitches; Draw-gear; Towing devices characterised by the mounting removably mounted
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60D—VEHICLE CONNECTIONS
- B60D1/00—Traction couplings; Hitches; Draw-gear; Towing devices
- B60D1/01—Traction couplings or hitches characterised by their type
- B60D1/06—Ball-and-socket hitches, e.g. constructional details, auxiliary devices, their arrangement on the vehicle
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60D—VEHICLE CONNECTIONS
- B60D1/00—Traction couplings; Hitches; Draw-gear; Towing devices
- B60D1/48—Traction couplings; Hitches; Draw-gear; Towing devices characterised by the mounting
- B60D1/485—Traction couplings; Hitches; Draw-gear; Towing devices characterised by the mounting mounted by means of transversal members attached to the frame of a vehicle
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Transportation (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Body Structure For Vehicles (AREA)
Description
-ί
Aanhang e rkoppelinrichting
ACHTERGROND VAN DE UITVINDING
GEBIED VAN DE UITVINDING
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een 5 aanhangerkoppelinrichting voor voertuigen met een chassis met in de lengterichting van het voertuig ter weerszijden van het verticale middenvlak daarvan lopende chassisbalken voorzien van een aangebracht patroon van bevestigingsgaten, omvattende: - een koppelingseenheid; 10 - een draaggestel voor de verbinding van en voor de krachtoverbrenging tussen de koppelingseenheid enerzijds en het chassis anderzijds en omvattende: • een dwarsbalk voor montage in de dwarsrichting van een voertuig en voor de montage van de koppelingseen- 15 heid in het genoemde verticale middenvlak, in hoofd zaak bij het midden van de lengte van de dwarsbalk, • op de uiteinden van de dwarsbalk aansluitende staanders voor op een geschikte hoogte onder het voertuig verbinden van de dwarsbalk met de genoemde 20 chassisbalken, welke staanders bij een vrij uiteinde zijn voorzien van een patroon van staanderbevesti-gingsgaten overeenkomstig het patroon van bevestigingsgaten in de chassisbalken; • schroefboutbevestigingsmiddelen die samenwerken met 25 de staanderbevestigingsgaten in de staanders en de bevestigingsgaten in de chassisbalken van een voertuig, omvattende bouten, moeren, eventueel slotpla-ten, borgringen, etc., voor de losneembare bevestiging van de aanhangerkoppelinrichting op de chassis-30 balken van een voertuig.
BESCHRIJVING VAN DE BEKENDE STAND VAN DE TECHNIEK Aanhangerkoppelinrichtingen van de aanhef genoemde soort zijn uit de praktijk bekend. Zo wordt in de Nederlandse 35 carrosseriebouw veel gebruik gemaakt van aanhangerkoppelinrichtingen van de firma Brink of van FOCWA, een Nederlandse 1029987 - 2 - brancheorganisatie voor het herstel van autoschade, carrosse-riebouw, etc.
In het geval van Brink wordt voor ieder chassis een speciale aanhangerkoppelinrichting ontwikkeld en ter beschik-5 king gesteld, afgestemd op de standaardmaten en ophangpunten van het chassis. Er is geen flexibiliteit bij wijzigingen in bijvoorbeeld chassisverlengingen. Overzetten op een ander chassis is alleen mogelijk in het geval de specificaties gelijk zijn. Voor nagenoeg ieder standaardchassis is een offi-10 ciële typegoedkeuring beschikbaar.
In het geval van FOCWA zijn drie typen aanhangerkop-pelinrichtingen ontwikkeld, waarbij niettemin beperkingen optreden met betrekking tot het maximale aanhangergewicht.
Bij de drie typen wordt iedere trekinrichting op maat 15 (hoogte, breedte en diepte) geconstrueerd met de voorgeschreven profieldoorsneden. De onderdelen worden door middel van lassen met elkaar verbonden. Iedere trekinrichting dient steeds opnieuw vervaardigd te worden waarbij slechts een beperkt aantal componenten universeel bruikbaar is. De verbin-20 dingen bestaan uit lassen die nabehandeling noodzakelijk maken. Het overzetten van de aanhangerkoppelinrichting op een : ander chassis is alleen mogelijk bij gelijke specificaties. De kwaliteit van de trekinrichting is afhankelijk van het vakmanschap van de productiemedewerker (lassen en bewerkingen). Er 25 is geen officiële type goedkeuring beschikbaar, maar op basis van standaardconstructies kan een individuele of Europese j goedkeuring worden aangevraagd. Bij de individuele goedkeuring behoort de aanhangerkoppelinrichting als een integraal deel tot de opbouw op het chassis.
30
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
Het is een doel van de uitvinding om een aanhangerkoppelinrichting van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen die universeler en daardoor goedkoper en met minder 35 tijdsverlies is te monteren, maar niettemin voldoet aan de door de bevoegde autoriteiten gestelde voorwaarden voor aan-hangerkoppe1inrichtingen.
De aanhangerkoppelinrichting volgens de uitvinding heeft daartoe tot kenmerk, dat het draaggestel is opgebouwd 40 uit geprefabriceerde losse standaardcomponenten van een stan- 10299 7 - 3 -
! I
, t daardcomponentenverzameling omvattende: een koppelingseenheid, een dwarsbalk, een uithouder voor het met onderlinge afstand verbinden van de koppelingseenheid met de dwarsbalk, een tweetal identieke staanders en een tweetal identieke consoles ter 5 overbrugging van een afstand tussen de uiteinden van de dwarsbalk en de staanders en dat alle onderlinge verbindingen tussen de verschillende geprefabriceerde standaardcomponenten van de standaardcomponentenverzameling bestaan uit losneembare schroefboutverbindingen door middel van schroefboutverbin-10 dingsmiddelen omvattende schroefbouten gaande door verbin- dingsgaten in de genoemde standaardcomponenten en bijpassende moeren, alsmede eventuele slotringen, borgringen, etc.
Aldus wordt door de uitvinding een nieuw soort aan-hangerkoppelinrichting verschaft die steeds geheel kan worden 15 opgebouwd uit beschikbare geprefabriceerde standaardcomponenten, waarbij voor de opbouw uitsluitend wordt gebruik gemaakt van losmaakbare schroefboutverbindingen. Hierdoor kan niet alleen snel en goedkoop worden gewerkt, maar kunnen ook de standaardcomponenten zo nodig in een later stadium worden gebruikt 20 voor montage van de aanhangerkoppelinrichting op een ander chassis. Verdere voordelen van de uitvinding zullen hieronder nog blijken.
Verschillende uitvoeringsvormen van de aanhangerkoppelinrichting volgens de bijgevoegde volgconclusies zullen nu 25 kort worden behandeld.
Volgens conclusie 2 kan de genoemde standaardcompo-nentenverzameling worden uitgebreid met een tweetal staanders die een andere hoogte bezitten. Er kan dus gekozen worden uit staanders van een hoog type en een laag type. Dit is van be-30 lang gebleken voor de aanpassing aan alle verschillende voorkomende chassistypen.
i
Volgens conclusie 3 wordt gebruik gemaakt van een uithouder die in verschillende posities met de dwarsbalk kan worden verbonden zodat de afstand van de koppelingseenheid tot 35 aan de dwarsbalk kan worden gevarieerd, met het oog uiteraard op aanpassing van de afstand tussen de koppelingseenheid en de achterzijde van het betreffende voertuig waarop de aanhangerkoppelinrichting wordt gemonteerd.
Volgens conclusie 4 omvat het patroon van staanderbe-40 vestigingsgaten ook sleufgaten. In vele gevallen wordt fa- 10 2 9 9 » 7 _ - 4 - I »
, I
brieksmatig in het chassis van bedrijfsvoertuigen een patroon aangebracht van gaten voor de montage van een aanhangerkoppel-inrichting. Gebleken is dat soms afwijkingen optreden in de standaardmaten van het gatenpatroon. De aanwezigheid van 5 sleufgaten kan hier een oplossing bieden, om te voorkomen dat tijdens de montage gaten moeten worden geboord of aanpassingen moeten worden uitgevoerd.
Volgens conclusie 5 zijn ook de dwarsbalk en/of de consoles voorzien van een patroon van verbindingsgaten dat 10 sleufgaten omvat. Dit is om de variatie in chassisbreedtes tussen de verschillende types chassis te kunnen opvangen.
De uitvoeringsvorm volgens conclusie 6 is van belang om de oppervlaktedruk onder de houtkoppen van de gebruikte schroefbouten en onder de bijbehorende moeren beter te kunnen 15 verdelen. De gebruikte moeren moeten soms met een betrekkelijk hoog aantrekmoment worden vastgedraaid zodat plaatselijk zeer hoge vlaktedrukken optreden.
Bij voorkeur wordt de uitvoeringsvorm volgens conclusie 7 gebruikt. Met deze uitvoeringsvorm wordt een belangrijk 20 bereik aan voertuigtypen waar de carrosseriebouwbranche zich mee bezighoudt afgedekt, namelijk voertuigen tot aan een eigen gewicht van 22,4 ton en een maximum aanhangergewicht van 3500 kg.
Bij voertuigen van een wat minder zwaar type, dat wil 25 zeggen een gewicht van 5000 kg, kan gebruik gemaakt worden van de uitvoeringsvorm van conclusie 7. Door weglating van een aantal schroefboutverbindingen en bijbehorende moeren kan een aanpassing plaatsvinden aan deze lagere specificaties.
De uitvinding zal nu, uitsluitend ter illustratie en 30 geenszins ter beperking, worden toegelicht aan de hand van de tekening van een voorbeeld van een niet-limitatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding.
KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
35 In de tekeningen is:
Fig. 1 een perspectivisch aanzicht op de delen van een aanhangerkoppelinrichting volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding waarbij deze is gemonteerd op de buitenkant van een tweetal chassisbalken van een voor het overige niet-40 getoond voertuig, 1029987 ,* # - 5 -
Fig. 2 een zijaanzicht tegen de aanhangerkoppelinrichting volgens Fig. 1,
Fig. 3 een bovenaanzicht op de aanhangerkoppelinrich-ting volgens conclusie 1, 5 Fig. 4 een achteraanzicht op de aanhangerkoppel- inrichting volgens Fig. 1,
Figuren 5, 6, 7 en 8 aanzichten soortgelijk aan die van de Figuren 1, 2, 3 en 4 van een uitvoeringsvorm van de aanhangerkoppelinrichting volgens de uitvinding gemonteerd te-10 gen de binnenkant van de chassisbalken van een voor het overige niet-getoond voertuig.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE VOORKEURS-
UITVOERINGSVORMEN
15 Gelijke of in hoofdzaak gelijke onderdelen die in de verschillende figuren voorkomen zullen steeds worden aangeduid met dezelfde verwijzingsnummers. De figuren zijn op een willekeurige schaal.
De Figuren 1 tot en met 4 hebben betrekking op een 20 aanhangerkoppelinrichting 1 bedoeld voor vrachtwagens met een gewicht van maximaal 22,4 ton en voor een maximum aanhangerge-wicht van 3500 kg. Van de vrachtwagen is slechts een deel van het chassis te zien in de figuren, namelijk twee in de lengterichting van het voertuig aan beide zijden van het (niet-25 getekende) verticale middenvlak van het voertuig verlopende chassisbalken 3, die zijn voorzien van een al of niet door de voertuigfabrikant aangebracht patroon van bevestigingsgaten die in de tekening niet van een verwijzingsnummer zijn voorzien omdat daardoorheen nog later te bespreken schroefbouten 30 zijn aangebracht. De aanhangerkoppelinrichting omvat een kop-pelingseenheid 5 in de vorm van een zogenaamde trekhaak, voorzien van een trekhaakkogel 7 en een bevestigingsflens 9. In plaats van een trekhaak 5 kan eventueel een zogenaamde vang-muileenheid worden aangebracht. Dergelijke eenheden worden bij 35 vrachtauto's veel gebruikt voor het koppelen van meerassige aanhangers. Gezien de algemene bekendheid van dergelijke vang-muileenheden is afgezien van het tonen en beschrijven daarvan.
Er is verder een draaggestel aanwezig, algemeen aangeduid met het verwijzingsnummer 11, voor de verbinding van en 40 voor de krachtoverbrenging tussen de koppelingseenheid 5 ener- 10 2 9 9 « 7_ « t( - 6 - zijds en de chassisbalken 3 van het chassis anderzijds en omvattende een dwarsbalk 13, in het onderhavige geval bestaande uit een stalen kokerprofiel van rechthoekige doorsnede. De dwarsbalk 13 dient voor montage in de dwarsrichting van een 5 voertuig en voor de montage van de koppelingseenheid 5 in het eerder genoemde niet in de tekening getoonde verticale middenvlak van het voertuig, in hoofdzaak bij het midden van de lengte van de dwarsbalk 11.
Op de uiteinden van de dwarsbalk 11 sluiten staanders 10 15 aan voor het op een geschikte hoogte onder het voertuig verbinden van de dwarsbalk 13 met de chassisbalken 3. Deze staanders zijn algemeen aangegeven met het verwijzingsnummer 15 en omvatten een U-profiel 17 met een lijfgedeelte 19 en twee daar loodrecht op staande zijgedeeltes 21. Met het U-15 profiel 17 is een console 23 in de vorm van eveneens een U- profiel verbonden, nabij een uiteinde van het U-profiel 17 en in een richting dwars daarop, met een lijfgedeelte 25 en zijgedeeltes 27.
De staanders 17 zijn bij een vrij uiteinde, in de te-20 kening aan de bovenzijde, voorzien van een patroon van staan-derbevestigingsgaten, bestaande uit sleufvormige bevestigings-gaten 29 en ronde bevestigingsgaten 31. In sommige van deze gaten zijn later nog te bespreken schroefbouten aangebracht. Eenvoudigheidshalve zijn verder niet alle bevestigingsgaten 29 25 of 31 in de Figuren van verwijzingsnummers voorzien.
Schroefboutbevestigingsmiddelen werken samen met staanderbevestigingsgaten 29 en/of 30 in de staanders 15 en de eerder genoemde, niet in de tekening zichtbare, bevestigingsgaten in de chassisbalken 3 van een voertuig. De schroefbout-30 bevestigingsmiddelen omvatten bouten 33, moeren 35 en eventuele, niet in de tekening getoonde, slotplaten, borgringen, etc., voor de losneembare bevestiging van de aanhangerkoppel-inrichting 1 op de chassisbalken 3 van het voertuig. In de tekening is ervan uitgegaan dat voor alle schroefboutbevesti-35 gingen van de aanhangerkoppelinrichting dezelfde bouten 33 en moeren 35 worden gebruikt, hoewel dit in principe ook anders kan zijn.
Het draaggestel 1 is in overeenstemming met de uitvinding opgebouwd uit geprefabriceerde losse standaardcompo-40 nenten van een standaardcomponentenverzameling omvattende een 10 2 9 9 fl 7_ I , > - 7 - koppelingseenheid 5, een dwarsbalk 13, een uithouder 37 voor het met onderlinge afstand verbinden van de koppelingseenheid 5 met de dwarsbalk 13, een tweetal identieke staanders 15 en een tweetal identieke consoles 23 ter overbrugging van de af-5 stand tussen de uiteinden van de dwarsbalk 13 en de staanders 15. Alle onderlinge verbindingen tussen de verschillende geprefabriceerde standaardcomponenten van de standaardcomponentenverzameling worden toestand gebracht met losneembare schroefboutverbindingen door middel van schroefboutverbin-10 dingsmiddelen omvattende de schroefbouten 33 die gaan door verbindingsgaten in de genoemde standaardcomponenten en bijpassende moeren 35 alsmede eventuele slotringen, borgringen, etc.
De uithouder 37 bestaat uit twee ruggelings tegen el-15 kaar geplaatste en door lassen met elkaar verbonden U-profie-len 39, ieder met een lijfgedeelte 41 en loodrecht daarop staande zijgedeeltes 43. Aan de voorzijde is tegen het geheel bestaande uit de twee tegen elkaar gelaste ü-profielen 39, een vlakke bevestigingsplaat 45 vastgelast. Deze bevestigingsplaat 20 is voorzien van bevestigingsgaten 47 voor de bevestiging van de koppelingseenheid zoals de trekhaak 5 of de reeds genoemde en niet-getoonde vangmuileenheid. De gewenste koppelingseenheid kan met behulp van schroefbouten gaande door bevestigingsgaten 47 worden gemonteerd op de uithouder 37. In de te-25 kening is de bevestiging van de trekhaakeenheid niet getoond. Er kan gebruik gemaakt worden van tweegats of viergatstrek-haakeenheden. Bij tweegats trekhaakeenheden 5 zoals getoond in de tekening kunnen twee onderste bevestigingsgaten 47 voor de bevestiging worden gebruikt. De toe te passen schroefbouten 30 gaan door de trekhaakgaten 59 en door de bijbehorende bevestigingsgaten 47 die zich daarachter bevinden in de bevestigingsplaat 45. Wat hierboven werd vermeld voor de trekhaakeenheid 5 geldt op dezelfde wijze voor een andere soort koppelingseenheid, zoals een vangmuileenheid.
35 De standaardcomponentenverzameling van de aanhanger- koppelinrichting 1 kan staanders 15 van verschillende hoogte omvatten, bijvoorbeeld twee verschillende hoogtes.
De uithouder 37 is in zijn lengterichting voorzien van een patroon van verbindingsgaten 49, aangebracht in de bo-40 venste zijgedeeltes 43 van de U-profielen 39. Deze verbin- 1029987
, I
- 8 - dingsgaten 49 dienen voor het met een variabele onderlinge afstand verbinden van de koppelingseenheid 5 met de dwarsbalk 13.
De staanderbevestigingsgaten omvatten zowel sleufga-5 ten 29 als ronde gaten 31.
De dwarsbalk 13 en/of de consoles 23 is/zijn voorzien van een patroon van verbindingsgaten dat eveneens sleufgaten 51 omvat. In het geval van de tekening bevinden zich de sleufgaten in de consoles 23 terwijl de dwarsbalk 13 van ronde ver-10 bindingsgaten is voorzien.
De eerdergenoemde verbindingsmiddelen kunnen tevens minstens één oppervlaktedrukverdelingsplaat 53 omvatten voor het verdelen van de oppervlaktedruk van boutverbindingsmidde-len ter plaatse van een onderlinge verbinding tussen twee com-15 ponenten van een trekhaakgestel. In het onderhavige geval is in de tekening een dergelijke drukverdelingsplaat 53 gebruikt aan de bovenzijde van de dwarsbalk 13, ten behoeve van de verbinding van de uithouder 37 met de dwarsbalk 13.
Voor alle schroefboutverbindingen is bij de aanhan-20 gerkoppelinrichting 1 volgens de figuren 1 tot 4 gebruik gemaakt van schroefbouten van het type M10 en met een geëigende lengte en geëigende sterktespecificaties. De staanders 15 zijn met een achttal schroefboutverbindingen verbonden met de lijf-gedeeltes 55 van de chassisbalken, en wel op de buitenzijde 25 daarvan. Hierbij zijn de buitenste bouten 33 door ronde gaten van de staander 15 aangebracht en de binnenste bouten door sleufgaten 29. Aan de onderzijde zijn de staanders met vier schroefbouten 33 verbonden met de consoles 23. Deze zijn ieder op hun beurt met twee bouten 33 die geheel door de dwarsbalk 30 13 gaan en ter weerszijde door sleufgaten 51 lopen van de con sole 27 met de dwarsbalk 13 verbonden. Ook de schroefbouten 33 voor de bevestiging van de uithouder 37 met de dwarsbalk 13 lopen geheel door de dwarsbalk 13 en verder door gaten 49 in de zijgedeeltes 43 van de U-profielen 39 van de uithouder 37. 35 Onder de koppen van de schroefbouten 33 is in dit geval een oppervlaktedrukverdelingsplaat 53 aangebracht om de plaatselijke oppervlaktedruk beter te verdelen over het oppervlak van de dwarsbalk 13.
Om met de standaardcomponenten uit de componentenver-40 zameling en de bijbehorende schroefboutverbindingsmiddelen 1 02 9 9 87 .' «‘ - 9 - aanhangerkoppelinrichtingen 1 op te bouwen die voldoen aan de door de vigerende keuringsinstanties goedgekeurde normen moeten de moeren 35 van de boutverbindingsmiddelen met de juiste voorgeschreven aanhaalmomenten worden aangetrokken en moeten 5 de bouten en de moeren alsmede de andere verbindingsmiddelen aan de juiste materiaalspecificaties voldoen.
Zoals in de figuren 1 tot en met 4 valt te zien is de aanhangerkoppelinrichting gemonteerd op de buitenzijde van U-vormige chassisbalken 3 van een voertuig. De figuren 5 tot en 10 met 8 hebben betrekking op een sterk op de uitvoeringsvorm volgens de figuren 1 tot 4 gelijkende uitvoeringsvorm van de aanhangerkoppelinrichting volgens de uitvinding, waarbij deze nu evenwel is aangebracht aan de binnenzijde van twee kokervormige chassisbalken 55 van een voor het overige niet-getoond 15 voertuig. In dit geval is tussen de linker chassisbalk 55 en de staander 15 een vulplaat 57 aangebracht. Dit ter compensatie van een afstandverschil. Verder zijn de consoles 23 niet aan de buitenkant, maar aan de binnenkant tegen de lijfgedeeltes 19 van de staanders 15 geplaatst. Aangezien de aanhanger-20 koppelinrichting voor het overige praktisch geheel gelijk is aan die van de figuren 1 tot en met 4 zal daarvan verder geen gedetailleerde beschrijving meer worden gegeven.
Te zien is in de figuren 5 tot en met 8 dat in dit geval de staanders 15 met slechts zes schroefbouten 33 met de 25 chassisbalken 55 zijn verbonden. Hierdoor is de aanhangerkoppelinrichting slechts geschikt voor voertuigen tot aan een totaal eigen gewicht van 5 ton en een maximum aanhangergewicht van 3500 kg. De uitvoeringsvorm van de uitvinding volgens de figuren 1 tot en met 4 is geschikt voor voertuigen tot aan een 30 totaal eigen gewicht van 22,4 ton en een maximum aanhangergewicht van 3500 kg.
Alhoewel in het bovenstaande de uitvinding werd toegelicht aan de hand van twee praktische uitvoeringsvoorbeel-den, betekent dit geenszins dat de uitvinding tot de getoonde 35 en beschreven uitvoeringsvormen is beperkt. In tegendeel strekt de uitvinding zich uit tot alle uitvoeringsvormen binnen de reikwijdte van de omschrijving van conclusie 1.
1029987
Claims (9)
1. Aanhangerkoppelinrichting (1) voor voertuigen met een chassis met in de lengterichting van het voertuig ter weerszijden van het verticale middenvlak daarvan lopende chas-sisbalken (3; 55) voorzien van een aangebracht patroon van be-5 vestigingsgaten, omvattende: - een koppelingseenheid (5) ; - een draaggestel (11) voor de verbinding van en voor de krachtoverbrenging tussen de koppelingseenheid (5) enerzijds en het chassis anderzijds en omvattende: 10. een dwarsbalk (13) voor montage in de dwarsrichting van een voertuig en voor de montage van de koppelingseenheid (5) in het genoemde verticale middenvlak, in hoofdzaak bij het midden van de lengte van de dwarsbalk (13) , 15. op de uiteinden van de dwarsbalk (13) aansluitende staanders (15) voor op een geschikte hoogte onder het voertuig verbinden van de dwarsbalk (13) met de genoemde chassisbalken (3;55), welke staanders (15) bij een vrij uiteinde zijn voorzien van een patroon van 20 staanderbevestigingsgaten (29, 31) overeenkomstig het patroon van bevestigingsgaten in de chassisbalken (3; 55) ; • schroefboutbevestigingsmiddelen die samenwerken met de staanderbevestigingsgaten (29, 31) in de staanders 25 (15) en de bevestigingsgaten in de chassisbalken (3; 55. van een voertuig, omvattende bouten (33), moeren (35), eventueel slotplaten, borgringen, etc., voor de losneembare bevestiging van de aanhangerkoppelinrich-ting (1) op de chassisbalken (3; 55) van een voer-30 tuig, met het kenmerk, 10 2 9 9 87 J « • - 11 - - dat het draaggestel (1) is opgebouwd uit geprefabriceerde losse standaardcomponenten van een standaardcomponentenverzameling omvattende: een koppelingseenheid (5), een dwarsbalk (13), een uithouder (37) voor het met onderlinge af- 5 stand verbinden van de koppelingseenheid (5) met de dwarsbalk (13), een tweetal identieke staanders (15) en een tweetal identieke consoles (23) ter overbrugging van een afstand tussen de uiteinden van de dwarsbalk (13) en de staanders (15) en - dat alle onderlinge verbindingen tussen de ver-10 schillende geprefabriceerde standaardcomponenten (5, 13, 15, 23, 37) van de standaardcomponentenverzameling bestaan uit losneembare schroefboutverbindingen door middel van schroef-boutverbindingsmiddelen omvattende schroefbouten (33) gaande door verbindingsgaten (29, 31, 47, 49, 51) in de genoemde 15 standaardcomponenten en bijpassende moeren (35), alsmede eventuele slotringen, borgringen, etc.
2. Aanhangerkoppelinrichting (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de genoemde standaardcomponentenverzameling (5, 13, 15, 23, 37) een tweetal staanders (15) omvat ge- 20 kozen uit een hoog type staander en een laag type staander.
3. Aanhangerkoppelinrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de genoemde uithouder (37) in zijn lengterichting is voorzien van een patroon van verbindingsgaten (49) voor het met een variabele onderlinge 25 afstand verbinden van de koppelingseenheid (5) met de dwarsbalk (13) . !
4. Aanhangerkoppelinrichting (1) volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het patroon van staanderbevestigingsgaten ook sleufgaten (29) omvat.
5. Aanhangerkoppelinrichting (1) volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de dwarsbalk (13) en/of de consoles (23) is/zijn voorzien van een patroon van verbindingsgaten dat ook sleufgaten (51) omvat.
6. Aanhangerkoppelinrichting (1) volgens een der 35 voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de genoemde ver- 1029987 < ' i * - 12 - bindingsmiddelen tevens minstens een, van een patroon van ver-bindingsgaten voorziene, oppervlaktedrukverdelingsplaat (53) 1 omvat voor het verdelen van de oppervlaktedruk van de bout-verbindingsmiddelen ter plaatse van een onderlinge verbinding 5 tussen twee componenten van het draaggestel (11).
7. Aanhangerkoppelinrichting (1) volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de standaardcomponenten (5, 13, 15, 23, 37) uit de componentenverzameling alsmede de schroefboutverbindingsmiddelen zodanig zijn uitgevoerd 10 dat deze toepasbaar zijn voor het opbouwen van aanhangerkop-pelinrichtingen die volgens geldende voorschriften geschikt zijn voor voertuigen tot aan een totaal eigen gewicht van 22,4 ton en een maximum aanhangergewicht van 3500 kg.
8. Aanhangerkoppelinrichting (1) volgens conclusie 7, 15 met het kenmerk, dat deze door weglating van enkele tevorenbe- paalde bevestigingsbouten (33) met bijbehorende moeren (35) en eventuele slotringen, borgringen, etc. toepasbaar is voor het opbouwen van aanhangerkoppelinrichtingen die volgens geldende voorschriften geschikt zijn voor voertuigen tot aan een totaal 20 eigen gewicht van 5 ton en een maximum aanhangergewicht van 3500 kg. 10 2 9
9 B 7_
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1029987A NL1029987C1 (nl) | 2005-09-20 | 2005-09-20 | Aanhangerkoppelinrichting. |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1029987A NL1029987C1 (nl) | 2005-09-20 | 2005-09-20 | Aanhangerkoppelinrichting. |
NL1029987 | 2005-09-20 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1029987C1 true NL1029987C1 (nl) | 2007-03-21 |
Family
ID=37964461
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1029987A NL1029987C1 (nl) | 2005-09-20 | 2005-09-20 | Aanhangerkoppelinrichting. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL1029987C1 (nl) |
Cited By (9)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP2095978A1 (de) * | 2008-02-28 | 2009-09-02 | Scambia Industrial Developments Aktiengesellschaft | Anhängekupplung |
FR2948065A1 (fr) * | 2009-07-17 | 2011-01-21 | Ur Ben | Vehicule de transport apte a tracter une remorque |
EP2495115A1 (fr) * | 2011-03-04 | 2012-09-05 | Pommier | Agencement de traverse et équerre pour un tel agencement |
EP2508367A1 (fr) * | 2011-04-06 | 2012-10-10 | Renault S.A.S. | Ensemble constitué par une traverse d'attelage et deux longerons |
WO2016135405A1 (fr) * | 2015-02-23 | 2016-09-01 | Peugeot Citroen Automobiles Sa | Système d'attelage |
DE102013110217B4 (de) * | 2012-09-19 | 2016-09-22 | Wap Fahrzeugtechnik Gmbh | Anordnung einer eine Anhängerkupplung tragenden Traverse am Rahmen eines Nutzfahrzeugs |
DE202015104491U1 (de) | 2015-08-25 | 2016-11-28 | Alois Kober Gmbh | Zugeinrichtung |
CN111907600A (zh) * | 2020-07-20 | 2020-11-10 | 东风商用车有限公司 | 一种适用于中置轴挂车的底盘连接装置 |
FR3100747A1 (fr) * | 2019-09-18 | 2021-03-19 | Psa Automobiles Sa | Ensemble de remorquage pour véhicule automobile |
-
2005
- 2005-09-20 NL NL1029987A patent/NL1029987C1/nl not_active IP Right Cessation
Cited By (12)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP2095978A1 (de) * | 2008-02-28 | 2009-09-02 | Scambia Industrial Developments Aktiengesellschaft | Anhängekupplung |
FR2948065A1 (fr) * | 2009-07-17 | 2011-01-21 | Ur Ben | Vehicule de transport apte a tracter une remorque |
EP2495115A1 (fr) * | 2011-03-04 | 2012-09-05 | Pommier | Agencement de traverse et équerre pour un tel agencement |
FR2972139A1 (fr) * | 2011-03-04 | 2012-09-07 | Pommier | Agencement de traverse |
EP2508367A1 (fr) * | 2011-04-06 | 2012-10-10 | Renault S.A.S. | Ensemble constitué par une traverse d'attelage et deux longerons |
FR2973735A1 (fr) * | 2011-04-06 | 2012-10-12 | Renault Sa | Ensemble constitue par une traverse d'attelage et deux longerons |
DE102013110217B4 (de) * | 2012-09-19 | 2016-09-22 | Wap Fahrzeugtechnik Gmbh | Anordnung einer eine Anhängerkupplung tragenden Traverse am Rahmen eines Nutzfahrzeugs |
WO2016135405A1 (fr) * | 2015-02-23 | 2016-09-01 | Peugeot Citroen Automobiles Sa | Système d'attelage |
DE202015104491U1 (de) | 2015-08-25 | 2016-11-28 | Alois Kober Gmbh | Zugeinrichtung |
EP3135511B1 (de) | 2015-08-25 | 2021-03-10 | Alois Kober GmbH | Zugeinrichtung |
FR3100747A1 (fr) * | 2019-09-18 | 2021-03-19 | Psa Automobiles Sa | Ensemble de remorquage pour véhicule automobile |
CN111907600A (zh) * | 2020-07-20 | 2020-11-10 | 东风商用车有限公司 | 一种适用于中置轴挂车的底盘连接装置 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1029987C1 (nl) | Aanhangerkoppelinrichting. | |
US20220288983A1 (en) | Underbed hitch mounting system | |
US5722677A (en) | Apparatus for the transportation of trucks | |
US7980594B2 (en) | Chassis frame especially for a heavy vehicle | |
US9114677B2 (en) | Front tow extended saddle | |
US9896040B2 (en) | Adaptable hitch system | |
US8534412B2 (en) | Multipurpose utility vehicle | |
US10870454B2 (en) | Integrally formed gooseneck hitch assembly | |
US7121574B2 (en) | Pin box assembly having interchangeable hitch couplers | |
AU2016200104B2 (en) | Trailer assembly | |
US20080129011A1 (en) | Adjustable pin box | |
CA2487056C (en) | Trailer frame | |
JP4805508B2 (ja) | 第5輪を備える接続装置 | |
DE202011052016U1 (de) | Chassis | |
US9771012B2 (en) | Roll off trailer having a stepped out front end or neck | |
CA2411676C (en) | Hangers for trailer height adjustment | |
AU2015101794A4 (en) | Chassis Assembly | |
US10987982B2 (en) | Above-bed goose neck towing apparatus | |
US4697819A (en) | Removable drawbar for trailers | |
DE102012013907A1 (de) | Gitterrahmenförmige Rahmentragstruktur | |
CA2889383A1 (en) | Front tow extended saddle | |
US6302423B1 (en) | Method and apparatus for modifying a truck with a fifth wheel | |
GB1567564A (en) | Bumpers | |
EP1659024B1 (de) | Hubladebühne mit gepratzter Aufhängung | |
EP1442901B1 (de) | Zugdeichselanordnung für Anhänger |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20100401 |